NEDERLANDS GELD VOOR DE
VLUCHTELINGEN
U.N.O.-hulpprogram dank zij
onze bijdrage gestart
c
J
EEN WONDER UJK WEEKEINDE
Ontmoeting met katholieke
Vlaamse schrijvers
rr
Schipper Den Heijer had eerder
van boord moeten gaan
Misverstanden
M
18000
Een blijvende
oplossing beoogd
i Wm I I v mm
SLEUTEL WEG?
Theodor kardinaal
ïnnitzer begraven
J
ZATERDAG 15 OKTOBER 1955
PAGINA 11
Het is een jaar geleden, dat wij voor U de nood hebben geschilderd
in de vluchtelingenkampen van Griekenland. De nationale
inzameling, die is gevolgd, waarbij ongeacht- tal van andere
giften, in zoveel bedrijven en ondernemingen de verdiensten werden
geoffer(j yan een uur arbeid, heeft het indrukwekkend resultaat ge-
dat een bedrag van vier en half miljoen ter beschikking kon
^'°rden gesteld van de Hoge Commissaris der Verenigde Naties voor
'Vluchtelingen, onze landgenoot mr. C. van Heuven Goedhart. Deze
glft Was meer in het bijzonder bestemd om de helpende hand te reiken
aan de vluchtelingen in de landen, die verhoudingsgewijs de zwaarste
Jasten hebben te dragen: Griekenland en Oostenrijk. Dit geld heeft
'«middels zijn bestemming bereikt, het wordt er niet in het wilde
We8 uitgestrooid, maar aangewend met door en door Nederlands
°verleg, zodat de hulp, die men verleent, zo doelmatig en effectief
{««gelijk is. Daarvan hebben wij ons kunnen overtuigen bij een recent
°ezoek aan Oostenrijk, waar trouwens de vertegenwoordiger van de
{I°ge Commissaris ook een Nederlander is, dr. V. Beerman te Wenen.
.Want Oostenrijk heeft het grootste deel gekregen van de Neder
landse hulp; een bedrag van één miljoen is naar Griekenland gegaan.
mmm
Door
FRED THOMAS
3,
sliiff
HÉ
Èfl
i
„HET MENSELIJKE
LIJDEN"
DE RAMP MET DE DOLFIJN
Oordeel van de Raad
voor de Scheepvaart
„DE SLEUTELSPECIALIST"
Verkooplokaal NOTARISHUIS
Inboedelveiling 1/2 nov. 1955
Nederlander Beernink
in Siberië
Niet aan Duitse zijde
gevochten
Lasser van 9.6 meter
gevallen
IIADIO MOORS
Liberale" noorderlingen
MEDISCHE KRONIEK
Kortsluiting
Nog vrees voor het geheim
H.V.B.-programma
Oostenrijk bewijst zijn
Primaat laatste eer
'n Griekenland hebben wij vorig jaar
vLmeest tragische toestand gevonden,
a ajvel hopeloos, omdat het land zelf
onn iis als de mieren en voor schier
a,.°Plosbare problemen staat. De situ-
f,1'® is er dan ook met onze maatstaven
O,te meten. Het Nederlandse geld
sta In de bestaande situatie zo ver-
dra 8 mogelijk aangewend: als bij-
v ®8e tot oprichting van vakscholen
errr de vluchtelingenjeugd, zodat deze
hoi _j ns kfÜKt straks in haar onder-
toei? te voorzien en zich een nieuwe
leri *e bouwen. Verder hulpver-
|?nE in de meest jammerlijke geval-
van ouden van dagen, in hoofdzaak
auSsen en Armeniërs, die reeds sinds
vLeerste wereldoorlog opgejaagden zijn,
vallen in een onbeschrijfelijke staat
ge? misère. Wij hebben er enkele zo
L n, op onze reis van vorig jaar,
^omstandigheden, waaronder wij hen
poffen, behoren tot onze meest na-
flie ae herinnering. Wij, Nederlanders,
iaa j00r de eeuwen heen voor onze be
dot n behoorlijk hebben gezorgd, kon-
da 0ns geld niet beter besteed zien
«na ?°or wat licht te brengen in de
moeloos grauwe levensavond van deze
gelukkigen. En tenslotte draagt Ne-
een bÜ tot de verwezenlijking van
Voor st3^! der Griekse regering, door
te mlkonboeren de vestigi-
vluchtelingeen speciaal
meestal oudgedienden uit de witte le
gers van Wrangel en Denikin, die ten
slotte voor de Bolsjewisten hadden
moeten vluchten en in de midden-Euro-
pese landen een nieuw leven waren be
gonnen. Voor de tweede maal in hun
bestaan voor dezelfde vijand gevlucht,
zijn zij misschien wel de meest tra
gische in heel de ontredderde massa,
die aan de boezem van Moeder Oosten
rijk veiligheid heeft gezocht.
Een groot deel van deze Heimat-
vertriebenen heeft zich in de loop
van de afgelopen tien jaar een plaats
in het Oostenrijkse leven weten te
veroveren, is verder getrokken naar
West-Duitsland, at aan vluchtelingen
betere kansen biedt, of heeft het ge
luk gehad te kunnen emigreren naar
landen overzee, voor veruit de mees
ten nog altijd het ideaal. Volgens op
gave van het Ministerie van Binnen
landse Zaken te Wenen hebben van
1945 tot 1 juli van dit jaar 287.900
personen, waarvan 175.000 Volksduit-
sers, via het normale, daarvoor gel
dende proces het Oostenrijks staats
burgerschap verworven, Sinds juni
te mavLboeren de vestiging mogelijk
vluchten? een speciaal te stichten
"8en(}orp in de Peloponnesus.
situatL ?en juiste beoordeling van de
hera er nog eens aan herin-
VluchteUnp?n# de zor£ v00r de
en.drukt op de regeringen
der landen binnen welker grenzen zij
Zich bevinden. Of het van de Westerse
Wereld een juist standpunt is om zich
officieel van deze menselijke oorlogs
last te distanciëren, in plaats van dit
Probleem dat tenslotte allen aangaat,
gezamenlijk afdoende te liquideren,
een vraag, die men zich ernstig
stellen mag De Verenigde Naties heb-
b«n er zich in de resolutie van 21
oktober 1954 van afgemaakt met de
stichting van een fonds, dat echter
Jh hoofdzaak moet worden gevoed
Pet vrijwillige bijdragen. Nederland
jweft in dit opzicht met de recente
"ationale inzameling een indrukwek
kend voorbeeld gesteld, terwijl het
ederom ons land Is, dat evenals
2h» e andere kleine landen, zoals
bieten en Denemarken, een verdere
tl, .rage heeft geleverd met het be
nut van onze regering tot toelating
r\ 250 vluchtelingen-gezinnen uit
y"stenrijk onder voorwaarden, die
misschien nog Iets minder soepel zijn
vG" die der Scandinaviërs, maar toch
jJi'ig afsteken tegen de onterende
„"^hsenmarkt der emigratie naar Ca-
Amerika, Australië, waar het
"een aankomt op lichamelijke ver-
d"°gens en conditie, als was het vee,
j!?t men importeerde in plaats van
."edemensen in nood. En verder zijn
van verenigingen en organisaties
verschillende landen elk op hun
actief om het lot der vluchtelin
gen te verlichten. Waar het tenslotte
Kc"ter om gaat is het vinden van een
J"yvende oplossing: hiertoe nu is
h? Nederlandse financiële bijdrage,
tint ,ande uit de opbrengst der na-
v bale inzameling, aangevuld met een
hat6gere gift van onze regering, in
ar geheel bestemd,
ehalve Griekenland,'wordt dus Oos-
•Al»
een huidziekte bedekken de
^^htelingenkampen het Oosten
rijkse land.
Het gezicht van de barakken-jeugd
tenrijk geholpen, een klein, financieel
zwak land, dat van het begin af in de
eerste linie heeft gelegen van het vluch-
telingenfront. Uit heel midden-Europa,
uit de Balkan, tot uit Rusland toe
stroomden in 1944 en 1945 de mensen
toe, vluchtende voor de oprukkende
rode legers, of gewelddadig verdreven
uit de „bevrijde", spoedig communisti
sche landen. Het grootste deel van hen
waren z.g. Volksduitsers, een naam met
een minder gelukkige klank, die noch
tans officieel gehandhaafd is, ofschoon
men in de meeste gevallen beter kon
spreken van Volks-Oostenrijkers, bijna
allen immers mensen, afkomstig uit
landstreken, die tot 1918 hebben be
hoord tot de Donau-Monarchie. Het wa
ren Balten, Sudeten, Zuid-Stiermarkers,
Donau-Schwaben uit Batschka en Ba
naat, Zevenburgse Saksen, wier voor- i
ouders zich soms tot achthonderd jaar
geleden ter plaatse hadden gevestigd.
En verder de z.g. Fremdsprachiche,
de nationale vluchtelingen: Polen, Hon
garen, Slowaken, Kroaten, Serviërs,
Roemen en ook een groot contingent
Oekraïners en Russen, de laatsten
1954 tot eind van dit jaar is voor
Volksduitse vluchtelingen de moge
lijkheid opengesteld om zonder ver
dere formaliteiten voor de Oostenrijk
se nationaliteit te opteren, waar tot
dit ogenblik ruim 15.000 personen ge
bruik van hebben gemaakt. Staten-
loos, en dus vallende onder het man
daat der Verenigde Naties, zijn op het
ogenblik nog 165.000 vluchtelingen,
waarvan 130.000 Volksduitse en 35.000
z.g. Fremdsprachiche of nationale
vluchtelingen. Dit aantal wordt ge
stadig aangevuld met nieuwe geval
len, want de stroom van vluchtelin
gen van achter het ijzeren gordijn en
van over de Joegoslavische grens
houdt nog altijd aan: sinds op 27 juli
het Staatsverdrag van kracht werd
zijn er in twee maanden tijds 615
nieuwe vluchtelingen in Oostenrijk
aangekomen, een aanwas dus, die
jaarlijks op 2500 is te stellen, terwpl
het er hoogstens 40 tot 50 per jaar
zijn, die bij ons als land van eerste
asyl binnenkomen dus ten laste van
Nederland vallen.
Oostenrijk, ondanks zijn moeilijkhe
den, leeft net asylrecht stipt na het
heeft ook in dit opzicht bp het Staats
verdrag aan de Flijssen geen enkel
concessie willen doen. Het blijft d
verplichting aanvaarden voor al deze
mensen te zorgen, hun onderdak te
'*>i's
Miftwitttróifn'
-
ff.i fill 1 -
verlenen, aan het hoogst noodzakelijke
te helpen en steun uit te keren zolang
zij geen werk hebben kunnen vinden of
door invaliditeit of anderszins niet meer
tot arbeid capabel zijn. Van de vluch
telingen zijn er 35.000 ondergebracht
in barakken van de Bondsregering, wel
ke kampen als regel veel beter zijn
dan die, welke door gemeenten, bedrij
ven of zelfs particulieren zijn ingericht,
en waar nogmaals zo'n 35.000 vluchte
lingen huizen, ongeacht de mensen, die
op vlieringen of in kelders hokken en
buiten elke controle vallen. De Bonds
regering wenst echter geen verdere
kampen over te nemen of in te rich
ten, integendeel, zij streeft er naar aan
wat men de barakkenpest zou mogen
noemen, zo spoedig mogelijk een eind
te maken. Een barak, waarvan de be
woners iets beters hebben gevonden,
wordt onmiddellijk afgebroken. Tegelijk
echter moeten er toch weer kampen
worden ingericht om de aanhoudende
stroom van nieuwe gevallen te kunnen
opvangen.
Vanwege het Hoge Commissariaat
voor de Vluchtelingen is in overleg
met de Oostenrijkse regering een pro
gram opgemaakt van hulpverlening,
waarbij uit het vluchtelingenfonds der
Verenigde Naties (UNREF: United
Nations Refugee Fund) voor het jaar
1955 een bedrag van 37.440.000 Oosten
rijkse Schillings ter beschikking zou
zijn. Deze gelden, die uit vrijwillige
bijdragen moeten komen, hangen ech
ter nog voor de helft in de lucht,
aanwezig is alleen het ter beschikking
gestelde bedrag uit de Nationale
Nederlandse inzameling, zijnde
16.987.000 Sch. en de aanzienlijke gift,
welke de Nederlandse regering reeds
het vorig jaar voor de vluchtelingen
heeft geschonken. Het is dan ook van
louter Nederlands geld, dat thans de
hulpverlening in Oostenrijk is gestart,
tot een totaal van 19.420.000 Sch. Dit
bedrag is niet voldoende voor uitvoe
ring van het project, slechts een be
langrijke hulp aan de Oostenrijkse
instanties die altijd het leeuwendeel
blijven betalen, en wel in dit geval
43.306.000 Sch. In dit laatste cijfer is
ook vercalculeerd wat de vluchtelin
gen zelf uit de opbrengst van hun ar
beid konden sparen en bijdragen,
voornamelijk voor het bouwen van
woningen en het in eigendom ver
krijgen van cultuurgrond.
Het programma, dat voor 1955 in uit
voering is, voorziet in een project voor
Advertentie
Aanstaande woensdag 19 okt. te 8 uur in
r.-k. kerk. Kleverparkweg
'N BUITENGEWOON LEERZAME EN
BOEIENDE CONFERENTIE VOOR
NIET-KATHOLIEKEN EN VOOR
KATHOLIEKEN over
GEZIEN IN GODS LICHT.
Komt luisteren!
Spreker is pater WIJNAND SLUYS OEM.
Toegang vrij en kosteloos.
credietverlening, tezamen met de Oos
tenrijkse banken, groot 10.299.000 Sch.,
waarvan 3.433.000 Sch. Nederlands geld;
een project voor de bouw van 247 wo
ningen: 34.043.000 Sch., waarvan
7.337.000 Sch. Nederlands geld; be-
roepsscholing van 180 jongeren:
1.529.000 Sch., waarvan 787.000 Sch.
Nederlands geld; stipendia aan 160 stu
denten: 1.181.000 Sch., waarvan 605.000
Sch. Nederlands geld; inschakelen van
7.150 vluchtelingen in het Oostenrijkse
economische leven: 1.979.000 Sch.,
waarvan 1.357.000 Sch. Nederlands geld,
en tenslotte het onderbrengen van 340
noodgevallen, zoals alleenstaande ouden
van iagen, invaliden, T.B.C.-ljjders enz.,
in binnen- en buitenlandse inrichtingen:
13.795.000 Sch.. waarvan Nederlands
geld 5.901.000 Sch. Zo is het dus dank
zij Nederland, dat er op het ogenblik
vanwege de Verenigde Naties in Oos
tenrijk iets gebeurt. Voor de verdere
toekomst zijn de plannen afhankelijk
van gelden, die wel zijn toegezegd,
maar waarover het vluchtelingenfonds
der U.N.O. nog altijd niet beschikt.
De raad voor de scheepvaart heeft
schriftelijk uitspraakgedaan over het
lek worden en zinken van de motor-
logger Dolfijn, SCH 204.
4 juni van dit jaar oefende de Dolfijn,
toebehorende aan de rederij Gebr. van
Leeuwen te Scheveningen, de drijfnet
visserij op de Noordzee uit toen zij lek
sloeg. Bij het slepen van het schip door
de SCH 305 naar de Schotse kust is
het gezonken. Schipper Den Heijer is
daarbij verdronken. Alle overige opva
renden van het schip, 15 man in totaal,
waren overgestapt op de SCH 305. De
schipper weigerde echter van boord te
gaan. Er werd afgesproken dat hij de
Advertentie
LANGE VEER STRAAT 10 TEL. 11493
Advertentie
Fj Directeur W. N. WOLTZR1NK
Kèr*Jj Bilderdiikstraat bj1 de Zyiweg
I Haarlem Tel (K 2500) U928
Inzendingen van huisraad worden dage
lijks aangenomen. Eigen afhaaldienst
Naar aanleiding van het bericht om
trent de Nederlander A. G. P. Beer
nink, die nog in Rusland gevangen
wordt gehouden, verzoekt de broer van
deze Nederlander, de heer J. H. Beer
nink uit Amsterdam ons mede te delen
dal; het volkomen onjuist is, dat zijn
broer aan Duitse zijde zou hebben ge
vochten.
De heer A. G. P. Beernink heeft zelfs
bij de Duitsers gevangen gezeten van
wege zijn strijd tegen het nazidom. Hij
is in 1947 door de Russen gearresteerd,
verdacht van spionnage, een misdrijf
waaraan hij zich, naar zijn broer ons
meldt, pertinent niet heeft schuldig ge
maakt. De Nederlandse ambassadeur
in Moskou is volkomen op de hoogte
van deze feiten en is reeds geruime
tijd doende de Russische autoriteiten
te vragen de heer Beernink naar Ne
derland terug te zenden.
Bij informatie bij het Nederlandsche
Roode Kruis deelde men ons mede, dat
de heer Beernink in 1943 naar Duits
land is gestuurd, omdat hij als student
geweigerd had de loyaliteitsverklaring
te tekenen. Hij werd te werk gesteld
bij Philips in Berlijn, doch is daar toen
gearresteerd wegen illegaal werk. Na de
oorlog heeft de heer Beernink in
Duitsland een exportzaak opgericht. Hij
had toen zijn domicilie in hotel Natio
nal in Erfurt, waar hij in Juni 1947
door de Russische autoriteiten is ge
vangen genomen en later is veroor
deeld tot 25 jaar dwangarbeid in Sibe
rië, vermoedelijk verdacht van spion
nage. De heer Beernink ontvangt ge
regeld pakjes van het Nederlandsche
Roode Kruis. Hij mag ook met zijn fa
milie corresponderen.
In de Electrische centrale aan de
Nieuwe Hemweg te Amsterdam een
28-jarige lasser van 9.60 meter hoogte
gevallen toen hi, op de eerste verdie
ping een vloerrooster voorttrok over
losliggende metalen roosters. Een der
roosters blee. haken en viel naar be
neden en door de ontstane opening viel
de lasser eveneens. Hij brak zijn arm
en ontwrichtte zijn schouder. Het O.L.
Vrouwegasthuis heeft hem opgenomen.
De internationale motorzesdaagse
1956 zal in september van dat jaar in
de buurt van Garmisch Partenkirchen
worden gehouden.
Advertentie
Van ouds bekend. Tel. 14609
Officieel Philips-reparateur
Kruisstraat 38 - Haarlem
en spreekt, volgens Maria Ros-
seels, in Vlaanderen van een
Kasterlees of „Kasterls ge
loof, waarmee dan fn gedienstige
praktijk wordt aR?gl„ waarden rian
door traditionalistische waarden dan
door persoonlijke doorleving wordt ge
voed.
Kasterlee is een Kempisch dorp een
vlakkig met hart Van de Veluwe
nense duine pgesteekgebieden van
Drenfe zou kJnnen vergeleken maar
ruieer en melancholieker en
aaLannr onvergelijkelijk anders. In
he^ dunne, heldere licht van oktober
kan een gevoelig mens er door inner
lijke verhelderingen aangegrepen wor-
aln die zich niet zonder verlies aan
rustige zekerheden laten verwerken.
In dit Kasterlee hebben Noordneder
landse katholieke critic. Vlaamse
katholieke auteurs samen een belang
wekkend weekend doorgebracht. De
bedoeling der ontmoeting, door de Vla
mingen belegd, was 'T1 1117Ac.'bt en
daardoor verbetering te kragen m hun
literaire Iotspositie. Deze positie is na
melijk allerminst gunstig. Au wordt door
de betrokkenen bepaaldelijk ervaren als
een tenachterstelling naar twee kanten
toe Allereerst zouden zij in Vlaanderen
zelf ten onrechte als de minderen van
de niet-katholieke auteurs worden be
schouwd. En vervolgens zouden ook de
Noordnederlandse critici, zelfs de ka
tholieke, geen waardering en au fond
geen belangstelling aan de dag leggen
voor hun werk. Wat dit laatste betreft:
overduidelijk bleek dat wij, noorderlin
gen, aardig op de hoogte waren van
de prestaties van de voornaamste nlet-
katholieke (d.w.z. linkse) Vlamingen,
van Herman Teirlinck, tot Louis-Paul
Boon Piet van Aken, Johan Daisne,
Hubert Lampo en Hugo Claus, terwijl
wil van hen, wier gasten wjl waren,
nauwelijks meer dan het bestaan af
wisten.
Bijaldien had de ontmoeting aan
vankelijk, alle wederzijdse hartelijk
heid ten spijt, iets beschamends.
Emiel van Hemeldonck, die het offi
ce samenzijn leidde liet vijf ro
manciers, die in eigen kring elk voor
zich hun sporen terdege hadden ver
diend ieder een kwartier lang zich
zelf „opbiechten", teneinde ons iets
over hen te doen weten Het deed
tragisch aan en het was in zekere zin
nok traeisch Er bleef namelijk, alle
praktische moeilijkheden uit de weg
gepraat zijnde, een misverstand be-
ftaan tussen het bovenmqerdijkse en
het Zuidnederlandse existeren als
katholiek in de wereld.
Naar mijn gevoelens is de Noordne
derlandse katholieke cultuurdrager zo
zeer met wat men gemakshalve de
„doorbraakgedachte" kan noemen ver
trouwd geraakt en „liberaal" gewor
den, dat hij niet meer begrijpen kan
wat die Vlamingen bezielt als zij uit
een volkomen katholieke gemoedswe
reld hun inspiratie willen putten. Het
is alsof wij menen dat menselijkheid
altijd iets groter is dan katholiciteit en
alsof die katholiciteit iets is binnen die
menselijkheid: een stralingscirkel bin
nen een grotere. De katholieke Vlamin
gen die wij in Kasterlee meemaakten
beleefden katholiciteit echter als iets
dat samenviel met menselijkheid en
dat deze menselijkheid om zo te zeg
gen rechtvaardigde: moreel en literair.
Vandaar hun afwijzend staan tegenover
de niet-katholieke menselijkheid van
een auteur als Herman Teirlinck, wiens
epos „Het gevecht met de engel" door
de gasten ronduit het grootste Vlaamse
meesterwerk sinds de oorlog werd ge
vonden en door de gastheren werd be
schouwd als „troebel" en als iets waar
zij niet „in" konden komen. Het ademde
een menselijkheid, welke hun vreemd
bleef, omdat zij haar niet als zodanig,
zonder die katholieke doorstraling dus,
konden aanvaarden. De katholieke cri
tici uit het noorden hadden au fond aan
die menselijkheid genoeg om opgetogen
te zijn.
Het misverstand kon gedurende het
kortstondige samenzbn ónmogelijk tot
opheldering geraken. Het zal zelfs wel
zo zijn, dat de portée ervan zeer ver
schillend werd aangevoeld, als een ba
gatel als een kwestie van onvoldoende
geïntegreerdheid der Vlaamse katholie
ken in het moderne leven, of misschien.
als de verschrikkelijke schaduwkant
van het „open" katholicisme.
Waarom worden er in Nederland zo
zelden romans en gedichten geschre
ven, waarvan men kan zeggen dat ztj
katholiek „doorstraald" zijn, terwijl de
auteurs ervan toch katholiek heten? De
Nederlandse katholieke auteur wil op
één lijn staan met zijn niet-katholieke
collega's en „gewoon" als auteur be
handeld worden. Hij is gewoonlijk ook
gewoon een auteur. In Vlaanderen is ny
niet gewoon een auteur. Hij schrijft ka
tholiek. En nu kan men er over gaan
twisten, of zijn werk literair gelijkwaar
dig is aan dat van zijn collega s die
niet-katholiek schrijven, en of er van
miskenning sprake is, maar daarmee
komt men er niet.
Men twist dan heen over de princi
piële. hoezeer ook verouderd klinken
de vraag: Faalt de katholieke auteur
niet zodra zijn werk, zonder overigens
op enigerlei wijze voor een Idil of een
r.-k. Boekenschouw aanvechtbaar te
zijn, meer menselijk dan katholiek
doorstraald is?
Het is een wonderlijk weekeinde ge
weest, daar in Kasterlee. De Neder
landse critici zullen er waarschijnlijk
intrigerender herinneringen aan mee
nemen dan door de organisatoren
was beoogd. Deze zouden al tevre
den zijn geweest, wanneer wjj ge
woon naar huis waren gegaan met
het vaste voornemen in de Neder
landse pers eens wat meer aandacht
te wijden aan het werk van Emiel
van Hemeldonck, Gaston Duribreux,
André Demedts, Maria Rosseels,
Paul Lebeau, Lia Timmermans, Va
leer van Kerckhove en de poëten An
ton van Wildenrode, Hubert van Her-
reweghen, Jos de Haes en Reninca.
Dit zal er ook vast wel van komen,
want het is inderdaad te gek, dat men
hun werk in Nederland niet of nauw-
lijks onder ogen krijgt. Er is kenne
lijk een kortsluiting, waarvan ook de
voorlichtende critici de dupe zijn.
Zij vindt haar oorzaak voornamelijk
bij de Vlaamse uitgevers, die de be
kendwording van h,™ uitgaven in Ne
derland onvoldoende hebben behar
tigd. Daarin kan praktisch verbete
ring worden gebracht. Gedurende het
weekeinde is daar trouwens reeds een
begin mèe gemaakt.
Het belang dezer Kasterleese dagen
speelt zich echter geheel achter de
schermen af. Hartelijkheid, verlangen
naar wederzijds begrip en ongedwon
genheid vol verrassingen zijn er het
kenmerk van geweest.
Daar was bijvoorbeeld die verrassing
bij de ontvangst ten gemeentehuize,
waar de burgemeester met een schone
Belgische kleurensjerp om de bulk ge
knoopt zich mocht verheugen in het be
zit van een eenvoudige dorpsveldwach
ter, die ook heus dichter was, al kende
niemand zijn naam en zijn werk: Ludo-
vicus Leysen, Ganzenhoeve te Zeele.
Daar kan men een exemplaar krijgen
van zijn in eigen beheer uitgegeven
bundel „Bloesems in de wind". Ludo-
vicus Leysen schreef ook een detective^
roman: „De dood was fotograaf". Wjj
hebben ae wijn op zijn welzijn gedron
ken!
Nu kan men zo'n verrassing gaan
interpreteren zoals men wil. In het ou
bollige, het Vlaams-sappige, het gemoe
delijke, zo in de trant van hetgeen pas
toor Basiel de Craene, de grote man
van de jaarlijkse kermis der Vlaamse
poëzie te Merendree, ons eens toevoeg
de: „We hebben evenveel kranige dich
ters als wielrenners". Men kan lachen
om die dichterlijke veldwachter, van
wie gezegd werd dat hij „nochtans een
goed dienaar der wet was". Maar dan
lacht men geloof ik toch om een eigen
menselijk tekort.
Want om op de aanhef van dit ver
slag terug te komen: er bestaat in
Vlaanderen een Kasterlees geloof waar
in voor persoonlijke doorleving wordt
teruggeschrokken, omdat men dan door
afgronden van vertwijfeling en ver
rukking heengaat. Men beleeft daarom
zo veilig mogelijk, zo dom mogelijk, de
traditionalistische waarden van eeuwen
en eeuwen. Praktisch betekent dit voor
de meeste mensen, dat ze eenvoudig
niet buiten hun geloof en hun gods
dienstige plichten zouden kunnen leven,
maar overigens onnadenkend zijn en
,,'t wel geloven".
In Nederland, althans bovenmoer-
dijks, zijn de meeste katholieken veel
overtuigder en veel persoonlijker gods
dienstig. Zij leven minder uit de traditie
dan uit de vernieuwing. Zij zien hun
twijfels tamelijk rustig en reëel onder
ogen. Zij hebben zowel met anders
denkenden als met vooruitstrevende ge
loofsgenoten de waarde van het eerlijk
en openhartig „gesprek" leren waar
deren.
De mens met het Kasterlees geloof
Is veel minder overtuigd katholiek, maar
flitsenderwijs overtuigender. Hij heeft
een irrationele achtergrond, waar wjj
in het noorden nauwelijks meer aan toe
komen, zo verstandig al» wij zijn, zo
open, zo royaal menselijk. Hij vreest
het geheim nog waarin allen leven en
daarom lacht nil er ir.aar zo veel mo
gelijk over en bemantelt hij zijn gods
dienstigheid met barokke traditie. Hü
is nog altijd een beetje een middeleeu
wer. Des zondags zit de kerk te Kaster
lee vol Breugheliaanse mannen (rechts)
en vrouwen (links). De Noordneder
landse katholiek is een modern mens
geworden. Hij is geëmancipeerd. Hjj
ligt aanzienlijk vóór op de gelovigen
van Kasterlee, die nog niet aan de
Franse revolutie en de triomf van het
rationalisme toe zijn. Maar hij mist
gedenkwaardige mogelijkheden. HU
lijdt te nadrukkelijk onder zijn mense
lijk tekort om zomaar door het ge
heim bewogen te worden. In het ge
heim te zijn.
„Jullie Nederlanders houden van pro
blematiek," werd ons in Kasterlee toe
gevoegd. De mens met het Kasterlees
geloof ként en erkent eigenlijk geen
problematiek. Hij is zomaar een gelo
vige in een onvergelijkelijk landschap
vol dreiging van verheldering, volks
vertelsels en op zeldzame momenten
de inbegrepenheid die mystiek heet.
NICO VERHOEVEN.
opgehesen kegel zou vieren, wanneer
hij zijn schip zou willen verlaten. Toen
na enige tijd werd opgemerkt dat de
kegel op de Dolfijn zakte gaf de schipper
van de SCH 305 onmiddellijk order de
sleeptros los te gooien. De SCH 204
zonk echter enige - minuten daarna en
schipper Den Heijer, die men nog uit
het water kon oppikken, liggende voor
over in zijn zwemvest, is zonder tot
bewustzijn te zijn gekomen overleden.
Volgens het oordeel van de raad is
niet komen vast te staan hoe de lek
kage in de motorkamer is ontstaan.
Het valt op dat van het begin af de
schipper blijkbaar niet de ernst van
dit lek heeft ingezien. Men had met
de meeste spoed moeten beslissen naar
een noodhaven te gaan. Nu is te veel
tijd besteed aan de vleet en aan de aan
boord zijnde haring. Zo begon men
eerst de sleepreis toen het schip elk
ogenblik zou kunnen zinken.
Ofschoon de raad alle eerbied heeft
voor de beslissing van een kapitein
om tot het laatst op zijn schip te blij
ven, meent de raad aan te moeten ge
ven, dat, indien de toestand van het
schip zodanig is, dat het elk ogenblik
kan zinken en de bemanning het schip
reeds heeft verlaten en ook de tegen
woordigheid van de kapitein geen nut
meer heeft, hij ook van boord moet
gaan.
De raad acht het besluit van de schip
per om niet van boord te gaan onjuist.
De raad spreekt zijn deelneming uit
met het overlijden van schipper Den
Heijer en zijn waardering voor het werk
van de stuurman en de motordrijvers
van de SCH 204 en de schipper van de
SCH 305.
OHC-beker
Waterloo 2Terrasvogels 2, ADO 2
VSV 4. DEM 3Wijk aan Zee 2, Bever
wijk 3Spaarndam, Spaarnevogels
Kinheim 2, Hoofdd. BoysNieuw Ven
nep, Ripperda 2—Geel Wit, THB 2—Hil-
legom 3, DSKVogelenzang, TYBB 2
DC O 2, DIOS—Schoten 3.
Competitie
3A: EHS 2—Ripperda 3, HFC 6—
EDO 6, Concordia 2—ETO 2. DSOV—
HBC 4. 3B: Kinheim 3Haarlem 8. On
ze Gezellen 3Renova, Kennemers 5
VVB 3, Geel Wit 2—WH 2. 3C:
Spaarndam 2Halfweg 2, EDO 7
Schoten 5, NAS 3—SHS 2, TYBB 4—
HFC 7. 3D: HFC 8—RCH 8, WD 2—
DSK 2, v. NispenDSS 3, Zandvoort-
meeuwen 6—Hillegom 4. 3E: Vliegende
Vogels 3Spaarnestad, Heemstede 2
HFC 9, DC O 3—DIOS 2. 3F: Terrasvo
gels 3Kennemers 6, IEV 2VVB 4,
DEM 4ADO 3, Waterloo 2Storm
vogels 6. 3G: Bloemendaal 4HFC 10,
DCO 4—EDO 8. DSB 2—Haarlem 9. 3H:
Vliegende Vogels 4Velsen 4, DSB 3
DIO 3, Kinheim 5—VSV 6, DSS 4—
TYBB 5. 4A: THB 2—BSM 2, HBC 5—
Hoofdd. Boys 3Alliance 3. 4L: HFC
ADO 4, Waterloo 3—IEV 3, WB 5—
DEM 5. 4C: TZB 2Renova 2. 4D: Al
liance 2THB 4, Nieuw Vennep 2NAS
4, DSS 5Heemstede 3. 4E: Bloemen
daal 5—DEM 6, Onze Gezellen 5—Vel
sen 5. 4F: SHS 3—Spaarndam 3, SW
3—DEM 7. 4G: BSM 4—WH 4. DSS 6
—TYBB 6. 4H: HFC 11—TYBB 7,
Hoofdd. Boyys 3—Alliance 3. 41: HFC
12—DEM 8.
Jeugd
A: HBC a—Geel Wit a. VSV a—Haar
lem a, Kinheim a—TYBB a, Stormvo
gels aRCH a. B: EDO aKennemer-
land a. HFC aADO a, Velsen aAl
liance a, Kennemers a—OG a.
Junioren
IB: NAS aHoofdd. Boys a, Geel Wit
b—TYBB b, TZB a—HBC b, DSS b—
HBC c, Vogelenzang a—Concordia a. 2C:
DEM c—ADO b, TYBB c—IEV a. Vel
sen bAlliance b, Onze Gezellen b
DEM b. 3A: BSM bDIOS a. Concor
dia b—v. Nispen. HBC e—BSM a, HBC
dTYBB eOnze Gezellen c, Velsen c
SHS a, DEM e—DEM d.
Adspira nten
IB: Alliance aWijk a. Zee a; ADO a
Onze Gezellen bDEM b; TZB aTY
TYBB a—DSS a. 2B: HBC a—Concor
dia a: HBC bHoofdd. Boys a; BSM a
—v. Nispen a; Vogelenzang aDIOS a.
3B: Geel Wit b—DEM c; NAS a—IEV a;
Onze Gezellen bDEM h; TZB aTY
BB b. 3D: Alliance b—DEM e. ADO b—
SHS a; Renova a—TYBB c; DSS b
Velsen c. 3F: HBC a— Con
cordia b; HBC dConcordia c; DSS
cDSOV a TYBB dHoofdd. Boys b;
44B: Onze Gezellen cDEM g; DËM h
—DEM f; DSS d—Velsen d; IEV b—
ADO c; 4D: TYBB e—HBC f, TYYB b
HBC e; TZB bRenova b; Onze Ge
zellen d—NAS b; 4G: DSS e—Velsen e;
Onze Gezellen eDEM j.
Zaterdagmiddag: Kennemerlandbeker
SVJ 2—VEW.
Competitie.
1: RCH—ETO; SMS—Hillegom; IJmui-
den 2Kennemerland 3; Tweede Jeugd
IJ muiden 3; 2: VEW 2—Energie; Ken
nemerland 4—Kinheim 2 J. Hercules—
Telefonia 2; 3: SIZO 3Kennemerland
5; Concordia—WSV; TYBBJ. Hercu
les 2; SIZO 4IJmuiden 4; 4A: Kenne
merland 6—SMS 2; ETO 2—J. Hercules*
Energie 2—SVJ 3; 4B: SVJ 4—VEW 3:
WSV 2SMS 3; Telefonia 3SIZO 5„.
Advertentie
Vrijdag is het stoffelijk overschot van
Theodor kardinaal ïnnitzer, aartsbisschop
van Wenen, die zondagmorgen vroeg is
overleden, ten grave gedragen. Aan de
plechtigheden namen o.a. deel kardinaal
Wendel van München en kardinaal
Frings van Keulen, alsmede de 82-jarige
Oostenrijkse bondspresident dr. Körner.
De diepe galm van de Pummerin van
de St. Stefan begeleidde de rouwstoet,
die van het aartsbisschoppelijk paleis
naar de St. Stefan trok.
De glazen rouwkoets werd onmiddel
lijk voorafgegaan door de beide kardina
len. Vlak achter de koets met het stof
felijk overschot schreden de naaste
bloedverwanten van de overledene, de
Oostenrijkse bondspresident, de vorst
van Liechtenstein, ministers en leden
van het corps diplomatique en van het
parlement.
Nadat de stoet de ruim anderhalve ki
lometer lange weg naar de Dom had
afgelegd, werd de kist met het stoffelijk
overschot in het dwarsschip opgesteld.
De eigenlijke rouwplechtigheden begon
nen met een uitvoering van Mozarts Re
quiem, waaraan ook leden van de Ween-
se staatsopera hun medewerking ver
leenden. Na het requiem sprak dê te
genwoordige voorzitter van de Oosten
rijkse bisschoppenconferentie, aartsbis
schop dr. Rohracher, een in memoriam.
Tegen twaalf uur zonk de koperen kist
in de bisschopsgrafkelder onder het
hoogaltaar van de St. Stefan.