Het raadselvanTuaim Utrillq en Charley Toorop Uitermate persoonlijke en boeiende figuren in de schilderkunst T Gr/c de Noorman, verstopping H. Vader r\ Wijzigingen in de Kerk van Afrika Hartstochtelijk bohémien Kaganovitsj: VAN WAPENEN GEEN GEWELD SCHAT-EILAND Geef de strijd niet op tegen christelijke lente GESNEUVELDEN HERDACHT MAANDAG 7 NOVEMBER 1955 PAGINA w Eigen kerkelijke hiërarchie V.S. sluiten opnieuw twee Nederlandse mijen van export vergunningen uit Ver'hoging Nederlandse bijdrage voor Unicef gevraagd Filles de la Sagesse Gemeenschappelijke NederlandsDeense provincie Sovjet-Unie wil een verenigd, maar vredelievend Duitsland mwêm De natuur is niet te verbeteren. De natuur spreekt ook in de natuurzuivere door ROBERT L. STEVENSON Er is reden voor hoop op een nieuwe In Sixtijnse kapel H. Mis opgedragen voor vier kardinalen Amerikaanse stafchef: Russen bouwen sneller vliegtuigen dan de V.S. Eerste lustrum G.O.P. Internationaal congres Plechigheid in de Nieuwe Kerk te Amsterdam wee uitermate persoonlijke figuren in de geschiedenis der moderne schilderkunst zijn in het afgelopen weekeinde overleden: Maurice Utrillo en Charley Toorop. Beiden hadden zij een volkomen verschil lend karakter, stamden zij uit een geheel verschillende wereld en alleen het feit, dat zij bijna gelijktijdig gestorven zijn leidt er toe hen in één artikel te beschrijven. Utrillo zou men de hartstochtelijke Bohémien kunnen noemen, wiens leven één schier ongeloofwaardig avontuur is geweest. Geen voor stelling is te dol of zij past in zijn levensbeschrijving. Charley Toorop is altijd een vrouw van bijzonder grote beheersing en disciplinaire levensstijl geweest, die tegen alle stromingen van haar tijd in een zeer persoonlijk oeuvre heeft opgebouwd. Consequent, dikwijls tegen alle critiek in, heeft zij "an haarr 'f/TT'w da* voora] de„ laats,te jaren sJ;eetls froj,er De Heilige Vader heeft in de kerke- waardering: vond. Zelfs de laatste tijd, na het herstel van een beroerte, die districten in Frans Aequatoriaal haar gedeeltelijk verlamde en haar het spreekvermogen ontnam, schilderde - zij voort in haar eigen typische stijl. Maurice Utrillo werd op Tweede Kerst dag 1883 te Parijs geboren als onecht kind van Suzanna Valadon. Zijn vader zou een zekere Boissy, een mediocre figuur, schrijver en amateur-schilder, geweest zijn, die nogal veel dronk. Bois sy weigerde echter Maurice als zijn zoon te erkennen. Toen Suzanna kort daarop trouwde met de succesvolle za kenman Mousis, wilde ook hij Maurice niet accepteren en de naam Utrillo dankte hij aan een Spaans schrijver van die naam. die Maurice als zijn zoon adopteerde toen de jongen acht jaar oud was. Suzanna Valadon was een beeld schone jonge vrouw, die een bekende figuur was op Montmartre. Zij had op het atelier van een kleermaker gewerkt, was acrobate geweest en stond model voor schilders, waardoor zii onder haar bekenden Cézanne, Renoir, Toulouse Lautrec en De-as kon rekenen. Voor al uit schilderijen van Renoir kan men haar grote charme en schoonheid ken nen. In de pauze placht zij wel eens schetsjes te maken, die on een gegeven moment door Degas en Renoir werden opgemerkt. Dat is het begin van haar roem geweest, want weldra gold zij als een van de bekendste tekenaressen van haar tijd. Nog steeds brengen haar soms werkelijk prachtige tekeningen op vei lingen veel geld op. Deze atmosfeer was echter niet de meest geschikte om een jongetje groot te brengen en Mau rice werd dan ook reeds oo achttien jarige leeftijd opgenomen in een ge sticht voor drankzuchtigen en zijn baan tje op een bankierskantoor moest hij er aan geven. De psychiater die hem behandelde ried hem aan om iets anders te doen, iets dat hem zou boeien om zo de aandacht voor de drank af te leiden. Zijn moeder trachtte hem tot schilde ren aan te zetten. In het begin had Maurice een haast ingeboren aversie voor alles wat naar verf rook, maar op een gegeven moment is hij toch gaan schilderen en spoedig werd het een tweede habitus voor hem. (De eerste was nog altijd en is het altijd gebleven: de wijn, de absint en li keur). Zijn eerste doeken zijn gezich- ten op straten in Parijs, onbeholpen, zoals zondagschilders ze maken. Hij .orfva schilderde ook veel naar prentbrief kaarten en in zeer korte tijd ont wikkelde hij een eigen karakter. Hij bleef de gerenommeerde hoeken van Parijs afbeelden, maar schilderde ook veel kerken en landschappen. Be halve zijn moeder had Pissarro en eni ge tijd later ook Modigliani enige in vloed op zijn werk, verder bleef hij zichzelf. Roem en Glorie In 1909 werd de eerste expositie van zijn schilderijen gehouden, maar tot aan het begin van de twintiger jaren had hij het erg moeilijk. Daarna begonnen een aantal kunsthandelaren zich voor hem te interesseren en verkreeg hij roem en glorie. De prijzen voor zijn werk liepen snel op en spoedig behoorde hij tot de meest gerenommeerden van de „Ecole de Paris". Ondanks zijn drank zucht, waarvoor hij veie malen werd opgenomen in inrichtingen en zieken huizen, ontwikkelde hen een enorme produktiviteit. Alleen al tijdens de eerste wereldoorlog moet hij een duizendtal schilderijen ge maakt hebben. Vele doeken gingen voor een fles wijn van de hand en daarom duiken er nog steeds Utrillo's op. Hij schilderde, op alles en met alles. Eens, weer in een inrichting, ditmaal in het oude kasteel van St. Bernard, schilder hij de deuren vol met taferelen uit Pa rijs en nauwelijks groeide zijn naam of de directeur liet de deuren afhaken en met een wagen naar de Parijse markt brengen. In 1935 huwde hij Lucie Valore, een schilderes. In 1926 maakte hij costumes en decors voor het ballet van Diaghilev en in 1950 voor de Opéra Louise. De laatste jaren woonde hij op een verval len, spookachtig landhuis in Dax ih het vlakke land boven Bordeaux, dat Les Landes is geheten. Veel geluk heeft hij nooit gekend ondanks zijn roem. Hij bleef gebukt gaan onder de doem van de alcohol en is altijd een zwerver ge bleven. Hij was een hartstochtelijk bo hémien, die nergens kon aarden en zich aan niemand kon binden. Hij heeft tal rijke zeer schone werken geschapen, maar in zijn oeuvre bevinden zich ook veel schilderijen, die beslist beneden de middelmaat blijven. Hij hulde zich in zorgeloosheid, misschien omdat hij de consequenties van zijn bestaan niet aan kon. Toch is hij een der laatste gro ten der Ecole de Paris, waarvan ons m korte tijd de een na de ander ont valt. Hij moet een uiterst sterke gezond heid bezeten hebben, een vitaliteit, die hem ondanks zijn levenswijze tot een der groten van onze tijd heeft gemaakt. Charley Toorop Als Anna Carolina Pontifex Toorop staat de vrouw, die Charley ge noemd werd ingeschreven in het geboorteregister van Katwijk aan Zee. Op 24 maart 1891 zag zij het levenslicht en in tegenstelling tot Utrillo werd zij door haar vader met vreugde begroet. Deze man was dan ook niemand minder dan Jan Toorop. Oorspronkelijk zou zij zangeres worden, waarvoor zij vier jaar in Amsterdam en Frankfort studeerde Met haar ouders reisde zij veel door Europa en toen zij nauwelijks een en twintig was huwde zij met de schilder Fernhout. Drie kinderen werden uit het huwelijk geboren, dat overigens niet zo bijzonder gelukkig verliep. Charley be gon met schilderen door haar kinderen te portretteren, 's avonds bij elektrisch licht. Na de scheiding van haar man leefde zij enige tijd in Parijs, zwierf door de Borinage, woonde in Zuid- Frankrijk, haar kinderen steeds meene mend. In 1921 betrok zij het huis „De Vlerken" te Bergen aan de Buerweg, dat haar vader had laten bouwen en sindsdien heeft zij daar met steeds ster ker persoonlijkheid gewerkt. Zij had een grote kring vrienden en dit is in ver scheidene grote doeken gemanifesteerd. Zo schilderde zij „De Bremmergroep" en de „Maaltijd der vrienden", waar vele bekenden uit die tijd op staan af gebeeld als Sluyters, Mendes da Costa, Zijl, Bremmer, Raedecker, A. Roland Holst, Rietveld, Nijland en anderen. Zij was ook zeer maatschappelijk bewogen, hetgeen wel haar tocht door de Borinage in navolging van Vincent van Gogh be wijst. In 1932 ontstond het bekende schilderij „De drie generaties", waarop de grote portretkop van haar vader van John Raedecker staat afgebeeld. Zich zelf schildert zij niet als de char mante vrouw maar als de krachtige, werkende schilderes en achter haar staat haar zoon Edgar Fernhout, toen nog een pas ontluikend schilderstalent. Charley Toorop heeft al vrij snel er kenning gevonden. Bremmer kocht ge regeld werk van haar aan voor het Mu seum Kröller Müller; Boendermaker en Scherjon en vele musea verwierven haar doeken. Zij heeft nooit meegedaan met welke stroming in de schilderkunst ook. Zij theoretiseerde er ook weinig over en bleef zichzelf op een zeldzaam te noemen wijze. Zij schilderde korte tijd abstracte voorstellingen, maar bleef doorgaans al leen naar de natuur werken. Zelfs voor het beroemde schilderij „De kaasdragers" kwamen een tweetal mannen in authen tiek costuum geregeld naar Bergen. Haar atelier was een toonbeeld van hel derheid en orde en beantwoordde volle dig aan haar zin voor discipline en helderheid. Groter poëzie Sommigen menen, dat haar werk iets krampachtigs verraad, alsof zij con stant bang was zich als vrouw te zullen geven en dat haar tere gevoel ge smoord was in harde vormen en ri- polin-achtige kleuren. Wij willen ons niet wagen aan een analyse van haar geestes- en gevoelsleven, zeker is, dat zij weinig sprak en des te harder werkte. Zij vond in het werk de grootste bekroning van haar leven. Zij heeft on danks de reputatie en het vakmanschap van haar vader alles zelf moeten verwer ken en zelf moeten opbouwen en daar bij zijn zeer schone werken tot stand gekomen, die tot het beste en meest persoonlijke beho ren van wat de he dendaagse schilder kunst in Nederland opbracht. Haar kleinere portretten, haar stillevens, vooral dat van de flessen en oliekan nen zijn wonder lijk mooi. De laat ste tijd was haar werk poëtischer, er ging een blijheid van uit, gemanifes teerd in bloeiende takken van vrucht bomen en kleine bouquetten. Het laatst zag ik haar bij de zeventigste verjaardag van John Raedecker. Zij ging zeer moeilijk voort maar was een der eersten, die hem geluk wenste. Er zal nog veel geschreven worden over deze merk waardige figuur in de Nederlandse schilderkunst, die praktisch met nie mand te vergelij ken valt, maar de beste beschrijving heeft zij zelf gege ven, neertekenend op de vele doeken, die haar scheppin gen zijn. M. Afrika, Frans West-Afrika en het Toto- gebied, die tot nog toe aan de Congre gatie de Propaganda Fide waren toe vertrouwd, een eigen kerkelijke hiërar chie opgericht. De apostolische vicaria ten zijn tot aartsbisdommen verheven, en Laghouat, in het voormalige vicariaat Ghardaia in de Sahara, en Djibouti, ressorterend onder de voormalige ge lijknamige prefectuur, zijn tot recht streeks aan de Heilige Stoel onder horige bisdommen verheven. De vroe gere apostolische vicarissen zijn tegelij kertijd tot residerende aartsbisschoppen benoemd. Het gaat hier om 51 apostoli sche vicariaten en prefecturen, waarin ongeveer drie en een half miljoen ka tholieken en een miljoen catechumenen op een totale bevolking van 40 miljoen leven. Door de nieuwe regeling zijn o.a. Kamerun en Madagaskar in één kerk provincie bijeengebracht. Aequatoriaal Afrika bestaat voortaan uit 2 kerkpro vincies, terwijl Frans West-Afrika en het Totogebied 7 kerkprovincies tellen. (K.N.P.) Het Amerikaanse ministerie van Han del heeft aangekondigd, dat het min stens gedurende een jaar geen export vergunningen meer zal verstrekken voor twee Nederlandse maatschappijen, de „Continental Import and Export Co" en de Noord-Hollandsche Handelsasso ciatie. Dit besluit werd volgens het minis terie genomen omdat dé beidé maat schappijen in strijd met de Amerikaanse bepalingen bepaalde in de Verenigde Staten gekochte chemische produkten naar Hong Kong hebben her-uitgevoerd. (Van de zijde van de Continental Im port en Export Co vernemen wij, dat Hong Kong als een Britse kroonkolonie wordt beschouwd en de uiteindelijke be stemming van de goederen door de Engelsen wordt beslist. Voorts heeft men van Nederlandse zijde indertijd geldige Nederlandse exportvergunnin gen verkregen). 61. Het is doodstil om Eric heen. Wolf gedraagt zich rustig, zodat het vrij wel uitgesloten is, dat Moloch zich hier in de nabijheid bevindt. Waarschijn lijk heeft de Opperdruïde zich toegang tot het binnenste van de heuvel weten te verschaffen door de grote poort, welke Eric tijdens zijn eerste bezoek opmerkte. Deze is echter gesloten en als Eric de deuren eens van nabij bekijkt, ontdekt hij al gauw, dat de hele indrukwekkende poort niets is dan een'bedrieglijke nabootsing, kunstig uitgehakt in de stenen muur. Er moet dus een andere ingang zijn. Het zal niet eenvoudig zijn deze te vinden in de duisternis, maar gelukkig brengt de wolfshond hem op het goede spoor. De kleine opening is juist groot genoeg om een mens door te laten. Flauwtjes kan Eric de treden van een trap onderscheiden en na een korte aarzeling begint de Noorman de afdaling. Het is aardig donker om hem heen en na wat hem een eeuw toeschijnt bereikt hij tastend en schui felend het einde van de trap. Hij heeft er niet het flauwste vermoeden van, hoe zijn omgeving er uit ziet. Maar naar de holle echo's te oordelen, welke het geringste geluid, dat hij maakt, tienvoudig weerkaatsen, moet hij zich in een grote ruimte bevinden. Hij krabt zich peinzend de kin en hij vraagt zich juist af, hoe hij er ooit in moet slagen, Moloch in deze inktzwarte duisternis op te sporen, als Wolf zacht begint te grommen. Ogenblikkelijk grijpt Eric het dier, dat dicht naast hem staat, in het nekvel en luistert ademloos. Een vreemd lispelend geluid dringt tot hem door en met een schok houdt hij de adem in. Hij moet zich al erg vergissen, als dat niet het geluid is van verwijderde stemmen. Zonder zich een moment te bedenken, scharrelt de Noorman, Wolf stevig vasthoudende, in de richting van het verwarde gefluister. Hij heeft echter nauwelijks tien passen afgelegd, of hij staat stil, terwijl de haren hem te berge rijzen. Spookachtig weergal mend in de kille, holle duisternis, klinkt een schrille schreeuw: de doods- kveet van een mens. Het bekende zelfportret van Charley Toorop met de portret buste van haar vader Jan Toorop en haar zoon Edgar Fernhout, „de drie generaties" geheten. Advertentie DIT IS de manier om verstopping te over winnen Drink 's morgens vroeg en 's avonds voor het naar bed gaan een glas water en ga op een vast uur van de dag naar het toilet. Neem eerst een week elke avond'twee Carters pilletjes - 2e week: elke avond één - 3e week: om de andere avond één. Daarna niets meer. Want Carters Lever- pilletjes zorgen voor de galtoevoer die nodig is om het voedsel beter te verteren en de darmen te ontlasten; ze maken bovendien dat de ingewanden daarna op eigen kracht regelmatig blijven werken. Zó helpen Carters Leverpilletjes u helemaal van hardlijvigheid af, u is een ander mens. En mocht u later door zorgen, door te veel eten, oververmoeid heid of gebrek aan beweging toch nog eens verstopt raken, dan zijn een paar Carters pilletjes voldoende om u vlug weer op gang te helpen. Vraag naar CARTERS LEVER PILLETJES - f 1.20 per flacon. De stichting Nederlands Comité Unicef (Kinderfonds der Verenigde Naties) heeft in een adres de medewerking van de Staten-Generaal verzocht voor een verhoging van de Nederlandse bijdrage aan Unicef. Vergeleken met de bijdragen, die andere landen geven aan dit fonds, is ons land sterk achtergebleven. Dit spreekt nog meer, nadat een groot aantal landen reeds in 1955 zijn bijdrage be langrijk heeft verhoogd of een zodanige verhoging voor 1956 in uitzicht hebben gesteld. Op de rijksbegroting voor 1956 is de bijdrage aan Unicef opgenomen voor een bedrag van f 300.000. Vorige jaren was deze post gesteld op f 150.000. In beide kamers van de Staten Generaal werd in vorige jaren meer dan eens verhoging van deze bijdrage bepleit. Bij Pauselijk besluit is opgericht een gemeenschappelijke Nederlandse en Deense provincie van de zusters Filles de la Sagesse. Tot eerste provinciaal overste is be noemd de huidige overste van het kloos ter te Nijmegen, mère Leontine. Het provincialaat is gevestigd in het beken de klooster van de Dochteren der wijs heid aan de Groêsbeekseweg te Nijme gen. Lazar Kaganovitsj, eerste vice-pre mier van de Sovjet-Unie, heeft bq de herdenking van de 38ste jaardag der oktoberrevolutie van 1917 in het Bolsjoi theater te Moskou verklaard, dat de 19e eeuw de eeuw van het kapitalisme was, maar dat de 20ste eeuw de triomf van socialisme en communisme is.. Maar, zo vervolgde hij. iedere poging om revolu tie „dat niet exporteerbare en zeer nationale verschijnsel" met geweld van wapenen te stimuleren, zou neer komen op imperialisme. De Sovjet-rege ring mengt zich niet in de binnenlandse zaken van andere landen, aldus de vice- premier, die Lenins woorden aanhaalde: „degenen, die denken, dat revoluties naar welgevallen in iedere staat kun nen worden ontketend, zijn krankzinni gen of provocateurs". Vrede en coëxistentie, het vreedzaam naast elkaar leven, vormden het thema van Kaganovitsj' toespraak. Hoewel de Sovjet-Unie vrede wenst, zo zeide hij, „raden wij niemand aan onze kracht te toetsen, vooral niet degenen die deze reeds hebben beproefd". Hij verklaarde, dat de Sovjet-Unie de volledige uitroeiing van de parti culiere eigendom en de vestiging van de socialistische eigendom, welke naar dé leringen van Marx en Engels door de Sovjet-revolutie werd nagestreefd, voltooid heeft. Kaganovitsj verklaarde dat de Russische voorstellen op de ministersconferentie die thans te Genève aan de gang is, gericht zijn op het bereiken van wezenlijke vei ligheid. De Sovjet-regering heeft de voor stellen van het Westen om de veiligheid te waarborgen door middel van een tegen de Sovjet-linie gericht blok verworpen. „We hebben de jongste oorlog niet gestreden om Duitsland te herbewapenen. Wij wensen Duitsland hersteld te zien, maar het moet een vredelievend Duitsland zijn". Kagano vitsj beloofde volledige steun aan de po litiek die te Genève door Molotov ont vouwd is. Hij hekelde de N.A.T.O., de S.E.A.T.O. en de Amerikaanse bases in Europa. Advertentie (Vertaald door Yge Foppema) lllllllllllllltllllllllllllllllllllllllllllillKlilllllllllllllllllIIII „Op die manier komen we nooit aan wal,' zei ik. „Als dat de enige koers is die we kunnen voor liggen, dan zit er niets anders op," antwoordde de kapitein. „We moeten tegen de stroom op blijven roeien. Weet u, dokter," ging hij voort, „als we eenmaal aan lij van de landingsplaats afzakken, weten we niet meer waar we terechtkomen, afge zien nog van de kans dat de boten ons enteren, maar als we zo blijven doorroeien, moeten we straks in een hoek komen waar de stroom minder sterk is en dan kunnen wij altijd langs de kust terugroeien." „De stroom wordt al minder, dokter," zei de matroos Gray, die op de voorplecht zat; „u kunt wel weer een beetje afhouden." „Dank je wel," zei ik alsof er niets gebeurd was, want we hadden allen stilzwijgend besloten hem als een der onzen te behandelen. Eensklaps nam de kapitein weer het woord en Ik meende te bespeuren, dat zijn stem een weinig anders klonk. „Het kanon!" zei hij. „Daar heb lk al aan gedacht," zei lk, want Ik dacht natuurlijk dat hij het over een mogelijk bom bardement van de versterking had. „Ze kunnen het kanon nooit aan wal krijgen, en zelfs als hun dat zou lukken, dan kunnen ze het toch nooit door het bos slepen." „Kijk eens achteruit, dokter," hernam de kapitein. We hadden de draaibas geheel vergeten, en daar zagen we tot onze ontzetting de vijf schurken druk doende om het stuk geschut zijn jas uit te trekken, zoals zij dat noemden, dat wil zeggen de zware presenning te verwijderen waarmee het in normale tijden was toegedekt. En dat niet alleen, maar op hetzelfde ogenblik schoot het me te binnen, dat we de kogels en het kruit voor het kanon achtergelaten hadden, en dat één klap met de bijl voldoende was om dat alles in het bezit van '"o ellendelingen aan boord te brengen. „Israël was kanonnier bij Flint," zei Gray schor. Wij zetten alles op alles en koersten regelrecht op de landingsplaats aan. We waren nu zo ver uit het snelste deel van de stroom, dat we voldoende vaart konden lopen om de boot bestuurbaar te hou den, zelfs als we zo voorzichtig roeiden als we nu eenmaal moesten doen, en ik kon nu recht op het doel afsturen. Maar het ergste was, dat we op die manier niet onze achtersteven, maar de zijkant van de boot naar de Hispanioia toekeerden en een doel als een schuurdeur vormden. Israël Hands met zijn jenevergezicht liet een kanonskogel op het dek val len; ik kon het niet alleen zien, maar ook duidelijk horen. „Wie van ons is de beste schutter?" vroeg de kapitein. „Jonker Trelawney, verreweg," zei ik. „Meneer Trélawney, wilt u dan zo goed zijn een van die kerels het licht uit te blazen?" zei de kapi tein. „Als 't kan Hands." Trelawney was onbewogen. Hij keek of er genoeg kruit op de pan lag. „Weest u een beetje voorzichtig met dat geweer, meneer, of we krijgen de hele boot vol water," zei de kapitein. „Iedereen op zjjn post om de schok op te vangen." Trelawney legde aan, de roeiers staakten hun werk en wij hingen naar de andere kant over om de boot in evenwicht te houden. Dat alles werd zo keurig gedaan, dat we geen druppel water over- kregen. Intussen hadden ze aan boord de draaibas op zijn voetstuk omgezwenkt en bijgevolg was Hands, die met de laadstok bij de mond van het kanon stond, het meest blootgesteld. Maar het geluk was niet met ons, want juist op het ogenblik dat Trelawney af drukte, bukte hij zich, de kogel floot over hem heen en een van de andere vier viel neer. De gil die hij gaf werd beantwoord, niet alleen door zijn metgezellen aan boord, maar ook door tal van stemmen aan de wal, en toen ik die kant uit keek, zag ik de andere zeeschuimers in troepjes tussen de bomen uitkomen en hals over kop in de boten springen. „Daar komen de boten aan, kapitein," zei ik „Roei op dan!" riep de kapitein. „Als de boot volloopt, kunnen we er niets aan doen. Wh moeten de wal halen, of we zijn verloren." „Ze hebben maar één van de boten bemand, kapitein," ging ik voort. „De lui uit de andere boot zullen wel overland gaan om ons de pas af te snijden. „Dan zullen ze het warm krijgen," merkte de kapi tein op. „Zeelui aan wal lopen niet zo hard. Voor hen ben ik niet bang, maar wel voor dat kanon. Het is gewoon kegelen! Mijn keukenmeid zou niet kunnen missen. Jonker, waarschuw ons, als u de lont ziet, dan zullen wij inhouden." Intussen waren we voor een zo zwaar beladen bootje goed vooruit gekomen en we hadden daarbij maar weinig water over gekregen. We waren nu vlak onder de kust; nog een dertig, veertig slagen en we zouden de boot op het strand kunnen zetten, want de eb had al een smalle strook zand vóór de dicht opeengroeiende bomen blootgelegd. Voor de sloep hoefden we niet bang te zijn, die was al door de landpunt aan onze blikken onttrokken. De eb, die ons zo wreed had opgehouden, maakte het nu weer goed door onze tegenstanders te hinderen. Alleen het kanon leverde direct gevaar op. „Als ik het erop durfde wagen," zei de kapitein, „zou ik ophouden en nog een vent laten neer schieten." Maar het was duidelijk, dat zjj niet van plan wa ren zich door iets of iemand te laten ophouden. Ze ljpdden geen ogenblik naar hun gevallen makker omgekeken, hoewel hij niet dood was en ik kon zien, hoe hij zijn best deed om weg te kruipen. „Tegenhouden!" riep de kapitein, snel als een echo en hij en Redruth duwden uit alle macht tegen de riemen, zodat de achtersteven onder water verdween. Op hetzelfde ogenblik viel het schot. Dit was, naar later bleek, het eerste dat John hoorde; het schot van Trelawney was niet tot hem doorgedrongen. Waar de kogel ons passeerde, kon niemand precies zeggen, maar ik vermoed dat hij over ons hoofd heen gesuisd is en dat de luchtdruk tot ons ongeluk heeft bijgedragen. (Wordt vervolgd) Tijdens een audiëntie, die de Heilige Vader gistermiddag in Vaticaanstad ver leende aan duizenden Italiaanse oud strijders, heeft hij in bewogen bewoor dingen een hernieuwde oproep tot vrede aan de wereld gericht. „Om niet te kort te schieten in rechtvaardigheid en in duidelijkheid", zo zeide de Heilige Va der, „mogen wij niet verzuimen de re geringen der volkeren nog eens te be zweren alles in het werk te stellen om nieuw bloedvergieten, nieuwe rouw, nieuw nodeloos leed te vermijden. En moge onze oproep wederom vooral die genen bereiken, waar ook ter wereld, die in onmenselijke wreedheid een aan val op andere volkeren overwegen en slechts het ogenblik afwachten, waar op die volkeren zonder verdediging zijn." Met deze woorden eindigde de Paus zijn rede, waarin hij er o.a. op wees, dat hij nimmer gepoogd heeft in zijn toespraken de situatie van de wereld mooier voor te stellen dan zij is. De toestand van de wereld, aldus de Hei lige Vader, is inderdaad soms zo zwart als de nacht. Van de andere kant weet echter ook iedereen met hoeveel over tuiging en vertrouwen wij ook telkens weer herhalen, dat nog niets verloren is, wanneer de mensen van goede wil maar opstaan om zich aaneen te sluiten en moedig en eensgezind handelen. Nimmer laten wij voorts na, aldus de Heilige Vader, uiting te geven aan onze hoop, dat misschien eerder dan wij ver wachten de zon weer zal doorbreken lente le van een nieuwe christelijke „Er is reden voor deze hoop", zo zei de Heilige Vader, „want steeds vaker wordt door steeds groeiende groepen van mensen uit alle categorieën aan ons de wens te kennen gegeven, dat wij als plaatsvervanger van Christus ons woord zullen laten horen over de meest uit eenlopende onderwerpen. Er leeft een heilige drang", aldus de Heilige Vader, „om in Christus leer de richtlijnen te zoeken voor de oplossing der proble men, die zowel individuen als gehele volkeren in angstige zorg bezighouden." (K.N.P.) In het Vaticaan is zaterdag in de Six tijnse kapel een Heilige Mis opgedragen voor de zielerust van Johannes kardinaal De Jong en de overige drie kardinalen, die in het afgelopen jaar overleden zijn. De kardinaal-vicaris van Rome, Clemente Mi- cara, celebreerde cfe H. Mis voor Theodor kardinaal Innitzer, primaat van Oostenrijk, Johannes kardinaal De Jong, aartsbisschop van Utrecht, Gualbero kardinaal Guevara, primaat van Peru en de Curiekardinaal Giuseppe Bruno. De Heilige Mis werd bij gewoond door elf kardinalen, onder wie de deken van het Heilig Colege, Eugène Tisserant, mgr. Domenico Tardini, pro secretaris van staat en de diplomatieke ver tegenwoordigers bij de Heilige Stoel van ne gentien landen, waaronder Nederland. (U.P.). De Russen kunnen in minder tijd be tere vliegtuigen bouwen dan de Ameri kanen, aldus heeft de stafchef van de strategische luchtmacht der Verenigde Staten, brigade-generaal Montgomery, volgens Reuter verklaard. In de Vere nigde Staten duurt het acht tot tien jaar voordat een vliegtuig van het te kenbord in de lucht is, terwijl de Rus sen hetzelfde In slechts vijf jaar tijds doen, zo verklaarde hij. (Rtr.) (Van onze correspondent) Donderdag en vrijdag Is respectieve lijk in Den Haag en Delft een inter nationaal congres gehouden door de Contactgroep Opvoering Produktiviteit ter gelegenheid van de viering van het eerste lustrum. Aan dit congres werd niet alleen deelgenomen door de hoof den der produktiviteitscentra in Frank rijk, Duitsland, Oostenrijk, Italië, Bel gië, Noorwegen, het Britse Gemene best en Zweden, maar ook door ver tegenwoordigers van de O.E.E.S., de U.S.A. en het Europees Produktivl- teitscentrum te Parijs. De eerste dag van het congres werd gehouden in Den Haag in De Witte, waar de voorzitter van de C.O.P., ir. W. H. van Leeuwen, president-direc teur der Ned. Gist- en Spiritusfabrie ken, de buitenlandse en binnenlandse deelnemers wees op het vele nuttige werk, dat in de afgelopen vijf jaar door de organisatie tot stand is gebracht. Daarop hield de heer A. Vermeulen, secretaris van het N.V.V., een rede over de „Bijdrage van de vakbewe ging aan de campagne tot opvoering van de produktiviteit in de industrie", waarin hij aantoonde hoe hierdoor gro te belangen van werkgever en werk nemer gediend worden. Andere sprekers op dit congres wa ren o.a. mr. H. Krekel van het „Studie centrum voor doelmatige bedrijfsvoe ring", die de samenwerking tussen in dustrie en universiteit aan een be schouwing onderwierp; prof. dr. H. A. Hutte, die een referaat hield over het onderzoek naar de menselijke verhou dingen in het produktieproces en prof- ir. D. Dresden, voorzitter van de in dustriële organisatie T.N.O., die sprak over het correlaat tussen research en opvoering van de produktiviteit. Aan het congres werd ook deelgeno men door een aantal buitenlanders uit minder ontwikkelde gebieden, die mo menteel te Delft aan de Technische Hogeschool een cursus volgen in eco-^ nómische bedrijfsvoering, welke cursus gegeven wordt met gelden uit het zgij- tegenwaardenfonds van de Marshal- hulp. Het lustrum van de C.O.P. werd be- sloten met een lunch in de Prinsen kelder te Delft en met een officiële receptie in de cantine der Penicilline- bedrjjven der Kon. Ned. Gist- en Spiri tusfabrieken, waar autoriteiten en pro minente figuren van vele bedrijfsor ganisaties van hun belangstelling voor het streven van dc „Contactgroep Op voering Produktiviteit" blijk gaven. In de Nieuwe Kerk te Amsterdam zijn zaterdagmiddag .oor de negende keer de 30.000 in ons land begraven geallieerde militairen herdacht in een samenkomst, die uitging van het Ne derlands Oorlogsgravencomitè. Voor het koorhek stnd een katafalk met een erewacht van militairen van de Kon. Landmacht. Het Koninklijk Huis had zich doen vertegenwoordigen door de chef van het Militaire Huis van H. M., generaal- majoor C. F. Pahud de Mortanges. De samenkomst werd verder bij ge woond door leden van het Corps Di plomatique en het Corps Consulaire, verscheidene Nederlandse burgerlijk en militaire autoriteit".:, o.w. de voor zitter van de Eerste Kamer en burge meester d'Aily. .Korte toespraken werden Senou°.® door reverend J. Keillor ouï? fan predikant leger-aalmoezenier F. v de Vliet en pasteur Marc Jospin, P. sident du „souvenir francais", die n het „Onze Vader" de samenkomst s' n[ Tijdens een uitvoering van het v pe Creator" van Diepenbrock door Verenigde Zangers" en koraaimu door de Kon. Militaire Kapel le®,oet de autoriteiten kransen aan de t" van de katafalk. Met de „Last werd dit eerbetoon afgesloten. ..jenS Zondagmiddag zijn kransen W. je een korte plechtigheid geplaatst .er- militaire graven op de Nieuwe u begraafplaats in Amsterdam.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1955 | | pagina 2