Krui swoo rd raadse l
1
raadsel
Zware historische belasting van de missies
onder de Indianen en de negers
Hl
SCHAT-EILAND
Positie van Nederlandse textiel
industrie van vele zijden belaagd
PAGINA
Z. H. de Paus dringt
aan op hulp van
de leken
Radarschip van de V.S.
door brand vernield
Binnen 24 uur vervangen
Wereldexpositie te Brussel
Nederland mag niet
ontbreken
Uitvoer van katoenen
Veertigjarig bestaan
A.N.V.V.
en linnen weefsels
gestegen
In Noord-Holland
12.000 bejaarden komen
in aanmerking voor
opneming in tehuis
Drie clandestiene senders
opgespoord
door ROBERT L. STEVENSON
Aardverschuiving in
Canada; drie doden
Indonesiscihe infiltranten
in Nlieuw-Guinea hebben
bekend!
Naar wijziging van het
A.R.-beginselprogramma
R. E. SHERWOOD
OVERLEDEN
Bekend A merikaans
toneelschrijver
BRANDWACHT VALT
VAN AUTO
Zwaar gewond naar
ziekenhuis
Kleurenfilm over reis van
Koninklijk paar
Bromfietser verongelukt
De pauselijke maandintentie voor november van het Apostolaat des Ge-
beds is gericht op de missies onder de Indianen en negers van Zuid-
Amerika. Bij de korte vermelding daarvan hebben wij een nadere
beschouwing van de grote problemen, waarmee de geloofsverkondiging in
deze streken te kampen heeft, in het vooruitzicht gesteld. Het is echter on
mogelijk zich hiervan een goed beeld te vormen tenzij men het missie
werk plaatst tegen de achtergrond of in het geheel van het kerkelijk leven
in Latijns-Amerika. De momentele toestand is in details besproken op de
van 25 juli tot 5 augustus j.l. te Rio de Janeiro gehouden Zuid-Amerikaanse
bisschopsconferentie, waar 8 kardinalen, 43 aartsbisschoppen, 259 bisschop
pen uit 23 landen aanwezig waren. Al deze landen hebben ten naaste bij
dezelfde geschiedenis, dezelfde cultuur en dezelfde tradities. Bijgevolg, mag
C neggen, ook dezelfde problemen. Het grootste hiervan is ongetwij
feld een beangstigend tekort aan priesters, waardoor de andere problemen
groeien of veroorzaakt worden.
In een apostolisch schrijven aan de
voorzitter der bisschopsconferentie, de
pauselijke legaat, Kardinaal Piazza,
heeft Z. H. op de grootste spoed aange
drongen om in nauwe samenwerking
een oplossing te vinden voor deze nood
lottige situatie. Alle goede moderne
middelen dienen te worden ingescha
keld ten dienste van het apostolaat.
Om het tekort aan priesters zo snel
mogelijk aan te vullen adviseert de
Paus het tewerkstellen van buitenland
se geestelijken. Verder moeten zoveel
mogelijk religieuzen met de zielzorg
worden belast, terwijl ook aan leken
broeders en zusters een belangrijke
taak kan worden toevertrouwd. Vooral
echter richt de H. Vader een dringend
appèl op de katholieke leken van alle
beroepen, om als machtige helpers der
eigenlijke zielzorgers een apostolische
taak van de eerste rang op zich te ne
men in die landen, welke voor het Rijk
Gods verloren dreigen te gaan indien
de tegenwoordige toestand nog langer
voortduurt.
Heel Latijns-Amerika bevindt zich,
van katholiek standpunt gezien, in
een uiterst gevaarlijke positie daar
de toenemende protestantse propa
ganda, vooral van allerlei Ameri
kaanse secten, die over onbeperkte
middelen schijnen te beschikken, door
de grote activiteit der vrijmetselarij,
het anti-clericaksme en laïc'sme, het
bijgeloof, het spiritisme en, niet op de
laatste plaats, wegens een ontstellen
de onwetendheid op godsdienstig ge
bied. Door dit alles heen loopt als
een rode verschrikking de zich over
al uitbreidende communistische pro
paganda, die in de ongunstige gods
dienstige en sociaal-economische toe
standen een vruchtbare voedingsbo
dem vindt.
Met al deze problemen heeft de bis
schopsconferentie zich intensief bezig
gehouden en een indrukwekkend pro
gram van actie opgesteld, waarvan de
verwerkelijking voortaan gecontroleerd
en gestimuleerd zal worden door een
algemeen bissohonpe'iik comité, zete
lend te Bogota in Columbia. De ver
betering van het onderwijs (80 van de
100 parochies hebben tot nog toe geen
school!) moet op korte ♦eVmiin hoe
dan ook een feit worden, de Kerk
zal alles in het werk stellen om de so
ciale gerechtigheid te bevorderen en
de arbeidsvoorwaarde te verbeteren
Bovenal echter heeft het tekort aan
priesters aller aandacht. De opleiding
van de clerus wordt grondig herzien en
aangepast aan de moderne eisen.
De missie onder de kleurlingen
In bovenstaande, benauwende situa
tie-tekening hebben wij met opzet het
probleem der kleurlingen onvermeld
gelaten, daar dit wegens zijn grote om
vang en ernstige aard een afzonderlijke
bespreking verdient. Op de conferentie
te Rio de Janeiro zijn daarover schrij
nende bijzonderheden aan het licht ge
komen.
Ondanks het feit, dat Zuid-Amerika
de smeltkroes der volkeren wordt ge
noemd, leven e» nog miljoenen India
nen en negers, die zich niet met ande
ren vermengd hebben. In sommige stre
ken neemt hun getal eerder toe dan af.
b.v. ten aanzien van de negers in
Brazilië, Guayana, Ecuador en Vene
zuela. In andere staten voltrekt zich
een duidelijk aanwijsbare aaneenslui
ting van Indianen, die invloed en mede
zeggingschap op de politiek eisen en
mede daardoor intensief door commu
nistische propaganda worden bewerkt.
Vooral in enkele staten van Spaanse
origine is het Indianen- en negerele
ment uitermate rancuneus en men moet
toegeven: niet zonder reden. De her
innering aan het in het verleden onder
gane onrecht van de zijde der blan
ken is onder deze volkeren nog zeer
levendig, en de hun ook nu nog opge
drongen, vaak hemeltergende positie
van loonslaven in de industrie-centra,
de mingebieden en op de plantages, is
ai bijzonder weinig geschikt om daarin
verandering te brengen. Deze ergerlijke
toestanden dringen nauwelijks tot de
beschaafde wereld door. Evenmin kan
men zich een betrouwbare voorstelling
vormen van het grote aantal dezer
kleurlingen, waarvan zeer velen, ver
van alle beschaving, in ontoegankelijke
oerwouden leven. Een voorzichtige
taxatie door het Apostolaat des Gebeds
te Home in het begin van dit jaar on
dernomen noemt de getallen van 8,9
miljoen Indianen en 9,2 miljoen negers
van zuiver ras onder een bevolking van
een 92,7 miljoen in 12 staten.
Hoe is het nu gesteld met de geloofs
verkondiging onder deze volken? Eerst
In de 18e eeuw zjjn katholieke mis
sionarissen in het binnenland doorge
drongen. Door de verdrijving der Je
zuïeten uit de Amerikaanse koloniën, ge
volg van de toenmalige toestand in
Spanje, kwam de missie tot verval.
Toen andere missionerende orden het
werk overnamen, ontstond er nieuwe
tegenwerking door het anti-clericalis-
me der intussen onafhankelijk gewor
den staten. Ondanks het later ooglui
kend toelaten van Europese en Noord-
Amerikaanse priesters uit sommige
staten werden dezen tot voor kort nog
uitdrukkelijk geweerd zelfs daar
waar de kerkelijke hiërarchie was op
gericht, kan men toch tot op de dag
van vandaag niet van een goed func
tionerend missiewerk spreken.
De eerste zorg gold natuurlijk die In-
Gianen 6n negers, aan wig in vroeger
tijden het Evangelie reeds verkondigd
was. Pas tegen het einde van de 19e
eeuw kon men zich met de anderen
gaan bemoeien. Daarbij komt dan noc
dat de burgerlijke overheid in de eer
ste eeuwen na de ontdekking van het
land talloze inboorlingen gedwongen
heeft, zich te laten dopen, vooral dege
nen, die niet in reservaten leefden. Een
zelfde methode werd in het groot toe
gepast op de uit Afrika geïmporteerde
negers. Onnodig te zeggen, dat der
gelijke praktijken niet de geringste in
vloed hadden op de kerstening der be
volking. Feit is intussen, dat de Kerk
in Zuid-Amerika momenteel onder de
gevolgen van dit alles zwaar gebukt
gaat.
Momenteel valt er derhalve van een
tweevoudig missiegebied onder de
kleurlingen van Zuid-Amerika te spre
ken; heten, waar nog sporen van het
vroeger bekende Christendom aanwezig
zjjn, het andere, diep in het moeilijk
toegankelijke binnenland, dat de mis
sionarissen onder onvoorstelbare moei
lijkheden trachten te bewerken.
Waar een kerkelijke indeling van het
land bestaat, schat men het aantal in
woners van 48 apostolische vicariaten
en 33 zelfstandige prelaturen op
7.200.000. De bevolkingsspreiding in de
ze onafzienbare gebieden is uiteraard
zeer groot. Wanneer men dan weet, dat
er voor dit werk slechts 1200 priesters
beschikbaar zijn één op 6000 zielen
dan kan men uit de verte vaag vermoe
den welke enorme inspanningen hier
van de missionarissen worden gevraagd
wier missieposten in de troosteloze een
zaamheid van eindeloze oerwouden en
savannen gevestigd zijn.
Een apart probleem voor de neger
missie vormt het opleven van oude
heidense cultusvormen, in de hand
gewerkt door de toenemende secte-
ge.est en de zich sterk verbreidende
spiritistische praktijken. Van een in
feite geseculariseerde Atlantische cul
tuur, waarmee de negers overigens
al lang in contact zijn, kan geen hulp
worden verwacht. Slechts een nieu
we methode van zielzorg, etnolo-
logisch gespecialiseerd, zou bij mach
te zijn hier uitkomst te brengen. Maar
een zodanig gevormde clerus ontbreekt
ten enenmale.
Waarschijnlijk vindt het ople
ven van het oude heidendom onder
de negers mede zijn verklaring in een
contrast-werking ten aanzien van de
,,ont-zielde" Westerse beschaving, en
dit verschijnsel valt niet alleen in
Brazilië met zijn 8 miljoen negers te
constateren, maar ook in de overige
Zuid-Amerikaanse Staten eh de An
tillen. Opvallend daarbij is, dat de
heidense geesten worden aangeroepen
ond^r christelijke namen, een door
zichtige maar voor de hand liggende
poging tot camouflage met het oog
op de burgerlijke overheid. Dat het
spiritisme tot een dergelijke menta
liteit gemakkelijk toegang heeft, voor
al daar het talrijke godsdienstige
voorstellingen der negers overneemt,
behoeft wel geen nader betoog.
Desondanks wordt er sinds 1900 voor
al in de binnenlanden heroïsche arbeid
verricht door de al te weinige missio
narissen, die onder de heidense India
nen en negers werken. De faam hier
van dringt nauwelijks tot de buiten
wereld door, zowel omdat deze zwoe
gers volkomen buiten alle contact met
de beschaving leven, zich totaal uit
putten en bijgevolg het gevoel verlie
zen voor de noodzaak van berichtge
ving aan de buitenwereld. Zij leven bo
vendien in gebieden, die nu nog in het
ontsluitingsstadium verkeren, dat Afri
ka reeds op de helft van de vorige eeuw
kende. Psychisch en fysisch vraagt
dit werk bovenmenselijke inspanningen.
Het getal der missionarissc—die na
tien jaar totaal op zijn, is dan ook niet
gering. Daar het hier zo goed als uit
sluitend zwervende stammen betreft,
is het eerste werk dezu mensen tot het
kiezen van een vaste woonplaats te
brengen, om scholen en ziekenhuizen
te kunnen stichten en hun landbouw en
huisindustrie te leren. Dit kan echter
nog generaties duren gezien hun na
tuurlijke afkeer van een dergelijke le
venswijze. Het contact met de bescha
ving, door de burgerlijke overheid be
vorderd, brengt echter tevens het niet
geringe gevaar van de hebzucht en
uitbuiting der blanken met zich mee,
wat een ernstige belemmering vormt
voor de verbreiding van het Christen
dom.
Het weinig bemoedigende beeld, dat
een nadere beschouwing van de missies
onder Indianen en negers oplevert,
maakt de pauselijke gebedsintentie van
deze maand wel in hoge mate actueel.
Er is echter Goddank een kente-
ring_ aanwijsbaar. De bisschopsconfe
rentie van Rio de Janeiro heeft de aan
dacht op deze probleem-gebieden geves
tigd. Vanuit Spanje trekken reeds tal
rijke priesters naar Zuid-Amerika, ter
wijl Columbia waarop wij nog nader
terugkomen het grote centrum be
looft te worden, van waaruit de missio
nering van dit uitgestrekte continent
opnieuw en krachtig wordt ter hand ge
nomen. Zonder Gods zegen werken
evenwel de arbeiders vergeefs. De
missie-intentie van deze maand zij
daarom met klem aanbevolen.
Een Amerikaans radarschip dat gis
teren op de Atlantische Oceaan op on
geveer 175 km van de kust ernstig door
brand werd beschadigd is vandaag al
vervangen door een ander radarschip.
De radarketen, die de VS tegen een ver
rassende aanval moet beschermen, is nu
weer geheel gesloten. De brand, uitge
broken pa een explosie in een van de
brandstoftanks, heeft 6 uur gewoed. Drie
opvarenden geraakten ernstig gewond.
Twee anderen zijn vermoedelijk omge
komen. (UP).
Minister Drees is op het ogenblik
slechts in staat een globaal overzicht
te verschaffen van de Nederlandse
deelname aan de wereldtentoonstelling
te Brussel. Naar het oordeel van de
regering mag ons land, zowel als Bene-
luxpartner als in het belang van Neder
land en de overzeese rijksdelen op de
tentoonstelling niet ontbreken.
In beginsel is ons een zeer gunstig
gelegen terrein van ca. drie ha aan
gewezen, naast de terreinen van Bel
gië en Luxemburg. Bij de Nederlandse
bijdrage zal naast het culturele gedeel
te, ook het economische belang van
Nederland alle aandacht krijgen. Over
de wijze, waarop het terrein zal wor
den gebruikt, is nog geen definitief
plan opgemaakt.
68. „Als gij Monoch niet gedood hebt, wie deed het dan wel?" vraagt Eric
ongelovig. „Wie was er dan nog meer in de grafheuvel?" Saran lacht fijntjes
en wacht even, om meer reliëf te geven aan de opzienbarende mededeling, die
hij gaat doen. „Niet ik doodde Monoch", herhaalt hij dan langzaam, „dat
heeft Cendrach gedaan!" „Cendrach, de scheepsbouwer?" stoot Eric ver
bijsterd uit. Hij valt van de ene verbazing in de andere en heeft even tijd
nodig, om dat bericht te verwerken. „Dezelfde", bevestigt Saran. „Ik zag,
dat Cendrach uit een luik in de grond kwam en was natuurlijk nieuwsgie
rig om te weten wat hij daar beneden gedaan had. Ik daalde dus af in de
grafkelder en...." Maar Eric wacht het einde van het relaas niet af en
maakt zich haastig op om achter de scheepsbouwer aan te gaan, waarbij
Halfra, blakend van energie, aanbiedt om hem te vergezellen. De twee
mannen springen in de strijdwagen en volgen Wolf, die snuffelend voor
hen uitgaat. Intussen roept Eric alsmaar Cendrach's naam en na enige
lijd smaakt hij de voldoening, het hoofd van de scheepsbouwer uit de
struiken te zien opduiken. Nadat de twee mannen elkaar hartelijk begroet
hebben, vertelt Cendrach, dat hij na zijn oude vijand Mnoch verslagen
te hebben zich snel uit de voeten gemaakt had. Hij verwachtte terechU
dat Monoch niet alleen gekomen was en dacht, dat er een heel leger
achter hem aan zou komen als de dood van Monoch ontdekt werd. Het
spreekt van zelf, dat de Noorman heel wat te vragen heeft aan Cendrach,
maar deze wil daar nu niet op antwoorden. Eerst moet Eric maar eens
met hem mee komen, dan kan hij zien waar hij Cendrach zich "l
die tijd verborgen heeft gehouden. „Daar zullen wij rustig kunnen praten",
besluit hij, „want ik vermoed, dat w{i elkaar héél wat te vertellen hebben"-
(Van onze Haagse redactie)
De Algemene Nederlandse Vereniging
voor Vreemdelingenverkeer, die op
17 november haar veertigjarig bestaan
viert, zal die dag dit feit herdenken
met een feestelijke bijeenkomst en een
receptie, welke gehouden wordt in het
hoofdgebouw aan de Parkstraat 38 te
Den Haag.
Op jaarlijkse najaarspersconferentie
van de Nederlandse Textieljaarbeurs,
die in 1956 tien jaar zal bestaan,
verklaarde het bestuur, dat de posi
tie van de Nederlandse textielindus
trie op de wereldmarkt van vele zij
den belaagd wordt, zoals door de enor
me vergroting van de invoer, de voort
schrijdende liberalisatie, de voorraad-
vorming, de loonsverhoging, het per
soneelstekort enz.
Gebleken is, dat de textielindustrie
het bij haar expansiepogingen in ver
gelijking met de andere bedrijfstak
ken, het moeilijkst heeft, hetgeen
echter niet beduidt, zo werd mede
gedeeld, dat geen gunstige resultaten
zijn geboekt. In de loop van vijf jaar
is de verkoop naar het buitenland
sterk opgevoerd, terwijl evenwel an
derzijds de verkoop in het binnen
land, volgens het bestuur van de tex
tielbeurs, beter had kunnen zijn.
Het bestuur van de Textielbeurs
meent verder, dat waakzaamheid ge
boden blijft, vooral omdat Nederland
in 1955 niet meer dan voor ongeveer
14 miljoen dollar naar de Verenigde
Staten zal exporteren.
Het is de bedoeling om door mid
del van een Belgische dag het con
tact met de Belgische textielindustrie
te verstevigen tot versterking van de
Beneluxgedachte.
1951. Medegedeeld werd, dat er een stre
ven is om de import van ongebleekte
katoen uit Japan te weren, een pogen,
zo werd medegedeeld, dat wordt onder
nomen door alle westeuropese landen.
Men hoopt aan deze import uit Japan
binnen een half jaar een eind te maken.
Uitgaande van de cijfers, ontleend aan
de enquête ingesteld onder 1055 bejaar
den, ressorterend onder de sociale raad
voor Alkmaar en omstreken, komt drs
Diederich, sociograaf te Amsterdam tot
de conclusie, dat er momenteel in Noord-
Holland, zonder de steden Amsterdam,
Haarlem en Hilversum, doch met inbe
grip van het in tehuizen van bejaarden
verblijvend aantal, circa 3600 hulpbe
hoevenden zijn. Van de 1055 geënquê
teerden waren het er 777 of 7,3 pet.
Het aantal bejaarden, dat voor opne
ming in een bejaardenrusthuis in aan
merking komt, becijfert drs Diederich,
voor deze provincie, met inbegrip van
genoemde grote steden, op ongeveer
12.000.
rn>
Horizontaal:
1. loopbrug
2. groot ongeluk
- vuist
^S. noodsein
- schenkkan
4. vermetel
5. huisdier
- nog niet ont
wikkeld dier
6. daar
- reinigings
middel
- boekomslag
7. dwaas
- stiefmoeder
van Helle
(Gr. myth.)
- papegaai
8. uitstekend
- dakbedekking
9. uitgezette lijn e»
t.b.v. peilingen
- gravure
- Rotterd. Lloyd so
(afk.)
10. koningin (Fr.)
- hoender
11. akeligs
- bouwval o
Verticaal:
1. peinzen
2. vis r-
- geurigheid
3. leed
- pauselijke
driekroon
4. huid vlek je
- ingewand
5. paard
7 8 9 10 11
- vervoeging
van zijn
6. godsdienst
- beuren
7. gewricht
- roofdier
8. zaterdag vóór
Pinksteren
9. tot de kust
behorend
- Ludolphiaans
getal
10. hooggelegen
akkerland
- aanbieden
11. stapel
- gordelwijdte
Met het uitgeven van de hierbij afgebeelde nieuwe postzegel, vieren de
Italiaanse posterijen de tiende verjaardag van de „Food and Agricultural Orga
nization" (de voedsel- en landbouworganisatie van de Verenigde Naties), van
welke organisatie het hoofdkwartier zetelt in het moderne gebouw in Rome,
dat t echts op de zegel staat tegen een achtergrond van oude Romeinse bouw-
vjerken. Het standbeeld op de linkerzijde van de zegel is van de Romeinse
godin van de vruchtbaarheid, Feronia. De zegel, welke maar in één waarde is
uitgegeven, n.l. van 60 lire, is lichtbruin van kleur.
De aandacht die men bij deze beurs
aan de Belgische markt wil schenken
vloeit voort uit het feit, dat België
onder de buitenlandse leveranciers een
overwegende plaats inneemt. De Bel
gische garenimporten concurreren met
de garens, welke door de Nederlandse
katoenspinnerijen op de binnenlandse
markt worden verkocht. Het aandeel
van de Belgische industrie in de Ne
derlandse garenmarkt bedroeg in 1954
gemiddeld 27.4 procent (in 1953 - 26.9
procent).
De Nederlandse garenexporten naar
België zijn van te verwaarlozen om
vang in vergelijking met de Belgi
sche importen in Nederland.
Het eerste kwartaal 1955 is voor tri
cot- en kousenfabrikanten in Neder
land zeer ongunstig geweest en afge
sloten met een dekking ter grootte
van 51.3 procent van de invoerwaarde.
De import is met rond 45 procent ge
stegen en de export met 10 procent
gedaald.
De Nederlandse uitvoer van katoenen
en linnen-weefsels is in de eerste
helft van 1955 daarentegen 398 ton gro
ter geweest dan in de eerste zes maan
den van 1954.
Medegedeeld werd, dat op het ogen
blik niet te verwachten is, dat het ver
bruik van ruwe katoen zich in een snel
ler tempo zal voltrekken. Het pro
bleem van het katoenoverschot kan zich
nog verscheidene jaren doen gelden,
tenzij de onderhavige landbouw en in
dustrie een krachtige actie ten gunste
van de afzet op touw zetten.
De omzet van de confectie-industrie
in Nederland over de eerste helft van
1955 bedroeg f 434.000.000.
Een groot probleem vormt bij de con
fectie-industrie het personeelstekort.
Hoewel men er van overtuigd is dat het
personeelstekort ook elders een grote
rol speelt, is dit vraagstuk in de con
fectie-industrie wel zeer urgent.
De concurrentie op de exportmarkt is
bijzonder groot. Daarnaast baart het ge
vaar van import van Japanse stoffen
zorg bij de Nederlandse textielindustrie,
zulks in verband met de besprekingen
over een verlenging van het thans vi
gerende handelsakkoord van Japan van
In Bonn heeft de Westduitse minister van Defensie Theodor Blank (links), de
benoemingsbescheiden uitgereikt aan in totaal 101 'officieren voor het nieuwe
Westduitse leger. Voor deze bijzondere gelegenheid hadden zich nog maar
twaalf van de 101 betrokkenen in uniform gestoken. Rechts op de voorgrond
een officier van de Westduitse marine.
Opsporingsambtenaren van de PTT
hebben in samenwerking met de rijks
politie te Vriezenveen drie clandestie-
nomen, n.l. de zenders „Luxemburg
„Mexico" en „Senorita of de gele vlin
der". Proces-verbaal is opgemaakt tegen
de 19-jarige veenarbeider J. T. B., de
17-jarige fabrieksarbeider W. B., de
27-jarige poetser W. D. en de 25-jarige
spoelster Aafje K.
(Vertaald door Yge Foppemal
•iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiimiiiiimiimi
„Mooi," zei de kapitein. „Dan zul je nu horen
wat ik te zeggen heb. Als jullie één voor één ko
men, ongewapend, dan zal ik jullie allemaal in de
boeien slaan en je meenemen naar Engeland voor
een eerlijke berechting. Als je dat niet doet, zo
waar als ik Alexander Smollett heet en bij de
Koninklijke Marine heb gediend, ik jaag jullie alle
maal naar de kelder. De schat vind je nooit. Met
het schip kun je niets beginnen er is niet één
man bij jullie die een koers kan uitzetten. Tegen
ons kun je niets beginnen. Gray hier, die is naar
ons toe gekomen en vijf man van jullie konden
hem niet houden. Je schip zit vast, kapitein Sil
ver, je zit aan lager wal, dat zul je nog wel ondervin
den. Hier sta ik en ik zeg het je, en dat zijn de
laatste goeie woorden die je van me te horen
zult. krijgen, want bij God, als ik je de volgende
keer weer zie, schiet ik een kogel tussen je ribben.
Ruk uit, man. Maak dat je wegkomt, en heel gauw
ook, als de gesmeerde jeweetwel!"
Silver's gezicht was de moeite waard om naar
te kijken; zijn ogen rolden haast uit zijn hoofd
van kwaadheid. Hij klopte het vuur uit zijn pijp.
„Help me omhoog!" riep hij.
,,'k Denk er niet over," gaf de kapitein ten ant
woord.
^.."Wie wil me dan even omhooghelpen?" bulderde
Niemand van ons verroerde zich. Hij braakte de
gemeenste verwensingen uit en kroop door het zand
naar het portaal, waaraan hij zich optrok tot hij
bron °b Z^n stond- Toen spuwde hij in de
„Daar!" schreeuwde hij, „zoveel geef ik om jul-
''f- ,v?or. we een uur verder zijn sla ik je hele
blokhuis in spaanders alsof het een jenevervat was.
Lach maar, alle duivels uit de hel, lach maar! Voor
we een uur verder zjjn, zul je wel anders lachen.
Wie d'r dan dood is, die mag van geluk spreken."
En met een gruwelijke vloek strompelde hij weg
en baggerde door het zand. De man met de witte
vlag hielp bem over de palissade, wat eerst vier,
vijf keer mislukte, en een ogenblik later waren ze
tussen de bomen verdwenen.
HOOFDSTUK XXI.
De aanval.
Zodra Silver verdwenen was, keerde de kapitein,
die hem nauwlettend had gadegeslagen, zich om en
zag dat van ons allemaal alleen Gray op zijn post
stond. Dat was de eerste keer dat we hem ooit
kwaad hadden gezien.
„Iedereen op zijn post!" bulderde hij. En toen
we allemaal weer naar onze plaats waren geslopen
£a?' -k za' ïe naam in het logboek vermelden;
je hebt je plicht gedaan, zoals het een goed zeeman
betaamt. Meneer Trelawney, ik sta verbaasd over
u. Dokter, ik dacht dat je 's konings rok had
gedragen. Als dat de m-nier is waarop je bij Fonte-
noy hebt gediend, dan had je net zo goed in je
kooi kunnen blijven."
Alleman van de dokterswacht stond bij de schiet
gaten; de overigen waren bezig de musketten te
laden; iedereen had een kleur tot achter de oren
en u begrijpt wel, dat we ons helemaal niet lekker
voelden.
De kapitein keek een poosje zwijgend rond. Toen
zei hij: „Mannen, ik heb Silver de volle laag gege
ven. Ik heb hem expres gloeiend de waarheid ge
zegd, en voor we een uur verder zijn, zullen ze ons
enteren, zoals hij gezegd heeft. Ik hoef jullie niet
te vertellen, dat zij meer mannen h-bben, maar wij
hebben beschutting en tot een ogenblik geleden zou
ik ook hebben durven zeggen: wij hebben discipline
Ik twijfel er geen ogenblik aan, of we zullen ze
klop geven als jullie wilt."
Daarop ging hij de ronde doen en kijken of alles
veilig was. Aan de beide korte zijden van het huis,
Oost en West, waren maar twee schietgaten; aan
de Zuidzijde, waar het portaal was, ook twee, en
aan de Noordkant vijf. We hadden met ons zevenen
twintig musketten; het brandhout was in vier stapels
opgetast als tafels tegen het midden van de wanden,
en op elk yan die tafels lagen vier geladen mus
ketten en munitie voor het grijpen. In het midden
lagen de kortelassen op een rij. „Gooi het vuur d'r
uit," zei de kapitein, ,,'t Is niet koud meer en we
kunnen geen rook in onze ogen hebben."
De jonker pakte de ijzeren vuurpot vierkant on
gedoofd^ hem naar bUit6n' het vuur werd met zand
„Hawkins heeft nog geen ontbijt gehad Hawkins
bedien jezelf en eet het op je post op," ging de kapi
tein voort. Vlug een beetje, mijn jongen, je zult
het nodig hebben voor we hier doorheen zijn. Hunter,
schenk alle hens een oorlam
Onderhand voltooide de kapitein het plan van de
verdediging. „Dokter u neemt de post bij de deur.
e£i"?0v' u zien, maar stel uzelf niet
moot;blijf binnen en schiet door het portaal. Hun-
/I'ixt3 "eemt de Oostkant daar. Joyce, op post aan
Westkant. -lIeneer Trelawney, u kunt het beste
enieten -- neemt u met Gray de lange Noordwand
met de vijf schietgaten; van die kant dreigt het
meeste gevaar. Als ze tot daar kunnen doordringen
en ons door onze eigen patrijspoorten gaan bestoken,
aan zou het er smerig uit gaan zien. Hawkins, jij en
lo 1niet veel waard met een musket, wij zullen
ze iaden en een handje helpen waar het nodig is,"
de kapitein had gezegd: het was niet koud
meer. z.odra de zon boven de ons omringende bomen
was uitgekomen, bescheen hij met alle kracht de
open piek en slorpte als het ware de dampen op. Wel-
ufu zand te st°yen en het hars smolt in de
balken van het blokhuis. We gooiden onze jassen
uit, maakten het hemd van boven los en stroopten
de mouwen hoog op, en zo stonden we, ieder op zijn
post, gloeiend van hitte en spanning.
Een uur ging voorbij.
„Laat ze de koorts krijgen!" zei de kapitein. „Dat
is net zo vervelend als windstilte. Gray, fluit de
wind es."
En juist op dat moment kwam het eerste teken
van de aanval.
„Neem me niet kwalijk, kapitein," zei Joyce,
„maar als ik iemand zie, moet ik dan schieten?"
„Dat heb ik je toch gezegd!" riep de kapitein.
„Dank U vriendelijk, kapitein," antwoordde Joy
ce even bedaard en beleefd.
(Wordt vervolgd)
Drie personen zijn te Nicolet in de
Canadese provincie Quebec om het leven
gekomen door een aardverschuiving, die
twee huizen, een gedeelte van het bis-
schoppelqk paleis, een theologische
hogeschool en een garage vernielde. Men
vreest dat nog meer mensen om het
leven zijn gekomen. Ongeveer 2000 per
sonen moesten uit kloosters en hulzen
in, de omgeving worden geëvacueerd.
Vijftien geestelijken en kloosterzusters
konden bijtijds het bisschoppelijk paleis
verlaten.
Alle beklaagden In de zaak van de
Indonesische infiltranten in de Etna-
baai op Nieuw-Guinea hebben een
volledige bekentenis afgelegd. Het ge
tuigenverhoor bood geen nieuwe as
pecten. Op 22 november zal het re
quisitoir gehouden worden. De land
rechter zal waarschijnlijk op 23 no
vember uitspraak doen.
Het betreft hier de Indonesiërs, die
betrokken waren bij de infiltratie in
de Etnabaai in oktober van het vo
rige jaar. De tenlastelegging houdt in;
aanslag met het oogmerk het grondge
bied van de staat gedeeltelijk onder
vreemde heerschappij te brengen, het
teweeg brengen van een omwenteling,
mensenroof, het invoeren van vuurwa
pens zonder vergunning en diefstal
met geweld, (A.N.P.)
Het Anti Revolutoinaire partijcon-
vent zal 26 november te Utrecht een
bijeenkomst houden ter bespreking van
de rapporten over de wijziging van het
program van beginselen. Zoals de com
missie in de inleiding van haar rap
port opmerkt, is het de bedoeling, dat
men komt tot een logischer opbouw van
het programma. Het nieuwe ontwerp
bevat één geheel nieuw artikel, name
lijk dat over het culturele beleid van de
overheid. Daarin staat o.m., dat dit
beleid niet zozeer op bundeling en lei
ding moet zijn gericht, maar meer op
bevordering van de cultuur door het
scheppen van de mogelijkheden daartoe
en het geven van steun en aanmoedi
ging.
De toneelschrijver Robert Emmett
Sherwood is maandag in New Y01'"
overleden aan trombose van de kran»'
slagader. Hij was 59 jaar.
Sherwood heeft verscheidene tone^'
stukken geschreven, die groot succ®?
hebben gehad op Broadway en hij y.t
de auteur van een politieke biogr^
„Roosevelt en Hopkins; een intieme f»
schiedenis". rt
De „Playwrights Company", waary3»
hij een van de oprichters was, zou bin
nenkort een nieuw toneelstuk vaP, ,var
in produktie nemen, getiteld: „Sma
on Murray hill".
De toneelwerken van Sherwood beho
ren tot de beste van zijn generatie. Hij
won drie Pulitzer-prijzen als toneel
schrijver, een prestatie die door niemand
is overtroffen en alleen door Eugene
9'Neill geëvenaard. Voorts verwierf hu
in 1949 voor zijn „Roosevelt and Hop'
kins: an intimate story", niet alleen d
Pulitzer-biografieprijs, maar ook 3
Bancroftprijs voor geschiedenis.
Sherwoods grootste toneelstukke11
hadden iets te zeggen over levenswijk'
geschiedenis en problemen van oorl°»
en politiek van Amerika. De schrijve'
zelf nam als militant liberaal deel aan
de affaires van zijn natie, dienend °V
voorlichtingsposten der regering en af'
tikelen schrijvend over hedendaags*
politieke problemen.
Zijn bekroonde toneelstukken waren:
„Idiot's delight", in 1936, „Abe Lincoln
in Illinois", in 1938, en „There shall b*
no night", in 1941. Tot zijn vroeger werk
behoren „The petrified forest" en „Reu-
nion in Vienna". Hij was ook de schrij
ver van het succesvolle filmscenario
„The best years of our lives".
Sherwood, een afstammeling van pro
testants-Ierse revolutionairen, werd of
4 april 1896 te New Rochelle in de staa'
New York geboren. Zijn vader was ban
kier en zijn moeder een bekende schil
deres.
Gisternacht werd de Tilburgse brand
weer gealarmeerd voor een binnenbrand
in een perceel aan de Heuvelstraat-
Daar deze buurt dicht bebouwd 1*
rukte de brandweer met groot materieel
uit. Tijdens de snelle rit naar de plaat»
van de brand viel de 23-jarige brand
wacht H. van den Hout van een &e~
brandweerauto's. Hij werd met ernstig®
kwetsuren en vermoedelijk een hersen
schudding naar het ziekenhuis vervoerd-
Van het koninklijk bezoek aan
West is door Polygoon-Profilti een do
cumentaire film in kleuren vervaardigd
waarvan de eerste vertoning in Apt
sterdam, Den Haag en Rotterdam n»
sluitend in de Cineac-journaaltheater
zal geschieden. Vrijdag a.s. wordt
deze theaters de première gegeven
d«
vad
het eerste deel van „De koninkiiJ'v
reis", hetwelk een beeld geeft van n
bezoek aan de Antillen.
De 17-jarige Hooiveld uit Werver®
hoof, die per bromfiets van Mea®
blik op weg was naar zijn woonpia
is aangereden door een personen3 ..jj.
bestuurd door de heer H. uit An
De bromfietsberijder werd met f
ernstige hoofdwonde overgebracht jj
het St.-Jansgasthuis te Hoorn, waar
aan de gevolgen is overleden,
Een onderzoek zou hebben 111 saut"
zen, dat de bestuurder van de ^g{,
onder invloed van sterke dran»
keerde.