CRIMINALITEIT DAALT Graftombe van St.-Nicolaas door zeewater bedreigd Leidt maximumsnelheid tot groter verkeersveiligheid Ruwe,rode handen HAMEA Vrijheid in steden bepleit en reglementering op de doorgangswegen Het zwakbegaafde kind hoort op de gewone lagere school'' Te weinig spelers om aan vraag naar goed toneel te voldoen Wt Kritieke situatie voor de landbouw Verkeersovertredingen nemen echter toe Conclusie van A.N.O.F.-commissie: NOG NIET OVERWONNEN TWISTPUNT Jaarverslas Toneelcoördinatie Uitbreiding van opleiding? DINSDAG 20 DECEMBER 1955 PAGINA 3 Het Goede Feest vraagt Golden Fiction Vrijere loonvorming Moment ongelukkig K.V.P. TIEN JAAR Minister Beel treedt op als feestredenaar Winkels zaterdag niet langer open? Benoemingen bisdom Haarlem Advies Bioscoopbond: Geen voorstelling op Oudejaarsavond Kerstboodschap van de H. Vader op 24 december Saw» Bij 't feestdecor in rood en groen Bij Kerstgeschenken en kalkoen, Bij zachte kaarsenflikkering, Bij 't weerzien in familiekring, Bij wat U gasten presenteert, .Bij wat U voor Uzelf begeert, Bij ieder waarlijk Kerstfestijn, Moet zeker Golden Fiction zijn' Gebakken brood heeft zip oorsprong in hef midden-Oosten Bloemkool komf oor spronkelijk uit^Cyprus ?e vork komf uit her ge- iedveo deMjddel- landse Zee De perzik kom! oor- spronkelijk tut Perzie Advertentie De voorzitter van de Zeeuwse Land- bouwmaatschappij, ir. M. A. Geuze, heeft maandag op een vergadering te Goes gezegd, dat er, hoewel hij de Vrijere loonvorming in beginsel niet on juist acht, z.i. wel geen ongelukki ger moment kon worden gevonden om dit stelsel in te voeren, vooral omdat in de landbouw, in tegenstelling met de in dustrie, de prijsontwikkeling in dalen de lijn gaat. De vrijere loonvorming, aldus de Voorzitter, zal de beweeglijkheid van de arbeid zodanig versterken, dat het zwakkere bedrijf, w.o. land- en tuin bouw, geweld wordt aangedaan. Prijs verhoging bij loonsverhoging wil de re gering voorkomen, maar hoe, zonder een groot controle-apparaat? Wanneer deze ontwikkeling in de toekomst deze richting zou blijven nemen, dan is het Voortbestaan van onze vaderlandse landbouw er m.i. mee gemoeid. Spr. acht het noodzakelijk, dat er een even redige loonsverhoging in de landbouw komt, waarbij men de kostenverhogen de tendenz voor binnenlandse consump tie, zowel als voor de export resp. door Verhoogde koopkracht en rationalisatie zal moeten opvangen. Is het beleid daarop niet gericht, dan Zuilen extensivering en een lagere pro- duktie de gevolgen zijn, aldus spreker. Het tienjarig bestaan van de Katholieke Volkspartij zal, zoals reeds gemeld, zaterdag 14 januari te Utrecht worden gevierd. Op die dag zal 's middags in Esplanada een Plechtige zitting worden gehouden, waarin Prof. dr. L. Beel, minister van Binnenlandse Zaken, het woord zal voeren. In zijn Memorie van antwoord heeft deminister van Verkeer en Water staat de wenselijkheid van het weder invoeren van de maximumsnelheid eveneens aangeroerd, al zijn de argu menten die hij daarbij gebruikt niet bijzonder overtuigend en krijgt men niet te horen of hij er nu voor of te gen is. De minister stelt dat in het algemeen niet kan worden ontkend dat, naarmate men met een hogere snelheid rijdt de kans op, althans de ernst van een bot sing of een aanrijding groter wordt. Toch bestaan er geen duidelijke aan- wijzigingen dat het doen vervallen van een algemene maximumsnelheid be paald ongunstige invloed heeft gehad. Evenmin is met zekerheid te zeggen dat door wederinvoering van de maximum snelheid het ongevallen-cijfer zou dalen. Deze redenering is overduidelijk, maar zegt weinig of niets. Dan somt de minister enkele bezwa ren tegen de maximumsnelheid op. Hij zegt te vrezen dat veel chauffeurs zul len menen dat zij, zolang zij de maxi mumsnelheid niet overschrijden, niet in overtreding zijn, terwijl zij in feite te snel rijden. Op sommige straten zal men bovendien zonder bezwaar voor de ver keersveiligheid sneller kunnen rijden, waardoor een uniform maximum min der aantrekkelijk wordt. Tenslotte acht de minister het niet goed mogelijk een vastgesteld maximum te controleren op plaatsen en uren waar dit noodzake lijk zou zijn, uit vrees voor verstoppin gen. Evenwel wil de bewindsman de ge: dachte aan een maximum niet a priori verwerpen. Dat een gemakkelijker ver volgbaarheid de vaststelling van een maximum zou rechtvaardigen komt de minister in zijn algemeenheid aanvecht baar voor. Dit alles brengt het vraagstuk niet veel dichter bij een oplossing. In de Commissie Veiligheid Wegverkeer, die o.a. over dit onderwerp rapport zal uit brengen, vormt de maximumsnelheid een nog niet overwonnen twistpunt. De verkeersbonden, die aanvankelijk de stoot tot de opheffing ervan hebben ge- Het vrachtschip „Ehrenfeld." van de Duitse Hansa-lijn, is in de haven van Rotterdam beladen met een 'deklast van enige honderden tonnen stalen pijpen, bestemd voor het aanleggen van oliepijpleidingen in Perzië. Hoe het schip er met zijn unieke lading voor het vertrek uitzagtoont deze foto. Volgens gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek hield in het ?£Fste half jaar van 1955 de reeds m 1954 gesignaleerde gunstige beweging van de gerechtelijke geconstateerde cri minaliteit a»n. Het indexcijfer over die periode ligt 4 punten lager dan vorig laar. Een nog gunstiger indruk geven de uitkomsten van het totaal, zonder de misdrijven vermeld in de economische wetten en de wegenverkeerswet. Het ndexcijfer voor het 2e kwartaal 1955, mi. 87, ligt in dit verband belangrijk beneden het basiscijfer 100. Git verschijnsel kan echter niet voor alle vormen van criminaliteit worden geconstateerd. Zo was het cijfer voor de misdrijven tegen de openbare orde en het openbaar gezag en voor de ruw- heidsmisdrijven tegen dieren en goede ren in het eerste kwartaal van 1955 ho ger dan in 1954. Voor het tweede kwar taal kan men echter het omgekeerde beeld constateren. Het voorlopige totaalcijfer der veroor delingen wegens misdrijven der wegen verkeerswet bedraagt over het eerste halfjaar 1955 3225 d.i. 287 of 9,8 procent meer dan in dezelfde periode van 1954. Deze vermeerdering is grotendeels toe te schrijven aan het gestegen aantal veroordelingen wegens rijden onder in vloed van drank n.l. met 149 tot 2301 (6,9 pet). Groter was echter de toene ming der veroordelingen voor doorrij den na ongeval en jóy-riding n.l. resp. 13,7 en 60,5 procent. De ressorten van alle gerechtshoven geven, wat de wegenverkeerswet be treft, hogere cijfers dan in 1954. Voor Arnhem en Amsterdam is de toeneming het grootst. Niettemin heeft Arnhem (44,8 veroordelingen per 100.000 inwo ners) nog het gunstigste relatieve cijfer. Daarna volgt 's-Gravenhage met 48,2. In laatstgenoemd ressort verdubbelde echter het cijfer joy-riding. geven, blijken ook thans niet veel voor een vastgesteld maximum te voelen. Sedert de opheffing in 1951 is het verkeer met sprongen toegenomen en de steden zijn helaas achtergebleven bij het aanpassen van haar stratennet en doorgaande wegen aan de door deze toename gewijzigde situatie. Op het eerste gezicht lijkt alles een nieu we reglementering van de snelheid te wettigen. De mens voelt zich in de volgepropte steden, vooral in de spitsuren, als een gevangene achter de tralies van het rumoer en hij zou geen bezwaar tegen het immens drukke verkeer hebben, wanneer het zich in .een rustige gestadige stroom zou voort bewegen. Door de grote differentia tie van het gemotoriseerde verkeer en de grote verschillen in snelheid en vermogen is dit helaas niet moge lijk. Alles rost en raast tussen elkaar door. waarbij men zich beangst af vraagt waar het in de toekomst naar toe moet. Reglementering lijkt de enige oplossing. Maar elke reglementering brengt ver starring teweeg en dat kan het huidige stadsverkeer met hebben. Vandaar dat de grote verkeersbonden het nut ervan niet kunnen inzien. Vier opvattingen Uit de veelheid der meningen kan men vier opvattingen destilleren; a) een algemeen maximum binnen de bebouwde kommen, zonder uitzonde ring voor alle motorvoertuigen. Men denkt hierbij aan 40 kilometer per uur; b) twee maximum snelheden; een laag (40 km per uur) voor alle straten en een hoger (b.v. 50 km per uur) voor de brede doorgaande wegen; c) geen maximum binnen de bebouw de kom, behalve op de uitvals- en door gaande wegen, om excessen te voorko men. Men denkt hierbij aan 60 of 65 km per uur; d) in bet geheel geen maximumsnel heid. De Koninklijke Nederlandse Automo biel Club ziet het meeste heil in de der de mogelijkheid, die dan zo dient te worden geïnterpreteerd dat een hogere snelheid dan b.v. 65 km per uur niet a priori strafbaar wordt gesteld. Indien een automobilist s'morgens vroeg of s'avonds laat harder rijdt en daarvoor wordt geverbaliseerd moet hij de kans krijgen te bewijzen dat hfl door zijn han delwijze het verkeer niet in gevaar heeft gebracht. Indien hij daarentegen uiterst langzaam zou rijden, moet het Openbaar Ministerie bewijzen dat hu gevaar voor het verkeer oplevert. In verschillende staten van Amerika en op de Highways treft men soortge lijke regelingen aan. Deze zijn het re sultaat van de opvatting dat men het verkeer niet te zeer moet dwingen, maar wel kan beperken feneinde uit wassen van een luguber soort zelf moordenaars in te dammen. Synchrone verkeerslichten In Hamburg heeft men een oplos sing gevonden, die de moeite van een nadere overweging waard is. Daar heeft men in 1955 de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom opgeheven voor alle motorvoertuigen, behalve voor zware vrachtwagens. In de loop van het volgende jaar zullen in de stad 360 verkeerslichten worden opgesteld, die synchroon zijn geschakeld. Men kan on een vrije doortocht rekenen, wan neer een snelheid van circa 45 km. per uur handhaaft, rijdt men sneller dan wordt men door de stoplichten tot de orde geroepen. Op de spitsuren gel den parkeerverboden voor al<J°or- gaande wegen, teneinde vrij baan te maken voor het verkeer Proeven in deze richting genomen hebben volgens het oordeel van de Hamburgse politie tot zeer gunstige resultaten geleid en een opvallende rust aan het verkeer gegeven. Informeel deelde men ons van de zijde van de verkeerspolitie in Amster dam mede dat de snelheid van het verkeer zich dient aan te passen aan de capaciteit van de straten. Wanneer mer. een maximum van 40 km. zou stellen, dan is dit voor verschillende straten en grachten nog te hoog. Elders kan men zich zonder bezwaar hogere snelheden veroorloven. In een moderne wagen kan dat trouwens geen kwaad. Remsystemen en motorcapaciteit zijn op sneller reageren afgestemd en het moet mogelijk blijven om een trage broeder te passeren, daar anders op stoppingen en filevorming dreigen die een averechtse uitwerking op de veilig heid hebben. Men meent in de hoofdstad dat uit de statistieken niet is gebleken dat het loslaten van het maximum tot meer on gelukken heeft geleid. Ongevallen ten gevolge van te hoge snelheid komen meestal slechts voor in perioden van gladheid en bij kruispunten, waarin men met de vaststelling van een maximum geen verandering brengt. In principe staat men niet afwijzend tegenover een maximum van 65 kilometer teneinde on- voorzichtigen gemakkelijk te kunnen af straffen. De heer Hugenholz, directeur van het circuit van Zandvoort noemt een maximum „volslagen waardeloos". Hij acht het wenselijk dat bepaalde hoofd straten als normale voorrangswegen gaan gelden met stopborden die het verkeer uit de zijstraten tot stoppen dwingen. De politie in andere grote steden o.a. Rottendam blijkt meer voor nieuwe maxi mum te voelen, men is het daar even wel niet eens over de hoogte daarvan. Hel lijkt ons echter niet onwaarschijn lijk, dat de Commissie Veiligheid Wegverkeer een regeling ais eerder on der c genoemd aan de minister zal adviseren. Advertentie genieting voor 80 cent Een gulden De commissie van overleg der mid- denstandsvakcentralen, waarin samen werken de Christelijke Middenstands bond, de Koninklijke Nederlandse Mid denstandsbond en de Nederlandse Katho lieke Middenstandsbond, heeft tot de bij <^eze organisaties aangesloten bedrij ven het verzoek gericht, indien dit geen al te grote bezwaren ontmoet, geen ge bruik te maken van de mogelijkheid om 24 december de winkels langer dan tot 18 uur open te houden. Dit verzoek is gedaan mede om de voorbereiding van de viering van het Kerstfeest voor het personeel te vergemakkelijken. Op voordracht van Z. H. Exc. de bis schop van Haarlem heeft Z. H. de Paus benoemd tot pastoor van de parochie van de H. Jacobus te Den Haag de hoogeerw. heer W. A. E. Bokeloh, deken van het dekenaat 's-Gravenhage. Z. H. Exc. de bisschop van Haarlem heeft benoemd tot pastoor te Rotterdam (Onbevl. Hart van Maria), nieuwe pa rochie Hoogvliet, de zeereerw. heer J. S. W. Groenen, die bouw-pastoor was al daar. EIGEM'JK HOREN ZE HIER NIE1... Boter heeft haar oor sprong in A rabie Kaas heef I- haar oorsprong in hel midden-Oosten De kous tieeN-haar-oor sprong in Ctena Dp aalbes komr oor- spronkelijk uil Amerika Een commissie, samengesteld door de Algemene Nederlandse Onderwijzers federatie, heeft „het vraagstuk der zwakbegaafden" bestudeerd en haar be vindingen neergelegd in een rapport, waarvan de conclusies luiden: Het zwakbegaafde kind hoort thuis op de gewone lagere school. De organi satie van deze school zal zodanig moe ten zijn, dat ook de zwakbegaafden het voor hen passende onderwijs kunnen ontvangen. Het is beslist niet zo, dat bij een behoorlijke differentiatie binnen de school of klas het zwakbegaafde kind nadeel zou berokkenen aan het begaafde. De mogelijkheid dient voorts te wor den geschapen om ieder kind, waarvoor zulks nodig blijkt, door deskundigen te laten onderzoeken. Behalve aan een schoolpsychologische dienst wordt ge dacht aan uitbreiding van het aantal medisch-opvoedkundige bureaus, de aanstelling van jeugdpsychologen, school-sociaalwerksters etc. Ook is nodig een betere en ruimere voorlichting van de ouders over de wer kelijke capaciteiten van en mogelijkhe den voor hun kinderen, terwijl daarbij tevens gewezen dient te worden op het indirecte, doch grote belang van een behoorlijke gezinsopvoeding voor de on derwijsresultaten. Om tot werkelijk vruchtbaar en ver nieuwd onderwijs te komen zal het aan tal leerlingen per klas aanmerkelijk la ger moeten worden dan heden het ge val is, daarbij zal de school moeten in zien, dat de voorwaarden, welke vrucht baar onderwijs mogelijk maken, niet al lereerst van intellectuele, doch van emo tionele aard zijn Teneinde bij de leer lingen de behoefte te wekken zich te ontplooien, zal meer gelet moeten wor den op het leggen van psychologische dan van strikt logische verbanden. „Lo gisch" leren denken moet voor de lage re school betekenen: systematisch leren denken. Waar nu voor denkontwik keling het kennen van de taal zó be langrijk is, dat voor het jonge kind denk ontwikkeling gelijk is aan taalontwikke ling, neemt het taalonderwijs in ruime re zin de belangrijkste plaats op school in. Tot slot: Het probleem der zwak be gaafden is zó omvangrijk en heeft zó vee) facetten, dat liet gezien de belangrijke consequenties een nadere wetenschappelijke bestudering eist. De commissie bestond uit: N. Bolijn, hoofd ener openbare school te Amster dam: H. W. Broeren, inspecteur B.L.O. te Nijmegen; drs. A. W. Haenen, hoofd pedagogisch centrum Den Haag; J. van Hummel, hoofd van een protestants- christelijke school voor kinderen met leer- en opvoedingsmoeilijkheden te Bussum; J. Royackers, hoofd ener r.-k, school voor G.L.O. te Breda; dr. R. Ved- der, psychiater te Haarlem. Het rapport is, alvorens het in druk verscheen, om advies gezonden naar de pedagogische centra van de onderwij zersverenigingen; bij de definitieve sa menstelling ervan is met opmerkingen van die zijde rekening gehouden. Voor een goed begrip vermelden wij nog de definitie van de commissie: „Onder zwakbegaafdheid verstaan wij een graduele beperking der zelfont plooiingsmogelijkheden, die zich o.m, daarin openbaart, dat de verstandelijke ontwikkeling langzamer verloopt en la ter dan normaal het plafond bereikt, terwijl het rendement der intelligentie, ook na volledige ontplooiing, beneden het middelbare blijft." Het hoofdbestuur van de Nederland se Bioscoopbond heeft aan de directies van de bioscopen geadviseerd om za terdagavond 31 december geen voorstel lingen te geven ten einde het personeel in de gelegenheid te stellen de oude jaarsavond in de huiselijke kring te vie ren. Verwacht mag worden, dat aan di: advies algemeen gevolg zal worden ge geven. In gevallen waar een enkele voorstel ling wordt gegeven, is een zodanige re geling getroffen, dat het personeel tij dig thuis is. Toen ik gisteravond het café binnentrad was daar net iets feestelijks aan de gang. Er zaten allerlei man nen met papieren mutsen op en hulsttakjes in de revers te zingen. Prijsuit reiking van de klaverjas- club, vertelde mij de ober. En de tafeltjes waren dan ook bezaaid met mooi opgedirkte kerstganzen, flessen perziken op sterk water en dozen sigaretten met orde linten. Juist wilde ik weer weggaan toen een ronde vettige man op mij toetrad en stralend van bonhomie vroeg: „Heb jij niks gehad?" „Nee," antwoordde ik, „maar ik heb ook niet meegedaan." „Geef rtiet," zei hij, „ik ook niet. „Hé, Kees, die vrijer hier heb nog niks gehad." „Stil," siste ik gegeneerd. Maar Kees was al ter plaatse. „Wié heb nog niks gehad?" riep hij organisatorisch. „Deze sjentelmen hier," zei de dikke. Kees dribbelde bedrijvig weg en even later keerde hij terug met een fraai besuikerd kerstbrood en depo neerde het voor mij op het tafeltje. „Hier", zei hij met gebiedende har telijkheid. „We praten er verder niet over." „Jawel, maarzei ik. „Kop dicht", gebood Kees en hij legde een vinger voor de lippen. „Dat is nou de club," zei de dikke, transpirerend van goeiigheid. „We helpen elkaar. Geen rottigheid." En knikkend in de richting van de mij zojuist geschonken mik: „Mooi brood. Zonder flauwe kul. Eerste rangs brood, Zó." De rest van zijn woorden ging ver loren in een gemeenschappelijk gezon gen lied. Ik achtte nu mijn tijd geko men; ik vatte dus mijn brood en wan. delde onopvallend in de richting van de deur. Reeds had ik de klink in mijn handen, toen iemand riep: „Hé, m'n brood." Een stevige vent kwam in mijn richting. „Is dat van u?" zei ik aarzelend en ik keek hulpzoekend naar de dikke. Maar die staarde blank naar het pla fond. „Hoor je dat, hij vraagt of het van mij is," riep de man met goed getrof fen sarcasme. Het gezelschap kwam nu samenzweerderig om mij heen staan. „Dat brood heb ik van hém gekre gen," zei ik en ik wees naar Kees. „Welja," zei hij honend,, de kerst broden groeien op mijn rug." Enfin, ik heb het baksel op de ta fel gesmeten en ben weggevlucht. Wrokkend liep ik in de kou. toen ik driftige pasjes en een kortademig ge. hijg achter mij hoorde. Het was de dikke. „Hé", riep hij. „Ga weg", zei ik boos, „één keer is genoeg geweest." Toen jammerde hij: „Je hebt je portefeuille vergeten." Zaterdagmorgen om kwart voor elf zal de H. Vader zijn jaarlijkse Kerst- audiëntie verlenen aan het H. College van Kardinalen en aan de leden van de Romeinse Curie. Kardinaal Tisserant, deken van het H. College, zal de H. Va der op de gebruikelijke wijze toespre ken, waarna de H. Vader in hun tegen woordigheid zijn Kerstboodschap zal uitspreken. De uitzending van de pauselijke rede begint om precies 11 uur en zal door Radio Vaticana worden uitgezonden op de golflengte 31.10 m, 21.57 m, 25.55 m en 19.84 m. Talrijke zenders in en bui ten Europa zullen de uitzending van Radio Vaticana relayeren. (K.N.P.) De nog steeds groeiende vraag naar goed toneel in de provincie stelt de To neelcoördinatie voor grote problemen, aldus het verslag over het seizoen 1954- 1955 van de stichting Toneel-coördinatie. Aan de toneelbehoefte zou slechts ge heel kunnen worden voldaan, wanneer een groter aantal bekwame toneelkun stenaars beschikbaar was en een rui mere en meer gerichte subsidiëring door de overheden zou kunnen worden bereikt. De vermindering van het aantal reis- voorstellingen van de grote drie in het westen gevestigde toneelgroepen, nood zakelijk geworden wegens de overbe lasting van hun toneelspelers, zal in belangrijke mate door de overige gezel schappen worden opgevangen, zodat het optreden in de steden Amsterdam, 's-Gravenhage en Rotterdam niet mee gerekend slechts een vermindering van 3 pet. van het totaal aantal voor stellingen zal plaatsvinden. Het tekort aan toneelspelers, zo zegt het jaarverslag voorts, zal zich bij zonder scherp doen voelen nu, na de instelling van een televisiespelerskern met ingang van het thans lopend sei zoen, tevens het voornemen bestaat tot de vorming van een Zuidelijk be roepstoneel, terwijl bij de Nederland se filmproductie op een continue ver vaardiging van speelfilms wordt aan gestuurd. Voor al die doeleinden moet immers in belangrijke mate een be roep worden gedaan op de krachten, die aan het gecoördineerde toneel zijn verbonden, zodat bij een verdere voort schrijding van deze ontwikkeling een ernstige vervlakking der bestaande tableaux moet worden gevreesd. In dit verband kan de vraag rijzen, of de in ons land bestaande toneelop leiding, die in verhouding tot de be hoefte een onvoldoende aantal krach ten aflevert, geen uitbreiding behoeft. Daarnaast blijft de financiële positie van het toneel zorgen baren. Het totale Rijkssubsidie aan het gecoördineerde to neel werd gebracht op ruim 770.000,- terwül het subsidie der standplaatsge meenten voor het seizoen 1955-56 op rond 890.000,- werd vastgesteld, zulks onder voorwaarde, dat het toneel zelf zou trachten zijn ontvangsten te ver meerderen door, na de in 1954 ingevoer de entréeprflsverhogingen in de grote schouwburgen in het westen des lands, over te gaan tot een algemene verho ging van de uitkoopsommen. Desondanks blijft de financiële basis der toneelgezelschappen vooral van die groepen, welke zich in het bijzonder op de spreiding toeleggen te smal. Zelfs met de hierboven genoemde ver hoging der uitkoopsommen moeten de ontvangsten uit buiten de standplaats gegeven voorstellingen over het alge meen te laag worden geacht in ver houding tot de aan dit optreden ver bonden kosten. Naar het oordeel der Toneelcoör dinatie zal het op den duur noodzake lijk zijn, dat op dezelfde wjjze, als sedert enige jaren de gemeenten Alk maar, Haarlem en Utrecht het toneel als geheel subsidiëren een systeem waartoe sedert kort ook Eindhoven besloten heeft ook andere gemeen ten, eventueel met steun der provin ciale besturen, zich een goede toneel voorziening voor hun plaatsen verze keren, door in deze kosten bij te dra gen in de vorm van een subsidie aan de gecoördineerde toneelgezelschap pen gezamenlijk. Evenals in het seizoen 1953-1954 waren in het speeljaar 1954-1955 zes toneel groepen, te weten de Nederlandse Co- medie, de Haagsche Comedie, het Rot terdamse Toneel, de toneelgroep „The ater", „De Toneelvereniging" en het gezelschap „Puck" bij de Toneelcoördi natie aangesloten. Een 160-170 toneelspelers werkten bij deze groepen in vast verband. Het ad ministratief en technisch personeel om vatte dit jaar een tachtig krachten. Voor deZe categorie van geëngageerden werd, evenals zulks in het verleden voor de toneelspelers is geschied, een uni forme arbeidsovereenkomst ingevoerd en een pensioenregeling getroffen. Het gecoördineerde toneel bracht 52 stukken uit. Het totaal aantal voorstel lingen werd opgevoerd tot 2909 (1953- 1954: 2642) in een 120 plaatsen in het gehele land. De Zweedse koningskinderen treffen voorbereidselen voor het Kerstfeest Terwijl prins Carl Gustaf (9 jaar) toekijkt, pakken zijn zusjes, de prinsessen Christina (12) en Margaretha (21) op het koninklijk paleis in Stockholm hun kerstcadeautjes in. De Dominicaner pa ters, aan wie de zorg is opgedra gen voor het onderhoud van de graftombe van de werkelijke Sint-Nicolaas welke tombe gelegen is onder de grote St.-Nico- laasbasiliek te Bari (Ita lië), hebben gisteren de Italiaanse kinderen be loofd, dat zij aan de vooravond van Kerstmis weer in de tombe tot de goed-heiligman zullen kunnen bidden.. De predikheren ont kenden de juistheid van berichten als zou de Sint-Nicolaasbasiliek ge sloten worden wegens het steeds verder binnen- siepelen van zeewater uit de Adriatische zee. Zij zeiden, dat de plechtige H. Mis aan de vooravond van Kerstmis gewoon doorgang zou vinden. Reeds jaren dringt het water door de poreuze rotssteen van de basiliek naar binnen, maar dit jaar was het nog erger dan anders. Ingenieurs hebben tevergeefs pogin gen gedaan het doorsie- pelen van het zeewater tegen te houden. Twee jaar geleden was de toestand reeds zo ern stig geworden, dat de stoffelijke resten van Sint- Nicolaas, welke reeds 850 jaar lang in een urn in een crypte van de basiliek waren ondergebracht, met speciale toestemming van het Vaticaan overgebracht werden naar de schatka mer van de basiliek, in afwachting van de pogin gen om het water te ke ren. Sint-Nicolaas, die bis schop van Myra in Klein- Azië was, leefde tegen het einde van de derde eeuw in Patara. Hij was befaamd om zijn edelmoedigheid en een van de goede daden, die hij verricht zou heb ben, zou het schenken van een bruidsschat aan drie arme meisjes zijn geweest, die door haar armoede ge dwongen waren een zon dig leven te leiden. Toen hij zich eens aan boord van een klein schip op een pelgrimstocht naar het heilige land bevond, dreigde een verschrikke lijke storm het scheepje te verbrijzelen. De heilige wist de woedende golven echter te bedaren weshal ve hij de schutspatroon van de zeelieden werd. In 1087 wisten vrome kooplieden uit Bari de stoffelijke resten van Sint- Nicolaas ongemerkt uit Lycia te smokkelen en zij brachten zijn gebeente naar hun stad, waar zij een basiliek voor de hei lige oprichtten. Paus Urbanus II wijd de in 1089, kort voor hij de eerste kruistocht naar het heilige land organi seerde, de crypte in, waar het gebeente van de hei lige en kindervriend rust te. In 1132 ondernam de Noormankoning Roger II, die toendertijd over Sici lië heerste, een pelgrim»- tocht naar de crypte en legde de plechtige gelofte af de graftombe met zijn macht te zullen beschut ten. Een oude plaquette van gekleurd email op het hoofdaltaar van de basi liek toont Sint-Nicolaas, die een kroon plaatst op het hoofd van de koning. Na Roger II hebben ve le gekroonde Europese hoofden een pelgrimage naar de graftombe onder nomen. Vorige maand nog bezochten koning Paul van Griekenland en koningin Frederika tijdens hun ver blijf in Italië de tombe en baden voor de urn met de stoffelijke resten van de heilige, welke nog steeds in de schatkamer van de basiliek staat De Dominicaner paters hopen, dat de urn binnen kort weer in de tombe geplaatst zal kunnen wor den. zeker zo lief is als dat van een ander en dat hij dit bepaald kostbare bezit niet nodeloos in de waagschaal stelt. Hij wil voor vol aangezien worden, voor een man die zijn rijbewijs met ere heeft behaald en niet al te grote geestelijke afwijkingen bezit. De politie daaren tegen heeft het niet zo met die „eigen verantwoorde lijkheid" van de automobilist op. Zij hanteert bij het vaststellen van een overtreding liever een strikt regle ment en heeft maar al te vaak te maken met lieden die niet altijd blijk geven zich van hun verantwoorde lijkheid bewust te zijn. Artikel 25 van de Wegenver keerswet, dat stelt dat iedere weggebruiker zich zo danig dient te gedragen dat hij het verkeer niet in ge vaar brengt, is voor haar een betrekkelijk vage basis om een verbaal op te maken. Men zoekt naar strengere bepalingen, die gemakkelijk hanteerbaar zijn en wan neer men de droeve, steeds groeiende lijst van dodelijke ongevallen ziet, is dat begrijpelijk. (Van onze speciale verslaggever) Sedert in 1951, mede op advies van enkele verkeers bonden, de maximumsnelheid binnen de bebouwde kommen werd afgeschaft, is er steeds over gepraat dit maximum weer in te voeren. Elk probleem kent zijn Voor- en tegenstanders en een kwestie als de onder havige zeker. Elke rechtgeaarde automobilist is van zelfsprekend tegenstander van reglementering van de snelheid. Hij wenst zijn eigen verantwoordelijkheid erkend te zien en vindt het dwaasheid zijn gaspedaal te moeten laten rusten wanneer de omstandigheden van dien aard zijn, dat hij het gerust kan indrukken. Een dwaasheid vindt hij het evenzeer zijn gaspedaal op de plank te houden wanneer hij in een drukke winkelstraat ïijdt, een kruispunt passeert of zich op voor hem on bekend terrein bevindt. Hij acht het normaal wanneer Van hem wordt aangenomen dat zijn eigen leven hem

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1955 | | pagina 5