De nieuwe Vasten- en Onthoudingswet „Labyrint", de weg van het medelijden NIEUWE ROMAN VAN ELISABETH AUGUSTIN usim +io (GRUnPIG) Groot en groots kunstwerk Na aankomst van LACOSTE opnieuw onlusten in Algiers HAMEA-GELEI is mijn zoon LITERAIRE KRONIEK ZATERDAG 11 FEBRUARI 1956 PAGINA 9 Vervoersmoeilijkheden in hoogste Britse kringen Temperaturen GEfJÊI/É -0 MICE -0 £0MF 0 Plannen voor een televisie-station in Djakarta MacMillan kondigt kredietbeperking in Engeland aan Jhr. mr. M. v. Weede gaat Rome verlaten Geduld is de sleutel tot het Paradijs Kijk en luister nü... hoe luister-rijk! door CL. BUDINCTON KELLAND (Vertaling van Sjoerd de Vries) Premier morgen naar Parijs WMBHB1 In de hoogste Britse kringen neefx men gisteren nogal wat moeilijkheden ondervonden met het vervoer. Koningin-moeder Elizabeth en prinses Margaret kregen een autobotsing, die goed afliep. Zij reden in zuid-oost-ion- d?n, toen hun fraaie limousine in bot- smg kwam met een zware vrachtauto Zij bleven ongedeerd. De auto's liepen trouwens ook geen grote schade op. Graaf en gravin Attlee de gravin oan het stuur reden in een sneeuw- hoop en het resultaat was een inge drukte radiator. Sir Winston Churchill die van de Rivièra naar Londen vloog, moest bij Parijs landen, omdat de ma chine, die hem rechtstreeks van de Ri vièra naar Londen moest brengen, sto- mng aan een benzinecompressor kreeg Hij kwam toch in Londen, zij het met twee en een half uur vertraging. (U P.) (NADRUK VERBODEN) De nieuwe vasten- en onthoudingswet voor de Nederlandse Kerkprovincie, die met de komende vasten van kracht wordt, bevat de volgende bepalingen: I Onthoudings- of vleesloze dagen zijn alle vrijdagen van het jaar. Vastendagen en tevens onthoudings- of vleesloze dagen zijn: 1. Aswoensdag; 2. alle vrijdagen gedurende de Vasten en de Quatertemper-vrijdagen door het jaar; 3. de vigiliedagen van Maria ten He melopneming en van Kerstmis. Krachtens volmacht van de H. Stoel wordt door het Nederlands Episcopaat op alle andere dagen in de vasten- en onthoudingswet gedispenseerd. II De kerkelijke onthoudingswet ver plicht alle gelovigen die 7 jaar of ouder zijn tot aan hun dood. Zij moeten zich op alle vrijdagen en op alle bo vengenoemde vasten- en onthoudings- dagen volledig onthouden van vlees, spek en jus uit vlees. De kerkelijke vastenwet geldt voor alle gelovigen, die de leeftijd van 21 jaar bereikt hebben en nog geen 59 jaar oud zijn. Zij mogen op de bo vengenoemde dertien vasten- en ont- houdingsdagen slechts éénmaal per dag een volle maaltijd nemen. Bij hun overige gebruikelijke maaltijden moeten zij zich beperken en derhalve minder voedsel gebruiken dan zij ge woon zijn. III Krachtens Pauselijke volmacht verle nen de bisschoppen tot andersluidende aankondiging dispensatie in het vasten- en onthoudingsgebod op alle vasten- en onthoudingsdagen, met uitzondering van Aswoensdag en Goede Vrijdag, aan de volgende personen: 1. al wie zware lichamelijke arbeid of ongezonde arbeid of langdurige ar beid heeft te verrichten; 2. gezinsleden, personeel, inwonenden en gasten van de onder 1 genoem den, doch alleen voor de hoofdmaal tijd; 3. militairen, gevangenen en alle ove rigen, aan wie door de burgerlijke overheid of door de leiding van neutrale of niet-katholieke inrich tingen maaitijden worden verstrekt, doch alleen voor zover zij van de hun verstrekte maaltijden gebruik maken; 4. eevarenden, wanneer zij zich van de scheepskost bedienen; en gasten van de familie, waarvan de vader of enig hoofd niet katho liek is, doch alleen wanneer zijn ge bruik maken van dezelfde maaltij den als het niet-katholiek hoofd van het gezin. IV Wie twijfelt of hij tot de genoemde groepen van gedispenseerden behoort of wie daarbuiten meent geldige reden te hebben om van de vasten- of onthou dingswet ontslagen te zijn, overlegge met pastoor of biechtvader. Zieken en personen met een zwakke gezondheid mogen zich houden aan de raad van hun dokter. V Tenslotte vermanen de bisschoppen alle gelovigen ernstig, om door zelf gekozen verstervingen, door de be oefening van de christelijke liefdadig heid, door gebed en andere goede werken, in het'bijzonder gedurende de heilige Vastentijd, aan te vullen, wat door het gebruik maken van de door de kerkelijke overheid ingevoerde verzachtingen en dispensaties aan hun boetedoening en versterving ont breekt. Ook vragen de bisschoppen in deze Vastentijd aan alle gelovigen volgens oud gebri :k een bijzondere aalmoes naar ieders vermogen ter voorziening in de vele charitatieve behoeften van de Kerk. Gegeven te Utrecht, 12 februari 1956. t Dr. B. J ALFRINK, Aartsbisschop van Utrecht en apostolisch administrator van Groningen, t Dr. J. H. G. LEMMENS, Bisschop van Roermond, t J. P. HUIBERS, Bisschop van Haarlem en apostolisch administrator van Rotterdam. f W. p a. M. MUTSAERTS, Bisschop van 's-Hertogenbosch. t J. W. M. BAETEN, Bisschop van Breda. Er zijn plannen in de maak voor het oprichten van een televisie-station in Djakarta, dat commercie] zal worden gedreven. De voorzitter van de centrale tentoonsteilingsraad, de heer J. M Lai- had, die pas is teruggekeerd van een reis door Europa, verklaarde dat thans De Britse Minister van Financiën Ga- rold MacMillan heeft in een rede voor conservatieve partijleden in Gainsbo rough aangekondigd, dat de huidige re gering „waarschijnlijk" tot kredietbe perking zal overgaan. Toestanden, die de producenten en verkopers van de exportmarkten weg lokken, kunnen niet getolereerd wor den, aldus MacMillan. De Nederl. gezant bij de H. Stoel, jhr. mr. M. W. v. Weede, zal binnenkort zijn post te Rome verlaten. Jhr. v. Weede heeft sedert medio 1944 ons land bij het Vaticaan vertegenwoordigd op een wijze, die hem veel achting doet genieten. De heer v. Weede zal waarschijnlijk worden overgeplaatst naar een andere diplomatieke post. Zijn opvolger is nog niet aangewezen. België - Baron van de Meulenbroeck, de 79-jarige burgemeester van Brussel, heeft om gezondheidsredenen ontslag aangevraagd. Advertentie maakt ruwe handen in één nacht gaaf en zacht 5. allen, die uiten hun woonplaats een ontwerp gereed wordt gemaakt Hij maaltijden gebruiken, die door een hotel of restaurant zijn verstrekt; gezinsleden, personeel, inwonenden zei, dat Philips in Eindhoven de eerste fase in handen heeft. De kosten worden geschat op 2 miljoen rupiahs. (ANP) Advert en tie (Perzisch spreekwoord) Et is geen twijfel meer mogelijk: televisie verovert stormenderhand aller hanen. Alleen al in Nederland kopen vijfduizend mensen per maand een TV-apparaat. Grundig werkt op top-capaciteit, maar kan desondanks niet voldoende TV-apparaten vervaardigen om aan de grote vraag in vele landen aanstonds te voldoen Natuurlijk voert Grundig zijn productie op, maar dit kan met gebeuren op korte termijn; want het zou gaan ten koste van kwaliteit en afwerking: eigenschappen, waaraan Grundig juist zijn wereldfaam dankt. Op dit gebied kan en mag Grundig geen concessies doen. Hierdoor komt het, dat Grundig voor de Nederlandse markt nog slechts 500 TV-apparaten per maand beschikbaar kan stellen, en dat slechts één op de tien kopers van TV apparaten een echte Grundig bemachtigen kan Misschien moet de Grundig-dealet straks ook U tijdelijk teleurstellen, omdat hij geen Grundig-apparaat aanstonds voor U beschikbaar heeft. Het kan zelfs voorkomen, dat hij, bevreesd om een directe verkoop te missen, U aanraadt, genoegen te nemen met een ander merk. Maar laat U hierdoor niet beïnvloeden. Bedwing daarom Uw ongeduld. Op Grundig wachten is altijd de moeite waard. Want Grundig's apparaten zijn ongeëvenaarde juwelen van televisie-kunst. En wilt U hiervan het bewijs? Laat dan Uw handelaar eens een Grundig demonstreren. Of brengt U eens een bezoek aan Grundig Radio Nederland, Grundighuis, Koningslaan 56 te Amsterdam, tel. 71.99.66 waar U iedere Dinsdag en Donderdag van 8 tot 10 uur gratis van Gtundig-televisie kunt genieten. Ook U zult dan beamen, wat velen reeds vóór U hebben gezegd j--v e Nederlandse romancière Elisabeth Augustin is van afkomst Duitse. J Zij werd in 1903 te Berlijn geboren, maar emigreerde omstreeks 1933 J-S met zo veel andere goede Duitsers naar de vrije wereld, naar Am sterdam. Samen met haar man, de Nederlander Felix Augustin vertaalde zij Walschap Elsschot en andere Vlamingen in het Duits. Anderzijds zijn Felix en Augustin in boek- en tijdschriftkritiek opgetreden als pleitbezor gers der moderne Duitse letterkunde in ons land. Het publiek heeft, ruim tien jaar na de oorlog, nog een zeer eenzijdig beeld van de literaire ver nieuwing die daar gaande is. Te weinigen kennen de betekenis van o.a. Robert Musiï („Der Mann ohne Eigenschaften"), Hermann Hesse („Das Glasperlenspiel"Hermann Broch („Die Schuldlosen"en Hermann Kasack („Die Stadt hinter dem Strom")] romanciers, die ieder voor zich goed deels aan Felix en Elisabeth Augustin hun eerste bekendheid in ons land te danken hebben. Deze feiten verdienen vermelding, nu van Elisabeth Augustin een nieuwe Ne derlandse roman is verschenen, die als kunstwerk alle kans loopt voorlopig on begrepen te blijven, omdat de inhoud ervan voor Nederland nieuw is. Voor wie iets van bovengenoemde Duitse auteurs begrijpt, is de sleutel van „Labyrint" echter niet zo moeilijk te vatten. Men kan „Labyrint" een magisch- realistische roman noemen. Het boek roept werkelijkheden voor ons op, die noch met romantiek noch met realisme in engere zin iets van doen hebben. „La byrint" speelt in een wereld die bij wijze van spreken te waar is om mooi te zijn. In een werkelijkheid waarin het rustig schema van ruimte en tijd ongeldig is. In een werkelijkheid die de verbeel dingskracht te boven gaat. Er zijn geen grenslijnen meer tussen onszelf en de anderen. Men is overal en nergens thuis". Het labyrinth is in de Griekse goden leer een duister niemandsland, waar de levenden de doden kunnen ontmoeten. Wie als levende daarheen reist om de verloren geliefde te bezoeken, moet de draad van Ariadne goed vasthouden, want wie de draad verliest vindt geen uitweg meer naar het licht. Elisabeth Augustin heeft haar roman figuren diep het labyrint in gezonden, zo diep, dat de lezer soms niet meer weet of hij nog verbinding heeft met de geheime draad. Sterker nog: het is soms een open vraag of in dit geestes- labyrint de levenden op zoek zijn naar de doden. Is het misschien juist anders om? Zoeken de doden de levenden? Of zijn zij alle levende doden? Ook hier is de geruststellende grenslijn weg. Zij die achterbleven Wie in de oorlog geliefden verloor, zonder dat ooit hun doodsbericht werd vernomen, blijft levenslang ongerust. Hoe "zullen de achtergeblevenen ooit vrede vinden met de onzekerheid over het bestaan der vermisten? Marianne, de hoofdfiguur uit „La byrint", zag haar moeder naar een vernietigingskamp weggevoerd. Ook Marianne's vader kwam om, maar het blijft vaag wie hem uit zijn lijden hielp. 44 Straight stiet me aan. Hij werd ongeduldig door al dit gepraat. En hu zei tot Moilie Tacker: „Is dat het enige paar schoenen uit je garderobe, die je nu aan hebt?" „Wat voor schoenen zou ik nog meer moeten hebben?" vroeg Mollie Tacker. „Schoenen met dikke zolen," antwoordde Straight. „En je hebt ook een broek van wat steviger kwali teit nodig." „Daar kan ik wel voor zorgen," zei Mollie. „Doe dat dan zo gauw mogelijk," hernam Straight, „Kun je dadelijk ongezien het huis weer verlaten?" „Dat grapje heb ik vroeger op kostschool zo vaak uitgehaald," verzekerde Mollie Tacker hem. „Ga niet weg, jongens! Ik ben over enkele ogenblik ken bij je." Ik voelde me lang niet prettig in de ogenblikken, waarop wij op haar moesten wachten. Er kon van alles gebeuren en het was nog steeds niet ondenk baar dat Mollie Tacker door Butterick als lokaas gebruikt werd om ons in een va) te lokken. We zouden verrast kunnen worden door enkele lieden uit het gezelschap aan het zwembassin, die door een toeval onze schuiplaats ontdekten. De geva ren, waardoor we omringd waren, schenen me ontel baar. Uit de richting van het zwembassin klonk voort durend gelach en de zakelijke bespreking was blijkbaar nog niet begonnen. Dit was waarschijnlijk aan Ingrid Ash te wijten, die geweigerd had aan het verzoek van Butterick gehoor te geven. Het verbaasde me een beetje dat Butterick de weigering om naar bed te gaan van het meisje geaccep teerd had. teek me er de man niet naar, die zulke dingen zo gemakkelijk nam. Maar hoe dar> ook deze situatie was in ons voordeel. Het scheen wel een uur te duren, voordat er een gestalte in de deuropening verscheen en zich even daarna in onze richting haastte. Mollie was zo ver standig geweest om donkere kleding aan te doen. Zodra ze bij onze schuilplaats was, trok ik haar bijna met geweld tussen de struiken. „Dat is achter Je rug," zei Mollie Tacker met een zucht. „Nog niet helemaal!" merkte Straight voorzichtig op. „Nee, nog niet helemaal!" sprak een toonloze stem -achter ons. Als door een adder gebeten draaien wij onze hoofden om en zagen de gestalte van een man, wiens witte haar merkwaardig contrasteerde met het donkere gebladerte. Er glansde een automa tisch pistool in zijn rechterhand. „Ik ben een man, die graag ziet dat meisjes op tijd naar oed gaan," vervolgde de albino toonloos. „Dat is werkel'jk een verrassing!" merkte Mol lie Tacker op. De albino deed onverhoeds een stap naderbij en sloeg Straight hard n zijn gezicht. „Dat had je nog van me te goed!" zei hij vlak. „Als je wilt kun je nog meer krijgen." Ik voelde me beangst en vernederd. Een ogenblik geleden zag ik mezelf nog voor een flinke kerel aan. Toen Mollie uil 'et hui„ kwam, meende ik dat we ons behi „rlijk van onze taak gekweten hadden en daar was ik zelfs een beetje trots op. Maar nu was ik diep beschas" d. Ik was eigen lijk meer beschaamd dan bang. Straight veegde i bloed van Zijn lippen. Hij Ss .doodsbleek en een ogenblik meende ik dat hu zich op de albino zou werpen. Ik zag aan hem dat hij dit bij zichzelf overwoog. En de albino zag het ook, want hij zei: „Ga gerust je gang!' Straight ontspande zich echter en ik voelde mij wat beter. „Draai je om!" snauwde de albino, „En houd 1e handen boven je hoofd!" Terwijl ik me met tegenzin omdraaide, zag ik eensklaps beweging achter Bolitho. Als een geest verschijning rees een man achter de albino omhoog. Dan hoorde ik een doffe klap en mijn maag kromp, alsof ikzelf die slag ontvangen had. Zonder een zucht te slaken sloeg de albino tegen de grond. „Aardig werk voor amateurs," merkte een ironi sche stem op. „Maar persoonlijk werk ik toch liever met vaklui." „We hebben uw gezichtsvermogen onderschat, Mr. Jenner," zei ik. Hij grinnikte. „Ik heb jullie als schooljongens door de struiken zien rennen," hernam hij. „Ik hield mijn hart vast dat je de hele zaak bederven zou." Hij boog zich over de roerloze gestalte van Bolitho heen en stopte iets in zijn mond. Vervolgens bond hij diens handen deskundig op zijn rug. „Mijn paard staat ongeveer honderd pas van de plaats waar jullie je rijdieren achtergelaten hebt," zei hij dan. „Laten we nu maar weggaan!" HOOFDSTUK XV Behoedzaam liepen we om de ranchgebouwen heen. Ik had me nog niet Helemaal van mijn schrik her steld en ik kon het vreemde gevoel in mijn maag streek maar niet kwijtraken. Jenner liep voorop en Straight sloot de rij, terwijl Mollie Tacker en ik naast elkaar in h, midden liepen. In de on middellijke omgeving van de ranch kwamen we vrij snel vooruit, maar zodra we wat verder uit de buurt waren, werd het terrein moeilijk begaanbaar. We struikelden over rotsstenen en cacteeen en Mollie moest haar uiterste best doen om gelijke tred met ons te houden. Zo nu >n dan wierp Straight een blik op de ranch. „Er is nog geen alarm geslagen," merkte hij op. Zwijgend strompelden we voort. En tien minu ten later, nadat hjj weer eens achterom gekeken had, zei Straight scherp: „De hele ranch is in rep en roer." We draaiden allen het hoofd om en zagen dat de Rancho Paloma in een zee van licht lag. Straight hief zijn verrekijker omhoog en rapporteerde dat er twee wagens de weg afreden en vier of vijf ruiters de richting van de vlakte insloegen. (Wordt vervolgd) Hun voortijdige dood zet zich als leven in Marianne voort. Marianne formu leert het in een bede tot haar vader als volgt: „Het is waar, ik ben het nu die lijden moet, niet u. Dat is het enige wat mij troosten kan. Uw kwellingen, uw angsten hielden op toen u stierf, die van mij vingen toen pas aan. Wat een erfenis hebt u mij nagelaten. En zonder het te willen, zonder uw schuld. Want juist dat moet voor u nog een nieuwe vrees en kwel- ling zijn geweest bij al de andere: de ge dachte aan mij en hoe ik mij zou kun nen schikken in uw lijden en sterven. Waarom zou ik niet ook lijden, nadat u zo geleden hebt, waarom zou ik mij willen onttrekken aan het leed? Zou ik er niet zelfs voldoening over moeten hebben zo veel te mogen lijden? Hoe beschaamd zou ik voor u staan indien mijn leven zorgeloos doorging, terwijl het uwe zo ontijdig moest afbreken. Ik moet het toegeven, ik lijd gaarne, er is een verlangen naar lijden, een wel lust om te lijden in mij. Bij elke pijn die ELISABETH AUGUSTIN schrijfster van Labyrint" ik voel, verbeeld ik mij immers üw pijn een beetje te hebben verzacht. Ik weet niet of het niet even veel zielskracht vergt het leed te verdringen, als het in zijn volle omvang op zich te nemen. Hield ik zo veel van u? Och, ik hield niet zo buitengewoon veel van u, niet meer dan de meesten van elkaar hou den. Maar nu heb ik geleerd van u te houden, nü. Voor mij leeft u nu pas. Al hetgeen ik van u weet, zoek ik als mozaïek steentjes bijeen en daarmee zet ik uw leven telkens opnieuw in elkaar. Maar Het is wei degelijk een hoedje, dat door deze mannequin zo zwierig wordt gedra gen. Het materiaal is niet duur: gewoon breed mandenstro. Het feit echter, dat dit model er een is van de voorjaarscol- lectie van de Parijse ontwerper Oscar, zal toch wel maken, dat een en ander stevig in de papieren loopt.... dat is het juist: u leeft dan voor mij ook in uw laatste uren, in uw laatste ogen blikken. En wat deze ogenblikken met gal doordrenkt heeft, dat doordrenkt nu uw hele zijn en maakt het bitter voor mij. Wat hebt u toch allemaal gedaan om u diep in mij in te prenten! Zelfs met uw sterven, met uw dood nog heeft u zich in het netvlies van mijn geheugen gebrand". Deze passage maakt iets duidelijk van het mysterie dat aan deze bijzondere roman wijding geeft. „Labyrint" is het boek van het mede-lijden, van de grote liefde die lijden is, over alle grenzen van het „gezonde verstand" heen. Geen boek ken ik, waarin zo kies en tevens zo vervoerend het lijden is ge schilderd van enerzijds hen die naar de gaskamers werden gevoerd en anderzijds de geliefden die achterbleven. Het is een haast boven-werkelijke liefde welke hen in eikaars gedachten doet blijven. Dood en leven zijn geen tegenstellingen meer. Gemeenschappelijk leven Vanuit deze gedachtengang komt men in de diepere doolhof van dit boek. Daar lopen alle wegen van verstandhouding en beïnvloeding dood op de muren van „het menselijk tekort", om dan met een sprong uit tijd en ruimte weg, ineens weer nieuwe velden van samenklank en grondeloze eenzaamheid te vinden. Het is onmogelijk er bij eerste lezing alles van te „begrijpen''. Daarvoor is het niveau van dit levensraadselboek te hoog. Daarvoor heeft het anderzijds teveel diepgang. Waar Marianne het bewust-zijn ver liest, nemen anderen die haar nastaan de geheime draad op en zetten de reis voort naar de verzonken oerbeelden van het gemeenschappelij k herinneringsleven. Het doet er niet toe op welke momen ten Marianne leeft, en of haar moeder op het kerkhof dood is. Het is eenzelfde labyrint waarin zij rond-waren. De schrijfster zinspeelt er in haar eer ste bladzijden op, dat Marianne, Paul en Victor bij een auto-ongeluk om het le ven zijn gekomen. In hun laatste secon den zouden zü helderziend zijn gewor den. Wat zij toen zagen was hun voorbije leven plus alles wat nog geleefd had moeten worden. En zij zagen zich zelf door de andereh heen. Van wat zij za gen, is „Labyrint" de weerslag. Het zal wel een kwestie van innerlijke gesteldheid blijven, in hoeverre men zich door de gedachtengangen van de schrijfster kan laten meevoeren. Door diepe duisternissen heen naar het hoge licht daarachter. „LabyrinF' is een boek voor weinigen, omdat liefde en lijden er worden erva ren, niet als een drama van enkelingen, maar als zingeving aan het bestaan van alles onder de zon. Het is een boek, in een taal, die zo geladen is met levens waarde, dat men geen zin als overbodig zou kunnen schrappen. Het Duits is schrijfsters moedertaal, maar het Nederlands is bij wijze van spreken haar vadertaal geworden. Zij heeft de beelden van die taal verstaan, zo intens als men zelden bij geboren Ne derlandse auteurs vindt. Zij paart een zeer helder voelen aan een scherp we ten. Haar weg door het Labyrint is in laatste instantie een louteringsweg. De weg van het lijden. De weg van het schuldig-zijn. De weg naar de liefde, die onze oorsprong is. De wijze waarop Eli sabeth Augustin in „Labyrint" deze weg oproept, is zonder meer groot en groots. 1) NICO VERHOEVEN 1) Elisabeth Augustin: „Labyrint" Holland, Amsterdam. Gistermiddag is Robert Lacoste geïn stalleerd als minister niet standplaats Algiers. De Franse premier, Guy Mol- let, had de aankomst van Lacoste uit Parijs afgewacht, en hij verrichtte ook de installatie-plechtigheid in het Zomer paleis te Algiers. Ondanks een verbod van de prefect van Algiers om beto gingen te houden is het daar gisteren opnieuw tot ongeregeldheden gekomen. De politie heeft vijftig personen gear resteerd. Premier Mollet zou aanvan kelijk gisteravond naar Parijs zijn te ruggekeerd, maar hij heeft zijn vertrek nu uitgesteld tot morgen. Gistermiddag is hij in die stilte naar het departe ment Constantine vertrokken, waar hij een bezoek zal brengen aan „het front" in het Aurèsgebergte, waar de strijd tegen het „Bevrijdingsleger van Allah" nog steeds voortgaat. Hij heeft een af- scheidsboodschap tot de bevolking ge richt, waarin hij o.m. zei: „Ik ben met een vredesboodschap gekomen en ik vertrek in de overtuiging, dat die bood schap gehoord is en begrepen". Enige uren na de aankomst van La coste in Algiers moest de politie optre den tegen een menigte Franse kolonis- N| U.M. ten, die in het centrum van de stad waren samengestroomd om te protes teren tegen de voorgenomen hervor mingspolitiek voor Algiers. Honderden politiemannen met helmen worstelden met de kolonisten, onder wie vele oud- strijders, die de tuin van het oorlogsge denkteken trachtten binnen te dringen om gehoor te geven aan een oproep van het Algerijnse „comité van openbare veiligheid". Betogers met Franse vlaggen klom men over de hekken rond het ge denkteken. Er ontstond een vuistge vecht met de politie die daarop de gummiknuppel trok. Verscheidene de monstranten werden gearresteerd. De komst van elke nieuwe vrachtauto met politieversterkingen werd begroet met kreten als „Mollet aan de galg", „Mollet ga naar huis" en „Lang le ve Algiers". Amerika - Zes communistische lei ders uit de staat Ohio zijn gisteren schuldig bevonden aan samenzwering tot gewelddadige omverwerping van de staat. Vier andere communisten werden vrijgesproken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1956 | | pagina 9