'§r. M. Jansen officieel
ontvangen op het
^dhuis van Rotterdam
IfJ
i
Pierre Curie door een
ongeval om het leven gekomen
Kleuter held van de dag
10 jaar Wegenwacht
^ïnamische geloofsbelijdenis
von de nieuwe bisschop
t
i
2km£s?i:?2^i
Ooievaarsnesten—expert
c
V"
AS S1-' N'S- e"
Samen met zijn vrouw, Marya Curie-Sklodowska,
ontdekte hij het radium
Tussen neus en lippen
735.000 weigerachtige vehikels
op gang gebracht
'10
W. Driessen
iKïit"1*6
Cr<3en-"
ZATERDAG 14 APRIL 1956
PAGINA 5
KAv'L
itS
üöY
vX'Nl
N !'r
AfWerhoging bij
An>iX, end en Loos
V*!
t'AVb
te J,
t/'"^hlager richt
XS^tiok Urgemeesters
Verborgen gebrek
Rajah terug
Bew
Fred Kaps naar de V.S.
Wereldkampioen goochelen
Eerste aardbeien geveild
41 cent per stuk
Pater Werenfried van
Straaten weer aan het werk
Wethouders van Renikum
niet afgetreden
speciale verslaggever)
Kt van?ho«eiykheid. maar als een
JHee.f aliteitszin constateerde de
V v»n r van Rotterdam, dat de
""ff. M. A. Jansen als bis-
i'H (.„0or ('p gehele bevolking van
Nwri VriiH reden tot vreugde was,
.sgmiddag de „hoogste ge-
Nt katK 'P <leze provincie van de
rbj'iltp !'pke Kerk en opperste
V», !'n e"lsman van een gerespec-
J[V3 „^vaardeerd deel van onze
ver,
NaS,
het Rotterdamse stadhuis
Wvlkonide. Mr. G. E. van
j*s er zich van bewust, dat
|riens de gehele bevolking kon
■h ^r hy was er wel van over-
w V lint overgrote meerderheid
Si 'Edammers zou begrijpen
,cn, dat het gemeentebe-
V'en e"we bisschop heeft willen
I ASm 'e verdraagzaamheid be-
bereid zün die te tonen."
SASerden genodigden vulden.
burgerzaal, toen burge-
ÏV% S Walsum de bisschop bin-
k vi'l vergezeld was van de de-,
S ^tj- ^rdam, mgr. J. H. Niekel,
C Keneraal van de bisschop,
,;<l A 8. Schaaper, en de drie secre-
K nder de aanwezigen bevon-
Wethouders en gemeente-
v 'i p, |;tri en vtc utic ocutc-
.VS Ader de aanwezigen bevon-
lAvS wethouders en gemeente-
V.' d9 de voorzitters van de wijk-
t'd R-.^ken van het corps consu-
?tA ptterdam, de heer E. J. H. P.
JSVeMltte, enige militaire autori-
S JeSenwoordigers van de Ka-
j'v v<n rt°Phandel, de rector magni-
t\* ^,e ^economische hogeschool,
kv< do boerman, enige pnes-
I 1 i dj 'stad, o.w. mgr. G. Kerkvliet,
VSA?'® vertegenwoordigers van
dl. 'rite organisatieleven in Rot-
A m 15 Bemeld. sprak de burgemees-
barnens de gehele bevolking.
i ifi e voorop, dat dit niet de per-
ÏA'th'1 de bisschop betrof. „Maar
^1ginU eenmaal zo, dat velen in de
,A van deze nieuwe bisschops
wap m m
versterking van de positie
ïr.^ ro°ms-katholieke Kerk zien
'srpe P°ging om het rooms-katholi-
Ve'd te doen winnen.
Pd Sn„
vip(jt Ser 7-Ü daai- bevreesd voor
\l dat zijn verklaring, naar het
goa meer n°e dan in het feit-
f ^dienstige tegenstellingen in
viii "i-aMrflevend zijn geweest, in
*VHa,Jd'gheid, dat de leer van de
jVï' iri K eke Kerk, naar men aan-
i '''tefi(ie ePaalde opzichten nogal ver-
flVdtf., aanspraken in zich sluit
"5t^'evih S dot de vormgeving der
it - bg. j,et js verklaarbaar,
4' Vhhiri barhe in een stad, waar de
Av%;„ 'eken omstreeks 21 pet van
v' bg uitmaken, sterk gevoeld
S(,j>i geen machtskerk
vSAjK.dankwoord verheelde de bis-
6 w -h te weten, dat zijn komst niet
ts >een reden tot vreugde zou
hSi ansen getuigde daarom, dat
AriS??6 bij vertegenwoordigt, geen
k'I, wil zijn. maar de Blijde
q'e van Christus verkondigen
11,
dooet gehele menselijke leven
ih'hRf bibgen en doordesemen.
1 S «e^P, dat het voor niet-katho-
v U bioeilijk is hierin een juist
ij'1 ka,?rkriigen. „Men moet eigen-
nnAt CUiek zijn om te weten, dat
Wbkeiyk niet om macht gaat,
W 'kt|"nr' bet vormen van volledige
M b,
bie ook juist in en door
'ilhu^bdom volwaardige en vol-
trlVlA K®brs zijn, die zich op vele
V„' ]3 vv alle andere burgers ver-
dus ook met hen, die
bbv'irt h, Iek zijn. Ik zal mij ook niet
Sf)J at zelfs katholieken op dit
v een vertekend beeld van
>%h'l'Chf rk bezitten en dat daar-
k.'iL 1 wb dit misverstand mede kon
K-lih.be k® katholieke overtuiging
"liV* Sfti1Ssch°P er toe> 7'ich zeer
ins Hl» air en verbonden te voe-
V 1.1 <lie b, katholieken en andersge-
th' i- 'ifi.
Sol* I VUWF C1 l"V, f-»vu v.V1
ki v ii||'"'air en verbonden te voe-
n bi» n' katholieken en andersge-
tAis.'bet hem in de wereld zün.
'khA. vi.r, "d°m, jat ik hier belijd en
NlVVia'digen, graat uit va"
Sb<lHlUlt8te vooronderstelling: de
V., h,. Vnv.e lotsverbondenheid
en
'b aüen die mens zijn, onge-
®^ue'e' rassistische, cul-
"bale, politieke, geestelijke,
,,e of andersoortige onder-
biijn medewerkers en me
lis1 lA'ilirt w?rtelt die algemeen-men-
At like b'teit in onze gemeen-
hNN «en,00rsPronB en bestemming,
t^pbbenschappelijke gedragen
pbselljke betrekkelijkheid en
ïiArV^hJ?,. boven alles in ons ge-
is aangesproken en aan-
\Vi] n door een bevrijdende
bo J. dat alle mensen zalig
Pk z.axig
■h V.ïpAbbistus, van wie ik de die-
VI V apg0' maK zun, is de mede-
bh,uP legde deze geloofsbelij-
hi, bs :6 mensen en de verlosser
n^<er,eld'"
P legde
sJl^rukkelijk te doen we-
- en provincie zijn be-
,n $v,b eerbied, liefde en zorg,
i.^edelijden zullen uitgaan
Ivbaw met bem zijn. „Met
t „fte van het accent, dat
vJb verdient, zal voor mij
n de apostel Petrus gel-
Ci deLAaS6h?neel zal een uitkering
_,b ,h knt ineens over 1955 ont-
°k rc r bt ineens over 1955 ont-
hP' w tvAo!. eind van deze maand
^fo 'bV^f/bg worden uitbetaald.
bti l. andse Spoorwegen heb-
w drie procent ineens uit
lAt *'IB- - I
Ov ns in de loop van deze
l85V°t Wfie,
[kik' Al AuitA'J Van Gend en Loos
Ï'Q ,S^ dru1 gehad, dat aan het
tfj *1 v Drnnont innonc ötror
,e procent ineens over
Ai?'r1 >m, brie procent verrui-
bf) '1(5^ eundaire arbeidsvoor-
r. gorden uitbetaald. Dit
An -b ,?,°bent zal in drie ter-
%j. b'tgekeerd.
contactcomité Jung-
p-Vi vari schrijven tot de
?eetde^rnzdoSeek gfn
Wt>. ctiec0mi?Pricïlting van een
b'te Jungschlager te
den: Houdt alle men,en in ere, hebt
de gemeenschap lief, vreest God, eert
de Koning".
Tevens hield dit stuk geloofsbelijde
nis in, dat de bisschop samenwer
king en contact met allen op hoge
prjjs stelt. „Ik ben geen bisschop van
een geestelijk ghetto, maar van een
Kerk, die krachtens haar eigen belij
denis in de wereld wil leven en wer
ken, een heel de samenleving omvat
tende intermenselijke verbondenheid
als uitgangspunt neemt en in naam
van haar Heer en Heiland zich een
een levende gemeenschap van allen
met God en met elkander ten doel
stelt, „opdat Gou zij: alles in allen".
Tevoren had de burgemeester het
een feit van bijzondere betekenis en
een reden tot bijzondere verheugenis
voor de katholieken van Rotterdam ge
noemd. dat zii voortaan een bisschop
in hun midden mogen hebben. Dat
ontvangst door het gemeentebestuur
zag mr. Van Walsum als een passend
middel om uitdrukking te geven aan
zijn begrip voor en medeleven met de
gevoelens van dit deel van de bevol
king.
Mgr. Jansen dankte voor de hem te
beurt gevallen eer, die „niet mijn per
soon, maar het ambt, dat ik vertegen
woordig" geldt, voor de ontvangst en
heel in het bijzonder voor de woorden
van de burgemeester, „ingegeven door
hartelijkheid en realiteitszin".
Met grote waardering sprak de bis
schop over de „perillustris civitas", de
zeer beroemde stad, die zich met on
geëvenaarde energie heeft opgericht
en die bouwt aan haa- toekomst, weike
veel grootser en weidser zal zijn dan
zelfs eens haar historie was. Mgr.
roemde het veelstemmige lied van de
arbeid, dat door Rotterdam klinkt,
maar wees er tevens op dat menselijk
geluk niet alleen uit materiële welvaart
bestaat. „De mens leeft niet van brood
alleen".
Ofschoon wij van elkaar onderschei
den gemeenschappen vertegenwoordi
gen, aldus besloot de bisschop, staan
wij hier bij elkaar, ornaat ons beiden
het welzijn van mensen ter harte gaat.
„Dienaren van Kerk en Staat werken
des te beter samen naar gelang zij el
kaar zullen vinden in een diepe, op
rechte eerbied voor mensen en in een
ootmoedig besef van dienstbaarheid.
Een dergelijke samenwerking, met
respect voor elkanders werkterrein,
wens ik u en mijzelf van harte toe."
Na het officiële gedeelte van de ont
vangst stelde de burgemeester alle aan
wezigen persoonlijk aan de bisschop
voor.
i
Vrijdagmiddag heelt het Rotterdamse gemeentebestuur de iieuw benoemde bisschop van de Maasstad, mgr.
officieel ontvangen. Mgr. Jansen laat hier het ge meenteraadslid J. A. A. Aarse aan zich voorstellen.
Jansen,
Op 19 april a.s. is het vijftig jaar
geleden, dat tc Parijs Pierre Cu
rie - toen sinds zeven jaar, sa
men met zijn vrouw Marie Curie-Sklo
dowska, ontdekker van het radium en
met haar en Henri Becquerel drager
van de Nobelprijs voor natuurkunde
door een verkeersongeval om het le
ven kwam. Een glorieuze wetenschappe
lijke carrière werd daarmee afgebro
ken.
Pierre Curie was op 15 mei 1859 te
Parijs geboren ris tweede zoon van een
arts. De Curies, een doktersfamilie,
stamden uit de Elzas. Ze waren pro
testant.
Pierre Curie heeft in zijn jeugd nooit
schoolgegaan: zijn vader oordeelde een
individuele opleiding voor hem beter en
was aanvankelijk zelf zün leermeester.
zuchtte Bertolio, hoewel Rajah onge
veer 800 gulden per meter waard is,
„maar Rajah en ik zijn vrienden."
Een simpel ooompje is twee ont
snapte misdadigers noodlottig
geworden op een wijze, die
voor de dolste filmklucht niet onder
doet. Enige weken geleden werden
de tot lange straffen veroordeelde
Een 20-maanden oude kleuter is
de held van de dag geworden
door het uitroepen van het eni
ge woordje dat hü kende. David II- p. i
chuk werd 's morgens om 6 uur wak- Ollïipel DOOHipje
ker en riep met hoge stem „brand".
Gewoonlijk brengt deze kreet de ou
ders niet in ongerustheid daar David
een voorliefde heeft voor brandweer
wagens. Maar toen de ouders op die
bewuste morgen door David werden
gewekt stond de kamer vol rook. Va
der Ilchuk sprong het bed uit en
pakte de kleine held uit zijn bedje,
hielp zijn vrouw Grace, en maakte
dat hij met zijn klein gezin via het
dak naar de buren kon ontsnappen.
De rechtbank in Upton on Se
vern (Engeland) kreeg on
langs een merkwaardig ver
zoek tot gerechtelijke prijsverlaging
te behandelen. Een dame, echtgeno
te van een bankdirecteur, vroeg het
hoge college, de koopprijs van haar
huis te verlagen omdat het pand een
spook herbergt. Het verborgen ge
brek heet „de grijze dame". De grij
ze dame zelf was in de ogen van de
eigenaresse niet zo lastig, vervelen
der was dat het personeel altijd door
de dorpsbewoners omtrent het ge
spook wordt ingelicht en dan de kof
fers pakt. In 1906, aldus de eigena
resse, is één spook want er wa
ren er méér al op de vlucht ge
slagen, het tweede, de „grijze da
me" echter heeft zich er niets aan
gelegen laten liggen en spookt ver
der. Hoe dat is niet precies dui
delijk, want de troosteloze huisvrouw
verklaarde dat de grijze dame niet
te bezichtigen is. Haar aanwezigheid
is slechts te voelen. De rechtbank
verklaarde meewarig, dat occulte
zaken niet tot haar competentie be
horen. Bij dit alles moet de eigena
resse van geluk spreken, dat zij
slechts één spook heeft gevoeld. Vol
gens de onbetwistbare autoriteit der
dorpsbewoners krioelt het namelijk
in Priors Court van de spoken.
Rajah, een boa constrictor van
vier meter lang die een paar
weken geleden in Parijs „ont
voerd" werd, is dezer dagen voor de
dag gekomen op een binnenplaats in
een Parijse voorstad, vermagerd en
stijf van de kou, maar nog in leven.
Rajah was gestolen uit een met krui
ken verwarmde koffer, kort voordat
radio-omroepster Arlette Peters met
hem en drie andere boa's zou repe
teren voor een „slangendans" op
een kunstenaarsbal. De eigenaar
van Rajah, Pierre Bertolio, heeft
zijn bezit bij het politiebureau opge
haald en hem gevoed met een paar
eetlepels warm water. Rajah likte
het water dankbaar op. „Als hij eet
blijft hij leven", verklaarde Bertolio
die Rajahs lichtbruine huid, die ge
plooid was door magerte, zorgzaam
met warmwaterkruiken afdekte. Ber
tolio had gedacht dat de arme Ra
jah in de Seine was gegooid of ver
kocht was aan een leerhandel, tot
dat een heer die in een Parijse voor
stad woont bijna over Rajah strui
kelde. Ten prooi aan hevige opwin
ding belde de heer de politie op, die
hem adviseerde eerst zijn roes uit
te slapen, maar die daarna toch
maar besloot een kijkje te gaan ne
men. De heer bleek toch gelijk te
hebben.
„Het geld is niet zo belangrük,"
Augustus King en Maurice Vernon in
een taxi van Bristol (Engeland),
naar de gevangenis in Exeter over
gebracht. De beide mannen, die met
handboeien aan elkaar zaten, begon
nen tijdens de rit zogenaamd he
vig te vechten waarop de taxi vaart
minderde en een parketwacht, die de
twee mannen begeleidde, tussenbei
den wilde komen. Op dat moment
opende een van de gevangenen het
portier waarna beiden naar buiten
sprongen en het op een lopen zet
ten.
De Perste 50 meter ging alles prach
tig, maar toen kwam er een slank,
onschuldig berkenboompje op hun
pad. In de opwinding vergaten King
en Vernon, dat zü aan elkaar vast
zaten en renden elk langs een
andere kant van de boom met liet
gevolg, dat zij met een geweldige
klap tegen elkaar opbotsten en bei
den konden worden uitgeteld
Even later kon de taxi met twee
half verdoofde gevangenen de reis
ongestoord voortzetten.
,'1JS
Zes sterke mannen uit Cirences
ter hebben 18 mijl te voet af
gelegd, gehuld in een zwaar
harnas, om te bewijzen dat koning
Harold in 1066 ditzelfde op groter
schaal gedaan zou kunnen hebben.
De zes man, allen lid van de wan
delclub van Surrey, die over een
zandpad met diepe karresporen lie
pen en gewapend waren met speren
en schilden, wilden aantonen dat een
der meest omstreden legenden glit
de Britse historie waarheid bevat.
Volgens de overlevering liep Ko
ning Harold met zjjn strijdmacht in
10 dagen een afstand van 200 mijl
ook in harnassen en met helmen
op om de slag van Hastings te
kunnen leveren tegen Willem de
Veroveraar. Sommige historici be
weren dat deze mars onmogelijk was
zonder paarden, die koning Harold
volgens de overlevering niet gehad
zo" hebben. Een der wandelaars ver
klaarde na afloop van de tocht dat
hij het best nog negen dagen had
kunnen volhouden. „Zolang ik ten
minste niet een veldslag hoef te le
veren na afloop", voegde hij er aan
toe.
Op zijn zestiende jaar behaalde hü
zijn baccalauréat, op zijn achttiende is
hü licensie-kandidaat en een jaar later
krijgt hij een aanstelling tot amanuensis
van prof. Dessins, aan de Wis- en Na
tuurkundige Faculteit.
Drie jaar later wordt Pierre labora
toriumchef aan de Ecoie de Physique
et de Chimie industrielles. Naast zijn
dagehjkse plichten weet hü toch tüd te
PIERRE CURIE
vinden voor eigen wetenschappelijke
arbeid op het terrein van de natuur
kunde der kristallen. Hü construeert
ook een uitermate gevoelige balans, en
verricht onderzoekingen op het gebied
van het magnetisme.
Hij vindt daarbq o.m. de wet, dat
de magnetiseerbaarheid van para-
magnetische stoffen omgekeerd even
redig is met de absolute tempera
tuur, een wet, die naar hem als de
„wet van Curie" bekend staat.
Een belangrük wetenschappelqk wer
ker dus. Belangrük en veelbelovend,
maar niet als zodanig bekend en ge
honoreerd. Zpn salaris is nie' hoger
dan dat van de eerste de beste fa
brieksarbeider. Er is niemand, die iets
in hem ziet.
Niemand? De beroemdste Engelse
natuurkundige uit die t:jd, Lord Kei
vin, komt in 1893 naar Parijs. En deze
grijze geleerde wil de onbekende, po
vere jonge man toch wel graag ont
moeten. „Uw werk is van vroegere da
tum geweest dan het mijne", schrijft
hij hem heel eerlijk, doelend op de be
studering van de piën-elektriciteit. En
hij publiceert dit zelfs. En te Parijs
staat hü verbaasd over de armzalige
outillage waarmee deze stille man zijn
fundamentele ontdekkingen heeft ge
daan. En het respect van de grijze be
roemdheid wordt nog groter.
Begin 1894 ontmoet Pierre Curie het
Poolse meisje Marya Sklodowska, uit
Warschau. Zü is naa< Parijs gekomen
om natuurkunde te studeren.
Zij moet voor de Société pour l'En-
couragement de l'Industrie Nationale
een studie maken over de magnetische
eigenschappen van metalen, maar
zocht ruimte in een of ander laborato
rium om daar haar onderzoekingen te.
kunnen verrichten. Misschien, zo hebben
vrienden die Curie kennen haar ge
zegd, misschien heeft Pierre Curie een
lokaaltje vrij.
„Toen ik binnenkwam", fco schrijft
Marya in haar dagboek, „stond Pier
re Curie in de omlqsting van de deur
geleupd, die op een balkon uitkwam.
Hq leek me heel jong, hoewel hij vpf
en dertig was. Ik werd getroffen door
de uitdrukking van zün lichte ogen en
iets ongekunstelds in de houding van
zpn hoge gestalte. Zün wijze van spre
ken was traag en bedachtzaam, zün
eenvoud, zqn glimlach, die tegelijker
tijd ernstig en jong was. boezemden
dadelijk vertrouwen in. We raakten
gewikkeld in een gesprek, dat al gauw
kameraadschappelük werd: het had
tot onderwerp wetenschappelüke
vraagstukken, waarover ik blü was,
zijn mening te kunnen vragen."
Over de kristallografie en het mag
netisme heen weefde een frêle liefdes
idylle haar tere net. Maar Marya vecht
tegen haar iiefde. Want zü betekent:
in Frankrijk blpven Doch dat voelt
zü als verraad. Verraad aan haar on
gelukkige vaderland, dat recht heeft
op haar toekomstige arbeid. Maar de
liefde overwint jiteindelük. In juli 1895
trouwen zij. Pierre is leraar geworden
aan de Ecole de Physique. Hü verdient
vijfhonderd francs in de maand Zij ver
deelt haar aandacht tussen kookboek en
koekepan en de retorten in het labo
ratorium.. Want zij wil haar diploma
halen en lerares worden.
De onderzoekingen die zü samen met
haar man verricht, leiden tot de ont
dekking van twee radioaktieve elemen
ten, polonium en radium. Een ontzag
lijk zware arbeid, jaren lang onder
moeilijke omstandigheden verricht in
een oud, vochtig schuurtje op de binnen
plaats van de school. Door twee men
sen, bezeten door hun wetenschappe
lüke arbeid, hun liefde voor het radium.
Als men Pierre Curie in 1902 het
Legioen van Eer aanbiedt, wijst hü
het af. „Ik heb geen behoefte aan
een decoratie, maar wel aan een la
boratorium!" Maar er komt voor Pier
re Curie geen laboratorium, Frankrijk
erkent en waardeert hem niet. Dat
laat het over aan het buitenland.
Uit Londen wordt hem in november
1903 door de Royal Institution de Davy-
medaille toegekend. Een der hoogste
wetenschappelüke onderscheidingen. Hü
verliest de gouden medaille, vindt haar
weer terug en geeft haar tenslotte als
speelgoed aan :;jn zesjarig dochtertje
Irène. De 10e december 1903 wordt
hem te Stockholm, samen met zijn
vrouw en met Henri-Becquerel de No
belprijs voor physica toegekend, voor
hun ontdekkingen in verband met de
radioactiviteit. Geen van de beide Cu
ries is aanwezig. Zij voelen zich niet
wel, zo vertelt hun dochter Eve, en,
overkropt met werk, zijn ze terugge
deinsd voor de verre reis. Maar de
dagbladen schrqven over hen en bren
gen hun foto.
Nu is hü wereldberoemd. En nu wordt
hü ook ontdekt door zün vaderland. Zqn
benoeming tot hoogleraar aan de Sor-
bonne eindelük volgt nog in 1904.
Wetenschappelüke erkenning, een
leerstoel en een laboratorium, de toe
komst wordt goed voor de Curies.
Maar op 19 april 1906 nog geen
anderhalf jaar later is er op aarde
al geen toekomst meer voor Pierre
Curie.
In de namiddag van die dag loopt
hü, in gedachten verzonken, in de rue
Dauphine. Op een kruispunt verstrooid
overstekend, raakt hij vóór de paarden
van een zware vrachtwagen. Verschrikt
grijpt hij zich onhandig vast aan de
borstriem van een der dieren. Maar
hü komt te vallen en het linkerachter
wiel van de wagen treft zijn voorhoofd.
Zijn schedel wordt verbrijzeld. Pierre
Curie is op slag dood.
Advertentie
De Nederlandse goochelaar Fred
Kaps, die in september 1955 in Amster
dam voor de tweede maal in successie
het wereldkampioenschap goochelen
veroverde, is vrijdagavond in gezel
schap van de heer J. H. Vermeijden,
voorzitter van de Nederlandse en de
Internationale magische unie, van
Schiphol naar New-York vertrokken.
Kaps zal 17 april in New York met
de Nederlandse zangeres Rita Reijs en
Jules de Corte, die zaterdagavond ver
trekken, in de Foreign Press Club op
treden tijdens een programma genaamd
„Dutch Night".
Bovendien zal Kaps zondag eerst nog
werken in een televisie show. Voor zijn
Amerikaanse reis heeft hij een geheel
nieuw slotnummer bedacht en ingestu
deerd. In plaats van met brandende si
garetten zal Kaps nu met brandende
kaarsen werken en aan het eind een
kandelaar met zes brandende kaarsen
omhoog werpen, die in de vlucht in
een sjaal verandert.
18 april zal de wereldkampioen sa
men met de heer Vermeijden in Chi
cago een lezing en demonstratie hou
den voor de Society of American Ma
gicians.
Op de groenteveiling te Roelofarends-
veen zijn de eerste glasaardbeien aan
gevoerd, nl. vier doosjes, ieder inhou
dende ongeveer 150 gram aardbeien,
waarmee fruitteler Jac. de Jong ter
veiling kwam. De firma Oudhof uit Am
sterdam werd eigenaar van deze pri
meur voor de som van 41 cent per
aardbei.
Pater Werenfried van Straaten van
de abdij van de Norbertijnen van
Tongerlo, leider van Oostpriesterhulp
heeft zqn vroegere activiteit hervat, al
hoewel hij nog onder geneeskundig toe
zicht staat. Hij heeft een rustperiode in
Bad Ems doorgemaakt.
De Wegenwacht van de Koninklijke
Nederlandse toeristenbond de
A.N.W.B. bestaat zondag tien
jaar. Bijna een jaar na de bevrijding
van westelijk Nederland verschenen de
eerste wegenwachters zeven in ge
tal op de Nederlandse wegen. De
trajecten Den Haag-Utrecht, Den Haag-
Amsterdam en Den Haag-Rotterdam
werden door dit zevental bewerkt. Nu,
na tien jnar van opbouw, uitbreiding
en vervolmaking van het apparaat
strekt de patrouillegang zich uit tot in
alle provincies, over een totale wegen
lengte van bijna 2500 kilometer en is
het aantal „Gele ridders" gestegen tot
185 man.
Wegenwachten zqn specialisten in
het ontdekken van storingen in het ta
melijk ingewikkelde apparaat, dat auto
mobiel heet. Zij hebben in de afgelopen
tien jaar 735.000 weigerachtige vehi
kels weèr op gang gebracht. Daarnaast
verleenden zij in 12.000 gevallen eerste
hulp, doofden 800 autobranden en ver
leenden tussen de bedrijven door nog
70.000 persoonlijke diensten. Tot die
laatste categorie behoorde het vervoer
van enige artsen, op wien de ooievaar
ongeduldig klepperend te wachten
stond, het op gang brengen van een
vliegtuig, het opsporen van vermiste
kinderen, het redden van in wakken
geraakte schaatsers, het repareren van
defecte motorjachten, tot het terugbren
gen van afgewaaide dameshoedjes toe.
Nog vers in het geheugen ligt het
werk van de ploeg wegenwachten onder
leiding van hoofdinspecteur A. J. Mos
heuvel. die tijdens de reddings
werkzaamheden bij de februariramp in
1953 onder de moeilijkste omstandighe
den de motorboten der helpers draaien
de hielden.
Hoofd van de wegenwacht is de heer
G. van Leeuwen, die door de directie
van de ANWB ruim tien jaar geleden
met de organisatie naar voorbeeld van
de Britse „A.A." werd belast. De heer
Van Leeuwen, een rustige, brede figuur,
heeft met de grootste zorg het apparaat
opgebouwd en goede korpsgeest aan
gekweekt. Sedert 1953 beschikt hij over
eigen kantoren, magazqnen en repara-
tiewerkplaatsen in Den Haag. Technisch
mag er aan de motoren en zijspannen,
noch aan hun uitrusting, iets ontbre
ken. Iedere man moet volledig voor
zqn taak berekend zijn. zowel moreel
ais technisch. De opleiding voor de we
genwacht is dan ook zwaar, zodat lang
niet alle kandidaten, hoe gediplomeerd
ook, voor het werk in aanmerking ko
men. Nog gdtüd is het enthousiasme
voor de dienst bij de wegenwacht
groot.
Zeshonderd telefoonposten heeft de
A.N.W.B. langs de wegen om ook in
de uren, waarin niet wordt gepatrouil
leerd. zo snel mogelük hulp te kunnen
verschaffen. Vraagt men de heer Van
Leeuwen of hij voldaan is over de be
reikte resultaten, dan zal hq dit bea
men. Maar vraagt men hem of zün
WW er nu is, dan zal men „nog lang
niet" te horen krijgen. Nog lang niet alle
wegen, die die behoeven zijn door WW-
diensten bezet. Het zijn niet altijd de
drukste wegen waar de „Gele ridders"
rijden, doch ook juist daar, waar een ge
strande weggebruiker van alle hulp ver
stoken zal zijn, zoals in de Noord-Oost
polder en op de Afsluitdijk.
Het bericht als zouden de wethouders
van Renkum hun portefeuilles ter be
schikking hebben gesteld naar aanlei
ding van een onenigheid tussen de
raad en het college over het toeken
nen van wachtgeld aan twee eervol
ontslagen ambtenaren is niet juist. Wel
hebben drie van de vier wethouders ge
dreigd te zullen aftreden, maar tot dus
verre is nog geen enkele wethouder
afgetreden. Het conflict gaat niet om
een wachtgeldkwestie, maar is in eer
ste instantie van principiële aard. Deze
wachtgeidkwestie is namelijk een recht
streeks gevolg van een door B. en W.
voorgenomen reorganisatie ter secre
tarie. Burgemeester mr. D. Matzer van
Bloois is van mening dat B. en W.
krachtens het bepaalde in de wet niet
verplicht zün over dergelqke reorga
nisaties vooraf overleg met de raad te
plegen. De raad was het in meerder
heid met deze opvatting niet eens en
aldus is het tot een crisis in het Ren-
kumse gemeentebestuur gekomen. De
burgemeester zal aan gedeputeerde sta
ten voorziening vragen nu het bewuste
voorstel door de raad is verworpen
Eventueel zal hij bü de Kroon in be
roep gaan.
De
„Gele Ridders" trekken allerwege belangstellingOp deze foto laat een
struise Zeeuwse zich „het fijne" van de Wegenwacht uitleggen.
rie heeft in zijn hart
geen zwak voor de ooie
vaar? Deze ranke sin
jeur onder het gevogelte had
immers lange tijd de reputatie
een geregeld vrachtvervoer
tussen de hemel en de aarde te
onderhouden nademaal hij van
hogerhand belast was met de
leverantie van aardbewoner-
tjes.
Die sympathie blijkt heel
duidelijk uit de talrijke brie
ven, die de heer W. Driessen
in het dorpje Duiven bij
Arnhem elke dag ontvangt.
Brieven van mensen die hem
vragen, of hij bij gelegenheid
eens latigs wil komen, om even
een ooievaarsnest te bouwen. V
moet n.l. weten, dat de heer
Driessen Neerlands grote ex
pert is op het gebied van ooie
vaars en hun nesten. Al tien
tallen jaren trouwens. Het be
gon in 1932, toen de heer Dries
sen nog een zuivelfabriek had.
Zijn kamer bood uitzicht op
het dak van het Duivense ge
meentehuis. Daar zag hij een
ooievaar, die bezig was op de
schoorsteen zijn nest te bou
wen. De heer Driessen vond
dat zo interessant, dat hij
later, toen de bewoner van het
nest buitenlands vertoefde, eens
nest nu precies in elkaar zat.
haarfijn ging uitzoeken, hoe zon
Het bouwen van ooievaarsnesten
werd geleidelijk zijn grote liefhebberij. De omstandigheden kwamen hem
een handje helpen, door hem korte tijd later daartoe allt gelegenheid ie
geven. Zijn zuivelfabriek ging n.l. over in handen van een grote zuivel
onderneming te Arnhem en sindsdien is de heer Driessen een vrij mens,
die geen bestaanszorgen, doch alleen maar ooievaarszorgen kent. Hij
liet een heerlijk huis bouwen midden in het groene land, met om zich
heen de wijde horizon als de wazige grens aan een wereld, waarin alleen
mijnheer Driessen woont. Achter dat huis staat een ooievaarsnest, geheel
gemaakt naar de eisen eens ooievaars. Deze vogels zoeken vóór alles een
natuurlijk nest; geen geschaafde paal met een zichtbaar karrewiel, maar
een knoestige paal en daarop een karrewiel, dat voor de ooievaar gemas
keerd is door een ruige opstaande rand van gevlochten pruimehout. Op
dat wiel een bed van paardemest, lekker warm en rullig, en daarop pol
len. De heer Driessen heeft eens gewed om twee kruiken zéér oude, dat
zijn nest een ooievaar zou aantrekken en dat is dan ook prompt ge
beurd, terwijl het nest van de man, die er óók een gebouwd had, leeg
bleef.
Op het ogenblik heeft hij wéér zo'n nest achter zijn huis gebouwd etj.
dinsdag is er al een ooievaar wezen kijken. „Hij komt terug", zegt mijn
heer Driessen, die er van overtuigd is, dat een goede noievaarswoning
niet lang leeg zal staan. De schaarste daaraan is bijna net zo nijpend als
bij de mensen. Staatsbosbeheer gaat een actie beginnen om die nood te
bestrijden en dat is dé manier, want deze instelling beschikt over alle
nestbouivmaterialen, waarover een particulier uiv er sympathisant niet de
beschikking heeft. Daarom is hef voor ooievaarsnestenbouwer Driessen
ondoenlijk, op alle aanvragen van particulieren in te gaan.
Over belangstelling heeft de heer Driessen allerminst te klagen. Hel
schijnt, dat heel de wereld weet, dat hij uiverexpert is. Amerikanen,
Duitsers, Fransen, mensen van vele nationaliteiten zijn al bij hem aan de
deur, of beter, aan het nest geweest. Een hoog Amerikaans officier wilde
zelfs foto's maken van een bewoond nest, maar daartegen verzet de heer
Driessen zich altijd krachtig. Een vogel in de natuur wenst niet gestoord
te worden, anders komt hij nooit meer terug, en dat zou de heer Driessen
niet verdragen.
Er zijn nu nog ongeveer driehonderd ooievaars in Nederland. Vroe
ger waren er veel meer. Behalve aan de nestennood schrijft de heer
Driessen dit toe aan het feit, dat er in andere landen op de dieren wordt
geschoten. Een andere oorzaak is, dat wij zo zelden een mooie lente heb
ben. Wij kunnen dan opstandig tegen malkander zeggen, dat we naar
zonnige landen zouden emigreren ware het slechts, dat wij jonger waren.
Een ooievaar heeft het wat dat betreft gemakkelijker. Hij komt eenvou
dig niet naar dat trieste, motregenige wolkenland aan de Noordzee.
Maar wie zal zeggen, of hij elders misschien niet zit te snakken naar een
nest van mijnheer Driessen uit Duiven bij Arnhem?