N
1826 WERD DE EERSTE FOTO
EMAAKT OP GEVOELIG ASFALT
l
k
La Guernica als de Nachtwacht
van de twintigste eeuw
R
KINDERVERLAMMING P.
N
e platen bezorgden reportage fotografen enorme bagage
-Al
GESCHIEDENIS DER FOTOGRAFIE
Pablo Picasso in Amsterdams Stedelijk Museum
Rijksmuseum zag
nog nooit zoveel
bezoek per dag
N?
ai^SfyiESmHlnTKS
R
frde' Men kan dat het be9in uan de
I Pst, N» -ia MH _JI -
SeoV
friiV Ns/ methode zeer
iijN'H
K^icC ln, 1871- vo"d de
CV1'
tl' »<Sde,rie ,n Fodor laat van
Bijna alle Nederlandse volwassenen hebben
in hun jeugd kinderverlamming gehad. Bij
besmettingsgevaar:, zorgvuldige hygiëne be
trachten en lichamelijke weerstand op peil
houden
Liturgische weckLa-Iender
1
:>v
M*i*W5<wJ
stewfn,
in3e is t aan de Keizersgracht 609 te Am-
°8Taji c,lt (j '5e9i^ september een tentoonstelling
fe*\ Hr'!, 9 e wijd is aan de geschiedenis van de
H,ls Hoiu 185 n men de eerste 1oio zien, die ooit
te?Taft? door Joseph Nicéphore Niépce, een
is»,. #on. i Voor ioie de technische perfectie van
i fotografie kent is het resultaat, dat de
-i'. Oor
*ep„
f Öti Z
Ha!f landg°ed Niépce te Gras bij Chalon
'«ew r fe' b rn^sschien niet zo indrukwekkend.
*et \fteligln^n^aats van zVn landgoed, is vaag
'eerft K -kn 'nj -i Gebruikte dan ook een gebitumi-
31 tst hjj^e s !®at' d'e Hij acht uur moest belichten.
b j ilder L. J. M. Da'guerre experimen-
«^en daaruit is dan de daguerrotypie
9%^%' Jo ?ÜstUs 1839 wereldkundig gemaakt.
öe 9 lere men- ook op de Amsterdamse ten-
n uias al het een en ander voorafge-
HQ -
boef ^in^ra. obscura" was al bekend aan Leo-
'ftp ®o?i neu,etp isschien heeft zelfs Aristoteles er
rnman'v0p de tentoonstelling treft men een
'tti tef tan trisius uit 1545 aan, waarin de eerste
camera obscura werd gepubliceerd.
mk;
toen en lange tijd daarna nog let-
een j rp, kamer onder, waarin men, door een
'1 iensÜ! °°'C lüe^ later ook met
attest Aiei n> en sPiegels, kon projecteren wat er
Vi e-l !m- Een15' Ket moe£ een aardige tijdpassering
Lik t> Aon„ eerste beschrijving van de toepassing
ji'ip «o»..
m
G t w,-
de faH. neï.e?etts leverde Girolamo Cardano
laat0?PasSi«niè 1 Barbaro beschreef in 1569 te Ve
to' ee>l in j fi. 9 van het diafragma. Athanasius Kir-
Home een publicatie verschijnen
fa.schann °are caméra obscura, waarmede men
1 vfbit lIl'l65i n Waar kon nemen. Sir Harry Wot-
jA. "iet een uiteenzetting over een verplaats-
E°9rnfi rn,er<t obscura, die John Kepler in 1620
G> S is l, he arbeid gebruikte.
fn zigh® altijd het idfe van het kamertje,
8* «t Een SQj- opsiuit om te zien, wat er buiten
Ofc' \E9r n rt televisie, zonder elektronische buis
h ÈpÜ' het 9 "Ij komt. De draagbare camera, de
M Hn hgiv eerst in 1685 beschreven door Johann
^(jH^'den eeuw later is men toe aan het maken
c- sr), .op carbonaat of zilver. Johann Hein-
sir plnJf*
1 Op
e n0 !n
«iö^e0 naniet fixeren. Sir John Henschel vmat
ld nHan!r door z'in ontdekking van de oplos-
ét, ir Hi daar in 1727 o^er- Thomas Wedg-
:ten °p j.^P'irj/ Davy maken in 1802 schaduw-
4^ n n°a -zilverchloride gedrenkt papier, maar
p" n,et fixeren. Sir John Henschel vindt
PPrtJsil,
'aPpen
van hyposulfiden.
PieN,e«tt 5nt6ekkingen van zijn
'ai°nt beeld verscheen,
r
•WW. ontwikkelde en met
1^! vet.®.r;de-. _Het patent op
an image in
has been eight
ln een bericht van
de Royal Society,
^6 HXHèiu ontdekking van de
imge jaren, die er
VAk! Ae»p C l"aren' een hele voor"
hi t°t 8 seconden
4gereikt, dat.laat
in een
maar ook doe0?
Vttk' laa?radatie. Dat geldt v
Hf^ot lte fotogravure, ontstaan
V J iiitu erpte, waardoor d|nfip<!00|r
1lVk^en, maar ook' dooreven
fieê geldt vooral
jte fotogravure, ontstaan
k\ 9 bad n 1858 Z1jn methode nog
Slip dan af de eerste nega-
■Gk"6 b épcp ontstaan. Een neef van
W>eiide St. Victor, bracht in
''ti1, ito! Hint ag in eiwit op glas,
i=S »n ïs!oUw,er Frederick Scott
ten iat eollodium als drager.
kellj?2ilveroQwa Maddox bruik-
htet do "eb aten, di«. in
t0e\da genoemde glaspla-
7f Va Omt h lichtgevoelig ble-
A Ao „jrLdan Max Eastman, de
box? met de cellulóid-
C test" "druk op de knop en
v. Iftj-
kr»C'>th tpn Procédé's de opmerke.
f vNt i?4tk°Seeriiz en. Het grootste deel
1).V»A4 kVpn. n foto's is gemaakt on
'V A W Merken met de natte
A/vP V Ht L^Por.'6 moeilijkheden, voor-
n s^'flden ^«efotograaf van om-
3' 1 Kuliive" vorige eeuw, naar
A CT> i°to's nd in een dagblad waar-
i verschijnse
onze belang-
kèA Va eerst!? gewoon verschijnsel
K> >,KÏJl«n Plaats
C ^Itira o
'*lCb.«j^n"th!?ïraaf naar "de Krim,
grote camera's, sta-
'1 chemicaliën en een
'h lic?V Ter plaatse Immers
Kevoelige laag gieten,
«y blivKaan' De" Engelsman
trok begin
de opname maken én die ontwikkelen.
In normale omstandigheden had men een
kwartier de tüd, alvorens de gevoelige
laag gedroogd, d.w.z. bedorven was. In
de Krim echter was het heet; de kanons
kogels maakten scheuren in zijn tent;
stof en gruis plaagden hem voortdurend;
toch kwam hü met 350 foto's terug. Be
faamd is zijn foto van het ravijn, waarin
de roemruchte „Charge of the Light Bri
gade" zich afspeelde.
Zijn en anderer oorlogsreportages von
den in die dagen gretig aftrek en hebben
nu nog hun documentaire waarde. Niet
de oorlog alleen trok. John Thompson
maakte omstreeks 1875 een fotoreportage
van de armste wijken in Londen en lijkt
daarmee een voorloper van een moderne
stroming in de fotografie, die voor der
gelijke onderwerpen een voorkeur heelt.
Thompsons foto's doen, merkwaardiger
wijs, voor de moderne produkten zeker
niet onder, ook technisch niet. Ook de
Zweed Oskar Gustav Uejlander heeft
zich met dat genre bezig gehouden, al
hoewel zijn fotografische werkzaamheid
hoofdzakelijk elders lag- Hij heeft zich
bijvoorbeeld beijverd om aan te tonen,
dat de fotografie werkelijk kunst was.
In die dagen voelde men de fotogra
fie overigens uitdrukkelijk verwant
aan de beeldende kunst. Een der spre-
kendste voorbeelden daarvan levert de
Engelse fotograaf Henry Peach Robin
son, wiens drie werken op de tentoon
stelling, zoals de catalogus zegt. sterk
doen herinneren aan Jozef Israels. Ze
zijn vooral verrassend door de per
fectie, waarmede hij de stemming
oproept middels poserende figuren, de
werking van de lichtval en de zeer
fraaie doortekening in de schaduwen,
een gradatie waarvoor de hedendaagse
fotograaf de grootste bewondering zal
hebben.
Portretten zijn er in grote reeksen, van
de befaamde Julia- Margeret Cameron,
die vele bekende persoonlijkheden gefo
tografeerd heeft; van A. G. Dew Smith,
d'G „slechts" amateur was, maar bij wie
het opvalt, dat hij naar een natuurlijke,
losse karakteristiek van de geportret
teerde zocht; van Lewis Caroll, de schrij-
veF van „Alice in wonderland", bekend
ook als de beste kinderfotograaf van de
negentiende eeuw.
Landschapsfotografie was in de vorige
SfVjf overigens zeer gewild. Francis
i nth, die als eerste in die tijd op een
formaat van 40 bij 50 werkte, heeft
prachtige resultaten bereikt in het Mid
den-Oosten, alhoewel het collodium
soms kookte als hij het over de glas-
eeds maanden geleden ontvingen
de kunstcritici een bericht van
de directeur 1 het Amster
dams Stedelijk Museum, jhr. Sand-
berg, met de boodschap, dat „La Guer
nica" van Picasso op komst was en
dat wij het doek te beschouwen hod
den als „De Nachtwacht van de twin
tigste eeuw". En zo hebben wij thans,
behalve de gewone 1achtwacht, ook
nog die van de twintigste eeuw onder
dak verleend in de hoofdstad, en het
is voor het Stedelijk Museum nu maar
tc hopen, dat het volk zich met even-
vel kracht een doortocht vecht naar
Picasso, zoals het reeds geruime tijd
zich een weg badnt naar Rembrandt.
Vooral op zondag, maar eigenlijk'
iedere dag is het in het Rijksmuseum
haast geen houden meer. Men duwt
e-, dringt en perst zich door de smalle
loketten naar binnen en de suppoosten
moeten in razend tempo kaartjes af
snijden. Het geld wordt in grote bak
ken gesmeten alsof het een drukbe-
klante viszaak betreft. De inhoud van
hele touringcars wordt met snelheid
naar binnen gewerkt, want de reisbu
reaus menen besproken plaatsen bij
Saskia en Hendrik je te hebben en
wee de arme oprechte genieter van
schone kunsten, die assen de menigte
verzeild raakt. Reeds meer dan 210.000
mensen hebben dc Rembrandt-tentoon-
stelling bezocht en met een gemiddeld
dagbezoek van 5500 mensen zijn alle
exposities, ooit in het Rijksmuseum
gehouden, ver overtroffen, zelfs de
verzameling Weense Kunstschatten,
waarvoor men destijds in grote rijen
stond. Deze tentoonstelling met vele
beroemde meesterwerken trok in 1949
in veel langere tijd totaal 260.000 men
sen. Opmerkelijk echter is, dat nog
steeds het grootste kwantum bezoekers
door buitenlanders gevormd wordt.
Detail uit La Guernica van Pablo Picasso.
Hierboven een jo-
tcf uit 1890 van
de Strand in Lon
den, hiernaast een
opname uit 1871,
gemaakt door een
onbekende foto
graaf, voorstellend
de val van de co-
tonne Vendöme
te Parijs tijdens
de commune. Óok
de foto hieronder
hoort in het repor
tage-genre thuis.
Wij hebben repro
ductie van foto's
ook uit de andere
genres overwogen,
maar dat achter
wege gelaten, om
dat de bijzondere
kwaliteiten er van
in een krantenre
productie toch gro
ten els teloor
zouden gaan. Er is,
om nog een voor
beeld te noemen,
bijvoorbeeld een
bijzonder fraaie
foto van Victor
Hugo op zijn doods
bed, gemaakt door
Nadar, waarvan de
fijne toönschake-
ringen op kranten
papier niet te her
kennen zouden zijn.
plaat goot. Eadward Muybridge heeft
veel in Amerika gefotografeerd en zo
de mooiste streken daarvan bekend ge
maakt. Op zijn naam staan de eerste
„filmstroken", fotoreeksen van bewegen
de mensen en dieren, opgenomen met 12
tot 36 camera's naast elkaar, dankbaar
materiaal toen voor de studie der be
weging.
Frappant zijn ook de foto's, die Robert
MacPherson en James Anderson om
streeks het midden der vorige eeuw in
Rome gemaakt hebben, de eerste in
hoofdzaak van de oude en nieuwe archi
tectuur, de tweede van de antieke beel
den. Opvallend is, dat zij zulk een uit-
j.
Lonri°^n Thompson in 1875 in de armste wijken
aen maakte: halvestuiversijs,
van
stekende kijk hadden op de lichtval,
waardoor de details ragfijn tot uitdruk
king komen.
Tussen de vele foto's in ontdekt men
dan ook opeens de eerste momentopna
men, die in 1856 gemaakt zijn door
Gustave le Gray, twee frappante zee
gezichten. Ook zijn er de eerste abstrakte
foto's uit 1923-1928 van L. Mohsly-
Nagy, de fotograaf, waarmede de ten-
toonstellig besluit.
Het geëxposeerde is afkomstig uit de
collectie van Helmut en Alison Gerns-
heim. Het zijn in hoofdzaak foto's, met
de oude apparaten, die zij in elf jaar
hebben bijeengebracht. Het is een prach
tige collectie, die iedereen, die belang
stelt in de geschiedenis der fotografie, de
moeite waard zal vinden. Toch heeft
men, ondanks de naam van de expositie,
de indruk, dat bij de opstelling meer is
gelet op het visuele element dan op het
historisch overzichtelijke, zodat het enige
inspanning kost om zich een duidelijk
beeld van de samenhang te vormen. De
nadruk valt daardoor op de fraaie platen,
die er in groten getale zijn, des te ver-
bluffender, omdat het procédé, hoewel
in beginsel hetzelfde als thans, een aan
merkelijk grotere technische vaardig
heid vereiste dan bij de huidige perfecte
camera's met gekoppelde afstand- en
lichtmeters bij de huidige ultrasnelle
films nodig is.
(Van onze medische medewerker)
u de laatste dagen
het woord kin
derverlamming
J geregeld in de kranten
1 verschijnt en bezorgde
ouders zich ongerust ma
ken over de mogelijke
gevaren die hun kinde-
I ren kunnen bedreigen, is
L het nuttig nog eens iets
N\ te vertellen over deze
gevreesde ziekte.
nJ In Amerika maakt kin
derverlamming jaar
lijks vele slachtoffers, hetgeen door
de, laten wij zeggen, openhartige Ame
rikaanse pers niet onder stoelen of
banken wordt gestoken. Vandaar, dat
men daaf naarstig zoekt naar vacci
natiemethoden om de ziekte te voor
komen. U herinnert zich misschien
nog de ophef die gemaakt is van het
z.g. Salk-vaccin.
In ons land komt kinderverlamming
veel minder vaak voor en is het ver
loop over het algemeen goedaardiger.
Daarom moet de vrees voor deze ziek
te, hoewel begrijpelijk, niet overdre
ven worden.
Kinderverlamming wordt veroor
zaakt door een virus, dat nog vele ma
len kleiner is dan de kleinste bacte
rie. Onder een gewoon microscoop,
dat „slechts" 1000 keer vergroot, is
het niet te zien; wel met een elec-
tronenmicroscoop, dat 100.000 en meer
keer kan vergroten.
Het virus komt door de mond naar
binnen. Als regel merkt het kind niet
veel van een besmetting; soms is het 'n
paar dagen hangerig of grieperig, maar
daarna is het weer de oude. Het heeft
de ziekte dan (eens en voorgoed!)
in een lichte graad doorgemaakt. In
slechts heel enkele gevallen 'nestelt
het virus zich in het ruggemerg, waar
door de zenuwen, die de spieren ver
zorgen, buiten bedrijf raken en ver
lammingen optreden. En zelfs deze
verlammingen gaan in het merendeel
van de gevallen weer geheel of ge
deeltelijk terug.
De besmetting kan ten dele verge
leken worden met die van de gewone
verkoudheid, eveneens veroorzaakt
door een virus. Zeer veel mensen dra
gen het verkoudheidsvirus bij zich;
er is een evenwicht in de verhouding
gastheer (mens) parasiet (virus).
In bepaalde omstandigheden kan het
virus dit evenwicht verbreken en de
gastheer ziek: verkouden maken. De
verbreking van dit evenwicht kan ont
staan door weerst^ndsvermindering
van de gastheer (natte "voeten of kle
ding, tocht, oververmoeidheid enz.),
maar ook door een massale infectie,
d.w.z. het plotseling naar binnen drin-
et kinderverlammingsvirus is
zo algemeen verspreid, dat
iedereen ér vroeg of laat mee
in -contact komt. Bijna alle Neder
landse volwassenen hebben in hun
jeugd kinderverlamming gehad! Daar
om heeft het nauwelijks zin te pro
beren een besmetting te verhoeden
o.a. door scholen te sluiten); hoog
stens kan men proberen een massale
infectie te voorkomen, opdat het li
chaam niet tegen een overmacht hoeft
te vechten.
Omdat vast staat, dat het virus in
de ontlasting van besmette personen
voorkomt, is het zaak op dit punt
een zorgvuldige hygiëne
te betrachten. W.C.'s goed schoonhou
den (chloor is een uitstekend desin-
Ondanks het feit, dat men verheugd
kan zijn, dat het tegenwoordig niet al
leen de voetbalwedstrijden en fietstours
zijn, die de aandacht trekken; ondanks
het eerlijk verlangen van velen, wat
meer in contact te treden met de beel
dende kunst, kan men toch niet ont
kennen, dat het museum-wezen zich tot
een bedrijf begint te ontwikkelen, waar
bij de een op geen enkele wijze voor
de ander wenst onder te doen. Een
zekere rivaliteit ligt aan het geheel ten
grondslag en zo is dan ook te verkla
ren, dat wij een hausse aan tentoon
stellingen beleven. De ene expositie is
nog belangrijker en mooier dan de an
dere en het tempo van gaan en komen
is zó hoog, dat zelfs de critici, die toch
min of meer hun beroep maken van
het bezoeken van exposities, de zaak
nauwelijks kunnen bijhouden. Tekenin
gen van Goya in Rotterdam, tekenin
gen van Rembrandt in Rotterdam, te
keningen van Hokusai in Eindhoven,
schilderijen van Rembrandt in Amster
dam, leerlingen van Rembrandt in Lei
den, moderne beeldhouwkunst in Lei
den, uézanne in Den Haag, Baumeis-
ter, Lehmbruck, Schwitters in Amster
dam, Belgen in Kröller-Müller, Amster
dam ten tijde van Rembrandt in Am
sterdam, Indiaanse kunst in Amster
dam en nu weer de Guernica met zes
tig voorstudies en varianten en Rodins
Hellepoort met veertig voorstudies en
uitgewerkte beelden. En hiermede zijn
alleen nog maar de allerbelangrijkste
exposities genoemd
Daarnaast zijn er nog de normale
collecties der musea en het is geen
wonder, dat ieder museum wel stunts
moet bedenken om zijn expositie in
gang te doen vinden, want bij honderd
duizenden bezoekers worden de getal
len van vier of vijf cijfers maar matig
en een museum, dat helemaal niets be
denkt wordt al gauw gerekend tot een
futloos, suf instituut, al hangen er de
meest schone zaken. Daarbij is het wel
goed te signaleren, dat bij het gestegen
museumbezoek er toch nog nooit zo wei
nig door particulieren van kunstenaars
werd aangekocht en zij moeten het dan
ook geheel en al van openbare instan
ties hebben. -ïïnfin zo is „La Guer
nica" dan de Nachtwacht van de twin
tigste eeuw, een overigens nog al pre
tentieuze slogan. Pretentieus in die zin,
dat aan het grote doek van Picasso
compleet andere waarden ten grond
slag liggen en problemen van kleur
stelling, ruimtewerking en compo
sitie waar Rembrandt mee geworsteld
heeft komen bij La Guernica gans niet
aan bod. Men zal het toch ook niet in
zijn hoofd halen, het mozaïek van Kei
zerin Theodora uit Ravenna de Nacht
wacht van de zevende eeuw te noemen.
Met dit alles is geenszins gezegd, dat
La Guernica niet een ongemeen fasci
nerend tafereel geeft, alleen moet men
niet vanwege de expressieve kracht van
dit doek Picasso tot een der heilige pro
feten van de menselijkheid gaan ma
ken. Kahnweiler noemt hem de men
selijkste van alle mensen, de man van
de diepste smart en medelijden met
het lot der mensen. De grote roem,
die hem ten deel is gevallen heeft hij
niet gezocht, zo zegt de schrijver. Dit
is beslist onjuist, want als er een man
is, die constant heeft gewerkt aan zijn
roem, die zelf de schepper is van een
grote legende, die reeds leeft bij zijn
leven, dan is het Pablo Picasso. Hoe
veelvuldig zijn niet de stunts, die hij
uithaalt in geïllustreerde tijdschriften,
zijn gecoquetter in shorts en altijd jeug
dig lichaam, zijn geteken met zaklan
taarns in het donker, zijn demonstraties
op filmfestivals, zijn schilderend op
treden voor camera's. Bij hem verge
leken zijn Bracque, Matisse, Léger en
Chagall uiterst bescheiden figuren.
Maar goed, dat doet er allemaal ru's"
schien ook niet zoveel toe: men kan
beter een schilder vereren dan een po
gen van een grote hoeveelheid virus,
bijvoorbeeld door hoesten of niezen
van iemand in de nabijheid. Het li
chaam is dan niet in staat-zo'n grote
hoeveelheid parasieten in bedwang te
houden en delft tijdelijk het on
derspit: men wordt verkouden.
De vergelijking gaat niet helemaa'
op. Iemand die verkouden is geweest
kan korte tijd later weer verkouden
worden; er ontstaat n.l. slechts een
geringe onvatbaarheid of „immuni
teit", d.w.z. dat er slechts weinig
antistoffen ontstaan, die bovendien na
korte tijd al weer uitgewerkt zijn.
Bü kinderverlamming is dit heel an
ders; evenals bij pokken en mazelen
treedt er een blijvende immuniteit op.
Iemand die kinderverlamming heeft
gehad, in hoe lichte graad ook, zal het
zelden of nooit een tweede keer krij
gen.
fecteermiddel) en de handen goed
wassen en borstelen. Daar het heel
goed mogelijk is, dat vliegen, die niet
gauw ergens vies van zijn, het virus
helpen overbrengen, valt er iets voor
te zeggen om deze insecten te bestrij
den.
Verder is het van belang om de
weerstand van de kinderen op
peil te houden. Behalve op goed voed
sel, waar het meestal niet aan ont
breekt, moet de nadruk vallen op rust
en slaap en daar ontbreekt wel vaak
het e -n en ander aan. Veel kinderen
krijgen te weinig nachtrust, ofschoon
nachtrust een van de voornaamste
factoren is om de weerstand van een
mens in stand te houden of te ver
sterken. Ook inentingen en operatieve
ingrepen (amandelpeilen) moeten zo
veel mogelijk uitgesteld worden.
St.
Zondag 22 iuli: 9e zondag na Pinkste-
rem eigen mis; 2 geb. H. Maria Mag-
dalèna; Credo; pref. van de H. Dne-
ëenheid; groen.
Maandag: H. Apollinaris bisschop-mar
telaar; eigen mis; 2 geb. H. Libonus;
rood.
Dinsdag: mis van 9e zondag na Pinkste
ren' 2 geb. H. Christina; groen.
Haarlem; H. Bernulphus, bisschop-be
lijder; mis Statuit; 2 geb. H. Christina,
wit.
Woensdag: H. Jacobus, apostel, eigen
mis; 2 geb. H. Christophorus; Credo;
pref. van de apostelen, rood. Roer
mond: H. Christophorus, martelaar;
mis In virtute; Credo, rood.
Donderdag: H. Anna, moeder van O. L.
Vrouw; eigen mis, wit.
Vrijdag: mis van 9e.zondag na Pinkste
ren; 2 geb. H. Pantaleon, groen.
Roermond: H. Jacobus, apostel; eigen
mis; 2 geb. H. Pantaleon; Credo; pref.
van de apostelen, rood.
Zaterdag: mis van O. L. Vr. op zater
dag; 2 geb. H.H. Nazarius en gezellen;
pref. van O. L, Vr., wit.
Zondag 29 juli: 10e zondag na Pinkste
ren; eigen mis; 2 geb. H. Martha;
Credo; pref. van de H. Drieëenheid,
groen.
liticus of een generaal. Zijn Guernica
heeft hij geschilderd in 1937 voor de
wereldtentoonstelling in Parijs in op
dracht van de Republikeinse regering.
Het land was toen al in de afschuwe
lijke burgeroorlog gewikkeld en wij zijn
in onze behoefte zwart-wit te denken,
thans geneigd te menen, dat het een
strijd was van Fascisme tegen Com
munisme. Dat is zeker niet juist. Men
sen als Hemingway en Koestier ston
den ook aan de kant van de republiek
evenals vele katholieken, die het ge
vaar van Nazisme toen reeds inzagen.
Urenlang is tijdeps die strijd een bom
bardement door de z.g. Condor-divisie
der Duitsers op het Baskische stadje
La Guernica uitgevoerd op een weer
loze burgerbevolking. Enige tijd geleden
heb ik het stadje bezocht en nog steeds
was het niet geheel hersteld van de
slag, hoewel het regiem getracht heeft
de schanddaad zo goed mogelijk uit te
wissen. De bevolking bestaat uit trotse,
weinig spraakzame lieden, die de her
innering aan de ellende in het hart
bewaren en er niet direct met de eerste
de beste vreemdeling over spreken en
wij, die zijn afgestompt door het aan
schouwen van de puinen van Rotterdam
en Nijmegen, van de vreselijke ruïnes
in Engeland en Duitsland, van de foto's
uit Warschau en Stalingrad, zijn niet
zo snel te intimideren door een her
oplevend stadje nabij San tandér. Maar
in 1937 was het bombardement een slag
die heel de wereld deed daveren. Picas
so, zelf Spanjaard van geboorte, koos
de ellende van deze moord tot thema van
zijn grote stuk in Parijs.
Door de aanwezigheid van de vele
voorstudies kan men nauwkeurig de
weg volgen, die de schilder gegaan
is bij het tot stand komen van de
compositie en het treffende is, dat de
meeste voorstudies beter zijn dan het
uiteindelijk resultaat. Zijn eerste schet
sen geven reeds die neergestorte krij
ger, het zieltogend paard, de weg
springende Toros, symbool voor Span
je, de vreemde vertrokken vrouwen-
kop met de olielamp. Daarna komt
er de stervende vrouw met het smar
telijk vertrokken gelaat bij en het
dode kind op de arm. Al deze schet
sen zijn van een ongelooflijke expres
sieve kracht en bij de uitwerkingen
in aparte tekeningen groeit de uit
drukking tot een bijtende indringing.
Bij de grote compositie echter lijkt
het alsof Picasso heel zijn spanning
weer gaat verbrokkelen; hetgeen hij
dikwijls doet in zijn uiteindelijke schil
deringen. Het lijkt alsof hij zich wil
bevrijden van zijn menselijke emotie
om te komen tot een nieuwe opbouw
in vlakken, waarin perspectief en
ruimtelijkheid een gans andere wer
king en functie krijgen, dan wij in
de Westerse schilderkunst gewend zijn.
De kleur van het stuk is uiterst so
ber. Zwarten en grijzen domineren.
Het Hjkt alsof de compositie Is gaan
rammelen en het geheel in stukken
uit elkaar valt. De felle expressivi
teit van de paardekop is niet vol
gehouden en de andere delen staan
geheel anders in het vlak. De grote
stier, zo prachtig ijl" en haast on
weerstaanbaar eenzaam op de schet
sen, is geworden tot een detail, dat
uitgeknipt lijkt, riet is overigens een
doek, dat voor tal van uitleggingen
vatbaar is. In tal van boeken en pu
blicaties wemelt het van diepzinnige
explicaties en ieder onderdeel krijgt
zijn kans op een wijze, zo dat de
methode, die Hellinga volgde bij de
Nachtwacht, er maar kinderwerk bi)
wordt.
Met dat al blijft het een boeiend doek.
een zeer merkwaardig exponent van
de schilderkunst van onze tijd, maar
te veel misschien een stuk, dat vervaar
digd werd in enkele maanden voor een
wereldtentoonstelling. Het is misschien
te veel een stunt geweest, maar stunten
behoort nu eenmaal bij onze tijd.
M.
Kop van de stier, een der voorstudiet
I