Verklaring kon. nep, zuivelbond:
poouw produktschap zuivel in strijd
geest van de wet op P.B.O.
C'g kind overboord
J® en verdronken
Degrote TesUssmg
1
We vinden geen rust
Verhoging sociale uitkeringen
op 1 september?
^nkliuizer Almanak
over het weer
Rradijsvogels
Wrage van de
taalfondsen
Weigering om vertegenwoordigers in
bestuur aan te wijzen
ERIC DE NOORMAN
Geen eenstemmigheid over de
kinderbijslag
■Zomer am oktober-
'K tewjMSKSWS
Tien gewonden bij
autobotsing
Centrale Adoptie-
raad ingesteld
1*1
Naar de
ZUIDPOOL
t$|h8<te VOlSel
><Sdne
J
ADVIES VAN STICHTING VAN DE ARBEID
Kke
ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1956
PAGINA 11
SiO 1
^^gtdverzorging
»ohet
richts gezin niet
k|if. éniger zoek
i^va^!s,Patten gewo nd
vV&Xa «rf/dsl,
f
Wvke g 28 iuli (ver"
3dal °°st. Iets h°"
»n vandaag".
nw i
^TEKEIVCIIBSCS^
Aimers f oort
ne ru
j(j|> '""""""iiiiinmuiiniiini
vt ?)leiietldfr?ad heeft de bijdrage
Swfrz6kerri i 9f°ndsen per ver
ft. "Ooit».. F kind aan diensten
ovèr vastgesteld o
S&to Percent schooljaar
lytfrag v,„nt, van een maxir
lA°ver hoi1 Per kind, du;
!°°ltanrl
'r I955-iQ^zorgin8 over het
•?b nv-i ,6 vastgesteld op 70
1956-
maximum-
id, dus en
eerstgenoemde school-
Wti^erp vin, °ver het tweede op
VlrJk voeging van de bijdrage
Va^entai diensten met een ge-
htó, 'Peer ^ullingen perkind per
Seint 1"%- Voor beide
^efj^an 3.75 minimumbijdrage
?eldt in beginsel alleen
1 ^5K. r6n' dle twee maal per jaar
Controleren en, zo no-
rC'Sk' en geen klassen we-
INT Ten geld of tandartsen
Jev.Jezo aanzien van diensten,
n *1 tot eisen niet voldoen, zal
it'1CJ6ttein,?.eval worden nagegaan,
V &1Seh li voor bijdragen van
'h aanmerking komen,
ndsraad heeft een be
nfondsen gedaan om
verzekerde kinderen
te volgen. De kosten
de fondsen zelf. Van
ouders vragen de
een bijdrage, onge-
als die der fondsen
kinderen.
SN Xgeüf verzekert
HiVnchtiff jvan 1955 waren on-
V8 diensten voor school-
met financiële mede-
""tw.'-ü d.ae ziekenfondsen werk-
iensfen controleerden en
v/6 sIUl,m 500.000 leerlingen
hc. dit is ruim een
Vhsn,1 totale aantal.
kSft 'n? is met de bijdrage
''i 6vee~ er het schooljaar 1956-
r twee miljoen gulden
t/r G h van ae iamine
'j'Maastricht, waarvan men
es ziJ °P bun thuisreis van
roXCJi 111 N°ord-Italië een onge-
>s> .gekregen.
eeft zich er door een te-
'iVg rnet Lecco aan het Co.
'ti vergewist, dat de fami-
ag uit ^ecco is vertrok-
J:s van vorige week zater-
t)0[!Gn eerst had veronder-
ft-'ftip meent dat er nu niet
V' o aanwezig zijn voor on-
iOt dat de terugreis naar
«s„ker wel twee tot drie da-
dll ag zal nemen.
1 Ü0On"* schepte de arbeider
ffc g°vens N. v. d. H. uit Alk-
„n«t
gietbordes van Hoog-
0
V, dit n s'ak in een kruiwa-
im Werk spatten er enkele
el„i_ 1ji
jA l. slak in zijn handschoen.
S ^t frdoor brandwonden aan
lih^tik nd en is in bet Rode
buig te leverwijk ter
«1 opgenomen.
!jXV°n van Huizen (N.H.) is
i®we' drie-jarig zoontje
■eiT overboord gevallen
Hof lr 11 «rinl in
WHet kil d viel in bet
vee schepen in, die on
ii' Pbntimeter van elkaar
A l gebeurde in tegenwoor-
h^a b zusje, dat in paniek-
W h.,Tip'ai Vader en moeder al-
LTij),.a, ettemin duurde het
kj b voordat men er in
th 'ih bfj n<d boven water te ha-
lVM! toegepaste kunstmatige
eht niet meer baten.
Griema van de schip-
M°mstig uit Emmen en
van grint.
(Van onze verslaggever)
Zoals wij gitseren reeds hebben be
richt, zijn er bepaalde moeilijkheden
gerezen rond het produktschap voor
zuivel dat op 15 oktober zijn werk
zaamheden moet aanvangen. Het zui
velbedrijfsleven is het niet eens met
de wijze waarop de benoeming van
een voorzitter van dit produktschap
tot stand is gekomen en meent dat het
bij deze benoeming gekend had moe
ten worden. Men acht in deze krin
gen deze benoeming kenmerkend voor
de sfeer waarin het produktschap
wordt opgebouwd. In een gisteren in
Utrecht gehouden besloten vergade
ring heeft de Koninklijke Nederland
se Zuivelbond, F.N.Z. besloten geen
bestuursleden voor het produktschap
voor zuivel aan te wijzen, zolang niet
een andere procedure bij de opbouw
van dit produktschap wordt gevolgd.
In een verklaring zegt de F.N.Z. dat
zij voorstandster is van het tot stand ko
men van een publiekrechtelijke bedrijfs
organisatie in de zuivelsector. Zij heeft
echter overwegende bezwaren tegen het
feit dat aan de geest van de wet op
de P.B.O. geweld wordt aangedaan en
dat getracht wordt een in gang zijnde
ontwikkeling te forceren. Wanneer, vol
gens de mening van de F.N.Z., de op
bouw van een produktschap niet kan
geschieden in een sfeer van vrijwillig
heid en met volledige instemming der
betrokkenen, is het moeilijk aan te ne
men dat dit produktschap straks een
levend orgaan in het maatschappelijk-
economisch leven zal worden, dat in
staat is tot het dragen van zelfverant
woordelijkheid.
Bij de opbouw van het produktschap
voor zuivel is naar de mening van de
westen des lands zelf ter hand te ne
men. Constructieve voorstellen hier
omtrent zijn door de minister om hals
gebracht. Hierdoor is, aldus de F.N.Z.,
het vertrouwen m een objectieve be
vordering van hetgeen op vrijwillige
basis tot stand kan worden gebracht,
ernstig geschaad.
Eenzelfde geest spreekt uit de benoe
ming van een voorzitter. Hiervoor is be
noemd de voorzitter-directeur van het
oude bedrijfsschap, die in zijn vorige
functie een grote machtspositie heeft
bekleed. De F.N.Z. is van mening dat
bij de bezetting van deze zo belang
rijke post rekening gehouden had moe
ten worden met de wensen en opvat
tingen van de deelgenoten in het nieuwe
produktschap. Dit is niet gebeurd, on
danks verzekeringen van de minister
dienaangaande. Zelfs bij een bespre
king met vertegenwoordigers van de
organisaties in het begin van deze
maand heeft de minister deze verte
genwoordigers onkundig gelaten van de
benoeming, die toen reeds een feit was.
De F.N.Z. meent dat de uitvoering van
de wet op de P.B.O. geheel in strijd
is geraakt met de geest ervan en ziet
zich, ter wille van een gezonde, ge
leide ontplooiing van de P.B.O. ge
dachte, genoodzaakt stelling te nemen
tegen de duidelijke pogingen om met
geweld datgene te bereiken, wat met
enig geduld en respekt voor democra
tische verhoudingen uit zichzelf tot
stand zal komen.
Naast de F.N.Z. hebben ook andere
deelgenoten in het produktschap beslo
ten niet tot benoeming van vertegen
woordigers over te gaan.
Over de consequenties van het niet
benoemen van bestuursleden voor het
F.N.Z. geen rekening gehouden met nieuwe produktschap voor zuivel Jopen
de wensen uit het bedrijfsleven. On- 1 de meningen in ingewijde kringen nog-
danks het feit dat minister Mansholt al uiteen. Maar veler mening zal een
aan de Tweede Kamer heeft beloofd niet voltallig bestuur het in werking
dat hij zou eerbiedigen wat op pri- treden van het produktschap voor zui-
vaatrechtelijke grondslag te regelen 1 vel verhinderen Waar vele maatrege-
is. wordt bijvoorbeeld, aldus de F.N.Z.,
aan de organisaties niet de vrijheid
gelaten om de kwestie van de betaling
van de melk naar kwaliteit in het
len gericht zijn op de 15de oktober,
zal deze principiële P.B.O.-strijd in be
trekkelijk korte tijd moeten worden uit
gevochten.
74. De Burcht Dun Durrah is weer vol leven. De eigen bewoners zijn er
in teruggekeerd en ook Eric en de zijnen hebben er onderdak gevonden.
De gevangenen zijn opgeborgen en Eric en Svein bekijken de buit, die ze
op Ondur en zijn piraten hebben veroverd. Met verliefde blikken betast de
grote Sakser een prachtig zwaard. „Een goed, handzaam wapen", knort hij
tevreden, terwijl hij er in zijn verbeelding reeds een flinke knokpartij
mee uitvecht. Eric bekijkt een enorme slagbijl en stelt vast, dat de hoe
veelheid wapens genoeg is, om een klein leger uit te rusten, gezwegen nog
van de grote partij kleding en sieraden, benevens de zeven schepen. Aran-
rod stelt voor, daar de Noorse nederzetting totaal vernield is, dat Eric
en zijn troepje nu maar voorgoed hun intrek in de burcht nemen. „Er is
immers plaats genoeg voor allen", pleit zij. Ook bespreekt ze de toestand
der gevangenen. De kerkers zijn te klein om ze allemaal te herbergen en
aaarom is een gedeelte van hen naar een eilandje voor de kust gebracht
In een half vervallen bouwwerk zijn ze goed opgeborgen en weglopen
kunnen ze niet. Wat ze tenslotte met de kerels moeten aanvangen, zal nog
grondig overdacht moeten worden. Eric laat nu Hako bij zich komen, de
gewezen krijger van Ragnar de Rode, die van Ondur naar hem overliep
en de zijde van de Noorman koos. De man doet een goed woordje voor
enkele van zijn vroegere kornuiten. „Ik kan voor hen instaan", zegt hij,
maar Eric gaat hier niet verder op in. Hij hoort Hako uit over zijn wedervaren
en terwijl hij hem met half toegeknepen ogen gadeslaat, vraagt hij plotseling:
Weet je ook te vertellen, hoe de toestand in Noorwegen op het ogen
blik is?"
SKWW5H
Wanneer de minister van Sociale Za
ken en Volksgezondheid en de staats
secretaris het advies volgen, dat de
Stichting van de Arbeid heeft uitge
bracht over sommige uitkeringen der
sociale verzekeringswetten, is het niet
onwaarschijnlijk, dat per 1 september
sommige van die uitkeringen worden
verhoogd. Het gaat hier om een aan
passing van de sociale uitkeringen als
gevolg van de jongste loonmaatrege
len.
Voorgesteld is de oude renten en toe
slagen, die ingevolge de ongevallen
wetten verstrekt worden, met tien pet.
te verhogen. Ook de volgens de invali
diteitswet verleende renten en toe
slagen zullen met tien pet. moeten wor
den verhoogd. Voorgesteld wordt
voorts aan de trekkers van de nood
wet ouderdomsvoorziening een extrai»
uitkering van een volle maand te ge
ven.
Voor de te nemen maatregelen met
betrekking tot verhoging van de kin
derbijslagen is geen eensluidend advies
uitgebracht. De meerderheid van het
bestuur van de stichting (waaronder
de werknemersvertegenwoordigers) acht
een verhoging van tien procent in
gaande 1 oktober 1956 gewenst. Ande
ren adviseren een verhoging van het
derde kind af, terwijl weer andere le
den van oordeel zijn, dat er geen aan
leiding is de kinderbijslagen te verho
gen.
en*** vrU veel almanak-
d. maar geen horen
Zoveel noemen als de
''Van°uds vermaarde",
1! 'X Nn n«Veel :'aar oud- Daar
fXNs sn? "auwkeurig in be-
IkVI zo» A de zomer 1956
Wl*1 dipt et vreemde is,
'V/T; hirnJ'et ons vertellen, het
Qn-Xer' 2e'f in handen ge-
rv circhivnris: Pvonwol
KCj', o-"»-0 archivaris evenwel,
'baart, praat> bleek het als
V\-0,»der h onder zijn vele
tl Ml te Ir- directe bereik
»V Zii^h tatSteren- Achterdoch-
,|Ki w» allerlei schone
storm gaan controleren-
k b w*ij °p z°ndag 29 juli
Iwt der /,5 Vers noemden het
f Jaren aarste stormen van
Win',,sPraken ook over
v °p dg rZen met onweers-
v o» "»zen met onweers
u.a omti osdrechtse plas-
v' ^\i "'rf0e8en. Kijk eens
XXXC' ham' is n°sal opval-
vKX2 artJe zomer. De be-
£,Gb(wU zo,iets toch voor-
1? Ij-Wat vmden wjj
ivh ..Veranderlijk
K bia^der^iPe® is de werke-
r J
da
k'a=ïich niet zo op de
„Veranderlijk
Akj't. blende -mee js de werke-
bNlt/.&t llgXjbat, dachten wij.
A,N ar l er het jargon van
'IvdWè ddt -H dat befaamde
w&e\>aetCh niet °P de
CwtkShi "SchLen dat achteraf
ÏW Ue^ts vond, het wel
Yti&riXt Zrlt,a bemel neen. Het
W ta kbeWoi^vond) luidde
VXStXta^n- lkmg met plaat-
(i»bj bhweersbuien.
i IV Wh re» bderdaad; zwak-
1 |S atg baar zuidwestelijke
W>i
t?richt zm van
h fchkb,. met de voor-
doSjbizer almanak,
°r de opvallende
overeenkomst bijzonder getroffen. Wq
zien slechts twee mogelijkheden. Of
De Bilt gebruikt voor zijn weerberich
ten de Enkhuizer Almanak of het be
reikt hetzelfde resultaat langs andere
wegen. Is het laatste waar, dan heeft
de Enkhuizer wel, maar het weer
zich niet aan de erkende regels ge
houden. Dat pleit dan alleen maar
tegen het weer.
Ons aanvankelijke wantrouwen tegen
de Enkhuizer Almanak is derhalve
nog niet gerechtvaardigd gebleken.
Wat voorspelde De Bilt voor het weer
van gisteren? Veranderlijke bewol
king met nu en dan buien. Wat de
Enkhuizer? Regenachtig. Nu ja, wij
weten het alleen maar van Amster
dam: gistermorgen een ontzettende
plensbui met hagel en donder alsof
het allemaal niets kostte. En van
daag? De Bilt: buien. De Enkhuizer:
wederom regenachtig. Beslist kinder
achtige uitdrukkingen voor wat wq
sinds diep in de morgen hebben ho
ren neerstromen.
Wat zullen we er van zeggen?. Wan
neer onze berekeningen uitkomen,
zegt de Enkhuizer zelf bescheiden
over het weer in september, dan heb
ben wü in de laatste vjjf en zestig
jaar nog nooit zo'n koude september
maand beleefd. De weerkundige C. A.
C. Neel, die de voorspellingen al ja
renlang maakt, houdt zich al sinds
zijn 12e jaar met het weer bezig. Nu
is hp 81. HJj weet er onderhand wel
het een en ander van af. Wel moet
men hem even leren verstaan. Het al
gemeen verloop van de temperaturen
kan hij berekenen. Lees maar zijn ka
rakteristiek voor het weer van 1956:
,A1 met al brengt 1956 een aanzien
lijk warmte-tekort, een late winter,
een koude lente, een korte zomer met
weinig warme dagen, een zeer koele
september en een zeer zachte herfst."
Late< wü slechts hopen, dat hij ook
in het laatste gelijk heeft. Wie zijn
vakantie tot de tien dagen tussen 10
en 20 oktober kan bewaren schijnt de
meeste kans te maken op een erg
laat zomertje.
De uiteindelijke beslissing zal moe
ten worden afgewacht.
Met betrekking tot een verhoging
van de lopende uitkeringen ingevolge
de ziektewet en de werkloosheidswet
heeft de federatie van bedrijfsvereni
gingen een advies gegeven aan de be
drijfsverenigingen. Hierin wordt voor
gesteld de uitkeringen op hetzelfde
tijdstip en in gelijke mate te verhogen
als die van de loonsverhogingen in de
onderscheiden bedrijfstakken.
Bij een botsing tussen twee personen
auto's, vrijdagavond half twaalf op de
Graafseweg te Nijmegen, zijn tien per
sonen gewond. Drie hunner konden van
nacht huiswaarts keren, twee van hen
werden in zorgwekkende toestand naar
het Canisiusziekenhuis overgebracht en
nog vijf personen zijn min of meer ern
stig gewond.
Het ongeluk gebeurde op de Graafse
weg nabij de brug over het Maas-Waal
kanaal. Het ergst waren de heer J. J.
Steenveld, een aannemer uit Nijmegen,
en zijn echtgenote er aan toe. In hun
wagen zat het echtpaar Certon uit
Eindhoven, dat bij hen logeerde. In de
andere wagen, een huurauto uit Schaik,
zat de familie De Grauw, bestaande uit
zes personen, onder wie een logeetje uit
Arnemuiden. De chauffeur van de auto
de heer J. H. de Grauw kwam er nog
het best af. Nog twee anderen uit zijn
auto konden vannacht huiswaarts keren.
Maar de drie overige passagiers moes
ten worden opgenomen. Ook het echt
paar Certon uit Eindhoven is er vrij
ernstig aan toe.
Over de oorzaak van de botsing tast
de politie nog in het duister. De auto
van de heer S. uit Nijmegen reed ge
heel links van de weg op de wagen uit
Schaik. Hoe de heer S. daar gekomen
is blijft nog een open vraag omdat tot
nu toe niemand uit deze auto nog door
de politie kon worden gehoord.
In het Staatsblad is een koninklijk
besluit verschenen tot vaststelling van
een algemene maatregel van bestuur,
bedoeld in artikel 969 van het wet
boek van burgerlijke rechtsvordering.
Dit „besluit centrale adoptieraad"
treedt 1 november in werking.
In het besluit wordt bepaald, dat
de centrale adoptieraad, welke te
's-Gravenhage gevestigd zal zijn, uit
tenminste zeven en ten hoogste vijf
tien leden bestaat. Bij de benoeming
van de leden wordt rekening gehouden
met de geestelijke stromingen, zoals
die in de bevolking in het algemeen
aanwezig zijn. Hun benoeming ge
schiedt voor de tijd van zes jaar. De af
tredende leden zijn terstond herkies
baar.
De centrale adoptieraad dient van
advies op de hem door de raden voor
de kinderbescherming toegezonden ver
zoekschrift tot het uitspreken of her
roepen van adoptie. De raad dient de
minister van Justitie op diens ver
zoek of ambtshalve van advies om
trent aangelegenheden het instituut der
adoptie in het algemeen rakende.
De werkwijze ten aanzien der adop
tie zal als volgt zijn: Degene, die een
kind wil adopteren dit zal door
gaans een echtpaar zijn zendt een
door een procureur ondertekend rekest
aan de rechtbank. Deze zendt het ver
zoek om advies naar de raad voor
de kinderbescherming, welke een on
derzoek instelt. Het resultaat van dit
onderzoek wordt met het verzoek op
gezonden naar de centrale adoptieraad.
Deze maakt dan een advies op, dat
naar de rechter gaat. Deze neemt
daarna de zaak in behandeling.
Guus, beste jongen, toe wees
nu eens even rustig! Hol niet
zo van de een naar de ander.
Zeker, we weten het, je hebt
vakantie. We hopen, dat het
de acht en twintigste augustus
mooi weer zal zijn. Maar stil
nou: luister eens even, we wil
den juist iets over die acht en
twintigste augustus vertellen.
Ja, iets belangrijks! Over een
heel groot man.
Vooral jij, Guus, August of
hoe je ook heten mag.
Allemaal moeten we even
belangstelling hebben voor die
man.
Of hij nog leeft?
Nee, de man zelf is al lang
dood! Maar zijn naam, zijn
geest, zijn wijs woord, leeft
nog steeds onder ons.
De naam van die grote man?
Augustinus! De heilige Au-
gustinus.
Meer dan vijftienhonderd
jaar geleden stierf hij.
Dat is dus wel lang geleden
hè? Maar zijn geest, zijn wer
ken, zijn woorden zijn onster
felijk.
Wil je één woord van hem
onthouden? Eén zin maar?
Luister dan; het is deze
prachtige zin:
„Ons hart vindt geen rust,
tot het rust vindt in God!"
Dat kon Augustinus zeggen.
Ook hij heeft gezocht: als
heiden verliet hij zijn geboor
teplaats op de noordkust van
Afrika, om in Rome te gaan
zoeken naar de wijsheid. Le
ren, weten, ontdekken, dat wa
ren zqn drijfveren. Tot hij in
Milaan in aanraking kwam
met de heilige Ambrosius, die
hem de ware wijsheid deed
kennen.
Deze heilige en het vurige
gebed van zijn vrome moeder
Monica hebben Augustinus tot
het christendom gebracht.
En eenmaal christen bleef
hij zoeken, studeren en naden
ken, om steeds beter Gods
grootheid en goedheid te door
gronden.
Heel veel boeken en brieven
heeft hij geschreven.
Door zijn geleerdheid is hij
een van de vier grote kerk
vaders geworden.
Maar dat klinkt allemaal zo
geleerd.
Laten we dat ene woord van
deze grote heilige maar ont
houden: Onrustig is ons hart,
totdat we rust vinden in God.
Dat moet je onthouden; daar
moet je eens over nadenken.
Misschien heb je in deze va
kantie toch nog even de tijd,
om daar aan te denken. Ook
al ga je de acht en twintigste
augustus op reis, ook al ver
lang je dan misschien naar
mooie dingen, ook al heb je
dan al nieuwe plannen ge
maakt voor de toekomst, dan
moet je toch even proberen,
die morgen naar de kerk te
komen, om aan Augustinus te
denken.
Veertig jaren lang was hij
bisschop geweest van Hippo,
een plaatsje op de kust van
Noord-Afrika.
Veertig jaren lang had hü
gestreden en gewerkt, onver
moeid. Rust kende h(j eigenlijk
niet.
Vijf en zeventig jaar oud,
werd hü ziek. Met hoge koort
sen lag hü te bed. Werkeloos
moest hü het aanhoren, hoe
buiten de stad de trompetten
van de aanstormende vüanden
weerklonken.
Oude geveltjes aan de „Muur
huizen" te Amersfoort
Niet alleen de stad zou in
hun handen vallen, maar ook
de kerk, die Augustinus daar
zo goed gevestigd had, zou
door die heidenen totaal ver
woest worden.
En juist onder deze droeve
omstandigheden gaf deze hei
lige het prachtigste voorbeeld
van berusting. Het liefst was hü
opgesprongen om zün broeders
bü te staan in deze moeilüke
dagen.
Maar hü kon niet; hü moest
berusten en rust zoeken in
God.
Als men het woord: „para
dijsvogel" hoort, denkt ieder
een natuurlijk onmiddellijk
aan Nieuw-Guinea. En terecht,
want Nieuw-Guinea is het
land der paradijsvogels!
Bü de paradüsvogels kun
nen we allerlei merkwaardig
heden aantreffen, lezen we in
„Blijdorp-geluiden", van de
stichting Rotterdamse Dier
gaarde.
Zo hebben verschillende soor
ten fraaie blauwe poten, zowel
de mannetjes als de wqfjes.
En dan hebben vele hunner een
merkwaardig gekleurde mond
holte, namelijk groengeel, een
als het ware oplichtende kleur,
het beste te vergelüken met
lichtgevende verf, welke vaak
op de wü'zerplaat van horloges
is aangebracht.
Als we zo'n paradüsvogel
zijn mond open zien doen, moe
ten we altijd denken aan het
„sperren" van onze zangvogel
tjes. Die hebben namelük veel
al helrode of heioranje keeltjes
en de snavelrand is afgezet met
een felgele streep.
Algemeen wordt nu aange
nomen, dat dit felgekleurde
centrum een prikkel bü de
oudervogels opwekt, c.q. een
signaal voor hen betekent om
de jongen te voeren. Zodra
echter die jongen voor zich
zelf gaan zorgen, verdwqnen
die kleuren snel; hun functie
is dan voorbü.
Bü vele paradüsvogels blüft
die lichtende groengele kleur
echter ook in volwassen toe
stand bestaan.
Naast een groot aantal uit
bundig uitgedoste soorten be
staan er ook eenvoudige vor
men, niet zo bont gekleurd en
zonder opvallende verschünse-
len. Dat zijn de manucoden;
zü dragen een eenvoudig, doch
fraai staalblauw glanzend pak
je, met groene en paarse weer
schijn. Zij gelijken eigenlijk nog
het meest op kleine kraaien,
ook in hun gedragingen. Ze be
zitten ook niet de zo kenmer
kende, als fosfor glanzende
mondholte. Maar toch genieten
ze de eer bij de familie der
paradüsvogels te zün ingedeeld.
Het betekent voor een dier
altüd een groot gevaar een
mooi velletje of een prachtig
verenkleed te bezitten, want
dat wekt de hebzucht van de
mens op!
Toen het mode werd op de
dameshoeden fraaie veren te
monteren stonden de paradijs
vogels natuurlük nummer één
op de lüst om letterlük hun
huid voor dat doel af te staan.
En omdat er bovendien veel
geld aan te verdienen viel,
wierp al spoedig een legertje
van jagers en handelaren van
allerlei stand en ras, zich op
dit uitzonderlük fraaie en winst
gevende „wild".
Het waren nu juist niet de
beste mensen, die zich op dit
bedrü'f wierpen.
Zoals dat gewoonlük met zul
ke zaken gaat, verdienden de
jagers en de papoea's er niet
veel aan, vele jagers verloren
zelfs hun hoofd (werden „ge
sneld") of stierven aan malaria
en andere ziekten. Belangrqke
winsten boekten de Chinese op
kopers en de groothandel streek
de grootste winst op.
Gelukkig werd nog tüdig aan
deze walgelijke handel in de
allerfraaiste wilde vogels een
einde gemaakt, zij het ook niet
dan na zeer veel moeite.
De enigen, die nu nog zonder
speciale vergunning paradüsvo
gels mogen jagen en in bezit
hebben, zyn de Papoea's, voor
GROTE CELE PARADIJSVOGEL
LANGSTAART PARADUSVOCEL
WIMPELDRAGER
ZES STRALEN
PARADIJVOGEL
SIKKELSNAVEL PARADÜSVOGEL
WALLACE
Amersfoort is de geboorte
plaats o.a. van Johan van Ol-
denbarnevelddt en Jacob van
Campen, de laatste was de be
roemde bouwmeester van het
Amsterdamse stadhuis, nu pa
leis. Van Campen is begraven
in de grote of de St.-Joriskerk.
De spotnaam van de inwo
ners is keislepers of keietrek
kers omdat zij in het jaar 1661,
met veel moeite, een grote kei
steen van de hei haalden en
te Amersfoort op een plein op
een voetstuk plaatsten als ge
denkteken van de vrede in dat
jaar met Portugal gesloten.
Door de vele stille getuigen
Van het grüze en eerbiedwaar
dige verleden, die hier voor
het nageslacht ongeschonden
bewaard zün gebleven, ademt
het centrum der stad nog he
den een bekoorlüke ouderwetse
rust en schoonheid. Het büna
nog ongerept aanwezige sys
teem van dubbele stadsgrach
ten, daterend van 1250 en 1450,
is een zeldzame bezienswaar
digheid.
Van de oude stadspoorten
zün er nog een drietal aanwe
zig. De St. Joriskerk en de
ongeveer J5 meter hoge Lieve
Vrouwetoren zijn monumen
ten in steen. Een wandeling
door de buurt „Muurhuizen"
en langs de singels brengt je
in de gedachten van de middel
eeuwen.
Deze huizen werden oor-
spronkelük gebouwd aan de
binnenkant van de wallen die
de stad omsloten, vlak aan de
waterkant van de grachten.
De grote toename der bevol
king, welke sinds 1900 steeg
van 19000 tot ongeveer 65000,
maakte uitleg der stad naar
alle richtingen noodzakelü'k.
Over Rhenen vertelt een ou
de, veel besproken legende,
dat in de derde eeuw na Chris
tus de dochter van een Koning
der Orkadische eilanden, Ur
sula, met tien vriendinnen,
1
Bruine beer In Ouwehands
dierenpark te Rhenen
vergezeld ieder van duizend
maagden, een pelgrimsreis
naar Rome ondernam, maar
dat, bü Keulen, de Hunnen
haar overvielen en al die
maagden omkwamen, op één
na, die ontkwam.
Dat was Sint Cunera. Zü
werd in bescherming genomen
door Haymo, „die Coninck
was ende Heer van den Rhün
en over al dat land dat daar
toe behoorde" en te Rhenen
verblüf hield, op het slot Hei-
merstein. De Cunera-weg, het
Cunera-bergje enz. houden er
haar nog in gedachten, en de
kerk in Rhenen is aan de H.
Cunera als patrones gewijd.
De Cunera-toren met de kerk
is in de laatste oorlog ver
woest, thans in restauratie
(herstel).
Bekend is het Ouwehands
Dierenpark op de Grebbeberg.
PARADIJSVOGEL
zover zü de balgen en veren
gebruiken voor opschik bü hun
rituele feesten. Uiteraard vallen
ook hieraan nog steeds veel pa
radüsvogels ten offer (de Pa
poea springt bovendien zeer
slordig met zijn versierselen om,
zodat ze voortdurend moeten
worden vernieuwd), maar de
historie heeft geleerd, dat een
diersoort in de regel niet ern
stig wordt bedreigd door het
particulier gebruik dat een pri
mitief volk ervan maakt.
Wapen van Amersfoort: in
zilver een kruis van rood, af
komstig van de banier van de
beschermheilige St. Joris.
Het wapen van Rhenen heeft
op het schild van zilver drie
burchten in rood. Boven de
burchten drie vlaggen waartus
sen een sleutel.
lil
Amundsen kon het ondanks
kou en ellende in de boot niet
uithouden. Met dr. Cook en nog
een makker trok hü er weer
op uit.
Waarheen? Dat wist hü zelf
niet en dat kon hem ook niet
schelen. Als ze maar weg wa
ren uit die bedompte ruimte,
waar de dood op de loer lag.
Ze skiden over het üs; ze
maakten lange, bijna doelloze
tochten; ze achtervolgden een
zeehond, de ene keer met, de
andere keer zonder succes.
Maar ze waren bezig; hun ge
dachten werden afgeleid en ze
hoorden niet het gejammer van
hun makkers in de boot.
Ze leefden tenminste nog!
Weinig scheelde het, of op
een van die tochten waren ze
omgekomen. Ze bleven dagen
en nachten uit de boot van
daan. Op het ijsvlak sloegen ze
hun tent op om te slapen.
Op een nacht brak de üs-
massa, waarop hun tent ge
plaatst was, af! Er was plot
seling een geul, een stroom
ontstaan, waarin de kleine üs-
schots met de tent voortdreef.
Nog juist bütüds gelukte het
de drie mannen v„n hun eiland
je op de grote ijsmassa te sprin
gen. Tent en alles wat ze ver
der bij zich hadden, verdween
met de kleine üsschots in het
oneindige.
Na een lange en moeilüke
tocht, lopend over het üs en
springend over de geulen, be
reikten ze eindelü'k weer de
boot. Maar hier vonden ze nog
meer ellende, dan ze zelf be
leefd hadden. De achtergeble
ven mannen waren de wanhoop
nabü. „Niemand van ons komt
hier weg!" bromde er een.
„We moeten hier allemaal van
kou en honger omkomen!"
„Wat een dwaasheid om dit
zuidpoolgebied op te zoeken".
„Komt er nooit een eind aan
die eeuwige poolnacht?"
Ja, het was wel heel erg
voor die mannen. Wat wist
men In 1897 van dat zuidpool
gebied af? Zo goed als niets.
Alleen de moed van mannen
als Amundsen en dr. Cook be
waarden de anderen voor al
te dwaze dingen. Maar einde-
lük, eindelük, week het sche
merduister. De poolnacht was
voorbü- Weer aanschouwden de
mannen aan alle kanten de ho
ge üsbergen. Als vestingwer
ken omgaven ze de Belgica.
„Hoe komen we hier ooit tussen
uit!" klonk het gemopper. „En
stqgt die vervloekte thermome
ter dan nooit?" Het leek wel
of de natuur de spot dreef met
deze hulpeloze mannen. Dertig
tot vyf en dertig graden wees
de thermometer. De Belgica
bleef ingesloten. De tüd van
werkeloosheid en afwachten
duurde voort. Een jaar lang
hadden ze nu al op dezelfde
plek gelegen. Januari 1899 werd
het zelfs. „Maar nu moeten we
hier toch vandaan!" jammerde
er een. Maar januari, ja ook
februari gingen voorbü, zonder
dat er enige verandering op
trad. Iedere dag opnieuw speur
den de mannen vol verwachting
de üswereld rond, of ergens
misschien een vaargeul ont
staan was. Maar telkens te
vergeefs. Soms klonk het als
een jubelkreet: „Ja, een vaar
geul. Daar, een brede vaar
geul!" Ha, wat was er dan
een heerlyke opgewektheid. Al
le zorgen waren vergeten. Een
vaargeul: dat betekende: de
weg naar de vrüheid. Helaas,
de teleurstelling was telkens
des te groter. Want voor de
mannen alles in gereedheid ge
bracht hadden om uit te varen,
klonk een sombere kreet: „De
vaargeul is al weer dichtge
vroren". Ja, bü zoveel tegen
slag moest je de moed wel ver
liezen.
(Wordt vervolgd