een werelddeel door
John Gunther
over
w,
,De filosofie van de revolutie"
Liturgische
weekkalender
De vitaliteit van Teirlinck
GRAF0L00G STELT VAST WAT
WIJ AL LANG WISTEN
Wat is het wezensverschil
tussen Rome en Reformatie?
j,°etingen met
L^de figuren
fis
DRIE PROMINENTE VLAMINGEN (I)'
HET GODSDIENSTGESPREK
Verdiept inzicht
LITERAIRE KRONIEK
ZATERDAG 1 SEPTEMBER 1956
PAGINA 7
'^artltviaakt De emancipatie in het
Jr:^i'edCn erelddeel" vordert met rasse
c0nt- en staatkundige kaart van dit
'■'re kolnlnerit veran^ert van jaar tot jaar.
^ten e nien ontwikkelen zich tot zélfstan-
te bezin -JS niet langer één grote
9- Naast Europa gaat Afrika een
Sykte hlnnernen- Het werelddeel, dat een
-n dof eeft van 29 miljoen vierkante kilo-
h C'hin° groot is ais de V.8., West-Europa,
ly-oJ2 8arnen, telt in totaal ongeveer 200
i - T0ChrS' ^even eohter slechts 5 miljoen
tven$e s^en de blanken nog altijd een
Afrika spreken, denken wij meestal
'Azijn ^eed ten zuiden van de Sahara,
hl v er echter twee Afrika's. Het noorde-
n dit werelddeel staat veel dichter bij
to
Sneeft
Europa dan bij Zwart-Afrika. De gebieden in dit
noordelijk deel zijn Middellandse Zee-landen, die
men niet als typisch Afrikaanse naties pleegt te
beschouwen. Vanwege het bestaan van die beide
Afrika's is de gebruikelijke term het „Zwarte
Werelddeel" dan ook niet helemaal juist, want
niet alle Afrikanen zijn zwarten.
Over Afrika is zojuist een boek verschenen, dat
de bijzondere aandacht verdient. Het is als het
ware een encyclopedie. Maar een encyclopedie die
geschreven werd dooréén man. Die man is -
we zouden bijna zeggen: natuurlijk - de Ameri
kaanse journalist John Guntherdie zich inder
tijd reeds een reputatie verwierf met zijn boeken
over Europa, Azië, Latijns-Amerika en de V.S.
Vooral het laatstgenoemde boek „Inside U.S.A."
heeft terecht grote opgang gemaakt en het is nog
altijd zeer leesbaar.
K
-
m^tr veltCeèn büzonl
y\isra.fi^,(iunthï
NASSERS AUTOBIOGRAFIE
Y~\e huidige president van Egypte, Nasser, schreef in 1953
J een beknopt autobiografisch werk, getiteld „De filosofie
van de revolutie". Dit boekje is onlangs door de premier
van Frankrijk, Mollet, een tweede ,fMein Kampf' genoemd.
Inderdaad vertoont het geschrift enige overeenkomst met het
beruchte boek van de Duitse Führer, maar de vergelijking is
toch niet helemaal fair. Nasser blijkt, ondanks zijn revolutio
naire aard, niet geheel van menselijke gevoelens verstoken te
zijn. In onderstaand fragment vertelt Nasser van een complot
dat ten doel had een niet met name genoemde vijand van de
revolutie te liquideren:
Monument voor Titus
Brandsma
TUC negeert oproep
van Macmillan
Wel nieuwe looneisen?
Giuseppe Fraschetti
overleden
Malakka sluit verdrag
met Engeland
Van wederzijdse
bijstand
Hongkong sluit opnieuw
zijn grenzen voor
Chinezen
Met Esso
bent U beter uit
de branding
wm
Een Afrikaanse leeuwin maakt
aanstalten haar prooi te verslin
den.
H e richtingen
(.nl5.arbÜ meer dan
J1 Sen -1 heeft met vele hon
Qft i Wn ij
gedurende drie
door-
dan 60.000
e^Politi
daaronder verscheide-
j>tieke figuren, gesprek
szin vorig jaar 1
werd
W.vAet, j ln Amerika gepubli-
er nu oob een Neder-
■>- E -=-• -
van dit hoogst lezens-
,a\ Afschenen. Het boek
<AlLvOor-t,huidige toestand: het
V«en i hezig met de jongste
*1. p 'n de diverse Afrikaan-
MS hi.Vun"
L®oCI,ahst te zjjn. H(j biedt
e Seen wetenschappelijk
;5ge h uitvoerige journalis
ten Hij heeft een boeiende
tü^Vbor zijn vertelling en
e interviews met voor-
ShIKi°nen, waarmee hjj zijn
ao1 heeft, houden voort-
'-Sn !nc'acht gespannen. Het
3(1 t,b°ck dat men niet nood-
f?°r tot achter behoeft
/'i'i th jjaar waaruit men met
ar een greep zou kun-
btSr verscheidene hoofdstuk-
c'irS l gehelen vormen.
il'1 MW?rt van het boek gaat
i'ii VI, ha. De schrjjver ver-
kjl j?hk°, Algiers en Tunis,
Ivf (J^Pte. Vervolgens behan-
fflj. 'ik deel van het con-
jStfp hhen over: de Soedan,
L?ij Kenya, Tanganjika en
«t "e beschrijving van het
Uiteraard de Unie van
- aandacht, alsmede de
,i ®ntraal - Afrikaanse Fe-
kip heeft Gunther in
Nigeria, de Goudkust en
Lv Uit deze hoogst sum-
hliikt dus wel welk
vV'e it 'st°i in deze eenmans
1 rU tot verwerkt, en het strekt
W'tjL ®er dat hij ondanks
Lik er -taak die hjj zich ge-
In, n geslaagd is zijn stijl
li vPndig te houden.
E* 43
iA i^mer van 1956 Gunthers
t,,i tjH handen krijgt, is uiter-
'V Ovr ncier geïnteresseerd in
uieiip het moderne Egypte
3, en met name in zijn
t, van kolonel Gam al Ab-
h wij worden niet te-
1 heeft
'tsk «i u "v worden niet
APiti,, heeft Gunther zich bij
«(.hiet de Egyptische pre-
vilt eht wat laten misleiden
\v0o van zyn gastheer zich
tjiltV® aite doen. Nasrer wordt
tv Voi'S een typische revolu-
mS?hs s z'in eigen woor-
H kon?6'" de gedachte ge-
kViNmt .hg Farouk te liqui-
I-1 ViJstio, d van de hebzuch-
V'%''r'c)n vorst, maar vooral
j\jh van de Britten in
,«Saiia®ser bewogen tot zijn
iV .hek J?tische en fel anti-
avhkoSL® intussen culmineer-
l\, ilj,stine dlSing op 26 juli j.l.
strL^an het Suezkanaal.
f tfeff„rt zÜn beschouwing
nd met het hiernaast
\!ifeSirtnt uit de autobiogra-
nt „De filosofie van
VtrjS aa6a] van Gunthers boek
ki U-1 t)VR acht verdient is dat
;W'I> de Unie van Zuid-
lyVi 'k.prer
een gesprek met
'ok0 ra, ler Strijdom, spre-
Sh? hetpi!nsfheiding: „Deel-
i. vft Zufri An? een langzame
SSh^laara kaanse eerste
^6i(j>rrde meer te willen
\kNkSa0ci. h erkende te stre-
•V^ oSrsi^P" of volslagen
'iVa^epht?' "Strödom ge-
'Ai? f.,, een verhouding
•«Si fh01,rtncludeert Gunther,
S tcri, ^..rnet de premier.
1 A Su .,°?ges (binnenland-
IsSr ®hmfr kiustitie) heeft
.iS^en Voeen,erg gunst'ge
Vooral Swart, die
vt rtgeteko^ejSelwet invoerde,
!«h zwav? aJs een figuur
Wara te_bevolking van
\""a
vuii\iug van
terreur uitoefent.
k,i',,fst sTrf^'e greep te doen
VV- bl,adziiden
'udki
G.m
om-
de eerste mi-
dr. Kwame
^lUid. jjr"""Iuner ons een
i,H "Vlhse ve?u,h> die men
,r'l,|>ika>'<'hr00" en de
^enoemd
.\4
In de Unie van Zuid-Afrika vormt de schapenteelt een belangrijke bron van inkomsten. Men ziet hier een kudde schapen
met twee herders van een wolbedrijf in Natal.
Verder missen wij in het boek een
literatuur-opgave, alsmede een zelfs
maar summiere vermelding van de
geraadpleegde bronnen. En dan is er
nog een bezwaar dat voor alle boeken
van Gunther geldt: zij verouderen wel
heel snel. Als Gunther bijvoorbeeld
in het hoofdstuk over Marokko spreekt
van ,,de regerende sultan" bedoelt
hij de inmiddels al lang weer van
het toneel verdwenen Sidi Mohammed
Ben Moulay Arafa, in plaats van de
inmiddels weer op de troon terug
gekeerde Sidi Mohammed Ben Joes-
sef. In de Nederlandse editie wordt
getracht dit euvel door een voetnoot
te verhelpen, maar intussen blijft de
tekst zelf van Gunthers betoog vol
ledig achter de feiten aanlopen. De
Marokkaanse affaire is door latere
gebeurtenissen in een volkomen nieuw
licht komen te staan. Een boek als
„Inside Africa" zou eigenlijk geen jaar
op een Nederlandse vertaling moeten
wachten.
„Afrika in de branding" is overigens
over het geheel genomen nog zeer ac
tueel te noei.ien. Het boek geeft ons de
recente achtergrond van de berichten
die de krant dagelijks over Afrika pu
bliceert. Voor de typografie en het bind
werk niets dan lof.
HANS BRONKHORST
„Afrika in de branding" door John
Gunther. Een uitgave van F. G. Kroon-
der, Bussum. 19.75.
llV .Vi^o van genoemd heeft,
i h»o<ip?e meest boeien-
iO.'i,''U.-ite (..fp Zwarte Afri-
,-;1li^Pls i"rli"e:. die zijn
IW.'p a end v! Amerika op-
iAÏS|PkffU'aanJ>r.d fin het
^V^Wonl86. nat'onalisten
•X,«>ah koesteren
i X U«Udkn k wete» te be-
weldra de
hh fr' h«SSS». dan
Rei V
,ift aan
uatie'e8ering van
Mj' gènrÜ Vt-n brai»ding,
..inside
arte ter®"' 's een
w- 1 k- cer ng aan-
niet te
AV rij hsrtp heeft, Ts
k u heh0gf.r lezing
0ns nie
Worria opmerkingen
S rt5'eh« rtaier a-s de naam
W 'nh e'Ük vó -e zUn tita"
^4?u^on|rricht beeft?
wp5,v\zo kort
VVsiaieb UUvpd .het boek
v=ik V^Prk aaer'|e index.
Ik Üprn' wP bet°kenis
„Ik herinner me een avond die een keerpunt in mijn ideeën en
dromen betekende. Wij hadden een groep voor actie gereed gemaakt
en een persoon uitgekozen, die, naar wij hadden besloten, moest
ophouden te leven. Wij namen zijn gewoonten waar en stelden een
gedetailleerd plan op. Wij zouden hem neerschieten, wanneer hij
's avonds naar zijn werk terug keerde.
Wij vormden een aanvalsgroep, die zou schieten, een dekkings
macht, die de aanvalsgroep zou beschermen, en een derde groep,
die de ontvluchting zou organiseren. Alles verliep volgens plan
De groepen verborgen zich in hun gekozen stellingen en toen de
aangewezen man naderde, werden er kogels in zijn richting ge
zonden. De executie-groep trok terug, terwijl de dekkingsmacht
haar terugtocht beschermde, en de vlucht naar de veiligheid begon.
Ik zette de motor aan van mijn auto en reed weg van het schouw
toneel van de directe actie die wij hadden georganiseerd.
Maar plotseling klonken er gillen en jammerklachten in mijn oor,
het geweeklaag van een vrouw, het schreien van een kindje en
toen een voortdurend opgewonden geroep om hulp
Ik kwam thuis en wierp me op mijn bed, mijn geest in vuur en
vlam, en een onophoudelijke draaikolk in mijn hart en geweten.
De gillen en jammerklachten, het geweeklaag en de hulpkreten
klonken voortdurend in mijn oren.
Ik kon de hele nacht niet slapen
Had ik gelijk gehad? Ik antwoordde met overtuiging: ik heb
voor de zaak van mijn land gehandeld.
Waren dit de enig mogelijke middelen? Ik antwoordde enigszins
weifelend: Wat hadden we anders kunnen doen?
Is het werkelijk mogelijk de toekomst van ons land te veranderen
door de verwijdering van deze of gene persoon, of ligt het probleem
dieper?
Wij dromen van de glorie van het land, maar wat is belangrijker:
hen te verwijderen, die verwijderd behoren te worden, of hen naar
voren te schuiven, die naar voren geschoven behoren te worden?"
Dan beschrijft Nasser zijn hevige aandoening en opluchting, als hij
de volgende morgen hoort, dat de schoten gemist hadden en het
slachtoffer zonder ernstige verwondingen was ontkomen!
ZONDAG 2 september: 15e zondag
na Pinksteren; eigen mis; 2 geb. H. Ste-
phanus; Credo; pref. van de H. Drie
eenheid; groen.
MAANDAG: H. Pius X, paus-belij
der; eigen mis; wit.
DINSDAG: Mis van de 15e zondag
na Pinksteren; groen. Roermond: Kerk
wijding van de kathedraal; mis Terri-
bilis; Credo; wit.
WOENSDAG: H. Laurentius Justi-
nianus, bisschop-belijder; mis Statuit;
wit.
DONDERDAG: Mis van 15e zondag
na Pinksteren; groen.
VRIJDAG: Mis van 15e zondag na
Pinksteren; groen. Ofwel vanwege
de eerste vrijdag van de maand: vo-
tiefmis ter ere van het H. Hart.
ZATERDAG: Maria-Geboorte; eigen
mis; 2 geb. H. Hadrianus; Credo; pref.
van O. L. Vr.; wit.
ZONDAG 9 september: 16e zondag
na Pinksteren; eigen mis; 2e geb. H.
Gorgonius; Credo; pref. van de
H. Drieëenheid; groen.
II erman Teirlinclc. Maurice Roe-
lants, Johan Daisne: drie pro
minenten uit het grote aantal dat
de Vlaamse letteren van deze eeuw
zo'n bijzonder weelderige aanblik ver
leent in de ogen van ons, noorder
lingen. Teirlinck, geboren in 1879,
is de nestor, tevens de vitaalste van
bet drietal. Onlangs werd door Ka-
rel Jonckbeere de uitslag meegedeeld
van een bandscbriftkundig onderzoek
naar Teirlincks persoonlijkheid; te
lezen in bet boekje „Van en over
Herman Teirlinck", door Manteau te
Brussel uitgegeven bij wijze van in
leiding op bet verschijnen van Teir
lincks Verzameld Werk in acht stijl
volle dundrukdelen, geheel in de
geest van voorgaande edities van de
complete Karei van de Woestijne en
August Vermeylen. Welnu, de gra-
foloog G. E. Carels, die nooit iets
las van Teirlinck, om de eenvoudi ge
reden dat zijn voertaal Frans is,
concludeerde dat Teirlincks hand
schrift „een zeer sterke vitaliteit ont
hult, die zich gemakkelijk vernieuwt,
dank zij een felle zucht tot zelf
behoud".
Natuurlijk hadden we de grafologie
niet nodig om ons van bedoelde vitali
teit overtuigd te weten. Levenskracht
van hevige allure spreekt voor al wie
Teirlincks taal lezen kan overduidelijk
uit heel het oeuvre van deze Vlaamse
grootmeester. Wij halen de grafologische
conclusie hier slechts aan, om te laten
zien hoe vrijmoedig men tegenwoordig
bij het letterkundig onderzoek naar de
waarheid omtrent de schrijvende per
soon durft te graven.
Men gaat de auteur rustig te lijf met
alle middelen die toepassing vinden in
de psychologische testpraktijk. De ziel
kundige romanschrijverij en de weten
schap die Psychologie heet, zijn een
tweezijdig verdrag aangegaan, hetwelk
Het godsdienstgesprek met theologi
sche en spirituele achtergrond,
zegt p. van Doornik in zijn prach
tige boek „De kerk buiten de muren", is
een van de meest verheugende aposto-
iaatsvormen van deze tijd. Men tracht
niet meer, zoals vroeger, juist de ver
schilpunten en negaties van het protes
tantisme, los van het geheel, aan te val
len en te weerleggen, wat overigens een
vrij hopeloze manier van doen is. Maar
de oecumenische theoloog wil allereerst
begrijpen, waarvan toch deze mensen
eeuwenlang in innige vroomheid en die
pe overtuiging konden leven. Het wordt
hem dan spoedig duidelijk dat ze vanuit
de moederkerk een nositieve schat heb
ben meegenomen, die in wezen katho
liek gebleven is. Soms zelfs door ont
wikkeling meer verrijkt dan in de moe
derkerk. En hier ligt het uitgangspunt
voor een ontmoeting in Christus, in
Wiens Naam men eenmaal uit elkander
is gegaan.
Deze woorden, ingegeven door een ja
renlang contact met reformatorische
Christenen, hebben een zeer diepe be
tekenis. Elke deelnemer aan het gods
dienstgesprek zai
ze beamen. Niet
om daardoor aan
te duiden, dat er
reeds sprake zou
zijn van tastbare
resultaten, maar st-vx
wel uit de overtui- £- ITI
ging, dat de
vriendschappelijke
toenadering aan
beide kanten har
ten en geesten ge-
opend heeft voor
het verlangen naar meer wederzijds be
grip. Het hoeft dan ook in het geheel
geen teleurstelling te wekken, dat het
gesprek juist het tegendeel van de uit
eindelijke bedoeling schijnt tot gevolg te
hebben; een sterker vasthouden aan
eigen standpunt in plaats van hereni
ging. Dit is eenvoudig onvermijdelijk. P.
van Doornik ziet, naar onze mening zeer
juist, de gang van zaken aldus: bij de
eerste ontmoetingen wordt men zich be
wust van eigen onkunde omtrent de
geloofsleer van de ander en het is een
verrassing te ontdekken, dat aan de over
zijde veel gezonder opvattingen bestaan
dan men vermoedde. Daarna kan de
theologische vertroebeling zozeer ver
helderen, dat beide partijen met dieper
inzicht dan vroeger tot de overtuiging
komen dat men het andere standpunt
verwerpen moet! Hierop volgt het be
wustzijn, dat de discussie is vastgelopen
en de neiging met een zekere vermoeid
heid uit elkander te gaan. Toch gaat men
in deze cirkelgang langzaam voorwaarts.
Want de verworvenheden op theologisch
gebied, die niet gering zijn, en als een
Een feestelijk uitgedost danseresje uit
Zuid-Cameroen West-Afrika
Er bestaan in Nijmegen plannen een
monument op te richten voor pater
Titus Brandsma O.Carm., in leven
hoogleraar aan de r.-k-Universiteit en
geestelijk adviseur van de r.-k.-Jour-
listenvereniging. In de oorlogsjaren on
derhield hjj het contact tussen de aarts
bisschop en de r.k. pers.
Pater Brandsma is tijdens de oor
log in een concentratiekamp in Duits
land om het leven gekomen. Er is zo
als bekend thans een proces gaande om
hem zalig te verklaren.
Volgens nog zeer voorlopige plannen
zou een nisbeeld van pater Brandsma
worden geplaatst in de muur van het
Carmelietenklooster aan da Dodden-
daal in Nijmegen. In dit klooster woon
de pater Brandsma en werd hij door de
Duitsers gearresteerd.
Het te 's-Gravenhage gevestigde
Nederlandse postmuseum heeft in 1955
in totaal 14.363 bezoekers getrokken.
Het museum boekte het vorige jaar 485
aanwinsten.
De Algemene Raad van de Trade Union
Congress, de TUC, waarbij acht miljoen
arbeiders zijn aangesloten, heeft de op
roep van de minister van de schatkist,
Macmillan, om geen nieuwe looneisen te
stellen genegeerd. De arbeidersleiders be
sloten echter geen steun te verlenen aan
verzoeken om een algemene invoering van
de 40-uren arbeidsweek.
De Raad heeft ook geen acht geslagen
op een zinspeling van Macmillan, dat hij
het op prijs zou stellen om de voltallige
vergadering van de TUC toe te spreken,
zoals zijn voorgangers, Sir Stafford Cripps
en Hugh Gaitskell, hebben gedaan.
(U.P.)
De Italiaanse schilder Guiseppe
Fraschetti, bekend om zijn religieuze
schilderstukken, is in Florence op 77-
jarige leeftijd overleden.
De eerste minister van Malakka, Abdul
Rahman, heeft gisteravond verklaard, dat
Engeland en Malakka een verdrag van
wederzijdse defensie en bijstand zullen
sluiten. Dit betekent echter niet, dat wij
lid worden van de ZOAVO, zei hij. Als
reden gaf hij op, dat het leger niet sterk
genoeg was om na de onafhankelijkheid
van Malakka agressie van buitenaf te
weerstaan. Britse troepen zullen op Ma
lakka gelegerd blijven. (U.P.)
De regering van de Britse kroonkolonie
Hongkong heeft meegedeeld, dat met in
gang van 2 september de grenzen weer
voor Chinezen gesloten zijn. In februari
werd de grens opengesteld, maar er heb
ben zich sindsdien zoveel Chinezen van
bet vasteland gevestigd, 72.000, dat het
vestigingsverbod weer van kracht moet
worden verklaard. (Reuter)
blijvend bezit uit deze contacten voort
komen, bewerken, dat men het gesprek
voortzet en met hartstochtelijke belang
stelling iedere publikatie in binnen- en
buitenland begroet, die weer een uitweg
schijnt te wijzen.
Dat de moeilijkheden groot zijn wordt
onmiddellijk duidelijk wanneer men be
denkt, dat ondanks alle gesprekken tot
nu toe gehouden, en niettegenstaande
diepgaande studie van beide zijden, nog
niemand in staat is met zekerheid het
eigenlijke en wezenlijke verschil tussen
Rome en Reformatie precies aan te ge
ven. Er bestaan daarover heel wat uit
eenlopende meningen. Toch schijnt het
wel, dat de kwestie van het genade-be
grip, de verhouding van genade en zon
de, van natuur en genade de meeste kan
sen maakt.
Wat hiervan zij, het valt niet te ont
kennen, dat de bestudering der
verschillende standpunten bij
beide partijen het inzicht aanmerkelijk
verdiept. En dit is reeds een grote winst.
Hoe dieper immers het verstaan van el
kanders opvattingen wordt, hoe meer
waardering en verdraagzaamheid daaruit
voortvloeien Daar komt nog bij, dat men
de overtuiging gewonnen heeft veel van
elkander te kunnen leren. Dit wordt te
genwoordig volmondig toegegeven. Het
ligt trouwens voor de hand.
Toen in de zestiende eeuw Hervorming
en Rome ieder hun eigen weg gingen,
was de onderlinge verhouding er een
van verdediging en aanval. In katholieke
kring werden de daarop volgende jaren
de tijd der contra-reformatie genoemd.
Hervorming „in hoofd en leden" was
noodzakelijk. Luther bedoelde het aan
vankelijk goed, maar doordat hij tenslot
te los kwam te staan van het hoogste
kerkelijk gezag, week zijn leer in be
langrijke punten ook af van die der of
ficiële kerk. Deze op haar beurt legde
alle nadruk op de verdediging van het
geloof juist daar, waar de Reformatie
andere wegen ging. Dat dit tot eenzij
digheid in die geloofsverkondiging leid
de, was onvermijdelijk. Dat anderzijds de
protesterende afgescheidenen juist alle
aandacht vestigden op die leerstellingen,
die zij tegen de opvattingen van de Moe
derkerk verdedigden, is eveneens van
zelfsprekend. Zo werd de kloof hoe lan
ger hoe breder en het onderlinge con
tact hoe langer hoe minder. De christen
heid in West-Europa leefde zodoende in
twee kampen, waarin ieder zijn eigen
weg ging in de overtuiging, dat de an
der het mis had. Men wist zelfs op den
duur niet eens meer wat de ander nu
precies leerde en wegens het gebrek aan
contact en doordat men eikaars leer be
oordeelde vanuit een vooringenomen
mening kwam men er toe over en weer
theologische verwijten te formuleren,
die in veel opzichten niet juist waren.
Deze betreurenswaardige toestand heeft
enige eeuwen geduurd en het is begrij
pelijk dat men steeds verder uit elkaar
groeide. Ieder werkte op eigen terrein
en volgens eigen opvattingen verder, tot
dat eindelijk, tengevolge van velerlei
oorzaken, de eerste schuchtere pogingen
tot toenadering ondernomen werden. En
nu deze langzamerhand uitgegroeid zijn
tot vaste contacten in het godsdienstge
sprek, en gelukkig ook daarbuiten, kan
men constateren, dat de tijd van onder
linge afzijdigheid toch niet geheel en al
verloren is geweest. Wij bedoelen hier
mee het feit, dat, nu het contact is her
vat, de afzonderlijke bestudering en be
leving der openbaringsgegevens een we
derzijdse verrijking en verdieping van
inzicht blijkt te verschaffen, waarvoor
men dankbaar mag zijn.
Natuurlijk moet er nog ontzaglijk veel
werk worden gedaan. Studie is onmis
baar. Maar het voornaamste is en blijft
Gods genade, waarom wij onophoudelijk
moeten vragen. En daaraan kan ieder
meewerken. Wat zou het niet een prach
tig apostolaat zijn, wanneer ieder ka
tholiek zijn Verantwoordelijkheid be
greep en in zijn dagelijkse gebeden de
hereniging der verdeelde christenheid
een plaats gaf. Maar om daartoe over te
gaan zal men meer belangstelling moe-
i ten krijgen voor de stand van zaken.
Kan men het verantwoorden geheel aan
deze allerernstigste problematiek voorbij
te leven, zoals nog al te veel geschiedt?
Een grondige bezinning op ons katholiek
zijn geeft hierop een ondubbelzinnig
antwoord.
de literatuurstudie ongetwijfeld verle
vendigt, maar dat voor het voortschrij-
vend kunstenaarschap het onmiskenbare
gevaar van verlies aan spontaneïteit in
houdt. Het is dan ook niet verwonder
lijk, dat de psychologische roman naar
veler mening zijn beste dagen heeft ge
had. Er is behoefte aan een nieuwe
romankunst, die niet naar de kliniek
ruikt. Een romankunst, die voorligt op
de wetenschap.
„Uit zelfbehoud"
Dit terzijde, of toch niet helemaal ter
zijde. Immers, schrijvend over Teirlinck
bewondert men zijn levensdrift. In die
levensdrift wordt men iets gewaar van
het geheim van zijn kunst. Teirlinck is
de wetenschap van zijn tijd steeds vóór-
gebleven. Hij heeft („uit zelfbehoud")
zich telkens en telkens weer hervat.
Niettemin is heel zijn oeuvre het pro-
dukt van één onverdeelde persoonlijk
heid.
Nu de delen van het Verzameld Werk
van de pers beginnen te komen, krijgt
de lezer kans het verloop van die vita-
liteitsmanifestatie over een tijdvak van
ruim een halve eeuw te volgen. Hoe
„modern", hoe „up to date" blijkt dit
ontembare talent dan op vrijwel ieder
moment van de levensstrijd te zijn ge
weest. Natuurlijk, er is wel het een en
ander verouderd, met name uit de
periode na 1900 toen het sensitivistische
schrijven zulke modieuze vormen aan
nam, dat wij het thans niet meer arge
loos kunnen genieten. We denken hier
bij aan „Zon", een bundel „beschrijvin
gen", opgenomen in deel Vier van het
Verzameld Werk, welk deel als eerste
HERMAN TEIRLINCK
van de acht onlangs is verschenen.
Prof. dr. Willem Pée, die als tekst
bezorger van het Verzameld Werk op
treedt, kenschetst het proza van „Zon"
als „uitrafelingen van het licht" en al#
„een gewaagde compositie of overheve
ling van een schilderachtige kleurzinde-
ring naar een van aandacht schrijnende
woordkunst".
Teirlinck werd tot dit werk geïnspi
reerd door zijn omgang met een groep
Belgische schilders, „een bent jeugdige
durvers, die naar goede redenen zoch
ten om verstorven kunstnormen uit de
weg te gaan". Het luministisch impres
sionisme, dat zij huldigden, was een
weerschijn van de Franse school, die,
in het begin van deze eeuw, haar roem
begon te vestigen met Cézanne, Renoir,
Gauguin, Van Gogh, Pissarro, Toulouse-
Lautrec en anderen. De Belgische wild
zangen, onder wie Ferdinand Schirren,
Rik Wouters, Edgar Tijtgat en Louis
Thévenet, waren verenigd in de „Zen-
nebeweging" (Zenne-zon), met Teir
linck als literair middelpunt. Zij woon
den en werkten te Kalevoet in het heu
velland ten zuiden van Brussel.
Merkwaardig is dat ongeveer tegelij
kertijd Karei van de Woestijne, Vlaan-
derens grootste dichter na Gezelle, te
St.-Martens-Latem aan de Leie een an-
dersgeaarde maar niet minder baan
brekende schildersschool inspireerde
om er zich wederkerig door te léten
inspireren.
Banden met schilders
De Vlaamse schrijvers onderhouden
gaarne innige banden met de schilders
van hun generatie. Daardoor vertoont
de historische ontwikkeling van beide
schone kunsten in Vlaanderen een tref
fend parallellisme. Een over het alge
meen meer dan gewone, althans voor
de Noordnederlandse roman- en schil
derkunst meer dan gewone vitaliteit op
grond van wat Teirlinck heeft genoemd
,,'n onderbewuste wisseling van tekens",
was en is er het verheugend gevolg van.
In een volgende kroniek willen wij
de vitaliteitsaspecten bij Teirlinck, als
mede bij zijn jongere wapenmakkers,
de Gentenaars Maurice Roelants en
Johan Daisne nader bezien. Verschei
dene publikaties van en over hen zijn
hiertoe gerede aanleiding. Wij noem
den reeds het boekje „Van en over
Herman Teirlinck". Een gelijkvormig
boekje preludeert op de uitgave van
een reeks „Keurboeken uit het werk
van Maurice Roelants", de thans zestig
jarige schrijver van „Maria Danneels,
of het leven dat wij droomden". Van
Daisne, die weer een generatie jonger
is, en die voor een Vlaamse Vestdijk
doorgaat, is onlangs een boekje met
jeugdherinneringen verschenen (,,'t En
is van u hiernederwaard"), alsmede
óver hem, van de hand van Rick Lanck-
rock, in het Nieuw Vlaams Tijdschrift,
een studie, welke bijzonder informatief
is voor onze kennis van de manier
waarop Daisne de bloedarmoede van
deze tijd weet mee te lijden zonder er
nochtans zijn vitaal élan bij in te
schieten.
NICO VERHOEVEN
Advertentie