Ontstemming over Russisch- Indonesische verklaring Sociëteit voor Afrikaanse Missiën bestaat 28 oktober honderd jaar m Felle kritiek op beperking persvrijheid 1887 jaar geleden gestorven De Zieken gratis naar Lourdes Twee geruchtmakende kwesties in Indonesië: Hoofdredacteuren gedagvaard Groot tekort aan mijnwerkers in België beroemde geneesmiddelen in 1 tablet doen wonderen! Chefarine „4' Nederlandse provincie viert eemvfeest te Cadier en Keer Tegenslagen, maar ook successen verdwenen miniatnnr Jubileumprijsvraag WOENSDAG 10 OKTOBER 1956 PAGINA 7 Prof. dr. Th. Weevers is Engelsman geworden Katholieke Illustratie Met -opzet Islamitische partijen oefenen kritiek op Soekarno BUISMAN verhoogt het koffiegenot en verlaagt de kosten. Pensioenvoorziening in smeden-, constructie- en machinebedrijf Honderden huur contracten vervalst? Een jaar geëist K.L.M. gaat vliegen op Boekarest Opheffing beursdwang voor schippers Kamerlid stelt vragen (Van onze correspondent in Indonesië) Twee zaken hebben in de Indonesische pers en poli tieke wereld onlangs veel stof op doen waaien. Neen, niet de bestorming van het gerechtsgebouw in Djakarta en de molestatie van mevrouw Bouman en ook niet de „nationalisatie" van de Makassaarse drukkerij, die vervolgens nog weer gevolgd werd door een overval, waarbij het nodige vernield werd en het personeel diverse klappen opliep. Zulke dingen vindt men hier langzamerhand alleen maar „gewoon", en die krijgen dan ook minimale aandacht. De geruchtmakende zaken waarop wij doelen, betreffen echter de gezamen lijke Indonesisch-Russische verklaring en de verorde ning van de chef-staf van de landmacht ter beperking van de persvrijheid. Beide hebben algemeen zeer scherpe kritiek ontmoet. Aan het einde van het bezoek van president Soe- karno aan Rusland werd een gezamenlijk Indonesisch- Russische verklaring uitgegeven, wat alleen reeds ver bazing wekte, omdat iets dergelijks niet gebeurd was aan het einde van het bezoek van Soekarno aan Ame rika. Afgezien daarvan wekte de inhoud van de verkla ring met Rusland nog des te meer ergernis bij die Indonesiërs, die voor hun land een absolute neutrali teitspolitiek wensen en zeker geen overhellen naar het Oosten. Zo spraken Rusland en Indonesië zich in deze verklaring uit tegen militaire pacten, voor de toelating van communistisch China tot de V.N., voor de natio nalisatie van het Suezkanaal en voor een toenemende Indonesisch-Russische samenwerking op cultureel en economisch gebied. Als men zich herinnert hoe fel in het Indonesische parlement indertijd alleen al gedebat teerd is over het aangaan van diplomatieke betrekkin gen met Rusland, zal men zich kunnen indenken met hoeveel verontrusting deze verklaring in anti-commu nistische kringen in Indonesië (met name in die van de Masjumi en de christelijke partijen) ontvangen is. Daar Intensief overleg tussen de regerings partijen is het gevolg geweest van deze verklaring, die bijna een ernstig me ningsverschil tussen hen teweeg had gebracht. Bij dit overleg heeft men ech ter tot een overeenstemming kunnen komen, die onder meer inhield dat in het vervolg met geen enkel land dergelijke verklaringen meer uitgegeven zullen ■worden. Een desbetreffende order be reikte de Indonesische minister van Bui tenlandse Zaken, Roeslan Abdul Gani, toen hij juist op het punt stond ook met Joegoslavië een gezamenlijke verklaring uit te geven. Dat heeft hij toen op eigen gezag toch maar door laten gaan. In aanmerking genomen dat in deze ver klaring wèl de Indonesische aanspraken op West-Nieuw-Guinea worden gesteund, zal men hem er echter wel niet zo hard over vallen. En als Soekarno straks met zijn gezelschap doorreist naar China, dan mag daar in elk geval geen gezamen lijke verklaring meer uitgegeven wor den, zo heeft de regering in Djakarta verordineerd. De tweede kwestie, die van de ver ordening van de chef-staf op de pers, is inmiddels nog niet afgedaan. De aan leiding tot het uitvaardigen van deze "•««•ordening is duidelijk. De laatste "id ts er door verschillende kranten, waarvan „Indonesia Raya" en „Pedoman" de bekendste zUn- scherpe kritiek ge leverd op de regering, die maar steeds in gebreke blü't om de situatie in Indo nesië te verbeteren en met name om de corruptiebestrijding krachtig aan te pakken. Daarbij begonnen deze kranten zelf bijzonderheden over corruptieschan- De Belgische minister van Arbeid, Le Troclet, heeft gisteren te Brussel op een gezamenlijke bijeenkomst van de commissies voor arbeid en economische zaken van het Belgische parlement mee gedeeld, dat het aantal mijnwerkers in België sinds januari van dit jaar terug gelopen is met 11.000. De mijnramp te Marcinelle heeft het vertrek van 1.000 buitenlanders veroorzaakt. Ondanks het feit, dat de Italiaanse regering de emigratie van Italiaanse mijnwerkers naar België niet toestaat, komen er volgens Le Troclet nog steeds Italianen via Frankrijk naar België. Na de totstandkoming van de desbetreffen. de Spaans-Belgische overeenkomst zijn er 700 Spaanse mijnwerkers naar België gekomen. Er zijn voorts onderhandelin gen gevoerd met het oog op de tewerk stelling van Marokkanen in de Belgi sche mijnen, aldus Le Troclet. Prof. dr. Theodor Weevers heeft de Engelse nationaliteit gekregen, aldus is te Londen bekend gemaakt. Prof. Weevers is in 1904 te Amersfoort geboren. Hij studeerde aan de univer siteiten van Groningen en Leiden Ne derlandse en Engelse letteren. Na zijn studie, in 1931, werd hij docent in de Ne derlandse taal in Engeland, in 1937 werd hij lector aan de universiteit te Londen. Sinds 1945 is hij hoogleraar in de Ne derlandse taal en letterkunde te Londen. Tijdens de oorlog werkte Prof. dr. Wee- Vers mee aan de Nederlandse uitzendin gen van de BBC. Na de oorlog is de trek van Neder landse meisjes naar het buitenland enorm toegenomen. In een zeer lezens waardige reportage, geïllustreerd met enige foto's uit Parijs, wordt in de K.I. Van deze week een ernstig woord ge richt tot dt ouders, zich tevoren goed te overtuigen dat hun dochter op een betrouwbaar adres terecht komt, want blijkens vele tragische ervaringen is er over het algemeen „veel te weinig begrip voor de gevaren, die de lokken de verte inhoudt." Mr. H. C. M. Edel- hian schrijft over het gigantische pro ject van de nieuwe Assoean-dam in de Nijl, waardoor een gebied zal worden bevloeid zo groot als Nederland. J. W. Hofwijk geeft in een causerie zijn in drukken van de televisie in Amerika, ..een monster, hongeriger na elke maal tijd." Verder is er een reportage van de speelterreinen, welke de gemeente Amsterdam aanlegt ten behoeve van de jeugd, om haar daardoor af te houden yan de baldadigheid waartoe zij anders blijkens onprettige ervaringen komt. Het feitenverhaal „De Verre Tocht" ^ordt voortgezet. De karakteristiek dei tyeek betreft de Franse cinéast René yiair. Het korte verhaal is van Karei "°nckheere. Jan Cottaar schrijft over ae jonge Italiaanse wielrenner Baldini. kwam dan nog bij dat in deze verklaring niet gerept werd over West-Nieuw-Guinea, zodat Indonesië nog niet eens officiële steun voor zijn aanspraken daarop in ruil kreeg dalen te publiceren, teneinde op deze wijze te tonen wat er al zo ongemoeid werd gelaten. Een groot risico dat deze methode met zich meebrengt is natuur lijk dat degenen die in dergelijke arti kelen genoemd worden hun goede naam reeds verliezen nog voordat een rech terlijk vonnis heeft uitgemaakt of zij Inderdaad schuldig zijn. De verordening van de chef-staf, ge- neraal-majoor Nasution, gaat echter verder. Immers daarin wordt bepaald dat verboden is het beledigen van of insinueren jegens president, vice-presi dent en andere in functie zijnde rege ringsautoriteiten alsmede bepaalde be volkingsgroepen alsook het opnemen van berichten „die onrust onder de be volking zouden kunnen doen ontstaan". Vooral de laatste formule is wel zeer ruim. Weliswaar heeft de woordvoer der van het leger verklaard dat het al leen gaat om „destructieve en provoca tieve" kritiek en dat opbouwende kri tiek dus toegestaan blijft, maar dat is per slot van rekening maar een monde linge toelichting, zonder rechtskracht. Dezelfde woordvoerder zei ook dat de uitvoering van deze verordening door de burgerapparaten zou geschieden, doch prompt daarop werden vier hoofdredac teuren door de militaire politie uren lang aan een verhoor onderworpen.... Inmiddels is het niet geheel duide lijk of de verordening voor geheel Indonesië geldt. De staat van oorlog is alleen van kracht op Java, Zuid-Ce lebes, Ambon, Ceram en de Riouw- eilanden, zodat officieel alleen voor dit gebied het leger het recht heeft tot het treffen van maatregelen. Geheel duidelijk is het overigens ook niet waarom de chef-staf het nodig heeft geoordeeld tot het uitvaardigen van deze verordening over te gaan, in aanmerking genomen dat de dingen die daarin verboden worden goed deels ook reeds door het gewone wet boek van strafrecht niet worden toe gestaan. De enige reden hiervoor zou kunnen zijn dat het leger zelf de ver volging in handen wil nemen, maar dat is nu juist tegengesproken Intussen is de militaire politie dus reeds begonnen met het verhoren, van vier hoofdredacteuren voor het opne men van artikelen en caricaturen. die in strijd worden geacht met deze ver ordening. Eén van de bewuste hoofdre dacteuren. Mochtar Lubis van „Indo nesia Raya" verklaarde naar aanleiding daarvan, met opzet zijn hoofdartikel „Premier Ali is een mislukkeling" ge schreven te hebben om de vervolgings apparaten te tarten en zodoende een vervolging en een rechterlijk vonnis uit te lokken. Naar zijn mening is de ver ordening n.l. in strijd met de grondwet, die de persvrijheid garandeert. Vele vooraanstaande politieke figuren hebben de uitvaardiging van de mili taire verordening ernstig gelaakt of deze op zijn minst overbodig genoemd. Dat zfj daarbij de bijval verwierven van de gehele Indonesische pers (met uitzonde ring van de communistische „Harian Rakjat") spreekt vanzelf. De Persatuan Wartawan Indonesia, de Indonesische journalistenvereniging, heeft officieel de intrekking van de verordening binnen een maand geëist en gedreigd dat an ders tegenmaatregelen genomen zullen worden. De woordvoerder van het leger daarentegen verklaarde dat de veror dening reeds vruchten begint af te werpen, daar de kranten nu veel ge matigder geworden zijn, zodat hU hoopte dat deze reeds spoedig ingetrokken zou kunnen worden. Het lUkt alsof hier sprake is van de voorbereiding van een tactische terugtochtAan de andere kant krijgt men die indruk nu weer be paald niet uit het terugroepen van de hoofdredacteuren van „Pedoman" en „Indonesia Raya" uit ZUrich, waar zij aan een conferentie deelnamen, door de militaire autoriteiten in Indonesië. Naar verluidt hebben sommige po litici van Indonesische Islamitische partijen in Djakarta bezwaar tegen de term „wapenmakkers" die door pre sident Soekarno in zjjn redevoeringen in communistisch China herhaaldelijk is gebruikt. Met deze term duidde hij de Indonesische betrekkingen met de Chinese communisten aan. Volgens de politici is de term niet in overeenstem ming met de Indonesische neutrale po litiek. Intussen is in Djakarta een van de vooraanstaande partijfunctinonarissen van de PSI, de socialistische partij, Aroedji Kartawinata, teruggekeerd. Kartawinata is door het partijbe stuur teruggeroepen uit het gevolg van de Indonesische president om rekening en verantwoording af te leggen over het in Moskou uitgegeven Russisch-In- donesische communiqué. (U.P.) Advertentie Ook bij Nescafé en andere soorten oplosbare koffie doet een beetje BUISMAN wonderen. C7 v W V V bw* Advertentie pijnen «n griep. Geschikt «oor de gevoeligste maag, want die wordt beschermd door hot boitanddeol CHofarox. Dezer dagen werd melding gemaakt, van een openbare verkoping in Vinke- veen, die het gevolg was van het feit, dat een smid weigerachtig bleef de premie van f 3.15 per week te betalen aan het bedrijfspensioenfonds voor het smeden-, constructie- en machinebe drijf. Naar aanleiding van deze openbare verkoping deelt de bond van smeden-, constructie- en machinebedrijven ons mede, dat de betrokken bedrijfspen- sioenvoorziening voor oudendags-, we duwen- en wezenuitkering op organisa torische wijze en met de steun van de meerderheid der leden is tot stand gekomen, naar aanleiding van voor stellen uit de kring der leden, welke voorstellen reeds in 1951 werden inge diend. De verplichte deelneming in een bedrijfspensioenfonds werd op 20 okto- ber 1954 uitgesproken door de staats- secretaris van sociale zaken, met ingang van 15 november 1954. Het argument dat een premie van f 3.15 per week door een zelfstandig patroon niet kan worden opgebracht, snijdt volgens het bondsbestuur, geen hout, daar de premie mag worden door berekend in dé prijzen en voorts bij de aangifte voor de inkomstenbelasting in aanmerking kan worden genomen Ook voor het personeel bestaat een overeenstemmige regeling. Daarbij komt nog, aldus het bondsbestuur, dat zij die reeds tijdig een eigen voorziening worden aangepast) hadden getroffen, vrijgesteld kunnen worden, terwijl voor hen die principieel be zwaar hebben, tegen elke vorm van verzekering, de mogelijkheid van een spaarregeling is opengesteld. De officier van justitie bij de Arn hemse rechtbank heeft een jaar gevan- genisstraf met aftrek waarvan vier maanden voorwaardelijk, geëist tegen een winkelier uit Nijmegen wegens het vervalsen van huurkoopcontracten. Ver dachte maakte van niet bestaande transacties (betreffende horloges en uurwerken) valse huurkoopcontracten 9P ,®n verkreeg daarop geld van kre dietinstellingen, Honderden contracten zou verdachte op deze wijze vervalst nebben. De man, die inmiddels failliet is verklaard, heeft bekend. De officier van justitie vond het on begrijpelijk, dat de financieringsmaat- maatschappijen zonder inlichtingen in te winnen in zee konden gaan met ver dachte, die al eens eerder is veroor deeld. Ook stelden zij geen onderzoek in naar de financieringsgevallen afzon derlijk. De officier stelde de financie ringsmaatschappijen in gebreke voor hun nalatigheid ten aanzien van de con trole. Uitspraak 23 oktober. De Sociëteit voor Afrikaanse Missiën bestaat 28 oktober honderd, jaar. Een vluchtige studie van de geschiedenis van deze Sociëteit toont aan, dat de hele historie van deze priestercongregatie wordt gemarkeerd door duizend en een kleine en grote moeilijkheden. Ontstaan uit moeilijkhe den, scheen de congregatie als het ware voorbestemd een geenszins ge makkelijk bestaan te leiden. Het missiecollege te Cadier en Keer. Een bestaan volkomen in overeen stemming met de geest van de stich ter van de sociëteit mgr. Marion de Brésillac. Als bisschop van Coimbatoer in Voor-Indië, schuwde hij de moeilijk heden, veroorzaakt door onbegrip en tegenwerking van zijn omgeving, niet. Hij aanvaardde ze grootmoedig en kwam juist daardoor tot de stichting van een eigen congregatie voor missio nerende wereldheren. De tegenwerking was zó groot, dat mgr. de Brésillac ontslag nam als bisschop van Coimba toer en terugkeerde naar Frankrijk, zijn geboorteland. Als rasecht missiona ris wilde hij naar het moeilijke missie gebied van Dahomey, maar Rome be schikte anders. Daar zag men welk een grote nood In Afrika bestond. De vuri ge missionaris De Brésillac was in de o- gen van Rome de meest geschikte leider voor de toekomstige Afrika-missionaris- sen. De idee voor een nieuwe congregatie van missionarissen was hiermee gebo ren. Vertrouwend op Gods Voorzienig heid kocht mgr. De Brésillac met am per 3000 francs op zak twee herenhui zen te Lyon. Het eerste missiehuis voor de sociëteit voor Afrikaanse Mis siën was daarmee gesticht. 28 oktober 1856 werd het geopend. De jonge so ciëteit ontwikkelde zich zó voorspoedig, dat Rome reeds 23 september 1857 het eerste missiegebied, het vicariaat Sier- ra-Leone en Liberia, aan de missiona rissen van de sociëteit voor Afrikaanse missiën toewees. De stichter zag hier mee zijn grote wens, te werken voor de meest verlaten 'heidenen in Afrika, in vervulling gaan. Als een der eersten trok hij naar Afrika en offerde zijn leven voor de missie. Met twee van zijn volgelingen kwam hij 25 juni 1858 tengevolge van de gele koorts om. Er kwam een nieuwe bloeiperiode. Pater Planque slaagde er in zoveel nieuwe missionarissen aan te trekken, dat Rome al in 1860 aan de sociëteit '1 iidens opgravingen bij de Porta Nocera in de Italiaanse „dodenstad" Pompei, welke in het jaar 79 tijdens een uitbarsting van de Vesuvius volkomen door gloeiende lava werd bedolven, trof men op vrij geringe diepte dit versteende lichaam aan van een man, die 1887 jaar geleden door de lava werd over vallen en die in de gloeiende massa omkwam. Duidelijk is na al de eeuwen nog te zien, hoe het slachtoffer moet zijn gevallen. Reeds vaker deed men In Pompei dergelijke ontdekkingen, maar slechts zelden trof men een lichaam zo volkomen onbeschadigd aan. door ERICH KASTNER Vertaling van J0HAN VAN DER W0UDE 40 „Mijnheer de commissaris," zei Struve gekwetst, „u hebt me toch niet geïnviteerd om mensen, die ik niet ken, een blik in mijn buitengewoon moei lijk privé-leven te gunnen?" „U kent elkaar werkelijk niet?" vroeg de amb tenaar in twijfel. „Neemt u me niet kwalijk," verzocht Kulz. „Maar heet u werkelijk Rudi Struve? En woont u werkelijk in de Holtzendorfstrasse?" „Wel allemachtig!" brulde de componist. „Nu wordt het me toch te kras! Eerst gelooft men niet dat ik in Bautzen ben geweest en wil me suggereren dat ik Kopenhagen zou hebben be zocht! En nu heeft men er zelfs bezwaar tegen dat ik in Charlottenburg woon en Struve heet! Eén ding kan ik u zeggen: ik kom wel is waar uit artiestenkringen maar zo krankzinnig als hier gaat het bij ons nog niet op het carnaval toe!" Hjj streek door zijn haar en trilde als een ge- latinepudding. „Mijnheer Struve heet Struve," verklaarde de commissaris. „Daar is geen twijfel aan." „En ik woon ook in de Holtzendorfstrasse!" riep Struve. „Helaas! Anders was ik vanmorgen vroeg niet uit mijn bed gehaald! De heren die zo vrien delijk waren me te wekken, zullen dat kunnen be vestigen!" „Dat spreekt vanzelf, mijnheer," zei de com missaris en legde alle zachtmoedigheid waartoe hij bij machte was in zijn stem. „We zijn het slachtoffer van een vergissing. Men heeft ons mis leid. Iemand, die enkele dagen in Kopenhagen was en de vorige nacht spoorloos uit Warnemunde ver dween, heeft misbruik gemaakt van uw naam en adres. Wie dat was zullen wij, naar ik vrees, niet zo spoedig gewaar worden. Kan het een ken nis van u zijn? Wat denkt u er van?" „Nu moet ik u toch verzoeken!" zei Struve ge prikkeld. ,,Ik heb geen misdadigers onder mijn kennissen!" „Wanneer hij geen kennis van u was," overlegde de ambtenaar, „dan is het een onbekende geweest. Een man, die voor hij zijn rooftocht ondernam, in het Berljjnse adres- of telefoonboek heeft ge bladerd en zich een naam toe-eigende, waaronder hij kon optreden of zo nodig verdwijnen." „Die kerel breng ik om zeep!" zei mijnheer Struve. „Dan moet u hem eerst hebben," beweerde sla ger Kulz. „Onze Struve uit Kopenhagen had ik het kolossaal kwalijk genomen, wanneer hij hier zou hebben verteld, dat hij in Bautzen was geweest om bang te zijn voor de metgezel van een to neelspeelster." „Ik wens van uw kritiek verschoond te blijven!" zei de componist. „Het is mogelijk dat u voor een dief van kunstvoorwerpen meer sympathie hebt dan voor mij. Maar het interesseert me niet, mijn heer!" „Ook componisten stelen soms!" antwoordde de slager uit de Yorckstrasse. „Geen Holbeins, maar noten!" Hij lachte. Daarna wenkte hij afwerend. „Ik wilde u echter niet krenken. Staat u me toe, mijn naam is Kulz!" Toen de ander niet ant woordde, vroeg hij: „Schrijft u van die moppen?" „Neen!" riep de heer Struve. „Neen, onnozele! En nu ga ik naar huis'! Naar de Holtzendorf strasse, mijn waarden! Of wil de politie me nog langer als onvrijwillig humorist hier houden?" „Zeker niet, mijnheer Struve," zei de commis saris. „Ik vraag u, mede uit naam van mijn col lega in Rostock, om excuus." „Dat komt van de theorieën," mompelde Papa Kulz. De commissaris begreep hem niet en vervolgde: „Over een half uur bent u vrij, mijnheer Struve. Ik moet nog slechts enkele noodzakelijke informa ties verrichten. Nog maar dertig minuten geduld! En houdt u zich, wanneer ik u dit vragen mag, evenals Juffrouw Trubneï en mijnheer Kulz, de eerstvolgende dagen tot orize beschikking." „Daar kunt u zeker van zijn!" antwoordde de componist. „Ik verlang er ten zeerste naar, de heer te leren kennen die de brutaliteit heeft gehad mijn eerlijke naam te misbruiken! Dat ben ik aan mijn vader verplicht. Hij was ambtenaar!" De commissaris liep om de schrijftafel heen en gaf hun alien de hand. „De zaak wordt ingewikkel der," meende hij. „Wie heeft de miniatuur gesto len?" „Ik weet het niet," zei Papa Kulz. „Maar ik verwed een halve os tegen een tuiltje viooltjes, dat onze jonge man het niet deed." Hij gaf Irene Trubner zijn arm, galant als een bruidsjonker. „Zo en nu ga ik zo spoedig mogelijk naar huis. De familie en Emilie wachten al!" De jonge man, die zich in de laatste tijd Rudi Struve had genoemd, zonder zo te heten, was on dertussen in zijn woning aangekomen. Deze wo ning was klein en bevond zich op de vierde ver dieping van het huis Kantstrasse 177. Op het kope ren naamplaatje, dat aan de etage-deur bevestigd was, stond: Joachim Seller. De heer Seiler sloot de deur van binnen af, deed de veiligheidsketting er voor en liep de ka mer in die aan het eind van de gang lag. Naast de brede bank stond een laag tafeltje. De jonge man haalde een pakje uit de binnenzak van zijn jas en legde het behoedzaam op het gepolitoerde tafelblad. Daarna ging hii naar de gang terug, hing hoed en overjas aan de kapstok en begaf zich naar de badkamer om zich te verfrissen. Hjj was moe als een hond. En dat was geen wonder. Toen hij na de tocht door Mecklenburg en de Mark Brandenburg, zijn huurauto volgens afspraak aan het Stettiner station afleverde, was het hem opgevallen, dat enkele op straat rond slenterende gedaanten hem bijzonder nieuwsgierig opnamen. Hij was zo gauw mogelijk In een taxi gesprongen en weggereden. Maar toch twijfelde hjj er niet aan, of men was hem gevolgd en wist dus waar hij woonde! Men wachtte zeker nog slechts op de heer met de witte baard en de donkere bril, om tot een beslissende aanval over te gaan. (Wordt vervolgd) een nieuw vicariaat namelijk Dahomey kon toewijzen, in 1862 gevolgd door vi cariaat Benin; de Goudkust (1873); Nijl-Delta (1877); Nigeria (1884) en Ivoorkust (1895). Thans kwamen er politieke moeilijkheden. De Elzas, het grote recruteringsgebied van de jonge sociëteit, ging over aan Duitsland. El- zassers mochten nu niet meer in Frank rijk studeren en Franse instituten wer den niet langer in de Elzas geduld. Voor de toenmalige overste pater Gaston Desribes zat er niets anders op, dan naar een huis in hét buiten land uit te zien. Pater Desribes vond in 1890 in Eijsden onderdak voor zijn stu denten in het kasteel Oost. Weldra meld den zich ook Nederlandse studenten bij de Franse paters aan. Kasteel Oost was spoedig te klein en pater Desribes werd gedwongen naar een ander huis uit te zien. Hij kocht het Bakkerbos te Cadier en Keer aan en bouwde er een groot missiehuis, waarvan het hoofdgebouw in 1893 klaar kwam. Het aantal bui tenlandse studenten werd met steeds meer Nederlanders uitgebreid. De in 1919 gekozen generaal, pater J. M. Chabert, gaf de Nederlandse missionaris H. Paulissen opdracht een eigen Nederlandse provincie voor te bereiden. De Nederlandse provincie werd een feit op 15 januari 1923. Diverse andere provincies werden op gericht, o.a. Ierland, Amerika, Frank rijk, Elzas, Canada en de pro-provin cies Italië, Engeland en België. Tot eerste provinciaal van de Neder landse provincie werd in 1923 pater H. Paulissen gekozen. De nieuwe provin ciaal kreeg al aanstonds te maken met tal van moeilijkheden, een socië teitserfenis, waarvan Nederland een royaal deel verwierf. De eerste moeilijkheden van de Ne derlandse provincie lagen vooral op het terrein van de huisvesting. Er moesten nieuwe kloosters komèn voor filosofen, theologen en broeders. In Bemelen werd een klooster aan gekocht voor de theologen uit Lyon, terwijl de filosofen voorlopig nog in Chanly (België) zouden verblijven. Een ander klooster werd in Noord-Brabant aangekocht, n.l. Nieuw-Herlaer, om daar eerstejaarsstudenten uit noord-Neder land in onder te brengen. Nog waren daarmee de huisvestings problemen niet van de baan. In 1929 moest het theologicum te Bemelen ver vangen worden door een nieuw. Aan gezien de toekomstige missionarissn hoofdzakelijk in Engelse missies te recht kwamen, werd besloten een nieuw theologicum in Engeland te vestigen. Daartoe kocht men van de paters Jezuïeten het Ore-Place-college in Hastings aan. De filosofen verhuis den tengevolg van deze aankoop van Chanly naar Bemelen om tenslotte in 1935 ook naar Hastings te verhuizen. Vier jaar later werd het klooster Has tings evenwel voor oorlogsdoeleinden gevorderd. Gelukkig kwam op dat mo ment in Limburg een klooster vrjj te Aalbeek, dat zowel voor theologicum als filosoficum uiterst geschikt bleek. Even later werd in Oosterbeek huize Tafelberg aangekocht en tijdens de oor log nog een studiehuis voor toekomstige missionarissen te Nijmegen. Met al de ze huisvestingsproblemen hebben voor al de opvolgers van provinciaal Pau lissen te maken gekregen, n. 1. dr. Mou- ren, de derde provinciaal pater J. ten Have en de huidige provinciaal H. Mon- dé. Gelukkig hebben deze provinciaals ook aangename gebeurtenissen meege maakt. Provinciaal pater Mouren uit Maas tricht maakte de bisschopswijding van zijn voorganger, plaatsgenoot en confrater pater H. Paulissen mee. Op plechtige wjjze werd pater Paulissen 11 februari 1933 in de Maastrichtse St. Servaaskerk tot bisschop gewijd. Als bisschop werkte mgr. Paulissen geruime tijd in Kumasi, waar hU thans is opgevolgd door de Nederlan der Mgr. A. van de Bronk uit Sant poort. Onder het provincialaat van pater Mondé werd deze Nederlandse priester benoemd tot bisschop-coad jutor van de Nijldelta. 29 december 1946 volgde zijn bisschopswijding in de kathedraal van Cape-Coast. Nog een andere bisschopswijding beleefde provinciaal Mondé, n. 1. die van missionaris A. Konings, die 1 mei 1954 in zijn geboorteplaats Posterholt tot bisschop van Keta werd gewijd. Helaas bleven pater Mondé evenmin tegenslagen bespaard. 15 maart 1954 trof de Nederlandse provincie een zwa. re ramp. Het moederhuis te Cadier en Keer brandde praktisch totaal uit. Het is aan de energie van provinciaal Mon dé te danken, dat het afgebrande mis siecollege schoner en groter uit de as verrees en in een recordtijd van nau welijks anderhalf jaar gereed kwam. 8 december 1955 kon het nieuwe mis siecollege Onze Lieve Vrouw van Lour- des plechtig in gebruik worden ge nomen. In de loop der jaren zijn er bij mej. Eis van Rijckevorsei in Vught tiendui zenden reisbonnen bezorgd. Zuster van Rijckevorsei kwam namelijk op de ge dachte de Hoboca-, Osiris- en andeT<» reisbonnen, die de winkelier cadeau geeft in te zamelen om zo behoeftige zieken een gratis reis naar Lourdes te verschaffen. Haar actie had veel suc ces. Massa's mensen hebben sindsdien hun meters en kilometers „gratis rei zen" naar Taaistraat 53 te Vught ge zonden en dank, zij de toegewijde ijver van de initiatiefneemster en haar huis genote groeiden de meters tot kilome ters en de kilometers tenslotte tot Lour- desreizen. De vaak roerende briefjes, die de bonnen vergezelden en de enorme vreugde en dankbaarheid van de zie ken waren ruim voldoende om het vaak saaie werk van uitzoeken, sorteren en verpakken \an de bonnen te blijven voortzetten. Ook nu gaat deze actie voort. Alle soorten reisbonnen zijn van harte welkom. Inmiddels echter heeft men een nieu we mogelijkheid gevonden om nog meer zieken in de gelegenheid te stel len de troost van een Lourdesreis te genieten. De Castella-kopjes, voorko mend op de diverse Casteila-artikeien stellen de verzameiaarsters van deze afbeeldingen in staat kousen of een be drag in geld bij elkaar te sparen. Wan neer nu degene, die deze artikelen ge bruiken. de kopjes ter beschikking zou den willen stellen van behoeftige, chro nische zieken dan zou deze reclame voor dit prachtige doel benut kunnen wordeit. Daarom zijn voortaan, naast reisbonnen van allerlei soort, ook de Castella-kopjes van harte welkom in Vught. Zuster van Rijckevorsei, die uit persoonlijke ervaring weet wat een be zoek aan Maria's genade-oord voor de zieken kan betekenen, wil graag de moeite van het verzamelen en opplak ken van de kopjes voor haar rekening nemen. „Laat er maar een stroom van kop jes uit heel het land naar hier ko men", zegt zij. „De zieken en ik zul len er van harte dankbaar voor zijn." Wie dus over Castella-kopjes be schikt, weet waar hij er mee terecht kan. Dat ze er goed besteed zijn, zal wel niemand betwijfelen. In Boekarest zijn onderhandelingen gevoerd tussen de Roemeense lucht vaartmaatschappij en de K.L.M. Men is daarbij tot principiële overeenstem ming gekomen over het tot stand bren gen van een directe luchtverbinding tussen Amsterdam en Boekarest. Wanneer het vliegveld te Boekarest gereed gemaakt is voor de landing van grote intercontinentale vliegtuigen zal het luchtverkeer tussen Amsterdam en Boekarest beginnen. De K.L.M. is de eerste internationale luchtvaartmaat schappij, die een- principieel akkoord met Roemenië heeft gesloten. In Roe meense regeringskringen juicht men dit akkoord toe. Het lid van de Tweede Kamer de heer Van de Wetering heeft schriftelijk aan de minister van Verkeer en Waterstaat gevraagd, waarom eenzijdig aan de wen sen van de verladers is tegemoet geko men met de maatregel van het opheffen van de beursdwang voor enkele belang rijke schippersbeurzen, ondanks de ern stige en gemotiveerde bezwaren van de schippersorganisaties. Met aan zekerheid grenzende waar schijnlijkheid kan immers gezegd wor den dat uitsluitend door de te lage bin nenlandse tarieven niet belangrijk méér tonnage aan de "markt zal komen. De heer Van de Wetering vraagt of de mi nister heeft overwogen dat door de op heffing het principe van de evenredige vrachtverdeling gedeeltelijk wordt prijs gegeven en zodoende de wegkan worden geopend tot een terugkeer naar de on sociale toestand waarin de schippers zich voor die tijd bevonden. Voorts wordt gevraagd of de minister het kwaad van de beursmoeilijkheden niet in de wortel kan aantasten door zodanige herziening der al te lage ver- voerstarieven te bewerken, dat het be ginsel van de vervoerszekerheid van de zijde der schippersorganisaties ter hand kan worden genomen. Bij gelegenheid van het eeuw- hun geboortedata te vermelden, feest van de Sociëteit voor Afri kaanse Missiën organiseert deze Deze vermelding is belangrijk, priestercongregatie een doelmatige omdat elke deelnemer hiermee zijn prijsvraag. In zes afleveringen van eigen lotnummer bepaalt. Die ge- de KRO-gids zullen namelijk, te boortedata, welke notaris J. H. M. beginnen met zaterdag 13 oktober, Heynen op Sint-Nicolaasavond (6 van de hand van pater P. Schols december) zal trekken, bezorgen de artikelen verschijnen over het doel bezitters ervan (uiteraard behorend van de jubilerende congregatie, de tot de prijsvraagdeelnemers) fraaie historie en de verdere voor de mis- televisietoestellen, elk ter waarde sie van Afrika noodzakelijke uit- van ruim 1200. bouw van de sociëteit. Met behulp van deze zes artikelen zijn de deel- Deze originele wijze van verlo- nemers aan de prijsvraag in staat ten biedt talrijke voordelen. Zoek- vijf vragen over de jubilerende raken van loten is uitgesloten priestercongregatie te beantwoor- elke deelnemer onthoudt automa den. De antwoorden op deze vragen tisch zijn lotnummer en door de moeten liefst onder bijplakking van organisatoren behoeven geen loten één gulden aan postzegels gezonden te worden gedrukt, verkocht etc. De worden naar het missiehuis te Ca- baten komen ten goede aan de op- dier en Keer. Tevens dienen de leiding van toekomstige missiona- deelnemers op de antwoordkaarten rissen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1956 | | pagina 7