Arturo To
reeds bij zijn leven
een legende
Een der krachtigste bronnen
van levende muziek
RANG
RANG
RANG
RANG
Weer U tegen het weer!
Verhoog Uw weerstand!
Davitamon
<S>I
VERDEELDHEID IN HET
COMMUNISTISCHE KAMP
m
GLYCA
Minister Hofstra
zal het
bevorderen
sparen
Internationale
Bidweek
Mantelorganisaties veroordelen het
Russische optreden in Hongarije
Bej aarde man
verbrand
en
Aspirin
Oplichter voor
het Bossche Hof
Elektronisch brein
Gerichte fiscale maatregelen voor
bepaalde vormen
j®
Ju
2
DONDERDAG 17 JANUARI 1957
PAGINA 3
Een fenomeen
Onafgebroken succes
Ruzie met iedereen
N.B.C.-orkest
Een querulant?
Muzikaal geweten
Burgemeesters benoemd
Avondmissen in de
Oosterse liturgie
Intentie Internationale
Bidweek
18 jan. Terugkeer van alle dwalen-
den tot de éne schaapstal
van Petrus,
iiiiiiiiiniiii
Emigratie naar V. S.
blijft onder quotum
is alleen
als er
op staar
'.'A
- -
pliiipiiiltos
Weg BredaZevenbergsche-
hoek weer vrij
Van andermans geld
in weelde geleefd
helpt direct en
radicaal!
WmêÈMM
Het overlijden van Arturo Toscanini
op 89-jarige leeftijd is niet een onver
wachte slag, die een einde maakt aan
een carrière. Hij had zich reeds in ruste
teruggetrokken. Het moment, waarop
hij zijn dirigeerstok voorgoed neerlegde,
viel op zondag 4 april 1954 om ongeveer
kwart voor acht in Carnegie Hall te
New York, na een concert met het
N.B.C. Symphony Orchestra. Of liever:
h;j liet zijn dirigeerstok uit zijn hand
vallen en liep, uitgeput en verward, zo
snel hü kon van het podium af naar
zijn kleedkamer. Er was geen aankon
diging geweest, dat dit het laatste con
cert zou zijn, er was geen formeel af
scheid en geen huldiging. Er liepen
reeds lange tijd geruchten en men voel
de meer dan men' wist, dat dit wel
eens de laatste keer kon zijn. Aan het
eind van het concert liet hij de stok uit
zijn hand vallen en verdween om niet
terug te keren op het podium voor het
publiek, dat als altijd buiten zichzelve
was. In de loop van die avond vernam
de wereld, dat maestro Toscanini zich
had teruggetrokken. Hij was bijna 70
jaar lang dirigent geweest.
Op die avond had een der krachtig
ste bronnen van levende muziek opge
houden te vloeien. Een fenomeen was
hij, zó sterk en verbijsterend, dat hij,
nog volop werkend, toch zeker enige
tientallen jaren lang als een levende le
gende heeft bestaan, alles aan hem en
om hem bestond in een vermenging
van „Wahrheit und Dichtung", alles
was waar en tegelijkertijd een tikje ver
dicht. Zo bouwen wij, het volk, legenden
over onze helden. Toscanini, Italiaans
wereldburger, leefde in het hart van het
muziekvolk overal ter wereld, waar het
zich voordeed. De verhalen over hem
zijn eindeloos, en nooit wordt men moe
de ze te horen en ze te vertellen, waar
bij ze natuurlijk altijd maar mooier wor
den. Eén ding is geen legende, maar
onomstotelijke werkelijkheid: de mu
ziek, die hij maakte. Zij transporteerde
iedereen feilloos naar de opperste sta
ten van verrukking. Men herinnert zich
het woord van Willem Pijper, zeker geen
erg gemakkelijk geëmotioneerde geest,
geschreven als weerslag op de concer
ten, die Toscanini in de dertiger jaren
gegeven heeft met het Residentie Or
kest: „musici, vergrijsd in het vak, her
innerden zich plotseling, waarom zij in
hun jonge jaren muzikant hadden wil
len worden". Welke muzikale materie
Toscanini ook aanraakte, hij maakte
haar nieuw en nog nooit gehoord.
Legende is reeds, hoezeer ook waar,
de onbegrijpelijke eerste manifestatie
van zijn genie, toen hij negentien jaar
oud was en cellist in het orkest van
een rondreizende Italiaanse operatroep
in Brazilië. Het was te Rio de Janeiro
en er werd Aïda gespeeld, maar er was
iets met de dirigent. Hij was niet goed
en het publiek floot hem weg. Fiasco
grijnsde het gezelschap aan. Maar men
wist, dat Toscanini zo knap was, en de
directie vroeg hem in te springen. Hij
moet toen zijn cello hebben neergelegd
en aan de lessenaar zijn verschenen. De
voorstelling werd een openbaring. Op
die dag is Toscanini's loopbaan als diri
gent begonnen. Men kan nauwelijks zeg
gen, dat hij steeg. Hij was er meteen.
De successen in zijn leven zijn zó onaf
gebroken overweldigend, dat het ver
slag ervan slechts eentonig kan zijn. Ik
zie er van af. Hij heeft overal gediri
geerd.
Slechts enkele toppen zijn op deze
hoogvlakte van uitzonderlijk belang,
omdat ze zo veelzeggend zijn. Een
daarvan betreft zijn verbintenissen
met de Scala te Milaan, die reeds in
1896 begonnen. Het wezenlijke daar
van is, dat de Scala hem niet per
manent heeft kunnen houden. Zelfs zij
was in werkelijkheid voor Toscanini
te klein. Want hij boog zich niet naar
de conventies van een opera-theater.
Hij kreeg op de duur ruzie met ieder
een. Hij wilde geen herhalingen geven,
omdat hij dit onartistiek vond. Hij
wilde zich niet voegen naar de nuk
ken en grillen van de prime donne en
primi uomini, omdat zij onartistiek
waren en in waarheid daar
onder slechts hun muzikale onmacht
om te zingen wat er geschreven stond
schuil ging. Hij is weggegaan naar de
minder pretentieuze Metropolitan te
New York. Weliswaar is hij later weer
teruggekomen om de restauratie van
de Scala na de eerste wereldoorlog
te steunen, want daarvoor was hij Ita
liaan genoeg. Maar tegen het eind
van de twintiger jaren heeft hij zich
langzamerhand uit de geregelde ope
rapraktijken teruggetrokken. Opera-
man in hart en nieren als hij was,
bleek het hem toch onmogelijk het be
drijf van de opera naar een onver
biddelijke artistieke maatstaf te zet
ten. Hij ging meer en meer over naar
de concertpraktijk. Hij kon het een zo
goed als het ander.
Hij heeft enige seizoenen gedirigeerd te
Bayreuth al was hij Italiaan, de
handschriftpartituren van Wagner ken
de hij alle uit zijn hoofd. Zolang
Wagners zoon Siegfried leefde, kon hij
in Bayreuth werken. Met Siegfrieds we
duwe Winnifred kreeg hij onvermijdelijk
ruzie en hij vertrok. In het laatste van
de dertiger jaren dirigeerde hij geregeld
in Salzburg de Weense Staatsopera.
Dat ging, omdat het uitgezochte feest-
voorstellingen waren. Maar de man, die
de meest gezagvolle interpreet van Ver
di was en die van het latere Italiaanse
repertoire talloze werken (vele van Puc
cini en „Pagliacci" van Leoncavallo)
ten doop heeft gehouden, heeft tiental
len jaren geen vaste opera-praktijk
meer gekend. Amerika, rijk maar ook
genereus, gaf hem na de tweede we
reldoorlog zijn eigen orkest, de N.B.C.,
waarmee hij nog uitsluitend werkte.
Het was ook werkelijk zijn laatste toe
vlucht in deze wereld, aangezien hij het
nergens kon uithouden. Met de N.B.C.
heeft hij vele uitvoeringen in concert-
vorm gegeven van opera's voor de ra
dio en de grammofoon en vrijwel altijd
met publiek in de zaal. Zijn zangers
koos hij uit op dat moment nog onbe
kende mensen, die hij mpakte. Met de
erkende sterren kon hij niet werken, om
dat zij «hun ijdelheid boven de muziek
stelden.
Was Toscanini een querulant? Het
leek er soms op, behalve in één beslist
opzicht: hij had altijd gelijk. Hij ver
dedigde de muziek en niets anders. Als
hij iets had van een querulant, dan toch
alleen in de zin van heilige ontevreden
heid. Niet in de eerste plaats met an
deren trouwens, maar met zichzelf. Dit
aan ongehoorde successen overdadig rij
ke leven is welbeschouwd een voortdu
rende worsteling geweest met de onvol
maaktheid, die hij in zichzelf in de
eerste plaats erkende. Bij het laaiende
en verzengende temperament van deze
man konden zijn beroemde driftuitbar
stingen niet uitblijven .Worstelend met
de materie ondervond hij tot zijn razen
de spijt, dat hij het ideale beeld, dat bij
in zichzelf waarnam, niet kon benade
ren. Hij werd in de volste zin van het
woord een wereldburger, die leefde in
het hart van iedereen, die kan horen.
Waarschijnlijk is echter, dat hij in het
wezen der zaak altijd op zoek is ge
weest naar de vervulling van zijn droom.
Daarom, om de onvervulbaarheid van
zijn verlangen, dat hij waarmerkte als
hoogste norm door zijn ongehoord mees
terschap en meer nog door de niets ont
ziende eerlijkheid, waarmee hij het na
joeg, is Toscanini het muzikale geweten
van een hele na hem komende generatie
geworden. Het vak dirigent in de mo
derne betekenis is nog slechts ongeveer
een eeuw oud. Toscanini heeft enkele
voorgangers gehad als Mahler en Muck,
maar hij heeft in een adembenemende
vlucht de potenties van dit muziekvak
universeel vervuld. Allen hebben van
hem moeten leren, ook degenen die toch
niet meer waren dan Puitvirtuozen,
want ook die konden er niet aan ont
komen hun ergste -hebbelijkheden af te
leggen. Velen echter hebben hem naar
de geest verstaan. Die geest was: vol
strekte eerbied voor en dus nederigheid
jegens het kunstwerk, maar daarvan de
betekenis dan ook met alle krachten na
jagen.
Arturo Toscanini had een ontembare
kracht en een onbeschrijfelijke artistie
ke tastzin. De muziek leeft pas in de
ontmoeting met het temperament van
haar vertolker. Zij heeft bij Toscanini
geleefd met de bovenzinnelijke werke
lijkheid van een magisch fenomeen. Zij
was een afspiegeling van het niet ge
hoorde, en deze tengere Italiaan uit
Parma is er het voertuig van geweest.
LEO HANEKROOT
Bij K.B. is met ingang van 1 februari
benoemd tot burgemeester van Broek
in Waterland de heer H. G. M. te Boek
horst, commies ter secretarie van de
gemeente Diepenveen. De heer Te
Boekhorst is lid van de Partij van de
Arbeid.
Ter opluistering van de Internationale
Bidweek, die van 18 tot 25 januari in de
gehele Christenwereld wordt gevierd,
zal het Apostolaat der Hereniging in
ons land in ieder bisdom een plechtige
Oosterse liturgie doen vieren. Nadat
reeds zondag 6 januari te Valkenswaard
voor he.t bisdom Den Bosch een derge
lijke plechtigheid is gehouden, zal vrij
dag 27 januari in de St.-Antoniuskerk
gevierd te Schiedam om 20.00 uur voor
het bisdom Rotterdam en op zondag
20 januari, Herenigingszondag te Tege-
len, voor het bisdom Roermond. Deze
plechtigheid wordt door de K.R.O. uit
gezonden. Vervolgens dinsdag 22 janua
ri een avondmis in de Oosterse litur
gie te Alkmaar voor het bisdom Haar
lem; vrijdag 25 januari eenzelfde plech
tigheid in de St.-Jozefkerk te Utrecht
voor het aartsbisdom en tenslotte zon
dag 27 januari in de t.-Antoniuskerk
te Breda voor het bisdom Breda. Tel
kens zal het Utrechts Byzantijns Koor
de liturgische zangen verzorgen.
■■niiinn liiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Er zijn in totaal 15.403 visa aan Ne
derlanders afgegeven voor emigratie
naar de Ver. Staten, onder de „refugee
relief act".
Zoals bekend werd deze „refugee re-
lief act" in de Ver. Staten van kracht
in 1953. De wet voorzag tot 31 decem
ber 1956 in de emigratie van 17.000 Ne
derlanders naar de V.S., boven het nor
male jaarlijkse quotum. De uitvoering
heeft in de aanvang tot veel moeilijk
heden aanleiding gegeven. In het afge
lopen jaar werd de procedure evenwel
versneld, al werd het totaal aantal voor
Nederland bestemde visa niet bereikt.
Advertentie
Het merk Rang staat duide-
lijk op iedere Rangrol, als
ook op het beschermend
omhulsel van ieder Ranget je.
EEN PRODUCT VAN DE
KINGFABRIEKEN
Advertentie
Eén enkele dragée Davi-
tamon 10 per dag heft
vitaminetekorten radicaal
op. Flacons van 50, 100
en 500 dragées
D'*s^
Sy
Een 10 voor gezondheid
hoge vitamir.ewaarde
10
0*
ORGANON OSS
Binnen de Communistische Partij Ne
derland en haar mantelorganisaties
heerst verdeeldheid als gevolg van de
gebeurtenissen in Hongarije en koers-
zwenkingen der Sovjet-leiders.
Het communistisch comité van voor
bereiding voor het wereldjeugdfestival,
dat vorig jaar in ons land werd opge
richt om propaganda te maken, ten
einde minstens 750 Nederlanders mee
naar het festival 1957 te Moskou te krij
gen, verkeert in grote moeilijkheden.
Enige leden van het comité hebben be
dankt, omdat zij het optreden der Sov
jet-Unie in Hongarije scherp afkeurden,
terwijl ook het animo van ni et-com
munistische jongeren om naar Moskou
te gaan, aanzienlijk is bekoeld.
Ook in de communistische jeugdorga
nisaties is het tot scherpe debatten ge
komen, voornamelijk tussen het Alge-
Woensdagmiddag bemerkte een van
de bewoners van het huis Javastraat 5
te Rotterdam een hevige brandlucht.
Hij stelde op de verschillende étages
een onderzoek in en stapte de woning
van de 79-jarige P. Dane binnen. Hij
zag de oude man, wiens kleren vlam
hadden gevat, bij de kachel op de grond
liggen. Snel schoot hij te hulp en mocht
er spoedig in slagen hel vuur te blus
sen. De bejaarde man bleek echter al
overleden te zijn. De recherche heeft
thans de zaak in onderzoek. Het wordt
zeer waarschijnlijk geacht, dat de 79-
jarige tengevolge van een hartverlam
ming bij de kachel is neergezakt, waar
na zijn kleren in brand geraakten.
Woensdagavond is de rijksweg tus
sen Breda en Zevenbergsche Hoek weer
opengesteld voor het veerkeer. Dinsdag
ochtend had men dit weggedeelte voor
het verkeer gesloten, nadat een uit Ant
werpen afkomstige tankauto met pro-
paangas van de ter plaatse hoge berm
was gereden, gekanteld en lek gesto
ten.
99
'99
Een uitgeweken Hongaarse journa
list heeft in „Magyar Szó"„ het blad
dat in ons land wordt uitgegeven voor
de vluchtelingen, beschreven wat hem
overkwam toen hij er op uit ging om
„Szaloncukor" te kopen. Het verhaal
speelt in Markelo, waar de scribent
voorlopig verblijf houdt. „Szaloncu
kor" zijn in mooi papier verpakte
snoepjes, die de Hongaren aan de
kerstboom plegen te hangen. De Hon
gaar had zo het idee, dat „Szaloncu
kor" wel een vrij algemeen bekend
begrip zou zijn. Dat bleek in de zaak,
waar hij terecht kwam, niet mee te
vallen, maar na veel vijven en zessen
dacht de winkelier hem toch begrepen
te hebben: de „Szaloncukor" zouden
dezelfde dag nog bezorgd worden. De
Hongaar verwonderde zich hier wel
over, want hü kon die snoepjes toch
net zo goed meenemen, maar nou ja,
in een ander land doen ze veel din
gen nu eenmaal anders. Diezelfde dag
leverde de winkelier ook inderdaad
een bestelling af,. Tot niet geringe
verbazing van de Hongaar bleek het
pakje bij opening geen snoepjes voor
de kerstboom te bevatten, maar zes
kristallen glazen
Deze geschiedenis met de „Szalon
cukor is tekenend voor het talenpro
bleem, dat zich tussen Nederlanders
en Hongaren voordoet. De enkele ma
len dat wij Hongaars horen spreken,
door de radio of elders, zeggen we
tot elkaar: daar is nu toch ook werke
lijk niets van te verstaan. Niet anders
vergaat het de Hongaarse vluchtelin
gen wanneer zij onze taal beluisteren:
alleen komt er nog bij, dat zij niet
voor enkele ogenblikken, maar de hele
dag klanken horen, waarvan de zin
hun ontgaat. Daar kunnen niet onver
makelijke misverstanden uit ontstaan,
zoals in het hierboven beschreven ge
val, doch daar blijft het niet bij.
De taalbarrière bemoeilijkt de ac-
climatisatie van de vluchtelingen in
het voor hen zo vreemde land.
Er wordt door de tolken hard ge
werkt, doch zij staan maar met een
kleine groep tegenover de moeilijk
heden van een paar duizend mensen
en als tenslotte na de vele formalitei
ten werk en woongelegenheid gevon
den zijn, begint voor de vluchtelingen
de periode, waarin zij goeddeels zelf
hun weg moeten zien te vinden. Zij
ontmoeten, zo wordt ons verteld, veel
sympathie, maar wanneer in een Hon
gaars-Nederlands gesprek tafel en
stoel, jas en broek, groenten en aard
appelen aangewezen en vertaald zijn,
dan is men ook uitgepraat.
In deze situatie is de betekenis van
„Magyar Szó" („Het Hongaarse
Woord") voor de vluchtelingen niet
te onderschatten. Wanneer dit week
blad in de vakantiecentra en woonoor
den wordt bezorgd, vliegen de Honga
ren er op af en bij degenen, die in
middels verspreid over ons land wo
nen, zal het wel niet anders zijn. Het
is. tot nu toe nog maar een bescheiden
uitgave, maar zij spreekt de vluchte
lingen aan in hun eigen taal en dat is
de hoofdzaak.
We hebben eens een nummer van
dit blad met de onontbeerlijke hulp
van een tolk bekeken. Het opent met
een „Lied aan het verlaten land" en
bevat verder nog een gedicht, waarin
dank wordt gebracht aan Nederland-
Een aparte rubriek heet „Hollands
Prentenboek"; hierin wordt verteld
over het leven in ons land. Een stu
dent doet verslag over het bezoek van
een groep Hongaren aan Den Haag.
Men leest over de eerste kennisma
king met de zeekust, waarbij de be
zoekers getroffen zijn door het keurige
strand, en over 'n kijkje in de Tweede
Kamer, waar men de afgevaardigden
in drukke conversaties zag terwijl nie
mand minder dan Paul de Groot het
woord voerde. Verder in dit nummer
van „Magyar Szó" politieke overzich
ten, voorlichting over de organisatie
voor en van de vluchtelingen in Ne
derland en een verslag van de plech
tigheid met de Hongaarse vrijheids-
vlag in Amsterdam. Tenslotte worden
er vragen beantwoord over emigratie,
over werk, over ons klimaat enz.
De redactie van „Magyar Szó"
wordt gevormd door drie Hongaren,
die reeds langer in ons land wonen
en door drie vluchtelingen, te weten
twee studenten uit Sopron en een uit
Boedapest. De Nederlandse Federatie
voor Vluchtelingenhulp, die het be
lang van deze uitgave inziet, steunt
het blad. Naar wij hoorden heeft men
echter op het redactiebureautje nog
behoefte aan een schrijfmachine en
een boekenkast. Die moeten toch wel
ergens te vinden zijn, dachten we zo
en daarom zij voor wie hier hulp wil
bieden het redactie-adres vermeld:
Klein Vrijenban 3 in Delft, gironum
mer 1860. Men hoopt de omvang van
het blad binnenkort uit te breiden.
Een goed plan, dunkt ons, want bij
die stroom van onverstaanbare Neder
landse woorden, die over en langs hen
gaat, hebben de vluchtelingen bovenal
behoefte aan het vertrouwde geluid
van hun eigen taal, aan „Magyar Szó:
Het Hongaarse Woord.
meen Nederlands Jeugdverbond en de
communistische studentenvereniging Pe
ricles in Amsterdam. Ondanks haar
communistische sympathieën heeft Pe
ricles het optreden van de Sovjet-Unie
in Hongarije veroordeeld. Het Algemeen
Nederlands Jeugdverbond is het daar
niet mee eens. De pas benoemde vice-
voorzitter, Bart Schmidt, heeft dit doen
blijken in het december-januari num
mer van Jeugd. In een fel artikel maakt
Schmidt het geschrijf van Pericles uit
voor „onbekookt getrompetter, dat de
ene onzinnigheid op de andere stapelt
en meer een brevet van politiek anal-
phabetisme dan van gezond verstand
schijnt."
De reorganisatie van de Nederlandse
Vredesraad in oktober 1955, toen vol
gens de richtlijnen van Moskou en de
C.P.N. een z.g. brede basis werd na
gestreefd, is op een faillissement uitge
lopen. Het streven van de Nederlandse
Vredesraad om door „samenwerking"
met andersdenkenden dezen in het
communistische vaarwater te krijgen,
is behalve een mislukking ook een twee
snijdend zwaard gebleken.
De overgrote meerderheid der niet-
communistische leden heeft namelijk
het besluit genomen om evenals de we-
reldvredesraad het Russische optreden
in Hongarije te veroordelen als zijnde
„in strijd met de beginselen van niet-
inmenging in de binnenlandse aangele
genheden."
Tengevolge van de innerlijke ver
deeldheid is de activiteit der commu
nistische mantelorganisaties sterk ge
handicapt.
Advertentie
Is één van de weinige
middelen die helpen bij
verkoudheid. Elk tablet
is voorzien van het merk»
het symbool van vertrouwen
Er bestaat feen Aspirin*)-zonder Bayerkrun
Gedeponeerd handelsmerk
Woensdag heeft voor het gerechtshof
te 's-Hertogenbosch in hoger beroep te
recht gestaan een inwoner van Breda
die in eerste instantie wegens oplichting
is veroordeeld. De man had zich in een
kostbare flat in het park Reeburg te
Vught gevestigd, leefde daar in weelde
en gaf zich uit voor leider van een
vooraanstaand firma, die in werkelijk
heid niet bestond. Intussen verkocht hij
consignatiegoederen, zonder die te be
talen, bood hü aan verscheidene ge
stichten en kloosters goederen te koop
aan. waarvoor tevoren betaald moest
worden, terwijl de levering nooit ge
schiedde en kocht hij voor duizenden
guldens te eigen behoeve, waarvan het
grootst? deel niet betaald werd. Bij zijn
arrestatie bedroeg zijn totale schuld
34.000. De Bossche rechtbank had ver
dachte conform de eis van de officier
van justitie tot een jaar gevangenisstraf
veroordeeld, van welk vonnis hü in ho
ger beroep was gekomen.
De procureur-generaal eiste tien
maanden gevangenisstraf, waarvan vijf
maanden voorwaardelijk met een
proeftijd van drie jaar, toezicht van de
reclassering en behandeling door een
door deze aan te wijzen psychiater.
Uitspraak 30 januari.
Tot myn genoegen is er
weer nieuws over het elek
tronisch brein. Goed nieuws.
De postcheque- en giro
dienst gaat het invoeren.
Er zijn nog een paar hin
derpalen, maar dat mag
geen naam hebben. Zo
schijnt een moeilijkheid bij
voorbeeld te zijn „de wijze
waarop de te verwerken gegevens aan
het elektronisch brein moeten wor
den toegevoegd". En hier meen ik dan
wel een overeenkomst tussen het elek
tronisch en het niet-elektronisch
brein te mogen constateren. Zij gaat
trouwens nog verder. „Het giro-biljet
moet eerst door een machine worden
gelezen; hoe dit het best kan ge
schieden vormt nog altijd een onder
werp van studie". Wel, ik kan mee
voelen met het elektronisch brein.
Het valt allemaal ook niet mee. En
nou is een giro-biljet nog maar een
giro-biljet, maar leg zo'n elektronisch
brein eens een aangifte-biljet van de
directe belastingen voor. Komaan,
zo'n machine is heus niet zo stom als
zij er wel uitziet. En wij komen er
per slot van rekening toch ook niet
Uit. Ja heb je, nee kun je krijgen.
Alhoewel, het blijft uitkijken. Want
wat lees ik? ..Een ander punt van
onderzoek is, hoe de door het elek
tronisch brein geproduceerde uitkom
sten tenslotte zo snel mogelijk kunnen
worden omgezet in voor rekeninghou
ders verstaanbare afrekeningen"
Tja, hier schuilt inderdaad een ge
vaar. Als zo'n elektronisch brein voor
zichzelf gaat denken zijn we natuur
lijk verloren. Het moét een grapje
blijven. En onverstaanbare afrekenin
gen. wel. ik mag wel zeggen: daar
zitten we al tot onze (collectieve)
nek in.
Een onbekende beschermer van de
kunst heeft de gemeente Nijmegen een
beeld aangeboden van Marieken van
Nieumeghen.
Het wordt een bronzen beeld, dat
komt te staan op de Markt.
Advertentie
Het betoog dat mr. Teulings (K.V.P.)
in de Eerste Kamer bij de replieken
over de algemene financiële beschou
wingen heeft gehouden over de wen
selijkheid van fiscale maatregelen ter
bevordering van het sparen heeft ken
nelijk indruk gemaakt op de minister
van financiën, de heer Hofstra. Hij
kwam woensdagmiddag op deze zaak
terug en zei, dat men zijn aanvankelijke
afwüzing niet te stringent moest op
vatten. Het ging er hem alleen om,
aan te tonen, waarom bij de komende
maatregelen tot afremming van de be
stedingen geen vrüstelling van belas
tingen voor besparingen in het al
gemeen verwacht kan worden. Het
zou voor de schatkist al te nadelig
uitvallen, wanneer b.v. een a 1 g e m e-
n e vrijstelling van inkomstenbelasting
zou worden gegeven. De gedachten van
de minister gaan meer uit naar g e-
r i c h t e fiscale maatregelen ten voor
dele van bepaalde vormen van sparen.
Deze uitspraak was een verrassing
voor de Eerste Kamer, waaruit men
de conclusie trok, dat de minister zich
tüdens de middagpauze blükbaar be
dacht had. Had hij de passage in de
regeringsverklaring van oktober van
het vorige jaar nog eens doorgelezen?
Daarin staat met evenveel woorden
vermeld, dat „onderzocht zal worden
dit na de toezegging van de bevorde-
Dezer dagen werden door het Nederlandsche Roode Kruis de eerste 20 pakketten
met lectuur in de eigen taal voor de Hongaarse vluchtelingen naar de diverse
woonoorden verzonden. De boeken, samengevoegt tot kleine bibliotheekjes,
zullen over de woonoorden circuleren en zo hun steentje bijdragen t.ot de
ontspanning van de Hongaarse vluchtelingen in ons land.
ring van het bouwsparen en uitbreiding
tot andere werknemersspaarfondsen
of deze voorzieningen gevolgd zullen
worden door andere maatregelen van
soortgelijke strekking, ook voor andere
groepen". Men zal zich herinneren hoe
tijdens de kabinetsformatie de K.V.P.
heeft moeten vechten om eindelük een
definitieve toezegging van dien aard
in de regeringsverklaring te krügen,
nadat zü jaren lang op dit aambeeld
heeft moeten hameren.
Minister Hofstra is met deze toe
zegging in de Eerste Kamer nu dus iets
verder gegaan. Hü heeft kenbaar ge
maakt, dat er wel degelijk naar een
modus gezocht wordt. Mr. Teulings had
bij de replieken dus niet tevergeefs be
toogd, dat het niet aangaat het grote
doel van de bevordering van het sparen
de inflatie en het afremmen der
juist ter bestrijding van
bestedingen, voorbü te zien en dit met
z.g. „sociale argumenten" te bestrü-
den. Deze hadden betrekking op wat de
minister noemde bevoordelen van de
genen die in toevallige omstandigheden
verkeren om te kunnen sparen boven
anderen. Wanneer men met dit per
fectionisme gaat werken dan komt er
van geen enkele goede maatregel iets
meer terecht, aldus de heer Teulings.
Ook de V.VD.. heeft bü de replieken
de actie van de K.V.P. gesteund.
Uit de replieken kwam ook naar vo
ren, dat ir. Vos in zün betoog over
het ^eventueel aanspreken der „reser
ves" niet de reserves van het bedrüfs-
leven had bedoeld, maar meer de de
viezenreserves. Een niet onbelangrüke
nuance.
XMX