Voor het behoud van de positie der ondergronders moet de prijs stijgen ERIC DE NOORMAN Ernstige aderlating voor het communistisch vak verbond in Italië D ■a wm tm K ru iswoord Nieuwe studie over steden in middeleeuwen Europese anatomen te Leiden in congres bijeen M Gelede tram voor Amsterdam 1 1 H A l 1 - 8$$ - vrV D. Spierenburg over het kolenprobleem Kernprobleem der Hoge Autoriteit: Hogere produktie zonder dat prijsstijging de afzet bedreigt Nieuwe dirigent Ned. Opera m Ware uittocht van leden Binding met de partij komt het C.GJ.L. duur te staan Franse subsidie voor profNierirw te Amsterdam t0' Produktiviteit kan niet snel genoeg worden opgevoerd Bejaarde man het slachtoffer Frans Vroons adjunct directeur I 5:, K.L.M.-LIJN NAAR BELGRADO GEOPEND „Uw vader is eI ziek" K Bevel over Smal^ overgedragen DINSDAG 16 APRIL 1957 pA1 ONRUST IN BULGARIJE? Gasvergiftiging H I A" m firna* 1 2 3 4 5 6 7 8 9 J 'éi fit Valse voorlid1^ uit HongadJ0^^ v Plechtigheid Den Heldef In een vergadering van leden van het Koninklijk Instituut van Ingenieurs te Den Haag heeft de heer D. P. Spie renburg, lid van de Hoge Autoriteit van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (E.G.K.S.) een rede gehouden over „De rositie van de kolen in het kader van het Europese energiebeleid." Spreker stelde zich de vraag hoe de energiebalans van de Gemeenschap er in 1975 komt u?t te zien. De tota'.e be hoefte kan worden geschat op 730 mil joen ton steenkoolequivalent tegen 400 miljoen ton in 1955 en 580 miljoen ton in 1965. De kernenergie kan wellicht 100 miljoen ton daarvan dekken, de klassieke energiebronnen binnen de Ge meenschap, behalve steenkool, nog eens 150 miljoen ton Zou de Europese mijnbouw blijven stagneren op het peil van de huidige produktie van circa 250 miljoen ton, terwijl wenselijk is een ni veau van 320 miljoen ton in 1975, dan zou onze importbehoefte in 1975, on danks de kernenergie, toch nog stijgen Van circa 90 miljoen ton tot 230 miljoen ton steenkoolequivalent. De kernener gie kan uus, aldus spreker, ons ener gieprobleem op uiterst gelukkige wijze verzachten, het vraagstuk oplossen kan zij echter niet. Teneinde Europa niet in al te sterke mate afhankelijk te maken van de aanvoeren van olie en steenkool overzee, zal de Europese steenkoolpro- duktie moeten worden uitgebreid. Het is duidelijk, aldus de heer Spie renburg, dat de Europese mijnbouw zo wel in tijden van depressie als op lan ge termijn het hoofd zal moeten kun nen bieden aan scherpe concurrentie. Ondanks de ernst van het te verwach ten energietekort kan een blijvende af zet alleen veilig gesteld worden als de kolenproduktie rendabel gemaakt kan worden op concurrerende voorwaarden. De vooruitzichten voor het tot stand brengen van een rendabele produktie op concurrerende voorwaarden zijn niet erg rooskleurig. De kostprijs voor de voortbrenging van steenkool is hoog en heeft de neiging nog steeds hoger te worden. In de Euro pese mijnen moet veelal op grote diep te en vaak in dunne lagen worden ge werkt. Daardoor kan in Europa, in te genstelling b.v. tot Amerika, de kolen produktie slechts uiterst moeilijk steeds verder worden gemechaniseerd. Daar door variëren de arbeidskosten in de to tale kostprijs van kolen in Europa van 60 tot 65 pet. De prjjs van steenkool wordt dus voor meer dan de helft be paald door de hoogte van de mijnwer kersionen en de daarop drukkende so ciale lasten. Dit stelt de Europese mijnbouw voor een uiterst moeilijk probleem. In an dere industrieën kunnen, zonder dat de prijzen van hun produkten stijgen, de lonen naar rato van de toenemende arbeidsproduktiviteit worden verhoogd. Het zal reeds veel inspanning eisen de Êrestatie per mandienst, welke in luropa gemiddeld 1.500 kg bedraagt, in een periode van 20 jaax op te voeren tot 2.000 kg. Dat is een produktiviteits- stijging van 30 pet. Zou men de ver houding tussen steenkoolprijzen en an dere prijzen constant willen houden, dan zou men de mijnwerkers slechts een loonsverbetering van 30 pet. kunnen ge ven, waartegenover staat dat de pro duktiviteit in andere takken van bedrijf over de komende 20 jaar met ruim 80 pet. zal stijgen, zodat de industriële lo nen ook met 80 pet. kunnen stijgen zonder dat de prijs der produkten door deze loonsverhogingen behoeft te worde verhoogd. Het is duidelijk, dat onder dergelijke omstandigheden de mijnwer kers de mijnen zouden verlaten en het instandhouden, laat staan een opvoeren van de produktie zou volkomen illusoir worden. Hogere lonen, betere sociale voorzieningen en beperkter werktijden dan elders zijn de wensen der mijnwer kers. Deze wensen worden op twee gronden verdedigd. Economisch omdat kolen schaars zijn en mijnwerkers moei lijk te vinden. Wat schaars is moet duur betaald worden. Sociaal omdat het werk ondergronds zwaar is en gevaar lijk. Ook naar mijn mening, aldus de heer Spierenburg, dienen de lonen voor de ondergrondse arbeiders de algemene loonbeweging voor te blijven. Doordat de produktiviteit in de mijnbouw onmo gelijk zo snel kan worden opgevoerd als in andere industrietakken zal, als men de ondergrondse arbeider zijn ge privilegieerde positie wil laten behou den, hetwelk noodzakelijk is om in onze energiebehoefte te voorzien, de ko lenprijs moeten stijgen. Dit is de kern van het probleem, waarvoor de Hoge Autoriteit zich ge steld ziet: hoe de dringend noodzake lijke uitbreiding van de kolenproduktie te bevorderen zonder dat de stijging van de kolenprijs de toekomstige afzet van deze produktie in gevaar brengt. Wij staan voor de keuze, om ofwel onder inspanning van alle krachten de Euro pese produktie op basis van een ver antwoord loonpeil en een economische kolenprijs op te voeren, ofwel onze af hankelijkheid van ingevoerde kolen en aardolie zodanig te zien toenemen dat daarmede redelijke grenzen, met name t.a.v. onze dolarverplichtingen worden overschreden, onze stabiliteit met het oog op politieke gebeurtenissen in ge vaar komt en de werkgelegenheid van honderdduozenden mijnwerkers in de waagschaal wordt gesteld. Dit is dus de grote taak: meer kolen maar tegen een zo laag mogelijke prijs per ton en dit zonder overheidssubsi dies of andere kunstmatige steunmaat regelen. De heer Spierenburg noemde drie wegen waarlangs, naar zijn mening, het gestelde doel zou moeten worden benaderd. In de eerste plaats door sanering, in de tweede plaats door valorisatie en in de derde plaats door modernisatie en rationalisatie van de bestaande mijnen. Wat de sanering betreft wees de heer Spierenburg erop dat de produktie ge concentreerd moet worden in moderne goed geoutilleerde bedrijven. De positie van verouderde mijnen met slechte outillage en werkend onder moeilijke geologische omstandigheden zal in de toekomst steeds zwakker worden. De verouderde en vaak gevaarlijke mijnen staan een gezonde ontwikkeling van de mijnbouw in de weg. Zij moeten daarom worden gesloten. De Hoge Autoriteit kan daartoe evenwel niet zelt overgaan. De ondernemers zijn zelf verantwoordelijk voor hun beslissingen. Wat de valorisatie betreft vestigde spreker de aandacht op de mogelijkhe den om in de mijngebieden zelf de kolen zonder dat daar hoge transportkosten op komen te drukken om te zetten in electrische energie en op de uitbreiding van het aantal soorten kolen dat door nieuw ontwikkelde procédé's geschikt kan worden gemaakt voor verkoking en brikettering van magere kolen ter ver krijging van huisbrand. Spreker wees ook nog op het perspectief van de che mische valorisatie met name voor wat betreft de produktie van plastics en nylon. Wat de modernisatie en de rationali satie der bestaande mijnen betreft, dit kost natuurlijk veel geld. De Hoge Auto riteit is gaarne bereid waar mogelijk met leningen en garanties te hulp te komen. Aan het slot van zijn betoog keerde de heer Spierenburg zich tegen de gedachte c'e problemen voor de ko- fenmtjnbouw op te lossen met behulp van overheidssubsidies. Deze subsidies zijn niet alleen bij het E.G.K.S.-ver- drag verboden doch zij kunnen er te vens op den duur slechts toe leiden de kolenprijs te verhogen. Een andere vraag is ol een aanpas sing van de overheidsbijdrage in de sociale verzekering voor het mijnwerk niet wenselijk moet worden geacht. Doordat de mijnwerker meer bloot staat aan het gevaar van beroepsziekte en doordat hij eerder gepensioneerd wordt, zijn de sociale lasten in de mijn- Volgens in Parijs ontvangen berich ten zouden zich vorige week in Bulga rije in het gebied van Koralowgrad botsingen hebben voorgedaan tussen boeren n soldaten. Ook wordt bericht, dat er de laatste tijd verscheidene per sonen uit Sofia zijl weggevoerd. (AFP) In de nacht van zaterdag op zondag is te Enschede tengevolge van gasver giftiging overleden de 76-jarige H. J. Motshagen, gepensioneerd concierge van gemeentewerken aldaar. De heer M. was zaterdagavond later naar bed ge gaan dan zijn vrouw. Hij had nog een pijp gerookt en, naar later bleek dit aangestoken aan het gascomfoor. Daar bij is de kraan open blijven staan. De man heeft zich tenslotte te bed begeven Omstreeks vijf uur zondagochtend werd zijn vrouw wakker, daar zij zich onwel voelde. Zij ging de trap af, kwam te vallen, brak een pols, liep een hoofd wond op en raakte bewusteloos. Onge veer tien uur is zij beneden in de gang in bewusteloze toestand blijven liggen, waarna zij hulp kon halen. Voor haar echtgenoot kwam deze evenwel te laat. Mevrouw M. is in het ziekenhuis Ziekenzorg behandeld, waarna zij naar huis kon terugkeren. industrie gevoelig: hoger dan elders. Wanneer alle zes regeringen die er mee te maken hebben bereid zouden zijn een gelijk aandeel van de sociale lasten in net mijnbedrijf voor haar re kening te nemen en dit aandeel op een zodanige wijze zon worden vast gesteld, dat de last die op de onder nemingen in het mijnbedrijf komt te drukken, niet zwaarder is dan de last, die over het algemeen in andere be drijfstakken moet worden gedragen dan zou naar de mening van de heer Spie renburg de Hoge Autoriteit zich daar niet tegen behoeven te verzetten. Inte gendeel, op een dergelijke wijze zou een verantwoorde koers kunnen wor den gevaren tussen enerzijds een onge wenste en door het verdrag verboden subsidiëring van overheidswege en een onevenredig zware belasting van het arbeidsintensieve mijnbedrijf ander zijds. Tot dirigent van de Nederlandse Ope ra is benoemd de heer Alfred Eichmann tot nu toe eerste kapelmeester van het Landestheater in Hannover. De heer Eichmann zal de plaats innemen van Alexander Krannhals, die naar Karls ruhe is vertrokken. Hij zal een a twee jaar bij de Nederlandse Opera blijven. Dit is bekend gemaakt op een te Am sterdam gehouden persconferentie, waar tevens werd medegedeeld, dat de zanger Frans Vroons is benoemd tot adjunct-directeur van de Nederlandse Opera. Frans Vroons zal met de di recteur Piet Tiggers alle bevoegdhe den delen. De nieuwe adjunct-directeur studeerde aan het Amsterdamse conservatorium. In de dertiger jaren bekledde hij een muzikaal organisatorische functie bij de Vara. In 1939 werkte hij onder leiding van Bruno Walter mee aan het Mozart- festival te Cannes. Vanaf 1946 maakt hij deel uit van het solistencorps van de Nederlandse Opera. Hij trad veel bui tenslands op, o.a. in Amerika. Sinds 1954 regisseert Frans Vroons. Hij is lid van de Raad voor de Kunst. Het is de be doeling dat de heer Vroons, Piet Tig gers, wanneer deze de pensioengerech tigde leeftijd zal hebben bereikt, zal op volgen als directeur. In het nieuwe seizoen zal de Neder landse Opera werken brengen van Verdi (Rigoletto), d'Albert (Tiefland), Wolf Ferrari, Puccini en Von Flotow. Al de ze werken gaan in een nieuwe monte ring, of worden voor het eerst in Neder land uitgevoerd. Op het repertoire blij ven gehandhaafd ae reeds opgevoerde Figaro. Zauberflöte en Cosi fan Tutte van Mozart, Beethoven's Fidelio en de Peter Grimes van Britten. 14. „Sterven kunnen we altijd nog", bijt Eric zijn reusachtige makker toe. „En dat zullen we, als we hier op hen blijven wachten. We moeten uit deze omsingeling vandaan. De bosrand is dichtbij, mannen. Er op los!" Met Eric en Svein als twee levende stormrammen in de voorhoede stort de troep zich op de overmachtige vijand. Maar ditmaal gaat het niet zo gemakkelijk. Ten eerste zijn de krijgers van Yalah hun vrees kwijt en bovendien begrijpen zij, dat ze tegen de strijdwijze van Eric en zijn Kelten niet opgewassen zijn. Zoveel mogelijk ontwijken zij Eric, Svein en hun met zwaarden en schilden gewapende manschappen, om met des te meer woede op de krijgers der vijf verbonden stammen aan te vallen. Keer op keer moeten de Noren en Kelten in de bres springen voor Mohaka's mannen, die het zwaar te verduren hebben. „Dit gaat verkeerd", schreeuwt Eric Svein toe. „Zo komen we er nooit Dat zei ik wel", gromt de reus terug. „Maar een mooi gevecf' j>. „Stel u in een kring rond Mohaka's mannen op", beveelt Eric nfe „Voorwaarts!' Ogenblikkelijk gehoorzamen de manschappen. Met v>a f W. wenmoed dringen zij de vijand terug en nu slaagt de belaagde troep 0. zaam in, zich een doortocht naar het woud te banen. „We zijn er d°0i'ei$ man", hijgt Svein, terwijl hij met een reuzenzwaai twee tegensta^'tl',. zich afslingert. „En ik leef waarachtig nog ook". „We zijn er echter n jjjf Sveintje", antwoordt Eric grimmig. „De enige manier, om het ve\.M t. redden, zou zijn een snelle vlucht naar het Noorden, waar we de n%on andere stammen kunnen inroepen. We kunnen hier evenwel niet we Mohaka en Nahenah niet gevonden hebben". (Van onze Romeinse correspondent) e crisis in het door de communis ten beheerste Algemeen Verbond van Vakverenigingen in Italië (de C.G.I.L.) neemt de laatste maan den zulke ernstige vormen aan, dat sommigen reeds beginnen te spreken over een uiteenvallen van het na de oorlog zo machtige „eenheidsvakver bond". Telkens leest en hoort men, dat belangrijke personen en gehele groe pen uitgetreden zijn om zich bij een der „witte" verbonden aan te sluiten. Zelfs de leider van het verbond, het communistisch kamerlid (en lid van het bestuur der partij) Di Vittorio heeft al verscheidene malen openlijk moeten toegeven, dat het het C.G.I.L. niet voor de wind gaat. Deskundigen schatten, dat over de periode van één jaar niet minder dan 800.000 leden be dankt hebben. Reeds lang heerste in brede kring ontevredenheid over het verbond, dat er meer op uit was om de communistische politiek door soms zinloze stakingen kracht bij te zetten en te steunen, dan om op te komen 1 voor de reële belangen van de arbei- I f: .i, jjjWij'wijiVifij' Mg» V UZ'* r, T V, Vandaag heeft de wagonfabriek Beijnes te Beverwijk de helft van de eerste gelede tramwagen voor Amsterdam af geleverd. Morgen komt de andere helft naar de hoofdstad en spoedig zal de opzienbarende nieuweling van het wa genpark van het Gemeentevervoerbe drijf zijn intrede doen in het stadsbeeld. Op de foto, voor het vertrek van het terrein van Beijnes gemaakt, is duide lijk de volkomen afwijkende vorm ten opzichte van de tegenwoordige tramwa gens te zien. De directie van het G.V.B. heeft de vernieuwing zelfs zover door gevoerd, dat van de vertrouwde blauwe kleur is afgestapt. De nieuwe wagens, waarvan er 25 besteld zijn, zijn grijs geschilderd. Het interieur, dat sober is gehouden, is eveneens overwegend grijs. Er zijn 40 zit- en 106 staanplaatsen, het geen overigens 34 plaatsen minder is dan in een motor- en bijwagen van de oude tram. Vele technische snufjes zijn op de IS meter lange tram toegepast. Gezagvoerder van Ulsen liet gister middag ruim 2 uur de twee motoren van de Convair Jeroen Bosch draaien en enkele minuten later was het eerste vliegtuig van de nieuwe K.L.M.-lijn naar Belgrado via Düseldorf van de start baan vertrokken. Dinsdagavond komt het vliegtuig van de nieuwe dienst op Schiphol terug met aan boord een aantal Zuidslavische ge nodigden. De directie van de Amster damse luchthaven had ter ere van de opening van deze nieuwe dienst op Bel grado de Zuidslavische vlag aan een der masten voor het stationsgebouw laten hijsen. ders. Hoe Di Vittorio ook ontkent, dat het C.G.I.L. iets te maken heeft met politieke partijen, integendeel, dat de fundamentele doctrine van het syn dicalisme juist de vrjjheid van hande len eist en het los staan van politieke commando's niemand gelooft daar meer in. Alleen reeds de namenlijst van de verbondsbestuurders, al len vooraanstaand communist of filo- communist, spreekt boekdelen. De gebeurtenissen in Polen en Hon garije hebben hun directe weerslag ge had op het verbond. Was het „bloed verlies" in de vorige jaren nooit meer dan 30.000, gevolg van een nog latente crisis, die begon bij de afsplitsing der witte vakverbonden, het geraamde cij fer van 800.000 of onzentwege maar de helft daarvan laat zien, hoe groot de interne spanningen zijn. Een merkwaardig voorbeeld is nog het volgende: In de laatste dagen heb ben in verschillende plaatsen vijf be langrijke vakverenigingsleiders bedankt en zijn overgegaan naar het sociaal democratisch geïnspireerde verbond, de U.I.L. of naar het „christen-demo cratische", de C.I.S.L. Van deze vijf waren er vier lid van de partij der Nenni-socialisten. Zoals bekend houdt Nenni nog steeds met hand en tand vast aan de stelling, dat de arbeiders allen in het C.G.I.L. georganiseerd be horen te zijn. De vier Nenni-socialisten werden dan ook terstond uit de partij gezet. Dit werpt een spotlight op de bestaande moeilijkheden voor de unificatie der Italiaanse socialisten. In een land als Italië, dat zich ener zijds kenmerkt door snelle ontwikke ling en ontplooiing en anderzijds nog een „kapitalistische" praktijk kent, als vijf tig of meer jaren terug in het noorden, is er Nenni en Di Vittoria alles aan ge legen de zg. eenheid onder de proleta rische klasse te handhaven. Dit beeld wordt overigens met de dag meer een fictie, maar van hun standpunt, dat der klassenstrijd, is het streven te be grijpen. De werkgevers zijn hecht ge organiseerd in een eenheid, daartegen over constateert men een fundamentele verdeeldheid onder de werknemers. Laat men daar, dat zeer velen nog niet tot het onderscheid gekomen zijn, dat zij zich ter handhaving van hun belan gen, moeten organiseren, onder hen, bij wie dit inzicht wel rijpte, loopt de scheidingslijn, die getrokken wordt door de feitelijk communistische organisa tie, vroeger, in de jonge tijd na de oor log, het grote verbond en bundeling der arbeiders. Zelfs de Kerk heeft toen haar zegen aan de „neutrale" eenheids organisatie gegeven Wat vandaag aan de dag gebeurt, is het herstel van de eens gemaakte fout en wel van die, dat het mogelijk zou zijn met de communisten aan één conferen tietafel te zitten. En hierin culmineert tevens de an dere crisis, die der Nenni-socialisten die, tot voor kort medereizigers num mer één der communisten, thans de consequenties van hun nieuwe koers moeten trekken, maar dan ook hele maal. Horizontaal: tri 10. 11. entreegelden nog eens bouwkundige beleid onderzoek naar gehalte kramp ante meridiem bloedzuigend insekt Joods geeste lijke anno kerkleraar (feest 15 nov.) lekker eten Europeaan ziekte tegenhanger scheeps kamer lengtemaat de belasting betreffende (bijv. nw.) meppen al oo o Verticaal: 1. onwankelbaar - faire suivre 2. stelligheid - in loco 3. chocolade poeder - Kath. Soc. Actie 4. delfstof - imitatiezilver 5. Techn. Com missie - tweew. wagen 8. Russisch voor vervoer keizer van palen - Amsterdamse 6, drank Tijd - begrip 9. lage ambte- 7. vordering naren - soort van hert - lidwoord 10. Initial/ conny 11. schrif^» goede Door bemiddeling van de Nederland se organisatie voor zuiver wetenschap pelijk onderzoek heeft de „Centre na tional des recherches scientifiques" te Parijs aan prof. dr. J. F. Niermeyer, hoogleraar in de middeleeuwse geschie denis aan de gemeentelijke universiteit van Amsterdam, een subsidie verleend voor een inmiddels op de „archives na- tionales" en op de „bibliothèque natio nale" te Parijs ingesteld onderzoek naar gegevens voor de economische en sociale geschiedenis, in het bijzonder met betrekking tot de „Ville Neuve". Prof. Niermeyer heeft een deel van dit onderzoek in handen gegeven van zijn assistent, de heer C. van de Kieft, die een dissertatie voorbereidt over een ne derzetting in Berry, waarover een bij zonder vroeg gedateerd document be staat en die een overgangsfaze schijnt te vormen van de grondheerlijkheid naar de „Ville Neuve". In een onderhoud met het A.N.P. ver telde prof. Niermeyer, dat hij bij zijn studies over de middeleeuwen in het bijzonder geïnteresseerd was voor de „Ville Neuve". Vele steden en neder zettingen, zo vervolgde de hoogleraar, werden in de middeleeuwen begiftigd met bijzondere privileges, om de ves tiging aldaar aanlokkelijk te maken, teneinde aldus de opbloei van stedelijk leven te bevorderen. De meeste Neder landse steden hebben een dergelijke oorsprong. Toch is de achtergrond van dit verschijnsel nooit behoorlijk opge helderd. De methode om steden door het verlenen van bijzondere voorrech ten tot bloei te brengen, is ontstaan in Frankrijk, in het bijzonder in midden- en noord-Frankrijk, en de zuidelijke Nederlanden. De Belgische historicus In het groot-auditorium van de rijks universiteit te Leiden is maandag het 44e congres van de association des ana tomists geopend, waaraan bijna 200 anatomen uit vijftien Europese landen deelnemen. Het congres wordt gecom bineerd met de 54e jaarlijkse bijeen komst van de Nederlandse vereniging van anatomen. De deelnemers aan het congres en hun echtgenoten werden zon- dagmiddag ontvangen in de aula van het academisch ziekenhuis te Leiden, waar de administratieve formaliteiten werden vervuld. Zij zijn voornamelijk in Noordwijkse hotels ondergebracht. Na de bijeenkomsten van maandag worden de verdere werkbijeenkomsten gehouden in het anatomisch laborato rium van de universiteit. In de loop van de komende dagen worden voorts excursies gehouden, evenals enige cul turele bijeenkomsten en ontvangsten. Bij de opening in het groot-audito rium waren onder meer aanwezig de minister van Sociale Zaken en Volks gezondheid, de heer J. G. Suurhof de president-curator van de rijksuniversi teit te Leiden, dr. J. E. baron de Vos van Steenwjjk, de rector magnificus prof. dr. P. A. H. de Boer, de bur gemeester van Leiden, jhr. mr. F. H. van Kinschot en vele medische hoogle raren. De rector magnificus heette in zijn openingswoord de deelnemers welkom en vertelde iets over leven en streven van de Leidse universitaire ge meenschap. Hij hoopte, dat het congres zou mogen bijdragen tot vooruitgang van de wetenschap en in dat opzicht dienstbaar zou zijn aan het welzijn van de mensheid. De congresvoorzitter, prof. dr. J. Dankmeijer, hoogleraar te Leiden in de anatomie, tekende het belang van dit congres als het leren kennen van het werk van anderen, als noodza kelijke basis voor eigen wetenschappe lijke arbeid en studie. Hij uitte voorts dank aan de mede-organisatoren van dit congres. Tenslotte voerde prof. dr. A. Giroud uit Parijs het woord namens de gasten en als vice-president van het congres. Hij wees op het roemrijke verleden van Leiden als wetenschappelijk, medisch en anatomisch centrum. Na de openingszitting werden de te voren uitgebrachte rapporten van prof. dr. W. J. C. Verhaart en prof. dr. J. Dankmeijer door de opstellers tijdens een bijeenkomst In de filmzaal van de academie ingeleid en samengevat. Het rapport van eerstgenoemde betrof het onderzoek van bepaalde aspecten van het ruggemergweefsel en het rapport van prof. Dankmeijer behelsde studies over de betekenis van de embryologie voor het onderzoek van aangeboren hartgebreken. Verriest heeft indertijd de aan%J vestigd op het ontstaan van neuves en er zelf enige on°_ neuves en er zen emge u"'n. 'v gen aan gewijd in HenegouW®ti(, echter noodzakelijk, zo ging PLU meyer verder, dat dit onderZ®^; Aan boord van hr. ms. Zeven in Den rineceremonieel Brouwer het bevel over te'/; V overgedragen aan kapïte*1 - het V overgedragen aan kapV/ J. Laterink, die tevens hp van de kruiser van kapiteih'" v^j XT -1.. Stee A. N. baron de Vos van St®1 overgenomen. Tijdens diens command® maanden werden bezoek®' e2i>- aan Rusland, Zweden, ^tOK Nederlandse Antillen en De scheidende comma" jcOfyiy van zijn bemanning een *-„ip gevoerd reliëf van het se" $t, schenke. Kolonel de Vos Y"npCn jê bood op zijn beurt schout-Dtr^p. wer diens commandovlag 0pif De aftredende smaldeel ,ee zei o.a., dat hij geen coP gpfltit deel met jagers kon overm fv» zeven nieuwe jagers op Pr m Hongaarse overheidsinf^ F j ,i nen pogingen in het w p LjrJ vluchtelingen te bewe.et JUr. vaderland terug te keren omtrent familieleden. V^.ge M'. ving een in een der Zee" -p den verblijvende Hongaar een overheidsinstantie .ie met de mededeling, d1 Me, "JM* waarin zijn vader verke® gpfl j -10 - - II JU' selijk maakte, dat hij gelijk naar Hongarije dag ontving deze Honi van zijn vader met de 11 hij goed gezond was el].rge,i zich over hem geen z° te maken. b0V(>. in groter verband wordt waarbij verschillende probl®,'jL de orde komen, zoals de de verhouding, waarin de vLf stond tot de van oudsher bestjLp. j ders, namelijk de heerlijkh®av$iy( Het door elkaar heenspele" verschillende facetten komt 1 jA de concrete gevallen op by^wV: ze tot uiting, zoals bij ®'gpij bosch, dat als een kenmerk vey beeld van de ville neuve is te pifji wen. Het is voor dit onderwerp, v gelijk om wat de oorspr®%ittf ville neuve en haar eerste °nwteY betreft met de bestaandeLitfKy te volstaan, omdat in Frank1^ tip de ville neuve ontstond, nog gtj, aandacht aan dit onderwerp ken is en de essentiële doc" f dikwijls niet of onvoldoend® ceerd zijn. J| boord van hr. ms. Provinciën" heeft m8®.„eR Helder met het Se£ï=.p4c ,f remonieel schout-bv,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1957 | | pagina 2