Voor het behoud van de positie der
ondergronders moet de prijs stijgen
ERIC DE NOORMAN
Ernstige aderlating voor
het communistisch vak
verbond in Italië
D
■a wm
tm
K ru iswoord
Nieuwe studie over steden in
middeleeuwen
Europese anatomen te Leiden
in congres bijeen
M
Gelede tram voor Amsterdam
1
1
H
A
l
1
- 8$$
- vrV
D. Spierenburg over het kolenprobleem
Kernprobleem der Hoge Autoriteit: Hogere produktie
zonder dat prijsstijging de afzet bedreigt
Nieuwe dirigent
Ned. Opera
m
Ware uittocht van leden
Binding met de partij komt het
C.GJ.L. duur te staan
Franse subsidie voor profNierirw
te Amsterdam
t0'
Produktiviteit kan
niet snel genoeg
worden opgevoerd
Bejaarde man het
slachtoffer
Frans Vroons adjunct
directeur
I
5:,
K.L.M.-LIJN NAAR
BELGRADO
GEOPEND
„Uw vader is eI
ziek"
K
Bevel over Smal^
overgedragen
DINSDAG 16 APRIL 1957
pA1
ONRUST IN
BULGARIJE?
Gasvergiftiging
H I A"
m firna*
1
2
3
4
5
6
7
8
9
J
'éi
fit
Valse voorlid1^
uit HongadJ0^^
v
Plechtigheid
Den Heldef
In een vergadering van leden van
het Koninklijk Instituut van Ingenieurs
te Den Haag heeft de heer D. P. Spie
renburg, lid van de Hoge Autoriteit van
de Europese Gemeenschap voor Kolen
en Staal (E.G.K.S.) een rede gehouden
over „De rositie van de kolen in het
kader van het Europese energiebeleid."
Spreker stelde zich de vraag hoe de
energiebalans van de Gemeenschap er
in 1975 komt u?t te zien. De tota'.e be
hoefte kan worden geschat op 730 mil
joen ton steenkoolequivalent tegen 400
miljoen ton in 1955 en 580 miljoen ton
in 1965. De kernenergie kan wellicht
100 miljoen ton daarvan dekken, de
klassieke energiebronnen binnen de Ge
meenschap, behalve steenkool, nog eens
150 miljoen ton Zou de Europese
mijnbouw blijven stagneren op het peil
van de huidige produktie van circa 250
miljoen ton, terwijl wenselijk is een ni
veau van 320 miljoen ton in 1975, dan
zou onze importbehoefte in 1975, on
danks de kernenergie, toch nog stijgen
Van circa 90 miljoen ton tot 230 miljoen
ton steenkoolequivalent. De kernener
gie kan uus, aldus spreker, ons ener
gieprobleem op uiterst gelukkige wijze
verzachten, het vraagstuk oplossen kan
zij echter niet. Teneinde Europa niet in
al te sterke mate afhankelijk te maken
van de aanvoeren van olie en steenkool
overzee, zal de Europese steenkoolpro-
duktie moeten worden uitgebreid.
Het is duidelijk, aldus de heer Spie
renburg, dat de Europese mijnbouw zo
wel in tijden van depressie als op lan
ge termijn het hoofd zal moeten kun
nen bieden aan scherpe concurrentie.
Ondanks de ernst van het te verwach
ten energietekort kan een blijvende af
zet alleen veilig gesteld worden als de
kolenproduktie rendabel gemaakt kan
worden op concurrerende voorwaarden.
De vooruitzichten voor het tot stand
brengen van een rendabele produktie
op concurrerende voorwaarden zijn niet
erg rooskleurig.
De kostprijs voor de voortbrenging van
steenkool is hoog en heeft de neiging
nog steeds hoger te worden. In de Euro
pese mijnen moet veelal op grote diep
te en vaak in dunne lagen worden ge
werkt. Daardoor kan in Europa, in te
genstelling b.v. tot Amerika, de kolen
produktie slechts uiterst moeilijk steeds
verder worden gemechaniseerd. Daar
door variëren de arbeidskosten in de to
tale kostprijs van kolen in Europa van
60 tot 65 pet. De prjjs van steenkool
wordt dus voor meer dan de helft be
paald door de hoogte van de mijnwer
kersionen en de daarop drukkende so
ciale lasten.
Dit stelt de Europese mijnbouw voor
een uiterst moeilijk probleem. In an
dere industrieën kunnen, zonder dat de
prijzen van hun produkten stijgen, de
lonen naar rato van de toenemende
arbeidsproduktiviteit worden verhoogd.
Het zal reeds veel inspanning eisen de
Êrestatie per mandienst, welke in
luropa gemiddeld 1.500 kg bedraagt,
in een periode van 20 jaax op te voeren
tot 2.000 kg. Dat is een produktiviteits-
stijging van 30 pet. Zou men de ver
houding tussen steenkoolprijzen en an
dere prijzen constant willen houden, dan
zou men de mijnwerkers slechts een
loonsverbetering van 30 pet. kunnen ge
ven, waartegenover staat dat de pro
duktiviteit in andere takken van bedrijf
over de komende 20 jaar met ruim 80
pet. zal stijgen, zodat de industriële lo
nen ook met 80 pet. kunnen stijgen
zonder dat de prijs der produkten door
deze loonsverhogingen behoeft te worde
verhoogd. Het is duidelijk, dat onder
dergelijke omstandigheden de mijnwer
kers de mijnen zouden verlaten en het
instandhouden, laat staan een opvoeren
van de produktie zou volkomen illusoir
worden. Hogere lonen, betere sociale
voorzieningen en beperkter werktijden
dan elders zijn de wensen der mijnwer
kers. Deze wensen worden op twee
gronden verdedigd. Economisch omdat
kolen schaars zijn en mijnwerkers moei
lijk te vinden. Wat schaars is moet
duur betaald worden. Sociaal omdat het
werk ondergronds zwaar is en gevaar
lijk.
Ook naar mijn mening, aldus de heer
Spierenburg, dienen de lonen voor de
ondergrondse arbeiders de algemene
loonbeweging voor te blijven. Doordat
de produktiviteit in de mijnbouw onmo
gelijk zo snel kan worden opgevoerd
als in andere industrietakken zal, als
men de ondergrondse arbeider zijn ge
privilegieerde positie wil laten behou
den, hetwelk noodzakelijk is om in
onze energiebehoefte te voorzien, de ko
lenprijs moeten stijgen.
Dit is de kern van het probleem,
waarvoor de Hoge Autoriteit zich ge
steld ziet: hoe de dringend noodzake
lijke uitbreiding van de kolenproduktie
te bevorderen zonder dat de stijging
van de kolenprijs de toekomstige afzet
van deze produktie in gevaar brengt. Wij
staan voor de keuze, om ofwel onder
inspanning van alle krachten de Euro
pese produktie op basis van een ver
antwoord loonpeil en een economische
kolenprijs op te voeren, ofwel onze af
hankelijkheid van ingevoerde kolen en
aardolie zodanig te zien toenemen dat
daarmede redelijke grenzen, met name
t.a.v. onze dolarverplichtingen worden
overschreden, onze stabiliteit met het
oog op politieke gebeurtenissen in ge
vaar komt en de werkgelegenheid van
honderdduozenden mijnwerkers in de
waagschaal wordt gesteld.
Dit is dus de grote taak: meer kolen
maar tegen een zo laag mogelijke prijs
per ton en dit zonder overheidssubsi
dies of andere kunstmatige steunmaat
regelen.
De heer Spierenburg noemde drie
wegen waarlangs, naar zijn mening,
het gestelde doel zou moeten worden
benaderd. In de eerste plaats door
sanering, in de tweede plaats door
valorisatie en in de derde plaats door
modernisatie en rationalisatie van de
bestaande mijnen.
Wat de sanering betreft wees de heer
Spierenburg erop dat de produktie ge
concentreerd moet worden in moderne
goed geoutilleerde bedrijven. De positie
van verouderde mijnen met slechte
outillage en werkend onder moeilijke
geologische omstandigheden zal in de
toekomst steeds zwakker worden. De
verouderde en vaak gevaarlijke mijnen
staan een gezonde ontwikkeling van de
mijnbouw in de weg. Zij moeten daarom
worden gesloten. De Hoge Autoriteit kan
daartoe evenwel niet zelt overgaan. De
ondernemers zijn zelf verantwoordelijk
voor hun beslissingen.
Wat de valorisatie betreft vestigde
spreker de aandacht op de mogelijkhe
den om in de mijngebieden zelf de kolen
zonder dat daar hoge transportkosten
op komen te drukken om te zetten in
electrische energie en op de uitbreiding
van het aantal soorten kolen dat door
nieuw ontwikkelde procédé's geschikt
kan worden gemaakt voor verkoking en
brikettering van magere kolen ter ver
krijging van huisbrand. Spreker wees
ook nog op het perspectief van de che
mische valorisatie met name voor wat
betreft de produktie van plastics en
nylon.
Wat de modernisatie en de rationali
satie der bestaande mijnen betreft, dit
kost natuurlijk veel geld. De Hoge Auto
riteit is gaarne bereid waar mogelijk
met leningen en garanties te hulp te
komen.
Aan het slot van zijn betoog keerde
de heer Spierenburg zich tegen de
gedachte c'e problemen voor de ko-
fenmtjnbouw op te lossen met behulp
van overheidssubsidies. Deze subsidies
zijn niet alleen bij het E.G.K.S.-ver-
drag verboden doch zij kunnen er te
vens op den duur slechts toe leiden de
kolenprijs te verhogen.
Een andere vraag is ol een aanpas
sing van de overheidsbijdrage in de
sociale verzekering voor het mijnwerk
niet wenselijk moet worden geacht.
Doordat de mijnwerker meer bloot
staat aan het gevaar van beroepsziekte
en doordat hij eerder gepensioneerd
wordt, zijn de sociale lasten in de mijn-
Volgens in Parijs ontvangen berich
ten zouden zich vorige week in Bulga
rije in het gebied van Koralowgrad
botsingen hebben voorgedaan tussen
boeren n soldaten. Ook wordt bericht,
dat er de laatste tijd verscheidene per
sonen uit Sofia zijl weggevoerd. (AFP)
In de nacht van zaterdag op zondag
is te Enschede tengevolge van gasver
giftiging overleden de 76-jarige H. J.
Motshagen, gepensioneerd concierge van
gemeentewerken aldaar. De heer M.
was zaterdagavond later naar bed ge
gaan dan zijn vrouw. Hij had nog een
pijp gerookt en, naar later bleek dit
aangestoken aan het gascomfoor. Daar
bij is de kraan open blijven staan. De
man heeft zich tenslotte te bed begeven
Omstreeks vijf uur zondagochtend werd
zijn vrouw wakker, daar zij zich onwel
voelde. Zij ging de trap af, kwam te
vallen, brak een pols, liep een hoofd
wond op en raakte bewusteloos. Onge
veer tien uur is zij beneden in de gang
in bewusteloze toestand blijven liggen,
waarna zij hulp kon halen. Voor haar
echtgenoot kwam deze evenwel te laat.
Mevrouw M. is in het ziekenhuis
Ziekenzorg behandeld, waarna zij naar
huis kon terugkeren.
industrie gevoelig: hoger dan elders.
Wanneer alle zes regeringen die er
mee te maken hebben bereid zouden
zijn een gelijk aandeel van de sociale
lasten in net mijnbedrijf voor haar re
kening te nemen en dit aandeel op
een zodanige wijze zon worden vast
gesteld, dat de last die op de onder
nemingen in het mijnbedrijf komt te
drukken, niet zwaarder is dan de last,
die over het algemeen in andere be
drijfstakken moet worden gedragen dan
zou naar de mening van de heer Spie
renburg de Hoge Autoriteit zich daar
niet tegen behoeven te verzetten. Inte
gendeel, op een dergelijke wijze zou
een verantwoorde koers kunnen wor
den gevaren tussen enerzijds een onge
wenste en door het verdrag verboden
subsidiëring van overheidswege en een
onevenredig zware belasting van het
arbeidsintensieve mijnbedrijf ander
zijds.
Tot dirigent van de Nederlandse Ope
ra is benoemd de heer Alfred Eichmann
tot nu toe eerste kapelmeester van het
Landestheater in Hannover. De heer
Eichmann zal de plaats innemen van
Alexander Krannhals, die naar Karls
ruhe is vertrokken. Hij zal een a twee
jaar bij de Nederlandse Opera blijven.
Dit is bekend gemaakt op een te Am
sterdam gehouden persconferentie,
waar tevens werd medegedeeld, dat de
zanger Frans Vroons is benoemd tot
adjunct-directeur van de Nederlandse
Opera. Frans Vroons zal met de di
recteur Piet Tiggers alle bevoegdhe
den delen.
De nieuwe adjunct-directeur studeerde
aan het Amsterdamse conservatorium.
In de dertiger jaren bekledde hij een
muzikaal organisatorische functie bij de
Vara. In 1939 werkte hij onder leiding
van Bruno Walter mee aan het Mozart-
festival te Cannes. Vanaf 1946 maakt hij
deel uit van het solistencorps van de
Nederlandse Opera. Hij trad veel bui
tenslands op, o.a. in Amerika. Sinds 1954
regisseert Frans Vroons. Hij is lid van
de Raad voor de Kunst. Het is de be
doeling dat de heer Vroons, Piet Tig
gers, wanneer deze de pensioengerech
tigde leeftijd zal hebben bereikt, zal op
volgen als directeur.
In het nieuwe seizoen zal de Neder
landse Opera werken brengen van Verdi
(Rigoletto), d'Albert (Tiefland), Wolf
Ferrari, Puccini en Von Flotow. Al de
ze werken gaan in een nieuwe monte
ring, of worden voor het eerst in Neder
land uitgevoerd. Op het repertoire blij
ven gehandhaafd ae reeds opgevoerde
Figaro. Zauberflöte en Cosi fan Tutte
van Mozart, Beethoven's Fidelio en de
Peter Grimes van Britten.
14. „Sterven kunnen we altijd nog", bijt Eric zijn reusachtige makker toe.
„En dat zullen we, als we hier op hen blijven wachten. We moeten uit deze
omsingeling vandaan. De bosrand is dichtbij, mannen. Er op los!" Met Eric
en Svein als twee levende stormrammen in de voorhoede stort de troep zich
op de overmachtige vijand. Maar ditmaal gaat het niet zo gemakkelijk. Ten
eerste zijn de krijgers van Yalah hun vrees kwijt en bovendien begrijpen
zij, dat ze tegen de strijdwijze van Eric en zijn Kelten niet opgewassen zijn.
Zoveel mogelijk ontwijken zij Eric, Svein en hun met zwaarden en schilden
gewapende manschappen, om met des te meer woede op de krijgers der vijf
verbonden stammen aan te vallen. Keer op keer moeten de Noren en Kelten
in de bres springen voor Mohaka's mannen, die het zwaar te verduren hebben.
„Dit gaat verkeerd", schreeuwt Eric Svein toe. „Zo komen we er nooit
Dat zei ik wel", gromt de reus terug. „Maar een mooi gevecf' j>.
„Stel u in een kring rond Mohaka's mannen op", beveelt Eric nfe
„Voorwaarts!' Ogenblikkelijk gehoorzamen de manschappen. Met v>a f W.
wenmoed dringen zij de vijand terug en nu slaagt de belaagde troep 0.
zaam in, zich een doortocht naar het woud te banen. „We zijn er d°0i'ei$
man", hijgt Svein, terwijl hij met een reuzenzwaai twee tegensta^'tl',.
zich afslingert. „En ik leef waarachtig nog ook". „We zijn er echter n jjjf
Sveintje", antwoordt Eric grimmig. „De enige manier, om het ve\.M t.
redden, zou zijn een snelle vlucht naar het Noorden, waar we de n%on
andere stammen kunnen inroepen. We kunnen hier evenwel niet
we Mohaka en Nahenah niet gevonden hebben".
(Van onze Romeinse correspondent)
e crisis in het door de communis
ten beheerste Algemeen Verbond
van Vakverenigingen in Italië
(de C.G.I.L.) neemt de laatste maan
den zulke ernstige vormen aan, dat
sommigen reeds beginnen te spreken
over een uiteenvallen van het na de
oorlog zo machtige „eenheidsvakver
bond". Telkens leest en hoort men, dat
belangrijke personen en gehele groe
pen uitgetreden zijn om zich bij een
der „witte" verbonden aan te sluiten.
Zelfs de leider van het verbond, het
communistisch kamerlid (en lid
van het bestuur der partij) Di Vittorio
heeft al verscheidene malen openlijk
moeten toegeven, dat het het C.G.I.L.
niet voor de wind gaat. Deskundigen
schatten, dat over de periode van één
jaar niet minder dan 800.000 leden be
dankt hebben. Reeds lang heerste in
brede kring ontevredenheid over het
verbond, dat er meer op uit was om
de communistische politiek door soms
zinloze stakingen kracht bij te zetten
en te steunen, dan om op te komen
1 voor de reële belangen van de arbei-
I
f: .i, jjjWij'wijiVifij'
Mg» V
UZ'*
r,
T
V,
Vandaag heeft de wagonfabriek Beijnes
te Beverwijk de helft van de eerste
gelede tramwagen voor Amsterdam af
geleverd. Morgen komt de andere helft
naar de hoofdstad en spoedig zal de
opzienbarende nieuweling van het wa
genpark van het Gemeentevervoerbe
drijf zijn intrede doen in het stadsbeeld.
Op de foto, voor het vertrek van het
terrein van Beijnes gemaakt, is duide
lijk de volkomen afwijkende vorm ten
opzichte van de tegenwoordige tramwa
gens te zien. De directie van het G.V.B.
heeft de vernieuwing zelfs zover door
gevoerd, dat van de vertrouwde blauwe
kleur is afgestapt. De nieuwe wagens,
waarvan er 25 besteld zijn, zijn grijs
geschilderd. Het interieur, dat sober is
gehouden, is eveneens overwegend grijs.
Er zijn 40 zit- en 106 staanplaatsen, het
geen overigens 34 plaatsen minder is
dan in een motor- en bijwagen van de
oude tram. Vele technische snufjes zijn
op de IS meter lange tram toegepast.
Gezagvoerder van Ulsen liet gister
middag ruim 2 uur de twee motoren
van de Convair Jeroen Bosch draaien en
enkele minuten later was het eerste
vliegtuig van de nieuwe K.L.M.-lijn naar
Belgrado via Düseldorf van de start
baan vertrokken.
Dinsdagavond komt het vliegtuig van
de nieuwe dienst op Schiphol terug met
aan boord een aantal Zuidslavische ge
nodigden. De directie van de Amster
damse luchthaven had ter ere van de
opening van deze nieuwe dienst op Bel
grado de Zuidslavische vlag aan een der
masten voor het stationsgebouw laten
hijsen.
ders. Hoe Di Vittorio ook ontkent, dat
het C.G.I.L. iets te maken heeft met
politieke partijen, integendeel, dat
de fundamentele doctrine van het syn
dicalisme juist de vrjjheid van hande
len eist en het los staan van politieke
commando's niemand gelooft daar
meer in. Alleen reeds de namenlijst
van de verbondsbestuurders, al
len vooraanstaand communist of filo-
communist, spreekt boekdelen.
De gebeurtenissen in Polen en Hon
garije hebben hun directe weerslag ge
had op het verbond. Was het „bloed
verlies" in de vorige jaren nooit meer
dan 30.000, gevolg van een nog latente
crisis, die begon bij de afsplitsing der
witte vakverbonden, het geraamde cij
fer van 800.000 of onzentwege maar
de helft daarvan laat zien, hoe
groot de interne spanningen zijn.
Een merkwaardig voorbeeld is nog
het volgende: In de laatste dagen heb
ben in verschillende plaatsen vijf be
langrijke vakverenigingsleiders bedankt
en zijn overgegaan naar het sociaal
democratisch geïnspireerde verbond,
de U.I.L. of naar het „christen-demo
cratische", de C.I.S.L. Van deze vijf
waren er vier lid van de partij der
Nenni-socialisten. Zoals bekend houdt
Nenni nog steeds met hand en tand
vast aan de stelling, dat de arbeiders
allen in het C.G.I.L. georganiseerd be
horen te zijn.
De vier Nenni-socialisten werden dan
ook terstond uit de partij gezet. Dit
werpt een spotlight op de bestaande
moeilijkheden voor de unificatie der
Italiaanse socialisten.
In een land als Italië, dat zich ener
zijds kenmerkt door snelle ontwikke
ling en ontplooiing en anderzijds nog een
„kapitalistische" praktijk kent, als vijf
tig of meer jaren terug in het noorden,
is er Nenni en Di Vittoria alles aan ge
legen de zg. eenheid onder de proleta
rische klasse te handhaven. Dit beeld
wordt overigens met de dag meer een
fictie, maar van hun standpunt, dat
der klassenstrijd, is het streven te be
grijpen. De werkgevers zijn hecht ge
organiseerd in een eenheid, daartegen
over constateert men een fundamentele
verdeeldheid onder de werknemers.
Laat men daar, dat zeer velen nog niet
tot het onderscheid gekomen zijn, dat
zij zich ter handhaving van hun belan
gen, moeten organiseren, onder hen,
bij wie dit inzicht wel rijpte, loopt de
scheidingslijn, die getrokken wordt door
de feitelijk communistische organisa
tie, vroeger, in de jonge tijd na de oor
log, het grote verbond en bundeling der
arbeiders. Zelfs de Kerk heeft toen
haar zegen aan de „neutrale" eenheids
organisatie gegeven
Wat vandaag aan de dag gebeurt, is
het herstel van de eens gemaakte fout
en wel van die, dat het mogelijk zou zijn
met de communisten aan één conferen
tietafel te zitten.
En hierin culmineert tevens de an
dere crisis, die der Nenni-socialisten
die, tot voor kort medereizigers num
mer één der communisten, thans de
consequenties van hun nieuwe koers
moeten trekken, maar dan ook hele
maal.
Horizontaal:
tri
10.
11.
entreegelden
nog eens
bouwkundige
beleid
onderzoek
naar gehalte
kramp
ante meridiem
bloedzuigend
insekt
Joods geeste
lijke
anno
kerkleraar
(feest 15 nov.)
lekker eten
Europeaan
ziekte
tegenhanger
scheeps
kamer
lengtemaat
de belasting
betreffende
(bijv. nw.)
meppen
al
oo
o
Verticaal:
1. onwankelbaar
- faire suivre
2. stelligheid
- in loco
3. chocolade
poeder
- Kath. Soc.
Actie
4. delfstof
- imitatiezilver
5. Techn. Com
missie
- tweew. wagen 8. Russisch
voor vervoer keizer
van palen - Amsterdamse
6, drank Tijd
- begrip 9. lage ambte-
7. vordering naren
- soort van hert - lidwoord
10. Initial/
conny
11. schrif^»
goede
Door bemiddeling van de Nederland
se organisatie voor zuiver wetenschap
pelijk onderzoek heeft de „Centre na
tional des recherches scientifiques" te
Parijs aan prof. dr. J. F. Niermeyer,
hoogleraar in de middeleeuwse geschie
denis aan de gemeentelijke universiteit
van Amsterdam, een subsidie verleend
voor een inmiddels op de „archives na-
tionales" en op de „bibliothèque natio
nale" te Parijs ingesteld onderzoek
naar gegevens voor de economische en
sociale geschiedenis, in het bijzonder
met betrekking tot de „Ville Neuve".
Prof. Niermeyer heeft een deel van dit
onderzoek in handen gegeven van zijn
assistent, de heer C. van de Kieft, die
een dissertatie voorbereidt over een ne
derzetting in Berry, waarover een bij
zonder vroeg gedateerd document be
staat en die een overgangsfaze schijnt
te vormen van de grondheerlijkheid
naar de „Ville Neuve".
In een onderhoud met het A.N.P. ver
telde prof. Niermeyer, dat hij bij zijn
studies over de middeleeuwen in het
bijzonder geïnteresseerd was voor de
„Ville Neuve". Vele steden en neder
zettingen, zo vervolgde de hoogleraar,
werden in de middeleeuwen begiftigd
met bijzondere privileges, om de ves
tiging aldaar aanlokkelijk te maken,
teneinde aldus de opbloei van stedelijk
leven te bevorderen. De meeste Neder
landse steden hebben een dergelijke
oorsprong. Toch is de achtergrond van
dit verschijnsel nooit behoorlijk opge
helderd. De methode om steden door
het verlenen van bijzondere voorrech
ten tot bloei te brengen, is ontstaan in
Frankrijk, in het bijzonder in midden-
en noord-Frankrijk, en de zuidelijke
Nederlanden. De Belgische historicus
In het groot-auditorium van de rijks
universiteit te Leiden is maandag het
44e congres van de association des ana
tomists geopend, waaraan bijna 200
anatomen uit vijftien Europese landen
deelnemen. Het congres wordt gecom
bineerd met de 54e jaarlijkse bijeen
komst van de Nederlandse vereniging
van anatomen. De deelnemers aan het
congres en hun echtgenoten werden zon-
dagmiddag ontvangen in de aula van
het academisch ziekenhuis te Leiden,
waar de administratieve formaliteiten
werden vervuld. Zij zijn voornamelijk
in Noordwijkse hotels ondergebracht.
Na de bijeenkomsten van maandag
worden de verdere werkbijeenkomsten
gehouden in het anatomisch laborato
rium van de universiteit. In de loop
van de komende dagen worden voorts
excursies gehouden, evenals enige cul
turele bijeenkomsten en ontvangsten.
Bij de opening in het groot-audito
rium waren onder meer aanwezig de
minister van Sociale Zaken en Volks
gezondheid, de heer J. G. Suurhof de
president-curator van de rijksuniversi
teit te Leiden, dr. J. E. baron de Vos
van Steenwjjk, de rector magnificus
prof. dr. P. A. H. de Boer, de bur
gemeester van Leiden, jhr. mr. F. H.
van Kinschot en vele medische hoogle
raren.
De rector magnificus heette in zijn
openingswoord de deelnemers welkom
en vertelde iets over leven en streven
van de Leidse universitaire ge
meenschap. Hij hoopte, dat het congres
zou mogen bijdragen tot vooruitgang
van de wetenschap en in dat opzicht
dienstbaar zou zijn aan het welzijn van
de mensheid.
De congresvoorzitter, prof. dr. J.
Dankmeijer, hoogleraar te Leiden in
de anatomie, tekende het belang van
dit congres als het leren kennen van
het werk van anderen, als noodza
kelijke basis voor eigen wetenschappe
lijke arbeid en studie. Hij uitte voorts
dank aan de mede-organisatoren van
dit congres.
Tenslotte voerde prof. dr. A. Giroud
uit Parijs het woord namens de gasten
en als vice-president van het congres.
Hij wees op het roemrijke verleden van
Leiden als wetenschappelijk, medisch
en anatomisch centrum.
Na de openingszitting werden de te
voren uitgebrachte rapporten van prof.
dr. W. J. C. Verhaart en prof. dr. J.
Dankmeijer door de opstellers tijdens
een bijeenkomst In de filmzaal van de
academie ingeleid en samengevat. Het
rapport van eerstgenoemde betrof het
onderzoek van bepaalde aspecten van
het ruggemergweefsel en het rapport
van prof. Dankmeijer behelsde studies
over de betekenis van de embryologie
voor het onderzoek van aangeboren
hartgebreken.
Verriest heeft indertijd de aan%J
vestigd op het ontstaan van
neuves en er zelf enige on°_
neuves en er zen emge u"'n. 'v
gen aan gewijd in HenegouW®ti(,
echter noodzakelijk, zo ging PLU
meyer verder, dat dit onderZ®^;
Aan boord van hr. ms.
Zeven
in Den
rineceremonieel
Brouwer het bevel over te'/;
V overgedragen aan kapïte*1 -
het
V overgedragen aan kapV/
J. Laterink, die tevens hp
van de kruiser van kapiteih'" v^j
XT -1.. Stee
A. N. baron de Vos van St®1
overgenomen.
Tijdens diens command®
maanden werden bezoek®' e2i>-
aan Rusland, Zweden, ^tOK
Nederlandse Antillen en
De scheidende comma" jcOfyiy
van zijn bemanning een *-„ip
gevoerd reliëf van het se" $t,
schenke. Kolonel de Vos Y"npCn
jê
bood op zijn beurt schout-Dtr^p.
wer diens commandovlag 0pif
De aftredende smaldeel ,ee
zei o.a., dat hij geen coP gpfltit
deel met jagers kon overm fv»
zeven nieuwe jagers op Pr m
Hongaarse overheidsinf^ F j ,i
nen pogingen in het w p LjrJ
vluchtelingen te bewe.et JUr.
vaderland terug te keren
omtrent familieleden. V^.ge M'.
ving een in een der Zee" -p
den verblijvende Hongaar
een overheidsinstantie .ie
met de mededeling, d1 Me, "JM*
waarin zijn vader verke® gpfl j
-10 - - II
JU'
selijk maakte, dat hij
gelijk naar Hongarije
dag ontving deze Honi
van zijn vader met de 11
hij goed gezond was el].rge,i
zich over hem geen z°
te maken.
b0V(>.
in groter verband wordt
waarbij verschillende probl®,'jL
de orde komen, zoals de
de verhouding, waarin de vLf
stond tot de van oudsher bestjLp. j
ders, namelijk de heerlijkh®av$iy(
Het door elkaar heenspele"
verschillende facetten komt 1 jA
de concrete gevallen op by^wV:
ze tot uiting, zoals bij ®'gpij
bosch, dat als een kenmerk vey
beeld van de ville neuve is te pifji
wen. Het is voor dit onderwerp, v
gelijk om wat de oorspr®%ittf
ville neuve en haar eerste °nwteY
betreft met de bestaandeLitfKy
te volstaan, omdat in Frank1^ tip
de ville neuve ontstond, nog gtj,
aandacht aan dit onderwerp
ken is en de essentiële doc" f
dikwijls niet of onvoldoend®
ceerd zijn. J|
boord van hr. ms.
Provinciën" heeft m8®.„eR
Helder met het Se£ï=.p4c ,f
remonieel schout-bv,