Het RIJKSDAGGEBOUW wordt
Ffutómil
I
Toch is het niet geschikt
als parlementsgebouw
«si
Verwijt
„Papoea's willen niet onder het
Indonesische bewind komen"
Staatssecretaris belast met
KUNSTBELEID
VAKANTIEPLANNEN
E
Dodelijke val
van 12 meter
Dertig miljoen voor lijkwagen eerste klasse
Ruïnes zijn nog miljoenen waard
mm
INlpW
k
Gouverneur Van Baal in interview:
Mededelingen van minister Cals op
F ederatie-congres
Patiënt slaat een
gestichtswachter
met een stuk hout
De kivelling van een naam
I m
STAATSEXAMEN (HBS Gymn.)
RESA-HILVERSUM
40-jarig Priesterfeest
mgr. J. W. Baeten
Schilder verloor op
keukentrapje zijn
evenwicht
Slachtoffer met zware
hersenschudding in
het ziekenhuis
A. Sinterniklaas
ZATERDAG 1 JUNI 1957
PAGINA 5
vruchten
melk
H.H. WIJDINGEN
Het algemeen
ouderdomspensioen
CENTRAAL PENSIOENBUREAU
DE VERZEKERINGSUNIE
Het komt er alleen maar op aan, dat men los
komt van de problemen en
zorgen van elke dag
Eerste-Kamervacature
Advertentie
geheel gerestaureerd
De ideale combinatie van
(Van onze correspondent in Bonn)
n de voormalige Duitse rijkshoofd
stad Berlijn dat wil zeggen in het
Westelijke, vrije deel daarvan
spreekt men behalve over de mogelijke
ontruiming van de oorlogsmisdadigers-
gevangenis ln Spandau, ook over de op
ruiming van de ruïnes van het vroegere
Rijksdag-gebouw. Daarin heeft zich
n.i. de grootste puin-ruimingsactle van
dit voorjaar voltrokken, nadat eenmaal
(en vooral op initiatief van Bondsdag
president dr. Eugen Gerstenmaier) het
besluit was genomen om de Rijksdag te
restaureren, een project dat hoge kos
ten en grote architectonische moeilijk
heden met zich zal brengen. De Rijks
dag, die in 'de humoristische Berlijnse
volksmond vroeger de bijnaam had van
Lijkwagen le klasse",1 zal aan een
eenmaal naar Berlijn terugkerend fede
raal parlement voorlopig onderdak moe
ten bieden, omdat thans al vaststaat
dat het ook na restauratie niet zal kun
nen voldoen aan de eisen, die aan een
modem parlementsgebouw mogen wor
den gesteld. Het Rijksdag-gebouw zal
dan echter een nationale bibliotheek en
een nationaal museum herbergen. De
kosten der restauratie, die Bonn en Ber
lijn samen zullen dragen, worden op
rond 30 miljoen mark geschat.
De z.g. „Enttrümmerung" van de
Rijksdagruïne is nu bijna voltooid. Dat
was het eerste stadium van de restau
ratie. Er zal daarna vermoedelijk wel
een stilstand in de operatie intreden,
want tussen de toezegging van de re
gering in Bonn en het werkelijk be
schikbaar stellen van het beloofde geld
zal wel enige tijd verlopen.
Minister van financiën, dr. Fritz
Schaffer, die later nog eens een geheel
nieuw parlementsgebouw in Berlijn zal
moeten betalen, vindt het restaureren
van de Rijksdagruïne eigenlijk een
beetje nodeloze geld-wegsmijterij. De
historische betekenis van de Rijksdag
en de nog steeds leesbare zinspreuk bo
ven de ingang „Dem deutschen
Volke" spreken schijnbaar niet zo
luide tot de nogal op de pfennig zijnde
minister.
Bondspresident dr. Eugen Gersten
maier daarentegen zou het liefst zien,
dat er tegen oktober a.s., wanneer
de nieuw-gekozen derde Westduitse
Bondsdag zijn eerste zitting in Berlijn
zal houden en daar de nieuwe Bonds
kanselier zal benoemen, tenminste
één zaal klaar is, waar het parlement
dan in plenaire zitting bijeen zal kun
nen komen. Na de terugkeer van de
Bondsdag naar zijn nood-tehuis in
Bonn zal aan de Spree dan het ver
dere restauratie-werk kunnen worden
voortgezet en voltooid tegen de dag,
waarop de Bondsdag dan opnieuw
■Ww.'
naar Berlijn komt, gelijk hij voorne
mens is om minstens tweemaal per
jaar te doen, teneinde aldus de saam
horigheid tussen Berlijn en staten
bond te demonstreren.
Enkele honderden arbeiders hebben
Wekenlang gewerkt aan de „Enttrüm
merung" van de Rijksdag-rume, die
Sm door Hermann Goring c.s. in
brand werd gestoken en later door ge
allieerde bombardementen en beschie
tingen onherkenbaar werd beschadigd.
Sinds de oorlog heeft de ruïne daar
troosteloos vlak langs de zonegrens ge
staan. Niemand scheen er overmatig
in te zijn geïnteresseerd. Toch maande
een bezoek aan deze historische ruïne
altijd weer tot enige ogenblikken van
bezinning op een nog zo nabij verle
den, de reden waarom dr. Gerstenmaler
het gebouw wil doen restaureren. De
opruiming der ruïnes was een zwaar
karwei, dat bovendien niet zonder ge
varen was. Er moest dynamiet aan te
pas komen om enkele grote steenklom
pen in gruzelementen van zodanige om
vang te slaan, dat zij konden worden
vervoerd. Niet minder dan 15.000 kubie
ke meters Rijksdag-puin zijn in de af
gelopen weken op vrachtauto's geladen
Op de ruïne, die van het Rijksdaggebouw is overgebleven, is boven de ingang de
zinspreuk „Dem deutschen Volkenog steeds duidelijk leesbaar,
en in de z.g. „Teufelssee" in het Grü-
newald gegooid.
Ook de Rijksdag-ruïnes zijn echter
nog miljoenen marken waard. Het ge
bouw is uit kostbaar Silezisch zandsteen
opgetrokken, waarvan men bij de puin-
ruiming wil redden wat er nog van te
redden is. In de vervuilde muren heb
ben duizenden Sovjetrussische en ook
geallieerde soldaten hun namen en hun
parolen gekrast en gebeiteld, om van
allerlei obsceniteiten aan het adres van
het verslagen Hitler-regime nog maar
niet te spreken. Met gloeiend-hete damp-
stralen wil men proberen de zandste
nen muren, voor zover zij blijven staan
in afwachting van verdere restauratie
van het gebouw, te reinigen.
De reusachtige stenen koepel boven
de lobby wil men eveneens trachten te
behouden, hoewel hij hier en daar op
instorten schijnt te staan en brokken
steen, die vele tonnen wegen, min of
meer aan zijden draadjes schijnen te
hangen, die de tand des tijds net nog
niet heeft doorgeknaagd. Voor de ze
kerheid droegen de puinruimers stalen
helmen en waren hun levens door de
firma, die het opruimingswerk verricht,
zeer hoog verzekerd. Ér hebben zich
evenwel tot dusverre geen ongelukken
voorgedaan. Het is alsof de Rijksdag
ruïne vindt, dat er nu wel genoeg men
senlevens zijn vernietigd.
Een van de historisch toch wel inte
ressantste gebouwen van het vooroor
logse Berlijn zal dus toch nog van
verder verval worden gered. Niemand
wacht meer gespannen dan de Berlij-
ners op datgene, wat er aan een ge
restaureerde Rijksdag te voorschijn zal
komen als het werk eenmaal klaar is.
Aan de andere kant van de Branden
burger Tor, in Oost-Berlijn, wordt ook
druk „enttrümmert". Men vermoedt in
het Westelijke deel van de st'ad dat
deze plotselinge activiteit verband
Het brandende Rijksdaggebouw op het moment, dat de vlammen door het koepel
dak slaan.
Ws8& $1 gvd*
Het Rijksdaggebouw in zün oude glorie, vóór de beruchte brand, gesticht door
Hermann Coring c.s., en vóór de Brits-Amerikaanse bombardementen en de Rus-
*i*ch» beschietingen, „Lijkwagen eerste klasse" wordt het gebouw in de Berlijnse
volksmond genoemd.
houdt met de grote bouw-tentoonstel-
ling „Interbau 57" de grootste show
van deze aard ter wereld die in juli
in het toekomstige „Hansa-Viertel" in
West-Berlün zal worden geopend. De
ze tentoonstelling zal vele tienduizenden
bezoekers uit het buitenland naar Ber
lijn trekken, omdat er de bouwwerken
van de architecten uit vele landen (on
der wie twee Rotterdammers), waar
van een groot deel al klaar is, zullen
worden getoond.
De Oostberlijnse autoriteiten vrezen
blijkbaar, dat het puin achter de zone-
grens te schril zal opvallen en hebben
schijnbaar gelast ook het gezicht van
Oost-Berlijn wat op te kalefateren. Ook
de Brandenburger Tor zelf wordt ge
deeltelijk gerestaureerd, naar men weet,
een gemeenschappelijk werk, dat door
de twee gemeentebesturen der stad
wordt uitgevoerd. O.m. wordt de ruïne
van de vroegere Amerikaanse ambas
sade aan de Pariser Platz opgeruimd.
Ook de plotselinge verbetering van stra
ten en wegen vlak langs de zonegrens
getuigt van de poging om straks Oost-
Berlijn in de ogen der vreemdelingen
niet al te ongunstig te doen afsteken
en aldus vergelijkingsmateriaal te bie
den voor de toestanden in West- en Oost-
Berlijn. Zelfs de tramrails en boven
leidingen worden doorgetrokken en men
acht het mogelijk, dat het tramverkeer
tussen West- en Oost-Berlijn zal kunnen
worden hersteld. Oost-Berlijn wil, zo
mogelijk, meeprofiteren van de invasie
van binnen- en buitenlanders, die de
de „Interbau 57" hoopt te zullen be
leven.
De gouverneur van Nederlands
Nieuw-Guinea, dr. J. van Baal heeft
ln een interview met een correspondent
van United Press voorspeld, dat de
Papoea's ln opstand zullen komen, in
dien de Nederlanders gedwongen wor
den zich uit Westelijk Nieuw-Guinea
terug te trekken. Hü verklaarde, dat
de Nederlandse regering de Papoea's
uiteindelijk zelfbestuur heeft beloofd.
Overdraeht van de soevereiniteit aan
Indonesië betekent echter geen zelfbe
stuur voor de Papoea's. „En weg te
gaan met verbroken beloften zou ons
tot verraders maken in de ogen der
inheemsen en een opstand zou tegen
ons ais verraders en de Indonesiërs als
Met ingang van
mentaire jaar zal
het komende parie
de directe verant
woordelijkheid voor de kunst door de
staatssecretaris van de minister van
O. K. en W. worden overgenomen. De
belangen van de kunst worden op deze
wijze het beste gediend; zo heeft de mi
nister van O. K. en W., mr. J. M. L. Th.
Cals, medegedeeld in zijn toespraak op
het gisteren in het koninklijk instituut
voor de Tropen te Amsterdam begon
nen derde congres van de federatie van
beroepsverenigingen van kunstenaars.
„Als geruststelling" voegde de minis
ter er aan toe, dat er eenheid van be
leid blijft. „Men mag vertrouwen heb
ben, dat het beleid in dezelfde geest zal
worden voortgezet," aldus de bewinds
man.
Het kwam de bewindsman juist voor,
dat bij de volgende grondwetswijziging
de zorg van de overeid voor de kunst
grondwettelijk wordt vastgelegd. Drie
punten op dit congres achtte minister
Cals van belang voor de overheid: 1.
Dat de overheid duidelijk wordt wat
er onder de kunstenaars leeft. 2. Het
belang van de ontmoeting van de kun
stenaars met elkaar en 3. De onderwer
pen, die op het congres aan de orde
gesteld zijn.
Met betrekking tot het punt kunston
derwijs merkte de minister nog op, dat
z.i. de estetische vorming van de jeugd
op de lange duur de enig werkelijke op
lossing zal zijn.
De opening van het congres werd
o.m. bijgewoond door de secretaris-ge
neraal van het ministerie van O. K. en
W., dr. J. H. Wesselings, directeur ge
neraal voor de kunsten en de buiten-
Advertentie
De kortst* en voordeligste opleiding
(Bekende Schriftelijke Cursus)
Tweede en derde Pinksterdag, 10 en
11 juni, zal mgr. dr. J. M. J. A. Hanssen,
bisschop-coadjutor van Roermond, in de
kerk van de Paters Jezuïeten te Maas
tricht de heilige wijdingen van subdia-
konaat en diakonaat toedienen aan: N.
Appel, Spanbroek; L. Bakker, Nijmegen;
H. Bruseker, Amsterdam; Th. Helsloot,
Amsterdam; A. Houben, Scharn; G. In-
gen Housz, Breda; L. Keulen, Amster
dam; H. van de Loo, Berg en Dal bij
Nijmegen; W. Oomens, Den Haag; W.
Pisa, Utrecht; H. Schelbergen, Nijme
gen; J. W. Schneider, Delden; H. Si
mons, Rotterdam; H. Verbeek, Enschede
en J. Wernink, Nijmegen, allen theolo
ganten van de Sociëteit van Jezus.
Voorts de H. wijding van het diakonaat
aan Th. Klomberg M.S.F.
landse culturele betrekkingen, mr. H.
J. Reinink, het hoofd der afdeling kuns-
fen, dr. J. Huisker, de voorzitter van
de raad voor de kunst, mr. dr. P. J.
Witteman, en leden van de commissie
voor de kunst van de Tweede Kamer.
De directeur van de federatie, de
heer J. Kassies, hield een algemene in
leiding. waarin hij o.a. zei: „Wij behoe
ven niet eens naar de grondwet te zien,
wij hebben praktisch ieder jaar
aan de troonrede genoeg, om te kun
nen vaststellen dat de zorg voor kuns
ten, cultuurzorg in het algemeen, niet
die plaats inneemt, die men haar vroe
ger wel eens heeft toegedacht. Voor
het overgrote deel z(jn wij afhankelijk
van de goede wil en het goede begrip
van degenen, die aan de kunstpolitiek
vorm geven, d.w.z. in belangrijke mate
afhankelijk van de mentaliteit van onze
regeerders. Het groeiend besef omtrent
de overheidstaak t.a.v. het kunstleven
dient vorm te krijgen in de formele
structuur van ons staatkundig bestel:
elke gedachte aan charitas moet wor
den uitgebannen."
Advertentie
Z. H. Exc. de bisschop van Haarlem
zal woensdag 5 junit geen audiëntie
verlenent
is voor Uw werknemers slechts
voldoende voor het allereenvoudigste
levensonderhoud
voor aanvullende
verzekering
geeft uitvoerige
inlichtingen
levensverzeke
ringmaatschappijen
werken samen in
Dir. J. A. Duynstee
Bezuiden houtseweg 54
's-Gravenhage
Tel. 853516
mee
(Van onze medische medewerker)
r zijn niet weinig
mensen, die al in
de wintermaanden
plannen maken voor de
komende zomervakan
tie. Deze plannenmake
rij kan wat licht brengen
in de donkere dagen en
kan het gemakkelijker
maken de kou te verge
ten; voor sommige men
sen ligt daarin een apart
genoegen, dat zij even
min als de vakantie zelf zouden willen
missen. Het is bekend, dat de voor
pret zelfs groter kan zijn dan het
feest zelf. Die voorpret is een goed
ding, behalve wanneer de verwachtin
gen zo hoog worden opgeschroefd dat
de werkelijkheid er onmogelijk aan
kan beantwoorden.
Er zijn echter mensen die niet ge
wend zijn uitgebreide plannen te ma
ken, zij vormen zich een min of meer
vaag idee van wat zij in de vakantie
gaan ondernemen en voor de rest zal
de tijd (in dit geval de vakantie zelf)
wel leren hoe het worden zal. Ieder
doet het naar zijn eigen geaardheid.
Het gaat er slechts om dat de vakan
tie aan haar doel beantwoordt. En dat
laatste zal inderdaad het geval zün,
mits maar aan een aantal voorwaar
den wordt voldaan.
Doel van de vakantie voor een wer
kend mens is uitrusten en
zich ontspannen. Die ont
spanning heeft niet voor iedereen de
zelfde betekenis. Iemand die geen
zware arbeid verricht heeft zelden be
hoefte aan uitrusten in de zin van lek
ker luieren. Van de andere kant heeft
niet iedereen die wèl zware arbeid
verricht per sé behoefte aan niks
doen. Er zijn namelijk verschillende
soorten van zware arbeid. Zo zal soms
iemand, die de gehele dag zittend
werk heeft, toch aan het einde van
de dagtaak doodmoe zijn: een telefo
niste of secretaresse op een druk kan
toor, een kassier die de gehele dag in
snel tempo grote bedragen door de
handen laat gaan enz. Zulke werkers
zijn niet zozeer lichamelijk vermoeid
als wel geestelijk ook al zal hun
vermoeidheid zich veelal lichamelijk
uiten.
Het is heel goed mogelijk dat voor
zo iemand de ideale vakantie is rond
trekken in de stille, vrije natuur, het
maken van wandelingen of fietstoch
ten, in plaats van de luie geneugten
Verschillende andere factoren spe
len nog een rol: leeftijd, geaard
heid en vooral de partner.
Iemand die niet alleen op vakantie
gaat zal moeten geven en nemen. Als
het een echtpaar betreft zal dit meest
al geen moeilijkheden opleveren. Man
en vrouw zijn op elkaar ingesteld en
bij eventueel verschillende wensen wel
geneigd elkaar naar de ogen te zien.
Het moet natuurlijk niet zo zijn, dat
de ene partner altijd de zin van de an
der doet, al zijn er opofferende lieden
die het hierin ver gebracht hebben.
Wie met minder intieme relaties op
vakantie wil gaan moet van te voren
overwegen en ook openhartig bespre
ken of de wensen, verlangens en be
langstelling van de reisgenoten vol
doende op elkaar zijn afgestemd om
een vruchtbare vakantie te garande
ren.
Tenslotte zij speciale aandacht ge-
van het strand. Wat men ook gaat on
dernemen, hoofdzaak is dat men zich
losmaakt uit de dagelijkse sleur ook
al is men zo gelukkig, dat het dage
lijks werk niet als een hinderlijke sleur
wordt gevoeld.
O n t spanning in welke vorm ook
moet het wezenlijke van de vakantie
zijn: het loskomen van de problemen
en zorgen van elke dag. De betekenis
van de vakantie voor de geestelijke
hygiëne is nog veel groter dan de
voordelen vooi de lichamelijke ge
zondheid, terwijl bovendien vaststaat,
dat het lichaam er wel bü vaart als
de geest ontspannen is.
vraagd voor de huisvrouw on
haar behoefte aan en haar recht op
vakantie ook al wordt haar beroep
door ambtelijke instanties hardnekkig
veronachtzaamd, doordat zü officieel
„zonder beroep" heet te zijn. Vooral
moeders met een druk gezin verdie
nen evenzeer rust en ontspanning als
de buitenshuis werkende man en
vrouw. Het is jammer, dat het stre
ven van organisaties, die in sommige
plaatsen zijn opgezet om vrouwen en
meisjes, die hiertoe in de gelegenheid
zijn, te laten fungeren als vervangster
van de huisvrouw, zodat die er ook
eens op uit teut, niet méér weerklank
vindt, SL
veroveraars uitbreken", voegde hij er
aan toe.
„Het is voor ons zo moeilijk te be
grijpen, waarom de westelijke mogend
heden de aanvallen tegen ons goed
keuren," vervolgde dr. van Baal. „Ten
slotte is Nederlands Nieuw-Guinea van
vitaal belang voor verdediging van de
Australisch-Am erikaanse toevoerwegen.
Indien wij worden geliquideerd, zuilen
de anti-westelijke groeperingen hun
aanvallen tegen de Britten op Brits-
Borneo, de Portugezen op Portugees
Timor en uiteindelijk tegen de Ameri
kanen, die Okinawa bezetten, intensive
ren."
Hij vond het tragisch dat Indonesië
gevaren buiten zijn gebied moet ver
zinnen om de aandacht van het volk
van de binnenlandse moeilijkheden af
te wenden.
„Nederlandse schepen hebben moei
lijkheden om tussen Nieuw-Guinea en
Indonesië te varen," zeide hij, „en onze
vliegtuigen kunnen niet rechtstreeks
tussen de beide gebieden vliegen, we
gens de door Indonesië ingestelde be
perkingen, die even schadelijk voor In
donesië als voor ons zijn.
„Wij zullen hier blijven tot wij on
ze beloften om de Papoea's zelfbe
stuur te geven hebben vervuld. En wij
zullen met alle ons ten dienste staan
de middelen elke invasie van Neder
lands Nieuw-Guinea weerstaan. Wan
neer dit maar eens goed begrepen
is, dan zullen wij tezamen kunnen wer.
ken om Nederlands Nieuw-Guinea en
Indonesië beter bewoonbaar te
maken".
Mgr. Jos. W. M. Baeten, bisschop van
Breda, die, zoals men weet, zondag a.s.
zijn veertigjarig priesterfeest viert, zal
die dag van 12 tot 1 uur repiciëren.
Om zes uur draagt mgr. Baeten een
pontificale avondmis op, waarbij hij
geassisteerd wordt door de vicaris-gene
raal van het bisdom Breda, mgr. dr.
W. Koenraadt, als presbyter-assistens;
mgr. P. R. A. Sweere, rector te Groot-
Zundert en rector A. C. J. M. Assel-
bergs van het Elisabeth Gasthuis te Et-
ten als troondiakens; rector J. P. Anto-
nissen van Mariaoord te Dongen als
subdiaken en mgr. dr. Th. v. d. Bom,
voorzitter van de Vereniging tot sa
menstelling van Nederlandse bedevaar
ten en pastoor te Breda, als subdiaken.
De schoia van het Groot-Seminarie
.Bovendonk" te Hoeven verzorgt de
wisselende gezangen, het kathedrale
koor de vaste gezangen. De lagere as
sistentie wordt verricht door studenten
^an het Groot-Seminarie te Bovendonk.
Daar liep een mannetje
op de tentoonstelling rond
met de boze blik van
iemand, die zich genomen
voelt, maar niet precies
weet waaróm. Hij liep de
monstratief snuivend tussen
de bezoekers door en af en
toe riep hij geprikkeld:
„Schande".
De schilder zelve was er ook en ik
was er getuige van, hoe hij op de
weerspannige bezoeker toeliep en
vroeg:
„Vindt u het niet mooi?"
„Mooi?" riep het mannetje gegriefd
uit. „Mooi? Het is niet eens aan le
lijk toe".
„O", zei de schilder hoog, „ik
heb het gemaakt".
Het ventje maakte een gebaar van
mij-een-zorg en vroeg inquisitorisch:
„Wat is dat?"
„Een bergweide", antwoordde de
kunstenaar sec.
„Een bergweide," brieste de be
zoeker, „het is helemaal paars".
„Ja, zo zie ik het", stelde de artist
koel vast en hij verwijderde zich
waardig. Maar het mannetje riep het
hem nog achterna:
„Zo zie ik het.... maar meneer,
dan had u toch nooit schilder mogen
worden!"
De 64-jarige schilder J. Adelaar uit
Rotterdam is vrijdagmiddag tengevol
ge van een val om het leven gekomen.
De man was op een balcon aan de ach
terzijde van een huis aan het verven.
Hij stond op een keukentrapje. Opeens
verloor hij het evenwicht en sloeg over
de balconrand. De man kwam op een
twaalf meter lager gelegen stenen
straatje terecht. Hij kreeg een gapen
de hoofdwond en werd naar het Zuider
ziekenhuis overgebracht. Bij aankomst
bleek hij te zijn overleden.
Een verpleegde in het rijksasiel voor
psychopaten te Balkbrug (gemeente
Avereest)heeft vrijdag een gestichts
wachter aangevallen met een stuk hout
en deze zodanig getroffen, dat het
slachtoffer met een zware hersen
schudding in het ziekenhuis te Zwolle
moest worden opgenomen. De toestand
van de wachter is niet zonder levens
gevaar.
De verpleegde, die reeds eerder te
Balkbrug was verpleegd, was daar
kortgeleden aangekomen na uit de
psychotherapeutische inrichting te Lun-
teren te zijn ontvlucht om een poging
te doen op een schip te monsteren en
zo het land te verlaten.
De voorzitter van het centraal stem
bureau heeft in de vacature van me
vrouw Verwey-Jonker benoemd ver
klaard tot lid van de Eerste Kamer, de
heer A. Querido te Amsterdam, die deze
vacature echter niet zal vervullen. Op
hem volgt op de desbetreffende lijst de
heer C. van Waerden te Amsterdam.
„What is in a name", luidt
Shakespeare's reeds tot cliché
verworden rhetorische vraag, en
de Hollandse nuchterheid stelde
het positiever met de nonchalan
te opmerking: „Als het beestje
maar een naam heeft". Maar
hoe een naam, een familienaam,
iemand het leven zuur kan ma
ken door de tactloosheid en
misplaatste grapjasserij van zijn
medemensen, daarvan weet de
heer Arie Sinterniklaas in Rot
terdam-zuid sterke staaltjes te
vertellen. Voor hem zat er zoveel
narigheid in zijn naam, dat hij
vorig jaar september een ver
zoek indiende, om een andere
geslachtsnaam te mogen voeren.
Thans is het K. B. verschenen,
waarin zijn aanvraag werd inge
willigd, en over precies een
jaar zal hij opnieuw in de re
gisters van de burgerlijke stand
worden ingeschreven onder de
naam Arie Niclaes, terwijl zijn
twee zoons Klaas en Adriaan
Anthonie eveneens permissie
hebben gekregen om de oude
familienaam te veranderen in
Niclaes. De heer Sinterniklaas
is zelf van het lang verwachte
en eigenlijk al afgeschreven
K. B. nogal onder de indruk, en niet ten onrechte. Immers, hij doet nu
afstand van een naam, die een lang voorgeslacht met ere, maar waar
schijnlijk soms ook met ergernis, heeft gedragen, en wat er voor in de
plaats komtherinnert slechts zeer in de verte aan zijn authentieke „van".
Sinterniklaas is natuurlijk een hoogst opmerkelijke naam en dat men
er plezier om heeft, is iedereen te vergeven. Maar men mag ook verwach
ten, dat dit plezier alleen op daartoe gepaste ogenblikken wordt geuit, en
de maatschappelijke spelregels laten nu eenmaal een onbelemmerde ont
lading van gevoelens met steeds toe. Het is dit nu wat men tact noemt,
en dat slechts een bedroevend klein deel van de mensheid blijkt te be
zitten. De heer Sinterniklaas toont het overtuigend aan. Het aantal malen
in zijn leven, dat hij werd opgebeld met Ce door dappere anonymie ge
stelde vraag, of Zwarte Piet soms thuis was, is niet meer te tellen.
Vanzelfsprekend neemt dit euvel vooral omstreeks de eerste dagen van
december ontstellend toe, en het slachtoffer van al die olijkerds toont zich
dan nog bewonderenswaardig minzaam. Hij weet zich soms op te werken
tot het vertellen van een aardig verhaaltje ten antwoord op soms wer
kelijk onschuldige kindervragen, maar het wordt hem wel eens te gek en
dan laat hij de telefoon onbekommerd rinkelen, net zo lang tot het
geterg aflaat. Zijn vrouw ondervindt de gevolgen van zijn familienaam
evenzeer als hij voorzover het de telefonades betreft, maar zij noemt zich
nog steeds, en wettelijk geheel terecht, mevrouw Sinterniklaas. Maar de
heer des huizes had de heiligheid er al lang afgelaten en noemt zich
sinds jaar en dag Niklaas, zoals trouwens ook vele vrienden en collega's
hem aanspreken. Hij had genoeg van het gemeesmuil in zijn omgeving
telkens wanneer men zijn originele familienaam opving. En de zoon
Adriaan Anthonie was al zover gekomen, dat hij ternauwernood zijn naam
durfde noemen wanneer hij zich als vertegenwoordiger aan anderen moest
voorstellen.
De heer Niclaes, om hem maar vast, zo te noemen, is van beroep elek
trotechnicus. Hij besteedt vrijwel al zijn vrije tijd aan het speeltuinwerk
in Rotterdam. Al sinds hij uit zijn geboorteplaats Strijen in de Hoekse
Waard naar de Maasstad verhuisde, heeft hij zich met deze nobele tijdpas
sering beziggehouden, hetgeen tot gevolg had, dat men zijn krachten
erkende door hemtot voorzitter van de Rotterdamse Speeltuincentrale
te benoemen. Qualitate qua is hij ook voorzitter van de commissie speel
tuinwerk van de Raad voor de Lichamelijke Opvoeding. Dat hij de jeugd
geen kwaad hart toedraagt, ondanks alle plagerijen dezerzijds, blijkt ook
al hieruit, dat hij zich enkele uren per jaar geheel met zijn familienaam
placht te vereenzelvigen en als de Goedheiligman weldoende rondging
door een Rotterdamse school. Zijn liefhebberij, die hij tevens als een taak
jegens de gemeenschap beschouwt, houdt hem weinig thuis, en wanneer
hij al eens bij moeder de vrouw en jongste dochter blijft twee zoons
en twee dochters hebben het ouderlijk huis al verlaten dan bestudeert
hij het probleem van de jeugd. Zoals die avond dat wij hem opzochten.