Van Gotiek tot Empirein Rijksmuseum
Het genie van het Franse vakmanschap
Raffinement wordt beheerst door het
gevoel voor maat
Aalmoezenier G. Groothuis een
kwart eeuw priester
Schip
in nood
TO -
Hegemonie van
twee eeuwen
Vernieuwer van het jeugdwerk na de
bevrijding
Goede souvenirs
in Tilburg
LEER-
ZATERDAG 27 JULI 1957
PAGINA T
v0$
:htscW?ï
Nieuwe commandant
Leger des Heils
Verspreiding rapport
Hongaarse opstand
Examens
!P-ï;
Tentoonstelling in
Nuenen
Te Grijpskerk
Twee wethouders af
getreden
Conflict in het gemeente-
bestuur
Subsidie bij aankoop
van kunst
De Franse bankstaking
en de benzinecheques
CWE/Dft
2ilWQAVE
Vertaald door
JOHAN M. PALM
STEMBUS
SS*
hi«f (1
ndeeLji
den V
:en,
van ief
lad V
Kapitein Ragnar Aahlberg, comman
dant van het leger des heils in Finland,
is vrijdag benoemd tot commandant
van het leger in Nederland.
Kapitein Aahlber gzal zich 27 septem
ber naar Nederland begeven.
TT et is noa niet zo lang geleden, dat elke binnenhuis-
hl architect bij een gesprek over de inrichting van een
11 nieuwe woning lijn opdrachtgever een keuze kon
laten mnken uit een rijke variëteit van stijlen. Zijn „sta-
ïenboek" bevatte afbeeldingen van salons in stijl Lodewyk
XV, boudoirs Lodewijk XVI, werkkamers m forse Renais
sance of Empire. Bij het. aanprijzen der mogelijkheden
sprak, de stiü-exvert dan liefst van „Louis Qmnze" of
..Louis Seize want deze authentieke benamingen misten
hun uitwemng nooit. Lodewijkmeubelen waren er nog te
kust en tl keur Men hoefde er met voor naar een anti
quair te gaan De meubelfabrikanten maakten ze bij honder
den tegelijk: bergères, commodes bonheurs du jour, secre
taires, fauteuils, de prijslijsten stonden er vol van en voor
elke hpurs was ev wel iets.
Onrinvks virftig jaren Berlagiaanse strijd tegen deze na-
maak is de voorliefde, vooral van de beter gesitueerde bur
gerij voor de fraaie Franse stijlmeubelen nog lang niet be
koeld. In de grote steden drijven vooral de oude zaken nog
een lucratieve handel m alle Lodewijken en in de hotel-
business met haar sentimentele Amerikaanse clientele is het
zelfs een „heilig moeten". De Amerikaan, die Good Old
Europe doet, wenst zijn whisky te drinken in ruimten, die
Versailles concurrentie aandoen.
De onuitroeibare voorliefde van de degelijke burgerij voor
de Franse krullen heeft als reactie een even fanatieke weer
zin gewekt bij de voorstanders van „het nieuwe". Met het
waswater van de imitatie werpen zij onvervaard ook de
originelen overboord en daarom alleen al is het goed, dat
de directie van het Rijksmuseum deze zomer, als hors
d'oeuvre op haar toch reeds rijke verzameling, de bezoekers
verrast met een expositie van Franse kunstnijverheid uit
vier eeuwen, van Gotiek tot Empire, van de praalzieke Bour
gondiërs tot de imperator Napoleon, heeft men de beste pro-
dukten der kunstnijverheid geselecteerd uit het befaamde
Musée des Arts Décoratifs in Parijs en deze geëxposeerd
met een smaak, die in de overvolle zalen van het Pavilion
de Marsan aan de Rue de Rivoli soms wel eens zoek is.
De bezoeker van het Rijksmuseum
kan nu zijn moderne smaak toetsen aan
het geniale vakmanschap der Franse
sierkunstenaars uit voorbije eeuwen,
waarbij de gedachte wel allereerst uit
gaat naar de late zeventiende en de
achttiende eeuw, toen voor de ontwikke
ling dezer nijverheid bijna ideale om
standigheden waren geschapen. De ko
ningen van het Franse dat ln dle
dagen onbedreigd het Europese vaste
nd beheerste,® hebtente^erhogmg
van hun eigen roem, ^^ewust de ver
hoging van het vakmansch P t
kunstniiverheid bevorderd. Dit streven
Kunsmuverneiu toename
ging- hand in hand. met ue
van de welvaart en de verfijning
de smaak bij de opdrachtgevers. In
deze wisselwerking was een bloei mo
gelijk, die reeds halverwege de zeven
tiende eeuw alle omringende landen
achter zich liet. De rijke Republiek der
Zeven Verenigde Nederlanden, die in
de vroege zeventiende eeuw haar kun
stenaars nog uitzond om paleizen te
bouwen in de Scandinavische landen
durfde al in 1685 de bouw van het
nieuwe paleis Het Loo niet aan, zonder
eerst advies te hebben ingewonnen van
de Académie d'Architecture in Parijs.
In diezelfde tijd zorgde de herroeping
van het Edict van Nantes voor een
onbedoelde uitstraling van de Parijse
smaak over geheel West Europa. Want
de Hugenoten, die de Franse bodem
vaarwel zegden, overtroffen in hun nieu
we vaderland de gevestigde vaklieden
verre in smaak en talent. Nederland
verwelkomde o.m. Daniël Marot, aan
wie de belangrijkste opdrachten toevie
len. Een merkwaar
dige parallel kan
men in deze dagen
zien met de Duitse
architecten van het
Bauhaus, die, door
Hitier naar Ameri
ka verdreven, nu in
de Verenigde Sta
ten de toon aange
ven.
De ontwikke
ling van de Fran
se kunstnijverheid
is op de expositie
die gelukkig
niet al te om
vangrijk is dui
delijk gedemon
streerd. De late
middeleeuwen
worden beheerst
door de bloei van
de Bourgondisch-
Vlaamse cultuur.
De milde, vrou
welijke madon
na's uit Bourgon-
dië schijnen in
de geest ver ver
wijderd van het
tumult der strijd
lustige hertogen.
Op de wandtapij
ten, die weer de
herinnering ver
levendigen aan de
onvergeetbare ex
positie van 1946,
toont de adel zich
in zijn hoogge
stemde bedoening,
zijn jachtpartijen,
zijn serene idea
len en zijn gene
genheid voor Ve
nus, de „felle star".
Een wereld van
roekeloze hoogdra
vendheid, die een
finale ondergang
te waclitrn stond.
De wieg van de Hertog van Bordeaux uit 18: toont de
overgang van het Empire naar de Restauratie. Het rijkelijk
met verguld brons versierde werk van Felix Rémond is
meer een curiositeit 'dan een kunstwerk.
De kunstwerken der Franse renais
sance lopen in karakter vrijwel paral
lel met die van de Hollands-Vlaamse.
De erfenis der Italiaanse centra werd
door de vaklieden van boven de Alpen
met wisselend succes geïnterpreteerd.
(Van onze Haagse redactie)
Het rapport van de speciale commis
sie der Verenigde Naties over de Hon
gaarse opstand zal in een Nederlandse
vertaling zo ruim mogelijk worden ver
spreid. Minister Luns heeft dit toege
zegd naar aanleiding van vragen van
hét Tweede Kamerlid Goedhart (P.v.
d.A.). Aangezien de kosten van een der
gelijke uitgave vrij aanzienlijk zijn heeft
de regering voor de financiering con
tact opgenomen met particuliere orga
nisaties die voor de verspreiding van
hebben.
AMSTERDAM, 26 juli. Examen tolk-
vertaler Engels: mr. J. van Ommen,
's-Gravenhage; Th. Commijs, Bussum;
M. Russcher, Wassenaar; F. C. Dupuij,
's-Gravenhage; C. de Wit, Rotterdam;
F. J. A. Mostert, Rotterdam; F. Mun-
niksma, Amsterdam en G. Duran, Rot
terdam.
AMSTERDAM, 26 juli. Engels M O.
A; K. K. Beenen, Hengelo (O.); H.' m!
van Cleef, Amsterdam; J. C Weehui
zen, Ommen; M. Gobée, Amsterdam; M
P. A. Kuppens, Delft; J. H. G. J. Gies-
bers, Nijmegen; Ph. van Noort, Voor
schoten; J. M. C. S. Sprokel, Kerk-
rade.
AMSTERDAM, 26 juli. Boekhouden
M. O.: D. de Jong, Rotterdam; J. ten
Hove, Rijssen; H. de Jong, Krimpen
a. d. Lek; C. J. v. d. Helm, Hoofd
dorp; W. M. Herrebrugh, Amsterdam;
J- den Heyer, 's-Gravenhage; C. Jr
Hoeffnagel, 's-Gravenhage; J. Hoekstra,
®Pe; w. E. den Hollander, Rotterdam
J. W Hogervorst, Haarlem.
B 'S-GRAVENHAGE. Staatsexamen
jpbjnasium. Groep 3. Diploma A: M.
S'i-f^mmens, Deurne; J. H. W. Vaes,
ze„r~Oedenrode; O. D. van den Muy-
datmrS, Assen; E. Warries, Amster-
hiej. A. E. Sabelis, Velsen; C. van
de ii/'i. Leiden; mej. M. M. Dudok
steM'4' Amsterdam; J. de Vries, Am-
sWd mei- H- c- Snelting, Am-
J P v?1 E- W. Koers, Amsterdam; P.
j.' Rln—-
fo6d' bloemkolk, Amsterdam; K. B. Koe-
der*! Amsterdam; A. J. Siemons, Zun-
3Vf 'T A. J. van Gastel, Zundert; A.
Van Goossens, Heeswijk; J. K. F.
m'! Herkei, Hoorn; G. Bokhove, Al-
ttia nen J' Bosman, Enschede. Diplo-
Van ri J' A- M-- Peek, Utrecht; P. J.
Hall, Ermelo; W. A. ter Schegget,
H IJ_ J* van Loon, Oisterwijk;
der. Meer, Amsterdam.
UTRECHT, 26 ju lx. M. O. (A) Frans:
mi,- Ro1' Ko°g a- d. Zaan en J. G
nissen te IJmuiden; mej. G. Pos Am
sterdam, en mevr. D. G. P. Regens-
burg-Durck, Breukelen.
Bij K.B. is benoemd tot raadsheer
plaatsvervanger in het gerechtshof te
Leeuwarden prof. mr. K. Wiersma,
hoogleraar aan de rijksuniversiteit te
Geoningen.
Knalrode kabinetten met weelderig
houtsnijwerk en somptueuze ebbenhou
ten dressoirs, bonte „kiekkasten be
schilderd met amoureuze taferelen, ge
tuigen meer van ondernemingslust en
durf, dan van goede smaak. De tijden
waren er niet naar. Geheel Europa snel
de van slagveld naar slagveld. De rijk
dom was snel gewonnen en geronnen.
Eerst toen de rust was weergekeerd
kreeg de muze weer haar deel. Een
schilderijtje naar Abraham Bosse toont,
onder het mom van dwaze maagden,
de „haute volée" van 1650 bijeen. De
précieuses zitten nog burgerlijk samen
in de „ruelle", maar de conversatie
gaat beslist over verheven zaken. Het
tafereel doet in zijn argeloosheid aan
de Hollandse gezelschappen van Vincke-
boon denken, al ontbrak daar nooit een
ferm glas wijn.
Eerst tijdens het langdurige regiem
van de „roi soleil", Lodewijk XIV,
neemt de adelaar zijn vlucht. Aanvan
kelijk zijn de vormen nog overdadig
zwaar, de kleuren gedempt en de orna
menten stroef: de alleenheerser op het
immense Versailles pronkt met zijn
macht. Zolang zijn zon straalt blijft
de adel in onderdanigheid rond zijn
troon, als figurante voor de pralende
taferelen van Lebrun. Na zijn dood
begint het regiem van Louis Quinze,
wiens morele reputatie omgekeerd even
redig is aan zijn duurzame faam in de
wereld der kunsten. In een verrassend
snel tempo voltrekt zich de overgang
van pronk naar raffinement. Het vak
manschap der Parijse kunstenaars heeft
vleugels gekregen. De barokke overdaad
die zich ontlaadt in de Duitse en Oos
tenrijkse buurlanden, wordt herleid tot
een precieus spel van lijnen en vormen,
dat met een adembenemende verfijning
wordt bedreven. Steeds ijler en soepe
ler worden dt volumina. Wat de fanta
sie nauwelijks als mogelijkheid durft te
opperen, weet de hand reeds te verwe
zenlijken. Alle tinten der tropische hout
soorten, die de oostvaarders aanvoeren,
worden als een fijne huid van fineer in
tientallen schakeringen en geraffineer
de rondingen op de meubels aangebracht.
Waar zelfs de glans van het fineer te
kort schiet, neemt men verf in fijne pas
teltinten te baat. Ornamenten, die zich
niet in hout laten verwezenlijken, wor
den in verguld brons gegoten. Doch
zelfs in de meest uitbundige sierlust
wordt toch het geheel beheerst door ge
voel voor maat en stijl. De déraillemen
ten ziet men bij de buurlanden, niet in
Frankrijk.
Zo ontstaat een volmaaktheid in vorm
geving, die geen verdere ontwikkeling
meer toelaat. Een Franse fauteuil uit
het midden der achttiende eeuw is een
eindpunt in een eeuwenlange rivaliteit
tussen de eisen van een elite en het ge-
inspireerde vakmanschap van kunste
naars. De provincie, en dat was toen
heel Europa buiten Parijs, imiteerde de
Fransen met wisselend succes; aan een
eigen vormgeving is ze niet toegeko
men. Eerst tegen het eind van de acht
tiende eeuw schijnt de spanning te ver
slappen. De elite van Watteau vermaakt
zich met charmante „singeries" en „chi
noiseries" of zoekt een klassieker, ratio
neler wereldbeeld. Marie Antoinette
speelt herderinnetje in haar „hameau",
maar Iaat tevens het weergaloos ver
fijnde Kleine Trianon bouwen. Een on
behaaglijke dualiteit van hyper-vrouwe
lijke rococo en een forser klassicisme
duidt op verwarring in de geesten. Het
eind van de eeuw bracht de revolutie
en Napoleon.
Wie nu door de zalen van het Rijks
museum wandelt kan zich met enige fan
tasie in het decor van deze eeuw terug-
wanen, al mist men de muziek, de con
versatie, de aanwezigheid van het leven
zelf. De zwijgende achtergrond is nu
hoofdzaak geworden. Doch zelfs zonder
de Pompadour, de Montespan, Arnauld
en Pascal, is het niet moeilijk om iets
te proeven van de siècle, waarvan
Talleyrand in zijn nadagen zei, dat wie
haar niet gekend had nooit geleefd had.
De eerlijkheid gebiedt daarnaast het ge
tuigenis te plaatsen van Viollet le Due,
die met een stokoude hofdame door het
verlaten Versailles dwalend, plotseling
een ontstellende stank rook. Op hetzelf
de moment merkte de oude hofdame op
„Ach, dat herinnert mij weer helemaal
aan de oude tijd." Met hygiëne stond
men toen op een zeer kwade voet.
Na de stijlen der
Lodewijken besluit
de imperator Napo
leon zelf de exposi
tie. Zo groot was
het talent van de
kunstenaar, dat zelfs
de sprong naar het
Empire hem moei
teloos gelukte. De
oude Klassieken en
evenzeer de Egyp-
tenaren hebben hun
bijdrage geleverd
aan deze laatste op
bloei van het oude
vakmanschap. Men
ziet talrijke nieu
we vormen, maar
de voorliefde voor
het bruine maho
niehout wordt ver
moeiend en de
pronkzucht, die al
spoedig baanbreekt,
wijst op de gruwe
len, die komen gaan.
Zolang de impera
tor zelf het toneel
beheerst, blijft de
presentatie nog ge
serreerd. Na de
restauratie van de
Bourbons, die niets
hebben vergeten en
niets hebben ge
leerd, is het hek
van de dam. De
wieg van de Her
tog van Bordeaux
uit 1819 is meer een
curiositeit dan een
kunstwerk.
Opmerkelijk zijn
de eerste produk-
ten uit die dagen
van op papier ge
drukt en geschilderd
behang. Het zijn nog
bonte, kleurrijke
imitaties van de oor
spronkelijke schil
derwerken op linnen, die op hun beurt
weer goedkope imitaties waren van de
geweven gobelins.
De liefhebbers van Delfts aardewerk
zullen op de expositie ervaren, dat ook
Frankrijk zich in die dagen heeft bezig
gehouden met de imitatie van Chinees
blauw. Rouaan en Moustiers hebben het
nooit tot de wereldreputatie van Delft
gebracht. Maar Marseille, dat een eigen
weg koos, heeft een stijl gecreëerd, die
nu nog steeds wordt geïmiteerd. Renoir
heeft zich in zijn jonge jaren trouwens
vlijtig beziggehouden met het oeschilde-
ren van Marseillaans aardewerk. B. Kr.
„Venus en May", fragment van een vijf-
tiende-eeuws wandtapijt uit Doornik.
Venus heeft aan haar voeten twee pages
en twee edelvrouwen, waarvan er een
wordt aangeduid als May (Mei). Op de
achtergrond Bourgondische edellieden.
Maandag zal aalmoezenier G. A.
H. Groothuis te Arnhem zijn zilve
ren priesterfeest vieren temidden van
zijn naaste medewerkers in het ka
tholiek jeugdwerk in de opbouw
waarvan hij vooral na de bevrijding
een groot aandeel heeft gehad. Als
nationaal aalmoezenier van het ka
tholiek vrouwelijk jeugdwerk en van
de Mater Amabilisscholen, als dio
cesaan aalmoezenier van het gehele
jeugdwerk in het aartsbisdom en het
bisdom Groningen en in tal van an
dere functies is hij een van de stu
wende krachten, die de vooral in de
ze tijd zo grote verantwoordelijkheid
dragen voor de katholieke jeugd van
Nederland.
De te Groningen (1907) geboren aal
moezenier was na zijn priesterwijding
(1932) slechts enkele jaren in de pa
rochiële zielzorg werkzaam, o.m. als
kapelaan te Zwolle. Nadien werd hij
moderator van het St. Bonifaciuslyce-
um te Utrecht, in welke functie hij de
eerste contacten legde met het jeugd
werk, waarvan hij stedelijk aalmoeze
nier werd. Reeds tijdens de oorlog zei*
te moderator Groothuis te Utrecht een
cursus voor jeugdleidsters op, o.a. met
medewerking van mgr. Ramselaar, om
na de bevrijding te kunnen starten
met een nieuwe generatie en geheel an
dere frisse ideeën. Direct na de be
vrijding begon hij op Den Oldenhof te
Gorssel met een intemaatscursus voor
vrijgestelde jeugdleidsters, zonder ma
teriaal en zonder subsidie, maar met
een grote dosis enthousiasme en idea
lisme, waarvan de vonken oversloegen
op zijn twaalf leerlingen, die nu nog
in het jeugdwerk bekend zijn als de
„twaalf apostelen". Deze eerste na
oorlogse cursus kan gezien worden als
een voorloper van de verleden jaar te
Nijmegen begonnen opleiding van
jeugdleiders thans wel gesubsidieerd
en van een vastgelegd studieprogram
ma voorzien in de totstandkoming
waarvan aalmoezenier Groothuis een
belangrijk aandeel heeft gehad.
Reeds in 1945 werd het iedereen
duidelijk, dat de thans jubilerende
aalmoezenier een man van vernieu
wing was. Hij voerde het scouting
voor katholieke meisjes in (tot 1950
nier van de Gidsen)en toonde zich
een warm voorstander van nationale
samenwerking op alle terreinen van
het jeugdwerk, reden waarom hg een
van de oprichters werd van de Ka
tholieke Jeugdraad, waarin hjj jaren
lang een bestuursfunctie vervulde.
Na de oorlog was hij ook aalmoeze
nier van de meisjesjeugdzorg, mede
door hem in nationaal verband ge
bracht en het is mede aan zijn stu
wende kracht te danken, dat enige
maanden geleden de fusie met de jon
gensjeugdzorg, gekoppeld aan het ge-
zinswerk, tot stand kwam.
Op het terrein van het Jeugdwerk
moeten ook de Mater Amabilisscho
len genoemd worden, die na de
bevrijding in het zuiden begonnen
over het hele land verbreid werden,
nadat hij aalmoezenier geworden
was van de door het Episcopaat op
gerichte landelijke stichting. De enor
me vlucht, die de Mater Amabilis
scholen sedertdien genomen hebben,
is mede het resultaat van zijn werk.
Zeer velen ook niet-katholieken
hebben hem in de loop der jaren leren
kennen en waarderen als een priester
met oen persoonlijk gerichte belang
stelling voor de mensen, met name
voor zijn medewerkers. De na-oorlogse
vernieuwing van het katholiek jeugd
werk is mede aan hem te danken.
5?
Een secretaire van Leleu uit de tweede helft van de acht
tiende eeuw, i.e bloeitijd van de Franse kunstnijverheid. De
panelen zijn versierd met taferelen in Chinees lak en be-
lijmd met rozen- en amaranthout.
Van 14 tot en met 21 augustus 1957
zal in de gerestaureerde pastorie te
Nuenen een tentoonstelling worden ge
houden van de Nuenense schilders; Hugo
Brouwer, Peter Bast, Albert Janssen,
prof. en mevrouw Troost. Deze tentoon
stelling zal worden aangevuld met eni
ge werken van Vincent van Gogh, die
te Nuenen geschilderd zijn, o. a. de
pastorie.
Een indertijd te Grjjpskerk gehouden
onderhandse aanbesteding voor dc
bauw van een betonbrugje over de
Pieterzijl is er nn de oorzaak van ge
worden dat de beide wethouders van
Grijpskerk, de heren R. H. Smedema
(A.R.) en E. Hooghiem (V.V.D.) zijn
afgetreden.
Voor deze aanbesteding waren ver
scheidene aannemers uitgenodigd,
maar niet het plaatselijk aannemersbe
drijf Oosterhof, dat toen een protest in
diende.
De voorzitter van de gemeenteraad
betoogde vrijdag dat hier van passeren
geen sprake was, maar dat op zakelijke
gronden die firma's waren uitgenodigd,
die gespecialiseerd zijn in betonwer
ken. De raad was voorgesteld het
schrijven ter kennisgeving aan te ne
men, maar na ampele discussie ver
wierp de raad dit voorstel met zes
tegen vijf stemmen. De beide wethou
ders traden hierna af.
Op woensdag 31 juli zal een raads
vergadering worden gehouden ter ver
kiezing van nieuwe wethouders.
Evenals vorige jaren willen B. en W.
van Alkmaar particulieren subsidie ver
lenen bij aankoop van kunstwerken op
de rond 8 oktober in het stedelijk mu
seum te houden tentoonstelling van
kunstwerken. Zij vragen de raad hier
voor een crediet van j 1000 alsmede een
van 500 voor een prijsvraag voor parti
culieren, voor welk bedrag dan op de
tentoonstelling kunstwerken zullen wor
den aangekocht. Het subsidie bij aan
koop varieert van 20 tot 30 pet. van de
taxatiewaarde der kunstwerken.
„De strijd tegen de kitsch op het
gebied van het souvenir is niet zin
loos, maar het zal nodig zijn dat het
georganiseerd scheppend ambacht gaat
beschikken over een eigen afzetappa-
raat". Dit was de conclusie van de
Roermondse kunstcriticus Jules Kockel-
koren, die vrijdag in het Brabants
Edel Ambachtshuis aan de Spoorlaan
in Tilburg de tentoonstelling „Goede
reissouvenirs" heeft ingeleid.
De expositie geeft een overzicht van
wat in Nederland tot dusver op het ge
bied van het verantwoorde souvenir
bereikt is. Men vindt er een hoeveel
heid keramiek, stofdrukken en hout
snijwerk, welke de toets van de kri
tiek ruimschoots kan doorstaan. In
één opzicht mankeert er hier en daar
iets: men heeft bg het streven naar
verantwoorde voorwerpen soms het
souvenir vergeten. Er zijn fraaie pullen
met typisch Nederlandse haring slik-i
kende mannetjes en een kraampje
Hollandse nieuwe; maar men ziet er
ook asbakjes die weliswaar fraaie staal
tjes van keramiek zgn maar niets zeg
gen over het land van herkomst. De in
leider wees daarop toen hij stelde, dat
het goede souvenir typerend, symbo
lisch moet zijn voor de streek: volk
en land moeten typeren in één krachtig
detail.
Burgemeester Meuwese van Hilvaren-
beek, die als voorzitter van Brabants
Edel Ambacht de opening verrichte,
schreef de kentering op het gebied van
de reissouvenirs mede'toe aan het ijve
ren van de V.V.V.'s.
De K.N.A.C. raadt Nederlanders, die
naar Frankrijk gaan en benzinecheques
nodig hebben aan, deze cheques voor
zover mogelijk in Nederland aan te
kopen. Dit wegens de staking van de
Franse bankbedienden. Doordat deze
staking zich nog steeds uitbreidt, kan
het hier en daar in Frankrijk uitermate
moeilijk worden benzinecheques te be
machtigen. Er wordt thans overwogen
ook de banque de France benzine
cheques uit te laten geven, maar vol
gens de laatste berichten dreigt het
personeel van de nationale Franse bank
eveneens in staking te gaan. Bi) nog ver
dere uitbreiding van de staking denkt
men de Franse bureaus voor vreem
delingenverkeer met de cheques te be
voorraden.
79
„Een beetje opgewonden, je zult het zelf wel zien.
Is er iets bijzonders met een van je patiënten?"
„Ik heb die vrouw, die gisteravond zo leng bewus
teloos bleef, een spuitje gegeven. Ze maakt het nu
beter. Wilt u niet even mee naar mijn hut gaan, ka
pitein?"
„Waarom? Ik kom maar even langs. Kom straks
bij me boven in de kaartenkamer."
„U ziet er vermoeid uit. Laat me
„Neen, geen prik voor mij, hoor. Dank je wel."
„Kom toch maar even binnen, kapitein," zei Older,
achteruit tredend nadat hij de deur van zgn hut ge
opend had. „Neem de divan of de stoel, de enige
stoel," vervolgde hij glimlachend, „naar verkiezing.
Geen kwestie van spuitjes. Laat Ik u eens een cock
tail mixen waarvan ik het geheim bezit, en die u zal
opwekken zonder de geest te benevelen, zonder u te
versuffen en zonder u de slaap te ontnemen. Overi
gens heb ik er zelf ook behoefte aan."
„Het is hier gezellig," zei Vox die zich zwaar op de
sofa liet zakken als iemand die aan het einde van
zijn krachten is, terwijl de dokter druk bezig was met
glazen, flessen en flesjes. „Aldoor meer oude boe
ken, Older?"'
„Ja, ik koop altijd wat, in Marseille, Napels of New
York en ik kom er nooit toe ze weg te doen. De tim
merman hier aan boord heeft weer een nieuwe plank
voor me gemaakt en die is weer vol. Kijk eens, drink
dit nu in één teug op, kapitein."
„Kleur van agaat," ze Vox, het glas tegen het pla
fondlicht ronddraaiend, „en niet slecht," voegde hij
er bij, na het geledigd te hebben, „pittig en met een
heerlijke sinaasappelsmaak."
„En blijf nu een kwartiertje rustig zitten, maar u
mag wel praten."
„Maar Godde heeft je nodig."
„Heeft het zo'n haast? Kan hij geen vijftien mi
nuten wachten?"
„Dat wel. Overigens denk ik dat Godde wel op alles
zal letten
„Op wat?"
„Op alles. Het geringste woord dat men over hem
zal zeggen... blikken... groeten...' krantenartike
len... orders van de maatschappij. En dan is daar bo
ven nog Dufor, die jongeman die een aanval van ma
laria doormaakt en een kalmeringsmiddel heeft ge
weigerd. Het is wel nodig hem het een of ander te
laten slikken, zoiets als dit met..."
„Met een beetje broom."
„Zoals je wilt. Het is een goede jongen, een beetje
te gevoelig, een beetje sentimenteel, zowat in jouw
genre, Older. Hij heeft me verteld wat er zoal aan
boord van Canopus is voorgevallen, ten minste wat
hij in zijn koortstoestand gezien heeft. Hij had op de
Afrikaanse kust gevaren toen hij in Napels aan boord
kwam. Je weet wat er met Derieu in Napels gebeurd
is. Maar vóór Napels, in Londen
En hoewel Vox een ogenblik tevoren niet van plan
was geweest iets te zeggen, zelfs niet aan Older, over
wat hij die nacht gehoord had, begon hij nu alles te
vertellen, het vertrek van de Canopus uit Londen, de
averijen, het duivelse slingeren, die half tragische,
half komische sketch om het zo te noemen, in Mar
seille gespeeld door Derieu en Maurin, de beroerte
van Derieu, de stap door Charrel, daartoe door de
machinisten gemachtigd, bij Godde ondernomen, de
komst van Dufor aan boord, de ongerustheid, da
storm.
„Die jongeman, weer ziek, was aan boord alleen,
aan zijn lot overgelaten. Hij luisterde, hü ving hier
drie woorden op en elders weer een paar. Hij las het
journaal door, niemand had hem gewaarschuwd dat
de Canopus uit zijn koers zou gaan om naar de Marco
Polo te stomen. Hij hield de ogen gevestigd op Godde.
Hij heeft Godde zien
Onbeweeglijk, met gesloten ogen, ging Vox door,
herhaalde getrouw gehele zinnen die hg uit de mond
van Dufor gehoord had, sloeg geen enkele scène, geen
enkele bijzonderheid over, zelfs geen tegenstrijdighe
den van de jongeman, ging met hem de tussendekken
door, bezocht de stookplaats, de messroom en nam het
geblankette meisje in zijn armen.
Opeens bleef hij zwijgen en hield de hand voor zijn
ogen hij had zichzeif horen spreken. Was hg dat,
Vox, die daar in de hut van de dokter zat en alles
losliet wat hg verborgen had willen houden?
„Wat is dat, Older? Is dat jouw mengsel, dat
„Wees maar niet bang, Vox. De kwestie is dat je
een man bent en dat je twee nachten geleden de
Marco Polo te hulp bent gevaren en gisternacht naar
de Canopus bent gestoomd, dat je de hele dag daar
tussen drenkelingen hebt opgevist, het hele gewicht
daarvan op je schouders heeft gedrukt neen dat is
niet het woord, want ik wil niet spreken van licha-
meigke vermoeienis maar op je geest. Alles heeft
van jou, van je beslissingen afgehangen, ons lot en
dat van de Canopus. En vannacht heb je geluisterd
naar Dufor en Godde. Geloof je niet, dat dat genoeg
is om iemand te laten praten, zelfs een man als jg?
Een schok, een geweldige schok, Vox, die je geheel
het binnenste buiten keert. Ga voort, je weet een
dokter is zoiets als een priester."
„Je hebt gelijk, Older, een schok. Dat doet me goed.
Zou ik zonder gevaar nog zo'ncocktail van je
kunnen nemen?"
„Ik wilde het je juist voorstellen."
(Wordt vervolgd)
(MADitVK VERBODEN)