De opvoeding van het geweten HET ZWAARMOEDIG LEVEN VAN JONGE ACHTER GLAS ".fotoboek van Joan van der Keuken A POËTISCH JACOB VAN CAMPEN TE AMERSFOORT HERDACHT Klassieke muziek op de plaat KLAVIERMUZIEK VAN ALLERLEI SLAG Roep der ruimten r Ontwikkeling van de liefde tot het goede Tentoonstelling in St.-Joriskerk Bachs concerten voor drie en vier clavecimbels ZATERDAG 14 SEPTEMBER 1957 PAGINA 13 S™rjlVve.dTrSken Liturgische weekkalender „Gouden Tulp", trofee in de reclamewereld President-directeur Ned. Heide Mij. Onze boerenstand moet kunnen con curreren Moderne Amerikaanse dansgroep naar Nederland Beethoven en Mozart Een Nederlandse ®migralieroman Nansenmedaille te Genève uitgereikt Bij de opvoeding van het geweten ontmoet elke mens talrijke moei- lijkheden in zich zelf. De eigen garing heeft ieder geleerd, dat men r gemakkelijk toe komt blind te zijn J°0r persoonlijke fouten of, als men ueze al bemerkt, onmiddellijk een ver klaring en zelfs een verontschuldiging daarvoor bij de hand heeft. Daar komt hog bij, dat onze ingeboren neiging tot ï1 e£.,waad ons zedelijk besef aanmer- kelyk kan verzwakken, daar wij niet zelden onze liefde, ons streven, onze activiteit zo sterk richten op een of ander object, dat ons aantrekt, dat daardoor de liefde tot het goede, die ^dl in ons moeten ontwikkelen, op ds achtergrond raakt. Zo kan het geweten atstompen, zó zeer zelfs, dat wij ten- ?'dtte niet eens meer gevoelig zijn voor ddt goede en dat hét kwaad, waar- •dee wij vertrouwd zijn geraakt, heel Natuurlijk lijkt. Wie zó leeft, komt meer tot berouw en handelt niet ^Deen slecht, maar is zelf slecht ge worden. De atmosfeer van de samen- leving werkt dit alles nog in de hand, £?or slechte voorbeelden en gemakke lijke verontschuldigingen, die boven dien vaak nog tot beginselen worden Verklaard. Met deze situatie voor ogen behoeft het wel geen be- toog dat de op voeding van het geweten bij het kind uitermate be langrijk is. Dat hierbij een goed begrip van de Plicht onmisbaar is, zal wel voor woordelijke ^miiddellljk de zeer veTant" ak van de ouders. Zij t v. 2lJn het, die als eer- kind met de plicht in p» w brengen. De ouders bevelen o net kind gehoorzaamt. Dit is in het normaal, goed, de enig-juiste aan- R3k.' Vooral de vaderfiguur is in dit terband belangrijk. Zijn gezag voelt het kind aan als de beperking van zijn zelfzuchtige verlangens. „Een der- tik verpletterend gezag", heeft E. ■Mounier in zijn karakterleer geschreven 1 het hind noodzakelijk geweldda dig he?rkornen. hoe g°ed en rechtvaar- te sterkerkv,tracht te zijn. En dit is des verwijdert „t* 2eval> naarmate het zich zich over teaJLde üetde en de rede om keur Een nl^!en aan grillen en wille- moeder me? Lregelde liefde van de moeder, met een grondtrek van ecoïs- ?^en om te bezitten kan de- zelfde ervaring van. benadeling Van het OP deze Wijze kan het kind zeer gebukt gaan onder een zware last f t jVan alterlei verboden, die in ieite dwangelementen zijn. Deze levens- Deinvloeding van het kind heeft plaats }'0ór de vorming van het geweten. De jonge mens, die, met dergelijke opvat tingen beiaden, opgroeit, komt niet of nauwelijks hieronder uit en verspeelt de kans op een goede gewetensontwik keling. Wat het kind op die manier aan gedragsnormen met zich meesleept, is met begrepen en niet vrij aanvaard. Het leeft slechts onder de dwang van ge iden en verboden van buiten-af. „Een dergelijk geweten", zegt Madinier te recht, „loopt dan gevaar t.a.v. de plicht te blijven steken in een houding van passieve onderwerping, van intimidatie of vrees, en de morele waarden te zien als uiterlijke dwang, als hindernis voor vrije menselijke activiteit". Het is daar om van het allerhoogste belang, dat de ouders zich goed rekenschap geven van het feit, dat hun gedrag en hun ge zag ingeprent worden in het geweten van het kind en daar de gestalte aan nemen van de plicht zelf. Een goede opvoeding moet steeds ge richt zijn op het wekken van geestelijke waarden en op de ontwikkeling van de liefde tot het goede. Meestal echter wordt helaas meer nadruk gelegd op de vrees ongehoorzaam te zijn. De oorspronkelijke dwangmatige ge- zagsfactoren moeten zo spoedig moge lijk plaats maken voor een gerichtheid op de zedelijke waarden, want alleen op die basis kan de echte moraal van het geweten zich ontwikkelen. Plicht en waarde behouden in het goed gevormde geweten hun volle bete kenis. Maar deze kunnen slechts tot waardevolle menselijkheid voeren, wan neer ze met liefde en inzicht tot het eigen persoonlijke bezit worden ge maakt, zodat men eigenlijk niet meer anders kan handelen dan in overeen stemming met het ideaal van het goede, dat men in zijn binnenste, bezit en cul tiveert. Dat een dergelijke gewetensvor ming eigenlijk pas goed mogelijk is op de basis van de juiste verhouding van de mens tot God, hebben wij reeds her haaldelijk betoogd. De godsdienst im mers geeft aan de plicht haar absolute waarde. De godsdienst leert ons de plicht beschouwen als bet enig nood zakelijke waardoor ons heil wordt be werkt. Hierin speelt de goddelijke deugd van hoop een wezenlijke rol, omdat zij het is, die in ons een edelmoedige geest drift wekt, waardoor wij telkens op nieuw worden aangespoord tot schep pende werkzaamheid. Het doet een beetje Biedermeierig aan. Foto uit het boek „Achter glas" chter het met onuitgesproken woor den bewasemde glas liggen de straten, kaarsrecht en steenhard. De huizen staan al jaren, al van voor je met een schreeuw werd geboren, op hun vierkante stuk, gebouwd van bruine baksteen en deugdelijk hout, berekend op het herbergen van zus- en zoveel mensen, maar niet bedacht op het kleine, tedere ademhalen van jonge meisjes", schrijft Remco Campert bij de serie foto's, die Joan van der Keu ken aanleiding hebben gegeven een nieuw boek samen te stellen, dat onder de titel „Achter Glas" bij C. de Boer jr In de St. Joriskerk te Amersfoort, ^aar het stoffelijk overschot van de grote bouwmeester Jacob van Campen z'jn laatste rustplaats vond, is vrij dagmiddag met enige plechtigheid her dacht, dat hij driehonderd jaar geleden °p zijn landgoed Landenbroek te Amersfoort overleed. Enige honder den genodigden, o.w. vele architecten, verzamelden zich in het kille kerkge bouw en luisterden, nadat de orgel muziek van Sweelinck was verstomd, Naar het welkomstwoord van burge meester H. Molendijk, voorzitter van de commissie van voorbereiding van deze sobere herdenking. De betekenis van Jacob van Campen Voor de Nederlandse architectuur werd belicht door prof. A. M. Hammacher, die eerst een beeld schetste van Hol land en Amsterdam in de gouden eeuw en vervolgens de te herdenken bouw meester daarin een plaats gaf. Hij schilderde Jacob van Campen als een verbeeldingrijke, avontuurlijke gseat, «en typisch 17e-eeuwse figuur, die zich losmaakte van het middeleeuwse gudewezen en met zijn vernieuwde rchitectonische opvattingen veel weer- nrfJ1't,f-ndfvond m bet ondanks alles Vr,Lp e^-bufgerlfjke Amsterdam. Wat der genoenid V" '.Achtste Wereldwon- noten niet zondlr 1S door ziin tÜdge- Campen was en b W-er aanvaard. Van een kleine selecte fiSuur uit len niet begrepen werT dle. voor ve- eigenlijk tot aan het einde v?? st Tn eeuw geduurd alvorens zijnn-,5ui op de Dam algemene en onvet"®1^15 erkenning vond. gae De slechte akoestiek en het be scheiden stemvolume van de spre ker waren er oorzaak van, dat velen de herdenkingsrede slechts gedeelte lik konden verstaan. Duidelijk was ^'gemeester Molendijk, die in zijn ^°twoord zei, het als een groot ge- te voelen, dat er nog steeds geen 0booriijke biografie van de grote °u\vmeester bestaat al heeft de heer p. t. A. Swillens te Utrecht een poging ondernomen die een duidelijk beeld van deze omstreden Uguur aan het nageslacht kan door geven. Vnn'a?at de burgemeester aan de voet had grafmonumentje een krans kerk o eg,d' werd in het koor van de die h??ni¥eine tentoonstelling geopend werken kkin£ heeft °P het leven ea midden *an ,Tacob van Campen. fn het hd rnl; oont de grote maquette van dnny v- de Dam, vermoedelijk v??? iw" ,CamPen zelf gemaakt om te mdsbestuur zijn bouwplannen ente?rduideluken. Voorts vindt men er vai? i tien oa- bet portret de A r Amersfoortse timmerman, die ernnt Vrouwetoren redde een hnu?,L la prenten, schetsen van de meester, brieven en penningen. tentoonstelling was aanvankelijk thdey, S eiden 0Pgezet, maar groeide Jciens de voorbereidingen allengs uit zowel voor architecten als mstonci belangrijke collectie. Helaas men er met m geslaagd. het door Frans Hals geschilderde portret van Jacob van Campen uit Frankrijk naar Amersfoort te halen; de museumdirec tie had het reeds afgestaan, maar de Franse douane was onverbiddelijk. Ook de troffel, waarmee de eerste steen van het raadhuis is gelegd, ontbrak; de Amsterdamse museumdirectie meende dat het voorwerp te veel zou lijden van het dagelijks vervoer van de kerk naar de kluis van de gemeente-ontvanger ZONDAG 15 september: Zeven smarten van O. L. Vrouw; eigen mis; 2 geb. van 14e zondag na Pinksteren; credo; prei. van O. L. Vr.; wit. MAANDAG: H.H. Cornelius en Cyprianus, martelaren; mis Intret; 2 geb. H.H. Luie mia en gezellen; rood. DINSDAG: Wondetekenen van de H. iran- ciscus; eigen mis; wit. Den Boscn, Breda en Roermond: H. Lambertus, bis schop-martelaar; eigen mis; 2 geb. H. Franciscus; rood. WOENSDAG: H. Jozef Cupertino, belijder; ^jgen mis; 2 geb. quatertemperdag; DONDERDAG: H.H. Januarius en gezellen, martelaren; mis Salus; rood. Gronin gen: Kerkwijding van de kathedraal; mis Ternbilis; credo- wit H.H. Eustrachius en gezellen, mis Sapientiam; 2 geb. quatertemperdag; rAnri ZATERDAG: H Matheus? apostel; eigen j/ temperdag; credo; pref. van de apostelen; rooS ZONDAG 22 september: 15e' zondag na pinksteren; eigen mis; 2 geb H Tho mas; cred°j Pref- van de H. Drieëen- heid; groen. te Amsterdam is uitgegeven. De foto s van Joan van der Keuken kregen een paar jaar geleden bekendheid door het boekje „Wij zijn zeventien", een boekje waarvan men vond dat de bloem der natie een wel erg tragisch, quasi-diep- zinnig, weltschmerzerig spel opvoerde. Degelijke, sportieve, Sartre mijdende en niet naar Juliette Greco's sirenen zang luisterende jongeren hebben toen een boekje-er-tegen gelanceerd; „Wij zijn ook zeventien" getiteld. Hieruit bleek dat het nog niet zo gemakkelijk is een ritmisch foto-verhaal over jonge men sen samen te stellen, zeker als over de aanzwellende erotiek niet gesproken mag worden. Joan van der Keuken, inmiddels stu derend 'aan het „Institut des Hautes Etudes Cinematografiques" te Parijs, heeft thans het thema uit zijn eerste boekje uitgewerkt. Het gaat over een jong meisje en haar confrontatie met het leven. Ik weet niet wat eerder ont staan is, de foto's of de tekst van Remco Campert. Ik vermoed dat Cam pert de tekst bij de foto's geschreven heeft, maar het verhaal is toch domi nerend geworden, poëtisch, indringend en verklarend dat vreemde bijna hulpe loze ontwaken van een jong meisje. Op het eerste gezicht domineren natuurlijk de foto's. Ze zijn op royaal formaat ge drukt in een prachtige diepdruktech niek en de lay-out is met het nodige raffinement verzorgd. Bladen zwart pa pier geven een bepaald effect bij de pla ten, kleuren zijn heel bescheiden toe gepast en verder zijn bij het afdrukken der foto's vele trucs aangewend: spie gelbeeld naast de goede druk, een lichte naast een donkere afdruk, ver grotingen tot de korrel heel sterk mee werkt, hevige contrast-werking in licht en donker, opdoemen van gezichten haast uit het complete duister. Die trucs zijn niet onbelangrijk in de com positie van het geheel, vooral omdat zij habiel en artistiek zijn toegepast met een jeugdige onbevooroordeeldheid, die zich weinig bedenkt bij een goede inval. Knapper echter is de uitwerking van een zekere „stijl" in de fotografie, ge propageerd door Ed van der Elsken (Een liefde op Saint Germain des Prés) waarbij de fotograaf een situatie, een compositie, een portret-studie bijna uit den treure bestudeert en arrangeert en dan toch een plaat maakt, die de in druk wekt uit 1 outer spontaneïteit, als snapshot te zijn ontstaan. Ed van der Elsken had als model een zelfbe wuste, mannequinerige speelster, Joan van der Keuken daarentegen heeft ge werkt met een jong argeloos-uitziend meisje. De ontluiking der erotische span ning, zich uitend in een oogopslag, de zwelling van de lippen en dat wonderlijk trillen van kringspieren van oog en mond heeft hij met groot vakmanschap en sterke sensifiliteit vastgelegd. .Ergens voorbij het glas ben je le vend, ademend een mens." „Sta daarom stil, verroer je niet, luister naar het bonzen van je bloed." In het verhaal komt een schrijver V0°U die met het meisje uitgaat, een schilder die schildert en een beeldhou- weD die haar portretteert. „Je ge zicht heeft zich verdubbeld en hoe lan ger je zit, des te meer gaat het er op lijken, dat het leven geleidelijk aan weg trekt uit je gezicht van vlees en bloed en zich vestigt in .ie gezicht van klei. Je voelt hoe zijn handen, die als doel bewuste vogels om je hoofd heenzweven en dan plotseling neerstrijken, zich om je wangen leggen". Zo maakt de tekst de foto's levend. De woorden gaan domineren maar lou ter illustratie worden de foto's toch ook weer niet, ze betekenen meer in het ge heel. De taal is geloof ik eerlijker dan de foto's, minder pose, minder quasi tragiek en zwaarmoedigheid. De dromerige sfeer van het boekje zou men reactie kunnen noemen op al wat kei hard en zakelijk in onze tijd is. Het doet een beetje Biedermeierig aan. Al leen toen vielen de vrouwen en meisjes uit louter zwaarmoedigheid op gezette tijden flauw. Men kan opmerken, dat men de jonge meisjes liever anders, liever onbezorgder, liever minder zwaar moedig ziet, maar daar heeft Joan van der Keuken niets mee te maken. En als een verliefde jongen het boek cadeau doet aan zijn teerbeminde (daar is het zeer geschikt voor) zal ze zacht zeggen: „ik voel het zo." M. Een „Gouden Tulp" voor de beste reclame in Europa zal met ingang van 1959 en verder om de twee jaar worden toegekend door de Europese commissie van de „International Advertising As sociation". Deze „Gouden Tulp" is in gesteld door het „Nederlands genoot schap voor reclame" ter gelegenheid van zijn dertigste verjaardag. Dit heeft de voorzitter van het ge nootschap jhr. W. van Andringa de Kempenaer bekend gemaakt tijdens het slotdiner van het internationale recla mecongres te Scheveningen. De tulp zal worden toegekend aan een Europese reclameman, die, naar mening van de commissie, de beste reclame maakt voor een nationaal pro- dukt op een buitenlandse markt. (Van onze correspondent) Al het mogelijke zal moeten worden gedaan om onze boerenstand in staat te stellen op internationaal niveau con currerend te werken en daarom mag op dit terrein geen bestedingspolitiek op korte termijn worden gevoerd. Tot deze conclusie kwam ir. H. J. A. Hen- drikx, president-directeur van de Ne derlandse Heidemaatschappij tijdens de algemene vergadering van de Heide Mij., die vrijdag in de Twentse Schouw burg te Enschede werd gehouden. Hfj achtte een snelle aanpassing der externe factoren in de agrarische sec tor aan de eisen van mechanisering en rationalisering van de bedrijfsmethoden noodzakelijk, vooral nu de Europese sa menwerking zich duidelijk begint af te tekenen. Daarom zal de Nederlandse Heidemaatschappij alles in het werk stellen, dat de ruilverkaveling op zo kort mogelijke termijn zoveel mogelijk boeren de gelegenheid geeft tot een ra tionele bedrijfsvoering. De voorzitter van de vereniging, mr. S. Baron van Heemstra stelde in zijn openingsrede, dat de Heidemaatschappij in feite is een coöperatie van pioniers, op zoek naar nieuwe wegen. De inge stelde rentambten, die zich bezig hou den met het beheer van bos- en land bouwbedrijven en ander grondbezit, hebben zich in het afgelopen jaar gunstig ontwikkeld. Op de terreinen van recreatie, de boerderijenbouw en de verharding van landbouwwegen, werd getracht goede oplossingen te vinden voor de behoeften van de stadsbevolking en de boer. De behoeften van de land bouw en de realiteit van de alom ver minderde investeringscapaciteiten, wa ren daarbij zowel drijfveer als maat staf, aldus de verenigingsvoorzitter. De José Limon Dance Company, een moderne Amerikaanse dansgroep, zal binnenkort in Amsterdam, Parijs, Ber lijn, Polen en Joegoslavië optreden. Al de dansen op het repertoire van de groep zijn ontworpen door Limon zelf, die de leider van de groep is, of door Doris Humphrey, die het dansen tien jaar geleden opgaf en thans cho reografe en artistiek leidster van de groep is. De belangrijkste nummers op het programma zijn: Emperor Jones", een interpretatie van het toneelstuk van °P muziek van Villa-Lobos; „The Moors Pavane", een gedanste ver sie van Othello, op muziek van Pur- cell; „There is a time", een lyrische compositie, gebaseerd op bijbelse ver halen, en „The traitor", een versie van het Judas Iscariot-thema. Doris Humphrey heeft de choreo- frafieën ontworpen door „New Dance", „Day on earth" (het leven van de mens op aarde), op muziek van Aaron Cop land. „Lament for Ignacio Sanchez Me- jias", gebaseerd op het gedicht van Lorca, en „Ritmo jondo", een divertis sement met Spaanse karakteristieken. Een recente Decca-opname, die groot succes belooft te zullen krijgen is de 25 cm LX 3152, die Bachs con certen bevat resp. voor drie en vier clavecimbels (in C en a), gespeeld door het Ensemble van het Ansbach Bach Festival onder leiding van Karl Richter met de dirigent alsmede Edu- ard Müller, Gerhard Aeschbacher en Heinrich Gurtner aan de cembali. In tegenstelling tot de mening van som migen, dat Bachs oeuvre zwaar en moeilijk is, een kunst om er met rim pels in het voorhoofd bij te zitten, kan men stellen dat een zeer groot deel van dit oeuvre een simpel diverterend karakter heeft. Deze beide concerten zijn daarvan de prachtigste voorbeel den. Ze presteerden niets, niets anders tenminste dan het verschaffen van di vertissement, t.w. spel met klank. Het concert voor vier clavecimbels is een bewerking van het eveneens wel uit de concertpraktijk bekende ge lijknamige werk voor vier violen van Vivaldi. Bachs grote Italiaanse tijdge noot. Bewerken betekende voor Bach heel iets anders dan het maken van een transcriptie. Dit concert voor vier clavecimbels volgt wel de structuur van Vivaldi, doch in de factuur heeft Bach zich alles veroorloofd, wat hü nodig oordeelde om de stemvoering in te stellen op het karakter van de clavecimbels en de contrapuntiek dien overeenkomstig te verrijken. Het werk is een herschepping geworden, Bachs genie geheel waardig. Vele van de concerten, die Bach voor een of meer klavieren geschreven heeft, zijn bewerkingen van eigen of anderer werk, maar de beide concerten voor drie klavieren zijn naar alle waar schijnlijkheid oorspronkelijk. Het onder havige in C doet dit trouwens reeds vermoeden door de zeer diep doorwerk te structuur. Het lijkt inderdaad wel van meet af aan geconcipieerd te zijn voor de drie clavecimbels, die dan ook in feite een zelfgenoegzame rol ver vuilen. Het strijkorkest draagt en steunt wel op een z-eer boeiende manier, maar strikt genomen beperkt het zich tot de rol van een, zij het rijk uitgewerkte, continuo-bas. De klavieren concerteren onderling. Het karakter van het werk is pompeus feestelijk, koninklijk van allure. Het concert voor vier klavieren geeft veel meer een speels concerteren de muziek. Voegt men hieraan to-e het meesterlijk uitgewerkte spel van dit ensemble, dan is het duidelijk, dat hier een rijke opname is ontstaan, die al leen niet zo voortreffelijk in de klank is uitgebalanceerd, als men wel ge wenst zou hebben, maar die nochtans de aanschaffing volledig waard is. Een andere Bach-opname publiceerde Decca op LXT 5309, waarvoor Wilhelm Backhaus speelde de Engelse Suite no. 6 en de Vijfde Franse suite, alsmede de Vijftiende (in G) en de Negenender* tigste (eveneens in G) van de Prelu dia en Fuga's uit het „Wohltemperier- te Klavier". De tegenstelling is groot, en niet alleen doordat Backhaus Bach's klavierstukken op de vleugel speelt. Hij is nog een pianist van de romanti sche school, wiens begrip van Bach in feite bepaald wordt door Beethoven. Bach wordt onder zijn vingers eigenlijk een onvolkomen Beethoven. Wil men het eveneens zo zien, dan valt het niet moeilijk te erkennen, dat Backhaus Bach warm en bewogen speelt. De genen, die Bach in zijn eigen tijd en stijl en vooral ook in zijn eigen wezen zijn gaan verstaan, kunnen het niet begrijpen. Dat is een kwestie van stand punt. Beethoven komt voorts aan het woord met zijn befaamde c-moll Varia ties op de 45-toeren Columbia ESBF 141 in heel zijn onstuimige wezen van die periode gespeeld door Malcuzyns- ki, fors en ruim en vol verschietend perspectief. door Dirk van Brink beetje hooi waarover ik beschikken kon ook nog ver regend zou zijn! Ik rukte een pluk hooi van achter een kartouw uit en rook er aan. De zoetige geur was verrukkelijker dan het zuiverste parfum. Ik tuigde mijn paard af, wreef het zorgvuldig droog en ging naar binnen. Onweer heeft me altijd angst aangejr.agd... mis schien is de bliksem het enige in de natuur wat ik werkelijk vrees. Het is een primitieve vrees, op het bijgelovige af, ik kan er niets aan doen. Men kan de bliksem niet bedwingen; men kan slechts afwach ten of hij slachtoffers zal maken. Ik ben er helemaal niet de man naar om te gaan zitten wachten op het gevaar. En toch, de bliksem laat geen andere mo gelijkheid. Ik klom naar boven en ging voor het open raam De boer ,„eelde niet veroorln„„„ van mÜn kamertje zitten. Men zegt, dat dit ge- Vóór zijn huwelijk komln er vraagstukken aan dé vaarl«k is' maM ik doe het bijna altyd als het on- ?ei enhet bedri?^?' ?V^enekagn°dfe ntet"^^ek naar de lucht. Enm^tip-hp^pn ^apl ttv Hipnt terdege ovpr" N°£ was de hemel blauw, maar de atmosfeer word??ZUxiSch.UIven" 5 de ouders weeot scheen langzaam in te dikken. De hitte van de dag wogen te en. Het ja-woord van ia.woord v werd als het ware opeengestapeld. In de verte to- bi) ons minsten^ even zwaar als he tl n renden de donderkoppen omhoog: schuim, geklutst de verloofden. Ik weet het, ik weet het. Aandeze uit een oplossing vé„ gelatine. San van zaken zijn bezwaren verbonde Aan de horizon verscheen een inktzwarte wolken- servatief, het is ouderwets, het is „fwaciiten }aa?' die razend snel naderde. Nog priemde het ran- Maar ook de verliefden zullen rn0(;'aa warm_ ke kerktorentje zijn spits in de blauwe lucht vlakbij, of het strovuur van hun gevoelens v°Jd°® ,,nNteken ct begon te weerlichten. Laaiende vlammen veeg- te zal opwekken om de diepe gloed te den de duisternis van de hemel, maar wanneer ze die nodig is om een mensenpaar voorgoed re vei uitdoofden, was het donker des te dreigender, smelten. De dingen in de naaste omgeving verkleurden op vinrinn onbeuspellende wijze. De hele natuur scheen gedom- Net op tijd had ik mijn laatste wagen hooi birmen. peid te worden in een olijfgroene verf. Wie r.n ons beiden het hardste gesjouwd naa weti Langs de horizon schoof plotseling een dichtblau- ik niet, maar mijn Vos en ik, we dampten aneoei we mist. Daar regent het al, dacht ik. Eigenlijk van het zweet. was het net of er met geweld een reusachtig toneel- Voldaan bekeek ik de zware vracht. Het wa.» een gordijn werd opengerukt voor de opvoering van een heksentoer geweest om de laatste ruiters op een drama. wagen te tasten, en de staldeur bleek te klein om de vracht door te laten: er zat niets anders op dan een deel van het hooi af te steken, een tijdrovend karwei, dat verricht moest worden in afwachting van een dreigende onweersbui. Het liep tegen de avond. De radio had zwaar weer voorspeld en alles wees er op, dat ze gelijk zou krijgen. Verbeeld je dat het De lucht boven ons huis was al dichtgetrokken, maar aldoor schoven nieuwe wolken onder de hoge- re, ,?en door. Alleen het kerktorentje blonk nog in het licht van de ondergaande zon. Een fel-gele vuurlijn slingerde bijna loodrecht om laag. Ik telde. Zwaarmoedig dreunde de donderslag. Het huis dreunde mee. Het was niet ver meer af. Van beneden riep mjjn moeder: „Kom je, jongen?" „Dadelijk, moeder." Hoe vreemd het ook mag klinken, angst verwerk ik het liefst alleen. Met de kiezen op elkaar ge klemd keek ik naar buiten. Nog drie van zulke sla gen ongeveer, dan was het onweer vlak boven. Ik nam mijn rozenkrans in de handen en begon te bidden. Het gebed neemt altijd iets weg van een drukkende last. Maar natuurlijk zou niemand kun nen bidden zonder er in te geloven. Het laatste zonlicht doofde uit. Meteen verdween de kerktoren, net of hij werd opgelost in een inkt zwarte vloeistof. De omgeving was nu benauwend klein. Er zat iets wanhopigs in het verdwijnen van de kerktoren. Er vielen enkele zware regendruppels en een he vige windstoot schudde de boombladeren door elkaar. Toen bleef het even stil. Ik hield de adem in. Nu moest er weer een slag vallen. Meteen flitste een bleek-blauw schijnsel op. De don der rolde er dreigend overheen. „Kom nu, jongen," riep moeder weer. Ik vouwde mijn vuisten dat ze kraakten. „Spaar, Heer, spaar uw volk," bad ik. Het begon zwaar te regenen. Het geruis deed den ken aan een naderend leger. De bui is nu vlak boven, dacht ik. Het was of alle natuurkrachten zich boven mijn hoofd samentrokken. Nu waren ze zeker bezig hun prooi uit te kiezen. Het duurde martelend lang. Ik zat klaar om op te springen. Deze éne slag wilde ik nog afwachten. Met half toegeknepen ogen keek ik door het raam naar buiten. Waar bleef nu de beslissende slag? Die moest nu toch vallen, dicht in de buurt, of... Met een vinnige knal spatte vlak vóór mij een straal vuur uiteen. De donder knetterde er langs en ebde rommelend weg in de ruimte. God zij dank! Wordt vervolgd, e Utrechtse edelsmid Leo J Brom is onlangs gereed ge- komen met de vervaardi ging van een reliekschrijn voor het gebeente van Sint Piatus, een martelaar uit de derde eeuw, die, afkomstig uit Italië, de martel dood is gestorven nabij Doornik in Zuid-België. Het was in op dracht van het bestuur der Door- nikse Sint Piatus-kerk, dat Brom de schrijn maakte, nadat diens ontwerp was bekroond bij een be sloten prijsvraag, waaraan hij als enige Nederlander had deelge nomen. Het kostbare en indrukwekken de stuk smeedkunst is uitgevoerd in zilver. Het is „mediaevaal" en streng van uitdrukking en sluit daardoor aan bij de Maaslandse kunst. De Casette is op haar vlak ken onderverdeeld in twaalf vak ken, die elk een paneel in émail champlevé bevatten, uitgevoerd door Johanna Brom. Vrijdag is aan het Internationale Rode Kruis te Genève de Nansen medaille uitgereikt. Deze medaille wordt jaarlijks toegekend voor buiten gewone hulp aan vluchtelingen. Na de uitreiking heeft de Hoge Com missaris voor de vluchtelingen, dr. A. R. Lindt, een gelukwenstelegram ge zonden aan het Nederlandsche Boode Kruis, waarin hij zijn diepe erkentelijk heid uitsprak voor het werk, dat door BENJAMIN BRITTEN Een heel merkwaardige opname komt van Decca: Benjamin Britten als solist met het Aldeburgh Festival Orchestra in Mozarts pianoconcert in A K.V. 414. Het is een „live-opname" uit het Festi val van 1956. Het werk dateert uit da periode van de installatie in Wenen, nadat Mozart met Salzburg gebroken had. Het is een klein, elegant en bril jant stuk, nog niet van de allure der grote, symphonische klavierconcerten. En Benjamin Britten is eveneens een briljant muzikant, die zulk een werk alleszins onderhoudend speelt. Hij is weliswaar kennelijk niet een echt con certpianist, hetgeen aan eigenaardighe den van zijn voordracht en een zeker manco in nuanceringen van het tou cher is te horen, doch men moet de opname ook opvatten als een „snap shot" van wat in een bepaalde sfeer een allerplezierigst muzikaal evene ment geweest moet zijn. Romantisch pianorepertoire ver scheen op Decca LXT 5280, n.l. Schu- manns pianoconcert, gekoppeld met het Konzertstück van Weber en gespeeld door de jonge, hoog begaafde Fried- rich Gulda met de Wiener Philharmo- niker onder leiding van Volkmar An- dreae. De beide stukken zijn overbe kend. Schumanns pianoconcert be hoort tot het gaafste en meest geïn spireerde werk van de meester. Weber is zulk een heerlijk ouderwets stuk ro mantische programmamuziek, vol pe- tillante muzikale inventies. Ze komen zeer gelukkig uit de jonge mannelijke handen van Gulda. Verder gaande met deze pianistische vreugden nog een opname uit Decca's Medium-Play repertoire (LW 5279) t waarvoor Ellen Ballon de suite Bachia- nas Brasileiras no. 4 van de Braziliaan Heitor Villa-Lobos heeft gespeeld. Het is Indiaans folkloristische muziek, ro mantiserend bewerkt in de manier, die Villa-Lobos zich voorstelt verwant te zijn met Bach. Dat deze muziek daar in werkelijkheid niet veel mee heeft uit te staan is niet erg. De methode ver schaft Villa-Lobos in ieder geval een zeker technisch stramien, dat hem vorm vastheid verleent. Zijn muziek is altijd eenvoudig van aard, maar melodieus en gevoelig geschreven, en zij wordt door Ellen Ballon ook goed naar haar aard gespeeld. Philips heeft in zijn Mozart Jubi leum-Editie nog enkele opnamen gepu bliceerd. Kar! Engel heeft daarvoor gespeeld op A 00997 R de pianosona ten in A K.V. 331 (de sonate met het „Alla Turca") en de veel latere en rijpere sonate in D K.V. 576. Karl Engel is een pianist, die we] ongeveer het summum heeft bereikt van de he dendaagse objectieve stijl. Hij speelt alles wat er staat en heel goed. Minder van een persoonlek temperament er aan toevoegen is niet voorstelbaar, doch dit wil daarom nog niet zeggen, dat dit spel zwak is. In ieder geval tappen Arthur Gru- miaux en Clara Haskil uit een heel ander vaatje in twee van Mozarts so naten voor viool en Diano, n.l. Bes K.V. 454 en A K.V. 526. Ook zij zijn bepaald geen romantische zielen, maar zi] huldigen nog we] de stelling, dat er kiankcharme ontwikkeld moet worden en alle markante accenten een rol moe ten spelen. Dat levert dan het hart verkwikkende, geestriike musiceren op, waarmee de twee altijd frapperen. De sonaten behoren tot de beste uit de ver zameling. De eerste geeft de rijpe, bril jante Mozart, d-e laatste een meester, die op zeer hoog niveau zowel kenmer ken van Bach als van Beethoven har monisch verenigt. Een kostelijke plaat voor ieder, die gelukkig kan zijn met de puurste muziek. L. H. het Nederlandsche Roode Kruis ten be hoeve van de Hongaarse vluchtelingen is verricht. Ook dankte hij voor ds hulp aan die Hongaren, die zich blij vend of tijdelijk in Nederland hebben gevestigd. Dr. Lindt heeft voorts ge- lukwenstelegrammen verzonden aan het Rode Kruis in 33 andere landen. De Nansenmedaille is te Genève namens het Rode Kruis in ontvangst genomen door mr. Bonabes de Rouge.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1957 | | pagina 13