RANG is alleen als er staat. m De leek in de Kerk N! GESCHKDENIS VAN NEDERLAND IN DE JAREN 1850-1925 Voortreffelijk staal van verantwoord geschiedschrijven M Van boeken en schrijvers V6LP0N Hoep der ruimten Klassieke muziek op de plaat Strijkkwartet van Hugo Wolf E FRUIT EN VITAMINE C VAN VEEL BELANG Vraag naar meer persoonlijk beleefd christendom en Herdruk fan Verberne's werk Vroeg-Italiaanse strijkersmusiek Juiste voeding en A-griep Koninklijke archeoloog 9 V. J MULO A en B RESA-HILVERSUM S^CbU''jS,ï«n. Si» m» ZATERDAG 12 OKTOBER 1957 PAGINA 9 RANG, een product van de Kingfabrieken. Vraag ook RANG menthol eucalyptus. De beste bescherming tegen ons klimaat Liturgische weekkalender Enig optimisme over de oestercultuur niiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiniiiiiiiiiiiiimnifiuiiiininniiiiiifi «foor van d®n Brink Afscheidscollege prof. Gonggrijp GESCHIEDENIS DER NEDERLANDEN Quartetto ltaliano Beeld van Pallas Athene gevonden Advertentie aar aanleiding van een reportage via de K.R.O.-televisie over het Katholiek Militair Vormingscen trum „Waalheuvel" schreef het protes tantse dagblad Trouw met verbazing te hebben vernomen, dat in de Katho lieke Kerk ook leken als gesprekslei ders optreden in discussies over geloofs- onderwerpen, en het voegde eraan toe verheugd te zijn over de ontwikkeling binnen de Katholieke Kerk naar een meer persoonlijk beleefd christendom. De leider van het voortreffelijk werk, dat op „Waalheuvel" geschiedt, aal moezenier overste P. Groenendijk, is onlangs door de Adelbertvereniging Uitgenodigd op haar Landdag te Hilver sum vanuit zijn ervaring op het Vor mingscentrum te spreken over de ge loofsbeleving van de leek. „Wie ben ik als leek in de Kerk van vandaag" en ,,hoe kom ik tot een meer persoonlijk geloofsleven", zijn vragen, die, buiten de kring der jongeren, ook ouderen be zig houden. Waarmee reeds aanstonds is aangetoond, dat deze vragen niet zonder meer voortkomen uit ongeloof gebrek aan volgzaamheid tegenover het kerkelijk gezag of uit een materia- listische levensinstelling zoals ouderen vaak aan jongeren verwijten. Men mag veeleer met recht stellen, dat de bron van deze vra gen te zoeken is m een oprecht verlangen naar Persoonlijke ver lossing. En even eens constateren ue tot oordelen bevoegden, dat er nnar het algemeen onder de mensen veei meer relieieus geloof leeft dan men geneigd is te denken, al moet worden toegegeven, dat er vaak sprake is van „een versluierd geloof, een latente hou- °mg n°g nie{ 6ealiseerd in eigentijdse in eenrt°ünliJke vormen, nog met levend 1" bezielde gemeenschap". De ech te geloof so vereave waarnaar men ver- ^ngtis voor^lA moeilijk, omdat de traditionele geloofsbeleving de zuivere ontmoeting ^Christus niet zelden verTe^^jonventionele riten en fi?n|tigtidVebr[fi^ jon!erenhaan!ezfg S' biT aalmoezenier Groenendijk dp mUita' van talrijke vragen, die het ^Ï5etl uit eigen beweging op stelden Centrum - .Waalheuvel" gen bhik k voor stuk 3even di® vfa" gen ar> een gevoel van onbeha- machtVan onbevredigdheid, van on- van wel willen maar niet kun- Daarbij komt dan nog, dat menig- - voortreffelijke, eerlijke niet-Ka- l 1 leken ontmoet, die zonder 's zon dags naar de kerk te gaan, zonder biecht en communie beter zijn dan veel katholieken. Vooral dit laatste ervaart men vaak als een schok, omdat men tot dan toe leefde in de min of meer vage gevoelsovertuiging, alsof katholie ken beter waren. Het ligt voor de hand, dat men zich dan gaat afvragen, wat eigenlijk de waarde is van het katholicisme, van zijn verplichtingen, gebruiken en ge woonten En dit te meer omdat men langzamerhand oog krijgt voor het feit, dat de eigen geloofsbeleving m hoofd zaak steunt op de van buiten geleerde Voorschriften van de katfchl^muS^ V'ijl anderen schijnen te leven van wat zij in hart en ziel persoonlijk ervaren De moderne mens wil graag getove11. maar dan in de volle zin van net woord credere cor dare z«n nart geven. Nu kan men zijn hart niet geven aan een geloofswaarheid, waar van de levenswaarde niet eniger mate doorvoeld of vermoed wordt, aan een gezag, waaraan men niet op een °f andere wijze levensbehoefte heeft. Men zoekt naar voeling met de werke lijkheid, naar verwantschap met het bestaande, naar de zin der Openbaring, van de verlossing door Christus. En •lat zoeken geschiedt vanuit de mense lijke lotsverbondenheid. Afzondering en Individualistische levenshouding voelt men aan als onbevredigend. En zo ont dekt men in een open en eerlijk ge sprek, dat in eikaars nabijheid in de Kerk de bron ligt van een zuivere, per soonlijke geloofsbeleving. Menselijke saamhorigheid en onderlinge verant woordelijkheid is het uitgangspunt van deze gedachtengang; uit het heilige j.wij" van het Onze Vader wordt het beiüge „ik" geboren. In de geloofsovergave gaat het om ons hele mens-zijn. Nooit is dit aan grijpender en zuiverder weergegeven dan in de waarde van de 138e psalm, de mooiste en diepste geloofsbelijdenis, die ooit is uitgesproken. Een echt per soonlijke geloofsbeleving kan slechts groeien in de bestaansnabijheid met God, in het samen-zijn met de levende, werkelijke God; Die werkt in mij, en Die ik laat werken en verlossen in mij. Daarvoor is het nodig, dat wij in ont vankelijkheid en overgave ons open stellen voor dat werken van God, zoals het tot ons komt in de Sacramenten, het Woord en de Kerk. Dan pas wordt de beeldentaal van Schrift en liturgie weer voor ons verstaanbaar. Dan pas zullen wij van binnen uit, vanuit een diep in ons hart gevoelde behoefte on ze godsdienst beleven, wat oneindig veel beter, en dieper en blijvender is dan alleen het plichtmatige vervullen van gebeden. Zo gezien blijft de H. Mis niet een éénmansliturgie van de priester, maar wordt zij een offermaaltijd van ons al len. Heel ons godsdienstig leven zal ons op die manier dichter brengen in de gemeenschap van Christus' sterven, verrijzenis en wederkomst. Uit dit bestaanscontact zal een persoonlijke geloofshouding, een per soonlijk gebed, een persoonlijk geweten, persoonlijke christelijke vrijheid gebo ren kunnen worden. Als vrucht van de H. Geest, Die steeds in Christus' Kerk werkzaam is. Naar dit ideaal moeten wij met alle krachten streven. Het is een lange weg die wij hebben te gaan, waarbij veel geduld nodig is en de moed om onze kerheid en twijfel te doorstaan. Maar dat is geen bezwaar. Wij werken im mers niet op de eerste plaats alleen voor ons zelf, maar voor de hele mens heid. Hierop moet Christus hebben ge doeld in Zijn gelijkenis van de on vruchtbare vijgeboom, dre ook voor ons is bestemd. Deze droeg al drie jaar geen vruchten meer. Zijn eigenaar wilde hem laten omhakken. Maar de tuinman vroeg om uitstel: hij wilde de grond om de boom heen nog eens om spitte en bemesten: „Misschien draagt hij dan het volgend jaar vrucht". (Lc. 13.9). Koning Gustav Adolf van Zwedendie grote belangstelling heeft voor archeologie, brenat ov het ogenblik een „wetenschappelijke vakantiedoor te San Giovannale nabii Manziana ten noorden van Rome, waar onlangs een nieuwe Etruskische araikelder is ontdekt. Men ziet hier de koning op handen en voeten over de plaats kruipen waaronder zich de grafkelder moet bevinden. ZONDAG 13 OKTOBER: 18e zondag na Pinksteren; eigen mis; 2 geb. H. Eduard; credo; pref. van de H. Drie eenheid; groen. MAANDAG: H. Callistus, Paus-marte laar; mis Si diligis; rood. DINSDAG: H. Theresia van Avila, maagd; mis Dilexisti; wit. WOENSDAG: H. Hedwig, weduwe; mis 'Cognovi; wit. Utrecht, Den Bosch en Roermond: kerkwijdingsftest; mis Terribilis; credo; wit. DONDERDAG: H. Margarita M. Alaco- que, maagd; eigen mis; wit. VRIJDAG: H. Lucas, evangelist; eigen mis; credo; pref. v. d. apostelen; rood. ZATERDAG: H. Petrus van Alcantara, belijder; eigen mis; wit. ZONDAG 20 OKTOBER: 19e zondag na inksteren; eigen mis; 2 geb. H. Joan nes Cantius; 3 geb. voor voortplanting van geloof; credo; pref. v. d. H. Drie eenheid; groen. Zondag 17 november zal de ko ninklijke zangvereniging „Mastreech- ter Staar" deelnemen aan een z g Maastrichtse dag, welke in Luik wordt gehouden. De staar geeft in Luik, een gala-avond met een program, waarop enkele nieu we koorwerken worden uitgevoerd. Zü zal voorts In de Luikse Kathedraal op zondag 22 december een kerstliede ren-program uitvoeren. Advertentie Verkort Mulo voor P. T. T. en N. S. De kortste en voordeligste opleiding i (Bekende Schriftelijkm Cursus) Minister Algera heeft zich thans iets optimistischer uitgelaten over de mo gelijkheid van een verplaatsing van de oestercultuur indien in het kader van het Deltaplan de Oosterschelde moet worden afgesloten. Tijdens een monde ling overleg met de Kamercommissie over de Delta-wet verklaarde de minis ter dat de kosten van een eventuele ver plaatsing niet zo hoog zullen behoeven te zijn als aanvankelijk werd gedacht. Omdat, zoals uit laboratoriumproeven is gebleken, met een betrekkelijk ge ringe stroomsnelheid kan worden vol staan, behoeft ook het inlaatwerk, dat het zoute water moet binnenlaten, niet zo groot te zijn. Dit zou een ver plaatsing van de cultuur naar de wate ren bij Brouwershaven minder be zwaarlijk maken. Alvorens echter een besluit kan worden genomen zullen eerst nog praktijkproeven moeten wor- dln genomen in het zgn. Veerse Gat. Ken «schutsluis in de dam in het Veerse Gat ten behoeve van de visse- rii noemt de minister „technisch wel niet geheel onmogelijk doch wel be zwaarlik en vooral zeer duur" De voorhaven bij deze sluis zou n.L pre; cies op de n.w.-wind komen te liggen cies op ue voorzieningen en daarom uitgebreide voorzieningen behoeven. De eventuele bedijking van het Vei- dronken Land van Saeftmge «n schorren bij Ossendrecht komt binnen kort aan de orde in de tectaiache Scheldecommissie, waarin Belgie en Nederland vertegenwoordigd zijn. ue minister is echter van mening, dat de ze kwestie niet urgent is. et de her-uitga >e van ee der belangrijkste sy.thetische wer ken van wijlen de hoogleraar Verberne is de Prisma-reeks waarlijk verrijkt en het Nederlands-lezende pu bliek ten zeerste gebaat. In twee deeltjes van elk zowat 200 bladzijden werd compleet herdrukt wat ln 1938 verschenen was als cieel Vil! var de Geschiedenis van Nederland onder redactie van de Amsterdamse hoog leraar H. Brugmans bij de Uitgevers- Maatschappij „Joost van den Vondel" gepubliceerd. Dr. H. van den Eeren- beemt Verberne's leerlipg, promo vendus en Tilburgse opvolger, Veïzor- de deze herdruk en leidde hem met een sober, van dankbare bewondering getuigend woord in. Hij deelt daarin mee de tekst ongewijzigd herdrukt te hebben, terecht van oordeel, dat een bijwerking en aanvulling van het origi neel ongepast zou moeten heten. Voor zover ik het heb kunnen nagaan heelt de bewerker alleen hier en daar ln de noten enige nieuwere publicatie; ver noemd. Het mag waar zijn, dat Ver berne zelf, zo hij deze uitgave zelf had kunnen bewerken, zeker partij ge trokken zou hebben van wat in een tijdsverloop van welhaast twintig jaren aan nieuwe gegevens beschikbaar ge komen is, nog afgezien van de waar schijnlijkheid, dat ten aanzien van be paalde aspecten der stof zijn eigen in zicht zekere evolutie zou hebben door gemaakt, de heer Van den Eerenbeemt heeft beseft, dat hem het recht ont brak zijn afwijkende visie op bepaal de onderdelen op naam van de gestor ven meester te zetten. Aldus is deze herdruk voluit „een stem van ner- zijds". Niet zonder ontroering heb ik de stem, die mij nog zo levendig ii de oren klinkt, weer horen spreken, de hem typerende wendingen van zijn zin nen, zijn voorliefde voor bepaalde, soms wat archaïstische woorden her kend en de gaafheid van zijn enigszins Potgieteriaans-aandoen>:le prozastijl be wonderd. Verberne had het métier van de geschiedschrijver lief en was altijd bekommerd om de taal van zijn ge schriften. Aldus bereikte hij in het werk van zijn middelbare leeftijd een graad van litteraire aantrekkelijkheid, die de lezing voor een publiek van be langstellende leken boeiend en vrucht baar maakt. Zoekt iemand een voor beeld van verantwoord en aantrekke lijk populariseren, dan zal deze Geschie denis van Nederland in de jaren 1850- 1925 hem in allen dele voldoen. Deze deugd van het werk is het echter niet alleen, die mij de her druk met blijdschap doet begroeten. Ook als voortreffelijk staal van ver antwoord geschiedschrijven verdient het in ere en in gebruik te blijven. Hoe volkomen heeft de in de dagelijkse omgang toch zo tempera mentvolle, soms tot baldadigwordens toe uitbundige Verberne zich als ge schiedschrijver weten te houden bin nen de perken van een wijze ingeto genheid, die nauwelijks gelegenheid bood tot partijkiezen. Verre van laf in zijn karakteristieken, heeft hij zich in al zijn werk zeer duidelijk ook in zijn veel-gebruikt Patria-boekje over de 'Nederlandse Arbeidersbewe ging ten doel gesteld ieder het zijne te geven, de polemiek uit de weten schap te weren en de geschiedschrij ving te vrijwaren voor dienstbaarheid aan geloofsverdediging, opvoedkunde of partij-propaganda. Als beschrijver van de vaderlandse geschiedenis in de achttiende en negentiende eeuw heeft Advertentie /f t Verberne, in wie iedereen overigens de katholiek onderkende, aldus de ver diende waardering gevonden en het hem toekomend gezag, verworven bij alle deskundigen. Ten slotte openbaart dit werk de over leden geleerde ook in zijn persoonlijke oorspronkelijkheid. Wie heugenis heeft aan traditionele synthesen in binnen- en buitenland zelfs als zij belichaamd werden in wereldvermaarde compila ties als de Franse serie Peuples et civilisations, de Oxford History of Eng land en de Propylaen-Weltgeschichte of in enkele andere delen van Brug mans' verzamelwerk is zozeer ge wend aan de taaie hegemonie van de staatkundige geschiedenis, dat hij mis schien met enige bevreemding kennis neemt van de opeenvolging der hoofd stukken in dit werk van Verberne en van de ruimtelijke verhouding der on derdelen. Ter typering van deze eigen aardigheid kan hier de beknopte weer- gave van de inhoud van het eerste deel- tie dezer nieuwe uitgave dienen: in een eerste hoofdstuk wordt het geeste lijk leven behandeld, in een tweede de sociale ontwikkeling, in een derde ten Een Nederlandse emigratieroman 63 de boer, het onverbleekte type, zal ik matar_ze8g®"- nameloze tragiek in de boer aller tijden is, dat pod hem roept om de brug te slaan tussen oorwerel beschaving. Enerzijds bestormt de boer de wilder- n>s om die geschikt te maken voor de cultuur, an derzijds voedt hij de beschaving met zun §®z°"d levensdrift. Hij boort zich vast in de wilde b°dem Ms het taaie helmgras in de schrale duingrond. Uit arbeid kan de beschaving opbloeien. Hu is nei, d'e aan de gemeenschap haar uitbreidingsmogelijk heden verleent en daaraan dit is juist de grote tragiek daaraan valt hij tenslotte zelf ten offer. tijd kan teren op het reservevoed^l in de zaadlob- hen Zn kan de boer in den vreemde geen woiiei schieten, indien hij niet een tijdlang kannt®r^°^d0" menselijke reserves: de tradities. Ik ken igeen se ro meiijker vergissing dan de uitspraak, dat het geslach tenlange inhameren van een traditie bu de boeren voortkomt uit een sentimentele liefde voor vergane dingen. Het is toch zo duidelijk, dat de boer hiermee instinctief zijn reserves oppot tegen de tijd, dat hu ge dwongen zal worden een nieuwe woestenu in cultuui te brengen. Conservatisme is voor hem inderdaad het conserveren van zijn reserves. Zijn behoud zucht lijkt versteend als een pruimepit maar bi) de emigrant ontkiemt ze en bloeit ze uit tot een ge heel nieuwe wereld." Pastoor Bouwman zweeg andermaal. Verslagen zei ik: ,,Dus U meent... „Ja, dat meen ik", viel de priester mij snel in de rede, „ik wil rond voor mijn overtuiging uit komen. Maak je niet wijs, Johan, dat je bezig bent je recht op een stukje bouwland te verdedigen. Je hebt de prachtkans afgewezen, die Robbers je aan bood. Je hebt het zeer billijke aanbod van burge meester Dubbelman afgewezen... Dit is geen strijd meer om een stuk grond; het is een strijd tegen jezelf. Jij bent bezig, jezelf los te weken van dt grond van je vaderen, omdat je hier geen nieuwe mogelukheden meer ziet. Hier immers is de cultuur reeds gevestigd, jouw roeping ligt elders. Jij bent niet het type om te peuteren aan een vier kante meter grasland, of processen te voeren over een sloot meer of minder. Jij zou eerder als een Wat de missionaris doet in de bovennatuur, ver- uu ccluci als ccu icht de boer in het rijk der natuur, en het is geen 3atavier de hei intrekken om te proberen, rogge donder, da; er zoveel boerenzoons missionaris wor- je telen op een stuk duingrond. Jü hebt ruimte nodig, zij hebben van huis uit het karakter van pio- overvloed van vrije ruimte, licht en lucht. En daar- -J pmicrraron den; hiers. De boer wordt bespot om zijn hang naar tra dities. Dat komt omdat men hiervan alleen de klein- menselijke kanten ziet. Maar het grote in deze ka raktertrek is juist, dat iedere nieuwe beschaving op Jraditi.es moet worden gebouwd. Men hoont de boer zijn conservatisme, maar men vergeet, dat ■hechts één macht ter wereld het serieus kan op- kernen tegen het onberekenbare, het wispelturige van de wildernis: de behoudzucht van een gewelde naar. Een erwt kan niet ontkiemen, indien ze niet enige om zul jij emigreren.' Terwijl ik .me onophoudelijk vermoeid door de ha ren streek, liet ik de gevoelens, die me bestormden, weg-ebben. Nu weet ik, dat in deze ogenblikken mijn innerlijke omwenteling geheel voltooid werd. Toen kon ik die waarheid nog niet aan. De woorden van pastoor Bouwman waren als druppels 'vloeibaar lood in mijn gemoed gevallen. Ze hebben er lidtekens in gebrand, die me tot mijn dood zullen bijblijven, maar in die dagen waren oorzaaktInrSzodr°an ik dacht aan alles wat me bond aanm$'geboortegrond:^«"Xt^heTv^e dPe't3" akkers, mijn weiden, het stamhuis, het vee, de taal, "'inkeek «Tar het witte schudde langdurig van "5f'.zoals ik dat gedaan had t"dNooitemhenheer pastoor," bracht ik er uit, „nooit zaï k van dit anePs afstand kunnen doen..." Het was mijn laatste verzet - een louter uiter- lUHetWwlsStdaenhoUding van de zakenman wiens fail- nei was u nnnsevraagd, maar die door een weelderig liven deThfn tot'hét laats t toe tracht 0PIkeverwe!?de mij nog als de misdadiger, die de bewiizen van zijn schuld voor zich ziet opgestapeld, maar die desondanks, in afwachting van zun dood- onnls, hardnekkig blijft ontkennen. Pastoor Bouwman stond op. Weer zag ik die smartelijke trek van zoeven rond ZUHü'schonk mij zijn zege - maar ingetogener dan anders, en met een zichtbare ontroering Zonder een woord te spreken verliet hu de zieken- RaiZou ie het Kersfeest thuis willen vieren?" vroeg broeder Laurentius, terwijl hu bezig was, me te ivoccpn Dat is geloof ik, wel mijn grootste kruis geweest in het ziekenhuis: het feit, dat ik me drie maanden lang als een hulpeloze baby heb moeten laten ver- zoreen Waar moeten wu dan toch de hemel mee verdienen, zo heb ik dikwijls bij mezelf gedacht, als ik de ziekenbroeder geduldig met zijn po's zag sjou- wen... Zeker wil ik graag het Kersfeest thuis vieren, broeder!" riep ik uit, terwijl mün hart een vreugde sprong scheen te maken. „Ik zal het er eens over hebben met dr. Fitters," beolofde hij (Wordt vervolgd) PROF. L. G. J. VERBERNE slotte de politieke geschiedenis, maar deze dan altijd nog in voelbaar ver band met de geestelijke en maatschap pelijke stromingen. Het spreekt daar bij dan boekdelen, dat die eerste twee hoofdstukken ongeveer vier vijfde van het deeltje in beslag nemen. Niet het minst om deze in 1938 nog gedurfde en in elk geval originele opzet, maar daarnaast ook om de pregnante, rake typeringen van stromingen en gestal ten, de gedragen beheersing van de stof en van het taai-instrument verdient dit voortreffelijke werk de belangstel ling van de algemene lezerskring, waar toe de verschijning in de welverzorg de, maar voor alle beurzen betaalbare Prisma-reeks het de toegang opent. PROF. DR. L. J. ROGIER. Op 23 oktober om half twaalf zal prof. dr. G. Gonggrijp in de aula van de Nederlandse economische hoge school zijn afscheidscollege geven. Prof. Gonggrijp werd in 1926 benoemd tot buitengewoon hoogleraar in de ko loniale economie, waarna in 1939 zijn benoeming tot gewoon hoogleraar volgde. Na de oorlog zijn zijn leeropdrachten veranderd in „Oosterse economie en economische geschiedenis van Indone sië". In 1956 werd hem emeritaat ver leend, doch gedurende de cursus 1956 en 1957 gaf hij nog college tijdens de afwezigheid van prof. dr. J. Tinbergen. en verschijning op het gebied van de kamermuziek, die de Hugo Wolf-kenners machtig veel ple zier zal doen, is de Philipsopname (A 01158 L) waarvoor het uitnemende Amerikaanse New Music Quartet zowel de Italienische Serenade als het weinig of niet bekende strijkkwartet in d van de meester heeft gespeeld. Het moet de eerste keer zijn, dat dit laatste stuk op de plaat verschijnt, zodat de lief hebbers nu hun kennis aangaande Wolf wezenlijk kunnen uitbreiden. Hugo Wolf heeft aan dit kwartet met tussenpozen gedurende zeven jaren ge werkt, en wel tussen zijn achttiende en vijfentwintigste. Twee omstandig heden werkten daarbij tegen. In de eer ste plaats was hij nog erg jong, in de tweede plaats was zijn geniaal talent uiterst nauw begrensd. Hij was een lied componist en niets anders. Dat hij een klein en exquis meesterwerkje heeft ge maakt als de Italienische Serenade ls nog niet eens een uitzondering op deze stelling. Het stuk is feitelijk oen instrumentaal lied, uitgebreid en contrapuntisch door gewerkt, geschreven voor vier vaak zeer zelfstandig behandelde stemmen. De componist had het als openingsdeel bedoeld voor een driedelig werk, maar die meer samengestelde vorm heeft hij niet opgebracht. In het kwartet heeft hü dan wel een grote samengestelde instrumentale vorm voltooid, kennelijk onder de enorme in druk van Beethoven in zijn middenperi ode zelfs tot opus 95. Dat was een voor Wolf vreemde invloed. Beethoven heeft voor hem in de directe zin niet veel betekend. Wel Wagner, met wiens idioom hij verwant was. Ook vroege Wagnerismen zijn in dit kwartet wel te vinden, maar de dominerende figuur is er toch Beethoven in. De kenners zul len Wolf zelf terugvinden in zijn gepas sioneerde expressiviteit en in menige melodische welving, die de meester van de liederen verraadt. Opmerkelijk is ook, dat zijn Finale zich plotseling van Beethoven afwendt en stylistische ver- Advertentie door Prof. Dr. L. G. J. Verberne t, Dr. P. C. Boeren, Prof. Dr. L. J. Rogier en Drs. J. C. Schreuder is mede doordat zij volledig recht doet aan het stand punt van andersdenkenden een standaard-uitgave van de eerste orde. Rijk geïll. in 4 delen fraai gebonden (oorspr. prijs 70.thans totaal 34.50, betaalb. met 3.50 of meer per maand. Men vermelde bij bestell.: „Adv. 513". Boekhandel H. Nelissen, Leidsegracht 108G, A'dam (postrek. 60092). Er is geen specifiek voedingsmiddel dat voorbehoedend werkt tegen de griep. Ook zün er geen speciale voe dingsmaatregelen die de verbreiding van de epidemie zouden kunnen stui ten. Wel kan in het algemeen worden gezegd dat fruit eten van belang is. Aldus het voorlichtingsbureau voor de voeding, dat voorts het belang van vi tamine C uiteenzet. In een periode van veel ziekte in het algemeen is zeker extra aandacht voor een verstandige voeding op zjjn plaats, in dezelfde zin als voldoende rust en zorg voor het vermijden van risico's door kouvatten en grote inspanning en goede algemeen hygiënische gewoon ten extra aanbevolen worden. Het is een wijd verspreide mening dat vitami ne C in het bijzonder de weerstand te gen infectieziekten zou verhogen. Veel onderzoek dat hierover is verricht heeft nimmer een bevestiging van de me ning kunnen geven. Wat ten aanzien van infectieziekten en vitamine C wei bekend is, is dat tijdelijk vitamine C aan het bloedserum en aan de weef sels wordt onttrokken en wordt ver plaatst naar de witte bloedlichaampjes die bij infectie in veel groteren getale in het bloed aanwezig zijn en voor hun defensieve arbeid blijkbaar veel vita mine C nodig hebben. Onder normale omstandigheden van voeding door middel van voldoende ge varieerde en goed bereide maaltijden is in Nederland de vitamine C-waarde van de voeding voldoende voor een ge zond mens, ook voor perioden van tij delijk extra behoefte. Deze normale omstandigheden van voeding zijn er evenwel voor een groot deel van de bevolking thans niet om dat: le. Grote groepen in het algemeen nog onvoldoende beschermende stoffen in hun voeding hebben. Door onver standige bereidingswijze kunnen voe dingsstoffen (vitamine C vooral) ver loren gaan. Zij zullen eerder slachtof fer kunnen zijn bij een epidemische verspreiding van ziekte en een langdu riger herstelperiode kunnen ondervin den. 2. Omdat een belangrijke bron van vitamine C in de voeding van waar schijnlijk meer dan de helft der bevol king door de hoge fruitprijzen vervalt. Een kwart van de hoeveelheid vita mine C in de Nederlandse voeding wordt geleverd door fruit (in deze periode sinaasappel, appel en weinig ander fruit). Van de schoolkindervoe- ding kan zelfs een derde van de totale vitamine C-eonsumptïe afkomstig zjjn van fruit. Wanneer deze bron wegvalt of belangrijk vermindert omdat vol doende fruit in liet gemiddelde gezin momenteel moeilijk te betalen is, valt te overwegen of door bezuiniging op andere posten consumptie van fruit kan worden verhoogd. Desnoods kan door toediening van vitamine C-tabletten in deze periode het herstel van het vita mine C-evenwicht in liet organisme en na ziek zijn worden bevorderd. In het bijzonder geldt dit overal waar mensen en kinderen in groepsver band leven, zoals in internaten, kin dertehuizen, tehuizen voor bejaarden, inrichtingen enz., waar infectiekan sen groter zijn en de voeding door mas sale bereiding niet zelden arm is aan vitamine C. HUGO WOLF wantschap met de Italienische Serenade begint te vertonen. De Serenade is ook niet meer dan drie jaren na de vol tooiing van het kwartet ontstaan. Het New Music Quartet speelt het stuk bij zonder fraai van klank en voordracht. Treffend is ook de vertolking van de Italienische Serenade in een wervelende vaart en een volkomen doorzichtige, als uitgeëtste stemvoering. Er breekt iets van bezetenheid in door, wel geheel anders dan de beroemde vertolking door het Schneiderhan-kwartet, die hu- moristischer en zangeriger is, meer in de Weense traditie dus. Het is moei lijk te zeggen, wat men tenslotte zou moeten prefereren. Een complete les in de ontwikkeling van het strijkkwartet vindt men op Columbia CX 1430, waarvoor geen geringer ensemble dan het Quartetto ltaliano een hele serie van zeventiende- eeuwse Italiaanse stukken voor strijk kwartet heeft gespeeld. Het begint met de vroeg zeventiende-eeuwer Gabrieli, die in zijn „Due canzoni per sonar a quattro" feitelijk nog niets anders doet dan meerstemmige liederen voor vier strijkers zetten, duidelijk bewijs hoe. ge lijk zoveel instrumentale vormen, ook het strijkkwartet uit de vocale vorm is afgeleid. Biagio Marini. die wel een halve eeuw later werkt kon al een So nata a quattro schrijven, die een sona ta da camera in de dop is. een suite, zou men nu zeggen, die bestaat uit en kele instrumentale dansen voorafge gaan door een Entrata. Zijn tijdgenoot Massimiliano Neri kwam veel verder. Hij schrijft een sonata a quattro, die een in verschillende tempi onderver deelde in hoofdzaak fugatische door werking is van een liedachtig thema, een meesterwerk van gesloten vorm geving en rijke stemvoering. De daar op volgende werken, een Capriccio van Vitali en een Sonata van Alessandro Scarlatti zijn in hoofdzaak van belang als voorbeelden van de inventieve ma nieren, waarop men op de eenmaal ver kregen technische verworvenheden mu ziek kon maken. Tenslotte is er dan een nieuw voorlopig toppunt in de Sonata a quattro ,,A1 santo sepolcro" van de grote Vivaldi, waarin de vier stemmen tot een ongemene hoogte van lyrische expressiviteit worden opgevoerd. Dit is niet alleen een opname voor de liefheb bers van Italiaanse strijkersmuziek, zij kan ook bij het muziekonderricht uitste kende diensten bewijzen. Mozart Op het gebied van het strijkkwartet valt verder te vermelden Philips A 01234 L. waarvoor het Boedapester Strijkkwartet de beide laatste strijk kwartetten van Mozart heeft gespeeld: in Bes K.V. 589 en in F K.V. 590, twee van de drie Pruisische kwartetten der halve, die opgedragen waren aan ko ning Friedrich Wilhelm van Pruisen. Naar mijn gevoel zijn ze niet te stellen boven de zogenaamde Haydn-kwartet- ten van de meester, omdat er niets is in het genre, dat deze stukken te boven gaat. De Pruisische kwartetten zijn ook anders. Ondenkbaar als zo zijn zonder de Haydn-kwartetten, trekken ze de ambachtelijke verworvenheden van de ze serie door in een zeer bepaalde rich ting. Ze zijn eenvoudiger van geest en de stemvoering is solistischer behan deld, concertant zo men wil, waardoor de_ muziek een meer speels karakter krijgt. Misschien hangt dit samen met de overweging, dat de koning zelf een bekwaam cello-speler was en zijn kan sen moest krijgen. Des te bewonderens waardiger is het dan, dat Mozart er de stijl van zijn kwartetten consequent op heeft ingesteld. Of de koning ook aan stonds begrepen heeft, welke wonderen van de geest zich in deze muziek open baren? L. H. Bij grondwerkzaamheden in de omge ving van Napels zijn fragmenten ont dekt van een ca. anderhalve meter hoog beeld van de Griekse godin Pallas Athene. Men vermoedt dat het beeld uit de vijfde eeuw voor Christus dateert Betrekkelijk dicht bij de vindplaats van het beeld, een boerderij in de om geving van Nocera superiore, zun tevens de fundamenten van een zeer oude muur blootgelegd. Aangenomen kan worden dat op deze plaats Nucena Alfaterna. omstreeks 1500 v. Chr. door een onbe kend volk gesticht, moet hebben gestaai

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1957 | | pagina 9