SPAARNDAM: rustiek plekje in
de polder, dat zichzelf is gebleven
F
DOOR EEN ZATERDAGSE BRIL
Zelfstandige gemeenschap in gemeente Haarlem
Sterke verhalen bij de vleet
Opheffing „Haarlemmerliede
en Spaarnwoude"
„VAAR SPAARNE EN LIE TEZAMEN VLOEIT'
Volksleven en
folklore
r Goede dienst
Viering gouden
jubileum wordt
uitgesteld
Spaarndam-oost en Schalkwijk hij
Haarlemoverig deel hij
Haarlemmermeer
MINISTER AKKOORD MET G.S.:
ZATERDAG 7 DECEMBER 1957
PAGINA 3
Geen Haarlemmers
Sterke verhalen
Moord en deernis
Juffrouw Gierigaard
Geloof en Wetenschap
KERSTGROEPEN
BALENDONG - HAARLEM
MARTIN UXTTENBOGAARD
Nieuw gebouw voor
Medisch Controle Bureau
órshssaöln aak mat J£ua> ais
5e»:auuMas4,fc w. «kaap toe'«kt
SetöSSÖL «BW VU» DE .BttttBBWWShjs
5WtJJD VAN NErera.ASffl TEÖN ME? ÜÜ4TOI
IWBCATÏB FD «UR W45TH tq MOilüK'list
BOT «MO «VWIMMffifl ehe moJu-ruAi.
sTuaam af mouw» mam tm mm
TA oor de eeuwen heen is er aan het karakter van
Spaarndam vrijwel niets veranderd. Nog altijd is
het een rustig, oud-Hollands, maar allesbehalve „inge
slapen" vissersdorpje met eeuwenoude en onvervalste
tradities. De bewoners vormen een eigen gemeenschap,
sl vallen zij sinds jaren onder de
iemeentelijke jurisdictie van Haar
lem. De alsmaar naar het noorden
Voort-golvende huizenzee heeft
Spaarndam ongedeerd gelaten, nog
altijd ligt het veilig en ruim door
Water en weilanden omsloten. De
Visserij, met haar eerbiedwaardige
tradities, bepaalt van oudsher de dorpseigenheid.
Al is er nu nog maar één „broodvisser" overge
bleven, Spaarndam heeft meer dan ooit tevoren een
Wereldnaam op visserij-gebied, omdat er grote paling
rokerijen en 's werelds giootste paling-exporteurs
gevestigd zijn. Dat juist Spaarndam hèt palingdorp
is, moet worden toegeschreven aan de ondernemings-
tegen he^water^^uf' vissGri-'' stri-'d
halen en nvoH y°lksgebruiken, ver
slaafd ?n !?Venn8Gn - is geboek-
Spaarne .f nTaileraardigst werkje „Waar
zoals u,iw tezamen vloeitdat,
onrW j dezer dagen reeds meldden,
Haan rfdactie van dr' Th W- R- dé
■naan uitgegeven is door de Volkskunde
commissie van de Vereeniging „Haer-
■jem Het interessantst is wel de bij
drage van dr. De Haan „Van Binnen-
visser tot Industriearbeider". Tot voor
kort, zo schrijft hij, waren Spaarndam
en de visserij „gloeiend aaneengesmeed".
In 1912 telde het dorp nog maar twee
entwintig beroepsvissers, tien jaar later
was dat aantal reeds tot twaalf geslon
ken en thans is daarvan nog één oven
de heer Berk van het Havenplein, dié
echter „bij wijze van nodige bijverdien
ste" vist. De droogmaking van het Y en
vooral de afsluiting van de Zuiderzee
verminderden ook voor de Spaarndam
mers het viswater. Wat er aan water
overbleef:Spaarne en Liede, en ten noor
den van de sluizen het kleine nog
steeds Y geheten restant van de vroe
gere zee-arm werd voor de vis dodelijk
verontreinigd door fabrieksafvallen. De
Wolhandkrab vernielde de kostbare net
ten. Anderzijds oefende de industrie in
de buurt een begrijpelijke aantrekkings
kracht uit. Er waren zelfs Spaarndam-
Jaer nettenbreiers, die in een netten-
Iabriek in Apeldoorn gingen werken.
Vóór de drooglegging van het Y
leefde vrijwel het hele dorp van en op
het water, de vissers en schippers net
zo goed als de winkelier en am
bachtslieden. Dat. blijkt bijvoorbeeld
uit een in het boekje voorkomende
lijst van inwoners met hun bezittingen,
in 1742 opgemaakt. Er waren toen in
Spaarndam vierentachtig huizen, voor
het merendeel door vissers en arbei
ders (bij het Hoogheemraadschap) be
woond, en verder door zeilmakers
„foyers" (een soort sluis-loodsen),
blookmakers, mastmakers, slechts een
enkele „koehouder" en verschillende
scheepmakers, al of niet met knechts
of jongens werkend.
j scheepvaart leeft nog altijd voort
v* Spaardam. De Spaarndamse scheeps-
jjhwmeester C. Stapel Jr. leverde een
vdrage tot het boekje over de thans
°g bestaande werven in het dorp: een
cheepswerf, die ongeveer honderdder-
pg, merendeels Spaarndamse, werkne
mers telt, en een jachtwerf, waar veer-
ig tot zestig mensen werken.
O °Spaarndam, drl'T^T^v Va"
W op een zilver^ *oude,n baarzen
band met water en vuL^f d<t, blUkt de
heffing van de gemeente Sinds de op
heeft dat wapen formeel' 2P 1 1927'
zin meer, maar het komt /eÜn
voor, ook op het verzetsmon!?°g f
de Spaarndammers «liet tomSr i
lemmers geworden zijn, blijkt ook „i mt
het bestaan van een wijk-comlté
in thans drie wethouders van her von
malige gemeentebestuur zitting hebbe
Waar Spaarne en Liê tezamen vloeit,
En Haarlem rijst van ver,
Daar ligt, zich spieg'lend in dè stroom
Een dorp van eeuwen her.
H. TOLLENS
durf .van mensen, die sedert eeuwen zeeën en
binnenwateren bevist hebben. Sinds zijn ontstaan
ruim zeven eeuwen geleden heeft Spaarndam een
belangrijke rol gespeeld in de Hollandse strijd tegen
het water. De dam in het Spaarne, waaraan het
dorp zijn naam en ontstaan dankt,
werd in 1220 bij de samenvloeiing
van Spaarne en Liede opgeworpen
ter beteugeling van de zee, die
de Haarlemmers toen met over
stroming bedreigde. Het IJ (eerst
in de tweede helft van de vorige
eeuw drooggemalen) stond toen
de Zuiderzee in open verbinding
Op die voor de Hollandse water
huishouding strategische plaats heeft het Hoogheem
raadschap Rijnland ook sinds eeuwen een belangrijk
gemaal, dat er - samen met de visserij - voor ^zorgde,
dat er in Spaaarndam altijd wel werk aan de win
kel was.
namelijk nog via
met de Noordzee.
Aan het hoekje „Waar Spaarne
en Liê tezamen vloeit", uit
gegeven door de Volkskunde,
commissie der Vereeniging ,,Haer-
lem" publiceren wij hierbij enige
treffende citaten en bijzonderhe
den, opgetekend door dr. Tj. W. R.
de Haan. Het werkje bevat voorts
wetenschappelijke bijdragen van de
Haarlemse gemeente-archivaris,
mejuffrouw dr. G. H. Kurtz, mr. S.
J. Fockema Andreae, secretaris van
het Hoogheemraadschap Rijnland,
H. B. E. Warnaars, S. W. Balm,
C. Stapel Jr. en R. C. Hekker. Tot
dusver is er over Spaarndam niet
bijzonder veel of belangrijks ge
publiceerd, naar uit de aan het
boekje toegevoegde bibliografie
blijkt. De samenstellers hebben dus
niet alleen Spaarndammers een
goede dienst bewezen met hun pu
blicatie. Zij kondigen aan, dat tot
hun toekomstige projecten behoren
„Oud Zandvoort" en „Van Oud-
Schooten tot Haarlem-noord"
waarvoor zij aller medewerking
inroepen.
De scheepsbouw ontwikkelt zich voorspoedig in Spaarndam. Dit plaatje dateert
van vijf jaar geleden, toen de Safi van stapel liep. De sluis bleek echter te smal
om de Safi vrije uitvaart te geven en derhalve moesten er steenhouwers aan te
pas komen om de doorvaart van de sluis wat uit te hakken.
in thans drie wethouders van het voor
malige gemeentebestuur zitting hebben
uit het bloeiende verenigingsleven, u"t
spontane jaarlijkse feesten, zoals de ker
mis, luilak en Sint Maarten. De meeste
Spaarndammers wonen van ouder 0p
ouder in het dorp, zijn dus „autoch
tonen". en dat daaraan veel waarde
wordt gehecht blijkt bijvoorbeeld uit
kot feit, dat hoewel veel inwoners van
Haarlem-noord lid z(jn van de b?£?nd.e
Spaarndamse ijsclub „Nova Ze^la. al
leen Spaarndammers en oud-SP
or stemrecht hebben! Om al dm
redenen vormt Spaarndam een dank
baar object voor een studie over het
volksleven en de samenstelling van het
geertJpn^le,1)b®n dat lezenswaardig, soms
•Peld r en zeer merkwaardig ge
H eten te registreren.
°a's in de meeste oude dorpsgemeen-
schappen, zijn ook de ware Spaarn
dammers vaak beter bekend bij hun
bijnaam, dan bij hun officiële familie
naam. Er zijn de schilderachtigste alias
sen: de Duikboot, de Pok, Ras(poetin),
Jaap Stap Allemacht en de Baardman
(„die geeneens een baard had").
Het volksverhaal is dood op Spaarn
dam, naar dr. De Haan spijtig con
stateert. Dè sage is op het ogenblik de
zijns inziens „malle anekdote nopens het
waterheldje Hansie Brinker(s)", die uit
een in 1865 voor het eerst gepubliceerd
Amerikaans jeugdboek van Mary Mapes
Dodge afkomstig is. Dat boek werd ove
rigens al in 1867 door de destijds ge
liefde jeugdauteur P. J. Andriessen in
het Nederlands bewerkt. Dat alles maak
te het verhaaltje zo populair, vooral bij
Amerikanen, dat een monument voor
Hans Brinker in Spaarndam gemist werd
door bezoekers. De Algemene Neder
landse Vereniging voor Vreemdenlingen-
verkeer meende dan ook daarin te moe
ten voorzien en in 1950 onthulde prin
ses Margriet, in tegenwoordigheid van
koningin Juliana, het monumentje, ver
vaardigd door Grada Rueb. Al met al is
het niet duidelijk, of het beeldje Hans
Brinker (s) voorstelt, dan wel een
vriendje Peter geheten, die ook een rol
gespeeld heeft bij de legendarische wa
terkering door middel van een vingertje
in een dijkgat. De Spaarndammers zijn
er, met het oog op de vreemdelingen,
wel verguld mee. Om die reden heeft het
monumentje behalve een Nederlands,
ook een Engels onderschrift, maar in in
tieme kring, drijven zij er toch wel de
spot mee. „Weet je, wat 't verschil is
tussen Hansie Brinkers en 't Menneke
'tl]} Brussel? Nee? Nou, 't Menneke laat
°Pe en Hansie die houdt 't tege".
1 ?8 verhalen (iets anders dus
Sds= "v°iks-sagen") vertellen de
dikwijls ndarnmers graag. Natuurlijk
uit Sparred spoken> zoals --'n Jonge
dam. En chTcU' dle ëinS v"je °P sPar-
ne daar kathonlfewouwers ze ben"
d'rzelf clip en allemaal erg op
wouwe dat niet hebbe.
Het monument van de dappere
jongen, die een waterramp keerde-
Een trekpleister voor vele toeris
ten, die er graag een tocht voor
over hebben naar de Woerdersluis
te Spaarndam.
e» cause célèbre, waar oude
i5Paarndammers nog vol van zijn,
-iQln Was de raadselachtige moord in
fM[|B§ ?9n een jaar jongere zuster.
Jf in 1922 met maar liefst
tweeenvijftig getuigen door de Haar-
it J.6ms6 rechtbank behandeld wprd Tn oer»
tolgaarderswoning te Spaarndam, welke als zodanig geen dienst meer doet. ste instantie werd de verdachte in Haar
De herinneringen aan het verleden zijn er des te groter om. lem tot twintig jaar veroordeeld, maar
de beroemde strafpleiter mr. Francois
Pauwels, die voor het gerechtshof in
Amsterdam de verdediging voerde, wist
de rechters te overtuigen van de on
schuld van de verdachte, die tenslotte
werd vrijgesproken. De werkelijke da
ders zijn nimmer veroordeeld. De moord
moet uiterst gruwelijk geweest zijn.
Naar de mode van die tijd werden er
kolportage-liederen aan gewijd, waar
van hier een saillante strofe volgt:
„De melkboer kwam als gewoonlijk,
Des morgens vroeg bij hun aan huis,
Maar vond nu in plaats van de
melkkan,
De beide lijken, o wat kruis.
De man verwittigde de politie,
Van zijn zo gruwelijke vondst,
De politiehonden gingen zoeken,
Naar dit onzalig schelmenras".
De maker van het vers vermaant ver
der: „Gij moordenaars, beeft voor het
Oordeel, dat gewis nu komen zal. Gij
ontrooft twee armen kindren hun armen
vader, Oh moordenaarsras".
Van geheel andere aard, maar even
pathetisch is een oud Spaarnwouds bid
prentje met de op het eerste gezicht
wonderlijk klinkende aanhef: „Ter ge
dachtenis van de weldaad van het ge
lukkig overlijden van enz. De
overledene, een op 44Vi jarige leeftijd
gestorven vrouw, was namelijk ongeluk
kig geboren en niet met verstandelijke
vermogens begiftigd geweest. Met een
ons vreemd aandoend realiteitsbesef
dichtte pastoor J. Karsten over haar op
het bidprentje onder meer:
„Helaas! 't bleek al te waar; een ieder
moest het vreezen.
Het pasgeboren kind zou steeds
krankzinnig wezen.
Nog meer: ik groeide op, maar kon
toch nimmer gaan,
Noch zelfs een ogenblik op eigen
voeten staan.
Mijn handen krachteloos, en bij al die
gebreken.
Heb 'k nooit 'n enkel woord verstaan
baar kunnen spreken.
Zoo levend, bleef ik toch de liev'ling
van het huis,
Mijne ouders, zusters broer, zij torsch-
ten 't zware kruis.
Hun eerste zorg gold mij, voorkwamen
mijn verlangen,
Maar mogten nooit een blijk van we-
derliefd' ontvangen.
Maar eindlijk sneed de dood den draad
mijns levens af,
Ontzield viel 't lichaam neer en zonk
in 't somber graf,
Terwijl mijn schoone ziel, gezuiverd
door de stroomen,
Van 't Heilig Doopsel en tot Gods
kind aangenomen.
Ontwrongen aan het stof, in vrije
vlugi omhoog
Haar eindbestemming zocht, den
Hemel binnenvloog".
Volksfeesten, zoals Luilak en Sint
Maarten vieren de Spaarndam
mers spontaan, zonder dat er
iets van boven-af georganiseerd
wordt. Wie na het aanhoren van het
welbekende Sint Maartenslied niet ge
ven wil, krijgt niets minder te horen
dan:
„Hier woont 'n kikkerdril,
Die ons niets geven wil".
Of (nog krachtiger):
„Hier woont juffrouw Gierigaard,
Met d'r kont in 't prikkeldraad".
Maar dat niet-geven schijnt spora
disch voor te komen, zoals een oude
Spaarndammer in het boekje vertelt.
„Al kreeg je wel eens maar dat was
voor de grap een uitgekauwde
pruim in je knuisje. We zijn hier alle-
gaars een-en-gemeen op Spardam.
We hebben geen kunsten van hij-
boven-jij-uit".
Het bestuur van „Geloof en Weten
schap" verzoekt ons mede te delen, dat
het op grond van de tragische gebeur
tenissen in Indonesië gemeend heeft de
voor begin januari 1958 aangekondigde
feestviering ter herdenking van het
vijftigjarig bestaan van „Geloof en We
tenschap" tot een nader tijdstip te moe
ten uitstellen.
Deze feestvreugde zou een te schrille
tegenstelling vormen met de wanhopige
situatie, waarin de duizenden landge
noten aan de evenaar zich thans be
vinden.
Advertentie
van de beste kunstenaars in gietklei,
chamotte en hout.
LEID SE VAART 142, TELEFOON 1Ï«6I
Gedeputeerde Staten van Noord-
Holland hebben het gemeentebestuur
van Haarlemmerliede en Spaarnwoude
laten weten, dat de minister van bin-
kan vereigingenij met de beslissig va
tenlandse zaken zich in beginsel kan
verenigen met hun voorstel tot op
heffing van deze gemeente. Dat voor
stel hield, zoals bekend, in, dat Zuid-
Schalkwijk en Spaarndam-oost aan
Haarlem zouden worden overgedragen
en dat het resterende gedeelte van de
gemeente Haarlemmerliede en
Spaarnwoude zou worden gevoegd bij
de gemeente Haarlemmermeer.
Begin januari 1958 zal het voor
ontwerp van de regeling met kaarten
en toelichting aan de raden der be
trokken gemeenten: Haarlemmerliede-
Spaarnwoude, Haarlemmermeer en
Haarlem, worden aangeboden. Het is
de bedoeling, dat de raden zich vóór
1 maart daarover uitspreken en dat
de door de gemeentewet voorgeschre
ven openbare vergadering van Ged.
Staten vóór 1 mei 1958 kan plaats
vinden. De minister kan de zaak dan
in het najaar aanhangig maken bij
de Staten Generaal. De opheffing van
de gemeente zal derhalve waarschijn
lijk op zijn vroegst 1 januari 1959 een
voldongen feit zijn.
Gedeputeerde Staten zijn in dezen de
initiatiefnemers bij de opheffing van de
gemeente. Dit initiatief houdt echter wel
verband met het verzoek van de ge
meente Haarlem op 2 februari 1955 inge
diend tot annexatie van Zuid-Schalk
wijk ten behoeve van de noodzakelijke
stadsuitbreiding, waarin ook het streek
plan Zuid-Kennemerland voorziet. In
april van dit jaar heeft de Haarlemse
gemeenteraad zijn verontrusting gemani
festeerd over de trage gang van zaken
bij de gebiedsoverdracht-procedure. G.S.
hadden toen reeds de raden van de be-
Advertentie
Voor blijvend geluk naar de
VERLO VIN GSRIN GiHNSPECI ALIST
Schoterweg 35, Haarlem, Tel. 16261
Bel ons voor een afspraak.
Toen hebbe ze 'm bang wille make, as
ie midden in de nacht van z'n meid
weerom kwam. Ze ginge de één bove
de ander staan, bij de Stompe Tore
met 'n wit lake om zich heen, tege
de tore op. Maar die jongen, nou, die
was niet verlege". „Ik heb d'r wel 's
twee op elkaar zien staan", zei-die,
„maar nog nooit geen drie En toen
zijn die twee bangerikke zelf op de
loop gegaan".
Spaarnwoude het boekje deelt ook
veel lezenswaardigs mede over de on
middellijke omgeving van Spaarndam
verschilt aanmerkelijk van het vis
sersdorp. De Spaarndammers zijn van
oudsher overwegend visserslui en pro
testant, de Spaarnwouders katholiek en
leven van landbouw en veeteelt. Klaas
van Kyten, de beroemde Spaarnwouder
reus, bekend uit Vondels Gysbrgcht van
Aemstel, wordt in het boekje niet ver
geten. In de middeleeuwse Divisie Chro-
nyk wordt al gewag gemaakt van „Claes
van Kyeten, geboren van cleine ouders...
wiens stature oft lichaem bi andere men-
schen niet en was te geliken". De fami
lie Dijkzeul in Spaarnwoude preten
deert van de reus af te stammen. Om
dat te demonstreren heeft vroeger een
veehouder Dirk Dijkzeul Jz aan het
Bisschoppelijk Museum een reuze-pater
noster geschonken, dat echter niet mid
deleeuws was èn volgens dr. De Haan
thans onvindbaar is.
Wij hebben er heerlijk op los
gerijmd de afgelopen dagen.
U en ik hebben zitten pieke
ren, hoe wij op de meest knappe
wijze in versvorm onze familie en
vrienden de waarheid konden ver
tellen. Het economisch leven is er
bijna door ontwricht geworden. Op
hoeveel kantoren is er niet echt ge
zwoegd en gerijmd? De jongelui za
ten ijverig te werken achter hun
typemachines, rijmend tot in het
ongerijmde, af en toe schuw op
kijkend, of de chef wel ver genoeg
uit de buurt bleef. Nu, van die kant
was niets te vrezen, want ook deze
man peinsde zijn hersenen stroef
om een rijmwoord te vinden op
Spoetnik. Het dichten zit ons allen
in het bloed. Je staat soms ver
baasd over de prestaties van men
sen, die je dag in dag uit ontmoet
als degelijke, keurige mensen; die
gedoemd schijnen te zijn om iedere
dag te werken, te eten en te slapen,
maar die plotseling rond Sinter
klaas over enorme dichttalenten
blijken te beschikken. Zo zag ik bij
ons op kantoor een meisje, meit
hoogrode kleur en met opgestoken
haren, verwoed typen en zonder
enige géne sloeg zij een gedicht uit
haar machine van minstens een
paar honderd regels lang. Sedert
dien groet ik haar met de grootste
eerbied. Een jong dichteresje, een
beetje experimenteel, maar dat kan
geen kwaad.
Intussen ben ik blij, dat al die
drukte, hoe gezellig ook, achter de
rug is. Dat gesjouw in de stad, en
maar niet kunnen slagen. .Iedere
minuut van de avond moest je in
de stad gevechtsklaar staan o'm te
zorgen, dat je niet van de toonbank
verdrongen werd. En juist als je
iets geschikts had gevonden, ging
er een ander mee vandoor. Ik heb
de winkelmeisjes beklaagd, die
urenlang temidden van dat. gejak
ker moesten proberen rustig blij-
ven. Ik heb ze zien staan, onttakeld
als het ware. De haren verward,
de ogen wezenloos en op het ont-
poederde gezicht een laatste glim
lach, die de indruk moest bevesti
gen, dat het helemaal geea moeite
was.
Daar waren erbij, maar hun aantal
was gelukkig zeer gering, die haar
wrevel niet onder de (toon) banken
schoven. Zij gooiden soms het pak
je naar je toe, alsof je om een
gunst vroeg. Doch verreweg de
meesten, zij het soms zonder (of
ondanks) kennis var zaken bleven
de vriendelijkheid zelve, lieve kin
deren, die je met graagte de behulp
zame hand boden. En het moet mij
van het hart, dat zij vol begrip wa
ren van de man, die met een schu
we en verlegen blik binnenstapte
om een paar nylons of lipstick te
kopen. Voor dat begrip ben ik ze
toch bijzonder dankbaar. U en ik
mogen ons gelukkig prijzen, dat
Haarlem ook nog zulke meisjes
heeft. Rond Sinterklaas zijn ze goud
waard. Hopelijk denken hun bazen
daar ook zo over.
Het zit nog altijd niet goed met
die Haarlemse kermis. U
neemt het mij hopelijk niet
kwalijk, dat ik er weer eens over
begin. Tot mijn vreugde heb ik ge
lezen, dat het college van burge
meester en wethouders voorne
mens is een voorstel aan de ge
meenteraad te doen om de kermis
toch op de Baan te doen houden.
Dat bewijst in ieder geval, dat het
de zaak serieus opneemt en zich
er niet met een Jantje van Haar
lem wil afdoen. Fijn. Goed. Prach
tig. Nu is het voorlopig nog de
vraag, hoe de heren en dames in de
gemeenteraad op dat voorstel zullen
reageren. Hebben zij nog zoveel
begrip voor een volksfeest, dat zij
met een gul en royaal hart zullen
zeggen: natuurlijk, dat feest gaat
door. Al gaan we er zelf niet heen,
een ander gunnen wij graag die pret
Afwachten dus, wat de beslissing
van de raad zal opleveren. Onder
wijl zit de stad nog steeds zonder
Centrum-Comité. De heren hebben
zichzelf geliquideerd en bestaan dus
officieel niet meer. De laatste we
ken zie ik echter de heer ten Bok-
kei en zijn feestgenoten her en
der opduiken en vergaderen. Ik heb
hem eens aangeklampt en ge
vraagd, of het comité, indien de
kermis toch nog doorgaat, zichzelf
weer opgericht. Mr ten Bokkel was
op dat moment een beetje down.
„Ach, wat heeft het feitelijk nog
voor zin?" vroeg hij zich af. ,,'t
Is maar praten, praten, praten,
de ene instantie roept de andere
erbij, en je schiet haast niet op.
Nu zijn we zover, dat de markt
uitverkocht is en de organisatie
van een goed volksfeest bijna on
mogelijk geworden is."
Ik heb hem maa getroost en de
verzekering gegeven, dat het alle
maal niet zo'n vaart zal lopen. Kop
op, had ik hem willen toeroepen.
Mr ten Bokkel, laat
Haarlem niet het
bokje zijn.
Ik doe het bij deze.
trokken gemeenten gepolst over de kwes
tie.
Wanneer de betrokken gemeentebe
sturen de stukken betreffende de ge
biedsoverdracht van G.S. ontvangen heb
ben, dienen deze volgens de gemeente
wet gedurende dertig dagen voor een
ieder ter inzage gelegd te worden op de
gemeentesecretarieën. De ingezetenen
van de drie gemeenten en de aldaar
gevestigde rechtspersonen kunnen gedu
rende die dertig dagen, en ook nog drie
weken daarna, schriftelijk hun bezwaren
kenbaar maken aan G.S. Daarna spreken
de gemeenteraden zich uit over de ont
werpregeling, waarna G.S. de verschil
lende standpunten ter kennis brengen
van de betrokken gemeentebesturen.
Tijdens de openbare vergadering van
G.S. moeten de gemeenteraden zich als
geheel door gemachtigden doen verte
genwoordigen, terwijl individuele ge
meenteraadsleden persoonlijk, dan wel
door een gemachtigde kunnen verschij
nen. Zo spoedig mogelijk na die ver
gadering lichten G.S. de minister van
binnenlandse zaken in over het resul
taat. De minister beslist vervolgens, of
hij de ontwerpregeling aanhangig zal
maken bij de Tweede Kamer. Naar alle
waarschijnlijkheid zal de beslissing van
de minister wel ten nadele van de ge
meente Haarlemmerliede en Spaarn
woude uitvallen.
Van de zijde van laatstgenoemde ge
meente is uiteraard tegenstand te ver
wachten. In het begin van dit jaar heeft
de gemeenteraad over die kwestie drie
maal vergaderd. Tijdens de derde ver
gadering over de zogenaamde „kwestie
van leven of dood" kon de raad eerst
definitief zijn standpunt bepalen: geen
samenvoeging met Haarlemmermeer,
maar ook geen verzet tegen de Haarlem
se annexatieplannen van Zuid-Schalk-
wijk onder bepaalde voorwaarden (geen
industrie bijvoorbeeld en niet meer wo
ningbouw dan in het structuurplan-
Schalkwijk daarvoor is aangewezen).
Die voorwaarden waren onaanvaardbaar
voor Haarlem. De gemeenteraad van
Haarlemmermeer had zich eerder uitge
sproken vóór samenvoeging met het res
terende deel van Haarlemmerliede en
Spaarnwoude, zij het met de mededeling
dat Haarlemmermeer niet naar gebieds
uitbreiding streeft.
G.S. hadden hun voorstel gedaan ter wille
van de bestuurlijke eenheid en het be
houd van het plattelandsgebied tussen
Amsterdam, Haarlem en Leiden. Huns
inziens ontwikkelde de gemeente Haar
lemmerliede en Spaarnwoude te weinig
bestuurskracht. In de nieuwe Memorie
van Antwoord van de minister van bin
nenlandse zaken wordt er ook op ge
wezen, dat bij de beoordeling van de
vraag, of een kleine gemeente zelfstan
dig kan blijven bestaan, van belang is,
of zij voldoet aan de eisen, welke de te
genwoordige tijd aan een gemeente stelt.
De minister heeft daarom aan de pro
vinciale besturen gevraagd te onder
zoeken of voor kleine gemeenten, die in
de openbare zorg voor haar inwoners
of als zelfstandig bestuursdeel van de
streek waartoe zij behoren, tekort schie
ten, opneming in een groter geheel nood
zakelijk moet worden geacht, /n de Me
morie van Antwoord worden in dat ver
band enige gemeenten opgesomd, waar
bij Haarlemmerliede en Spaarnwoude
evenwel niet voorkomt. Evenmin wordt
die gemeente genoemd in een opsom
ming van gemeenten, waarvoor grens
wijzigingen aanhangig gemaakt worden,
en die voorkomt in de Memorie van
Toelichting tot -de begroting 1958.
Het nieuwe gebouw Tempeliersstraat
20 a te Haarlem, van de stichting
..Medisch Controle Bureau" van de te
Haarlem werkende ziekenfondsen zal
zaterdag 14 december, 's middags om
drie uur officieel in gebruik genomen
worden tijdens een bijeenkomst in de
foyer van de Stadsschouwburg.