Rapport over wreedheden in Algerije gepubliceerd Gevangenen in kelders gestikt Spanning van technici bepaalt de sfeer OP EEN PROEFVAART MAG ER VAN ALLES MIS GAAN Prijsvraag „1957s? Aandacht voor 308 De Woltersumeen nieuw vrachtschip voor de maatschappij Oostzeeis geslaagd Indonesië en W.-Duitsland Geen systeemmaar sporadisch begane individuele daden PU RO L Le Monde bindt de kat de bel aan Huidgenezing „aTERDAG 14 DECEMBER 1957 PAGINA 5 Mi - Van Gelder Zonen Drie fabrieken voor twee weken stopgezet Bruggenbouw 1958 Dij de wachtsman op het achterdek rinkelde de telefoon. Hij greep ■*-) de hoorn in het kleine kastje, luisterde en gaf het commando door: „ankers hieuwen". Drie seconden later ratelden de zwaie kettingschakels door de kluisgaten naar beneden, terwijl de beide inkers met een schuimspattende plons onder de d-Wenen. Wel dertig mensen stonden aandachtig naar het afwi e en Van de winches te kijken, van wie sommigen met een uitgesproken ^kundige blik. Toen de ankers de zeebodem bereikt hadden, stopten de winches en begonnen even later weer terug te draaien, een proces, ftit zo mogelijk met nog meer belangstelling werd gevolgd. En, zoals terecht, want bijna toen het stuurboordanker weer tegen het fhkgat hing gevujd, wrong de ketting zich uit een sleuf en dreigde *e ontsporen. „Even uithieuwen en opnieuw naai binnen was toen het bevel. Maar weer draaiden de strakgespannen kabels zich een halve slag om. Met veel geduld lukte het tenslotte toch, maar er was in elk geval een onvolkomenheid ontdekt, die verholpen moest wor den. Niemand raakte er overigens door m opwinding. Het voorval Uias onbetekenend en bovendien: daar is het nu eenmaal een proef vaart voor Want het gebeurde tijdens het eerste zeereisje van het 12.000 ton 'metende vrachtschip „Woltersum", dat dezer dagen door de werf Jan Smit Czn. te Alblasserdam aan de N.V. Stoomvaart maatschappij- Oostzee te Amsterdam, directie Vinke Co., is over gedragen. bromfietser botst legen stilstaande vrachtauto ■4 an verwondingen overleden Financiering De belemmeringen voor het internationaal wegvervoer Minister streeft naar opheffing er van (Van onze Parijse correspondent Par(js, hedenmorgen. Gistermiddag is de Présidence du Con- seil overgegaan tot publicatie van het samenvattend, op 14 september j.l. bij haar ingediende verslag van de „Com missie tot veiligstelling van de indivi duele mensenrechten en vrijheden" in Algerije het zogeheten rapport Béteille. De heer Béteille, raadsman bij het Hof van Cassatie, is de voorzit ter van de genoemde nog door de re gering Guy Mollet in het leven geroepen commissie en zijn samenvattend ver slag is opgesteld aan de hand van de zes rapporten, waarin zes der overige commissieleden hun individuele bevin dingen en conclusies hadden neerge legd. Drie leden, waaronder de ver maarde Parijse advocaat Maitre Mau rice Garcon, hebben sinds de indiening van het rapport Béteille hun ontslagna me uit de commissie bekend gemaakt, waaraan het alsmaar achterwege blij ven van publicatie van het commissie rapport niet vreemd was. Herhaalde malen is in de afgelopen maanden van regeringswege de ophan den zijnde publicatie in uitzicht gesteld. Voortdurend is van diverse zijden op de regering druk uitgeoefend, opdat het ook tot publicatie zou komen. Nog maar enkele dagen, geleden werd om deze pu blicatie weer eens gevraagd door het dagelijks bestuur fan de Republikeinse Volksbeweging. Volgens een recente verklaring vai} de minister voor Alge rije, Lacoste, zou de publicatie plaats hebben, tezamen evenwel met een offi cieel overzicht van de door de opstan delingen bedreven gruwelen. Het rapport is nu echter gepubli ceerd zonder vergezeld te gaan van dit overzicht. En het is wel duidelijk dat de Présidence du Conseil in aller ijl tot publicatie heeft moeten beslui ten zulks tengevolge van 'n manoeuvre van het dagblad ,,Le Monde", dat gis teren in zijn eerste edktie de lezers verraste met publicatie van de vol ledige, ruim twee en een half van haar pagina's beslaande tekst van het rapport. Het rapport was in Le Monde voorzien van een inleiding der redactie, waarin deze onmstan- dig te kennen geeft dat zij daarge laten hoe zij in het bezit van de tekst was gekomen van mening was dat publicatie van het rapport nu reeds lang en vaak genoeg beloofd maar on gedaan ;ebleven was om te rechtvaar digen, dat de redactie eigenmachtig en zonder regeringsverlof af te wachten met de tekst voor de dag kon komen. De Présidence du Cónseil heeft zich dus voor een fait accompli gesteld ge zien. Residerend minister Lacoste zal slag, „roepen zij om hulp, maar te vergeefs. De volgende ochtend vindt men een vijftigtal lijken". Het rapport beschrijft dan hoe een in eerste instantie verantwoordelijke luite nant, aangegrepen door paniek, mede plichtigen vindt om dt lijken op vijftig kilometer afstand in de wildernis te doen begraven en verdwijnen. Hij heeft echter desondanks terecht moeten staan wegens doodslag door onvoorzichtigheid en is ook tuchtrecherlijk zwaar gestraft. Soortgelijke gebeurtenissen speelden zich af te Mercier-Lacombe, waar zestien gevangenen bezweken, en te Mouzaia- ville, waar 21 Algerijnen omkwamen. Naar aanleiding van deze feiten schrijft het rapport over het stilzwijgen, dat niettemin door inheemse autoriteiten en inheemse bevolking van de streek deze gang van zaken wel niet bijster naar de zin zijn. Uit de inhoud van het rapport vermel den wij dat het onder andere gewag maakt van 274 gevallen van geweldple ging op gearresteerde schuldigen of verdachten waarvan de verantwoor delijken gestraft zijn. Als bijzonder frappant valt te rele veren het gebeurde te Aïn-Isser, waar een honderdtal gearresteerde inheem sen in afwachting van hun ondervra ging voor de nacht werden opgesloten in een wijnkelder, waar de meesten om het leven kwamen tengevolge van uitwasemingen van koolanhydride. „Tijdens de nacht", aldus het ver- De stichting „Hulp aan Land genoten in Indonesië" heeft de nodige contacten gelegd met Singapore en AustraliëMaandag vertrekt van Schiphol een ge volmachtigde van de stichting om in Singapore persoonlijk contact op te nemen met de comité's en de personen die zich willen inzetten voor de hulp verlening. Het is de taak van deze man te zorgen dat behoef tige Nederlanders die Indonesië moeten verlaten, in Singapore de directe aanvullende hulp krijgen die zij nodig hebben. Met het vliegtuig waarmee de gevolmachtigde reist worden een groot kwantum medicijnen en een grote partij versterkende middelen verzonden. Zodra in Singapore gezorgd is voor de nodige pakhuisruimte wordt een pakhuisvullende partij onder- en bovenkleding verstuurd. Dit al les om de grootste nood van de eerste tijd te kunnen helpen lenigen. Dit zijn de daden die de stich ting van het gironummer 308 gaa$ stellen. Verantwoordelijk voor dit werk, krachtens zijn functie van voorzitter, is dr. H. A. Colijn, de enige nog levende zoon van de vroegere staatsman. Hij is in 1946, na tweeëntwintig jaar in Nederlands-Indië te heb ben gewerkt, gerepatrieerd. Dr. Colijn heeft zeventien jaar bij de Konink lijke Paketvaart Maatschappij gewerkt en hij was theoretisch vijf jaar directeur van Aneta. In die vijf jaar zijn namelijk de drieëneenhalf jaar inbegrepen, die de heer Colijn tijdens de Japanse bezetting uitzat. Hij is een zakenman met een drukke werkkring, die veel energie eist. Daarnaast, in de tijd dat hij zijn zaken de zaken laat, doet hij goed werk voor de stichting, die hij nu ongeveer twee jaar leidt, en die zo plotseling in de belangstelling staat- Verschillende stichtingen met een politiek karakter hebben tot 1956 goed werk gedaan voor landgenoten in Indonesië. De stichting „Hulp aan onze mensen in Indonesië", die ook een politiek gericht bestuur had, werd het werken onmogelijk gemaakt door de houding van de toenmalige regering die van mening was dat speciaal wat betreft de repatriëring hel vraagstuk zo gecompliceerd was dat geen particuliere stichting zich daar mee kon of mocht bemoeien. Deze stichting werd geliquideerd. Omdat men merkte, dat er bepaalde groepen Nederlanders in Indonesië in nood ver keerden, welke nood door de regering slechts voor wat betreft het noodzakelijkste werd gelenigd, en dat er verder niets voor die landgenoten werd gedaan, werd een nieuwe stichting in het leven geroepen: de stich ting „Hulp aan Landgenoten in Indonesië". Wij. hebben getracht de steun wat aan te vullen, zegt dr. Colijn. Behoeftige Nederlanders overzee werden regelmatig voorzien van levens middelen, baby-voeding, medicamenten en kleding. In noodgevallen werd de overtocht naar Nederland betaald. Door middel van het particulier initiatief werd de stichting, die niet gesubsidieerd wordt, aan geld geholpen Wat vooral belangrijk was: de stichting kreeg het vertrouwen, in Nederland zowel als in Indonesië. In twee jaar tijd werd veel ervaring opgedaan. En de stichting heeft nu contacten met zeer betrouwbare personen en organisaties in Indonesië, die volledig inlichtingen over de nood van de behoeftige Nederlanders kunnen geven. Dr. Colijn kan daarom met trots verklaren, dat de stichting niet alleen de enige organisatie is die de be hoeftige Nederlanders heeft kunnen helpen tot nu toe, maar ook de enige organisatie die ervoor kan zorgen dat de Nederlanders die Indonesië moeten verlaten, reisvaardig 2ijn in de ruime betekenis. Voor de tijd dat de inzamelingsactie onder het Nederlandse volk is gevoerd het indringende kadertje op de voorpagina van dit blad is daar een onderdeel van zijn er bevredigende resultaten geboekt. De Nederlanders hebben reeds blijk gegeven van hun medegevoelen en hun naastenliefde, aldus de heer Colijn. Ongeveer tienduizend Nederlanders in Indonesië hebben hulp nodig, vooral ook wanneer zij Indonesië zullen moeten verlaten. Om die hulp te kunnen geven is veel geld nodig- Van daar dat de stichting en de heer Colijn zo graag het gironummer 308, van de stichting „Hulp aan landgenoten in Indonesië" propageren. in acht werd genomen, als volgt: „Men is onverschillig of men is bang. Protes teren? Waartoe dient zulks? De grote schuldige is het systeem dat een 26- jarige luitenant tot paniek drijft en een geheel land verlamt in stilzwijgen, stilzwijgen waaraan men slechts kan ontkomen op voorwaarde dat men hei melijk te Parijs de commissie tot vei ligstelling bereikt' Ten aanzien van de folteringen, toe gepast om bekentenissen of onthul lingen te verkrijgen, concludeert het rapport: „De commissie in haar ge heel heeft de werkelijkheid en ernst der gevallen erkend. Zij heeft niette min de indruk gekregen dat men niet te maken had met een tot regel ver heven systeem, maar met sporadisch begane, individuele handelingen, niet tegenstaande de consignes die ze ver boden". Het rapport zegt echter ook dat som mige commissieleden ten aanzien van bij hen uitgebrachte klachten de indruk kregen dat men hun van buiten geleer de lesjes opdiende. Zozeer leken deze klachten op elkaar in de termen. Het rapport behandelt voorts onder meer nog de zogenaamde „onopgehel derde verdwijningen", een aangelegen- hid di d opnbeete shrd emfwy emfwy heid die de openbare mening ten zeer ste beroert. Aan vele van deze onopge helderde verdwijningen ligt arrestatie ten grondslag, maar, zo zegt het rap port, ongetwijfeld kan een deel van de ze verdwijningen ook andere oorzaken hebben. Verdachten, die het net van de politie om zich voelen toehalen, kunnen er de voorkeur aan geven zich tijdig te verwijderen. Er zijn ook lieden die wel bewust besluiten zich aan te sluiten bij de Maquis. Wat er van zij: de verdwijningen zijn abnormaal veelvuldig geworden en her haalde malen hebben de militaire auto riteiten bovendien moeten toegeven dat zij de vermiste personen in hun bezit hadden. „Het is duidelijk dat een der gelijke toestand niet langer kan worden geduld". Uit de conclusies van het rapport lich ten wij tot slot de volgende passage: „De gestrengheid en onpartijdigheid van haar conclusies geven een extra ge wicht aan de hulde welke de commis sie anderzijds wil brengen aan het le ger en aan het bestuur. Beide hebben het hoofd te bieden aan een bijzonder moeilijke taak, teneinde de orde te her stellen en Frankrijks vreedzaam aanwe zig blijven in Algerije te waarborgen". De directie van de Koninklijke Pa pierfabrieken van Gelder Zonen heeft mede in verband met de huidige markt situatie besloten de produktie in haar fabrieken te Renkum, Velsen en Wor- mer van zaterdag 21 december 1957 tot maandag 6 januari 1958 stop te zetten. In deze periode, met de onderbreking van de kerstdagen en nieuwjaarsdag, is de produktie in bovengenoemde fabrie ken, welke normaal in continudienst werken, toch reeds economisch niet ver antwoord, aldus de directie. Het jaar 1958 zal het aanloopjaar zijn voor een drietal bruggenbouwprojec- ten, de bruggen bij Gorinchem, Rheden en Rotterdam (van Brienenoord). Een drietal andere projecten, de tunnel bij Velsen, en de bruggen bil Rheden en Schellingwoude, zijn juist of nagenoeg voltooid. Voor al deze werken zijn daarom in het begrotingsjaar relatief geringe bedragen nodig. Een verla ging ten opzichte van 1957 van de voor de bruggenbouw benodigde fondsen :s daardoor mogelijk. Dit deelt minister Algera mee in de memorie van ant woord naar aanleiding van de begro ting voor 1958. Nou ia dat „zeereisje" is wat over dreven ket zwartgeschilderde schip, dat met zijn lengte van ruim 147 me ter en zijn breedte van buna 19 meter «en imponerende verschijning is op het Water, stak slechts de neus even bui tengaats tussen het lichtschip „Goeree" en de Maasboei voor Hoek van Holland, tnaar de zee is daar toch zout genoeg om een boot op zfjn capaciteiten te be proeven. De sfeer aan boord van een schip dat voor de eerste maal zijn zee- Waardigheid moet bewijzen, is van een bijzonder soort. Ónder de opvarenden, {heest specialisten die hun energie en aimde aan een of ander technisch on derdeel van het schip hebben gewijd en «'ch daarvoor verantwoordelijk voelen, heerst een zekere mate van spanning, immers, nu moet pas blijken, of hun met zoveel zorg opgezette berekeningen het met de eventueel meedogenloos af straffende werkelijkheid kunnen opne men, en of de menselijke tekortkomin gen binnen redelijke grenzen zijn gehou den. Er kan dus van alles gebeuren. Maar als er dan iets niet klopt, zullen de technici hun deceptie trachten te Verbergen achter de op nonchalante toon uitgesproken verklaring: nou ja, Wat wilt u, daar is het toch een proef vaart voor. Wat de Woltersum betreft hebben de heren geen reden tot erger- •}ls gehad. Afgezien van wat kleinighe- ?eh, waarvan de weerspannige anker- noK wel de voornaamste was, j 'deden alle motor- en nautische on- erdelen aan de verwachting. „Een ge- rt nd schip", zei iedereen dan ook, toen vf,,y°ltersum 's avonds iaat weer zorg- üldig afmeerde aan de Rotterdamse arkkade. ®en technische proefvaart eist van rÜWel alle opvarenden een intense f°Mettendheid, zulks in tegenstelling officiële proefvaarten, waarbij r%*k meer naar het amusement ono Oven wordt. De Woltersum had 'seveer 80 man aan boord, die ie- S ®en eigen taak hadden. Alleen in n hiachinekamer, altijd weer fasci- 5erend een brullend bedrijf van cylm- J's, buizen en ketels met honderden pohakeiaars en meterborden, waar al- k. s trilt van nauwelijks bedwongen o aeht, hielden al 45 mensen toezicht. e Man-motoren, gemaakt door „Ne erland" in IJsselmonde, werden m 5 J» tot volle kracht opgevoerd, waar" 'J net aantal schroefomwentelingen n.e®g van 85 tot 125 per minuut. De J?'tersum kreeg daardoor een snel- ae'd van 16 mijl, zoals ook verwacht werd. Iets uitzonderlijks was, dat de ervaardigers, wellicht in vermetel ertrouwen, het machtige dieselappa- Aat niet eerst op de proefstand had? ?eh laten draaien, maar meteen in JjO.t schip hadden gemonteerd. Niette min verliep de proef zonder één hape- bïïg is een ander niet minder D»„ ir centrum van bedrijvigheid. J°.opt kaP'tein J. J. Valk, een 73 niet ^e?r°b- die van het water nog en wet? met6}?611'- onophoudelijk heen kijker. „Recht z?*1} hand meestal een Intussen in de vertl gaat". roePt hu, die gaat", herhaalt dirend' "Recht z0" hoorzaam. „Hard bakb00ÏS?.rgna?g?rJ. lel dan. Het roer gaat om klinkt het inaakt het statige schip langzaam links. „Hard stuurboord", r,draai naar ger haalt de stuurstang helemao?rgan~ naar rechts en allen wac&ïf °VT?r Woltersum moet nu binnen 28 den aan de nieuwe roerstand gehnn„ «amen. Het lukt zelfs binnen 25 Oen. De proef is glansrijk geslaagd. Marconist H. P. Sulman, in dienst van Radio Holland, zit ook niet bepaald met armen, over elkaar. Rondom hem is *en reeks indrukwekkende electronische «Paraten opgesteld, die allemaal {boeten worden ingespeeld. Onafgebro ken komen morse-seinen binnen, die h« soms noteert, dan weer negeert Hij «raait wat aan knopjes, verricht andere °°r ons onbegrijpelijke bezigheden en Pklaart dan simpelweg, dat hu bezig tv radiopeiltoestel te callibreren i^corrigeei; de afwijkingen jan de OM» ?ezoeker". voegt hu er *0* JAt >s hSting troostend aan toe. Zijn taak biiddni °°k het echolood, een nautisch te ben ,°m de diepte onder het schip than zuiver af te stellen. Stuur- Prudiger is op het shelterdeck Advertentie ver heid Huidgezondheid Re ^'nschoten is vrijdag de 39-jari- *ch rornfietser H. Fendker uit Win- «cht 11164 zÜn bromfiets tegen de de erkant van een geparkeerd staan- Vol Vrachtaut° gebotst en aan de ge- gen daarvan overleden. De vracht- ja gen stond bij een brandende straat- y aarn en voerde ook verlichting. <^6r?10edeHjk, is de feandacht van het «ven van de weg afgeleid bezig de log te proberen, een lijn ach ter net schip waaraan een vin in het water draait. Aan de hand van het aan tal omwentelingen van deze vin in een bepaalde tijdsduur kan de snelheid wor den berekend. Nog tal van andere scheepsonderde- len en navigatiemiddelen worden aan strenge proeven onderworpen. Het gy- rokompas bijvoorbeeld is een bijzonder kwetsbaar onderdeel, dat zich op de Woltersum niet licht in het gareel liet „„„„„„j, brengen Het „moederkompas" ergens Tot de voorgeschreven werkzaamheden op een proefvaart behoort het proberen in de machinekamer, was gewillig ge- van de laadbomen, een bezigheid, die men maar liever niet van te dichtbij moet noeg, maar de „peildochters" aanweers- gadeslaan. De ankerproeven zijn bijzonder spectaculair. Hier staan de mannen aangetreden om op het eerste commando de kluis gaten, waardoor de kettingen lopen, met water te verkoelen. zijden van de brug gaven afwijkingen te zien. Knappe technici kregen het pro bleem echter onder de knie. Het radar- apparaat functioneerde uitstekend, al hoorden wij wel enkele sceptische ge luiden omtrent de waarde van deze uit vinding, van mensen overigens die het weten kunnen. „Net een krentenbrood vond een van hen geringschattend, die voorts meende dat het gevaar in rivier mondingen er niet minder door gewor den is. Behalve de bouwers van het schip ne men aan technische proefvaarten ook scheepvaartinspecteurs deel. Zij beoor delen, voorzover dat niet al op de werf s gebeurd, de prestaties van het schip verlenen, al of niet na verbeteringen, een certificaat van zeewaardigheid. De Nederlandse scheepvaartinspectie let speciaal op de reddingsmiddelen, groot te en indeling van de hutten en de al- Eemene veiligheidsmaatregelen, terwijl loyd's Register of Shipping de motor, alsmede de nautische- en navigatiemid delen beoordeelt. Werfdirecteur P. Ben zon liep echter met zulk een glimlach om zijn lippen over het schip, zijn schip rond, dat de Woltersum voor dit exa men wel geslaagd moest zijn. En kapi tein Jacob Smit uit Hoorn krügt één jaar voor zijn pensioen nog een splin ternieuw schip onder de voeten, dat zich met ere mag scharen onder de vlag van onze vaderlandse vloot. HANS STEVENS Onderweg kwam de Woltersum. nop een schip tegen dat met de technische proef vaart bezig was, de Straat Johore. Aldus kon men elkanders zend- en ontvang toestellen testen. (Vervolg van pag. 1) Westduitse firma's zijn slechts pro centueel zo kapitaalkrachtig als de Nederlandse. Zij kunnen b.v. nimmer voor-financieren zoals Nederlandse fir ma's met eigen agenten of onderrne- mingen in Indonesië dat plegen te doen. Zij zouden, wanneer zij er financieel toe in staat zouden zijn, deze voor-fi nanciering ook nimmer willen riske ren en zeker nfet sinds de laatste twee weken het particuliere eigendom in Indonesië (via de inbeslagneming c.q. onder staatsbeheerstelling der Ne derlandse bedrijven) niet langer is ge garandeerd. Een ander onoverkomelijk bezwaar is de regeling der betaling. Men weet ook in Hamburg wel, dat Indonesië een straatarm land is geworden nu door de al jaren aan de gang zijnde verdrij ving van de Nederlandse ondernemers de kip die de gouden eieren legde de nek werd omgedraaid. Westduitse ban ken accepteren geen betaling in roe- piahs, hebben van de wezenlijke waar de van het Indonesische betaalmiddel trouwens veelal geen idee. Nederland dat grote roepiah-verplichtingen in In- onesië heeft (had) kon roepiahs ac cepteren en daarvoor via de E.B.U. andere valuta in betaling aanbieden. Deze mogelijkheid verdwijnt met de Nederlandse ondernemers uit Indonesië en daarmede heeft Indonesië zichzelf uitgeschakeld. Dit alles hebben de Hamburgse groot handelaren ambassadeur Zain duide lijk gemaakt en bovendien nog, dat Nederland en zeker per 1 januari a.s., wanneer de Europese Economische Gemeenschap begint ;e functioneren - de natuurlijke en enig mogelijke handelspartner van Duitsland ïs. De Indonesische voet steekt dus, wat de verpli.etsing van de buitenlandse han del naar West-Duitsland betreft, In de volkomen verkeerde schoen. Het moet wel een zeer somber bericht zijn ge weest, dat ambassadeur Zaln over zün Hamburgs bezoek aan premier Djoeanda heeft moeten aeinen. De minister van verkeer en water staat blijft ook in de toekomst bij voort during ernaar streven onjuist te ach ten belemmeringen voor het internatio nale wegvervoer op te heffen. Zijn voort durende streven om het internationaal wegvervoer te bevrijden van eco nomisch onnodige formaliteiten en be lemmeringen heeft er mede toe geleid dat kwantitatieve restrities niet onbe langrijk zijn verminderd. Dat dit streven voor het Nederland se internationale wegvervoer niet zon der resultaat is geweest, blijkt uit groei die gelukkig niet is uitgebleven, ook in het vervoer op die landen die in het algemeen een enigszins krach tige ontwikkeling van het internatio nale wegvervoer, zoals deze zich in de binnenlandse verkeren aftekent, voor minder wenselijk houden. Deze be schouwing geeft minster Algera in zijn memorie van antwoord op de begro ting naar aanleiding van opmerkingen van verscheidene leden van de Tweede Kamer betreffende buitenlandse vergun- ninenstelsels. De bewindsman kan over de invloed van de E.E.G. op deze aan gelegenheid uiteraard nog geen mede deling doen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1957 | | pagina 5