De komeet van Halley en een zeldzame conjunctie Welk teken de magiërs naar aan de hemel heeft bewogen tot de reis Bethlehem Documentatie over het Missiewerk in Afrika binbhoveh PARIJZENAAR besteedt aan réveillon handen vol geld D T isriM Karei I. OLD WtM Napoleons sprekende Kerstboom DINSDAG 24 DECEMBER 1957 PAGINA 7 Kornet hst Dm*»0** B"T ,,DSBI'kSB Eindhoven, het hart ook de Nederlandse ee, Karei I reeds meet aparte, produkten «"^„m.ed£reen eeuw zijn edele aroma, ■waarvan getuigt: Er h maar liiiiiiiiiiiitiiiiiimiiimiiiimimmiimiiiiimiiifiiiiii ■II IlilHIII IMIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIM MINIMUM III Mil III lllll IIMMMIMIMIMIMMIMMMIIIIIMIM llllllllllllllllllllllllllllllillllllllllllillllllllll IIMMIMIMIIMIMMMIMMMMIMIMIIMIMMMMMIIIMM De komeet van Halley, die men wel aangezien heeft voor de „ster der wijzenkomt voor op het befaamde wandtapijt van Bayeux, zoals op het hierboven afge beelde fragment te zien is. „WIJ HEBBEN ZIJN STER IN HET OOSTEN GEZIEN" z onder de „ster van Bethlehem" is eigenlijk geen kerstfeest geheel volledig. De ster, vaak afgebeeld met vijf punten en al of niet met een gouden of zilveren staart, is altijd een belangrijk element bij de kerst viering geweest. De vele afbeeldingen uit vroeger dagen laten ons dit duidelijk zien. Het evangelie van Mattheus verhaalt ons in hoofdstuk 2 over «U. s(er die do wijzen zagen in liet Oosten: „Toen fezus nu geboren was te Bethlehem van Juda in de dagen van koning Herodes, zie toen kwamen er wijzen uit het Oosten te Jeruzalem. Ze zeiden: waar is Je koning der Joden die zojuist geboren moet zijn? want wij hebben zijn ster in het Oosten gezien en wij zijn gekomen om hem te aanbidden". Uit hetgeen Mattheus ons in zijn evangelie vertelt, blijkt, hoe onnauw keurig zijn beschrijving van de ster zelf ook is, dat er toch wel een zeer opvallend en bijzonder verschijnsel geweest moet zijn. Welk schouwspel heeft de wijze ma- zijn en de lucht niet door stof of rook giërs doen besluiten dat er in het avondland een koningszoon geboren hnoest zijn en hoe moeten wij verklaren dat de magiërs tot deze conclusie kwa men? Dit zijn vragen die alleen in hauw verband met elkaar kunnen wor den beantwoord. Welk hemelverschijn sel het geweest is, zullen wé moeten proberen te achterhalen met onze mo derne kennis van de sterrenhemel en ■ÏSAi wat we in oude kronieken kunnen d leien over de gebeurtenissen uit die hagen. Kronieken die ons inlichten over het werk van de astrologen, over wat waarnamen aan de hemel en over •fe betekenis, die zij daaraan hechtten. iVe kunnen zo misschien achterhalen Wat de diepere reden geweest is voor de magiërs om de reis naar Palestina te ondernemen. Het zijn ongetwijfeld astrologen ge weest, de drie „Magiërs", die in Baby- Ion woonden en werkten. De astrologie, door hen vaardig bedreven, was daar belangrijk en nauw verweven met het dagelijkse bestaan van vorst en volk. Het werk, waar de astrologen zich Voornamelijk mee bezig hielden, was het nauwkeurig volgen en optekenen van de plaatsen van maan en planeten ten opzichte van de sterrenhemel en ten opzichte van elkaar. Volgens hen Was immers juist uit de stand van deze hemellichamen af te leiden wat er op de aarde gebeurde en zou gaan gebeu ren. Vaak ging het daarbij om de ge boorte of het overlijden van een vorste lijk of hooggeplaatst persoon, maar ook het wel en wee van het volk kon Uit de sterren worden afgeleid. Daar om was het onderzoek van de hemel van groot belang. Aan de verschijnse len, die men waarnam werd grotere betekenis toegekend naarmate ze zeld zamer aan de hemel te zien waren. De ,,ster" moet dan ook voor deze ma giërs wel een zeer bijzonder gebeuren aan de hemel zijn geweest, dat zij van groot belang hebben geacht. Van zulk groot belang zelfs, dat ze een grote reis begonnen, om de koningszoon te aan bidden, van wie bet hemels teken ge zegd had, dat Hjj geboren was. Wat kan nu de „ster" voor een teken zijn geweest, dat ze zulk een indruk Maakte op de astrologen? Laten we eens onderzoeken wat wij tegenwoor dig als bijzondere hemelverschijnselen beschouwen. Vallende slerren Gedurende de nacht heeft ieder van ons wel eens een vallende ster gezien en mogelijk soms een sterren-régen. Hoewel in werkelijkheid slechts een nietig stofje, dat met grote snelheid de aardse dampkring binnen schiet en daar verbrandt, laat een vallende ster tijdens zijn ondergang vaak een in drukwekkend lichtend spoor na. Zou het misschien mogelijk zijn, dat een uitzonderlijk grote vallende ster of ster renregen het verschijnsel geweest is, dat de „drie koningen" zagen? Sommi ge auteurs meenden vroeger, dat dit inderdaad zo was. Het is niet met ze kerheid te ontkennen, maar de kans is ere klein, dat we in deze richting de oplossing zouden moeten zoeken. Het optreden van vallende sterren moet de wjjzen wel bekend zijn geweest. Juist daarom lijkt het niet waarschijnlijk dat de „ster der wijzen" zou zijn ge- Vallende sterren komen name lijk vrij vaak voor en iedere nacht kunnen we er wel aan de donkere he rnel zien verschijnen. Bovendien duurt dit Y®fschijnsel maar zeer kort. Het is moeilijk voor te stellen, hoe we het verhaal van Mattheus er mee in ver band Zouden kunnen brengen. en Maar we kennen nog een ander he mels object en dat draagt misschien wel de mogelijkheid in zich om met de „ster der wijzen" te worden geïden tificeerd. Kometen hebben altijd een grote indruk op de mensen gemaakt en in oude tijden is hun veel toegedicht. Lange tijd heeft men dan ook geloofd, dat de ster van Bethlehem een komeet of een engel in de gedaante van een ster zou zijn geweest. De „haarsterren", zoals ze wel worden genoemd, kunnen zeer helder worden en een imponerend verschijnsel aan de hemel zijn, vooral in gebieden waar de nachten helder wordt vertroebeld. Het is bekend, dat de nachten in het oosten meestal zeer helder zijn en de magiërs hebben zeker ook kometen waargenomen. We vinden die soms ook wel in hun kronieken ver meld. Enige kometen komen met re gelmatige tussenpozen weer terug naar de omgeving van de zon en kunnen dan, als ze helder zijn, weer door ons gezien worden. Een voorbeeld is de ko meet van Halley. Deze komt om de 75 a 76 jaar naar de zon terug en is wel aangezien voor de ster van Bethlehem. Zijn er argumenten te vinden, die deze hypothese waar zouden kunnen maken? Uit de genoemde oude kro nieken weten we, dat in het jaar 12 v. Chr. en ook in het jaar 66 n. Chr. een heldere komeet is waargenomen. Deze mededeling is in overeenstem ming met de regelmatige tijden van terugkeer van de komeet van Halley. Nu an men evenwel opmerken dat deze komeet nooit de ster van Beth lehem geweest kan zijn daar de ge boorte van Christus niet in het jaar 12 plaatsgevonden heeft. Dit argument tegen de komeet is echter onjuist. De notatie namelijk v. Chr. en n. Chr. zoals wjj die kennen is, zoals men wellicht weet, niet geheel juist. Zij werd ingevoerd door de abt Dionlsius Exiguus en deze heeft zich vergist bij het vaststellen van het jaar waarin de Heer werd geboren. Onder andere blijkt dit uit het feit, uit andere bronnen bekend, dat Herodes volgens de telling van Dionisius in het jaar 4 v. Chr. overleed. Dit klopt in het ge heel niet met het bijbelse verhaal. De mening dat onze jaartelling dus zou- Een opname van een jonge komeet, de komeet MRKOS 1957 d, in augustus 1957 gefotografeerd in de ochtendschemering. beginnen bij de geboorte van Christus berust op een te betreuren vergissing en wij zuilen in de nu eenmaal inge burgerde telling de geboorte zeker een viertal jaren vroeger moeten plaatsen. Een argument voor de komeet als ster der wijzen zouden we kunnen vin den in het verschijnen in 66 n. Chr. van Halleys komeet. Toen is een oosters vorst, waarvan Plinius zegt dat hij een „magus" was, Tiridates, naar het avondland getrokken. Ditmaal naar Rome, waar hij bij Nero aangekomen „zijn knie boog, de handen ophief en hem aanbad". Het lijkt wel of we hier een analoog gebeuren hebben gevonden met de reis naar Bethlehem. Dat dit echter het doorslaand bewijs zou zijn voor de komeet als de „ster der wij zen" kunnen we toch niet aanvaarden. Het is zelfs zeer onwaarschijnlijk dat de komeet de heilbrengende ster van Bethlehem zou zijn. In de historie der oude volken is het zeer ongewoon, dat een komeet beschouwd werd als een gelukbrengend hemels teken. Integen deel, een komeet werd meestal opgevat als onheilsbode, was een angstaanja gend verschijnsel staande aan de he mel als een opgeheven zwaard van ver gelding. Wanneer men oude lijsten, waarin kometen vermeld staan, doorzoekt, staat bij vele kometen afzonderlijk vaak een opsomming van alle onheilen, die de aarde op dat ogenblik troffen: hon gersnood, oorlog, de val van een vorst of de dood van een koning. Het be kendste voorbeeld is wel het wandtapijt van Bayeux, waar de komeet van Hal ley bij zijn verschijnen in 1068 optreedt als onheilsbode. Het lijkt daarom niet erg waarschijnlijk dat de komeet van Halley of een andere komeet de heil brengende bode van Christus' geboorte zou zijn geweest. We zullen nog verder moeten zoeken naar een mogelijke op lossing. Het schijnt evenwel niet zo makkelijk om nu nog een ander zeer opvallend verschijnsel aan de hemel te vinden, dat ook door de magiërs ge zien zou kunnen zijn. Samenstand van planeten In 1604 was er aan de hemel een zeer opvallend en ook zelden voorkomend gebeuren te zien. Een nieuwe ster werd door Kepler, de beroemde astronoom, waargenomen. Deze nova verscheen op een plaats waar normaal geen heldere ster hoorde te staan. Plots was er een zeer heldere ster. Tegelijkertijd was er nog een zeldzaam en opvallend ver schijnsel aan de hemel. De planeten Jupiter en Saturnus, later ook nog de planeet Mars, stonden namelijk zeer dicht bij elkaar. Bovendien stond de nieuwe ster in de nabijheid van deze planeten. Dit moet een indrukwekkend beeld zijn geweest. Kepler heeft op grond hiervan een idee geopperd, die ons wel naar de meest waarschijnlijke oplossing voor de ster van Bethlehem schijnt te voeren. Kepler, die zelf ook nog astrologie be dreef, werd door deze samenstand van Jupiter, Saturnus, Mars en de nieuwe ster op de gedachte gebracht dat de „ster van Bethlehem" wel eens een dergelijk gebeuren geweest kon zijn. Hij meende, nadat hjj berekend had dat inderdaad in het jaar 7 v. Chr. een dergelijke samenkomst van plane ten had plaatsgevonden, dat er toen ook een nieuwe ster bij zou zijn opgetreden. Moderne onderzoekers hebben de idee dat „de ster" een dergelijke planeten- samenstaud was, over het algemeen overgenomen. Dat er toen ook een nieu we ster bij te zien zou zijn geweest, Hikt hun echter niet erg waarschijnlijk. De uitgebreide gegevens die men heeft over de loop van de planeten aan de hemel geven de moderne astrono men de mogelijkheid de plaatsen van de planeten terug te rekenen. En in derdaad vinden we in het jaar 7 v. Chr. de ook door Kepler gevonden samen stand. „De ster der wijzen" Deze samenstand van Jupiter en Saturnus opgevat als „de ster" biedt veel aantrekkelijks. Verschillende ge deelten uit het evangelie, zonder meer riet geheel duidelijk, worden ei direct mede verklaard. Daar de oosterse as trologen goed op de hoogte waren met de loop der planeten, moeten ze, als de oplossing die we vonden juist is, reeds enige tijd van te voren hebben zien aankomen, dat de beide planeten naar elkaar toe zouden bewegen. Dit gebeuren was juist voor hen als as trologen van veel betekenis. De plane- tenstanden vooral waren voor hen van belang, daar deze volgens hun astrolo gische regels de geboorte van een vorst bijvoorbeeld, of het begin van een be langrijke loopbaan zouden aankondigen. Bijvoorbeeld zou bij Alexander de Gro te een samenstand van Mars en Sa turnus zijn grote loopbaan als veldheer hebben aangekondigd. En Tiridates, die naar Rome trok in 66 n. Chr., zou dan door de toen plaatsvindende conjunctie van Mars en Jupiter daartoe zijn aan gedreven, en niet door het verschijnen van de komeet van Halley in dat zelfde jaar. Toen de wijzen dus de planeten in mei 7 v. Chr. bij elkaar zagen, trok ken zjj daaruit de conclusie, dat er ergens een koningszoon geboren zou worden. De samenstand van Jupiter en Saturnus zou zich evenwel later in het jaar, oktober nogmaals her halen. Na de eerste samenstand bleek de magiërs, dat later nogmaals een conjunctie plaatsvond. Deze a- menkomst van Jupiter en Saturnus in oktober dreef de magiërs, daar ze immers wisten dat de koningszoon omstreeks december geboren zou moeten worden, op reis te gaan naar Palestina. We kunnen de duur van hun reis uit Babyion op ongeveer 1 l'/2 maand stellen. De afstand Ba- bylon-Palestina is ongeveer 900 km. Voor de geboorte zijn ze waar schijnlijk in Jeruzalem aangekomen. Daar gingen ze naar Herodes om in formaties in te winnen waar het kind ter wereld was gekomen of zou ko men. Waarschijnlijk is ook door as trologische middelen Bethlehem toen als de geboorteplaats aangewezen. Ongetwijfeld hebben de magiërs on derweg voortdurend „de ster" in het oog gehouden om te zien hoe hij zich gedroeg en wat ze daaruit zouden kunn. i opmaken. We lezen nu in het evangelie dat ze, bij Herodes weg gaand, buitengewoon verheugd waren toen ze de „ster" wéér zagen. Uit de later berekende plaatsen van de planeten bleek, behalve de twee reeds genoemde samenkomsten, er nog een derde samenkomst te hebben plaats gehad. En inderdaad is het zeer aan trekkelijk deze samenstand te laten slaan op het weer zien van de „ster" dior de drie koningen, toen ze bij Herodes weggingen. Ongetwijfeld moeten de magiërs uit deze derde samenkomst wel de con clusie hebben getrokken dat het ko ningskind geboren was. Het woord „ster" zouden we dan beter als „ge sternte" kunnen opvatten. Dit is niet onwaarschijnlijk, temeer waar de be treffende teksten de mogelijkheid van een dergelijke vertaling zeer zeker open laten. Zo zien we dat hoewel geen der an dere mogelijkheden geheel uitgesloten kan worden, de identificatie van de „ster van Bethlehem" met een zeld zaam optredende conjunctie van plane ten toch wel erg aantrekkelijk is. vooral daar de tekst van het evangelie dan eigenlijk nog maar weinig niet-te-be- grijpen passages bevat. Zou deze verklaring van de „ster van Bethlehem" de juiste zijn, iets wat toch nog niet met honderd procent zekerheid gezegd kan worden, dan is het toch wel heel wonderlijk, dat de magiërs hun voorspelling vervuld zagen. Of is het niet alleen hun voorspelling ge weest, die hen naar de kribbe van Bethlehem deed trekken St. VAN AGT Het missietijdschrift „Afrika", een uitgave van de Witte Paters, Burgak ker, Boxtel, heeft de goede gedachte gehad een heel nummer te wijden aan de huidige godsdienstige situatie in het zwarte werelddeel, dat naar eenstemmig oordeel zo uitermate belangrijk is voor de toekomst der Kerk. De kern van de- zo aflevering vormt de Encycliek van Paus Pius XII, „Fidei donum", die ge schreven werd ter voorlichting over de toestand der Katholieke missies, voor al in Afrika. De tekst van het pause lijk document is in de vertaling van „Katholiek Archief" in zjjn geheel af gedrukt, zeer overzichtelijk ingedeeld in fragmenten, die genummerd zijn en van verduidelijkende opschriften voor zien. De redactie van het tijdschrift heeft bovendien oreral, waar dat wen selijk was, verklarende aantekeningen tussen de tekst ingevoegd terwijl met smaak gekozen foto's het geheel een zeer aantrekkelijk uiterlijk verschaffen. Behalve de vertaling der Encycliek bevat deze aflevering nog enkele be knopte, maar uitermate verhelderende beschouwingen over de voornaamste problemen, waarmee het huidige Afri ka geconfronteerd wordt. Vooreerst de ontzaglijke economische evolutie en technische vooruitgang, die zonder voor beeld is in de geschiedenis en alle ge leidelijkheid mist. In plaats van evolu tie kan men dan ook beter spreken van revolutie, een toestand, die vooral de geloofsverkondiging voor ongekende moeilijkheden plaatst. Het Afrikaanse nationalisme vermeerdert deze in niet geringe mate. Wanneer de rechtmatige drang naar nationale zelfstandigheid niet door voorzichtigheid, wijsheid en gematigdheid wordt geleid, zal hij on vermijdelijk ontaarden in chaos en anarchie, met het gevolg, dat de „nieu we vrijheid" ondraaglijker wordt dan de oude gebondenheid. De belangstelling van het communisme voor Afrika is enorm en dateert reeds uit de twinti ger jaren. Men kan niet nadrukkelijk genoeg waarschuwen voor dit zeer re- ele gevaar, dat niet weinig vergroot wordt door de communistische sympa thieën van vele Mohammedaanse leiders, die krachtens hun godsdienstige opvat tingen principieel anti moesten zijn. De Islam zelf beschouwt Afrika als zijn „erfdeel" en stelt met inzet van alle middelen en krachten alles in het werk om dit erfdeel op te eisen. Het gevaar dat daaruit voor .iet christendom ont staat wordt duidelijk, wanneer men be denkt dat de opvatting, die het christen dom als „een voorpost van het westers imperialisme" beschouwt, hoe langer hoe meer veld wint. De oorsprong van deze opvatting is niet twijfelachtig. Goede kenners van de Islam houden het er dan ook voor, dat deze in plaats van een barrière tegen het communis me «,e vormen juist de beste wegberei der is voor zijn infiltratie. Al deze gevaren worden in de hier besproken aflevering van „Afrika" hel der en gedocumenteerd uiteengezet. Tenslotte is er een kort overzicht van de werkzaamheden der Witte Paters en zusters in Afrika. Deze hoogst actuele uitgave munt uit door harde zakelijkheid. Men heeft zich kennelijk ten doei gesteld alleen feiten en cijfers te laten spreken. Het valt rtiet te ontkennen, dat hierdoor een in drukwekkend en overtuigend betoog wordt geleverd, dat in zijn nuchtere za kelijkheid meer aanspreekt dan welke andere methode ook. Er is hier sprake van een echte alarm-kreet. Masani, een medewerker van Gandhl en Nehru, heeft eens gezegd: „Tegen over het communisme vormen de ka tholieken het enige georganiseerde front van hoge waakzaamheid en geest kracht". De katholieke gemeenschap moge zich door deze uitspraak gevleid voelen, als zij er maar bij wil beden ken, dat dit „front" tc allen tijde pa raat moet zijn overal waar de heilige waarden van het christendom in het gedrang komen. Dit kan men de hoofdgedachte noe men van deze voortreffelijke uitgave, waarvan losse nummers verkrijgbaar zijn bij de Procure der Witte Paters, Burgakker, Boxtel. L. Advertentie (Van een bijzondere correspondent) e Kerstmisviering culmi neert voor vele Parijze- naars in eten, lekker eten, vee] eten, net zoveel eten totdat men niet meer kan en dan een uurtje pauzeren om 01 volgens door te gaan met eten. Men besteedt daar de avond voor Kerstmis aan benevens een groot deel van de Kerstnacht, al dan niet onderbroken door de nacht mis. De eerste Kerstdag, die in ons land de grote dag voor het gezin bij de kerstboom is, dient in Parijs om uit te sla pen van alle eetfestijnen. Om elf uur 's morgens Het men dan minder mensen op de boulevards dan in de hoofd straten van Zwaagwesteir.de en Ommen om elf uur des avonds. Dit Franse eetfeest draagt de naam „réveillon" en geen sterveling denkt er aan dat de oorspronkelijke betekenis van réveillon een lichte maal tijd is die omstreeks het mid dernachtelijk uur wordt op- gedm. Een goed Parjjze- naar gaat zelfs tweemaal ré- .eillon vieren: eerst op 24 de cember, dan op 31 december, want het spraakgebruik heeft zich van dit woord meester gemaakt om er ook de Oude jaarsavondviering mee aan te duiden. Er was enige eeuwen gele den een Franse koning, die zijn onderdanen beloofde dat ze elke zondag een kip op tafel zouden krijgen. Daar is wel niet veel van terechtge komen, maar in plaats van elke zondag zijn er nu ten minste talloze Fransen, die op Kerstavond een kip, kalkoen of konijn te verorberen krij gen. De Parijse restaurants slaan enorme voorraden in. wat niet wegneemt, dat het reserveren van een tafeltje absoluut noodzakelijk is, in dien men niet, in plaats van kip op tafel, de hond in de pot wil vinden. Voor „ge wone" eters, zelfs de trouw ste stamgasten, zijn de res taurants na drie uur 's mid dags gesloten: men kan er 's avonds alleen terecht voor een maaltijd, die minstens vier maal de gewone prijs kost. En die prijs betaalt men vlot, want een Parijzenaar is er van kindsheen af aan ge wend om een royale réveillon te vieren, hetzij thuis hetzij in een restaurant, desnoods in zijn simpel maar dan ook prij zig geworden buurt-restau- rantje. De arbeider uit de laagste loonklasse besteedt zonder blikken of blozen rus tig voor zijn gehele gezin twintig gulden per persoon voor de réveillon, al begrijpt niemand waar hij het geld vandaan haalt. De midden standers doen het duurder, de welgestelden nog veel en enkele jaren waren het voor al de warenhuizen en de café restaurants die er de bomen, liefst zo groot mogelijk, koch ten; tegenwoordig vindt men deze sparren ook in de huis kamers gelijk bij ons. De ge meente zorgt, o.a. op de Pla ce Vendöme, voor kerstbomen vol elektrische lichtjes als stadsversiering. Doordat het klimaat er milder is dan bij ons, waar trouwens een Witte Kerstmis en zeldzaamheid is en een Kerstmis op de schaats veel duurder, er worden op Kerstavond enorme bedragen .opgegeten". Men moet daarbij niet ver geten dat de Fransman altijd al veel meer geld voor voeding uitgeeft dan een Nederlander. De statistieken wijzen uit dat een behoorlijk verdienend Frans arbeidersgezin 60% van zijn inkomen besteedt aan voeding, oen Nederlands ar beidersgezin slechts 36%, om dat het niet, gelijk deze Fran sen, twee warme maaltijden met vlees en wijn per dag ge bruikt (veertien keer vlees per week!) en omdat het zich met margarine tevreden stelt, terwijl er voor Franse huis moeders niets anders schijnt te bestaan dan roomboter, die er bovendien nog iets duur der is dan te onzent. Een réveillon thuis, waar de vrouw des huizes twee la gen voor in de weer is, bevat een maaltijd van zo 'n uur of vier. Aan de voor- en nage rechten levert Nederland zijn aandeel, omdat veel Franse eieren geïmporteerd zijn uit ons lai.d en onderweg de helft duurder zijn geworden. De hele Kerstnacht door duurt dit eetfeest. In alle kerken kan men een Nachtmis bijwonen, waarbij allerlei gerenommeerde zan gers en zangeressen zich la ten horen, vooral in de Notre Dame en de Sacré Coeur, yvaar een goede plaats een stevig sommetje kost. Ofschoon er verhoudingsge wijs veel en veel minder kerstbomen verkocht worden dan in ons land, heeft men er toch kerstboommarkten, o.a. bij de Madeleine. Tot voor een historische belevenis is geworden, kan i. en er eerder een Kerstavond en -nacht in de openlucht doorbrengen. ot aan Driekoningen kan men ditmaal een zeer bijzondere kerstboom bewonderen op het plein voor de Notre Dame. Daar is na melijk een meer dan 150 jaar oude boom uit de Jura een tijdgenoot van Napoleon! opgesteld met een hoogte van 38 meter, bekroond door een ster, die 2!4 meter hoog is om in de verhouding van nor male kerstbomen met sterren te blijven. Door middel van luidsprekers, die 1 de laag ste takken verborgen zijn, vertelt deze oude Kerstreus zijn levensgeschiedenis aai de voorbijgangers: voor de kin deren is deze „sprekende Kerstboom" iets heel bijzon ders, zoals men wel begrij pen zal. In ons land beginnen de winkels zich pas 2H week voor Kerstmis te bekomme ren om het naderende feest. Sint Nicolaas moet, prompt op zijn naamdag (6 december) nog vel, plaats maken voor kerst-etalages. Maar bij de Fransen regeert de Kerstman anderhalve maand; reeds voordat Sint Nicolaas zijn jaarlijkse intocht in zijn ge liefde Amsterdam doet, heb ben de Parijse warenhuizen, met Lafayette en Louvre vooraan, hun kerst-etalages gereed, waai in alles zoveel mogelijk beweegt om de aan dacht te trekken van de kin deren, die in een eenrich tingsverkeer achter de hekjes op het trottoir de stroom van wonderen volgens de moder ne etaleerkunst in ogen schouw nemen. De Parijse etaleurs, die in het Frans „éta- lagistes" genoemd worden, en de technici der bewegings kunst zijn virtuozen in hun vak en toch weten we dat hun Nederlandse collega's het evengoed zouden kunnen, als ze maar evenveel geld zouden mogen uitgeven voor deze reclame. Voor de buitenlanders is het prettig dat Parijs, waar het leven zeker een kwart duurder is dan in elke andere stad van Frankrijk, in de laat ste vijf maanden voor hen goedkoper is geworden door de 20% waardevermindering van de franc in begin augus tus. Maar dat geldt alleen voor de buitenlanders, voor de Fransen elf zijn de prij zen sedert deze officieuze de valuatie met 10% gestegen. De buitenlander noteert dus nog, voor de met nieuwjaars dag ingaande verhogingen, een voordeel van 10% en pre mier Gaillard doet zijn uiter ste best om de toch onver mijdelijk wordende prijsstij gingen zoveel mogelijk tegen te houden. In een miljoenenstad als Parijs met zijn mengeling van oud en nieuw verandert ieder jaar iets ten nadele van de oude tijd. Vorig jaar b.v. ging het vanouds befaamde Bal Tabarin bij Pigalle definitief dicht, nadat deze dancing met zijn traditionele Can-Can- danseresjes uit „la belle Epo que" reeds diverse malen in de naoorlogse jaren voorlopig gesloten en daarna weer even voorlopig heropend was ge weest. De laatste weken van dit jaar zagen we het einde van Café la Rotonde, een der drie artistencafé's op de hoek van de Boulevard Montpar- nasse. De beide andere oudgedien den leven nog: de Coupole gemoderniseerd, de Dome nog als ten tijde van onze groot vaders. Naast wijlen de Ro tonde was reeds een snack bar. We vrezen dat in het thans achter een houten schutting vol reclamebiljetten weggestopte hoekhuis binnen kort een -elfbedleningsrestau- rant in Amerikaanse stijl of een espresso-bar met een jukebox anno 1958 geopend zal worden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1957 | | pagina 7