Bezinning op Palmzondag Algerijnse bisschoppen roepen op tot verzoening en vrede Moderne Russische verhalen GOEDE KEUZE EN LENIGE VERTALING 1 Van boeken en schrijvers CETAFLEX lijmt kond aUe hout! Rallye Bagdad Lichte muziek op zwaite schijven r Geloof Onverbiddelijkheid aan weerskanten voert naar de afgrond Voortreffelijke schrijvers en V. J Stille Omgang voor nriesterstudenten Deze zomer straal jagerbasis Deelen weinig in gebruik I naar Conclusie in de zaak der rijbewijzen ZATERDAG 29 MAART 1958 PAGINA 13 Liturgische weekkalender vtjfikêf Jubileumreis Klassiek Verbond naar Griekenland door AGATHA CHRISTIE Voor elk wat wils Bijzondere plaatjes Een oprecht meeleven met de diep zinnige liturgie van Palmzondag doet ons onmiddeliyk de bittere sfeer proeven van de Lijdensweek, die morgen begint. Daar is b.v. de wijding der palmen en de daarop volgende pro cessie. Ieder weet, dat hiermee de triomfantelijke intocht van Jezus in Je ruzalem wordt herdacht. Het wispeltu rige volk had deze keer met grote geestdrift Jezus, partij gekozen tegen de ophitsende lasterpraat der schriftge leerden en wenste dat ook te tonen. La zarus was onlangs door Jezus ten le ven gewekt, en alt wonder had velen overtuigd van Zijn goddelijke zending en macht en toen men hoorde, dat Hij zich in Bethanië bevond, stroomden gro te groepen daarheen, niet alleen om de grote profeet maar ook om Lazarus te zien. De naar Jeruzalem gekomen Paaspelgrims hoorden natuurlijk al gauw de opgewonden verhalen en op ve len van hen sloeg het enthousiasme over. De weg naar Bethanië krioelde van bewonderaars en nieuwsgierigen en toen plotseling het gerucht verspreid werd dat de Wonderdoener naar de hei lige stad zou gaan, stond meteen het plan van het volk vast. Dat zou een zegetocht worden zoals er nog nooit een geweest was. Wij kennen de geschiedenis. Manteis werden uitge- spreid op de grond en groene takken, waarover Jezus de stad moest bin nenrijden. Langs de weg stond het volk met palmen te wuiven luid roepend: „Hosan na, gezegend die komt in de naam des Heren; ««e- gend 't rijk van onze vader David, dat komt. Hosanna in den hoge." Dit is niet zo maar een zegewens. De keuzê dezer woorden is een duidelijke uitdrukking van de vurige Messias- verwachting, waarop do joden al hun hoop hadden gesteld. De Komende" is voor de joden de schriftuurlijke formu lering voor de beloofde Messias. Had de Doper vanuit zijn gevangenis niet twee van zyn leerlingen gestuurd met de vraag: „Zyt Gij het, de Komende, of hebben wij een ander te verwachten?" Het rijk van David, dat komt, was dat sinds onheuglijke tijden in het vooruitzicht gestelde Messiaanse rijk, waarvan de zoon van David, de Mes sias, de stichter zou zijn. De toejuichingen van het volk bete kenden dus inderdaad de erkenning van Jezus' Messiasschap, waarop al Diens streven en werken gericht was geweest. Helaas moet hieraan een zeer ernstig „maar" worden toege voegd. Wat voor de Verlosser a.h.w. de bekroning, de vervulling van Zijn vurigste wens uitmaakte, n.l. dat Zijn zending erkend werd, dat was voor het jubelende volk niet meer dan een be gin. De Joodse Messiasverwachting was immers in de loop van de tijd totaal „verpolitiekt". Men hoopte op een machtige koning, zoals David, die de nationale onafhankelijkheid zou herstellen en zijn volk groot maken. Toen het dan ook tot hen doordrong, dat I ieder „Zijn Kijk niet van deze wereld was" woordelijke taak iedere nieuwe sloeg de volksgunst, even snel als zij naar best vermogen te vervallen. opgekomen was, in het tegendeel om. Enige dagen later stierf Jezus onder spot en hoon aan het kruis. Dat is de tragische achtergrond van de triomfantelijke intocht in Jeruzalem. Wy moeten ons eens goed rekenschap geven van wat hier op het spel stond. Het Joodse volk heeft zelf zijn lot bezegeld door zijn afwijzende houding. Maar God heeft Zijn doel bereikt, zoals Hij steeds Zijn doel bereiken zal met of zonder mede werking van ons mensen. Ook als wij ons lot bezegelen door evenals de Joden te weigeren mee te helpen Gods plannen te verwezenlijken. Het is gemakkelijk een parallel te trek ken tussen het gedrag van het uitver koren volk en dat van de Christenen. De geestdrift tijdens de intocht in Je ruzalem is in zekere zin te vergelijken met de apostolische ijver, waarmee het Christendom de blijde boodschap aan de wereld bracht. Maar dan komt de terugslag, Betweterij, onverschillig heid. afval veroorzaakten een ontker stening van de samenleving, die ten slotte zelfs voor een groot deel om sloeg in openlijke strijd tegen God. Wij kennen allen de tegenwoordige stand van zaken. Maar wij kennen óók Gods bedoelin gen met de stichting van Zijn Kerk. Wij weten, welke opdracht Hij leder van ons heeft meegegeven: de verbrei ding van Zijn Kijk van vrede, recht vaardigheid en liefde naar best vermo gen te bevorderen. Bijna twee duizend jaar hebben wij aan de uitvoering van deze taak kunnen en moeten werken. Wat dan te zeggen van de volgende cijfers? De bevolking van de aarde be draagt ruim 2 miljard mensen. Daar van zijn ongeveer 800 miljoen Christen en 400 miljoen katholiek. Toch is en blijft het de uitdrukkelijke wil van Christus, dat allen, door toe te treden tot Zijn Kerk hun eeuwig eind doel bereiken. De oogst is groot, de ar beiders helaas te gering in getal. Dat is het echter niet alleen. De hoeveel heid arbeiders kan men tegenwoordig gerust een geringer bezwaar noemen dan het gemis aan kwaliteit van de Christenen, die allen arbeiders moesten zijn in Gods wijngaard. Op ons rust inderdaad een zware taak, een dubbele zelfs. Een apostoli sche en een oecumenische taak. Niet alleen moeten wij, ieder op zijn wijze, het onze bijdragen tot bekering van de niet-christenen, maar evengoed behoort het werk der hereniging van alle afge scheiden Christenen onze daadwerkelij ke belangstelling en medewerking te hebben om Christus' ideaal van „één schaapstal en één herder" te verwezen lijken. Op de allereerste plaats door een blijvend gebed en het aanstekelijke, overtuigende voorbeeld van een princi pieel en consequent leven. Onverschil ligheid op dit terrein, waar de hoogste belangen van het menselijk bestaan lig gen, zou de getrokken parallel in let terlijke zin op ons van toepassing ma ken. Moge Gods genade op deze Palmzon dag ons het juiste inzicht in deze aller gewichtigste levensvraag schenken, te zamen met de kracht, de daaruit voor voortvloeiende, hoogst verant- dag „De bisschoppen van Algerije, we derom bijeen aan de voeten van Onze Lieve Vrouw van Afrika, voelen zich gedrongen opnieuw een oproep tot ver zoening en vrede te doen", zo luidt een publikatie, die volgens het K.N.P. gis teren de bisschoppen van Algiers, Oran Oran en Constantine is uitgegeven. „Van alle kanten", aldus de oproep, „uit de steden maar vooral van het Platteland, bereiken ons klachten ovèr ont»eteiyk lijden: de materiële vernie lingen hop«n zich op, elke dag vloeit er bloed, en de gewetens zety raken ernstig in de war. Het is onmenselijk deze smarten te verzwijgen, veroor zaakt door innerlijke strijd en zelf oor zaak van wanorde en vergrijpen tegen de wetten". De bisschoppen herinneren eraan, De jaarlijkse Stille Omgang voor priesterstudenten zal dit Jaar donder dag 17 april wórden gehouden. Tegen vier uur 's morgens worden de deel nemers verwachi op het Spul vóór de ingang van het Begijnhof te Amster dam. Na een kór: lof in de Begjjnhofs- kerk volg. de Omgang. Daarna za] tot intentie van de deelnemers een plech tige ii. Mis worden gecelebreerd door dr. J. Heuvelmans O.S.C., die tevens een korte predikatie zal houdên. Even als andere jarer zullen de deelnemers in de gelegenheid worden gesteld hun lunchpaketten te gebruiken in het ge bouw van de St.-Jozefgezellen, Van Nis- penhuis, Stadhouderskade 55, Amster dam-a. Alle in Amsterdam en omgeving wonende priesterstudenten worden ver zocht deel te nemen aan deze Stille Omgang voor priesterstudenten, die dit jaar voor de 27ste maal zal trekken. (Van onze correspondent) Het ligt in de bedoeling de straalja gerbasis Deelen bjj Arnhem ln de pa riode van 15 juli tot 1 september zo weinig mogelijk te gebruiken. Van half juli tot half augustus zal het straalja gersquadron dat hier Is gelegerd zelfs elders worden gestatlonneerd. De lucht macht wil op deze wijze tegemoet ko men aan de wensen van de vakantie gangers. ZONDAG 30 maart, 2e Passiezondag; eigen mis: credo; pref. van het Kruis: paars. MAANDAG: mis van ferie; pref. van het H. Kruis; paars. DINSDAG: mis van ferlê; pref. van het H. Kruis; paars. WOENSDAG: mis van feriè; pref. Van het H. Kruis; paars. DONDERDAG: Witte Don derdag: eigen mis; credo; pref. van het H. Kruis; wit. VRIJDAG: Goede Vrijdag: eigen plechtigheden: zwart. ZATERDAG: Paaswake; eigen mis; wit. ZONDAG 6 april: Hoogfeest van Pasen; eigen mis; Credo; prat. en communicant»* van Pasen: wit. dat zij reeds in september 1955 In een gemeenschappelijk schryven de be ginselen hebben uiteengezet, welke no dig zyn voor een hervorming van op treden en van instellingen, zy hebben toen ook vastgesteld, dat alle delen der bevolking er recht op hebben te worden betrokken by de verschillende trappen van beschaving en burgerlijke verant- woordeiykheid en openbare ambten uit te oefenen. Ook herinneren de bis schoppen aan de uitlatingen van de Heilige Vader, die kostbare aanwijzin gen gegeven heeft om uit de tragische moeiiykheden van het ogenblik te gé- raken. „Maar wy moeten constateren, dat de opeengehoopte onverbiddeiyk- heid aan weerskanten naar de afgrond voert. Tegenover dergeiyke gevaren, die niet alleen personen en goederen- bedreigen (de grondslag van de gehe le maatschappy t.w. de erkenning van een recht, dat boven de belangen en verlangens staat) menen wy nogmaals te moeten herinneren aan de voor waarden, welke nodig zyn voor een waarachtige vèrzoening en een ridder- ïyke vrede. Men zal niet anders uit de vastgelopen situatie komen, dan door loyale betrekkingen aan te kno pen en gesprekken te organiseren tus sen de verschillende milieus en op al lé vlakken van verantwoordeiykheid. Alleen zo kunnen wederzijds begrip en een opbouwende samenwerking tot stand komen", aldus de Algerynse bis schoppen. Links de romanschrijver Pllnjak en hl erboven A. Tolstoj, twee figuren uit het huidige Russische literaire leven, van wie werk is opgenomen in de hierbij besproken bundel „Moderne Russische verhalen", uitgegeven in de Prisma-reeks In de Prisma-serie van de uitgeverij Het Spectrum is een bundel Moderne Russische verhalen verschenen. Het zyn bijna allemaal verhalen uit de tijd van de revolutie. De auteurs behoren nage noeg allen tot de zogenaamde tocht genoten, geen communisten maar wel op hun manier loyaal tegenover het nieuwe regiem. Voor alles waren zij echter voortreffelijke achryvers, bij zonder knap in de opbouw van hun producten, in de rangschikking van de verhaalelementen die zij niet in een rustige stroom op elkaar laten volgen maar op een verrassende en pakkende wijze tegenover elkaar stellen: een ge sprek, een beeld van een stad, een brok verleden, een droom, een memorandum van de auteur enz. Daarmee hangt ook samen de geraffineerde zigzag-beweging van de tijd in een aantal van deze ver halen. Maar niet alleen de tijd als een com plex van handelingsmomenten, ook de tijd als psychologische belevenis, als een alle gebeurtenissen beheersende in druk of sfeer weten zy soms bijzonder knap toe te passen. „Op de dag van Gawrilows dood viel de eerste sneeuw", zo begint Pllnjak in zyn Verhaal over de onuitblusbare maan de beschryving van de gebeurtenissen op de dag dat generaal Gawrilow geopereerd zal wor den. De auteur geeft daarmee alle ge beurtenissen op deze dag een aangrij pend tragisch licht. In bijna al deze verhalen gaat het om de aloude thema's: de dood, liefde, geloof, desillusie, wan hoop. Zij worden de lezer met een dy namische kracht bewust gemaakt door de min of meer dissonerende en con trasterende werking van het communis tisch milieu. Een bijzonder sterk ver haal is Katajews Het vuur. De eerste regel en het daarop volgende fragment brengen ons direct de onthulling van het tragisch gebeuren: „Katja, de vrouw van de communist Jerochim, was levend verbrand". Door aldus de nieuwsgie righeid naar de verwikkeling met één slag te bevredigen concentreert de au teur alle aandacht van de lezer op de tragische situatie van de hoofdpersoon. Op de liefde van zijn vrouw in eerste instantie. De auteur tekent ons zyn verbijstering om haar dood. Dan roept hy de twee jaren van hun huweiyK voor ons op: het geluk 's avonds ais hij haar zyn wedervaren vertélde: hij was anti-religieuze propagandist en lokte in zyn met kloosters en kerken bezaaid rayon debatten uit met popen en kloosterlingen. De avonden waren vol verborgen tederheden. Zij ging al tijd eerder slapen, hu gooide rijn jas over haar heen en vermeed ieder ge rucht by het schryven van zijn anti godsdienstige brochures. Gruwelijk contrast Maar zij sliep niet, zij keek door haar oogwimpers naar ztfn rug en met haar handen als een schelp om de donker rode wangen wachtte zij tot hij klaar was. „Nu was zij dood", als een gruwelijk contrast weet de auteur dit feit ln zijn verhaal te vlechten. We zien daarna de held in het besef van zijn rampspoed door de stad zwerven. Hij vangt een paar woorden op van langsgaande vrou wen: „verbrand"„de straf". Auto matisch volgt hij hen een kerk in tot consternatie van de gelovigen en van de geesteiyke op de preekstoel die hem herkennen. Hy hoort de priester pre ken: „een vuurzuil is uit de hemel neergestort en heeft zyn huis en zijn bezit in een ashoop veranderd Grauw van ellende gaat hy de kerk uit en komt later op de dag doodmoe thuis. Hy valt in slaap en droomt dat hy weer doodstil om zyn vrouw niet wakker te maken een hoofdstuk schryft over de hemel en de engelen. „Stelt u zich nu voor dat wy van de aarde op stijgen naar die mooie, blauwe, uiter- lyk zo ondoordringbare hemel". Daarop droomt hij dat hy werkelijk opstygt tot llllllllllllllllllllllllillllllllHlllllilllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIII iiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii ln de yzige zwarte ruimte „Waar zyn de engelen? Waar is God? Ook hier zyn ze niet. Koude. IJs. Zwygen. Vuur. Dood....". Zo eindigt dit verhaal in ontzetting over het niets. Een verhaal dat ongetwyfeld ook zo'n sterke Indruk maakt omdat het naar deze ontzetting toewerkt door de verbinding van hete rogene en contrasterende motleven als de tedere liefde voor een vrouw, een predicatie over de straf van de hemel, communistische agitatie tegen de „zwar te God van de religie" en wanhoop om dat God niet bestaat. N Spel met realiteiten* Wat de lezer in dit en ook in alle andere verhalen treft is dat de au teurs „spelen" met de realiteiten van hun tyd, niet zoals nu om de sovjet maatschappij te verheerlijken maar om hun eigen thema naar voren te bren gen. Het verhaal „Blauwe steden" van A. Tolstoj heeft elementen van een de- tective-story en een liefdesverhaal, het eigenlijke thema is de oude tegenstel ling tussen droom en werkelijkheid, in casu de paradysdroom van de revolu- tlonnairen en de rotte burgerlijke men taliteit van de NEP-samenleving na de revolutie. „Blauwe steden" is een van de verhalen met een geraffineerde com binatie van verhaalelementen en een daarop passende zig-zag-beweging van de tyd. In het eerste fragment geeft Tolstoj een snapshot van een rechts zitting in 1924. Dan plant de auteur ons in 1919 toen een transportwagen van het rode leger langs een modder weg trok en opgehouden werd door enige paardkadavers, dode soldaten en een jongeman, de enige overlevende, die aan typhus leed en leunend tegen een telegraafpaal wartaal uitsloeg over een wondermooie stad aan de overkant van de rivier.,.. De jongen werd meege nomen en ging architectuur studeren. De derde episode van zyn verhaal be gint de auteur met „De veertiende april van het jaar 2024 had ik de leeftyd van Advertentie kanstharslilm Ceta-Bever 'rienne honderdzesentwintig jaarHet is de held die in een kroeg zijn toekomst fantasie vertelt: steden met enorme huizen van blauw beton en glas, fa brieken ondergronds, energie-winning door splitsing van uranium en thorium (het verhaal is uit 1925) enz. Na een brief van zijn zuster gaat de jongeman naar huis, naar een smerig, triest on aanzienlijk provinciestadje dat leeft van laster, van wat café-bravour, van de jacht op een paar extra centen. De jon geman gaat er aan kapot. In een vlaag van waanzin sticht hy brand. De wind wakkert het vuur aan, zodat de hele stad in de as wordt gelegd, Als het vuur op zyn felst is klimt de held in een telegraafpaal om het plan van de door hem ontworpen „blauwe stad" op te hangen: „temidden van die woesteny moest ik laten zien dat het daarom ging". De grootste De grootste van de in deze bundel gepresenteerde auteurs is Babel. Het verhaal dat hier van hem werd opge nomen is eigeniyk een episode uit zyn jeugd. Babel vertelt hoe hij als kind na een succesvol examen een paar prach tige duiven mocht kopen en hoe hij daarna terecht kwam in een pogrom uit het jaar 1905. De jodenjongen werd staande gehouden door een rovend duo dat hem en „zyn zaad" uitschold en de tere vogels tegen zijn gezicht ver pletterde. Het kind begrijpt het niet. Door dit niet-begrijpen werpt B. een fantastisch koloriet over de gebeurte nissen dat de tragiek intensiveert. Dat zelfde doet hij door het contrast tussen de onvoorstelbaar hard werkende scho lier en de neergeslagen Jongen die dat vroegere leven opeens als onwerkelyk van zich af voelt glijden. Dat doet bo venal Babels poëtisch genie. Ik citeer een fragment, nadat de jongen tegen de grond geslagen is: „Deze platgetreden aarde had niets gemeen met ons le ven en met de examens die ons te Wachten stonden. Ergens ver weg op deze aarde galoppeerde het ongeluk op een vurig paard, maar het getrappel van de hoeven werd zwakker en stierf weg. De stilte, de smartelijke stilte die ongelukkige kinderen vaak zo goed kennen, vervaagde de grenzen tussen mijn trillend lichaam en de onbeweeg- lyke aarde. Die aarde geurde naar vochtige diepten, naar graven en bloe men. Ik snoof die geur op en schreide zonder enige angst". Behalve van de vier genoemde au teurs vindt men in deze bundel nog ver halen van Gorjki, Zamjatin, Iwanow, Zosjtsjenko, Lawrenjow en Fedin. Een voortreffelijke keuze en een exacte, le nige vertaling. MT_ JAN VAN DER ENG Modèrne Russische verhalen. Verza meld, vertaald en ingelèid door Jeanne Liedmeier. Het Spectrum, Utrecht-Ant- werpen 1958. Ter gelegenheid van zijn twintig jarig bestaan zal het Klassiek Verbond een jubileumreis naar Griekenland ma ken. De deelnemers aan de reis ver trekken morgen en keren 13 april te rug. De reis staat onder leiding van een vijftal klassici. Op deze reis zullen voor namelijk opgravingen op dë Griekse eilanden worden bezocht. Daarnaast vermeldt het programma bezoeken aan Troje, Athene, Delphi, Olympia enz. 26 „Omdat 'n man dan stilletjes drinkt...op zyn ka mer...als hÜ alleen is," legde de alwetende uit. „Ja, liêvè kind...dat is zo!" beaamde Marcus. „Och...is hij aan de drank?" vroeg Vic. „Daarom brengt hy het ook nooit verder in de we reld," beweerde mrs. Cardew Trench. „Hy mag blÜ zyn, dat hy zyn baantje nog heeft!" „Maar 't is een verbazend sympathieke man," vergoelijkte de menslievende Marcus. „Fut zit er anders niet in. Hij maakt niets van zyn leven. Hy is een van die lui, die zich in het Oosten verzuipen..." Vic bedankte Marcus hartelijk voor zijn tracta- tie, liep naar haar kamers, trok haar schoenen uit en ging op bed liggen om eens rustig na te den ken. De povere drie pond, die zy by zich had, was ze nu al aan MarcUs schuldig voor lpgies, dacht ze. Op deze wyze zou ze 't ten hoogste nog een paar dagen kunnen volhouden. Ee moest en zou een betrekking zien te krygen...en gauw ook. Maar waar? Wanneer zou Edward uit Basra terugkomen? Mis schien...stel je voor,..was Edward alles weer volko men vergeten! Wat 'n luchthartigheid van haar zo maar op góed geluk naar Bagdad te reizen. Wie en wat was Edward per slot van rekening? Een jongeman met 'n innemend lachje en 'n heel aardig praatje. Maar hoe...hoe...hoe heette hy van zyn achternaam? Wist ze dat maar...dan kon ze hem telegraferen... O, nee, ze wist niet eens waar hy logeerde...ze wist eigeniyk niets van hém.. Ze had ook niemand wie ze om raad kon vra gen. Marcus niet. Die luisterde niet eens, die zwets te alleen maar over zichzelf... Mrs. Cardew Trench niet. Die had haar van 't eerste moment af al niet vertrouwd...Mrs. Clipp zat in Kirkoek...Dr. Rathbone óók niet... Moe van alles viel Vic in slaap. Een paar uur later werd ze wakker! Met ver nieuwde levensmoed stapte zij rechtstreeks naar het restaurant en verorberde daar het hele menu. Het was tameiyk uitgebreid. Zij voelde zich na afloop tenminste als 'n boa constrictor.en tot alles in staat. „Tobben helpt tóch niet!" overwoog Vic. „Morgen trek ik er maar weer op uit. En misschien is Ed ward dan wel terug." Voor zy naar bed ging wandelde zy over het ter ras nog 'n eindje langs de Tigris. Naar Bagdadse begrippen was het een gure avond, zodat zy nie mand anders ontwaarde dan een kellner, die over de leuning in het water stond te kyken. Toen hy Vic zag aankomen schoot hy de achterdeur van het hotel binnen. Vic vond het echt een Engelse zomeravond en de Tigris betoverend onder het maanlicht, vooral dank zij de palmen aan de andere oever. Toen zij naar binnen ging, trad de kellner weer naar bui ten. Hy bond een stevig touw met knopen aan de leuning van het terras en gooide het uiteinde in het water. Even later dook een gestalte uit de scha duwen te voorschijn. Dakin, die het witte kellnersjasje had aangetrok ken, vroeg zachtjes aan de gestalte: „Is alles ih orde?" „Ja, meneer. Niets verdachts te bespeuren!" Dakin had biykbaar zyn taak naar genoegen vol bracht. Hy verdween in de duisternis, verwissel de zijn witte jasje tegen zijn onopvallend colbertje en wandelde het terras af naar het hotel. Hier kwam Crosbie uit de bar. „Het wordt me te fris," zei hy tegen hem. Zy bleven zwygend staan roken. Toen hij zeker wist dat niemand hen kon afluisteren, vroeg Cros bie zacht: „Wat is dat vöor 'n meisje?" „Een nichtje van Pauncefoot Jonês, de ar- chftêóloog." „Dan kan het geen kwaad," hernam Crosbie. „Ze zat anders in hetzelfde toestel als Crofton Lee." „We moeten daarom niet over één nacht ys gaan," antwoordde Dakin. Ze bleven zwijgend roken. Crosbie begon weer: „Vond u het werkelyk verstandiger de ontmoeting van de ambassade naar hier te verplaatsen?" „Ja, ik wel." „Ofschoon we alles tot op de minuut hadden uit gerekend...tot de kleinste kleinigheid?" „Dat was in Basra toch óók het geval? Maar toch is ft daar faliekant misgelopen!" „Inderdaad. Ik heb gehoord, dat ze Salah Has san sedertdien hebben vergiftigd." „Zoiets was te verwachten. Stond er een val open by het consulaat?" „Ja. Er was in elk geval een heibeltje. Een vent trok zyn revolver. Maar Richard Baker heeft hem beet gegrepen en ontwapend." „Richard Baker?" herhaalde Dakin nadenkend. „U kent hem toch? Hy is..." „Ja zeker ken ik hem!" Even later hernam Dakin: „Ik vertrouw nu 'op ons improvisatie-talent. Wanneer je alles haarfyn hebt uitgestippeld...en er zit een lek by ons...dan weet onze tegenspeler precies wat hy te doen heeft. Daarom zal Carmichael zich ook liever niet in de buurt van de ambassade willen vertonen...mocht hy zover komen..." Dakin schudde het hoofd. „Hier weten wy en Crofton Lee alleen wat er gebeuren kan." „Ze weten natuuriyk wel, dat Crofton Lee van de ambassade naar het Tio verhuisd is!" „Ongetwyfeld! Maar, Crosbie, tegenover onze improvisaties moeten zy de hunne stellen. Dat moet in allerijl gebeurenen dat maakt hen onzeker, dat werkt fouten en vergissingen in de hand. Ze kunnen nooit iemand een week van te voren in 't Tio hebben gestationeerd. Er is ook nooit spra ke van geweest, dat 't Tio een ontmoetingspunt zou kunnen zyn." Dakin keek op zyn horloge. „Ik ga nog even naar Crofton Lee". (Wordt vervolgd). Yoor de ..andering delen we deze week de plaatjes met amuse mentsmuziek, waarbij al dan niet gezongen wordt en waarbij men naar believen al dan niet aandachtig kan luisteren dan wel de beentjes van de vloer kan doen, maar eens in naar het land, welks sfeer ze ademen. En om dan maar met Frankrijk, casu quo Parijs te beginnen: het orkest van Alfred Hause is welis waar van Duitsen huize, doch dat neemt niet weg, dat het de Paryse sfeer raak weet te treffen, getuige de charmante en pikante uitvoering, in tan go- en walsmaat, van h;t zes tal populaire Franse melo dietjes (o.a. So is - aris, La Seine en C'est magmfique), dat onder het motto „Tan ee in Paris" is vastgelcr op Polydor 45 toeren 20321. Hause's orkest voegt daar nog twee tango's aan toe: Hernando's Hideaway en Buen Amigo. O Door en door Frans is uiteraard het aan Edith Piaf en haar chansons ge wijde Philips 45 toerenplaatje 432179 NE. Het bevat vier chansons van het min of meer mistroostige genre, dat Edith, die wel eens de zangeres van de Franse blues wordt genoemd, het bezte ligt. Haar zingen heeft een boeiende bewogenheid, welke zowel in haar stemgebruik a in haar indringende voordracht tot uitdrukking koipt. De al wel bekende chansons dragen tot titel: Y'a pas d'printemps, De l'autre coté de la rue, L'accordéoniste en Mon legion naire. O Van de vier werkjes, die Roger Williams op een niet bijster fraai klin kende piano vertolkt, zijn er twee van Franse origine, namelijk La Seine en La Mer; de twee andere heten „Wan ting you" en „Singin' in the rain". Ro ger improviseert op de oorspronkelijke thema's en doet dat met smaak en met zin voor vloeiende en speelse melo dische en harmonisch a variaties, ver sierd met vaak vliegensvlugge loopjes. Het geheel, vastgelegd op London 45 toeren RE-R 1108, maakt een beschaaf de, sympathieke indruk. O Zwitserland: Decca 45 toeren FM 235061 presenteert twee vrolyk gestemde polka's, die „Swiss kanton polka" en „Liechtenstei ner polka" heten en kleurryk geïn strumenteerd en met pit worden uitge voerd door Will Glahé and his music. Een opgewekt dansplaatje tevens. O Italië: „Ricordate Marcellino" houdt het met gemak op de zwarte schijf uit. ue jongste versie, een heuse Italiaanse, weshalve zo luchtiglicht en fleurigzon- nig als ze maar zijn kan, is onder de titel „Chianti Cocktail" gegroefd in Polydor's 45 toerenplaatje 20604, in Hi-Fi nog wel. Verder laat het plaatje horen: Guaglione, Cas'.„a in Canada en het sfeervolle Ja panse afscheidsliedje „Giap- ponesina". Bekoorlijke stuk jes muziek en frisse zang. O Oostenrijk: Wenen natuurlijk. Johann Strauss natuurlijk. Zyn walsen, van zelfsprekend. Twee van zyn mooiste, zijn zwierigste n.l. An der schonen blauen Do- nau en Wiener Blut, die op Philips 45 toeren 409060 AE met meeslepende gratie en bijzonder stemmig van klank kleur worden uitgevoerd door het sym- phonieorkest van Columbia onder di rectie van „Bruno Walter. O Ierland: typische volksmuziek, aantrekkelijk om haar eenvoud en verkwikkend om haar tot dansen uitnodigende onbezorgdheid, kan men hor-n via het 45 toeren Bet- tonaplaatje IEP 39. Het program ver meldt gewone en two-step marsen, walsen en een selectie van uitgekozen volkswijsjes. Ofschoon het ensemble van Fred Hanna een instrumentbezet ting heeft, die niet typisch Iers is, weet het 't aparte timbre van Ierlands volks muziek niet alleen te verklanken maar legt het daarin nog een aparte expressie, die het uitstekend doet. O Last but not least: Amerika: en dus Pat Boone, van wie men, gelet op de aanhoudende stroom van platen, die van de persen komt, blijkbaar maar niet genoeg kan krijgen. Ja, ja, weest u gerust, „Ber- naraine" staat er ook op. Behalve dit topnummer van Pat laat de London 33 toerenplaat HB-D 1079 nog zeven andere songs horen, o.a. Love letters in the sand, April love en I'll be home. Het orkest van Billy Vaughn toont zich uitstekend op Pat ingespeeld. Een ge varieerde Pat-plaa: waar het duizend koppige leger fans zijn hart wel aan op zal willen halen. Vervolgens zijn êr dan nog een aan tal 45 toerenplaat- jes met voor elk wat wils. Fontam 463103 laat onze vaderlandse hot- violist Frans Poptie ho ren met een viertal werkjes, waarin Frans zijn lichte swingy tech niek en zijn speelse mu zikaliteit volop maar in stijl botviert, ge steund en gesterkt door „hls swing spe cials". De nummers heten: Shine, Frenesi, Avalon en Swing special blues. Muziek intussen waar men van houden moet. O Winifred Atwell's dartel spel op de honky-tonkerige piano ligt wat gemak- keiyker, simpeler ook, in het gehoor. Via het 45 toeren Deccaplaatje 235058 nodigt zy met haar vingervlugge en twinkelende creaties in de rag-styi tot het maken van een dansje uit. „Let's have a ball" heet het plaatje, waarop Winifred een aantal populaire wijsjes uit de oude en de nieuwe doos aan el kaar gekoppeld heeft. Met hier en daar een rustpauze om uit te kunnen blazen. O Prefereert men meer romantisch ge tinte dansmuziek, waarnaar het intus sen ook goed alleen-maar luisteren is, dan vrage men naar Columbia DB 4044, waarin een selectie aangename melo dieën is gegroefd, die op het orgel van hot „opera-house" van Blackpool wor den gespeeld door Reginald Dixon. Mooi vol orgelgeluid is het, waarby tegen een sonore harmonische achter grond de heldere en indringende melo- dietonen contrasteren. O De jongste uitgave van Max V/oiski draagt even eens het label Columbia (nr. SEGH 36) en betreft Woiski s temperamentvolle en kleurrijke muzikale bijdrage aan de Nederlandse speelfilm „Jenny". Folkloristi sche West-Indische muziek van het zui vere water, voorge dragen met de bly- moedigheid en het élan van een volk, dat dag in dag uit onder een vriendelijke zon gekoesterd wordt. By de vier charmante werkjes wordt uiter aard ook gezongen. Een plaatje, dat tevreden stemt. O Mantovani en zijn orkest tonen op Decca 45 toeren DPE 6431 weer eens hun veelzijdige muzi kale mogelijkheden. In „Around the world" komt de trompettist stralend voor de dag, in „The heart of Buda pest" zetten soli op eymbaal de gloed der zigeunermuziek nog eens extra aan, in „Mandolin Serenade" verhuist Man- tovani's orkest met gemak naar Italië, terwijl het in „The spring song" ten slotte de violen aan het woord laat om de lente te bezingen. O The Andrew Sisters blijven met heur doorgewin terde close-harmony-styi een eigen plaats in de grammofoonplatenwereld innemen. In Hi-Fi nog wel voeren zij op Capitol EAP 1-790 een viertal „oude bekende" werkjes uit, te weten: Bei mir bist du schön, Beer Barrel polka, Well all right en Ferry Boat Serenade. Oude bekende, die in de stijl van de Andrew Sisters en door het swin gende bigbandkarakter van de begelei dende orkesten weer als nieuw klinken. Verscheidene instrum 'ale soli (piano en trompet) vallen op door suggestieve presentatie. O De Hodlars zetten intussen hun beste beentje - om niet van hun vlugste vingers te spreken - voor in een medley van kwieke dansnummertjes op Columbia 78 toeren DH 688. Luchtige klanken bij een plezierig ritme. Aan de ene kant van deze plaat houden de Hodlars de vierkwartsmaat aan, aan de andere k'-t vragen zij de aandacht voor een paar stemmige Engelse walsen. Plaatjes die wel apart vermeld mo gen worden zijn de volgende: voor eerst een nieuw sprookjes-plaatje, uitgekomen in de Philipsserie. Het is de zevende aflevering in de2e serie, waarvan al wel bekend is, dat kleuters en peuters er hun bordje pap voor la ten staan. Gelukkige Hans - zo heet het sprookje van Grimm, dat aan de ene zyde van dit fleurig verpakte plaatje is vastgelegd - „De varkens hoeder" luidt de titel van Andersens vertelseltje, dat in de andere zijde is gegroefd. Een hele reeks artisten heeft aan dit plaatje uiterste zorg besteed. In een andere, byzonder interessante serie van Philips, namelijk die, welke de titel draagt „Song and sound the world around" zijn de boeiende ge tuigenissen van volksmuziek, die reeds verschenen zijn, thans aangevuld met een aantal markante voorbeelden van muziek uit de Congo en Zuid-Marokko. Muziek uit een andere cultuur, me In tussen curieus genoeg is, om er via dit plaatje en het daarbij gevoegde com mentaar kennis van te nemen. Een prima plaatje is ook het 45 toeren- schijfje van Nixa, nummer NJE 1043, dat originele skiffle-zang en -muziek laat horen. Volksmuziek, afkomstig uit de zuidelijke staten van Noord-Ame- rika, het gebied van de prairie. Angel saksische volksmuziek is er niet vreemd aan. In ieder geval mag men zeggen dat de Britse ensembles, die zich op deze muziek toeleg gen, er de sfeer van weten te raken. Het is een sfeer, waar in het ritme van een hardwer kend volk, de blijheid om c-n vrij leven en de romantiek dei- kampvuren met elkaar verweven zijn. Uitstekend man nelijk en vrouwelijk stemmenmateriaal en virtuoos gitaarspel bepalen mede de goede kwaliteit en de charme van dit plaatje. De vier nummers heten: Freight train, Cumberland Gap, Sail away lady en Bring a little water Svlvie. Een byzonder ex quise zangplaat is voorts de Decca lang- speler LXT 5392, die gewyd is aan de eens - en nu via de plaat nog steeds - gevierde Noorse sopraanzange res Kirsten Flagstadt, aan haar grote muzi kale persoonlykheid, zich manifesterend in haar grote en gave stem en in haar indringends, in nemende en tot in de lijnste nuan ceringen bewogen voordracht. Het is een weelde naar haar te kunnen luis teren. De Deccaplaat vermeldt een achttal „Great Sacred Songs", waartoe o.a. behoren Hear my prayer van Men delssohn, O divine Redeemer van Gou nod, Jerusalem van Parry en het Abide with me van Liddle. Niet op één lijn met haar te stellen doch niettemin een eminent zanger was de kortelings overleden Benjamino Gigli, die zich jaren achtereen mocht verheugen in de belangstelling en be wondering van tienduizenden. Zijn hel dere en krachtigs, van Italiaans élan en sentiment doortrokken tenor zal men voortaan nog slechts via de plaat kun nen beluisteren. Succesopnamen zijn die, welke dateren uit de dertiger ja ren en thans, heropgenomen via de ge perfectioneerde techniek, worden uitge bracht op Elextrola 45 toeren nr. 11- 8385, te weten: Santa Lucia, het Wie genlied van Schubert en Mutterlied. FRÊDÉRIC De procureur-generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden, prof. dr. G. E. Langemeyer, heeft vrijdagmorgen con clusie genomen in de zaak welke de A.N.W.B. middels een Haagse impor teur aanhangig had gemaakt tegen de commissaris der koningin in de pro vincie Zuid-Holland. Het provinciaal bestuur van Zuid-Holland weigerde des tijds de importeur zonder rij-examen een nieuw rijbewijs te geven, nadat diens oude rÜbeteüs was verlopen in een periode waarin hem de rijbevoegd heid krachtens een rechterlijk vonnis was ontzegd. In kort geding wees de president vn de Haagse rechtbank de eis van de importeur toe, dat de griffie hem een nieuw ry bewijs zonder examen zou ver schaffen. In hoger beroep besliste het gerechtshof in gelyke zin, daarby over wegend dat de wetgever een ontzeg ging van de rijbevoegdheid bedoeld heeft als tydelijke maatregel. Het rybewijs diende als zodanie nog steeds geldig te worden geacht. Tegen dit arrest van het Haagse gerechtshof tekende hier op de commissaris der koningin cassatie aan by de Hoge Raad. By deze proce dure staat in het centrum der belang stelling de vraag of de burgerlyke rech ter bevoegd is de overheid een bevel te geven tot het doen van een be stuurshandeling. Tijdens de vrijdagmorgen gehouden zittingen van de Hoge Raad conclu deerde de procureur-generaal tot ver werping van het beroep van de com missaris der koningin van de provin cie Zuid-Holland tegen het arrest van het gerechtshof. De vraag of de commissaris inder daad verplicht was een nieuw rijbe- wys af te geven meende de procureur- generaal bevestigend te moeten beant woorden. Indien by rechterlijke uit spraak de bevoegdheid voor een bepaal de periode wordt ontzegd aan iemand wiens rybewijs afloopt op een datum vallende na het einde van de ontzeg gingsperiode dan krijgt hij (na afloop van de ontzeggingsperiode) zondermeer een nieuw rybewijs. Hetzelfde geldt indien de ontzegging ingaat op een t'Jd- Stip waarop het rybewijs al verlopen is. Alleen indien de constellatie toe vallig zo is, dat het rijbewijs verloopt op een dag, vallende in de ontzeggings periode gelyk in casu zou de aan vrager opnieuw examen ir oeten doen. Dit is niet redelijk, aldus Drof. Lange meyer.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1958 | | pagina 13