Bezinning op Palmzondag
Algerijnse bisschoppen roepen
op tot verzoening en vrede
Moderne Russische verhalen
GOEDE KEUZE EN LENIGE VERTALING
1
Van boeken
en schrijvers
CETAFLEX
lijmt kond aUe hout!
Rallye
Bagdad
Lichte muziek op
zwaite schijven
r
Geloof
Onverbiddelijkheid aan weerskanten
voert naar de afgrond
Voortreffelijke
schrijvers
en
V.
J
Stille Omgang voor
nriesterstudenten
Deze zomer straal
jagerbasis Deelen
weinig in gebruik
I
naar
Conclusie in de zaak
der rijbewijzen
ZATERDAG 29 MAART 1958
PAGINA 13
Liturgische weekkalender
vtjfikêf
Jubileumreis Klassiek
Verbond naar
Griekenland
door AGATHA CHRISTIE
Voor elk wat wils
Bijzondere plaatjes
Een oprecht meeleven met de diep
zinnige liturgie van Palmzondag
doet ons onmiddeliyk de bittere
sfeer proeven van de Lijdensweek, die
morgen begint. Daar is b.v. de wijding
der palmen en de daarop volgende pro
cessie. Ieder weet, dat hiermee de
triomfantelijke intocht van Jezus in Je
ruzalem wordt herdacht. Het wispeltu
rige volk had deze keer met grote
geestdrift Jezus, partij gekozen tegen de
ophitsende lasterpraat der schriftge
leerden en wenste dat ook te tonen. La
zarus was onlangs door Jezus ten le
ven gewekt, en alt wonder had velen
overtuigd van Zijn goddelijke zending
en macht en toen men hoorde, dat Hij
zich in Bethanië bevond, stroomden gro
te groepen daarheen, niet alleen om de
grote profeet maar ook om Lazarus te
zien. De naar Jeruzalem gekomen
Paaspelgrims hoorden natuurlijk al
gauw de opgewonden verhalen en op ve
len van hen sloeg het enthousiasme
over. De weg naar Bethanië krioelde
van bewonderaars en nieuwsgierigen en
toen plotseling het gerucht verspreid
werd dat de Wonderdoener naar de hei
lige stad zou gaan, stond meteen het
plan van het volk vast. Dat zou een
zegetocht worden zoals er nog nooit een
geweest was.
Wij kennen de geschiedenis. Manteis
werden uitge-
spreid op de grond
en groene takken,
waarover Jezus de
stad moest bin
nenrijden. Langs
de weg stond het
volk met palmen
te wuiven luid
roepend: „Hosan
na, gezegend die
komt in de naam
des Heren; ««e-
gend 't rijk van onze vader David, dat
komt. Hosanna in den hoge."
Dit is niet zo maar een zegewens. De
keuzê dezer woorden is een duidelijke
uitdrukking van de vurige Messias-
verwachting, waarop do joden al hun
hoop hadden gesteld. De Komende" is
voor de joden de schriftuurlijke formu
lering voor de beloofde Messias. Had
de Doper vanuit zijn gevangenis niet
twee van zyn leerlingen gestuurd met
de vraag: „Zyt Gij het, de Komende, of
hebben wij een ander te verwachten?"
Het rijk van David, dat komt, was
dat sinds onheuglijke tijden in het
vooruitzicht gestelde Messiaanse rijk,
waarvan de zoon van David, de Mes
sias, de stichter zou zijn.
De toejuichingen van het volk bete
kenden dus inderdaad de erkenning
van Jezus' Messiasschap, waarop al
Diens streven en werken gericht was
geweest. Helaas moet hieraan een
zeer ernstig „maar" worden toege
voegd. Wat voor de Verlosser a.h.w.
de bekroning, de vervulling van Zijn
vurigste wens uitmaakte, n.l. dat Zijn
zending erkend werd, dat was voor het
jubelende volk niet meer dan een be
gin. De Joodse Messiasverwachting
was immers in de loop van de tijd
totaal „verpolitiekt". Men hoopte op
een machtige koning, zoals David, die
de nationale onafhankelijkheid zou
herstellen en zijn volk groot maken.
Toen het dan ook tot hen doordrong, dat I ieder
„Zijn Kijk niet van deze wereld was" woordelijke taak iedere nieuwe
sloeg de volksgunst, even snel als zij naar best vermogen te vervallen.
opgekomen was, in het tegendeel om.
Enige dagen later stierf Jezus onder
spot en hoon aan het kruis.
Dat is de tragische achtergrond
van de triomfantelijke intocht in
Jeruzalem. Wy moeten ons eens
goed rekenschap geven van wat hier
op het spel stond. Het Joodse volk
heeft zelf zijn lot bezegeld door zijn
afwijzende houding. Maar God heeft
Zijn doel bereikt, zoals Hij steeds Zijn
doel bereiken zal met of zonder mede
werking van ons mensen. Ook als wij
ons lot bezegelen door evenals de
Joden te weigeren mee te helpen Gods
plannen te verwezenlijken.
Het is gemakkelijk een parallel te trek
ken tussen het gedrag van het uitver
koren volk en dat van de Christenen.
De geestdrift tijdens de intocht in Je
ruzalem is in zekere zin te vergelijken
met de apostolische ijver, waarmee
het Christendom de blijde boodschap
aan de wereld bracht. Maar dan komt
de terugslag, Betweterij, onverschillig
heid. afval veroorzaakten een ontker
stening van de samenleving, die ten
slotte zelfs voor een groot deel om
sloeg in openlijke strijd tegen God. Wij
kennen allen de tegenwoordige stand
van zaken.
Maar wij kennen óók Gods bedoelin
gen met de stichting van Zijn Kerk.
Wij weten, welke opdracht Hij leder
van ons heeft meegegeven: de verbrei
ding van Zijn Kijk van vrede, recht
vaardigheid en liefde naar best vermo
gen te bevorderen. Bijna twee duizend
jaar hebben wij aan de uitvoering van
deze taak kunnen en moeten werken.
Wat dan te zeggen van de volgende
cijfers? De bevolking van de aarde be
draagt ruim 2 miljard mensen. Daar
van zijn ongeveer 800 miljoen Christen
en 400 miljoen katholiek.
Toch is en blijft het de uitdrukkelijke
wil van Christus, dat allen, door toe te
treden tot Zijn Kerk hun eeuwig eind
doel bereiken. De oogst is groot, de ar
beiders helaas te gering in getal. Dat
is het echter niet alleen. De hoeveel
heid arbeiders kan men tegenwoordig
gerust een geringer bezwaar noemen
dan het gemis aan kwaliteit van de
Christenen, die allen arbeiders moesten
zijn in Gods wijngaard.
Op ons rust inderdaad een zware
taak, een dubbele zelfs. Een apostoli
sche en een oecumenische taak. Niet
alleen moeten wij, ieder op zijn wijze,
het onze bijdragen tot bekering van de
niet-christenen, maar evengoed behoort
het werk der hereniging van alle afge
scheiden Christenen onze daadwerkelij
ke belangstelling en medewerking te
hebben om Christus' ideaal van „één
schaapstal en één herder" te verwezen
lijken. Op de allereerste plaats door een
blijvend gebed en het aanstekelijke,
overtuigende voorbeeld van een princi
pieel en consequent leven. Onverschil
ligheid op dit terrein, waar de hoogste
belangen van het menselijk bestaan lig
gen, zou de getrokken parallel in let
terlijke zin op ons van toepassing ma
ken.
Moge Gods genade op deze Palmzon
dag ons het juiste inzicht in deze aller
gewichtigste levensvraag schenken, te
zamen met de kracht, de daaruit voor
voortvloeiende, hoogst verant-
dag
„De bisschoppen van Algerije, we
derom bijeen aan de voeten van Onze
Lieve Vrouw van Afrika, voelen zich
gedrongen opnieuw een oproep tot ver
zoening en vrede te doen", zo luidt een
publikatie, die volgens het K.N.P. gis
teren de bisschoppen van Algiers, Oran
Oran en Constantine is uitgegeven.
„Van alle kanten", aldus de oproep,
„uit de steden maar vooral van het
Platteland, bereiken ons klachten ovèr
ont»eteiyk lijden: de materiële vernie
lingen hop«n zich op, elke dag vloeit
er bloed, en de gewetens zety raken
ernstig in de war. Het is onmenselijk
deze smarten te verzwijgen, veroor
zaakt door innerlijke strijd en zelf oor
zaak van wanorde en vergrijpen tegen
de wetten".
De bisschoppen herinneren eraan,
De jaarlijkse Stille Omgang voor
priesterstudenten zal dit Jaar donder
dag 17 april wórden gehouden. Tegen
vier uur 's morgens worden de deel
nemers verwachi op het Spul vóór de
ingang van het Begijnhof te Amster
dam. Na een kór: lof in de Begjjnhofs-
kerk volg. de Omgang. Daarna za] tot
intentie van de deelnemers een plech
tige ii. Mis worden gecelebreerd door
dr. J. Heuvelmans O.S.C., die tevens
een korte predikatie zal houdên. Even
als andere jarer zullen de deelnemers
in de gelegenheid worden gesteld hun
lunchpaketten te gebruiken in het ge
bouw van de St.-Jozefgezellen, Van Nis-
penhuis, Stadhouderskade 55, Amster
dam-a. Alle in Amsterdam en omgeving
wonende priesterstudenten worden ver
zocht deel te nemen aan deze Stille
Omgang voor priesterstudenten, die dit
jaar voor de 27ste maal zal trekken.
(Van onze correspondent)
Het ligt in de bedoeling de straalja
gerbasis Deelen bjj Arnhem ln de pa
riode van 15 juli tot 1 september zo
weinig mogelijk te gebruiken. Van half
juli tot half augustus zal het straalja
gersquadron dat hier Is gelegerd zelfs
elders worden gestatlonneerd. De lucht
macht wil op deze wijze tegemoet ko
men aan de wensen van de vakantie
gangers.
ZONDAG 30 maart, 2e Passiezondag;
eigen mis: credo; pref. van het Kruis:
paars. MAANDAG: mis van ferie; pref. van
het H. Kruis; paars. DINSDAG: mis van
ferlê; pref. van het H. Kruis; paars.
WOENSDAG: mis van feriè; pref. Van het
H. Kruis; paars. DONDERDAG: Witte Don
derdag: eigen mis; credo; pref. van het
H. Kruis; wit. VRIJDAG: Goede Vrijdag:
eigen plechtigheden: zwart. ZATERDAG:
Paaswake; eigen mis; wit. ZONDAG 6 april:
Hoogfeest van Pasen; eigen mis; Credo;
prat. en communicant»* van Pasen: wit.
dat zij reeds in september 1955 In een
gemeenschappelijk schryven de be
ginselen hebben uiteengezet, welke no
dig zyn voor een hervorming van op
treden en van instellingen, zy hebben
toen ook vastgesteld, dat alle delen der
bevolking er recht op hebben te worden
betrokken by de verschillende trappen
van beschaving en burgerlijke verant-
woordeiykheid en openbare ambten
uit te oefenen. Ook herinneren de bis
schoppen aan de uitlatingen van de
Heilige Vader, die kostbare aanwijzin
gen gegeven heeft om uit de tragische
moeiiykheden van het ogenblik te gé-
raken. „Maar wy moeten constateren,
dat de opeengehoopte onverbiddeiyk-
heid aan weerskanten naar de afgrond
voert. Tegenover dergeiyke gevaren,
die niet alleen personen en goederen-
bedreigen (de grondslag van de gehe
le maatschappy t.w. de erkenning van
een recht, dat boven de belangen en
verlangens staat) menen wy nogmaals
te moeten herinneren aan de voor
waarden, welke nodig zyn voor een
waarachtige vèrzoening en een ridder-
ïyke vrede. Men zal niet anders uit
de vastgelopen situatie komen, dan
door loyale betrekkingen aan te kno
pen en gesprekken te organiseren tus
sen de verschillende milieus en op al
lé vlakken van verantwoordeiykheid.
Alleen zo kunnen wederzijds begrip en
een opbouwende samenwerking tot
stand komen", aldus de Algerynse bis
schoppen.
Links de romanschrijver Pllnjak en hl erboven A. Tolstoj,
twee figuren uit het huidige Russische literaire leven,
van wie werk is opgenomen in de hierbij besproken
bundel „Moderne Russische verhalen", uitgegeven in de
Prisma-reeks
In de Prisma-serie van de uitgeverij
Het Spectrum is een bundel Moderne
Russische verhalen verschenen. Het zyn
bijna allemaal verhalen uit de tijd van
de revolutie. De auteurs behoren nage
noeg allen tot de zogenaamde tocht
genoten, geen communisten maar wel
op hun manier loyaal tegenover het
nieuwe regiem. Voor alles waren zij
echter voortreffelijke achryvers, bij
zonder knap in de opbouw van hun
producten, in de rangschikking van de
verhaalelementen die zij niet in een
rustige stroom op elkaar laten volgen
maar op een verrassende en pakkende
wijze tegenover elkaar stellen: een ge
sprek, een beeld van een stad, een brok
verleden, een droom, een memorandum
van de auteur enz. Daarmee hangt ook
samen de geraffineerde zigzag-beweging
van de tijd in een aantal van deze ver
halen.
Maar niet alleen de tijd als een com
plex van handelingsmomenten, ook de
tijd als psychologische belevenis, als
een alle gebeurtenissen beheersende in
druk of sfeer weten zy soms bijzonder
knap toe te passen. „Op de dag van
Gawrilows dood viel de eerste sneeuw",
zo begint Pllnjak in zyn Verhaal over
de onuitblusbare maan de beschryving
van de gebeurtenissen op de dag dat
generaal Gawrilow geopereerd zal wor
den. De auteur geeft daarmee alle ge
beurtenissen op deze dag een aangrij
pend tragisch licht. In bijna al deze
verhalen gaat het om de aloude thema's:
de dood, liefde, geloof, desillusie, wan
hoop. Zij worden de lezer met een dy
namische kracht bewust gemaakt door
de min of meer dissonerende en con
trasterende werking van het communis
tisch milieu. Een bijzonder sterk ver
haal is Katajews Het vuur. De eerste
regel en het daarop volgende fragment
brengen ons direct de onthulling van het
tragisch gebeuren: „Katja, de vrouw
van de communist Jerochim, was levend
verbrand". Door aldus de nieuwsgie
righeid naar de verwikkeling met één
slag te bevredigen concentreert de au
teur alle aandacht van de lezer op de
tragische situatie van de hoofdpersoon.
Op de liefde van zijn vrouw in eerste
instantie. De auteur tekent ons zyn
verbijstering om haar dood. Dan roept
hy de twee jaren van hun huweiyK
voor ons op: het geluk 's avonds ais
hij haar zyn wedervaren vertélde: hij
was anti-religieuze propagandist en
lokte in zyn met kloosters en kerken
bezaaid rayon debatten uit met popen
en kloosterlingen. De avonden waren
vol verborgen tederheden. Zij ging al
tijd eerder slapen, hu gooide rijn jas
over haar heen en vermeed ieder ge
rucht by het schryven van zijn anti
godsdienstige brochures.
Gruwelijk contrast
Maar zij sliep niet, zij keek door haar
oogwimpers naar ztfn rug en met haar
handen als een schelp om de donker
rode wangen wachtte zij tot hij klaar
was.
„Nu was zij dood", als een gruwelijk
contrast weet de auteur dit feit ln zijn
verhaal te vlechten. We zien daarna de
held in het besef van zijn rampspoed
door de stad zwerven. Hij vangt een
paar woorden op van langsgaande vrou
wen: „verbrand"„de straf". Auto
matisch volgt hij hen een kerk in tot
consternatie van de gelovigen en van de
geesteiyke op de preekstoel die hem
herkennen. Hy hoort de priester pre
ken: „een vuurzuil is uit de hemel
neergestort en heeft zyn huis en zijn
bezit in een ashoop veranderd
Grauw van ellende gaat hy de kerk
uit en komt later op de dag doodmoe
thuis. Hy valt in slaap en droomt dat
hy weer doodstil om zyn vrouw niet
wakker te maken een hoofdstuk schryft
over de hemel en de engelen. „Stelt u
zich nu voor dat wy van de aarde op
stijgen naar die mooie, blauwe, uiter-
lyk zo ondoordringbare hemel". Daarop
droomt hij dat hy werkelijk opstygt tot
llllllllllllllllllllllllillllllllHlllllilllllllllllllllllllllllllHIIIIIIIII
iiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
ln de yzige zwarte ruimte „Waar zyn
de engelen? Waar is God? Ook hier
zyn ze niet. Koude. IJs. Zwygen. Vuur.
Dood....". Zo eindigt dit verhaal in
ontzetting over het niets. Een verhaal
dat ongetwyfeld ook zo'n sterke Indruk
maakt omdat het naar deze ontzetting
toewerkt door de verbinding van hete
rogene en contrasterende motleven als
de tedere liefde voor een vrouw, een
predicatie over de straf van de hemel,
communistische agitatie tegen de „zwar
te God van de religie" en wanhoop om
dat God niet bestaat.
N Spel met realiteiten*
Wat de lezer in dit en ook in alle
andere verhalen treft is dat de au
teurs „spelen" met de realiteiten van
hun tyd, niet zoals nu om de sovjet
maatschappij te verheerlijken maar om
hun eigen thema naar voren te bren
gen. Het verhaal „Blauwe steden" van
A. Tolstoj heeft elementen van een de-
tective-story en een liefdesverhaal, het
eigenlijke thema is de oude tegenstel
ling tussen droom en werkelijkheid, in
casu de paradysdroom van de revolu-
tlonnairen en de rotte burgerlijke men
taliteit van de NEP-samenleving na de
revolutie. „Blauwe steden" is een van de
verhalen met een geraffineerde com
binatie van verhaalelementen en een
daarop passende zig-zag-beweging van
de tyd. In het eerste fragment geeft
Tolstoj een snapshot van een rechts
zitting in 1924. Dan plant de auteur
ons in 1919 toen een transportwagen
van het rode leger langs een modder
weg trok en opgehouden werd door
enige paardkadavers, dode soldaten en
een jongeman, de enige overlevende, die
aan typhus leed en leunend tegen een
telegraafpaal wartaal uitsloeg over een
wondermooie stad aan de overkant van
de rivier.,.. De jongen werd meege
nomen en ging architectuur studeren.
De derde episode van zyn verhaal be
gint de auteur met „De veertiende april
van het jaar 2024 had ik de leeftyd van
Advertentie
kanstharslilm
Ceta-Bever
'rienne
honderdzesentwintig jaarHet is de
held die in een kroeg zijn toekomst
fantasie vertelt: steden met enorme
huizen van blauw beton en glas, fa
brieken ondergronds, energie-winning
door splitsing van uranium en thorium
(het verhaal is uit 1925) enz. Na een
brief van zijn zuster gaat de jongeman
naar huis, naar een smerig, triest on
aanzienlijk provinciestadje dat leeft van
laster, van wat café-bravour, van de
jacht op een paar extra centen. De jon
geman gaat er aan kapot. In een vlaag
van waanzin sticht hy brand. De wind
wakkert het vuur aan, zodat de hele
stad in de as wordt gelegd, Als het vuur
op zyn felst is klimt de held in een
telegraafpaal om het plan van de door
hem ontworpen „blauwe stad" op te
hangen: „temidden van die woesteny
moest ik laten zien dat het daarom
ging".
De grootste
De grootste van de in deze bundel
gepresenteerde auteurs is Babel. Het
verhaal dat hier van hem werd opge
nomen is eigeniyk een episode uit zyn
jeugd. Babel vertelt hoe hij als kind na
een succesvol examen een paar prach
tige duiven mocht kopen en hoe hij
daarna terecht kwam in een pogrom
uit het jaar 1905. De jodenjongen werd
staande gehouden door een rovend duo
dat hem en „zyn zaad" uitschold en
de tere vogels tegen zijn gezicht ver
pletterde. Het kind begrijpt het niet.
Door dit niet-begrijpen werpt B. een
fantastisch koloriet over de gebeurte
nissen dat de tragiek intensiveert. Dat
zelfde doet hij door het contrast tussen
de onvoorstelbaar hard werkende scho
lier en de neergeslagen Jongen die dat
vroegere leven opeens als onwerkelyk
van zich af voelt glijden. Dat doet bo
venal Babels poëtisch genie. Ik citeer
een fragment, nadat de jongen tegen de
grond geslagen is: „Deze platgetreden
aarde had niets gemeen met ons le
ven en met de examens die ons te
Wachten stonden. Ergens ver weg op
deze aarde galoppeerde het ongeluk op
een vurig paard, maar het getrappel
van de hoeven werd zwakker en stierf
weg. De stilte, de smartelijke stilte die
ongelukkige kinderen vaak zo goed
kennen, vervaagde de grenzen tussen
mijn trillend lichaam en de onbeweeg-
lyke aarde. Die aarde geurde naar
vochtige diepten, naar graven en bloe
men. Ik snoof die geur op en schreide
zonder enige angst".
Behalve van de vier genoemde au
teurs vindt men in deze bundel nog ver
halen van Gorjki, Zamjatin, Iwanow,
Zosjtsjenko, Lawrenjow en Fedin. Een
voortreffelijke keuze en een exacte, le
nige vertaling. MT_
JAN VAN DER ENG
Modèrne Russische verhalen. Verza
meld, vertaald en ingelèid door Jeanne
Liedmeier. Het Spectrum, Utrecht-Ant-
werpen 1958.
Ter gelegenheid van zijn twintig
jarig bestaan zal het Klassiek Verbond
een jubileumreis naar Griekenland ma
ken. De deelnemers aan de reis ver
trekken morgen en keren 13 april te
rug. De reis staat onder leiding van een
vijftal klassici. Op deze reis zullen voor
namelijk opgravingen op dë Griekse
eilanden worden bezocht. Daarnaast
vermeldt het programma bezoeken aan
Troje, Athene, Delphi, Olympia enz.
26
„Omdat 'n man dan stilletjes drinkt...op zyn ka
mer...als hÜ alleen is," legde de alwetende uit.
„Ja, liêvè kind...dat is zo!" beaamde Marcus.
„Och...is hij aan de drank?" vroeg Vic.
„Daarom brengt hy het ook nooit verder in de we
reld," beweerde mrs. Cardew Trench. „Hy mag
blÜ zyn, dat hy zyn baantje nog heeft!"
„Maar 't is een verbazend sympathieke man,"
vergoelijkte de menslievende Marcus.
„Fut zit er anders niet in. Hij maakt niets van
zyn leven. Hy is een van die lui, die zich in het
Oosten verzuipen..."
Vic bedankte Marcus hartelijk voor zijn tracta-
tie, liep naar haar kamers, trok haar schoenen uit
en ging op bed liggen om eens rustig na te den
ken. De povere drie pond, die zy by zich had, was
ze nu al aan MarcUs schuldig voor lpgies, dacht
ze. Op deze wyze zou ze 't ten hoogste nog een
paar dagen kunnen volhouden. Ee moest en zou
een betrekking zien te krygen...en gauw ook. Maar
waar?
Wanneer zou Edward uit Basra terugkomen? Mis
schien...stel je voor,..was Edward alles weer volko
men vergeten! Wat 'n luchthartigheid van haar zo
maar op góed geluk naar Bagdad te reizen.
Wie en wat was Edward per slot van rekening?
Een jongeman met 'n innemend lachje en 'n heel
aardig praatje. Maar hoe...hoe...hoe heette hy van
zyn achternaam?
Wist ze dat maar...dan kon ze hem telegraferen...
O, nee, ze wist niet eens waar hy logeerde...ze
wist eigeniyk niets van hém..
Ze had ook niemand wie ze om raad kon vra
gen. Marcus niet. Die luisterde niet eens, die zwets
te alleen maar over zichzelf...
Mrs. Cardew Trench niet. Die had haar van 't
eerste moment af al niet vertrouwd...Mrs. Clipp zat
in Kirkoek...Dr. Rathbone óók niet...
Moe van alles viel Vic in slaap.
Een paar uur later werd ze wakker! Met ver
nieuwde levensmoed stapte zij rechtstreeks naar
het restaurant en verorberde daar het hele menu.
Het was tameiyk uitgebreid. Zij voelde zich na afloop
tenminste als 'n boa constrictor.en tot alles in
staat.
„Tobben helpt tóch niet!" overwoog Vic. „Morgen
trek ik er maar weer op uit. En misschien is Ed
ward dan wel terug."
Voor zy naar bed ging wandelde zy over het ter
ras nog 'n eindje langs de Tigris. Naar Bagdadse
begrippen was het een gure avond, zodat zy nie
mand anders ontwaarde dan een kellner, die over
de leuning in het water stond te kyken. Toen hy
Vic zag aankomen schoot hy de achterdeur van
het hotel binnen.
Vic vond het echt een Engelse zomeravond en
de Tigris betoverend onder het maanlicht, vooral
dank zij de palmen aan de andere oever. Toen zij
naar binnen ging, trad de kellner weer naar bui
ten. Hy bond een stevig touw met knopen aan de
leuning van het terras en gooide het uiteinde in het
water. Even later dook een gestalte uit de scha
duwen te voorschijn.
Dakin, die het witte kellnersjasje had aangetrok
ken, vroeg zachtjes aan de gestalte: „Is alles
ih orde?"
„Ja, meneer. Niets verdachts te bespeuren!"
Dakin had biykbaar zyn taak naar genoegen vol
bracht. Hy verdween in de duisternis, verwissel
de zijn witte jasje tegen zijn onopvallend colbertje
en wandelde het terras af naar het hotel.
Hier kwam Crosbie uit de bar. „Het wordt me
te fris," zei hy tegen hem.
Zy bleven zwygend staan roken. Toen hij zeker
wist dat niemand hen kon afluisteren, vroeg Cros
bie zacht: „Wat is dat vöor 'n meisje?"
„Een nichtje van Pauncefoot Jonês, de ar-
chftêóloog."
„Dan kan het geen kwaad," hernam Crosbie. „Ze
zat anders in hetzelfde toestel als Crofton Lee."
„We moeten daarom niet over één nacht ys gaan,"
antwoordde Dakin. Ze bleven zwijgend roken.
Crosbie begon weer: „Vond u het werkelyk
verstandiger de ontmoeting van de ambassade naar
hier te verplaatsen?"
„Ja, ik wel."
„Ofschoon we alles tot op de minuut hadden uit
gerekend...tot de kleinste kleinigheid?"
„Dat was in Basra toch óók het geval? Maar toch
is ft daar faliekant misgelopen!"
„Inderdaad. Ik heb gehoord, dat ze Salah Has
san sedertdien hebben vergiftigd."
„Zoiets was te verwachten. Stond er een val
open by het consulaat?"
„Ja. Er was in elk geval een heibeltje. Een
vent trok zyn revolver. Maar Richard Baker heeft
hem beet gegrepen en ontwapend."
„Richard Baker?" herhaalde Dakin nadenkend.
„U kent hem toch? Hy is..."
„Ja zeker ken ik hem!"
Even later hernam Dakin: „Ik vertrouw nu 'op
ons improvisatie-talent. Wanneer je alles haarfyn
hebt uitgestippeld...en er zit een lek by ons...dan
weet onze tegenspeler precies wat hy te doen heeft.
Daarom zal Carmichael zich ook liever niet in de
buurt van de ambassade willen vertonen...mocht
hy zover komen..."
Dakin schudde het hoofd. „Hier weten wy en
Crofton Lee alleen wat er gebeuren kan."
„Ze weten natuuriyk wel, dat Crofton Lee van
de ambassade naar het Tio verhuisd is!"
„Ongetwyfeld! Maar, Crosbie, tegenover onze
improvisaties moeten zy de hunne stellen. Dat moet
in allerijl gebeurenen dat maakt hen onzeker,
dat werkt fouten en vergissingen in de hand. Ze
kunnen nooit iemand een week van te voren in
't Tio hebben gestationeerd. Er is ook nooit spra
ke van geweest, dat 't Tio een ontmoetingspunt
zou kunnen zyn."
Dakin keek op zyn horloge. „Ik ga nog even naar
Crofton Lee".
(Wordt vervolgd).
Yoor de ..andering delen we deze
week de plaatjes met amuse
mentsmuziek, waarbij al dan niet
gezongen wordt en waarbij men naar
believen al dan niet aandachtig kan
luisteren dan wel de beentjes van de
vloer kan doen, maar eens in naar het
land, welks sfeer ze ademen. En om
dan maar met Frankrijk, casu quo
Parijs te beginnen: het orkest
van Alfred Hause is welis
waar van Duitsen huize, doch
dat neemt niet weg, dat het
de Paryse sfeer raak weet te
treffen, getuige de charmante
en pikante uitvoering, in tan
go- en walsmaat, van h;t zes
tal populaire Franse melo
dietjes (o.a. So is - aris, La Seine en
C'est magmfique), dat onder het motto
„Tan ee in Paris" is vastgelcr op
Polydor 45 toeren 20321. Hause's orkest
voegt daar nog twee tango's aan toe:
Hernando's Hideaway en Buen Amigo.
O Door en door Frans is uiteraard het
aan Edith Piaf en haar chansons ge
wijde Philips 45 toerenplaatje 432179
NE. Het bevat vier chansons van het
min of meer mistroostige genre, dat
Edith, die wel eens de zangeres van de
Franse blues wordt genoemd, het bezte
ligt. Haar zingen heeft een boeiende
bewogenheid, welke zowel in haar
stemgebruik a in haar indringende
voordracht tot uitdrukking koipt. De al
wel bekende chansons dragen tot titel:
Y'a pas d'printemps, De l'autre coté de
la rue, L'accordéoniste en Mon legion
naire. O Van de vier werkjes, die Roger
Williams op een niet bijster fraai klin
kende piano vertolkt, zijn er twee van
Franse origine, namelijk La Seine en
La Mer; de twee andere heten „Wan
ting you" en „Singin' in the rain". Ro
ger improviseert op de oorspronkelijke
thema's en doet dat met smaak en met
zin voor vloeiende en speelse melo
dische en harmonisch a variaties, ver
sierd met vaak vliegensvlugge loopjes.
Het geheel, vastgelegd op London 45
toeren RE-R 1108, maakt een beschaaf
de, sympathieke indruk. O Zwitserland:
Decca 45 toeren FM 235061 presenteert
twee vrolyk gestemde polka's, die
„Swiss kanton polka" en „Liechtenstei
ner polka" heten en kleurryk geïn
strumenteerd en met pit worden uitge
voerd door Will Glahé and his music.
Een opgewekt dansplaatje tevens. O
Italië: „Ricordate Marcellino" houdt het
met gemak op de zwarte schijf uit. ue
jongste versie, een heuse Italiaanse,
weshalve zo luchtiglicht en fleurigzon-
nig als ze maar zijn kan, is onder de
titel „Chianti Cocktail" gegroefd in
Polydor's 45 toerenplaatje 20604, in
Hi-Fi nog wel. Verder laat het plaatje
horen: Guaglione, Cas'.„a in
Canada en het sfeervolle Ja
panse afscheidsliedje „Giap-
ponesina". Bekoorlijke stuk
jes muziek en frisse
zang. O Oostenrijk: Wenen
natuurlijk. Johann Strauss
natuurlijk. Zyn walsen, van
zelfsprekend. Twee van zyn
mooiste, zijn zwierigste n.l.
An der schonen blauen Do-
nau en Wiener Blut, die op Philips 45
toeren 409060 AE met meeslepende
gratie en bijzonder stemmig van klank
kleur worden uitgevoerd door het sym-
phonieorkest van Columbia onder di
rectie van „Bruno Walter. O Ierland:
typische volksmuziek, aantrekkelijk om
haar eenvoud en verkwikkend om haar
tot dansen uitnodigende onbezorgdheid,
kan men hor-n via het 45 toeren Bet-
tonaplaatje IEP 39. Het program ver
meldt gewone en two-step marsen,
walsen en een selectie van uitgekozen
volkswijsjes. Ofschoon het ensemble
van Fred Hanna een instrumentbezet
ting heeft, die niet typisch Iers is, weet
het 't aparte timbre van Ierlands volks
muziek niet alleen te verklanken maar
legt het daarin nog een aparte expressie,
die het uitstekend doet. O Last but not
least: Amerika: en dus Pat Boone,
van wie men, gelet op de aanhoudende
stroom van platen, die van de persen
komt, blijkbaar maar niet genoeg kan
krijgen. Ja, ja, weest u gerust, „Ber-
naraine" staat er ook op. Behalve dit
topnummer van Pat laat de London 33
toerenplaat HB-D 1079 nog zeven andere
songs horen, o.a. Love letters in the
sand, April love en I'll be home. Het
orkest van Billy Vaughn toont zich
uitstekend op Pat ingespeeld. Een ge
varieerde Pat-plaa: waar het duizend
koppige leger fans zijn hart wel aan
op zal willen halen.
Vervolgens zijn êr
dan nog een aan
tal 45 toerenplaat-
jes met voor elk wat
wils. Fontam 463103 laat
onze vaderlandse hot-
violist Frans Poptie ho
ren met een viertal
werkjes, waarin Frans
zijn lichte swingy tech
niek en zijn speelse mu
zikaliteit volop maar in stijl botviert, ge
steund en gesterkt door „hls swing spe
cials". De nummers heten: Shine, Frenesi,
Avalon en Swing special blues. Muziek
intussen waar men van houden moet.
O Winifred Atwell's dartel spel op de
honky-tonkerige piano ligt wat gemak-
keiyker, simpeler ook, in het gehoor.
Via het 45 toeren Deccaplaatje 235058
nodigt zy met haar vingervlugge en
twinkelende creaties in de rag-styi tot
het maken van een dansje uit. „Let's
have a ball" heet het plaatje, waarop
Winifred een aantal populaire wijsjes
uit de oude en de nieuwe doos aan el
kaar gekoppeld heeft. Met hier en daar
een rustpauze om uit te kunnen blazen.
O Prefereert men meer romantisch ge
tinte dansmuziek, waarnaar het intus
sen ook goed alleen-maar luisteren is,
dan vrage men naar Columbia DB 4044,
waarin een selectie aangename melo
dieën is gegroefd, die op het orgel van
hot „opera-house" van Blackpool wor
den gespeeld door Reginald Dixon.
Mooi vol orgelgeluid is het, waarby
tegen een sonore harmonische achter
grond de heldere en indringende melo-
dietonen contrasteren. O De jongste
uitgave van Max V/oiski draagt even
eens het label Columbia (nr. SEGH 36)
en betreft Woiski s temperamentvolle
en kleurrijke muzikale bijdrage aan de
Nederlandse speelfilm
„Jenny". Folkloristi
sche West-Indische
muziek van het zui
vere water, voorge
dragen met de bly-
moedigheid en het
élan van een volk, dat
dag in dag uit onder
een vriendelijke zon
gekoesterd wordt. By
de vier charmante
werkjes wordt uiter
aard ook gezongen. Een plaatje, dat
tevreden stemt. O Mantovani en zijn
orkest tonen op Decca 45 toeren DPE
6431 weer eens hun veelzijdige muzi
kale mogelijkheden. In „Around the
world" komt de trompettist stralend
voor de dag, in „The heart of Buda
pest" zetten soli op eymbaal de gloed
der zigeunermuziek nog eens extra aan,
in „Mandolin Serenade" verhuist Man-
tovani's orkest met gemak naar Italië,
terwijl het in „The spring song" ten
slotte de violen aan het woord laat om
de lente te bezingen. O The Andrew
Sisters blijven met heur doorgewin
terde close-harmony-styi een eigen
plaats in de grammofoonplatenwereld
innemen. In Hi-Fi nog wel voeren zij
op Capitol EAP 1-790 een viertal „oude
bekende" werkjes uit, te weten: Bei
mir bist du schön, Beer Barrel polka,
Well all right en Ferry Boat Serenade.
Oude bekende, die in de stijl van de
Andrew Sisters en door het swin
gende bigbandkarakter van de begelei
dende orkesten weer als nieuw klinken.
Verscheidene instrum 'ale soli (piano
en trompet) vallen op door suggestieve
presentatie. O De Hodlars
zetten intussen hun beste
beentje - om niet van hun
vlugste vingers te spreken -
voor in een medley van
kwieke dansnummertjes op
Columbia 78 toeren DH 688.
Luchtige klanken bij een
plezierig ritme. Aan de ene
kant van deze plaat houden
de Hodlars de vierkwartsmaat aan, aan
de andere k'-t vragen zij de aandacht
voor een paar stemmige Engelse walsen.
Plaatjes die wel apart vermeld mo
gen worden zijn de volgende: voor
eerst een nieuw sprookjes-plaatje,
uitgekomen in de Philipsserie. Het is
de zevende aflevering in de2e serie,
waarvan al wel bekend is, dat kleuters
en peuters er hun bordje pap voor la
ten staan. Gelukkige Hans - zo heet
het sprookje van Grimm, dat aan de
ene zyde van dit fleurig verpakte
plaatje is vastgelegd - „De varkens
hoeder" luidt de titel van Andersens
vertelseltje, dat in de andere zijde is
gegroefd. Een hele reeks artisten heeft
aan dit plaatje uiterste zorg besteed.
In een andere, byzonder interessante
serie van Philips, namelijk die, welke
de titel draagt „Song and sound the
world around" zijn de boeiende ge
tuigenissen van volksmuziek, die reeds
verschenen zijn, thans aangevuld met
een aantal markante voorbeelden van
muziek uit de Congo en Zuid-Marokko.
Muziek uit een andere cultuur, me In
tussen curieus genoeg is, om er via dit
plaatje en het daarbij gevoegde com
mentaar kennis van te nemen. Een
prima plaatje is ook het 45 toeren-
schijfje van Nixa, nummer NJE 1043,
dat originele skiffle-zang en -muziek
laat horen. Volksmuziek, afkomstig uit
de zuidelijke staten van Noord-Ame-
rika, het gebied van de prairie. Angel
saksische volksmuziek is er niet vreemd
aan. In ieder geval mag men zeggen
dat de Britse
ensembles, die
zich op deze
muziek toeleg
gen, er de sfeer
van weten te
raken. Het is
een sfeer, waar
in het ritme van
een hardwer
kend volk, de
blijheid om c-n
vrij leven en de
romantiek dei-
kampvuren met
elkaar verweven zijn. Uitstekend man
nelijk en vrouwelijk stemmenmateriaal
en virtuoos gitaarspel bepalen mede de
goede kwaliteit en de charme van dit
plaatje. De vier nummers heten: Freight
train, Cumberland Gap, Sail away lady
en Bring a little water Svlvie.
Een byzonder ex
quise zangplaat is
voorts de Decca lang-
speler LXT 5392, die
gewyd is aan de eens
- en nu via de plaat
nog steeds - gevierde
Noorse sopraanzange
res Kirsten Flagstadt,
aan haar grote muzi
kale persoonlykheid,
zich manifesterend in haar grote en
gave stem en in haar indringends, in
nemende en tot in de lijnste nuan
ceringen bewogen voordracht. Het is
een weelde naar haar te kunnen luis
teren. De Deccaplaat vermeldt een
achttal „Great Sacred Songs", waartoe
o.a. behoren Hear my prayer van Men
delssohn, O divine Redeemer van Gou
nod, Jerusalem van Parry en het Abide
with me van Liddle.
Niet op één lijn met haar te stellen
doch niettemin een eminent zanger was
de kortelings overleden Benjamino
Gigli, die zich jaren achtereen mocht
verheugen in de belangstelling en be
wondering van tienduizenden. Zijn hel
dere en krachtigs, van Italiaans élan
en sentiment doortrokken tenor zal men
voortaan nog slechts via de plaat kun
nen beluisteren. Succesopnamen zijn
die, welke dateren uit de dertiger ja
ren en thans, heropgenomen via de ge
perfectioneerde techniek, worden uitge
bracht op Elextrola 45 toeren nr. 11-
8385, te weten: Santa Lucia, het Wie
genlied van Schubert en Mutterlied.
FRÊDÉRIC
De procureur-generaal bij de Hoge
Raad der Nederlanden, prof. dr. G. E.
Langemeyer, heeft vrijdagmorgen con
clusie genomen in de zaak welke de
A.N.W.B. middels een Haagse impor
teur aanhangig had gemaakt tegen de
commissaris der koningin in de pro
vincie Zuid-Holland. Het provinciaal
bestuur van Zuid-Holland weigerde des
tijds de importeur zonder rij-examen
een nieuw rijbewijs te geven, nadat
diens oude rÜbeteüs was verlopen in
een periode waarin hem de rijbevoegd
heid krachtens een rechterlijk vonnis
was ontzegd.
In kort geding wees de president vn
de Haagse rechtbank de eis van de
importeur toe, dat de griffie hem een
nieuw ry bewijs zonder examen zou ver
schaffen. In hoger beroep besliste het
gerechtshof in gelyke zin, daarby over
wegend dat de wetgever een ontzeg
ging van de rijbevoegdheid bedoeld heeft
als tydelijke maatregel. Het rybewijs
diende als zodanie nog steeds geldig te
worden geacht. Tegen dit arrest van
het Haagse gerechtshof tekende hier
op de commissaris der koningin cassatie
aan by de Hoge Raad. By deze proce
dure staat in het centrum der belang
stelling de vraag of de burgerlyke rech
ter bevoegd is de overheid een bevel
te geven tot het doen van een be
stuurshandeling.
Tijdens de vrijdagmorgen gehouden
zittingen van de Hoge Raad conclu
deerde de procureur-generaal tot ver
werping van het beroep van de com
missaris der koningin van de provin
cie Zuid-Holland tegen het arrest van
het gerechtshof.
De vraag of de commissaris inder
daad verplicht was een nieuw rijbe-
wys af te geven meende de procureur-
generaal bevestigend te moeten beant
woorden. Indien by rechterlijke uit
spraak de bevoegdheid voor een bepaal
de periode wordt ontzegd aan iemand
wiens rybewijs afloopt op een datum
vallende na het einde van de ontzeg
gingsperiode dan krijgt hij (na afloop
van de ontzeggingsperiode) zondermeer
een nieuw rybewijs. Hetzelfde geldt
indien de ontzegging ingaat op een t'Jd-
Stip waarop het rybewijs al verlopen
is. Alleen indien de constellatie toe
vallig zo is, dat het rijbewijs verloopt
op een dag, vallende in de ontzeggings
periode gelyk in casu zou de aan
vrager opnieuw examen ir oeten doen.
Dit is niet redelijk, aldus Drof. Lange
meyer.