De grote cultuur der Asteken Ondergang der reusachtige Indianen-rijken De Mexica werd in twee eeuwen van een arme nomadenstam in de drassige lagune tot trotse heerser over een wereldrijk I am w 1 HEMA ssü5"«stay: sKS I DOE MÉÉR J MET MINDER GELD e \ka Kantoorpersoneel als bemanning van K.P.M.-vlaggeschip Nog 60 Nederlanders in westelijk Midden-Sumatra jEVC-commissie bijeen Paul de Groot wenst geen anti-communisme IV#" DINSDAG 1 APRIL 1958 PAGINA 13 W t fl 1 li WBÊÈt ;-r - - „Ik ben een mensalhoewel God de kleur van mijn huid anders gemaakt heeft dan die van de blanken. Sinds vele jaren worden wij opgejaagd zoals een hond wilde dieren opjaagt Nederlandse woordvoerder uit Djakarta vertrokken 100 °/0 katoenen pullover Poplin jacket Sterk plooirokje ri IliiÉfc Geruit jongens overhemd Bedford-cord broek 'alléénverkoop hema' L.J WMmWM X 'Z V -"#i Ltev/ />z 5 "y 'J. 1 - vibtójwk&A, Lemen flatgebouwen der Indianen uit de zogenaamde Adobe-architectuur. ]\/r en meent wel eens, dat het typisch kenmerk van onze VI tijd gelegen is in het razend snelle tempo der ont- "-*• wikkeling. Men spreekt over de revolutie der tech niek en in enkele decennia zijn vliegtuigen en auto s ontwik keld tot de grootste perfectie. Het is echter onjuist te menen, dat alleen onze tijd een dergelijke stormachtige vlucht kent, ook in andere eeuwen is in enkele decenniaheel het wereldbeeld veranderd. Dat beseft men goed bij de be studering van de ondergang der Indianen-rijken m Midden en Zuid-Amerika. In 1492 had het eerste Europese schip Amerika bereikt; in 1519, dus slechts zevenentwintig jaar later ziet Cortez kans het reusachtige en perfect georgani seerde rijk van Montezuma te veroveren. Iets later maakt Pizarro zich meester van het rijk der Inca's en niet lang daarna zijn er slechts rokende puinhopen over van een rijke bloeiende cultuur. Europa heeft gezegevierd maar slechts enkelen bemerkten wat zij verwoest hadden, goud dorst, macht, roem en eer waren de drijfveren, die een geheel nieuw wereldbeeld openbaarden. In 1539 begon wederom een van die bijzonder avontuur lijke ontdekkingstochten uit de geschiedenis- Hernando de Soto wilde naar 'het voorbeeld van Cortez en .lzr""Jt_ eveneens een imperium voor zich veroveren, tly on - scheepte in Florida met 600 soldaten, timmerlieden, smeaen, Hoewel de Spanjaarden met grondig heid de Mexicaanse Indianen-cultuur hebben uitgeroeid menend dat de re ligie die bloedige en wrede mensen offers kende en waarlijk werk van de «uivel zelve was er toch nog zo veel getuigenissen en beschrijvingen over gebleven, dat een totale recon structie mogelijk bleek. Het zware werk heeft Jaques Soustelle met succes aan gepakt en men mag blij zijn, dat zijn beroemde werk thans een Nederlandse vertaling gekregen heeft. Soustelle heeft een Poging gedaan de weerschijn op t« vangen van de glans en de scha duw van een ten ondergang gedoemde wereld, toen de stalen degens het won nen Van de zwaarden van obsidiaan, toen kanonnen het wonnen van puien en werptuigen, metalen helmen gesteld werden tegenover verentooi. Soustelle roept heel het dagelijks leven in het oude vlexico op, wij herkennen de pa leizen, de piramiden, de heirbanen die de meten doorsneden, de standbeelden van st^G® en maskers vaI1 .turkoois, de optochten met hun schittering van sie raden m pluimen, wij worden gecon fronteerd met de levensgewoonten, de maatschappelijke indeling, de rangen en startjen, de merkwaardige econo mie, de wrede religie, levend in de vre selijke 'ngst, dat de zon met meer zou opgaan jis er geen mensen werden ge offerd, fe krijg en de opschik der vrou wen, ju«t zoals Cortez deze beschaving heeft aangetroffen Na het onthullende boek dat de bijna blinde Prescott in 1843 uitgaf, is deze pUbiicatie een eeuw later tot de belangrijkste studies over de vergat,e Azteekse cultuur te reke nen. Na,ec" k°rte historische inleiding, waarin beschreven wordt hoe Mexico onder MOhteziima (Motechuma) de centrale p^ats in de Indiaanse bescha ving verkregen had komt Soustelle tot de menmg, dat jn tegenstelling tot vele vroegere P"hlicatiea, het rijk der Azte ken niet mede ten ondergegaan is door interne geestelyke en morele uitholling De schrijver meent juist het tegen overgestelde te moeten constateren. Het rijk der Azteken was pas in op komst, zo zegt hij, na de rijke cultuur der Maya's en Tolteken. De Mexica was nog een nomadenstam in 1325, en vestigde zich toen pas in de drassige lagune en op enkele schamele eiland jes. Hun stad was een pover gehucht van rieten hutten. Zij breiden hun ge bied uit door modder uit de moeras sen te baggeren en op te hopen op vlot ten van riet. Binnen twee eeuwen groeit dit nijvere volk uit tot beheersers van heel de omgeving en hun schamele woonst is een stad geworden met trotse paleizen, terrassen en piramiden. Heel de rijkdom tot uit verre streken hoopt zich op en juist als er zich in dit vitale rijk een evolutie voltrekken gaat, waar bij de trotse, bureaucratisch geordende staat van priesters en soldaten een deel van de macht moet overdragen aan de kooplieden die een totaal eigen clan vormen, komt de ontknoping in de persoon van Cortez, in wie men oor spronkelijk een gezondene van de God Quetzalcoatl zag. Geen dode, uitgebluste stad Het beeld van de stad Mexico is in 1519 geenszins dat van een dode uitge bluste stad, de hoofdstad is niet pri mitief, ook niet decadent. Hoge torens, die met hun terrasvormige daken overal boven de witte huizen oprijzen, een ordelijke bedrijvigheid, als in een mie renhoop en het aanhoudend komen en gaan van schepen in de lagune en de kanalen. Heipalen werden gebruikt om de huizen te funderen in de drassige grond. „Motecuhzoma had in de stad zo'n schitterend paleis" schrijft Cortez aan Karei V „dat het mij haast onmoge lijk is de schoonheid en grootsheid ervan te beschrijven. Laat het voldoende zijn als ik zeg, dat het in Spanje zijn weerga niet heeft." De jongemannen uit de wijk- scholen kwamen er 's avonds zingen en dansen, in een andere zaal stonden zan gers en musici klaar. Zij hadden trom- monniken en 200 paarden en deze kleine schaar doorkruiste gebieden, die heden bekend zijn als Florida, Georgia Alabama en Missisippi, steeds op zoek naar schatten, dié bekend stonden als „De fontein van de eeuwige jeugd Maar schatten waren er slechts in de dromenwereld van de Spanjaarden, zij vonden slechts kleine Indiaanse neder zettingen, die niet de minste buit opleverden. Maar Amerika was ontdekt en de strijd van Spanjaarden, Fran sen en Engelsen begon. Ieder eiste de hegemonie in dit onmetelijk gebied op en tevens begon het gevecht tegen de roodhuiden, waarmee wij in onze jeugd zijn opgevoed door de wonderlijke fantasie-verhalen van Karl May. Weinig heeft men zich afgevraagd hoe het mogelijk wasï dat de Spanjaarden de strijd tegen de machtige rijken der Azteken en Inca's in enkele jaren wisten te beslissen, ter wijl de tegenstand der roodhuiden in Noord-Amerika voortduurde tot in het begin van de twintigste eeuw. Een tweetal recente publicaties, het boek van Jacques Soustelle „Zo leefden de Azteken bij de invasie der conquistadores" (Hollandia N.V- Baarn) en dat van dr. Herman Wouters „De Indianen vroeger en nu" (A. Manteau N.V. Brussel) leveren waardevolle bijdragen het probleem der Indianen volkeren nader te bezien. men, fluiten, bellen en rammelaars, alsook maskers, pruiken en klederdrach ten uit allerlei provincies bij de hand om de wensen van de keizer te vervullen. Dan waren er de kunstvaardige hand werkslieden, die jade ciseleerden, goud smolten of veer na veer de kostelijke mozaïeken samenstelden. Het vogelhuis weergalmde van het gezang van alle tropische zeldzaamheden, elders brulden jaguars en poema's in hun houten kooien. In de tuinen, waarin de zeldzaamste bloe men en de geneeskrachtige kruiden uit het gehele land waren geplant, leefden eenden, zwanen en zilverreigers in grote vijvers. Wat het levensniveau der Azteken be treft, schrijft Soustelle: ,,Het was voor allen hetzelfde de gelijkheid der armoe de." De staatsvorm was een patriciaat. De opperpriester Is de gelijke van de militaire opperbevelhebber, beiden zien neer op de kleine wijkpriester of de be lastingontvanger in een dorp. Maar al len verschillen toch weer van de plebe jer of de slaaf. Eer en onderscheiding Is het hoogst bereikbare, maar men verwerft die alleen door eigen verdien ste. Een der meest voorkomende ma nieren om onderscheiden te worden Is het maken van krijgsgevangenen in de oor log. Dezen dienen immers om als offer aan de God van de zon gebracht te wor den en zonder deze offers is de voort gang van het leven ondenkbaar. Van zijn geboorte af wordt een jongen aan de oorlog gewijd. Zijn navelstreng wordt begraven tezamen met een schild en kleine pijlen en men houdt een rede tot de jonggeborene, waarin hem wordt verklaard dat hij voor de strijd op aarde gekomen is. Naarmate men grotere daden in de oorlog verricht heeft .wordt men rijker onderscheiden en aan iedere graad ligt het recht be paalde versierde en gekleurde klederen te dragen. Aan de onderscheiding zijn ook landgoederen verbonden, maar de ze worden geen bezit doch men krijgt slechts het recht ze te exploiteren. Mexico kende een enorm leger ambte naren en de administratie schijnt feil loos gevoerd te zijn. De rechterlijke macht was een uiterst belangrijk insti tuut. De rechters stonden hoog in aan zien maar wee degene, hoe aanzienlijk ook, die blijk gaf van omkoopbaarheid. Hij riskeerde de doodstraf. Lagere functionarissen werden doorgaans mil der gestraft dan hooggeplaatsten. Hier gold wezenlijk „Noblesse oblige". De stand der kooplieden had in deze gemeenschap een geheel eigen karakter. Zq namen geen deel aan het openbare Het vlaggeschip van de K.P.M., de 5955 ton metende „Plancius" is gisteren vertrokken uit Tandjong Priok naar Singapore met een bemanning van 22 inplaats van 150 leden, aldus meldt het A.N.P. Personeel van de K.P.M. kantoren en walinstallaties en zelfs secretaressen heb ben zich vrijwillig als lid van de beman ning opgegeven- Het schip zal een moei lijke reis hebben over de Java-zee. De directeur van de K.P.M., de heer J. W. Brand, heeft tegenover' een cor respondent van het A.N.P. verklaard te hopen, d_t alle 34 schepen van de K.P.M. die nog in Indonesië zijn, voor heden nacht de Indonesische wateren zullen hebben verlaten. Hij had bericht ont vangen, dat twee schepen, die te Makas sar voor anker lagen reeds naar Singa pore zijn vertrokken. Hij had geen for mele bevestiging van het vertrek van schepen uit andere havens, maar ver wachtte, dat de gehele vloot in de loop van vandaag onderweg zou zijn. „Het zal hard werken worden voor de kleine bemanningen aan boord van al de schepen die de Indonesische wateren uitvaren" aldus de heer Brand, die er aan toevoegde dat de Nederlandse ge meenschap in Djakarta met bewonde ring en trots de gezamenlijke inspan ningen van het personeel van de K.P.M- volgt. Er zijn nog 60 Nederlanders in Padang en andere steden in het westelijk deel van Midden-Sumatra volgens de laatste berichten, die gisteren in Djakarta ont vangen zijn. Vorige week werd hun aantal geschat op 105. Sedertdien is een aantal over de weg naar Zuid-Sumatra geëvacueerd, aldus meldt het ANP. De woordvoerder van de Nederlandse vertegenwoordiging in Djakarta, R. Pe kelharing is dit weekeinde naar Neder land vertrokken. Hij was pers- en cul tureel attaché tot de Indonesische rege ring de werkzaamheden op dit gebied gedurende de anti-Nederlandse campag ne in december vorig jaar verbood. De heer Pekelharing zal niet worden ver vangen, zo verneemt het ANP in kringen van de vertegenwoordiging. Na de geheime vergadering zondag in Kras van Paul de Groots E.V.C.-com- missies is een communique gepubli ceerd, waarin is aangekondigd dat de Paul de Groot-groep op 7 en 8 juni a s. een buitengewoon congres zal houden. De leiding van deze E.V.C. is in handen gelegd van een commissie met als secretariaat de getrouwen P. Bakker, W. Hartog, C. Helmer en Fr. Meis Tevens werd een commissie gekozen om de materiële schade, aangericht door de groep ReuterBrandsen onge daan te maken. „De vergadering", zo schrijft de Paul de Groot-groep, „spreekt zich met kracht uit tegen iedere vorm van anti-commu nisme in de E.V.C. Zij eerbiedigt de overtuiging van al haar leden en neemt met kracht stelling tegen het kweken van een pogromstemming tegen het communistische deel van haar leden". en brachten hun waar zelfs al- !fpen fret nachtelijk duister per schip de stad binnen. Toch waren zii een nn menlevLrenrI661 M«'caanlê sa-" menieving en leverden tal van enpHo- werden6 ZH maalt landen betrokken moesten IhTe^rdSen Iff", en vallen van rovers en S6.. b" aan" stende°nhtdeen- Wtenalr^^T^™ Zien. Zij werden zeer royaal °beloond" gewaden voor zichzelf en voor hun vrou- KVra ten kalebassen, tien vrachten bonen, twee vrachten Spaan se peper, cacao en katoen en een boot- ladmg maïs: Na beëindiging van het werk ontvingen zij ieder nog eens twee slaven, twee vrachten cacao, vaatwerk zout en een vracht stoffen. De staat van slavernp was aanmerkelijk milder dan de slavernp, die de Spanjaarden na de verovering invoerden. Men heeft zich dikwijls afgevraagd hoe een dusdanig sterk georganiseer de staat in éen slag uiteen kon vallen terwpl de Indianen In Noord-Amerika nog eeuwen lang stand hielden tegen de blanken. Het antwoord ligt al in de vraag opgesloten. Juist door 'de volledi ge centralisatie van het bestuur en de gerichtheid op de Keizer als enige uit eindelijke machthebber viel het de Span jaarden gemakkelijk heel de staat in handen te krijgen, toen zij Montezuma eenmaal in hun macht hadden. Toen de hoofdstad eenmaal in hun bezit was stortte heel het autocratisch bouwsel als een kaartenhuis in elkaar. En om dat zij meenden dat de staat een werk van de duivel was meenden zij ook het argument te bezitten grondig de cul tuur te verwoesten. Overigens moet het ook wel voor de ruwe conquistadores een gruwel geweest zijn de afschrik wekkende plechtigheden bij te wonen, waarbij mensenlevens geofferd werden en de macabere dansen gade te slaan, waarbij de priesters zich staken in de huid van de geofferden. Zonder iets te weten van de afschuwelijke ban, waar in de godsdienst gevangen was, ls Haar niets van te begrijpen. Merkwaardig is, dat de Inca's in Pe ru een bijna parallel lopende bescha ving en godsdienst kenden, verder ko men dergelijke culturen bij de Indianen slechts in zeer primitieve vorm voor. De Belgische ethnoloog dr. Herman Wouters heeft in zijn studie over de In dianen deze kwestie vrij ernstig onder zocht en hij heeft practisch alle beken de stammen In Oost- en West-Amerika en in Canada onderzocht. Hij heeft geen vergelijkende studie gemaakt, doch be schrijft ze uitvoerig. De enige parallel met de grote culturen is de liefde der Indianen voor de tooi met veren, tal van symbolen in de zonnegodsdienst het vuur, de bijl, de pijp hebben zij ge meen, maar een volledige studie over net vraagstuk is nog niet verschenen, naartoe heeft men nog te weinig ma teriaal om de juiste migraties in Noord- 'n-Amerika vast te stellen. Vast s aat wel, dat de Indianen als ooma- vestmodel, effen piquésteek, korte kimonomouw, in wit, geel en bleu, A leeftijd 4-11 jaar, Hl/9 :V - fijne, sterke kwaliteit, water afstotend, krimpvrij en kleur echt. Capuchon met contraste rende voering, deelbare trek sluiting. Diverse kleuren. Leef tijd 5-14 j„ m vanaf I H Zonder capuchon, ook voor jongens, leeftijd 7-14 j., v.a. 10.- in effen kleuren en ruitdes slns, kreukher stellend, leeftijd 3-I2 jaar, vanaf I Sterk en spotgoedkoop Meisjesondergoed leuk bedrukt met hartjes, a slip of camisole, vanaf I#""! Snoezige onderjurkjes, I met valenciennes-lcant, I vanaf I Jongensondergoed I Roland Junior, wit katoenen singlet of slip, vanaf B •■l Kleine Stijging per maat TT-model, opgestikte zakken, 100% katoen, kleurecht, krimpvrij,diverse kleuren, met lange mouw voor F 6-1 3 jaar, vanaf met korte mouw voor 4-8 jaar. vanaf 2.50 met verstelbare elastieken band, 2 flinke steekzakken en achterzak, In grijs, beige en RAF, leeftijd SO 3-13 jaar, vanaf de eerste... èn del beste kleertjes voor uw baby 1100% wollen luiertruitje I ideale pasvorm, leuk ge- «7,1 I garneerd,wit,rose en bleu JL 1100 wollen slobbroek| In wit, roae en bleu den de Beringstraat zjjn overgetrokken en afkomstig zijn uit Midden-Azië, maar het aantal migraties van Noord naar Zuid en weer terug heeft men nog niet kunnen vaststellen. Daartoe staat elgenlyk het hele onderzoek nog in de kinderschoenen. z-vYerv?n(^e nomadenstammen der roodhuiden hebben zich altijd feller en individueler tegen de blanken kunnen verdedigen, maar hard is het er altijd aan toe gegaan en de Fransen en En- gelsen hebben in wreedheid om te moor- den zeker met ondergedaan voor de Spanjaarden. Maar ook de kolonisten wilden zich handhaven en steeds meer terrein is de buffeljagers in de loop der eeuwen onttrokken. Eie^nliik hot deloos triest te lezen hce teVe?gelL'dê heldhaftige strijd, der roodhuiden gl weest is en hoe zij na vreselijke ellen de tenslotte de reservations accepteer den. Nooit werd door een blanke staats man een betere bepaling van de demo cratie gegeven, dan toen chief Joseph van de Nez-Percé-Indianen in zijn strijd tegen de Amerikaanse soldaten ver klaarde: „Laat mjj leven als een vrij man, vrij om te gaan, vrij om te blij ven, vrij om te handelen waar ik wens Vrij om mijn leermeesters zelf te kie zen, vrij om voor mijzelf te denken en te spreken. Slechts dan wil ik aan de wet gehoorzamen of straf aanvaarden." En staande Beer, het Ponca-opper- hoofd, had ongeveer terzelfde tijd ver klaard: „Ik ben een mens alhoewel God de kleur van mijn huid anders ge maakt heeft dan die van de blanken. Sinds vele jaren worden wjj opgejaagd, zoals een hond wilde dieren opjaagt. Ik wens mijn land terug, dat is wat ik zonder ophouden verlang. Ik wil daar leven en begraven worden tussen mijn voorouders." Het land hebben zij nooit teruggekre gen. Zjj zullen het ook nooit terugkrij gen, tenzij als ordentelijke Amerikaanse staatsburgers met een vast en degelijk beroep. MARIUS VAN BEEK

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1958 | | pagina 13