Verwarring en harmonie
D
Lichte muziek op
zwarte schijven
Is mevrouw Tsjaikofski-Anderson
de echte Anastasia?
I
Van boeken
en schrijvers
WIE adverteert-
I EEN MOORD!
Een Pauselijke waarschuwing
r
Levensverhaal
met documenten
J
Hammarskjöld
eredoctor
In de Londense dokken heerst de stilte
en
Wagtmans achter
Belg Verschueren
Europees
bekertoernooi voor
landenteams
ZATERDAG 7 JUNI 1958
PAGINA 11
LiturgiSche Weekkalender
iiiiiiüiriiHiiiiiiiiiiniiiinniinnimiimmimniinniiiiTiinnii
door
AGATHA CHRISTIE
Overal in onze» huidige wereld
heerst verwarring en onzeker
heid. Daaraan ontkomt niemand,
constateren de bisschoppen in hun laat
ste Vastenbrief, ook in de Kerk is dit
zeer tastbaar. Niet alleen worstelt men
inet talrijke ernstige problemen, er ge
beuren eveneens herhaaldelijk opzien
barende dingen, die verwarring stich
ten. Binnen de Kerk is er eveneens on
rust. Het maatschappelijke leven is niet
blinder ingewikkeld. De wereld is in
Sroei, in opkomst, in neergang als men
yil- Nationalisme, nieuwe machtsver
houdingen, het rode gevaar veroorza
ken overal spanningen. De technische
ontwikkeling is niet bij te houden.
Waar zal een nieuwe beschaving ge
vonden worden, waaruit een nieuwe we
reld opgebouwd? Men praat en praat,
etl de verwarring neemt toe. Daarom
peggen anderen: niet praten maar doen.
°°k zjjn er mensen, die willen luisteren
baar wat God zegt over onze moeilij
ke wereld. God is echter moeilijk hoor
baar, want de problemen zijn nog al
lawaaierig. Er is geen touw meer aan
vast te knopen. Of, zoals op een peda
gogisch congres werd gezegd, ouders
hoch kinderen weten waar ze aan toe
Zijn.
Het zou goed zijn eens wat meer te
denken aan de aanwezigheid van ae
grote Onrustzaaier onder ons. wet ge
vaar dreigt, dat wij tegenover de he
dendaagse wereld alleen nog maar
angst voelen, dat wij ophouden te gelo
ven aan de mogelijkheid van een mens-
Waardig leven. Al gaan ook niet allen
zover, dat ze heel de wereld als een
mislukking beschouwen, zeer velen zijn
er toch, die de
hoop op verbete
ring hebben op
gegeven. Zouden
die mensen niet
op een of andere
manier het slacht
offer zijn gewor
den van de grote
Onrustzaaier, Sa
tan? Zijn doel is
ons het geloof te
ontnemen in de
harmonie van het
menselijk leven. Zijn
verwarring, Hij is de
goddelijk en
geest is chaos,
grote tegenspeler van God. Met Gods
toelating overigens. Een mysterie dat
wij niet begrijpen. Maar dat overduide
lijk in de H. Schrift wordt vermeld. De
Wereld gelooft niet meer in de duivel.
Tot haar eigen schade. Een groot
schrijver heeft eens gezegd, dat het de
handigste sluwheid van de duivel is ge-
weest de mensen zijn bestaan te doen
met^S?*1- Wie geen rekening houdt
mens, zal iigfemotste vijand van de
zijn invloed Ziin°k niet wapenen tegen
neerd, onzichtbaar Phm,den is geraf.fl"
lijk. Het is heU^m'aalJm "n^aarsck^"
dat hij de groeicrisis van de' bfscha-
vmg gebruikt om ons stap voor staD te
voeren naar vrees, twijfel en ongeloof
Hij kan schijn-rust en schjjn-harmoniê
schenken om ons zodoende te isoleren
van het werkelijke leven, dat inderdaad
grote problemen stelt voor de oplossing
waarvan wij ons voortdurend veel moei
te en inspanning hebben te getroosten.
i e oorspronkelijke harmonie tussen
God en schepsel is verstoord door
de zonde. Dat feit hebben wij te
accepteren. De tijd van de nieuwe har
monie tussen de beloofde nieuwe he-
bwi en nieuwe aarde is nog niet aange
broken De duivel kan de wederkomst
t'an Christus natuurlijk niet tegen
houden.
Evenmin kan hij Christus' komst in een
nieuwe geloofsbeleving, die past in de
nieuwe tijd op aarde, die wij tegemoet
gaan, verhinderen. Maar wel kan hij de
mensen in verwarring brengen en hen
zodoende ongeschikt maken om zich ge
heel te wijden aan Christus. In zekere
zin is hem dat tot nu toe al veel te
goed gelukt. De hele tegenwoordige
wereldtoestand staat hem daarvoor ten
dienste en wel voornamelijk omdat hij
daardoor de mens een hoogst noodlot
tige angst inboezemt, die elk initiatief
verlamt en zeer zeker afkerig maakt
van inspanning en nog meer lijden.
Ons werd de Zoon Gods geschonken
en in Hem werd alles wat op de aarde
en in de hemel is in orde gebracht.
Door Zijn lijden en dood heeft Hij ons
geleerd hoe werkdadig, moeizaam en
smartelijk dit herstel is. De harmonie in
bet leven moet veroverd worden in een
ojjüd tegen de vorst dezer wereld: de
ï^stzaaier
Apot-Pauselijke maandintenties van het
telükjbaat des Gebeds volgen de gees-
en stoffelijke nood van de we-
zondag 8
Pinksteren; eigiuni: tweede zondag na
H. Drieëenheia.n wis; credo; pref. van de
MAANDAG: ']ygroen.
H.H. Primus en j? ,van de zondag; 2 geb.
mMCnAS: W amon
H. jFpianus; groen.
'Karita, weduwe;
DINSDAG:
Cognovi; wit
•WOENSDAG: H. B
mis; credo; pref. v. d °abas, apostel; eigen
DONDERDAG; H. jó ®»ostel; rood.
do, belijder; mis Os van S. Facun-
Basilides en gezellen; 2 geb. H.H.
hingen Haarlem, Rotterdam trecht' Gr0"
H. Odulphus, belijder; mis g. Den Bosch:
H. Joannes; 3 geb. H.H. Basiu,Usti: 2 geb.;
len; wit en gezel-
VRIJd'aG: H. Hart van Jesu
credo; eigen pref.; wit. eigen mis;
ZATERDAG: H. Basilius. bisschon-bem
der-kerkleraar; el|?n mis; credo; wit7
Roermondalle H-H. „ls?ch°PPen Va
Maastricht; eigen mis," 2 geb. h. Basilius-
Wit.
zondag 15 juni; derdeT, ijon,c!ae na
„pdb^eren; eigen mis; 2 geb. HJH. Vitus en
Bezeilen- credQ. pref van de H. Drieeen-
lck groen.
reld op de voet. Daarin heeft de H. Va
der een krachtig middel gezien om alle
gelovige katholieken in te schakelen als
een biddend leger voor het welzijn van
de mensheid. Telkens weer vraagt de
Paus ons aller gebed om zodoende de
Kerk haar goddelijke opdracht te doen
vervullen: het verlossingswerk van
Christus voort te zetten op aarde.
Voor de maand juni luidt de intentie:
Moge God de mensen leren in deze ver
warde tijden hun hoop te stellen op het
H. Hart van Jezus. Dat betekent, dat
wij moeten leren de zo voorname chris
telijke en goddelijke deugd van hoop ge
heel te richten op de oneindige, barm
hartige liefde van de Verlosser der we
reld. Dit behoort tot de kern van Gods
heilsplan met de mensheid. Er kan im
mers van niemand anders hulp ver
wacht worden dan van Christus. Niet
in die zin, dat wij ons daardoor ontsla
gen zouden mogen achten van elke in
spanning en alles aan God kunnen over
laten. Zeker niet! God, die ons gescha
pen heeft zonder ons, zegt St.-Augusti-
nus, zal ons niet zalig maken zonder
ons. Wij moeten er van overtuigd zijn,
dat wij alleen van Christus het heil kun
nen verwachten, wanneer wij ons ge
heel en al aan Zijn leiding overgeven,
Zijn voorschriften volgen en met Zjjn
genade medewerken. Tot die liefde van
Christus moeten wij ons wenden, ons
keren, ons be-keren, opnieuw laten ge
boren worden.
De liefde van Christus is een opgave,
een opdracht, een taak. Onze hoop,
ons vertrouwen op die liefde is werk
dadig, actief, geen vlucht voor de we
reld en zeker geen uitvlucht. Wjj zijn in
de wereld, hoewel niet van de wereld.
Het moge dan al paradoxaal klinken,
maar het is waar: harmonie wordt in
strijd geboren.
Om dit inzicht vraagt de pauselijke
juni-intentie van het Apostolaat des Ge
beds ons vurig te bidden, opdat allen
zich zo spoedig mogelijk voor dit in
zicht gewonnen mogen geven.
iiHiiimiiHiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiHiii
De secretaris-generaal van de U.N.O.,
Dag Hammarskjöld heeft van de univer
siteit van Cambridge het eredoctoraat in
de rechtsgeleerdheid gekregen. Men ziet
hem hier met Edwin Muir, die het
eredoctoraat in de letteren werd
aangeboden.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Het wielerseizoen 1957-1958 van de
Dcutschlandhalle in Berlijn is vrijdag
avond afgesloten met een internationale
stayerwedstrijd, bestaande uit drie man
ches, van resp. 15,25 en 35 kilometer.
Alle drie manches werden gewonnen
door de Belg Verschueren. De Nederlan
der Wagtmans leverde een goede pres
tatie. Hij werd tweemaal tweede en
eenmaal derde.
Het totaal-klassement: 1. Verschue
ren, België km ;2. Wagtmans, Neder
land 74,890; 3. Marsell, Duitsland
73,724; 4. Jacobi, Duitsland 73,670; 5.
Bu'cher, Zwi'.serland 73,480.
De Europese Voetbalunie is opmer
kelijk voortvarend geweest met het
Europese bekertoernooi voor landen
teams. Vrijdag werd te Stockholm reeds
de loting verricht.
Het programma voor de achtste fina
les luidt: Hongarije—Rusland; Polen—
Spanje; Oost-Duitsland—Portugal; Joe
goslaviëBulgarijeTurkijeRoemenië
Denemarkenwinnaar Tsjechoslowa-
kijeIerse Vrijstaat; FrankrijkGrie
kenland; OostenrijkNoorwegen.
Assam In een afgelegen gebied
van Noordoost Assam zijn vorige week
62 mensen omgekomen tengevolge van
grote aardverschuiving. Nadere bij-
erheden ontbreken nog. (U.P.I.)
'.-V"
Een overzicht van de Koning George Dokken in de Londense haven. Waar het anders gonst van bedrijvigheid heerst nu de
stilte tengevolge van de staking van de havenarbeiders. Doelloos wijzen de topkranen naarboven en slechts een enkel
bootje tuft door het water.De havenarbeiders zijn in sta king als bewijs van sympathie met de arbeiders van de
Londense vleesmarkt.
s ze het nu of is ze het niet? Is het
nu volstrekt zeker bewezen dat die
Mevrouw Tsjaikofski (Mrs. Ander
son sinds een verblijf in Amerika), die
nu in de „Driekoningenhut" bij Unter-
legenhardt in het Zwarte Woud woont,
de Grootvorstin Anastasia is van het
huis Romanoff, die aan de Bolsjewiki
moet zijn ontsnapt, als enige van het
gehele gezin van de laatste Tsaar aller
Russen?
Als ze het niet is, hoe wist ze dan
van de korte reis, die de Groothertog
van Hessen, de broer van de Tsarina,
in 1916, midden onder de oorlog naar
het verblijf van de Tsarenfamilie, Zars-
koje Selo, maakte ten einde te trach
ten de vrede te bewerkstelligen? Deze
reis was uiteraard slechts aan een klei
ne, zeer selecte kring van mensen pe-
kend. De Deense gezant in Berlijn. Her-
luv Zahle, heeft mevrouw Tsjaikofski
de vraag gesteld: Wanneer hebt u de
groothertog van Hessen het laatst ge
zien? Zij antwoordde, zonder na te den
ken: In 1916, toen hij twee dagen bij ons
logeerde om met mijn ouders over de
mogelijkheid van een vrede te praten.
Friedrich Ernst, Prins von Sachsen Al
tenburg heeft haar, met dit „bewijs"
in handen, in 1932, onder vier ogen, een
aantal zeer scherp omlijnde vragen ge
steld, welke zijn zwager, Prins Sigis-
mund van Pruisen, hem opgedragen
had te stellen. Deze scherp omlijnde
vragen heeft mevrouw Tsjaikofski vol
komen juist beantwoord. De prinsen
Sigismuncl en Friedrich Ernst hebben
daarop een uitvoerige beëdigde verkla
ring afgelegd van hun overtuiging dat
mevrouw Tsjaikofski en de jongste
dochter van de Tsaar identiek waren.
Tevoren hadden de kinderen van de lijf
arts van de Tsaar: de heer Gleb Bot
kin en mevrouw Tatjana Melnik-Botkin
en een voormalige tsaristische officier,
de heer Félix Dassel, een dergelijke
verklaring reeds afgelegd. Nog een an
dere oordeelkundige getuige legde dit
jaar voor het gerecht onder ede een
voor honderd procent positieve verkla
ring af: mevrouw Lili von Dehn, de in
tieme vriendin van de Tsarina, die uit
Venezuela naar Europa kwam, om er
zich persoonlijk van te overtuigen of
het zo vele jaren lang omstreden ge
rucht op waarheid berustte.
Litteken
Als ze het wèl is, waarom spreekt
ze dan niet Russisch? Ze verstaat het
wel. Waarom kende zij vroeger geen
Engels? De prinsessen spraken bijna
uitsluitend Engels onder elkaar. Alleen
tegenover de leraren en dienstboden be
dienden zij zich van do Russische taal.
Zij zegt dat ze in Rusland zoveel ramp
spoeden heeft beleefd dat de taal haar
onsympathiek is geworden. Als ze af
en toe een Russisch woord gebruikt,
Anastasia in 1908.
spreekt zt dat evenwel uit met een
hard Russisch accent. Lezen kan ze het
moeilijk, vooral met het samenstellen
van letters tot woorden heeft ze last. Na
lang denken kan ze het woord „Anasta
sia" schrijven.
Als ze het niet is, welke verklaring is
er dan te vinden voor het litteken dat
mevrouw Tsjaikofski aan het eerste lid
van de middelvinger van de linkerhand
heeft, dat identiek is met dat, wat de
Grootvorstin heeft gehad. Als kind had
zij de vingers van de linkerhand ge
klemd toen zij in het rijtuig stapte en
de bediende het portier te vroeg dicht
sloeg. En de bruine moedervlek op de
schouder, die later om schoonheidsrede
nen verwijderd werd? Sablin, een voor
malig marineofficier die op de „Sta-
dart", het keizerlijke jacht, heeft ge
diend, herinnerde zich dat hij de Groot
vorstin ermee plaagde dat zij „een ge
tekende" was.
Als zij het niet is, hoe komt het dan
dat mevrouw Tsjaikofski bij het zien
van een auto, die voor de deur stond
en het swastika-teken droeg op de ra-
diateur. zeide dat dat figuurtje ook op
de wagen van de Tsarina stond, het
geen zich niemand herinnerde? Tot op
een goede dag de kamerheer Herluf
Zahle een boek meebracht waarin de
auto van Alice var Hessen, de ver
moorde Tsarina, stond afgebeeld. Met
een loep had hij het kleine swastika-te
ken op de motorkap ontdekt, precies
zoals mevrouw Tsjaikofski het beschre
ven had.
Als zij het niet is, hoe komt het dan
dat zij, toen zij een paar kinderen op
straat een ander kind „Sjoera" hoor
de noemen, zich ineens herinnerde dat
het kindermeisje van de prinsessen
Sjoera heette? Hoe is het te verklaren
dat zij wist dat hertogin Olga van Ol-
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIllllflIlllllllllllllllllllfHIIIIHilltlllllllf»
denburg, later gehuwd met overste Ku-
likowsky, Anastasia altijd „Schwip-
sik" noemde?
Proppen papier
Professor Rudneff verklaart dat hij
op de dag van de oorlogsverklaring
met professor S. T. Feodorow langs het
slot van Moskou aan de kant van de
Troitzk-poort in het Kremlin liep. Ter
wijl ze er langs liepen, werden er prop
pen papier uit een raam van het slot
gegooid. Hij vroeg S. T. Feodorow wie
dat papier uit het venster gegooid kon
hebben, waarop Feodorow antwoordde:
„Laten we naar de andere kant gaan
tot vlak bjj de tralievensters." En daar
zagen ze de beide grootvorstinnen,
Anastasia en Tatjana. Zij hadden witte
jurken aan en liepen vlug weg van het
raam toen ze hen zagen. Met de her
innering aan dat voorval, dat professor
Rudneff tot dusver aan niemand had
verteld, vroeg hij mevrouw Tsjaikofs
ki, bij zijn bezoek aan haar, toen zij in
het Mommsen sanatorium lag: Vertelt
u eens, wat heeft u aan het venster
van het slot gedaan op de dag dat Zij
ne Majesteit de oorlog verklaarde? De
zieke dacht na, toen lachte zij spontaan
en zei: Schande! Schande! Mijn zuster
en ik hebben ons dom aangesteld en de
voorbijgangers met proppen papier ge
gooid
Zij ziet het sigarettenpijpje van ba
ron van Osten-Sacken en herkent het
model: de Tsaar rookte altijd uit zo'n
pijpje, dat speciaal voor hem door een
zekere Alexander was ontworpen.
Als haar een verslag van een verga
dering van de Volkenbond wordt voor
gelezen zegt zij bij de naam .„Briand":
Wie is Briand? Van hem heb ik nog
nooit gehoord. Vroeger was het toch
Poincaré, die ken ik, hij is bij ons op
bezoek geweest!
Mevrouw Agnes Wasserschleben,
voormalig directrice van het sanato
rium „Stillachhaus", heeft een asbak
met initialen op haar kamer staan.
De
14
er kwfS?™ was lang en smal en
die^rS,1?811 on£ei°felÜk veel deuren opruit. Ëen van
voor £n' aan Imker kant, deed de jongedame
inspect®® °Pe« en z« kondigde hem aam „Hier is
naar de f.r, j tantl L?tty. Mitzi durfde niet
in de 1 voordeur. Ze heeft zichzelf
m de b,Z -f - - zicnzeif weer opgesloten
ioof nonu H Zlt aan ,ee" stuk te kreunen. Ik ge-
rh „t- dat we nog iets te eten krijgen
doek me?Van verklaring richtte ze zich tot Crad-
- de woorden: „Zp is met erg 0p de politie
iaH 711 Ho H ah,,i.
festeld.
dicht.
Vervolgens deed zij de deur achter
hem
Van rimfni? °P Juffrouw Blacklock, de eigenares
vóór zich haddocks, toe. Hij zag een rijzige gestalte
tig actieve vrouw van om en bij de zes-
'olvw haren bezaten nog een natuurlijke
svJAViner en hnripn oor»
Solvinrv "uxc" nug een na
intens? i1 boden een beschaafde omlijsting aan een
doordrink T vastbel'a<ien gezicht. Zij hld grijze
droeCT J, g 2e og?n,en een stevige, kordate kin. Zii'
trg over haar linker oor een heelkundig verband.
grijze,
<-» - -07*oicvigc, xAL»j.uate Kin. Zii
2Ve-I\haar bnker oor een heelkundig verband
Was <,IeziCi? was n,let opgemaakt en haar kleding
over rw, giï een tweed rok met een gebreide pull-
zii Air hoge kraag van dit kledingstuk droeg
cainz--wuze van verrassing, een stel ouderwetse
cameeeneen Victoriaans trekje, dat wat senti-
\Tak aani3ei,ed en d,US eigenlijk niet bij haar paste.
Vlak naast haar ontwaarde Craddock een dame
irW,i°f!geve"rr dezelfde leeftijd, die hij zonder moeite
Identificeerde als „Dora Bunnenjuffrouw vm gel
zelschap", gelijk agent Legg hem had opgegeven.
Het ronde gezicht van de juffrouw verried de groot
ste spanning; haar haar piekte slordig uit het netje
°P ham- hoofd. „Geschift", had de agent er minder
officieel aan toegevoegd.
e mfrouw Blacklock sprak hem met een beschaafde
Ori/L vriendelijk toe. „Goedenmorgen, inspecteur
mii KCu' Dit is mijn vriendin, juffrouw Bunner, die
nin5,t„?ei!ulPzaarn is bij de huishouding. Neemt u
n«LU rookt zeker, niet?"
Zijn ow u'.niet onder diensttijd, juffrouw Blacklock."
Het tvnp "adden vlug de kamer even opgenomen,
tot één een ouderwetse suite, samengetrokken
helft ee„ a zitkamer. Twee hoge ramen in deze
in hèt mirM, er in de anderecanapétafel
nog een tweed?, ®et een grote vaas chrysanten
zellig maar vr„Va?s voor raamfleuriS en ge
ve ODvallendJvolkomen conventioneel. De eni-
vaas?e met een n Werd gevormd door een zilveren
f2tie bii de d<x>rS„r verdorde viooltjes, op een ta-
Jieh niet knn f,A 8- naar de andere kamer. Daar
rdnrde bloemen^n°v,Stellen' dat iuffrouw Blacklock
verdorde (1at"Lhaar kamer liet staan, leek hem
dit een dut de gewone orde van zaken in huis
op ingrijpende manier verstoord was.
Hij vroeg: „Heb ik het goed, juffrouw Blacklock,
dat dit de kamer is waarm2ich het incident heeft
afgespeeld?
„Ja, zeker."
„Maar u had het gisteravond moeten zien riep
juffrouw Bunner, „wat een bende! Twee tafeltjes on
derstebovenéén er van met een gebroken poot...
en al die mensen liepen in donker tegen elkaar op
één heeft met z'n sigaret een vlek gebrand op óns
mooiste tafelblad. Jongelui doen zo roekeloosGe
lukkig is er niets van het porselein gebroken
Juffrouw Blacklock onderbrak haar vriendelijk
ï^uar beslist: „Dora, al die dingen zijn maar kleinig-
2«r In _,ls trouwens het allerbeste, vind ik, als
CraifdocIT stelt "rag6n beantwoorden, die inspecteur
liik^n wa7tgk JU",rouw Blacklock. Ik kom zo dade-
i. wU1p„ e van gisteravond. Allereerst zou
rii vragen, wanneer u de overledeneRu-
ai Scherz, voor de laatste maal heeft ontmoet."
Rudi Scherz?" Juffrouw Blacklock keek verwon
derd. „Heette hij zo? Ik dacht eigenlijk...... maar dat
komt er niet op aan. Voor het eerst heb ik hem ont
moet in Medham Spa, toen ik daar een dagje was
gaan winkelenlaat eens kijken, een week of drie
geleden. Wüjuffrouw Bunner en ik...... hebben
toen geluncht in het Royal Spa Hotel. Juist toen_we
weg wilden gaan, hoorde ik mijn naam noemen. Dat
was dat jongmens. Hij vroeg: „U is juffrouw
Blacklock, nietwaar?" En toen zei hy, dat ik hem
wel niet zou herkennen, maar dat hu de zoon was van
de eigenaar van het Hotel des Alpes in Montreux,
waar mijn zuster en ik in de oorlog nog een klein
jaar hebben gelogeerd."
„Hotel des Alpes, Montreux,' noteerde Crad
dock. „Herkende u hem toen ook, juffrouw Black
lock?"
„O, neen, ik niet. Maar ik heb hem heel vriende
lijk gevraagd of het hem in Engeland beviel en toen
zei hij ja. Zijn vader had hem een half jaar hierheen
gestuurd om het hotelbedrijf te leren. Dat klonk al
lemaal heel gewoon. Zulke jongelui bu de Receptie
van een hotel lijken allemaal op elkaar, nietwaar?
Maar wij hadden de beste herinneringen aan ons
verbljjf in Montreux en de hotelier was bijzonder
vriendelijk voor ons geweest."
„En wanneer was uw tweede ontmoeting?"
„Ongeveer... ja, het moet een dag of tien geleden
zijn geweest, toen stond hij hier plotseling voor onze
neus, tot mijn grote verwondering. Hij maakte zijn
verontschuldiging, maar ik was de enige, zei hij,
die hij kende in Engeland. Hij vertelde, dat hij drin
gend geld nodig had om weer naar Zwitserland terug
te keren, want zijn moeder was zo ernstig ziek."
„Maar Letty heeft het hem niet gegeven," voeg
de juffrouw Bunner er haastig aan toe.
„Het was een véél te doorzichtig verhaal," ver
volgde juffrouw Blacklock met nadruk. „Ik kreeg
dadelijk de indruk, dat de jongen niet deugde. Zo'n
verhaal dat je dringend om geld verlegen zit om
naar Zwitserland terug te gaan is natuurlijk onzin!
(Wordt vervolgdj
Anastasia in 1920.
Mevrouw Tsjaikofski roept, als zij bij
deze dame thee drinkt jn de asbak be
merkt: „Dat is het monogram van
mijn oom in Hessen!" Inderdaad zijn
het de initialen van groothertog Ernst
Ludwig van Hessen
Voor de niet-insider zijn de bewijzen
overweldigend. Wat is dan de reden dat
zovelé van de nog overgebleven fami
lieleden van de grootvorstin de aan
spraken van mevrouw Tsjaikofski niet
willen erkennen?
Ik, Anastasia, vertel
Bij Ad. M. C. Stok in de Forum-
Boekerij is een, zoals bij deze uit
geverij gebruikelijk, kloek werk ver
schenen, dat de zaak uit de doeken
doet. Het heet: „Ik, Anastasia ver
telmet als attractieve ondertitel:
De levensstrijd der laatste Tsaren-
dochter. Volgens dit boek is er geen
twijfel mogelijk of ook in deze kwes
tie is: „money the root of all evil".
Het gaat om twintig miljoen roebel die
onder de vier zusters verdeeld moes
ten worden; Kort voor de dood van
de Tsaar in Jekaterinenburg had de
keizer een gesprek met de Tsarina en
de grootvorstinnen. Hij had dit geld
op de Bank of England gedeponeerd
voor als de nood aan de man kwam.
Deze som was daar gedeponeerd ten
name van een man, wiens naam me
vrouw Tsjaikofski vergeten was. Zij
wist alleen te zeggen dat het een
Duits klinkende naam was van één
lettergreep met een A er in. Als die
naam genoemd werd, kon het bedrag
worden uitbetaald. Voor de grootvor
stin Olga was het /liet moeilijk te
weten dat het de naam was van de
minister van financiën: Bark, daar
zij op de hoogte was van het feit dat
deze, kort voor het uitbreken van de
oorlog, naar Engeland was gestuurd
met een persoonlijke missie van de
Tsaar. Mevrouw von Dehn heeft het
bestaan van deze miljoenenschat be
vestigd, daar zij onder ede verklaard
heeft: dat de Tsarina Alexandra Feo-
dorowna van Rusland in maart 1917
tegen haar heeft gezegd: Wij zullen
tenminste niet behoeven te bedelen,
want wij hebben een vermogen op
de Bank of England. Er is ook een
tegoed van de Tsaar in Duitsland ge
weest. In 1933 gaf het kantongerecht
in Berlijn een erfbewijsstuk af. Op de
lijst van erfgenamen komt Anastasia
niet voor, maar van de zeven erfgena
men hebben er twee het aandeel niet
aanvaard. Het vermoeden bestaat dat
prinses Heinrich van Pruisen en groot
vorstin Olga Alexandrowna, de echt
genote van overste Koelikowsky, die
destijds tot het laatste toe geweigerd
heeft de verklaring der familie tegen
Anastasia mede te ondertekenen, geen
aanspraken hebben laten gelden op
hun aandeel, althans één van beiden.
De strijd om haar erkenning is echter
geenszins geëindigd. Gedurende veertig
jaar nu strijdt de vrouw, die in een
kolenbrandershut in het Zwarte Woud
woont, om haar rechten.
Reddii
ing
Volgens haar eigen verklaringen en
die van ooggetuigen is Anastasia de
enige geweest die bij de moord op het
gezin van de Tsaar met een bajonet
werd gestoken. Het verhaal van de
redding wordt in dit boek verhaald door
de voormalige Oostenrijkse krijgsgevan
gene Franz Swoboda op 12 december
1938. Anastasia zelf vertelt hoe ze in
de nacht steeds maar door reden.
Zij was in gezelschap van twee vrou
wen en twee mannen. Zij heetten
Tsjaikofski. De mannen werden Ser-
gej en Alexander genoemd. De vrou
wen Maria en Veronika. Zij reisden
naar Roemenië. Van de redding weet
zij alleen wat Alexander haar heeft
meegedeeld, die volgens hemzelf deel
had uitgemaakt van de Rode Garde
in Jekaterinenburg. Zij hebben allen
geleefd van de juwelen, ongezette edel
stenen, waaronder veel smaragden en
een parelsnoer, die in de zijnaad van
de rok van Anastasia waren genaaid
In Boekarest bemerkte de vluchtelinge
dat z}j een kind verwachtte. Het kind
van Alexander, die zij dwong haar te
trouwen. Van de plechtigheid weet zij
niets merer. Korte tijd daarna wordt
Alexander Tsjaikofski vermoord. Het
kind verdwijnt en is nooit meer ge
vonden. In 1925 kwam een man naar
Berlijn om Anastasia te zoeken. Het
kan Sergej Tsjaikofski geweest zijn die
verklaringen aflegde, welke erop wij
zen, dat het kind in een weeshuis te
Galatz in Roemenië was ondergebracht.
Hoewel men ook dit spoor is nage
gaan, is de knaap niet gevonden, zodat
men wel mag aannemen, dat hij een
andere naam draagt.
Degelijk werk
Wat er van dit alles en nog veel
meer zij: Anastasia of, als men wil
mevrouw Tsjaikofski vertelt niet ai-
iéén. Haai verhaal wordt gecompleteerd
met gegevens, uitspraken en documen
ten die, verzameld door Roland Krug,
mèt de woorden van de geheimzinni
ge vrouw, een dik boek vormen, waar- 1
Een stukje muziek, dat zich voor
een poosje een plaats heeft weten
te verwerven tussen allerhande
„pops" en „tops" is de mars uit de veel
besproken, film The Bridge on the river
Kwai, in welk verhaal, dat speelt in een
Japans krijgsgevangenkamp op Ceylon
gedurende de jongste wereldoorlog, de
Britse trots en discipline worden gesteld
tegenover de dwingelandij van een
vazal der Japanse tirannie. Het is een
pakkende, een intrigerende mars, waar
bij de tegenmelodie wordt uitgemaakt
door de mars Colonel Bogey,
die door de soldaten in de
film met pijn en moeite maar
met vastberadenheid wordt ge
floten. Het orkest van Mitch
Miller, dat gespecialiseerd is
in de uitvoering van militaire
muziek met aparte geluiden,
heeft van deze Kwai-mars een
boeiend stuk muziek gemaakt,
waarbij de Franse hoorns
natuurlijk weer een belangrijke rol
spelen. Het 45 toeren Philipsplaatje
429382 BE is overigens geheel aan
muziek uit de Kwai-film gewijd. Daar
bij keert de Kwai-mars steeds in andere
arrangementen terug, ingebouwd in de
composities van Malcolm Arnold, waar
bij in nogal grillige klanken de span
ningen van de jungle en van de in de
film verbeelde bruggebouw tot uit
drukking komen. De Kwai-mars in de
uitvoering van Mitch Millers orkest
maakt ook deel uit van „The Big Four"
op Philips 45 toeren 430501 BE. Daar
zijn dan verder in gegroefd „The lord
made a peanut", plezierig opgediend
door Guy Mitchell, het liedje „Kisses
sweeter than wine", waarin Frankie
Vaughan hart en ziel gelegd heeft en de
song „Teacher's
pet", vlot en fris
als altijd gezon
gen door Doris
Day. Voor dit
Big-Four-plaatje
zijn weer de be
tere orkesten op
getrommeld t.w.
die van Wally
Stott, Ray Con-
niff en Frank de
Vol. Een plaatje,
dat ook best in
de dans-disco-
theek kan. Guy, Frankie en Doris heb
ben ons vanwege de Kwai-mars even
af doen dwalen van het onderwerp
„instrumentale muziek" waarmee we
de rubriek van deze week wilden be
ginnen. We keren er dus weer naar
terug en worden dan meteen geboeid
door de melodieuze klanken, met gloed
en zwier en vooral met een natuurlijke
bravour aan snaar en blaasinstrumen
ten ontlokt door het Hongaarse ensem
ble van Bela Babai, dat de luisteraar
via de MMS-langspeler 2127 doet kennis
maken met pure zigeunermuziek van
Hongaarse en Russische huize. De plaat,
die een groot aantal volkswijsjes en
dansen bevat, is een weldaad aan klank
kleuren en aan bezield musiceren. Af
wisselend van stemmingen, rijk aan
contrasten zijn de vele meeslepende
improvisaties, die van een sterke en
brede natuurlijke muzikaliteit getuigen.
De plaat is niet in de winkel te koop;
ze kan worden besteld bij MMS, Paulus
Potterstraat 12 te Amsterdam.
Marsen, walsen en andere dans- en
luisterliedjes uit voorbije en tegenwoor
dige tijd maken het program uit, dat
onder de titel „Ballads of the merry go
round nr. 1" komt geklonken uit het 89
toetsen rijke Gavioli-kermisorgel, op
Philips 33 toeren p 13016 R. Het is een
blijmoëdig, een tevreden geluid, dat het
orgel ten beste geeft: De klanken zijn
fleurig en gezellig en de driftige trom
mels geven er pittige accenten aan. Bij
verscheidene nummers kan men een
dansje wagen.
Gesoigneerde dansmuziek levert ook
de 33 toeren Philipsplaat p 13061, die
tot titel heeft „Cocktail Time". De licht
en luchtig gespeelde me
lodieën, die uit verschei
dene landen stammen,
worden met stijl en smaak
door het vaderlandse
kwartet van Jan Hof
meester uitgevoerd. André
Vallee zingt daarbij een
beste partij. Zijn stem is
mannelijk, ronduit en be
schaafd, zijn voordracht
zeer verdienstelijk. Het geheel maakt
een aangename indruk. Vooral de
Franse chansons komen tot hun recht.
Wij noemen van het repertoire o.a. La
goulante du pauvre Jean, in Hamburg
sind die nachte lang, J'ai rendez-vous
avec vous, Around the world en Les
lavandières du Portugal. Beste plaat
ook, wanneer men een stemmig achter
grondmuziekje zoekt.
Twee Charlie Kunz-plaatjes, dat wil
zeggen een van de echte Kunz en een
van zijn Nederlandse imitator Eddie de
Boever, respectievelijk genummerd FM
264173 en 264191, beide 45 toeren Decca-
publikaties. Pianomuziek voor bij de
thee. Charlie Kunz presenteert een
vijftal werkjes in
het zeer rustige
genre (o.a. A tear
fell, My September
love en Poor peo
ple of Paris); Eddie
Wisselt een paar
langzame composi
ties met een wat
vluggere melodie
af. Afgezien van het
dat Eddie's piano niet zo'n beste is
en hij er af en toe naast slaat maakt
onze vaderlandse Kunz zeker geen
slechte beurt.
De Amsterdamse po^itiekapel toont
zich via Decca 45 toeren FM 264173
■weer eens van zijn populaire kant, van
zijn veelzijdige kant mag men zeggen,
want de kapel schrikt noch voor „Oom
Piet is weer terug uit Amerika" als
voor de Liechtensteiner Polka en de
Italiano-calypso terug en voegt daar
dan nog de nummers Tipitipitipso, San
tiago en Hoopla aan toe. Een kordaat
en genoeglijk stukje muziek, dat het
b.v. op een feestavondje best zal doen.
Hetzelfde geldt voor de 45 toeren
fontanapublikatie 266035, dat gewijd is
aan een vlotte medley van bergland
liedjes, (o.a. Du bist die Rose, Die
Dorfmusik en Urlaub in Tirol) met als
vaderlandse bijdrage (alsof we niets
beters hebben!): Ik ben zo blij dat m'n
neus van voren zit. Dit vakantieplaatje
komt voor rekening van The Harmo-
van de liefhebbers zullen smullen. Toch,
al moge het onderwerp sensationeel
zijn, krijgt men de indruk dat het werk
degelijk in elkaar zit, met vele argu
menten vóór en tegen. Het is voorzien
van vele portretten van de tegenstan
ders en ook vindt men de conterfeitsels
van hen, die vast geloven in de identi
teit van de vermeende Tsarendochter,
o.a. kroonprinses Cecilie van Duitsland.
Uit het geheel treedt inmiddels een
figuur naar voren, die men moeilpk
een alleraardigste vrouw kan noemen.
Of zh nu de Tsarendochter is of met,
mevrouw Tsjaikofski blijkt uitermate
grillig, koppig, en vrijwel niet-te-han-
teren geweest te zijn en zeker m de
eerste jaren, toen de wereld bewijzen
vóór en tegen haar begon te verzame
len. Een ieder die belang stelt in de
procedure en de processen, die nog
steeds gevoerd worden, zal zeker veel
van zijn gading vinden in dit door Hans
van Assumburg vertaalde boek.
J. W. HOFSTRA
nica Jims o.l.v. Jan Hofmeester. Van
meer originele klankkleur zijn de mu
ziek en zang, die op Decca 45 toeren
DFE 6482 en onder de titel „Will Gla-
hé macht Music" de sfeer van de klei
ne dorpjes tussen de Alpen oproepen.
De al eerder uitgebrachte Liechtenstei
ner en Swiss Kantonpolka worden op
dit charmante plaatje vergezeld van
„Sweet Elizabeth" en „Tavern in the
town". De zang is van een prettig in
het gehoor liggende meerstemmigheid;
de muziek is kwiek en charmant.
VOCALISTEN
Het legertje van zangers en zange
ressen is dit keer rijk gevari
eerd. Artone-label laat via het
45 toeren Verveplaatje VV 20039 de
krachtige en prettige stem horen van
Al Martino in twee werkjes, t.w. A
little love a little kiss - en - When day
is done, die niet zonder smaak zijn ge
ïnstrumenteerd. Het niet met name ge
noemde begeleidende orkest beschikt
over een goede trompettist. Prettig zang
en dansplaatje dus. Dat Martino in zijn
voordracht wel eens wat geforceerd
doet zal men wel op de koop toe willen
nemen.
„Indiana" van Paul Anka was nog
wel aan te horen. Bij het luisteren naar
„Let the bells keep ringing" maar voor
al naar „Crazy love" hebben we het
jammer gevonden dat het 45 toeren
Artoneplaatje AP 22023 onbreekbaar is.
Wat een croon-gekrijs is me dat!
Johnnie Ray is er
niets bij. Zonde ook
van de violenklanken,
die orkestleider Don
Costa ter begeleiding
van het hijgende en
puffende jongmens
blijkbaar wel illustra
tief achtte. Zonde ook
van de melodie van
„Let the bells keep
ringing" en de muzi
kale uitvoering daar
van, die zonder Anka best zouden kun
nen worden aangehoord.
Young Jessie, die a la Fats Domino
zingt, ofschoon hij iets helderder van
stem en nog iets meer geëmotioneerd
is dan Fats, blijft tenminste binnen de
perken. Make believe en Shuffle in the
gravel (London 45 toeren FL 1721)
zijn overigens nog opwindend ge
noeg. Fats zingt intussen zelf ook dap
per door. Op London 45 toeren vertolkt
hij in zijn bekende stijl een viertal
„Blues for love. Love, dreams en kis
ses wat de klok slaat op het dwingende
ritme van het orkest, dat de nasale en
trekkende zang van Fats omlijst.
Weliswaar heel wat rustiger, gedistin
geerder, maar naar onze smaak minder
bezield dan ze zouden moeten worden
uitgevoerd, klinken op het klemmodel
33 toerenplaatje varieton POP 4 muzi
kaal (band van Michael Dunn) en vo-
kaal (Bonnie Boyd) zes melodieën van
Gershwin, t.w. 's Wonderful, Embrace-
able you, Lady be good,
Someone to watch over me,
Somebody loves me en The
man I love. Verscheidene
soli en duetten (saxofoon,
trompet, gitaar) hebben
wel kwaliteit en vallen in
het wat passieve en flair-
loze geheel des te sterker
op. Met dit alles wil in
tussen niet gezegd zijn, dat
men bij de muziek op dit plaatje niet
tot een stemmig dansje zou kunnen
worden geïnspireerd.
In het rock-and-roll en mambo-genre
laat het 33 toerenplaatje POP 41 (Va
rieton) het betere werk horen. De rock
and roll-nummers met name zijn ge
kruid, zonder de smaak te bederven. De
individuele zangers en de zangensem
bles gaan zich niet aan overdreven ma
niertjes en schreeuwerige uitschieters te
buiten. Overigens houdt de muziek hen
wel binnen de perken. Orkesten als die
van Jimmy Carroll en Sy Oliver weten
wel geladen klanken te presenteren
zonder uit de band te springen De
mambo's op dit plaatje vallen de kleur
rijke arrangementen op. De slepende
trompetsoli in b.v. Cherry Pink zijn bij
zonder suggestief. De publikatie is mede
de moeite van het be
luisteren waard om
de overtuigende zang
van Cab Calloway in
„Learning the blues".
Het nummer Shake
rattle and roll boeit
op zijn beurt door de
interpretatie daarvan
«Hil in ritme-en-blues-
stiji. Kortom, een gevarieerd plaatje,
vnLfi °P- Zijn soort' muzikaal en
voxaal op emg niveau staat. We noe-
,n°S eve" de tBels van de num-
Something's got to give. Rock
Cherry pink and apple
blossom white, Rock love, Learning the
blues en Shake rattle and roll. Varie-
n-plaatjes zÜn verkrijgbaar aan het
eerder genoemde MMS-adres te Am
sterdam.
s Wonderful, Wagon wheels, That old
black magic en Dancing in the dark he-
ten de vier werkjes, die Ray Conniff uit
koos voor zijn new-sound-versie daarop,
vastgelegd op het 45 toerenplaatje 429294
van Philips. Bij de bijzonder suggestie
ve klanken (b.v. in that old black ma-
gic), die de moderne arrangementen op
dit viertal werkjes oproepen, laat Con
niff individuele en koorstemmen in
strumentaal, vaak orchestraal, functio
neren. Er komt zo een niet alledaags
geluid uit de bus, waarbij verscheidene
„dialogen" tussen stemmen en instru
menten goed gevonden zijn. Een inte
ressant plaatje voor diegenen, die zo
geheten progressieve klanken weten te
waarderen.
EDMUNDO ROSS
Om dan met een prima plaat te be
sluiten: via Decca 33 toeren LK
4236 heeft de orkestleider-bij-uit
stek voor latijns-amerikaanse muziek,
Edmundo Ros, gehoor willen geven aan
het veelvuldig verzoek eens een aantal
dansnummers ten beste te geven in een
niet zo typisch latijns-amerikaanse
kleur. Het heeft onze vriend Ros ken
nelijk moeite gekost. De latijns-ameri
kaanse muziek is hem nu eenmaal op
het lijf geschreven, bij wijze van spre
ken. Weliswaar heeft het program op
deze plaat een europees, zo ge wilt:
amerikaans karakter, maar tussen de
regels, c.q. de notenbalken door, is zo
niet de klank in het ritme van de la
tijns-amerikaanse muziek te horen, dan
toch haar aparte aroma te
proeven. Edmundo heeft een
gulden middenweg bewan
deld. Hij heeft europese en
amerikaanse melodieën, zo
als The nearness of you, La
vie en rose, Dolores, April
in Portugal, Jealousy en zo
verder, latijns-amerikaans
geïnterpreteerd. Zo krijgt
men „La vie en rose" als een baiao te
horen, het „National embleem" als een
samba, „Estrellita" als een cha cha cha,
„Under the bridges of Paris" als een
mambo en ook „April in Portugal" als
een cha cha cha. Om iedereen te gerie
ven heeft Ros ook twee quicksteps in
zijn program ingelast, het nummer Do
lores, en deoorspronkelijke tango
Jealousy. De kwaliteit van Edmundo
Ros muziek is voldoende bekend, zij is
van verrukkelijke warme kleuren, mooi
van instrumentale contrastwerking en
perfect van ritme en ze wordt met zorg
en toegewijdheid uitgevoerd.
FRéDéRIC.