Noord-Nederlandse
16e eeuw boven
altaren uit
de Poolcirkel
de
Zelf bezitten wij er niet één meer van
L
100 jaar
Baccalaureaat op komst
wm
Aansluiting ni
onderwijzers bij vakcentrales?
Brugklasse in raamwet?
t
wmBSmm
Werk van
Utrechtse meester
ffStFSKSr'„s,"»
Tentamens vóór M.O.-examens
Bekroond olympisch affiche
«4K
Liberalen vrezen „rode school
Minister Cals brengt gewijzigd
ontwerp in ministerraad
m
MINISTER CALS KONDIGT AAN
GiOCHl
XVIIOL
Weg, Olsen!
ZATERDAG 7 JUNI 1958
PAGINA 9
(Van onze verslaggever)
n de zomer van 1566 spoelde de beeldenstorm als een vloedgolf
/uit de Zuidelijke Nederlanden naar het Noorden, strekte zich
eerst over Vlaanderen en een deel van Brabant uit, overrom
pelde de Noordelijke provincies en bereikte in september Friesland
en Groningen, alles vernietigend op zijn weg. En wat er in deze
gewesten aan Kerkelijke beeldende kunst de ramp overleefde, zou na
de machtsovername door het Calvinisme verder verloren gaan, syste
matisch door de overheid uitgeroeid en van Katholieke zijde, in de
verdrukking passief en onverschillig dan wel op een nieuwe stijl
georiënteerd, nauwelijks of niet beschermd. Weinige zeldzame stuk
ken, o.a. waar de stedelijke magistraat zich tijdens de beeldenstorm
over ontfermde en welke zij uit de kerken redde, zijn behouden ge
bleven, in hoofdzaak schilderijen, zoals het drieluik van Lucas van
Leyden en de beide van Engelbrechts, in de Lakenhal te Leiden
bewaard, en de houtsculptuur „De Vlucht naar Egypte", in 1903
gevonden op de zolder van het stadhuis te Wijk bij Duurstede en
thans in het Rijksmuseum. Van de kunstschatten van vóór de Refor
matie, die onze kerken en kloosters hebben gesierd, is zo bitter weinig
gespaard, dat het de mening heeft doen postvatten, dat wij in die
periode aan dit alles arm zouden zijn geweest, in het bijzonder de
Noord-Nederlandse beeldhouwkunst weinig te betekenen had. Deze
gedachtengang is onlangs opnieuw gecorrigeerd door het terug
vinden van een zestal rijk gebeeldhouwde altaren in Noorse Lutherse
kerken. Zes produkten van Noord-Nederlandse onbekende meesteis
uit Utrecht en waarschijnlijk Amsterdam.
Ütf
Prins Bernhard en twee
prinsessen in Wenen
mms p
In geheel Nederland bezitten wij
geen enkel Noord-Nederlands altaar
tTpeVult de tijd van vóór de Reforma-
vei'e toch hebben er in onze kerken
v 6' Y00r het merendeel met
beeldhouwwerk versierd. Om niet te
spreken van de vele Maria-, Apostel
en Heiligenbeelden waarvan wij weten,
dat zij in onze kerken hebben gestaan.
Zo b.v. het grote, zilveren St-Nico-
laasbeeld in de Amsterdamse Oude
Kerk, dat in de hachelijke dagen vóór
de Alteratie tot noodmunt zou worden
versmolten. Ook van de onderdelen van
de retabels is bitter fragmentarisch ge
red: wij kennen slechts de altaarvléu-
gels met nissen voor beeldhouwwerk,
in de jaren 1475-1477 door Adriaan van
Wesel te Utrecht vervaardigd voor de
Illustere O.L. Vrouwe Broederschap te
den Bosch. Pas laat is bij de beoefening
van de vaderlandse kunsthistorié be
langstelling voor deze periode gekomen.
In 1.903 verscheen een eerste samenvat
ting- van laat-middeleeuwse beeldhouw
kunst van de hand van Pit, directie
lid van het Rijksmuseum. Later heeft
prof. W. Vogelsang met zijn publicaties
tot beter begrip bijgedragen, dr. D. Bou-
vy promoveerde in 1947 op een proef
schrift over Noord-Nederlandse beeld
houwkunst, en in het deel „Houten
Beelden" van zijn standaardwerk over
de kunstschatten van Nederland gaf ook
prof. J. Timmers haar alle eer.
Het Is de verdienste van de conser
vator beeldhouwkunst aan het Rijksmu
seum, de heer J. Leeuwenberg, die zich
heeft toegelegd op een verdieping van
de kennis van onze vroeg-Nederlandse
beelden, dat er de laatste tijd in deze
materie veel verhelderd is. Hij heeft
van beelden, tot dusver ondergebracht
hi de grote vergaarbak van de Gelders-
*9inlandse kunst, aangetoond, dat zij
pulver Noord-Nederlands waren en deze
tee,(len duidelijk als zodanig geëtiket-
land* 'n die sfeer van de Gelders-Rijn-
te ber kunst plachten de Duitsers alles
Nedcri^' '1 Wat z'i voor mogelijk Noord-
wat zljU><iIS fielden, en de Nederlanders
Aan de nie *°daniK in trokken,
ze beelden zekerheid omtrent de-
„,„„v>ere een thans de heer Leeu-
Lutherse kerken *Ze*tal A**/™
wegen, die zuiv xNoordel«k Noor-
7 Noord-Nederlands
blijken -p: V* met zekerheid uit
Utrecht, ^„^'waarschijnlijk uit
Amsterdam. Ze.Nederlandse altaren
van vóór de Reforrnatie i„ Noorwegen,
tot hoog boven d Poolcirkel, terwlil wil
er zelf niet één bezitten. Op de grote
zomertentoonstell'nK> welke 28 junj a s>
in het Rijksmuseum geopend wordt, zal
tenminste het I.eka-altaar te zien zijn.
In zijn publicatie „Een nieuw facet aan
de Utrechtse beeldhouwkunst m „Oud-
Holland" van 1955 heeft de heer Leeu
wenberg nieuw licht geworpen op een
drietal beelden, resp. in het Suermondt-
^useum te Aken, het Landesmuseum
*6, Münster en in de kerk te Zyffhch
8 Nijmegen, waarvan hij de nauw eu
Uge verwantschap aantoont met de ste
nen vrouwenkop in het Aartsbisschoppe
n-ik Museum, het werk van een anoniem
beeldhouwer, omstreeks 1500 tot 1530 te
Utrecht, die zowel in steen als hout
heeft gewerkt. Geattendeerd door dr.
Engelstadt te Oslo op de altaren van
de z.g. Leka-groep in Lutherse kerkjes
op eenzame eilanden langs de Noorse
kust, stelde de heer Leeuwenberg een
duidelijke overeenkomst vast van het
beeldhouwwerk op deze retabels met dat
van de Meester van de Utrechtse Vrou
wenkop. En op een reis naar Noorwe
gen, waarvan hij onlangs is terugge
keerd, vond hij bij een studie ter plaat
se van deze altaren de onmiskenbare
bevestiging.
LINKS: Detail van de Johannesfiguur
in het altaar te örsta kirke. BÓVEN:
Detail van Maria Magdalena behorend
tot een Amsterdams altaar uit omstreeks
1510 dat zich thans in het museum te
Bergen (Noorwegen) bevindt. Dit beeld
zal op de a.s. tentoonstelling in het
Rijksmuseum te zien zijn.
Straks worden we dus
„gemiddeld" 100 jaar. Tijn,
zult U, met mij, zo op het
eerste gezicht zeggen, we
gaan vooruit. Maar luister
dan naar mr. J. Klaasesz,
die een provinciale com
missie van onderzoek en
advies inzake de zorg voor
bejaarden en chronische
zieken heeft geïnstalleerd. Hij heeft
gezegd: „Als men nu aanneemt dat
men de eerste 20 jaar en na het be
reiken van de 65-jarige leeftijd niet
meer actief aan het produktieproces
deelneemt, dan zou het er dus op neer
komen, dat men het grootste deel van
zijn leven, namelijk 55 jaar, niet zou
werken. De vraag is nu wat men voor
al deze mensen boven de 65 jaar moet
doen, die nog best in staat zijn om
werk te verrichten. De strijd tegen de
verveling is mede een van de taken
die deze commissie zal moeten bestu
deren".
De strijd tegen haar eigen even
tuele verveling dan, ben ik geneigd op
te merken. Want waarom zouden wij
ons 65 jaar zijnde ineens gaan /er-
velen? Waarom zouden wij niet met
met nog 35 fijne, hele jaren voor de
boeg heerlijk doorleven, peinzende
lezende en wijsheid vergarende? Om
dat wij niet meer aan het produktie
proces, dat ons al 45 jaar de keel uit
hangt, kunnen deelnemen? Kom nou.
Worden wij inderdaad 100 jaar dan
kunnen wij pas met reden blijde uit
roepen: „Het leven begint bij 65".
En niemand hoeft zich zorgen te
maken over onze verveling. Daar doen
wij zelf wel wat aan. En misschien
hebben wij die resterende 35 jaar wel
hard nodig om een beetje bij te komen
van de achter ons liggende 45.
Kortom, wij wille" best 100 vorden,
maar dan moet men het ons niet bij
voorbaat al tegen gaan maken.
IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIII1IIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIII
Prins Bernhard en de prinsessen Bea
trix en Irene zijn gisteren met een Da
kota die werd bestuurd door de prins
in Wenen aangekomen. Zij werden ver
welkomd door de Nederlandse ambas
sadeur in Oostenrijk en afgevaardig
den van de Oostenrijkse vereniging
voor de paardesport.
Prins Bernhard, die voorzitter is van
de F.E.I., zal zondag op de sportvel
den van Freudenau (in Wenen) een in
ternationaal hippisch toernooi bijwonen
De vijf altaren van de z.g. Leka-
groep bevinden zich op, van Noord
naar Zuid, de eilanden Hadsel, Röst,
Leka, Grip en örsta. Bij de beelden
op deze altaren, die duidelijk onder
ling verwant zijn, valt onmiddellijk de
gelijkenis op met het werk van bo
vengenoemde Utrechtse Meester. Zij
zijn vervaardigd uit samengevoegde
planken en kleinere delen, precies als
het geval is met de Magdalena-figuur
in het Landesmuseum te Münster en
mige halzen en dubbele kinnen, alsme
de een diagonaal omlaag lopende
plooi in het gewaad en de vooruitste
kende linkerschoen. De nissen van
de Noorse altaren vertonen rondbo
gen zoals o.a. bij het drieluik van de
Utrechtse families Pauw-Zass, een re
liëf in het Centraal Museum en de
in de muur opgenomen altaarkast in
de Buurkerk te Utrecht.
De altaren zijn waarschijnlijk door de
het beeld te Aken. Hierdoor werd rug- Bergen-vaarders, die te Amsterdam een
uitholling het middel tegen barsten ejgen kapel m de Oude Kerk bezaten,
- overbodig. Ook de luiken van de naar, Bergen vervoerd en m deze sta-
uveiuuuig. v pelplaats verhandeld of geruild tegen
altaren komen onterllng overeen De het be]angrijke exportfrtikel uit het
ietwat plompe vormgevi g v g hoge Noorden. Het bezoek van de Bis-
schilderde fisuren vertoont gelijke scb0p van Nidaros, het huidige Dront-
met die der beelden: hieruit pip t jjgim, in 1517 aan Amsterdam, kan op
een nauwe samenwerking tussen scnii- dezp aankoop of levering uit Utrecht van
der en beeldhouwer. Evenals dij ae invloed zjjn geweest. Een zesde altaar,
meer bekende Zuid-Nederlandse ai- a{komstig uit de Austevold kirke, thans
taarkasten blijken de luiken van mi - ,n bet museum te Bergen, is hoogst-
dere kwaliteit dan de beelden, ue waarschijniijk in Amsterdam vervaar-
stijlkenmerken van de Utiecntse jn be(- begin van de 16e eeuw.
Meester zijn: plompe vormgeving, iujken zijn geschilderd in de trant
vermengd zowel met gratie als realis- jacobus Cornells van Oostsanen.
me; meer in detail: de eivormige kop- altaar za\ een beeld op de ten-
pen, de segmentvormige ogen breed nstelling aanwezig zijn.
uitstaande neusvleugels, cylindervor- B
De Italiaanse kunstenaar Armando Testa uit Turijn, gefotografeerd met het door
hem vervaardigden door het Olympisch Comité bekroonde affiche voor de Olym
pische Spelendie in I960 in Rome zullen worden gehouden.
(Van onze onderwijsredacteur,
Op een vergadering van het Haags
jongerenparleinent, dat gisteren bijeen
kwam '.n het gebouw van de Tweede
Kamer, heeft minister Cals de indie
ning aangekondigd van een wetsont
werp, dat de instelling van een bac
calaureaat aan de rijksuniversiteiten
mogelijk zal maken.
De bewindsman heeft voorts medege
deeld, dat er een algemene maatregel van
bestuur in voorbereiding is, waardoor het
mogelijk zal worden vóór de m.o.-exa-
mens tentamens af te leggen.. Mr. Cals
zei verder positief van mening te zijn,
dat de studieduur aan de universiteiten
bekort moet worden. Een en ander
werd gezegd jn antwoord op vele vra
gen, die door jongeren van verschillen
de politieke richting aan de minister
werden voorgelegd, nadat hij een uit
voerige uiteenzetting had gegeven over
de aanpassing van het onderwijs aan de
eisen van deze tijd.
In dit betoog werd naar voren ge'
bracht, dat een geestelijke heroriënta
tie in het onderwijs noodzakelijk is. Nog
maar dan elders in de maatschappij
klemt hier de noodzaak van een wel
bewust radicalisme, van een neropbouw
op een ander geestelijk niveau en nog
minder dan elders is het hier mogelijk
de overorganisatie door organisatori
sche middelen te doorbreken.
Spr. wees op de gevaren van over
schatting van de nuttigheid bij het on
derwijs het gaat e. niet om de leer
lingen in staat te stellen iets te doen
of te maken, maar iets te zijn op het
gevaar van de overschatting van het
verstand, waardoor de ontwikkeling van
andere vermogens in het gedrang
komt; op het gevaar van het perfec
tionisme, waarbij de leerstof, de cur
sus en het examen tot doel worden ge
maakt, op het gevaar van het specia
lisme, dat een verkaveld onderwijs
heeft doen ontstaan en op het gevaar
van de overtrokken gemeenschapsge
dachte: merkwaardigerwijs werken ook
de maatschappelijke groepen en indivi-
duën mee aan de uitholling van eigen
autonomie.
Mr. Cals stelde nog eens, dat de over
heidstaak bij het onderwijs van subsidi
aire aard is. Het zwaartepunt moet lig
gen bij het particulier initiatief. Van dit
initiatief is de staat krachtens het al
gemeen welzijn de promotor.
Bij de beantwoording der sprekers is
de bewindsman niet ingegaan op de
vraag of hij van mening is, dat het
landbouvvonderwüs onder zijn verant
woordelijkheid zou dienen te vallen.
Twee van de drie grote onderwijzers
organisaties in ons land, de Nederland
se Onderwijzers Vereniging ën de Pro-
testant-Christelijke Onderwijzers Vere
niging, zullen hun leden stellen voor
een beslissing over de vraag of hun
vereniging zich al dan niet moet aan
sluiten bij respectievelijk het Neder
lands Verbond van Vakverenigingen en
het Christelijk Nationaal Vakverbond.
In beide gevallen zijn de besturen ge
porteerd voor aansluiting bij de vakcen
trale.
Bij de Nederlandse Onderwijzers Ver
eniging (rond 20.000 leden) speelt de
ze kwestie reeds geruime tijd. Het
N.O.V. is kort na de oorlog ontstaan
uit een fusie van twee organisaties:
het Nederlandse Onderwijzers Genoot
schap, dat niet, en de Bond van Neder
landse Onderwijzers, die wèi aangeslo
ten was bij een vakcentrale. Bij Je fu
sie heeft men het punt van de aanslui
ting aanvankelijk laten rusten; toen het
in 1950 aan de orde kwam, werd een
voorstel tot aansluiting bij het N.V.V.
verworpen. In 1955 en 1956 werd- van
de zijde van het N.V.V., dat veel prijs
stelt op de aansluiting van de onder
wijzers, deze zaak opnieuw aangesne
den. Het hoofdbestuur van het N.O.V.
heeft daarna de akademische uitspraak
gedaan, dat de Nederlandse Onderwij
zers Vereniging bij een vakcentrale be
hoort. Men heeft hierbij vooral gelet
op de ontwikkeling in de maatschap
pelijke ordening na 1950: de N.O.V.-
leiding acht het wepselijk via een vak-
(Van onze onderwijsredacteur)
De onderwijsraad heeft een week ge
leden zjjn advies uitgebracht over het
wetsontwerp inzake het voortgezet on
derwijs, de zgn. raamwet-Cals. De be
windsman heeft vrijdagavond in een bij
eenkomst van het Haags jongerenparle-
ment medegedeeld, dat het ontwerp de
volgende week naar de ministerraad
gaat. Het streven schijnt erop gericht
te zjjn het ontwerp nog vóór de vakan-
tietjjd in de ministerraad te behande
len, zodat het spoedig na het zomerre
ces hjj de Tweede Kamer kan worden
ingediend.
Naar te Den Haag verluidt heeft de
minister enige wijzigingen aangebracht
in het voorontwerp. Zo zou de gedach
te aan een brugklasse, neergelegd in
het rapport van de Werkgroep Inspec
tie (Bilderberg-rapport), die in het oor
spronkelijke ontwerp niet was overgeno
men, er thans wel in verwerkt zjjn.
Het Bilderberg-rapport bepleitte ter
verbetering van de overgang van het
lager naar het voortgezet onderwijs de
instelling van een brugjaar met een-
zelfde programma voor alle scholen
van wetenschappelijk onderwijs, hoger
algemeen voortgezet onderwijs en mid
delbaar voortgezet onderwijs. Ook zou
er volgens genoemd rapport een brug
jaar (met een ander programma) moe
ten komen voor alle scholen, die in het
lager voortgezet onderwijs aansluiten
op het basisonderwijs.
Verder wordt te Den Haag verno
men, dat de minister er bij zijn wijzi
gingen naar gestreefd heeft tegemoet
te komen aan de grondwettelijke be
zwaren tegen het voorontwerp, die
vooral naar voren zijn gebracht in de
adviezen van prot. chr. zijde.
Sprekend over de instelling van
maatschappelijke organen, die de over-
heid ten aanzien van het onderwijs te-
genspel zouden moeten geven, heeft
minister Cals er gisteren zijn verwonde
ring over uitgesproken, dat men hier
op grond van de onderwijsvrijheid arg
wanend tegenover staat, terwijl het
toch, aldus spr., gaat om media voor
een ruimere onderwijsvrijheid.
|*>9
centrale mee te spreken bij de vorm
geving van het sociaal-economisch be
leid, bijvoorbeeld in de SER. Het lioofd-
bestuursbeleid op dit punt is eind 1956
door de algemene vergadering van 'e
N.O.V. met een bescheiden meerder
heid goedgekeurd.
Men heeft er geen doekjes om ge
wonden, dat de vakcentrale vaar
het in feite om gaat, het N.V.V zal
zijn. Van liberale zijde is tegen deze
plannen vrij scherp stelling genomen.
Men toont zich beducht, dat er een
„rode school" zal ontstaan wanneer
de onderwijzers uit het openbaar on
derwijs zich aansluiten bij een socia
listische vakcentrale. Ook binnen de
N.O.V. zelf klinkt er kritiek; de lei
ding ontkent echter, dat het de zaak
„er door wil drukken". De meningen
in het bestuur liggen verdeeld: een
paar leden zijn tegen aansluiting bp
het N.V.V., een meerderheid is er
voor en wil de kwestie in 1960 afge
daan zien, terwjjl een minderheid wel
iswaar in principe voor is, doch de
beslissing langer wil uitstellen. On
langs is bekend gemaakt, dat de
algemene vergadering van de N.OA
zich in I960 inderdaad over de aan
sluiting bij het N-V.V. zal moeten
uitspreken.
Bij de Protestant Christelijke Onder
wijzers Vereniging (rond 14.000 leden)
is een soortgelijke kwestie aan de orde.
Men spreekt in deze,-kringf:-reeds lang
over aansluiting bft' het C.NvV. De voor
zitter van de F.C.O.V., de heer D. H.
Dutmer, heeft kortgeleden aangekon
digd, dat het volgend jaar aan de leden
van 'deze vereniging een voorstel over
deze zaak zal worden voorgelegd. Het
bestuur van de P.C.O.V. is thans pro
aansluiting bij het C.N.V.
In de kring van de katholieke onder
wijzers hoort men de laatste tijd pro of
contra aansluiting bij een vakcentrale
weinig of niets. Het ligt voor de hand,
dat men in verband met de plannen
van de zusterorganisaties nog eens op
nieuw zijn gedachten over de kwestie
zal laten gaan, maar tot nu toe zijn er
geen tekenen, dat het Katholiek Onder
wijzers Verbond (rond 25.000 leden) in
deze aangelegenheid iets nieuws zou
willen ondernemen.
De telefoondienst van Kopenhagen
heeft alle mensen met de naam Olsen
een der meest voorkomende fami
lienamen in Denemarken met één
slag „geliquideerd". Althans, bij het
verschijnen van de nieuwe gids bleek
de opgave der Olsen's die normaal
ongeveer zestig kolom beslaat, niet
voor te komen. De fout bleek te lig
gen bij de binder, die het gedeelte der
Olsen's vergeten had.
De telefoondienst heeft toegezegd
de reeds gedistribueerde gidsen door
andere, die wel de naam Olsen be
vatten, te zullen vervangen. Slechts
de namen Pedersen, Petersen, Jensen,
Hansen, Nielsen en Soerensen komen
in Denemarken meer voor dan Olsen.
GhllllllllMIIIIIIIIIIIIIIIIUIIIIIUIIIIIIIIIIIIIIIIIIII,,1,111111111111111
FOTO hiernaast: Altaarkast uit örsta
Kirtce waarin een Kruisberg. Christus is
omgeven door vier engelen die Zijn H.
•owed in kelken opvangen; rechts en
tinks de treurende Johannes en Maria.
Dp de luiken zijn de Geseling en Door
nenkroning afgebeeld. Omstreeks 1520
vervaardigd door een nog anonieme
beeldhouwer te Utrecht. De bak is 100
hij 115. Dit altaar behoort tot de best
bewaarde van de vijf Utrechtse altaren
In Noorwegen, daar het voor een groot
deel nog de originele polychromie bezit
en de fraaiste luiken.
m
vlvKI'Zvy/miSawwa