een
Haarlemse
representatief tehuis
Zakelijk, modern gelijnd j Ontwerp j
ontwerp met gaanderij
in twee
schetsen
PRECIES NA EEN EEUW TEGEN DE GROND
K
1
Garage Den Hout
DOOR EEN ZATERDAGSE BRIL
H
Ed. Heijmans exposeert in „De Ark"
overmoedige abstracties
w
l!.-k, speeltuin Santpoort
volgende maand klaar
Beynes in Haarlem op dood spoor
f
activiteiten op
Veel Interesse voor
Haarlemse expositie
in Bolsward
Dutch Swing College
in Bloemendaal
SLEUTEL WEG?
BUNDELING VAN; jmm
STATIONSPLEIN
Informatiehal
Estetisch ontwerp
augustus
Parkeerruimte
Vanaf 1
Overleden katholieken
naar Noorderbegraaf
plaats
iliï
St.-Vincentius-kinder-
uitzending
Vijfjarig meisje valt
van schommel
Zware hersenschudding
opgelopen
1000 Mijl-race Italië 1958
DE SLEUTELSPECIALIST"
V.K.D.-nieuws
ZATERDAG 13 JU EI 1935
EAGIOTA 3
ili»!
fM»^!
Als alles loopt, zoals men het zich voorstelt, kan de Haarlemse V.V.V.,
beter bekend als de stichting „Haarlems Bloei" half april volgend jaar
zijn intrek nemen in het nieuwe gebouw aan het Stationsplein. Voor een
stichting, die zich richt tot de vreemdelingen die Haarlem komen bezoeken,
is het natuurlijk van het grootste belang, dat men voor het begin van het
toeristenseizoen gereed is met de bouw. Hopelijk kan wanneer Gedepu
teerde Staten tijdig het desbetreffende besluit van de Haarlemse gemeente
raad goedkeuren de bouw half september worden aanbesteed en wan
neer een maand later begonnen wordt, denkt men in een half jaar gereed
te zjjn. Het Haarlemse Stationsplein zal dan een heel ander aanzien heb
ben gekregen. De oude fabriek van Beijnes en hotel „Royal" zijn dan ver
dwenen en tegen de zuidzijde van het stationsgebouw, tussen het viaduct
in de Kruisweg en de ingang van de stations-fietsenstalling zal dan het
nieuwe bureau van Haarlems Bloei verrezen zijn.
Het ontwerp voor het nieuwe Haarlems Bloei-kantoor, is afkomstig van
ir. H. A. Breuning van de dienst Openbare Werken. Het wordt een op en
top modern gebouw in beton en glas, strak van lijn dat wonderwel aansluit
bij de meer monumentale stationsbouw. Bijzonder aardig is, dat de boven
verdieping aan de voorzijde over de benedenverdieping heen steekt, zoda
-een soort gaanderij wordt gevormd, waarvan het
dakenerzprop de benedenverdieping van het Haarlems Bloeikantoor rust
en aan de andere zijde op de nieuwe krantenkiosk en enige zuiltjes. Wan
neer men vanuit de stationsuitgang rechtsaf gaat, loopt men dus recht op
deze gaanderij af. Men kijkt dan boven tegen de houten wand van de boven
verdieping van het kantoor aan, waarin een klok wordt aangebracht.
De benedenverdieping van het nieuwe
kantoor wordt gevormd door een rui
me informatiehal, waarin de balie een
plaats zal vinden en waar de informa-
trices hun bureau en hun telex hebben
staan. Via grote, brede ramen heeft
men een ruime inkijk in deze hal. Rechts
in de hoek bevindt zich een trap naar
boven, die uitkomt, op een bordes. Staat
men dus onder aan de trap, dan heeft
men een vrij uitzicht naar boven, naar
het torentje van het gebouw. Boven be
vindt zich de directeurskamer, die te
vens als contorentiekamer wordt ge
bruikt, een administrateurskamertje en
een bureau waar plaats is voor maxi
maal vijf bureaus.
De grote informatiehal beneden heeft
een oppervlakte van bijna 15x 6 meter,
hetgeen een hele ruimte is, vergeleken
bij de oppervlakte van het huidige
informatiekantoortje van Haarlems
Bloei aan 't Stationsplein, dat 9x4 me
ter beslaat. Achter deze informatiehal
bevindt zich een laag aanbouwtje, dat
de verbinding vormt met het stations
gebouw, en dat het magazijn, een rij
wielbergplaats, een ruimte voor de cen
trale verwarming en een garderobe be
vat Op de bovenetage zijn nog het ar
chief, een keukentje en de kluis onder
gebracht. Deze laatste is opgenomen in
de betonconstructie, zodat in Jelte al
leen de kluisdeur hoeft te worden aan
geschaft. De bovenetage heett van de
ontwerper hoge, verticale ramen ge
kregen, die goed aansluiten bij de ver
ticale lijnen van het stationsgebouw op
de achtergrond.
Op de plaats van het huidige parkeer
terrein zal een trottoir komen, waarin
een parkeerhaven voor twee of drie au
to's wordt uitgespaard ten behoeve van
de automobilisten, die in het kantoor
van Haarlems Bloei moeten zijn. De
transformatorzuil, die men op het hui
dige parkeerterrein aantreft, verdwijnt
eveneens, want op die plaats is het
Haarlems Bloei-kantoor geprojecteerd.
De transformator zal worden overge
bracht naar het meest oostelijke deel
van de fietsenstalling en wordt dus on
dergebracht in het stationsgebouw zelf.
Het ontwerp voor het nieuwe kan
toor is door ir. Breuring opgesteld in
nauwe samenwerking met de directeur
van Haarlems Bloei en de bouwcommis
sie uit het stichtingsbestuur. Terwijl de
ze laatste instantie uiteraard vooral
lette op een zo economisch mogelijke
indeling, heeft ir. Breuring herinnerd
aan de estetische eisen in verband met
het feit, dat het Stationsplein mettertijd
een geheel nieuw aanzien zal krijgen en
de monumentale entree voor Haarlem
belooft te worden. Trouwens, de Neder
landse Spoorwegen hebben eveneens
een estetisch verantwoord project ge-
eist. Het resultaat is geweest een ont
werp, dat de grootst mogelijke lof ver
wierf van de Schoonheidscommissie.
Het spreekt vanzelf, dat ir. Breuring
met alleen kon rekenen met de huidi
ge werkzaamheden van „Haar
lems Bloei". De stichting maakt een
enorme groei van haar werkzaamheden
door en met die groei moest eveneens
rekening worden gehouden. De plaats
wordt door de meeste deskundigen
Ideaal gehoernd. Enerzijds omdat het
De bovenste tekening toont het
nieuwe kantoor van de stichting
„Haarlems Bloei", gezien vanaf het
Stationsplein. De beneden verdie
ping, waar de grote informatiehal
gevestigd is, krijgt brede, ruime
ramen en de bovenetage krijgt
hoge, vertikale ramen, die aanslui
ten bij de vertikale lijnen van het
oude stationsgebouw op de achter
grond. De andere tekening geeft
een beeld van wat men te zien
krijgt als men uit de stationsuit
gang komt en rechtsaf slaat: een
soort gaanderij met links de
krantenkiosk en zuilen, die de
overkappende bovenverdieping
van het nieuwe Haarlems Bloei-
kantoor schragen, en rechts het
nieuwe kantoor zelf. De gaanderij
heeft vanuit deze gezichtshoek een
houten boven-af sluiting met een
klok.,
De tentoonstelling van werken van
Haarlemse kunstenaars, welke in het
stadhuis van Bolsward wordt gehouden
onder de titel „Vijf eeuwen Haarlem
se kunstenaars" blijkt zich, naar wij ver
nemen, in een opvallend grote belang
stelling te verheugen. Er worden af
en toe ook Haarlemmers onder de be
zoekers gesignaleerd, blijkbaar be
nieuwd naar de representatie van het
voormalige en huidige kunstleven van
hun vaderstad in den vreemde.
Het is met het oog op het drukke
bezoek, ook van verre, dat het gemeen
tebestuur van Bolsward de tentoonstel
ling ook op de zondagmiddagen heeft
opengesteld, namelijk van 1.30 tot 4.30
uur. Deze openstelling betekent een
breuk met de tot dan toe geldende ge
woonte, volgens welke van gemeente
wege georganiseerde openbare exposi
ties gedurende de gehele zondag hun
deuren gesloten hielden.
De grasmat van het Openluchtthea
ter herbergde gisteravond zeven
musici, die onder de naam van
Dutch Swing College de harten van ve
le Nederlandse jongeren sneller doen
kloppen. Al direct bij de inzet van de
herkennings-tune „Way down yonder in
New Orleans" bleek de stemming van
de blazers onderling (mede door de
vochtige temperatuur) verre van ideaal
te zijn, hetgeen dikwijls de gehele
avond storend werkte.
De band, die hoofdzakelijk in Dixie-
land-sttil speelt, zorgde gisteravond
voor weinig verrassingen. Vooral de
steeds in ieder stuk terugkerende zelf
de periodebouw bij melodische en rit
mische sectie werkt op de duur verlam
mend, terwijl ook de verschillende soli
door hun geringe originaliteit te veel in
het conventionele vlak bleven. Chris
Barbers beruchte „Ice cream" was
door het gemis aan een stuwend
ritme meer een gesmolten ijsco, een in
terpretatie die Barber en zjjn mannen
zeker niet geaccepteerd zouden heb
ben.
Captain Joop Schrier deed alles om
zijn mensen te begeesteren, maar het
zo ontbeerlijke swingelement ontwaak
te niet. Pas na de pauze, die geopend
werd met de in New Orleansstijl ge
speelde High Society, mocht men weer
van Dutch „Swing" College-band spre
ken, waarbij vooral de uitstekend ge
blazen trompet-solo met originele wen
dingen opviel.
A. Krt.
De commissie voor kinderuitzending
van de Haarlemse Sint Vincentiusver-
eniging is er na langdurige voorberei
ding in geslaagd dit jaar 425 tot 430
kinderen een veertiendaagse vakantie
te verschaffen op 't plattelandl in Noord-
Holland. Noord-Brabant, Gelderland
en Overijssel. Dank zij de medewerking
van vele Haarlemmers kunnen de kin
deren met bussen naar hun vakantie
adressen vervoerd worden. Voor wat
Noord-Holland betreft hebben een veer
tig automobilisten zich belangeloos be
schikbaar gesteld. De kinderen vertrek
ken zondag 27 juli vanaf het Kenau
park in Haarlem om zeven uur, voor
zover Zfj met bussen reizen en tussen
tien uur en half elf met de auto's.
In de speeltuin „Het paradijsje" aan
de Witte Herenstraat te Haarlem is
gistermiddag omstreeks vijf uur de 5-
jarige Margo Errewijn uit de Sofia-
straat van de schommel gevallen. Het
meisje kwam op de betegelde vloer
terecht en liep een zware hersenschud
ding op.
federeen die wel eens op het Sta-
.tionsplein komt, weet dat men
bezig is de voormalige fabriek
van de N.V. Beynes af te breken.
Minder bekend is waarschijnlijk,
dat deze fabriek thans juist een
eeuw geleden gebouwd is. Op 3
maart 1858 ging de Haarlemse ge
meenteraad met een voorstel van
B. en W. akkoord tot verkoop van
een stuk grond tegenover het sta
tion aan de firma Beynes. Op 3
juni verklaarden Gedeputeerde
Staten van Noord-Holland zich
met de Haarlemse grondverkoop
akkoord en zegge en schrijven
twee dagen later begon men met
de bouw van de fabriek. De oudste
zóón van Johannes Jacobus Bey
nes legde de eerste steen voor het
hoofdgebouw. Dat was nog niet
voldoende, want zijn neefje Johan
nes Willem Beynes legde nog een
tweede „eerste steen". Nog vóór
de winter was het twaalfhonderd
vierkante meter grote gebouw on
der de pannen. Op oudejaarsdag
1858 werd de nieuwe fabriek in
gebruik genomen en op zaterdag
2 januari 1859 gingen de werk
lieden voor het eerst in de nieuwe
fabriek aan de arbeid.
Op 1 november 1838, dus precies
honderd en twintig jaar geleden, be
gon Johannes Jacobus Beynes in de
stad Haarlem een rijtuigfabriekje
aan de Riviervismarkt. Beynes ver
wierf al spoedig naam en faam met
zijn produkt: de schone, elegante lijn
vande franse rijtuigen paarde hij aan
de degelijke bouw van de engelse. In
1839 werd de burgerij ver
schrikt door het gepuf van de
„Arend", die het eerste spoortrein-
tje van Amsterdam naar Haarlem
trok. Twee jaar later begon de Hol-
landsche IJzeren Spoorweg Maat
schappij met de bouw van een sta
tionsgebouw in Haarlem, en wel op
het onbebouwde stuk grond ten zui
den van de Bolwerken, dat al eeu
wen op bouwlustigen lag te wachten.
Beynes stelde alles in het werk
om ook een spoorwegrijtuig te mogen
leveren. Voor hem maakte het niet
uit of zijn rijtuigen getrokken wer
den door paarden of door een loco
motief. Rijtuigen blijven tenslotte
rijtuigen, redeneerde hij en rijtuigen
moeten gebouwd worden door vak
bekwame mensen. WelBeynes
wist, dat hij een uitstekend vakman
was. Eindelijk was het zover, dat hij
een spoorwegrijtuig mocht leveren.
In 1856 was het zelfs zover, dat zijn
fabriekje aan de Riviervismarkt
eigenlijk niet meer dan een wagen
makers-werkplaats -te klein werd.
Zelfs de tweede werkplaats aan de
Krocht bracht hem geen werkelijk
soelaas. Beynes groeide uit zijn be
huizing en moest uitbreiden, wilde hij
de spoorwegmaatschappij als klant
behouden. In ongeveer anderhalf jaar
tijds bouwde hij twaalf spoorwegrij
tuigen in zijn werkplaats aan de Ri
viervismarkt. Via de Smedestraat
werden deze naar de Krocht gereden
waar ze verder werden afgewerkt.
\T oor 1857 verwachtte hij opnieuw
een bestelling van twaalf rij
tuigen en hij kreeg die ook.
Maar die order was in de oude be
huizing beslist niet meer uit te voe
ren. Zeker niet, wanneer er nog ver
dere uitbreiding aan de produktie
moest worden gegeven. Daarvoor wa
ren immers machines nodig en mo
derne werktuigen. Beynes wist waar
hij de nodige ruimte zoeken moest:
niet in de binnenstad, maar in het
noorden, binnen de stadswallen waar
nog altijd niet gebouwd werd. Hij
ging proberen een stuk grond te krij
gen recht tegenover het station van
de Hollandsche IJzeren Spoorweg
maatschappij, zodat hij zijn rijtuigen
voortaan meteen op de rails zou kun
nen rjjden.
De zakenman Beynes was verstan
dig genoeg om niet over één nacht
ijs te gaan. Hij nam dus een tussen
persoon in de arm in de figuur van
de firma Kraakbeen Zoon, die op
zich nam de gemeenteraad te pol
sen. Dat was in november 1857. B.
en W. werden gepolst en deze ging
overleggen met de „Commissie van
Fabricage". De commissie vroeg de
„Opzigter van de Stedelijke Werken
en Gebouwen" om een rapport en dat
kwam welk een tempo in die da
gen! in december binnen. Het was
een gunstig rapport. Natuurlijk was
het in de stad intussen wel bekend
geworden, dat Beynes aan het sta
tion grond wilde kopen. Bezwaren
had men niet. Op 30 december 1857
deelde de burgemeester de raad mee
dat er geen bezwaren waren binnen
gekomen tegen een eventuele grond-
verkoop. Definitief nam de raad het
besluit om de grond aan het Stations
plein van de hand te doen tegen 50
cent per vierkante el!
Beynes wilde echter nog meer. Hij
vroeg vrijstelling van belastingen,
hetgeen in die tijd niet ongebruike
lijk was. Voor zijn jonge industrie,
die nog volop in ontwikkeling was,
zou een dergelijke faciliteit uiteraard
van grote betekenis zijn. Maar dit
verzoek van Beynes werd van de
hand gewezen. De zakenman had
eveneens bezwaar tegen de door B.
en W. gestelde voorwaarde, dat de
voorgevel van zijn fabriek nimmer
veranderd zou mogen worden. Van
daar, dat de firma Kraakbeen
Zoon opnieuw bij de raad aanklopte.
Op 9 maart 1858 tenslotte liet de ge
meenteraad de voorgevel-voorwaarde
vervallen, maar de belastingfacilitei
ten werden Beynes geweigerd. De rij
tuigfabrikant wilde de zaak niet lan
ger vertragen en legde zich bij de
beslissing van de raad neer. Drie
maanden later kwam de goedkeuring
van Gedeputeerde. Staten en kon de
bouw beginnen.
In 1885 werd op het hoofdgebouw
van de fabriek van Beynes tegen
over de ingang van het station
een verdieping geplaatst, nadat om
streeks 1861, 1867 en 1883 de fabriek
reeds was uitgebreid door-het aan
bouwen van een rechter en een lin
kervleugel. De laatste uitbreiding
vond plaats in 1896, waarvan een ge
velsteen aan de Jansweg getuigt, die
de inscriptie draagt „Anno 1896".
Advertentie
Klasse 1000 c.c. Tourisme
5 eerste plaatsen:
RENAULT DAUPHINE
Klasse 750 c.c. Tourisme
Nummer 1: RENAULT „VIER"!!!
kantoor een plaats heeft gevonden op
een plein dat mettertijd tot de fraaiste
van Haarlem zal behoren, maar ook
omdat de ligging op de grens van Haar
lem-noord en Haarlem-centrum het
kantoor voor iedere stadgenoot gemak
kelijk bereikbaar maakt. Het werk van
Haarlems Bloei onder stadgenoten
blijkt vooral de laatste jaren steeds be
langrijker te worden en ongetwijfeld
zal deze werkzaamheid in de nieuwe
accomodatie nog worden uitgebreid.
Tenslotte betekent deze ligging aan het
Stationsplein nog een voordeel, omdat
er niet geheid hoeft te worden. Het
Stationsplein ligt immers op de smalle
zandrug, die van noord naar zuid dwars
door Haarlem loopt.
Wanneer de voormalige fabriek van
Beijnes eenmaal verdwenen is, zal
tegenover de hoofdingang van het
station een ruim parkeerterrein ver
kregen worden. Voorlopig althans, tot
de definitieve plannen met betrekking
tot de zuidelijke afsluiting van het uit
eindelijk zeer verruimde Stations
plein gerealiseerd zullen zijn. Aan de
andere zijde is hotel' „Royal" afge
broken en de daar gewonnen ruimte
zal op de eerste plaats worden be
nut om een meer vloeiende bocht te
krijgen in de hoek Stationsplein-Kruis
weg. De resterende ruimte heeft nog
geen bestemming gevonden, maar het
zou beslist het aanzien van het Sta
tionsplein ten goede komen, wanneer
daar een aardig terrasje werd aange
legd.
Als alles dus goed gaat, is Haarlems
Bloei over negen maanden onder dak.
Over veertien dagen gaat het kantoor,
dat thans nog is ondergebracht in het
stadhuis, naar de bovenverdieping van
Oscar Smits' Bank aan de Kruisweg
waar men tijdelijk onderdag heeft ge
vonden. Weinigen zullen zich herinneren
dht Haarlems Bloei tot 31 toen. nog
„Vereniging tot verfraaiing van Haarlem
en tot de bevordering van 't vreemdelin-
genverkeer"_ geheten oindergebracht
is geweest in de afschuwelijke kranten
kiosk aan het Stationsplein. In 1931 werd
het verkeershuis aan het Stationsplein
in gebruik genomen, dat nu ontruimd
wordt, wanneer het nieuwe gebouw een
maal gereed is. De Nederlandse Spoor
wegen hebben inmiddels besloten het
leegkomende gebouwtje aan te kopen.
Het is nog niet bekend welke bestem
ming het krijgt, maar men is niet van
plan het te slopen.
De overleden katholieken van Haar
lem zullen met ingang van 1 augustus
moeten worden begraven op het katho
lieke gedeelte van de Noorderbegraaf
plaats aan de Vergierdeweg in Haar
lem-noord, tenzij hun nabestaanden kun
nen beschikken over een eigen graf of
een huurgraf op het kerkhof Sint Bar
bara aan de Rijksstraatweg. Het katho
lieke gedeelte van de Noorderbegraaf
plaats zal donderdagmorgen 31 juli, om
elf uur ingewijd worden door deken
W. N. Zijlstra.
liiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiniiii iiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiirniiiiiTiiiKiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiii
et feest van de vakantie schijnt
nu werkelijk aangebroken. En
kele vooruitstrevende figuren
zijn er reeds uitgetrokken en heb
ben zelfs weer plaats genomen in
de befaamde tredmolen van het
Haarlemse leven, maar de grote
meerderheid maakt nu ernstig aan
stalten om bepakt en beladen op
stap te gaan. Een paar achteruit-
strevende mensen doen net, of er
niets aan de hand is en wachten
september af om elders de zon en
wat daarmede gepaard pleegt te
gaan op te zoeken. De gewone men
sen, zoals u en ik, storen zich aan
geen vakantiespreiding. Wij zoeken
de drukke stilte op en vinden ergens
wel een plekje, waar Haarlem en
zijn omgeving ver uit de gedachte
gebannen worden.
In andere streken van het land en
zelfs ver buiten onze grenzen schij
nen mensen te wonen, die hetzelfde
doen als wij. Zij hebben het war
me huis en de koude haard verlaten
om bij ons hun heil en vertier te
zoeken. O, Haarlem is zo'n mooie
stad zeggen zij, ieder op hun eigen
manier en in hun eigen taal. En
zij flaneren door de straten, gewa
pend met folders en andere papie
ren gidsen. Wanneer zij uit- en moe-
gekeken zijn, vallen zij neer op een
terras: Duitsers, letterlijk en fi
guurlijk gewichtig en met wat al te
demonstratieve gebaren, Fransen,
beweeglijk en vlot, Scandinaviërs
rustig en bescheiden en Engelsen
met een bekoorlijk flegma. Zij schij
nen te genieten van stadsgezichten,
waaraan wij gewoon voorbij lopen.
Hetgeen overigens heel begrijpelijk
is, omdat wij van die gezichten een
wezenlijk element uitmaken. Wij
wandelen zogezegd van het ene
stadsgezicht in het andere en com
pleteren het. En over een paar we
ken liggen wij, gefotografeerd en
wel, op tafel, ergens in den vreem
de. En van ons wordt verteld, dat
wij zulke aardige mensen zijn, die
wonen in propere huisjes, die zo
gastvrij zijn en die zo welvarend
voor de dag komen op hun, ook al
zo propere, straten.
Enfin, dat zal allemaal wel waar
zijn. We kennen tenslotte zelf onze
deugden, en met de ondeugden heeft
een ander niets te maken. Maar
misschien is het mogelijk, dat wij,
elders gastvrijheid genietend, meer
gecharmeerd gaan raken van
andermans deugden dan ons erge
ren aan zijn ondeugden, 's Lands
wijs, 's lands eer, met de grote vraag
overigens, of onze wijs ook altijd
onze eer zal zijn.
vrije tijd geen raad weet u het
advies geeft de stad eens te bekij
ken. Hij of zij heeft reeds ervaring
en u zult er geen spijt van hebben
het advies opgevolgd te hebben. Of
ik op pad zal gaan, weet ik niet.
Zondag ga ik de deur uit, en ik
zal wel zien, wanneer ik thuis kom.
De tocht mag nog zo vreemd gaan,
het einddoel is toch altijd weer
Haarlem, de stad, waar vrienden
je wachten en waar bij alle plezier
elders het leven toch
het gelukkigst is. Tot
schrijvens.
Een v
van
47QT1
ergelijking tussen de expositie
het landschappelijke werk
van Ed. Heijmans bij de
Hoogovens, waarover we onlangs schre
ven en de eerste overzichtstentoonstel
ling van zijn recente abstracties, die
hij momenteel in „De Ark" te Haarlem
heeft ingericht, zouden we willen stel
len in zomerse termen. In de paradij
selijke landschappen, die Heijmans met
de nodige dichterlijke vrijheid en 'n toe
nemende mate van beheersing heeft ge
maakt, kon hij steunen op de voorstel
ling: hij had grond onder de voeten.
Nu hij de sociale voorstelling
ontwijkt heeft hij zich radicaal
in dieper water begeven en moet hij
drijven op de strikt picturale kwalitei
ten: thematische vondsten, compositie,
afwisseling van vorm en kleur en wat
dies meer zij. We zien hem zo af en toe
wel een mondje water scheppen bjj een
te overmoedige manoeuvre, maar zin
ken doet hjj toch niet.
Met name bij de stukken, die litterai
re titels dragen en waarin meer het
filosofische dan het schilderlijke motief
beklemtoond wordt, zoals Kosmos, Mi-
crocosmos, Les deux magiciens. Re
quiem, komt hij niet tot een logische
eenheid. De gebruikte vormen hebben,
daar en zó, geen noodzakelijke aanwe
zigheid: ze zijn te willekeurig samen
gebracht. Curven en diagonale partijen
worden niet opgenomen in een orga
nisch verband, dat zijn oplossing vindt
binnen het kader van de lijst.
ie eventueel thuis blijft en
zijn vacantieplezier in stad
en streek moet zoeken, hoeft
nog niet te treuren. Er valt nog zo
veel te beleven en te zien, dat er
maanden aan al dat kijken gespen
deerd kunnen worden. En nu wil
ik de thuisblijvers niet naar een mu
seum sturen een van de meest
verderfelijke vacantiebezigheden
maar gewoon de stad in, waar her
en der verrukkelijke plekjes te vin
den zijn en waar zij kennis kunnen
maken met alles, waarvoor de
vreemdeling met zoveel gespanner
verwachtingen naar Haarlem komt
Zij kunnen dan kennis maken me
de stad, waar zij zo bekend zijn.
Vorige week zag ik in vele stra
ten kinderen lopen, die met papie
en potlood alle mogelijke gebouwei
afliepen om daarover de nodige ge
gevens te verzamelen. Zij deden
dat met een ijver en een weetgie
righeid alsof zij het laatste examen
van hun leven moesten doen. Ver
moedelijk maakten zij die tocht in
opdracht of op verzoek van school,
maar het resultaat was, dat de kin
deren in een paar uur meer te we
ten kwamen dan hun ouders ooit
in hun hele leven over hun eigen
stad zullen achterhalen.
Verbaast u dus niet, wanneer een
van uw kinderen als u met uw
In doeken zoals Echo, Jardin synthe-
tique, Protocol no 2 en Erfelijkheids
factor daarentegen beperkt Heijmans
zich tot het herhalen van een eenvou
dig ritme, dat het climax en rustpunt
klaar en gaaf binnen het kader is uit
gewerkt en afgesloten. Vooral het
laatstgenoemde schilderij, dat op vorm
en contra-vorm is gebouwd en in een
eenvoudig kleurschema gevarieerd,
komt tot dat evenwicht, waartoe hjj het
eerder genoemde niet heeft kunnen
brengen.
L. T.
Advertentie
LANGE
VEERSTRAAT 10
TEL. 11493
Het heeft het bestuur van de stich
ting katholieke speeltuin Santpoort niet
erg meegezeten en daardoor zal de tuin
wat later klaar zijn, dan men eigenlijk
graag had gewild. Maar er komt nu
toch tekening in. Het terrein, dat door
het gemeentebestuur van Velsen be
schikbaar werd gesteld bij het station
Santpoort-noord is geëgaliseerd en de
omrastering is aangebracht. Van de ou
de tuin aan de Dinkgrevelaan gaat een
enkel speeltuig over naar de nieuwe
tuin, maar de rest, schommels, draai
molen, wip, enz. zijn allemaal nieuw
De speeltuigen zijn besteld en hoe eer
der die komen, des te sneller kunnen
ze geplaatst worden. Alles wordt in het
werk gesteld om de opening van de
tuin zoveel mogelijk te bespoedigen.
Dan kan de jeugd van Santpoort zin-
gen: „Ja, nu gaan wij naar de speel
tuin".
Voor de onderlinge competitie van
V.K.D. werden de volgende partijen
gespeeld: G. FaavTh. v. Wort 11;
D. RumpP. Hollenberg afgebr.; Th.
KokA. Masteling afgebr.: H. Sassen
R. Kok afgebr. De uitslagen bij de
jeugdafdeling luiden: Hein HoesArno
Spierings 20: Frans v. d. Weiden
Hannie Wallinga 02; Kees Zwanen
burgJack Uitermark 02; Wallinga
Uitermark 0—2; Hoesv. d. Weiden
20; Uitermarkv. d. Weiden 20.
De standenlijst van de jeugd:
Jack Uitermark
5
3
1
1
7
Arno Spierings
4
3
0
1
6
Harrie Uitermark
5
3
0
2
6
Kees Zwanenburg
5
3
0
2
6
Peter Verdonk
4
2
1
1
5
Hein Hoes
4
2
0
2
4
Hannie Wallinga
4
1
0
3
2
Frans v. d. Weiden
5
0
0
5
0