Nog geen vermindering van
belasting voor de
ongehuwden
Investeringsaftrek blijft voorlopig
gehandhaafd
Kamerleden geen kroonlid
de S.E.R.
spookpaard
DE GAULLE schrijft
brieven aan Macmillan en
Eisenhower
Ofschoon probleem steeds urgenter wordt
Minister Hofstra is optimistisch t.a.v.
de economische situatie
Eerste Kamer: alléén bij een
wettelijke regeling
in
Het isolement van
Pasternak
Westen moet komen tot een betere
samenwerking
Zo vaderzo zoon
Verhoudingen dienen zuiver te blijven
„Maak de kring eens
Frans Kameroen in
1960 onafhankelijk
wat ruimer"
Tuinbouwbelangen
zijn veel te subtiel
Primitieve stam op
Malakka ontdekt
Vader en Henk van
Someren
WOENSDAG 29 OKTOBER 1958
PAGINA 9
De minister van financiën, de heer Hofstra, heeft bij zijn
Verdediging van de rijksbegroting voor 1959 in de Tweede
Kamer de volgende belastingplannen onthuld.
M arathon
~MaTa~thon
Weer speciale bouw-
weerberichten
Al gerookt?
„De stakker heeft een prijs gewonnen"
zonder BAYERKRW
kik
Tweede Kamer:
Niet te vlug de
grenzen open
Al gerookt?
~M~a~r~a~t h o n_
Al gerookt?
Oorspronkelijk
detective-verhaal
MARTIN MONS
(Van onze parlementaire redacteur)
1. De minister wil nog geen belas
tingvermindering voor ongehuwden in
voeren, hoewel hij toegeeft dat het pro
bleem steeds urgenter wordt. Binnen
kort zullen de ongehuwden ook nog
hun aandeel in de premie voor de we
duwen- en wezenverzorging en voor de
kinderbijslag verzekering moeten op
brengen. De moeilijkheden die ontstaan
door het grote tekort op de begroting
•haken echter het verzachten van de
Vrijgezellenbelasting voorlopig nog on
mogelijk. De minister vond de socia
listische motie die hierover was inge
diend ongevaarlijk.
2. Binnenkort zal minister Hofstra
een nieuwe inkomstenbelasting indie
nen die hoofdzakelijk een technisch ka
rakter heeft. Daarin zal ook de moge
lijkheid worden gegeven om „stille re
serves" over te brengen in vervangen
de activa.
3. Na bestudering van voorlopige
Plannen om te komen tot een belas
ting op vermogenswinst is de minister
tot de overtuiging gekomen dat dit
technisch wel uitvoerbaar is. Zijn stu
die zal vóór het eind van dit jaar
Worden beëindigd waarna vermoedelijk
een wetsontwerp zal worden opgesteld.
Het voordeel van deze belasting zou
zijn dat enige onbillijkheden in de in
komstenbelasting kunnen worden glad
gestreken. De schatkist zal er niet
meer inkomsten uit putten. Er zal bo
vendien rekening worden gehouden met
geleden verliezen op vermogens zoals in
de regering van 1956 destijds is aan
gekondigd.
b. Minister Hofstra staat sceptisch
tegenover de verbetering van het
klimaat voor de ondernemers," zo-
?i?hii de aandrang van dr. Lucas
vjhv-P.) interpreteerde, om onze wei-
Hen niet tekort te doen door een te
bedrbfeus belastingsysteem voor het
We] even- ®.i zei dat het mes
onde ens in de ®igen vingers van de
dat z£,fclners zou kunnen snijden om-
"'ets waarschijnlijk zou moeten
gaan met
^waartenhnf verschutven van het
zwaartepunt van de directe naar de
indirecte belastingen en dat betekent
koopkrachtvermindering. Immers de
regering kan niet inflatoir gaan fi
nancieren.
5. Minister Hofstra was het niet eens
ïftet znn partijgenoot Peschar (P.v.d.
A.), dat de investeringsaftrek nu lang
zamerhand wel kon worden afgeschaft
«n dat deze faciliteit een „douceurtje
Voor de ondernemers" zou zijn. --et
gaat hierbij wel degelijk om het bevor
deren van de werkgelegenheid. De in
vesteringsaftrek blijft voorlopig dus be
staan.
6. De termijn voor herkapitalisatie
zal niet worden verlengd. Wel wil mi
nister Hofstra een soepele toepassing
yan de bepalingen wanneer er sprake
yan „bonafide overtredingen" van
Qe termijn.
.Minister Hofstra heeft voorts het gro-
beerotw Vlan anderhalf miljard op de
canKSDuSt esProken en nam als uit-
voldoening a0'1 gevoel van vrij grote
gelopen beer„ede terugslag in het af-
ernstiger isii„ KSJaar niet "°g veel
toegeschreven aai?e5' D" Han .worden
door middel van ?e u?greep
king die het aft"»,?® bestedingsbeper-
Werkloosheïd vol^ns h"aa V®« ZnV
komen. Hij gaf voort. m -TfV
mistischer beeld van d»66?
toog staafden. In de maanden juli en
augustus is de produktie-index van 100
tot 101 gestegen.
Het monetair en daarnaast ook het
Sociaal evenwicht blijft bij de finan
ciële politiek het doelpunt der regering.
De minister zei dat bij de overheid
onvermoeid verder wordt gegaan met
het aanboren van alle mogelijkheden
fpt bezuiniging en afkappen van taken.
Hij noemde als voorbeeld daarvan de
beperking van de landbouwvoorlich
ting, de afschaffing van de havencom-
•hissariaten voor Amsterdam en Rot
terdam, het schrappen van onze
scheepvaartvertegenwoordiging m Ge-
nève en het afschaffen van de rijks
luchtvaartschool te Zestienhoven. Dit
laatste heeft een bezuiniging opgele
verd van 4,5 ton. Voorts hebben de ge
beurtenissen in Indonesië tengevolge
kehad dat belangrijke taken van de
ministeries van maatschappelijk werk
van buitenlandse zaken zijn ver
benen.
Over de efficiency in overheids
dienst deelde de minister mede dat
deze niet van boven af kan worden
gedecreteerd, hoogstens gestimuleerd.
Jr't moet van binnen uit komen en
daarnaar streeft de regering. Er zijn
het ogenblik ongeveer 70 krach-
opgeleid die binnen de departe
menten met de efficiency speciaal
«Ua belast. Minister Hofstra wees er
®°k op dat een enquête waaraan ver-
chiijpude landen hebben deelgeno
men heeft uitgewezen, dat Neder-
_?bd' de V.S. en Engeland op het
®®bied van de efficiency de beste
rderingen hebben gemaakt.
betreft de vier punten die dr.
ven •voor bezuiniging had aangege-
tie j' z,ei de minister: De radiodistribu-
keuri» kabinet een punt van nauw-
slotene, °yerweging geweest maar be
zetten r, j e voorlopig nog voort te
aanzio„iu? ?efensie-uitgaven zijn reeds
•hen besnoeid. Voortdurend blijft
vi'ordeJVerzoeken of nog verder kan
n gegaan. Niet direct urgente
Advertentie
Al gerookt?
er eerder moeten
rijn.
werken van waterstaat worden reeds
aanmerkelijk vertraagd. Ook het druk
werk van de verschillende departe
menten blijft voortdurend onder con
trole. Wel moest de minister in het al
gemeen vooropstellen dat elke afkap
ping van taken betekent dat er ergens
schade wordt toegebracht en dat men
deze zaak toch niet alleen financieel
kan bekijken.
Interessant was zijn beschouwing
over de vraag hoe ver kan worden ge
gaan met het opvoeren van het be
grotingstekort. De minister maakte
een onderscheid tussen de financie
ring langs de weg van de inflatie
en een financiering met deficis en
overschotten. Het eerste noemde hij
een gevaar. Het tweede een moge
lijkheid, wanneer tenminste zoals
thans op de kapitaalmarkt middelen
kunnen worden opgenomen, die an
ders toch braak zouden blijven lig
gen.
Minister Hofstra was van oordeel dat
uit ons nationaal inkomen 20 pet zal
moeten worden gespaard om Neder
land in staat te stellen in de Euro-
markt te kunnen blijven concurreren.
Er zullen zeer veel investeringen moe
ten geschieden, o.a. op het gebied van
de kernenergie, de verbetering van het
verkeer, het deltaplan, de PTT en in
het algemeen voor de aanvulling van
ons machinepark.
Na het aanhoren van deze verdédi
ging is de behandeling van de algemene
financiële beschouwingen geschorst,
om de fracties tijd te geven voor intern
beraad. Vandaag zal men verder gaan
met de replieken.
Advertentie
Al gerookt?
die had er eerder moeten zijn...
Advertentie
Al gerookt?
die had er eerder moeten zijn...
Met ingang van 1 november kunnen
de telefonische weerberichten voor de
bouwvakken weer worden beluisterd. De
grenzen van de vier rayons, waarin het
land is verdeeld, en de hiermede cor
responderende telefoonnummers van het
telefoonnet te Utrecht zijn onveranderd
gebleven. De tijden, waarop de weer
berichten kunnen worden beluisterd, zijn
echter verruimd. In het afgelopen win
terseizoen werd het telefonische weer
bericht voor de bouwnijverheid meer
dan 100.000 maal aangevraagd. Twee
ënhalf maal zoveel als in de winter 1956-
57.
Advertentie
die had er eerder moeten zijn...
Frankrijk heeft gisteren de Verenigde
Naties officieel van zijn voornemen,
op 1 januari 1960 onafhankelijkheid te
verlenen aan Frans Kameroen, in ken
nis gesteld, aldus meldt Reuter. Frank
rijk verzoekt de V.N. tevens op genoemd
tijdstip de beheerschapsovereenkomst,
op grond waarvan Frankrijk het beheer
over het Westafrikaanse gebied voert,
te doen ophouden.
De Franse afgevaardigde Koscziusko-
Morizet heeft de beheerschapscommis-
sie meegedeeld, dat het
Frankrijk, Kameroen onafhankelijkheid
te geven, onlangs in Parijs is genomen
bij besprekingen tussen de Franse mi
nister voor overzeese gebieden en ue
premier van Kameroen, Ahidjo. Kosc-
ziusko-Morizet zei nog, dat Frankrijk
volgend jaar een volksstemming in het
gebied wil laten houden onder toezicht
van de V.N.
(Van onze parlementaire redactie)
Staatssecretaris i -s. Schmelzer van
binnenlandse zaken, bezitsvorming en
P.B.O. heeft in de Eerste Kamer het
regeringsbeleid verdedigd om geen le
den van een van beide Kamers der
Staten Generaal aan te wijzen als
Kroonlid van de Sociaal Economische
Raad. In hoeverre de jeugdige drs. in
de economie erin is geslaagd om zijn
oudere en juridisch geschoolde tegen
standers te overtuigen van de juistheid
van het regeringsstandpunt, waarbij
staatsrechtelijke verhoudingen ten nauw
ste zijn betrokken, kan eerst worden
vastgesteld als over enige weken de
stemming heeft plaats gehad over een
motie van mr. Rip (A.R.), welke aan
het einde van het debat werd ingediend.
In de motie wordt aan de regering ge
vraagd om indien zij bij haar stand
punt blüft via de wettelijke goedkeu
ringsprocedure van een A.M.V.B. de
Kamer in de gelegenheid te stellen over
het regeringsstandpunt een oordeel uit
te spreken. De motie is mede onderte
kend door mr. Kropman (K.V.P.) en de
heer Oosterhuis (P.v.d.A.), maar er
zijn tekenen, die erop wijzen, dat in
ieder geval de K.V.P.-afgevaardigde
niet door zijn gehele fractie wordt ge
steund.
De hele kwestie was aan de orde ge
komen door een regeringsverklaring
over haar benoemingsbeleid t.a.v.
Kroonleden in de S.E.R. en een brief
aan de lagere P.B.O.-organen, waarin
erop werd aangedrongen eenzelfde ge
dragslijn te volgen. De regering zal ook
bij benoemingen in bijzondere commis
sies, die door de minister in overleg
met de S.E.R. moeten geschieden, vol
gens deze richtlijn tewerk gaan. Een in
de Senaat veel gevoeld bezwaar tegen
het regeringsbeleid was dat hiermee in
een "nverenigbaarheid wordt ge-
cnapen zonder de daarvoor vastgestel-
mlf ™e^re Yan A.M.V.B. met wette-
dot Ze"® werd gesteld,
is omdat'^yspndwetswijziging nodig
positie van dl ^?leid- gezien vanuit de
Pecrt aan d Kamer, beperkingen op-
lid te wordln.geU]kheid om Kamer"
Feiteljjke bezwaren tegen de onver-
Advertentie
enigbaarheid van het S.E.R.: met het
Kamerlidmaatschap waren er minder al
werd er van verschillende zijden op ge
wezen, dat het in beide organen van
belang kan zijn kennis te hebben van
de denkbeelden buiten de eigen kring.
Dat de combinatie van beide functies
bezwaren heeft, was volgens de tegen
standers van het beleid niet bewezen.
Drs. Schmelzer erkende dit laatste.
„De regering kan ook niet weten wat
er in het achterhoofd van iemand om
gaat." De staatssecretaris vond het
voldoende in deze delicate zaak
verschillende senatoren zijn S.E.R.-
lid of zijn het geweest dat gezien
de menselijke natuur werkelijke be
zwaren niet geheel zijn uitgesloten.
Maar ook afgezien daarvan, vond de
bewindsman hei onjuist dat S.E.R.-le-
den, die in die functie aan een ad
vies voor de regering hebben meege
werkt, later als Kamerlid over het be
leid van de regering hebben te oorde
len. Dit standpunt werd gedeeld door
de heren Kraayvanger (K.V.P.) en
De Wilde (V.V.D.).
Drs. Schmelzer had ook praktische
argumenten: „Laat niet enkele men
sen alles doen. Laten we niet zo be
nauwd zijn om eens een wat ruimere
kring te maken."
Over de staatsrechtelijke verhouding
zei drs. Schmelzer, dat het de regering
te allen tijde vrij staat om bij haar be
noemingen een bepaalde richtlijn te vol
gen, die zij in het algemeen belang acht,
ongeacht het feit, dat het samengaan
van beide functies wettelijk is toege
staan. Dit laatste was ook door mr.
Rip erkend en daarom vond de staats
secretaris het zo wonderlijk, dat deze
afgevaardigde niettemin met zijn mo
tie was gekomen. De benoemingen in
de bijzondere commissies stonden vol
gens de bewindsman in hetzelfde vlak
als de benoeming tot Kroonlid van de
S.E.R. Hij wilde echter wel erkennen,
dat door het advies aan de organisaties
deze onder een zekere druk waren ge
zet. Hij was dan ook bereid dit advies
in te trekken en de kwestie aan de
eigen verantwoordelijkheid over te la
ten. Maar hij bleef bij zijn standpunt,
dat de combinatie van functies zeer be
perkt dient te blijven.
De regering wenst echter geen starre
regeling en drs. Schmelzer had daarom
bezwaar tegen de motie, die- de rege
ring wil forceren een wetsontwerp in
zake de onverenigbaarheid in te dienen.
De motie komt in de volgende ver
gadering na een verder debat in stem
ming. Het wetsontwerp, dat de onver
enigbaarheid stelt van het S.E.R.-lid-
maatschap met enkele functies als mi
nister, staatsraad en bestuurslid van la
gere bedrijfsorganisaties weerd z.h.s.
aanvaard.
Door zijn uitstoting uit de Sovjet-
schrijversbond behoort Nobelprijswin
naar Boris Pasternak ook niet meer tot
de vertalersafdeling van de bond.
Hij verliest dus alle voorrechten, die
aan het lidmaatschap zijn verbonden.
De aangesloten schrijvers zijn niet aan
een bepaald tijdschema gebonden en
ontvangen maandelijks een vast inko
men van de bond, evenals representa
tie- en reiskosten.
Pasternak blijft zijn auteursrechten
ontvangen. Ook mag hij, althans voor
lopig, in zijn buitenhuis in de omgeving
van Moskou blijven wonen.
Volgens het Noorse communistische
blad „Friheten" heeft Pasternak weer
last gehad van een hartaandoening,
waaraan hij ook reeds eerder heeft gele
den. De correspondent van het blad te
Moskou schreef, dat Pasternak over zijn
hart klaagde, toen hij de schrijver vrij
dag bezocht.
In het buitenland vraagt men zich af
of de Sovjet-Unie hem in staat zal stel
len naar Stockholm te gaan om de prijs
in ontvangst te nemen, iaar in de
Sovjet-Unie is men er benieuwd naar
of Pasternak om toestemming zal ver
zoeken, aldus de correspondent.
In de Tweede Kamer hebben bij de
behandeling van de begroting van land
bouw de heren v. Dijk (WD) en Groen
(KVP) de aandacht gevraagd voor de
problemen van de tuinbouw. De heer
v. Dijk besprak vooral de verhoudingen
in Benelux en EEG. Hij vroeg de mi
nister om een uiteenzetting van de nieu
we marktverhoudingen die zullen ont
staan door deze internationale samen
werking. Eerst wanneer wij goed weten
waar wij aan toe zijn, kunnen de gren
zen definitief open gaan, niet omge
keerd: eerst grenzen open en dan maar
afwachten wat er met de tuiubouw ge
beurt. Daarvoor ziju de belangen veel te
subtiel.
De heer Groen (KVP) wees de minis
ter op het probleem, dat de volle-grond-
tuinders bedreigt, wanneer zjj door
overvloedige teelt met ernstige prijsda
lingen te maken krijgen. Heeft Z.Exc.
maatregelen achter de hand om in
dat geval de tuinders in een noodsitua
tie te hulp te komen? De minister be
denke dat de tuinders wanneer het hun
goed gaat door de belastingen geen ge
legenheid krjjgen om voldoende reser
ves te vormen terwijl zij ook niet pro
fiteren van vele sociale voorzieningen.
De kinderbijslagregeling gaat o.a. hun
deur geheel voorbij.
Een tweede onderwerp dat de heer
Groen aanroerde was de plannen tot
ruilverkaveling in Geestmerambacht.
Volgens hem zullen er buiten de ruil-
verkavelingswet om extra maatregelen
moeten worden getroffen om de finan
ciële consequenties van deze buitenge
woon kostbare en moeilijke ruilver
kaveling zonder schade voor de tuinders
tot stand te brengen. Gebeurt dit niet
dan zouden de tuinders behalve de extra
kosten nog 30 pet. van de normale kos
ten zelf moeten opbrengen. Hij achtte
dit te veel gevraagd.
Advertentie
die had er eerder moeten zrjn...
In het oerwoud van Noord-Malakka
is een stam ontdekt, waarvan de leden
nog de methode van het tegen elkaar
wrijven van stokken toepassen om vuur
te maken, aldus meldt Reuter. Britse
valschermjagers die dachten commu
nistische opstandelingen op het spoor te
zijn, omsingelden een kleine groep stam
leden die zeer verschrikt waren, maar
spoedig met voedsel en sigaretten op
hun gemak werden gesteld.
Men wist reeds van het bestaan van
de stam, maar het was nog niet moge
lijk met de leden in contact te treden.
De stam leeft van vis. bosvruchten en
kleine dieren. De soldaten dienden voor
verscheidene ziekten penicilline-in-
jecties toe. Er werd later door vlieg
tuigen voedsel uitgeworpen.
Egypte De Indonesische premier.
Djuanda Kartawidjaja, is gisteren uit
Cairo vertrokken, cp de terugreis naar
Djakarta. Tijdens zijn bezoek van enke
gen gevoerd met president Nasser.
Ie dagen aan Cairo heeft hij besprekin-
(Rtr)
Advertentie
die had er eerder moeten zijn...
60)
erg voor u, maar'd^sf^^V3.'8.
me
dat het weefsel veFs"letong? was niet gebroken door
gel geknoeid en lelijk ook mL EL^ .met d,ie sm"
juist niet de plaats om daf mlt 1- "i"5 u'er nu
ken. We zouden het dan l^L?16611,te bt^PIje"
straat kunnen doen." goed op de publieke
„U zei daar, dat er met j
was, als ik u tenminste goed heh vl® tlem gek'loeld
Perquin?" zegt een zachto stem m«nheer
Hoofdinspecteur Pieter Auguste Pmm,- T'
om alsof hfj door een wesp gestoken wer^nn'ne
laatste treden van de grote trap staat Claire Han est
en ziet hem vragend aan. nangsx
„Daar heb je het al, denkt Perouin pn hn uni
juist bij alles en nog wat gaan verzekeren dat Ti
hem helemaal verkeerd verstaan heeft, als Bergmans
in cherhbijnse onschuld al bevestigend antwoordt
Even blijft ze onbeweeglijk staan, dan rent ze' de
beide politiemannen voorbij en gooit de deur van de
gele kamer wijd open.
„Leontine! Leontine!" gilt ze schril.
Leontine Hangst springt overeind en ziet met een
mengeling van yerbazing en angst naar de kleine
figuur, die als verstard in de deuropening staat en
met een beschuldigende vinger naar haar wjjst.
„Claire! Je ziet er uit als een geest. Waarom ben
je
„Leontine! Jij! Jij, jij moordenaarster!" gilt Clai
re Hangst.
„Claire! Je bent ziek! Claire! O, god, ze is gek
geworden!"
„JijhebtHubertvermoordJij
endiehandlangervanje-
diepaardeknecht."
„Claire, je praat onzin. Hoe zou ik Hubert kun
nen vermoorden? Ik, die er mijn leven voor zou wil
len geven als ik hemals ik hem
Claire Hangst lacht honend.
„Ja, ja, ik weet het wel, je had het zo niet be
doeld. IkIk had Angel moeten berijden! Ik had
daar nu met een gebroken nek moeten liggenIk, en
niet Hubert, hè, Leontine?" En als haar schoonzus
ter een stap naar haar toe doet, begint ze te gil
len: „Help! Help! Laat ze mij niet aanraken met
haar moordenaarshanden! Help me toch voor ze rnjj
doodslaat!"
„Claire!" Gerard Slothouwers stem klinkt als een
zweepslag. Ze krimpt ineen en keert zich hulpeloos
naar hem toe: „Gerard, je moet zorgen, dat ze niet
bij me kan komen. Je moet zorgen, dat er niemand
bjj mij komt, ook hij niet." Ze wijst naar Pieter
Auguste Perquin, die haar nadenkend aanstaart.
„Hoor je, Gerrie, niemand, of," haar stem daalt tot
een gefluister, „ik sta voor de gevolgen niet in.
„Er zal niemand bij je komen," zegt Gerard
Slothouwer. „U heeft er zeker niets op tegen, inspec
teur Bergmans, dat ik mevrouw weer naar boven
breng?"
Inspecteur Bergmans mompeltblozend iets van
volstrekt niet en droeve omstandigheden en dat het
allemaal volkomen begrijpelijk is. Pieter Auguste
Perquin kijkt nadenkender dan ooit.
Leontine Hangst ziet de beiden na die verdwijnen,
de trap op, ze werpt een blik achter zich naar al
die verschrikte, ontdane gezichten in de gele kamer,
die zo vruchteloos hun best doen toch vooral een kal
me rust te tonen alsof ze niets gehoord hebben van
Claire Hangst's zo luid uitgeschreeuwde beschul
diging.
„U zult zeker wel ergens rustig en zonder zulke
storingen met inspecteur Bergmans willen spreken,
nietwaar mijnheer Perquin," zegt ze dan schijnbaar
beheerst. „De hal lijkt me nu juist niet de geschik-
ste plaats voor zulke gesprekken, wel?"
„Als we dat kamertje tot onze beschikking mochten
hebben, waar ik met Sjef Grefkens heb gepraat. Dat
zou voor dit doel uitstekend zijn, freule."
„Maar natuurlijk, mijnheer Perquin. En als er iets
anders is, dat u nodig mocht hebben, dan wilt u het
wel zeggen, niet? Ja„ Toon, wat is er?"
„Frulle, doar zijn ze mee de ambelans."
..Met de ambulance? Welke ambulance? Waar-
••evoor.Opeens komt er een uitdrukking van ver
schrikt begrijpen op haar gezicht, die overgaat in
afgrijzen.
„Mijnheer Perquin, dat is toch niet waar?' Ze gaap
toch Hubert nietweghalen!" fluistert ze bijna.
Freule, het spijt me meer dan ik zeggen kan, maar
het is absoluut nodig. U wilt toch ook dat deze zaak
tot klaarheid wordt gebracht?"
„Ja, o, ja, natuurlijk wil ik dat. Maar dat ze Hu-
bert, Hubert, oh! Neemt u mij niet kwalijk, vergele
ken bij wat er is gebeurd, is dit natuurlijkik
bedoel, het ergste is al gebeurd, wat er verder komt,
och." Ze heeft zich weer geheel hersteld, het lange
paardegezicht staat kalm. bijna uitdrukkingloos.
„Als u mij of wie dan ook van ons nodig mocht heb
ben, dan zijn we in de gele kamer. Ik zal zorgen, dat
er verversingen worden gebracht voor inspecteur
Bergmans," zegt ze vormelijk. En inspecteur Berg
mans mompelt blozend iets van helemaal niet nodig
zijn en vooral geen overlast willen aandoen. Dan
sluit de kamerdeur zich achter Leontine Hangst.
HOOFDSTUK XVI
„Een ellendige zaak. Ik hoop toch, dat ik op uw
medewerking mag hopen, mijnheer Perquin. Zoals
ik u al zei, ik heb nog nooit een moordEn dan
zo'n moord! Een moord in deze kringen! Hm, tja."
„Dus u is er nu ook van overtuigd, dat we hier
met een moord te maken hebben?"
„Maar natuurlijk, natuurlijk, de zaak is me nu,
om het zo eens uit te drukken, volkomen duidelijk.
Een moord. Of zouden we eigenlijk moeten zeggen
een vermeende moord? Het is nu wel zo helder als
glas, dat mevrouw Hangst het slachtoffer had moeten
zijn." Hij schraapt nadrukkelijk zijn keel. „Hm, tja,
zoals de zaken nu liggen is het psychologisch om zo
maar eens te zeggen, volkomen verklaarbaar. Mevrouw
Hangst en de freule, dat zijn toch wel zulke geheel
verschillende typen. En de freule was meesteres ge
weest op Ter Weem tot baron Hubert trouwde. En
als je dan bedenkt wat een snoezig vrouwtje me
vrouw Hangst is, bepaald een schoonheid én dat
de freuleNu ja, de freule is nu niet bepaald
jong meer en knap is ze nooit geweest. En dan zo
opeens de tweede viool te moeten bespelen
(Wordt vervolgd).
De Franse premier. De Gaulle, heeft
in brieven aan de Amerikaanse presi
dent, Eisenhower, en de Britse pre
mier, Macmillan, aangedrongen op
„nauwere samenwerking" tussen de
Westerse mogendheden. De landen die
belangen en verantwoordelijkheden heb
ben die zich over de hele wereld uit
strekken zullen meer overleg moeten
plegen en hun activiteiten beter moe
ten coördineren, zo wordt in het schrij
ven gezegd. Een en ander werd giste
ren medegedeeld door een .'oordvoer
der van het Franse ministerie van Bui
tenlandse Zaken, aldus melden Reuter
en U.P.I.
De woordvoerder haastte zich te ver
klaren, dat het voorstel van De Gaulle
in geen enkel opzicht een verandering
van de Noord-Atlantische Verdragsor
ganisatie inhield. In antwoord op de
vraag, of de Fianse regering op de bij
eenkomst van NATO-ministers in de
cember voorstellen zou indienen ter
verbetering van de militaire en politieke
organisatie van de NATO, zei de woord
voerder, dat Frankrijk en bepaalde an
dere NATO-landen zeker met suggesties
zouden komen om het bo dgenootschap
meer paraat te maken tegenover de
gevaren waardoor het wordt bedreigd.
Hij wilde hier echter niet verder op in
gaan. Andere landen, waaronder Italië
en ook de secretaris-generaal van de
NATO, Spaak, zijn op de hoogte gehou
den van de Franse denkbeelden, zo
verklaarde de woordvoerder.
Generaal Paul Ely, stafchef van de
Franse strijdkrachten. iringt in een ar
tikel, dat in het tijdschrift voor de
Franse nationale defensie zal verschij
nen, aan op een reorganisatie van de
verdediging van de vrije wereld, zo
meldt Reuter uit Parijs.
Volgens het Franse dagblad „Le
Monde", dat het artikel aanhaalt, zegt
generaal Ely, dat de westelijke de
fensie voornamelijk op een Europese
regionale strategie is gebaseerd.
Maar het Westen wordt bedreigd in
Zuid-Oost-Azië, het Midden-Oosten,
langs de zuidelijke k ten van de Mid
dellandse Zee en in Zwart-Afrika, al
dus de generaal. Hij spreekt zich uit
vooi een krachtiger regionale defen
sie in Oost-Afrika met het oog op de
zwakheid van het Westen in het Mid
den-Oosten.
De generaal wenst tevens, d3t do
vrjje wereld een „Afrikaans schild"
helpt opbouwen naar het patroon van
de Noord-Atlantische verdragsorga
nisatie, langs de as Parijs-Algiers-
Brazzaville met mogelijke uitbreiding
in noordelijke en znideïijke richting.
Henk van Someren in Rotter
dam is sinds zondag de trotse
drager van een onderscheiding,
het gouden Jan van Hoofkruis,
dat de moeder van de in het
verzet omgekomen Jan van Hoof
hem op de borst speldde wegens
het redden van een drenkeling.
Maar als u het ons vraagt, zou
ook de revers van mijnheer Van
Someren met een of ander lintje
getooid moeten zijn als blijk van
erkentelijkheid voor betoonde
moed, want hij heeft minstens
drie mensen het leven gered. En
nu heeft het zeer wispelturige
toeval gewild, dat Henk van So
meren zijn negenjarig neefje
Henk Giezen uit het water heeft
getrokken, terwijl vijf jaar eer
der vader Van Soméren vader
Giezen van de verdrinkingsdood
redde. „Zo vader, zo zoon" is
dus op beide families toepasse
lijk. Toen de vader van Henk
van Someren nog de leeftijd had
van nu zijn veertienjarige zoon
verrichtte hij eens een helden
daad, waar niemand getuige van
is geweest. Hij zag, hoe een klein
meisje op het dek van een bin
nenschip aan het schommelen
was en plotseling in het water
plonsde. De knaap ging er met
een achteraan, en even later zette
hij zijn kostbare last op de kade.
Maar toen hij een agent zag
naderen nam hij de benen, nat
en wel, want zijn ouders moch
ten het eens te weten komen.
Die zouden direct hebben kun
nen concluderen, dat hun zoon
tje op het ogenblik van zijn
kranige redding druk aan het
spijbelen was. En pa en ma Van
Someren plachten dat hoog op
te nemen. Maar mede aan dit
schoolverzuim heeft tenminste
nu een vrouw het leven te dan
ken. Intussen dient nu Henk
van Someren het middelpunt
te zijn van ons verhaal,
zoals hij het gisteren was op de technische school St. Jozef aan
de Baljuwstraat te Rotterdam, waar Henk zich bekwaamt in het elektro
technisch bankwerken. Hij had zijn onderscheiding, een lint met een kruisje,
natuurlijk meegenomen om zijn vrienden te laten zien, en tal van malen
werd hem gevraagd, waar hij zijn medaille nu wel aan te danken had. Het
kostte hem warempel moeite om zich de juiste toedracht te herinneren,
want behalve thuis had hij er met niemand ooit over gesproken. Het was
immers niets bijzonders geweest. Op de 25ste juli van dit jaar waren hij
en enkele vriendjes, onder wie ook Henk Giezen. aan het spelen geweest in
de buurt van de Wijnhaven en het Bolwerk in Rotterdam. Toen Henk van
Someren na afloop naar huis wilde en vast voorop was gaan lopen, hoorde
hij een plons. Hij dacht eerst aan een steen en keek niet eens, maar opeens
klonk hulpgeroep en Henk snelde terug naar het water, waar zijn neefje na
een struikeling in bleek terecht te zijn gekomen. Hij riep hem toe flink te
spartelen om zo te trachten boven te blijven. Zelf klom Henk op een duc-
dalf en deed een greep in de haarbos van zijn neefje. Maar Henk Giezen
gleed naar de diepte. Toen hij weer boven kwam vatte „grote" Henk diens
hand en trok hem uit het water. Zelf had hij zich niet te water durven
begeven, want hij was toen de zwemkunst nog niet machtig. Nu wél, en
Henk is van plan om binnenkort het verkennersinsigne „zwemmenaan
zijn pas verworven decoratie toe te voegen. Het Jan van Hoofkruis is
overigens wel het laatste, waar Henk en zijn ouders op hadden gerekend.
Mevrouw van Someren had het voorval eens voor de aardigheid verteld aan
hopman J. Marsé van de Rotterdamse verkennersgroep "die naar de Nij
meegse verzetsman Jan van Hoof is genoemd, en deze verkennersleider paf
het verslag direct door naar de Nationale Padvindersraad, die de gouden
Van Hoofmedaille heeft ingesteld voor daden van bijzondere moed. Henk
van Someren kan goed leren, zegt zijn vader. Misschien brengt hij het nog
wel tot ingenieur. Hij heeft in elk geval bewezen op kritieke ogenblikken
over tegenwoordigheid van oeest te beschikken. De „Zwaluwen" hebben een
goed patrouille-leider aan Henk.