HAAGSCHE COMEDIE speelt Ferènc Molnars „Olympia"' Uitstekende, gedurfde keuze van Geloof en Wetenschap Het hart op de tong Haringbuys wordt gesloopt Speelgoed voor St.-Jozefkinderhuis V ier sprong de karakteristiek souvenir van oud-Aerdenhout verdwijnt DOOR EEN ZATERDAGSE BRIL H H' ZANDYOORTERS WAREN BESTE KLANTEN VAN OUDE HERBERG tyouue/p Aandacht voor: r attenbestrij ding SLEUTEL WEG? NEON ZATERDAG 13 DECEMBER 1958 PAGINA 3 Salaris Permanent Invisible Nationale badminton kampioenschappen in Haarlem Vandaag en morgen in het Krelagehuis Bloemendaal ook weer in Volkscredietbank „DE SLEUTELSPECIALIST" Gisteravond heeft een schouwburg zaal vol leden van „Geloof en Weten schap" genoten van de voorstelling van Ferènc Molnars comedie „Olym pia" door de Haagsche Comedie. De sfeer van het decadente hofleven tegen het einde van de Oostenrijks- Hongaarse dubbelmonarchie, die in „Olympia" wordt opgeroepen, is die waarin het Haagse gezelschap zich thuisvoelt. Het blinkt erin uit, zoals ook gisteravond weer bewezen werd. Men mag het bestuur van „Geloof en Wetenschap" gelukwensen met de keuze van dit stuk, deze licht voetige, nogal ondeugende comedie. Die keuze was misschien een beetje gedurfd, maar zij bewees in ieder geval, dat men open staat voor amusement, dat doorgaans buiten de katholieke kring meer waardering ondervindt. Ferènc Molnar, de in 1952 overleden Hongaarse toneelschrijver van Joodse afkomst, heeft met zijn stukken altijd veel succes gehad. En wel, omdat hij zoals alle grote toneelschrijvers precies wist wat het grote publiek graag wilde horen en zien. In ..Olympia'' biedt hij de romantiek alle kansen: hij roept een Oostenrijkse prinses op, die spelender wijs verliefd wordt op een Hongaarse cavalerie-officier van boerse afkomst. Hij toont het spel van kat en muis, laat op de officier een zware verdenking vallen, die achteraf blijkt ongerecht vaardigd te zijn. Hij geeft zijn nogal drastische versie van het bijbelse „oog om oog en tand om tand", en laat het tweetal elkgar tenslotte toch niet „krijgen". Deze teleurstelling hoort bij de romantiek van rond de eeuw wisseling. Men behoeft zich slechts enkele operettes van Robert Stolz te herinneren. De voorstelling herinnert overigens in vele opzichten aan de operette. Joris Diels had als regisseur voor die operette-sfeer gezorgd. Hij liet zijn actrices en acteurs met juist voldoende charge spelen om te laten blijken, dat hij het gebeuren ook niet serieus nam. Molnar heeft dat evenmin gedaan. Hij heeft immers willen amuseren, maar dan met een ondertoon van bijna cynische satyriek. Lisette van Meeteren had voor een voortreffelijk, sierlijk, open en op zichzelf al decadent decor gezord en haar costuumontwerpen waren van een grenzeloos geraffineerde verfijning. Maar ook daarin juist det tikkeltje overdaad, dat bewees hoe betrekkelijk men dat alles diende te zien. De overbekende Weense muziek was juist bombastisch en geforceerd genoeg om die sfeer mede te bepalen. Er werd voortreffelijk toneel ge speeld: Ida Wasserman weer eens in een grote rol. Uitstekend van gebaar en mimiek, traag en vermoeid als de moeder van de prinses. Elisabeth Andersen, virtuoos als de verliefde prinses, die alle schakeringen tussen liefde en haat in een oogwenk weet voor te toveren. Toch zien we haar liever in een moderne comedie. Haar under-statements passen daarin toch beter. Coen Flink als de charmante cavalerie-officier, de enige forse figuur, die tegenover zijn geliefde toch ook fragiel-zacht kan zijn. Gijsbert Tersteeg als de half-seniele graaf Albert, die ondanks alles toch een onmiskenbare allure toont. Johan Valk speelde een van de meest komieke bijrolletjes, die ik ooit van hem gezien heb. Hij wat de gendarme-overste, bombastisch, dom, serviel en naïef. Joris Diels als de vader van de prinses chargeerde naar mijn smaak iets teveel, maar desondanks hartveroverend raak typerend. Alleen Kitty Kluppell als gravin Lina, de vlijmscherpe intrigante, viel uit de toon. Zij miste de aristocratische allure en zei haar tekst veel te weinig genu anceerd. De voorstelling als geheel was dus overrompelend, zij het iets te traag van tempo. Voor minderjarigen is dit stuk met zijn gedurfde insinuaties en toespelingen beslist niet geschikt. J. W. v. d. V. (De in deze rubriek geplaatste BRIEVES VAN LEZERS vaUen buiten de verantwoor delijkheid der Redactie. Anoniem ingezon den brieven worden terzijde gelegd.) Met grote belangstelling heb ik in uw blad van 9 december een advertentie gelezen waarin sollicitanten werden op geroepen voor de vacature „Secretaris van de Pensioenraad". Salaris: 1227 tot 1475 per maand. Nu kan ik mij levendig indenken, dat de gevraagde personen zeer grote capaciteiten moeten bezitten, maar ik kan mij moeilijk voorstellen, dat het salaris van dezulken nu juist drie en zelfs viermaal groter moet zijn dan van andere mensen, die in een mindere dienstbetrekking zijn. Of kost een broodje of een pondje vlees voor hen meer dan voor de laatstbedoelden? Als de toestand van de schatkist in derdaad niet rooskleurig is, zou het dan niet beter zijn om zelke overdreven salarissen niet aan de openbaarheid prijs te geven en zou het in ieder geval niet beter zijn om deze lonen drastisch te verlagen? Zwarte lonen van plus minus f 100 tot f120 mogen niet uitbetaald worden op straffe van vervolging, ter wijl deze in vergelijking nog maar 50% bedragen van het in de advertentie vastgestelde salaris of zou een bouwvak arbeider minder VAKbekwaam zijn dan een secretaris? J. C. TOOR Haarlem. (Men moet altijd oppassen voor sim plistische redeneringen. In de oproep voor de bedoelde functie staat, behalve het salaris, nog meer vermeld, namelijk: „Vereisten: leeftijd minstens 35 jaar academische of daarmee gelijk te stellen vorming. Capaciteiten benodigd om lei ding te kunnen geven aan 600 man, met alle daaraan verbonden problemen van personele, bedrijfsorganisatoriche en financiële aard. Geschiktheid tot oor deelvorming over vraagstukken van pensioenrechtelijke aard." RED.). De Viersprong in Aerdenhout om streeks de eeuwwisseling, genomen vanuit de Zandvoortse richting. Links op de foto ziet men de her- berg-tolhuis „Het Klaphek", zo genoemd, omdat op die plaats tol geheven werd voor het gebruik van de Zandvoortselaan. Het tolhuis heette voordien de „Haringbuys" en nog eerder „Het Guide Claver- bladt". Er tegenover ziet men op de foto de villa „Bosch en Land- zigt". die juist dezer dagen leeg is gekomen, maar overigens vrijwel in haar oude staat gebleven is. [et lot van de „Haringbuys", het oude tolhuisje bij de Viersprong A in Aerdenhout, is thans definitief be- (ATV zegeld. Ten behoeve van het steeds toenemende Zandvoortse recreatie- verkeer is verbreding van de Zand voortselaan allernoodzakelijkst ge worden. Aan de „Overveense" kant van de voor het verkeer beruchte „fuik" van de Viersprong zullen, zo hebben Bloemendaals vroede vaderen besloten, enkele gebou wen, zoals het wijkgebouw „De Stal" (waaraan niet veel verloren gaat), maar ook de „Haringbuys" gesloopt moeten worden. Pogin gen, die het gemeentebestuur on dernomen heeft om het oude tol huisje voor het nageslacht althans op een andere plaats te bewaren, zijn op niets uitgelopen. Het Openluchtmu seum in Arnhem toonde in beginsel Wel enige belangstelling voor oude tolhuizen, maar gaf bij deskundige Visitatie te kennen, dat de „Haring buys" zich niet meer in haar oor spronkelijke staat bevindt en eigenlijk geen „museumstuk" is. Het voorma lige tolhuis zou in Arnhem niet alleen gerestaureerd, maar ook volkomen in zijn oude indeling gereconstrueerd moeten worden. Dat zou te hoge kos ten vergen van het Openluchtmuseum, dat bovendien reeds twee tolhuizen bezit, die stuk voor stuk mooier zijn dan de „Haringbuys" op het ogen blik is. Met de „Haringbuys" verdwijnt dus zeker geen bouwkundig monument van onschatbare cultuur-historische waarde. Des te meer gaat er een ka rakteristiek souvenir verloren, een in de loop der jaren steeds meer ver eenzamend overblijfsel, dat aan de tijd herinnerde toen Aerdenhout nog geen levendige forensenplaats was, maar een rustig en voornaam lustoord ioor rijke buitenplaatsbezitters, die 's zomers verpoosden in een bosrijk gedeelte van de gemeente Bloemendaal, dat wat de autochtone bewoners betreft, eigenlijk nauwelijks een gehucht was. Er woonden tot voor een jaar of tach tig in Aerdenhout enkele welvarende tuinders of veehouders die hun grond merendeels pachtten van de buitenplaats- bezitters. De andere „gewone mensen" waren boswachters en duinarbeiders, die er het genoeglijk voortrollende leven van de Pootse „geruste landman" sle ten. De laatsten zullen hun verpozing stel lig gevonden hebben in de „Haringbuys", die vroeger behalve tolhuis ook een „neringrijke" en welbeklante herberg was, lange tijd de enige ter plaatse. Tegen het vallen van de avond waren de Zandvoortse visventers en voerlie den vaste klanten van de „Haringbuys", waar ze na in Amsterdam en Haarlem gedane zaken even een geestrijke hart versterking tot zich namen. Tevoren hadden de Zandvoorters (mannen en Vrouwen, die volgens de traditie „heel wat aan konden") dat al gedaan in een andere herberg in de buurt, op de hoek van de Wagenweg en de Zandvoorter- laan in Heemstede, die de zinvolle naam van „De laatste stuiver" voerde, maar bij de „Haringbuys" moest iedereen weer afstappen, omdat de herbergier daar tevens pachter van de tol was, die voor het gebruik van de Zandvoorter- laan geheven werd. Bij de „Haringbuys" was vroeger ten bfhoeve van de tolgaarder-kastelein een Klaphek dwars over de weg, die er daarom nog zo smal Is. Die tolrechten, laatstelijk eigendom van de erfgenamen der Amsterdamse kooplieden die in 1826 de Zandvoorterlaan lieten verharden en van het oude vissersdorp een badplaats maakten, werden pas een jaar of vijftig geleden door het gemeentebestuur van Bloemendaal afgekocht, en als gevolg daarvan stierf ook het getap van de „Haringbuys" spoedig daarop uit. Dat was juist ten tijde, dat de „automobiel" min of meer schoorvoetend haar entrée maakte, dat er in Aerdenhout op grote schaal gebouwd werd omdat er zo n ideale tramverbinding was, en in de tijd, dat het pootje-baden in Zandvoort voorgoed populair begon te worden. Daarmee was dus ook het verkeers-pro- bleem geboren, dat nu de welbekende „voorzieningen ten koste van Aerden hout" vergt. Bosch en Landzigt si oucle tolhuisje vervreemdde sdien sleeds meer van zijn omge- AtrdfnhZfffi''?™ de Viersprong in ten behoeve vaZ Zn9J> P morden zakelijke weni£\ dc daar zeer n0°d- ristiek souvenir rdredm9- Een karakte- i 7ni j lan een vroeger Aer denhout zal daarmee verdwijnen. De „Haringbuys" was toï vffr een aar of vijftig een tolhuis annef taloerii en het komt als zodanig reeds uom on een kaart van 1566. Aan de tfruisvensters in de zijgevel te zien is het gedeeiteWk 17e eeuws, maar blijkens fet oordeel van deskundigen van het Arnhemse Openluchtmuseum is het m zijn huidiap toestand niettemin geen echt museumstuk". ving, al moet gezegd worden, dat juist aan de Viersprong veel van het oude bewaard gebleven is. In een prachti ge entourage van oude bomen en een weilandje ziet men er alleereerst het statige buitenverblijf „Bosch en Land zigt" van de grafelijke familie Van Randwijck, de 17e eeuwse boerderij van Mariënbosch en een restant van een vroegere boerderij „Vaart en Duin". Huize „Bosch en Landzigt" is juist dezer dagen leeg gekomen. Het is nog niet bekend, wat er mee ge beuren zal, maar zeker is, dat het plan er een hotel in te vestigen (het zoveelste hotel-plan in of om Haar lem schipbreuk geleden heeft. De Viersprong, van de eeuwenoude noord-zuidverbinding langs de duinrand en de weg naar Zandvoort die in tegenstelling tot het rulle „Visserspad" door de duinen vroeger ook „Wagen weg" genoemd werd is ook het histo rische hart van Aerdenhout. Vierhon derd jaar geleden was er al een her berg, het „Guide Claverbladt" op de plaats, waar nu de „Haringbuys" staat. De oude wegen waren destijds nog niet verhard en het noodzakelijke onderhoud werd bekostigd door het heffen van tol gelden. In de 17e eeuw waren er zelfs twee herbergen aan de Viersprong, naar wijlen mevrouw J. M. Sterck-Proot me dedeelt in haar „Geschiedenis van Aer denhout" (uitgegeven door de Vereeni- ging „Haerlem"), waaraan wij een en ander ontlenen. De tweede herberg heette „De Anderenhout" (in tegenstel ling dus met de Haarlemmer Hout) en daaraan zal Aerdenhout wel zijn naam danken. Blijkbaar als gevolg van de be langrijke Zandvoortse klandizie veran derde de waard van het oude „Guide Claverbladt" in de 18e eeuw de naam van zijn instelling in de „Haringbuys". Acht Guldens Bier Hoe mooi het er vroeger was kan men lezen In een curieus boek: „Hollands Ar- kadia, of Wandelingen in de Omstreeken van Haarlem", in 1804 verschenen van de hand van de Haarlemse uitgever A. Loosjes Pz., die een Rousseau-achtig ge zelschap al dialogerend ten behoeve van zijn lezers laat wandelen. Hij vertelt ook van een merkwaardig vers op per kament, dat in de „Haringbuys" ingelijst te bewonderen viel, en dat er in 1877 nog was blijkens F. Allans „Geschiedenis en beschrijving van Haarlem": Machine 9. GEDENKSTUK VAN DEN HERTOG VAN LANGEVELD Als men sestienhonderd en twintig schreeven, Was de Hertog van Langeveld in t fleur van sijn leven, Kwam in den Aardenhout in 't Gulae Claverbladt, Heeft een maaltijd gedaan van twee uuren, en at Dees nabeschreven spijs en drank, soo de waard vertelde, Die hem de spijs en drank met sijne hand bestelde Acht Ponden roggebrood en vier Terwebollen fijn, Thien pond Soetemelks Kaas en Haring een dozijn. Nog liet hie metter haast ook door het keelgat snappen Het Goed Acht Guldens Bier omtrent de veertien flappen. De Waard reekent het gelag, hier wel ter deeg op let: 't Beliep de Gulden vier en nog vijf stuivers net." Het gelag is natuurlijk bijzonder goed koop, en dat was het al voor honderd vijftig jaar in de ogen van het Rous- seau-gezelschap en omdat er, naar de geschiedschrijfster van Aerdenhout mededeelt, nooit hertogen van Lange veld, maar vroeger wel veel autochtonen van die naam daar in de buurt geweest zijn, zal het versje wel een eigentijdse en grappige reclame-stunt zijn. Veel meer, dan wie er opvolgend eigenaar en pachter van de „Haringbuys" waren, zou er verder niet te vertellen zijn over het nu tot verdwijnen gedoemde tolhuis, dat zijn aantrekkelijkheid op het ogen blik overigens uitsluitend nog maar ontleent aan die herinneringen. Advertentie Wagenweg 29 - Haarlem Tel. 20518 HAUTE COIFFURE Een ideale coiffure, bestand tegen ons vochtig en winderig klimaat Van 13 tot en met 22 december or ganiseren de gemeenten weer op initia tief van het ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening de gro te, jaarlijkse bestrijdingsaetie van de bruine rat. Iedere nacht wordt door de ongeveer 10 miljoen ratten in ons land voor gemiddeld 140.000 schade aange richt. Per jaar betekent dat een scha depost van 50 miljoen. Om de bruine rat te bestrijden kan men te allen tijde de gemeente-reini gingsdienst te hulp roepen, die in vele gevallen gratis gifmateriaal ter be schikking stelt. Zodra ergens ratten geconstateerd*worden, moet onmiddel lijk worden ingegrepen. Ook wanneer het om „slechts" enkele ratten gaat, want één rattenpaar brengt per jaar ongeveer 200 jonge ratten voort. Voor al voor de agrarische bevolking is het optreden van de ratten een plaag, die de krachtigste afweermiddelen vergt. Het is ook niet voldoende om de rat tenbestrijding te beperken tot die ene week, die daarvoor van overheidswege is aangewezen. Men moet het gehele jaar op zijn hoede zijn. Samen met bu ren moet men een zo groot mogelijk gebied ratvrij maken, en men moet er vooral op toezien, drt de ratten geen mogelijkheid hebben om zich binnens huis of bij voorraden levensmiddelen op te houden of te nestelen. Vuilnisbel ten, grachten, vaarten en kanalen moe ten regelmatig, om de twee of drie maanden, worden gereinigd. Zonodig kan m-n bij de reinigingsdienst de rat ten- en muizenbestrijders te hulp roe pen, die een speciale opleiding hebben gevolgd in het verdelgen van dit ge dierte. Vandaag en morgen wordt in het Krelagehuis in Haarlem gestreden om de nationale badmintontitels. Boven dien vindt een B- en C-toernooi plaats in enkel- en alle dubbelspelen. De be langstelling is overweldigend en de or ganisatoren moesten liefst honderd achtentachtig spelers en speelsters af schrijven. In de A-afdeling nemen zesentwin tig heren aan het enkelspel deel, waar van wij willen noemen De Wit, Seth Paul, Veentjer en Meijer maar deze kanshebbers zullen ernstig rekening moeten houden met de opkomst van de jeugd. Bij de dames zal de Duinwjjck- speelster mevrouw E. Robbé haar titel moeten verdedigen tegen twaalf can- didaten onder wie de dames Quist, Ha- ye, Van der Swelm, Kemps en Grooten- haar. Vierenveertig dubbels zullen hun krachten in de A-afdeling meten. Het toernooi begint vandaag en zal tot vanavond elf uur voortduren. Zondag worden om negen uur de wedstrijden voortgezet en men hoopt 's middags om drie uur met de finales een aanvang te kunnen maken. In totaal komen twee- honderdvüftentwintig deelnemers bin nen de lijnen. Ook Bloemendaal doet weer mee met de Volkscredietbank in Haarlem. B. en W. stellen de raad voor om nu voor twee jaar de betreffende gemeenschap pelijke regeling aan te gaan. De be doeling is eigenlijk om de regeling voor vijf jaar in het leven te roepen, maar het werd algemeen beter geacht een kortere periode te nemen, waarin de bank zich dan herstellen kan van de recente moeilijkheden. KAB, HAARLEM Woensdag 17 de cember houdt de KAB, afdeling Haar lem een wetgevende vergadering. Op de agenda staan onder meer de begro ting voor 1959 en de behandeling van de van de kringen binnengekomen voor steilen. Een uitzonderlijke collectie speel goed is deze week de eigendom ge worden van het St. Jozef Kinder huis aan de Zijlsingel in Haarlem. Het is een geschenk van kinder vrienden, die daarmee een verzame ling hebben bijeengebracht uniek in Nederland. Voor het grootste gedeel te is dat te danken aan de activi teiten van een Zandvoorter. die nauwe betrekkingen onderhoudt met het kinderhuis. Door toevallige om standigheden werd hij executeur van het bezit van een zeer welgestelde familie. Daaronder bevond zich ook de collectie speelgoed, die hij onmid dellijk voor het kinderhuis bestemde. oensdag heeft de Haarlemse gemeenteraad een be langrijk besluit genomen. Zoals het vaak bij belangrijke za ken geschiedt, is er ook nu geen woord te veel aan gespendeerd, of beter: er is geen enkel woord ge vallen. Een stevige tik van de voor zitter op zijn tafel was voldoende om 25.000 te voorschijn te toveren ter verjonging van de Haarlemmer Hout. Dat geld is nog maar bedoeld voor één jaar. Volgend jaar is er op zijn minst eenzelfde bedrag no dig, een jaar later weer, en dat moet zo een kwart eeuw doorgaan. In totaal moet Haarlem ongeveer 600.000 neertellen voor zijn Hout. Het heeft mij plezier gedaan, dat er nu geen enkel raadslid zich van zijn zetel heeft verheven om tegen die uitgave bezwaar te maken. Mis schien was er een enkeling, die er een nacht niet rustig van heeft ge slapen en die graag een waarschu wende vinger zou hebben opgesto ken om de goegemeenschap te be zweren het gemeentelijke geld niet over de houten balk te gooien. Maar de man heeft zijn mond gehouden. Natuurlijk. Hij zou zich geblameerd hebben, in Haarlem en heel het land. Weet u nog, hoe enkele jaren ge leden een Haarlems raadslid de euvele moed aan de dag legde om te trachten de Damiaatjes het zwij gen op te leggen. De goede nian heeft het geweten. Geen krant in Nederland, die zichzelf respecteer de, of zij nam het on-Haarlemse raadslid onder vuur. De man moet er eeuwig spijt van gehad hebben die kruistocht tegen de Damiaatjes begonnen te zijn. Met een zware nederlaag moest deze kruisridder de aftocht blazen, de ervaring rij ker, dat je in Haarlem wel veel kunt doen, maar niet alles. In de laatste vergadering van de gemeenteraad is er dus geen woord van protest gehoord, en bin nenkort zal officieel met de Hout begonnen worden. Een verjongings kuur heet dat. Een langdurige kuur, di° veel schoonheidsfouten zal weg nemen, maar ook vele herinnerin gen. Want het hakmes zal er dras tisch ingezet worden. Bomen, die jarenlang trouw de wacht hebben gehouden, zullen sneuvelen op het veld van eer. Voor onze generatie zal het gezicht van de Hout onher kenbaar worden. Met de verjonging gaat juist onze jeugd verloren. Het toeval wilde, dat juist van de week bij ons thuis tussen een hoop oude en vergeelde paperassen een foto te voorschijn kwam van mijn eerste bezoek aan de Haarlemmer Hout. Een hef plaatje volgens de getuigenis van anderen: een jon getje van hooguit anderhalf jaar in een hoog op de wielen staande kin derwagen, voortgereden door de jonge moeder, stralend wit in een zomerse Hout. De bomen, die er rond heen gegroepeerd staan, zul len nu ongetwijfeld ten dode staan opgeschreven. Met hen zal voorlo pig de arcadische sfeer zijn verdwe nen, totdat de nieuwe jeugd oud ge noeg zal zijn om voor onze klein kinderen tot romantisch toevluchts oord in een nog meer verzakelijkte tijd te dienen. Iedereen heeft zijn eigen herinne ringen. Mocht u die hebben, pelgri meer dan, desnoods in de pracht van de winter, ten laatste naar uw jeugd in de Hout. Misschien vindt u nog net op tijd de boom terug, waarin u zoveel jaren geleden de naam gegrift hebt van de jongen of het meisje ooit de geliefde van uw dromen. Misschien bent u er nu zelfs vijf en twintig, veertig, vijftig jaar of nog langer mee getrouwd. Neem haar of hem dan mee. En betreedt met schroom wat eens voor de Germanen is geweest en Voor u is gebleven: het heilige woud. Ge loof me, als ge huiswaarts keert, zult ge ook zelf een verjongingskuur ondergaan hebben. et seizoen loopt ten einde, en groeit naar zijn hoogtepunt, het feest van Kerstmis. De mijter is uit de etalages verdwenen de rode kerstklok, geluid door dat dwergelijke kerstmannetje, is er voor in de plaats gekomen. In de kerken klinkt het Rorate, maar in soms bedompte oefenkamertjes worden de kelen geschraapt voor kerstliederen, vol sluimering en toe-gesloten oogjes. De sfeer van het jaar is er naar. De weemoed hangt over mijn papier, het weer is miezerig en de giften voor de Stil le Armen (vergeet ze niet) druppe len wat heviger binnen. Dit jaargetijde boeit mij in hevi ge mate. Want ik vind het een vondst, dat her en der in de stad de oliebollenkramen weer verschenen zijn, profane lichtpunten in een don kere tijd. De geur van vet komt je al van verre tegemoet, de mannen en vrouwen in hun witte, vetvlekke- rige schorten staan te gloeien in een verdampte lichtschijn en met de allure van goochelaars prikken zij de bollen op. Geen groter plezier prettiger gewaarwording dan met dan daar naar te kijken, geen zo'n stel hete bollen thuis te komen. Daarom houd ik van dit seizoen. En daarom mogen zij mij gerust olie bol noemen. Maar dan een oliebol met een bril op. LJ gCl UOl OilC Ieder die zich temidden van al het moois zou bevinden, zou zijn hart sneller voelen kloppen; hij zou willen, dat hij een hele dag daar mocht „grasduinen". Hij moge an- ti-militairist zijn, hij zou dat begin sel over boord werpen en zich met de kinderen van het huis met hart en ziel geven aan het „oorlogje-spe len". Hij zou zich in zijn element voelen, want regimenten soldaten staan hem ter beschikking wa pendragers uit verschillende tijdvak ken: uit de Franse revolutie van het einde der achttiende eeuw en uit de Napoleontische tijd. De collectie be vat ook vuurwapenen, ouderwetse kanonnen en wat dies meer zij, zelfs op schaal gemaakte slagschepen. Paarden en wagens en tal van an dere attributen waaronder een complete burcht vindt rrien thans in het kinderhuis aan de Zijlsingel. Maar toen de sluier die nog om het geschenk hing, werd opgelicht, stond nog iets de jongens te wachten, dat hun zou doen overlopen van geestdrift, twee spoorwegemplace menten, een degelijk ouderwets en een moderner stel, fijner van uitvoe ring. Het was een overweldigend ge schenk, dat de jongens ..machtig" en „hardstikke link" vonden. Ande ren gaven aan hun bewondering ui ting door slechts een bescheiden „Oooh". De zusters Carmelitessen, die het kinderhuis St. Jozef leiden, waren niet minder enthousiast dan hun pu pillen, want ook voor hen betekent het een belangrijke vooruitgang in hun streven de kinderen een goede vrije-tijdspassering te bezorgen. Maar niet minder geestdriftig wa ren zij over hetgeen hun zelf werd aangeboden, zij het nog in de vorm van een maquette. Vooral de twee enzeventig-jarige zuster Rita is zeer gebaat bij het geschenk, want haar werk wordt er aanzienlijk door verlicht. Nu nog komt zij 's morgens in alle vroegte uit de veren om in een vervallen hok de kachel aan te maken en de was van het huis te gaan doen. Door middel van de ma quette werd haar een uiterst moder ne installatie aangeboden die haar het was-, droog- en strijkwerk uit handen neemt. Ook dit cadeau was het resultaat van de activiteiten van bevriende relaties van het St. Jo zef Kinderhuis. Voordat de nieuwe installatie aangebracht is dat zal gebeuren, wanneer de nieuwbouw v an het huis tot stand is gekomen krijgt zuster Rita de beschikking over een wasmachine, die door di verse accessoires haar werk in be langrijke mate zal verlichten. laneri entte LANGE VEERSTRAAT 10 TEL 11493 Advertentie Koninginneweg 6 - Telefoon 14024

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1958 | | pagina 3