liillli I Helder doordacht bouwwerk in eigentijdse stijl „KUNST ZI J ONS DOEL" Expositie op vrij hoog peil Conventioneel als kerk-type tyouu/ef) DOOR EEN HERDERLIJKE BRIL H liiiiilpl êmmmnrn: a Wezenlijke bouwkunst DE HOUTWERF N. V. WBmrn^mmbh WOENSDAG 24 DECEMBER 1958 PAGINA 3 .V'.' UvV v BSHl H iMii.ijj' bus*!' mm* mmf, Te weinig rust Verlevendiging Sfedebouwkundig BRUYNZEEL KEUKENS en KASTEN Kerstboom op het Van Zeggelenplein Bezoek aan Kennemer- duinen toegenomen PHILIPS AUTO-RADIO Inbouw en reparaties H.H. MISSEN MET KERSTMIS Bakker botst tegen vrachtauto ■4 i HAARLEM IS EEN KERK RIJKER Haarlem is een kerk rijker geworden: duidelijk een KERK en duidelijk RIJKER! Wij hebben het gebouw dat aan de parochie van de H.H. Petrus en Paulus in de wijk Oud-Schoten toebehoort met kritische belangstelling bezichtigd. Dat de nieuwe kerk aan de noordelijke standsrand duidelijk een KERK is, wil zeggen dat de haastige voorbijganger geen moment in twijfel verkeert over het doel van het bouwwerk dat hij passeert. Het draagt duidelijk de kenmerken die bij een ieder onmiddellijk het begrip „kerk" oproepen. In feite wil dit zeggen dat er een duidelijke aansluiting is bij de traditie. En inder daad: al ziet de kerk er modern uit van lijn en materiaal, in wezen is het gebouw als kerk van het conventionele type. Men moet weten, dat rond de hedendaagse kerke- bouw een gesprek gaande is dat uitgaat van een bezinning op de situatie van nü. Van zielzorgelijk standpunt uit vraagt men zich af of de gelovige niet méér gediend is met een kleine parochiegemeenschap met sterkere banden tussen de parochianen onderling en tussen elk dezer en de priester. Dit zou (een groter aantal) kleine kerken vergen. En van stedebouw kundig oogpunt uit gezien is het, in verband met de werkelijke maatschappelijke situatie der katholieken, niet meer juist, het stadsbeeld voor een gemengde be volking te doen beheersen door de kerk als een machtig teken, terwijl zij een meestal lege ruimte omsluit. En wat de vorm van de kerk als liturgische ruimte betreft: de ideeën over vernieuwing van de liturgie «n verinnigde persoonlijke deelname van de gelovige Ban Het Offer stelt de architct voor de opgave zijn ruimte te situeren rondom het altaar, waardoor de kerkruimte meer van uit een middelpunt dan van uit een aslijn gedacht wordt. Strikt genomen is de nieuwe kerk in geen van deze opzichten van deze tijd; zij voldoet juist aan de voor waarden die tot de inzichten van het verleden behoren. En dat is in zekere zin spijtig, want, terwijl in Duitsland, Frankrijk en Zwitserland de bezinning reeds een halve eeuw werkzaam is en daar kansen heeft gekregen tot realiseringen, is er in ons land maar een enkel voorbeeld van schuchtere wézenlijke vernieuwing. In een korte tijd hebben wij veel in te halen. Wij moeten bouwen voor de toekomst. Kerk dienst en kerkgebouw zijn middelen voor het „brengen van het geloof" naar waar de mensen z ij n en leven. Weliswaar is ook in de profane bouw de architect niet zijn eigen baas en dient de kerk als geheiligde plaats eveneens met de nodige voorzorgen te worden omringd, maar we hebben sterk de indruk, dat als de architect nog moet beginnen te schetsen, met de bouwgrond de afmetingen en met de betref- fende liturgische commissie het plafond der mogelijk heden is bepaald. Als dit dan een kerk moest worden overeenkomstig het conventionele principe, dan heeft de architect, ir. H. Nefkens uit Rotterdam, voor deze zijn eersteling een helder doordachte gestalte ge vonden, die als bouwvorm van onze tijd is. Spelend met een leeg sigarettendoosje kan men er de maquette van nabouwen. eenvoudig is de conceptie: het plafond, dat rust op de bijna vierkante tinnppr>J)Vvanc'cn aan vóór- en achterzijde, ondersteund door fraai gepropor- ercie balken die met een tapse neus steunen op slanke kolommen, is het element <jat lengte en hoogte bepaalt. Twee schaalvormige elementen in de "Pfrjt Z„,Jn geschoven bepalen de breedte van de ruimte. Ondanks de kolommen blijtt het kerkschip een totale ruimte, niet versneden in schip en zijbeuken, In het denkbeeldige vlak dat langs de kolommen tot het dak kan worden getrokken, is de binnenruimte van de buitenruimte gescheiden door glas. Is de kopwand aan de altaarzijde a)s een viakke afsluiting opgemetseld, die aan de frontzijde i Wfi' uit betoncaissetten, bezet met antiek- en figuurglas. „a e _oel'ng van de orgelbouwer Adema tegen deze opengewerkte en gekleur e wand het orgel te plaatsen. Als dit een eis is van akoestiek dan dekt deze ue estetische eis niet. Juist de bakstenen wand aan de zijde van het zangkoor vraagt om het ornament van het orgelfront en de plaatsing van het front altlaar Kan moeilijk meer orgel-technische bezwaren opleveren dan de afstand tussen speeitaiei en pijpwerk die men nu zal krijgen en die 45 meter bedraagt! Hoe kan de klokken- en orgelcommissie hieraan haar goedkeuring hechten? 1 de opengewerkte kopwand is de ,|®n8spartij als een afzonderlijk nt geschoven met aan de zij- v-, devotiekapellen, transparant Van«„fa uimte gescheiden. Men doet aandacht te schenken aan het afgewogen en fraai gebruik van materialen, functioneel in hun aanwe zigheid en maat: beton en baksteen, de houten deurpartij en de blonde pine- plafondbalken, het diepgetinte paarse glasmozaiek, blank schuurwerk en ge tint glas. In zijn harmonisch contrast is dit eenvoudige materiaalspej zeer geslaagd bewijs van wezenlijke bouw kunst. Aan de eigen schoonheid van de structuur der bouwmaterialen is overi gens steeds aandacht besteed: schijn baar onbelangrijke elementen als voeg- breedte, kleur en afwerking van de voegspecie en veredeling van het beton wijzen op aandacht tot in de détails. Het priesterkoor is het vijf treden uvPf ggende centrale plateau, waarop behalve het eucharistisch en het mis- anaar ook het zangkoor en, twee treden lager, ook het doopvont zijn geprojec teerd. De van buiten komende vleugels van de bakstenen schaalwanden, die lager zijn aan het plafond, steken op dit plateau nog een belangrijk eind vrij door, waardoor de aandacht wordt geconcentreerd op het misaltaar. Door het ontbreken van hoeken wordt de ruimtewerking versterkt. Het altaar is naar de scheiding van kerkschip en priesterkoor geschoven in verband met het feit, dat de priester naar het volk gekeerd de mis zal lezen. Dit en de combinatie van alle diensten op het priesterplateau is wat op vernieuwing der liturgische gedachte wijst. De kerk is in alle conventionaliteit van opzet alles bij elkaar het tegen deel van een conservatief bouwwerk geworden. Het vormt een prettige tegenstelling tot bijvoorbeeld de burcht van een „nieuwe" kerk die men van uit de trein ziet bij het binnenkomen van Amsterdam. Zij wekt de indruk de dat men daar nog bang is voor invallen van de Noormannen! Samenvattend kunnen we zeggen, dat ir. H. Nefkens een blijmoedige kerk ruimte heeft geschapen die door het onbewimpeld gebruik van de moge lijkheden van de actuele architectuur eerlijk in de tijd staat en waarin de kerkganger het weldadige gevoel van zijn bewust-vrijwillige aanwezigheid ervaart door de architectuur zelve: haar openheid voor en achter over de gehele hoogte en het ontbreken van hoeken. Het is evenwel verwonderlijk dat, ter wij de kwaliteiten van het gebouw die ons enthousiasme hebben gaande ge maakt, neergelegd zijn in de helder door dachte constructie, onze kritiek wordt opgewekt in de detaillering. Het priesterkoor wordt beheerst door een veelheid van horizontalen van vloe ren, altaren, afsluitende muurtjes en ambo's, die slechts een zeer flauwe verticale relatie hebben en daardoor niet tot de orde kunnen geraken die rust geeft. Te minder waar de zij- en achterwanden van het gebouw gelijk van materiaal zijn en de kleur daarvan zich nauwelijks onderscheidt van de overige op het priesterkoor gebruikte materialen. Slechts de altaren en het doopvont van blauwgrijze hardsteen vormen een eigen kleurnoot, maar de beide altaren slaan door hun opstelling vanuit de meeste oogpunten elkaar „blind". Een meer bewust spel met de con trasten zowel in kleur als in hoogte zou hier meer rust hebben gebracht. De lampen die in trossen uit het plafond komen zijn alleen maar in „wild ver band" gezet maar niet tot orde ge raakt; zij verraden een zekere angst voor regelmaat. Een zo naturalistisch kruis als boven het priesterkoor hangt kan niet zo maar aan een paar ijle draden in de ruimte hangen (tenzij het voorlopige daarin wordt uitgedrukt). Dit magisch zweven in de ruimte past niet bij de rationele opzet van het ge heel. De glasstroken die de jukken, welke het dak op hoogte houden, verbinden met de kleiner gehouden zijbeuken moeten haast voor de totale dagver lichting zorgen. De Maastrichtse glaze nier F. Slijpen heeft ze verzorgd en daartoe zijn motieven gevonden in het verhaal van de jongelingen in de oven. De toegepaste techniek heet glas-appli- qué: stukken gekleurd glas worden met een doorzichtige kunstharslijm ge kit op een blanke ruit. Het is een nog jonge techniek dieschilderachtiger is dan glas in lood met zijn tekening voerende loodlijnen. De architect heeft er door zijn conceptie voor gezorgd, dat glas en voorstelling als sierend bouwmateriaal volkomen deel moesten hebben aan de architectuur: een der voornaamste factoren voor de herop leving der monumentale kunsten! Slij pen heeft een poëtische kleurnoot ge strooid in de zoom van de ruimte en het karakter van het gebouw, ook in de schaal van zijn figuratie, goed aan gevoeld. Tegen de techniek is het ech ter om het oorspronkelijk blanke fond te bespuiten met een dunne verflaag als was het een grisaille. Een soortgelijke situatie heeft zich voorgedaan met de bejaardenwonin gen bij de kathedraal waar mogelijk heden voor een plein, enigermate in schaal tot het kerkfront, aanwezig waren. Dat men hier niet in dezelfde fout vervalle! De aantrekkelijkheid die de nieuwe kerk ook voor het stadsbeeld vertoont, heeft bij de be trokken gemeentelijke dienst in zo verre begrip gevonden, dat hij de kerk niet wil doen schuil gaan achter de hoogbouw en hij heeft daartoe het voorgenomen plan van een winkel galerij prijsgegeven met een positieve reservering van de bouwgrond voor een meer geëigende bestemming. Een parkachtige aanleg met eventueel een vijver zou hier de enige nog aan vaardbare bestemming zijn. Advertentie Fraaie opname van het interieur van de St.-Petrus en Paula kerk in Oud-Schoten. De foto werd zondag j.l. tijdens de Hoogmis gemaakt. Verdere sierende verlevendiging van het interieur is opgedragen aan P. Schoenmakers, die verbonden is aan de keramische industrie Sint Joris te Beesel. Hij verzorgt de kruiswegstaties in keramisch materiaal, die aan één wand, n.l. die tegenover de biecht stoelen, zijn geprojecteerd. Dezelfde kunstenaar heeft reeds aan de buiten muur de uitspringende biechtstoelen voorzien van keramische reliëfs, die een attractieve verlevendiging aan de openbare weg hebben opgeleverd. In de keuze van de voorstellingen, te we ten: Paulus' Bekering, de Verloochening van Petrus, de Verloren Zoon en de Opwekking van Lazarus, heeft men rekening willen houden met het feit van de openbare zichtbaarheid, waartoe algemeen christelijke aanvaardbaarheid is betracht. Aan deze zelfde zuidwand bevindt zich de klokkestoel, die tevens een houten kruis boven het kerkprofiel uitheft als een teken, en de sacristie, welke een afzonderlijke bouwmassa vormt, door een korte gang met de kerk verbonden. Hier bevindt zich ook de toegang tot de onder het priester koor gebouwde ruimte, die benut zal worden voor bijeenkomsten en daartoe ook de nodige accommodatie op een bescheiden wijze bezit. De vloer van de kerk is aan de in gangszijde naar buiten toe doorgebouwd en vormt daar een plein, dat fungeert als logische overgang van de buiten- naar de binnenruimte. De totale in gangspartij, die in het interieur tot verrassingen leidde, is ook aan de bui tenzijde een duidelijk gemarkeerd deel en vormt tevens een schakel tussen de kerkruimte en het voorplein. Het mate riaal van het vooraanzicht is fraai ge harmonieerd: de betonnen omraming met de ajour-vulling van de frontgevel, de tunneiachtige, even naar buiten tre dende, ingang, de bakstenen zijbeuken en de klokkestoel van Hollandse bak steen. Men kan een gebouw van formaat en allure als deze kerk in een stadswijk niet los zien van de stedebouwkundige situatie. Het is gebouwd op een „eiland" achter de hoogbouwrwand van de Rijks straatweg. In het stedebouwkundige plan voor deze wjjk heeft men kenne lijk niet de stedebouwkundige verplich tingen onderkend die de aanwezigheid van een kerkmassief dwingend oproept. Als geschrokken voor de dwang van de zeer nabije kerk heeft men een gat in de lintbebouwing gelaten. Van de ver keersweg uit ligt het kerkcomplex niet fraai, n.l. excentrisch in het „gat" ge situeerd. Men heel't de hoogbouw ab rupt gestopt en haar geen geleidelijke beëindiging. Zou men de beëindiging nu willen verkrijgen door laagbouw, dan ver krijgt men een soort architectonisch struikgewas, dat het -'rije zicht op de kerk, en dan nog wel bij een belang rijke zijweg!, afsluit. Hiermee zou te vens het gedeelte van de parochiege meenschap aan de overzijde van de verkeersader psychologisch geïsoleerd zijn van het religieus centrum. De plasticbekledingsplaat Kampersingel 20-24 - Tel. 0 2500-11932 „Kunst zij ons doel" te Haarlem heeft uit het werk van 34 leden van het genootschap een tentoonstelling in museum „Het Huis van Looy" samengesteld die meer dan honderd nummers telt. De gevallen die zich op de rand van het exposeerbare bevinden zijn uitzonderingen; er zijn enkele figuren heel goed voor de dag gekomen en het merendeel der ex positie ligt op vrij hoog peil. Met een selectie uit deze tentoonstelling zou Haarlem goed vertegenwoordigd zijn in het land. Als criticus, daarvan zijn we over tuigd, kijkt men een tentoonstelling scherper aan dan als bezoeker: deze kan zich bepalen tot wat hem boeit; wij hebben ons even ernstig te verdiepen in hetgeen ons niet boeit of wat uit zichzelf niet interessant is. Op de bezoeker zal deze tentoon stelling van K.Z.O.D. een zeer goede en levendige indruk maken. Juist door de spreiding over vele deelnemers al lopen deze dan ook parallel im de figuratieve richting en door de veelheid van onderwerpen waarop zij hun visie geven ontstaat een gevoeglijk geheel. Het is een aanwijzing voor de gezonde sfeer in een vereniging een zo ruime sortering op dit niveau te kunnen tonen. Maar het wordt tevens ondoenlijk om, zoals bij de kleinere groepstentoonstellingen te doen ge bruikelijk is, alle leden die hebben ingezonden te kwalificeren. Wij moe ten daarom volstaan met enkele werken waarin de maker „nieuws" brengt uit de collectie te lichten. Hermannus van Tongeren lijkt ons een aanwinst: zijn werk legt accenten op verbeelding en ambacht in een goed evenwicht met de realiteit. Miek Otto vindt in eenvoudige dingen haar beel dende kracht en verbergt achter de nuchtere voorstelling een poëtisch ge baar. De Ridder blijft in zijn compo- De buurtvereniging „Haarlem-oost" heeft het initiatief genomen om op het Van Zeggelenplein een kerstboom te plaatsen. Samen met de Gemeentelijke Dienst voor Hout en Plantsoenen, met Openbare Werken en het G.E.B. is de boom geplaatst en deze zal nu blijven staan tot 2 januari. Voor de jeugd zijn er enkele attracties verbonden aan dit gebeuren. Zfj moet slagzinnen opstellen en kan raden hoeveel lampjes er in de boom hangen. Verschillende prijzen zijn voor de beste inzenders beschik baar. Op oudejaarsdag komt 's avonds om 7 uur de harmonie „Arti et religioni" musiceren bij de kerstboom. Het be stuur van de buurtvereniging zou graag zien, dat alle kinderen die anders al tijd meelopen in de Sint-Maartensop tocht, nu met hun lampion bfj de kerst boom oudejaar komen vieren. Het be stuur rekent er natuurlijk op, dat de jeugd van Haarlem-oost haar „eigen" boom in ere houdt en zorgt, dat er niets aan vernield wordt. In 1958 is het Nationale Park De Ken- nermerduinen in Overveen bezocht door 320.000 mensen; bovendien waren er 91.500 kampeerders. Vorig jaar lagen die cijfers lager: respectievelijk 300.300 en 74.000. De meeste kampeerders kwamen uit Nederland: 66.357. onder wie 56.030 uit Noord- en Zuid-Holland tezamen. Buitenlanders waren er 25.209 tegen vorig jaar 18.015. De Duitsers waren het talrijkst (23.909). De overige kampeerders kwamen uit Zweden (385) Zwitserland (262). Frankrijk <156), En geland (109), België (91), Noorwegen (59), Oostenrijk (52), Verenigde Staten (50), Canada (49), Denemarken (47), Italië (32), India (7) en Argentinië (1). sities nog achter bij de studies naar het leven die hij eerder heeft getoond: „Kampioen" is daarop een uitzondering. Margaretha Verheus heeft twee spontane, dynamisch opgebouwde meisjesportret ten die het wezen met een vluchtige toets hebben gevangen; dat van de Spaanse beeldhouwster door mevr. Ver- denius is van het anatomisch ritme uit gegaan en weer anders is het meisjes portret door Jozef Santen die hierin tot een persoonlijker klank is gekomen. Het Interieur van Kloes wijst ook op het inslaan van een zelfstandiger weg. Mies Deinum zet haar ontwikkeling conse quent en gestadig door, met een tijdelijk verlies weliswaar aan innerlijke hecht heid maar toch wel met winst voor de toekomst. Jan van Geem heft wat gemanie- reerde landschappen maar een heel knappe en frisse portretstudie (17). Freek Souwer heeft zich weer bekend tot de tekening; vooral Sneeuwduin toont zijn bekwaamheid in de mono chrome techniek aan. Herfstochtend van Hannie Meijer in Stilleven met blauwe fles van Willemse zijn nog inzendingen en Willem Jonker en Cees Vis. inzenders die bijzondere aandacht verdienen tus sen het vele dat hier ongenoemd moet blijven. De tentoonstelling is t.m. 11 januari, met uitzondering van Nieuwjaarsdag geopend. L. T. Advertentie Koninginneweg 6, bij Raam brug (I Eerste Kerstdag: II Tweede Kerst dag: N Nachtmis; H Hoogmis) Kathedraal, Leidsevaart. I: 12N, 6 (3x), 7.30 (3x), 9 (3x), 10.30H; II: 6.30, 7.30, 8.15, 9H, 11, 12. H. Antonius, N. Groenmarkt. I: 12N. 5, dan elk half uur. 11H, 12.15; II: 6.30. 7.30, 8.30H, 10, 11, 12. H. Hart, Kleverpark. I: 12N, 5N, van 7.45 12 opvolgend; II: 6.30, 7.45. 9. 10.30H, 12. H. Liduina, Rijksstraatweg. I: 12N, 6. vanaf 7 elk half uur, 11H; H: 7.30, 9, 10.45H, 12. H.H. Elisabeth en Barbara, P. Krugerstraat. I: 12N, 7N, dan elk half uur. 11H; II: 7.30, 9H, 10.45, 12. H.H. Petrus en Paulus. I: 5N, 8 (3 x). 10 (3 x), waarvan de laatste 11H; II: 7, 8.30, 10H, 11.45. O.L.V. van VII Smarten, Rijksstraatweg. I: 4N, 6N, daarna opvolgend tot 10H. 11.30, 18; II: 6.30, 7.30, 8.45H. 10.15, 11.30. H. Jozef, Jansstraat. I: 12N, 5N, 8, dan elk half uur, 10H. 18; II: 6.45, 8, 9.15H, 11, 18. O.L.V. Rozenkrans, Spaarne. I: 12N, 6N, 8, dan achtereenvolgend, 10.30H, 12; II: 6, 7.30, 9, 10.30H, 12. St. Jan, Amsterdamstraat. I: 4N, 6.30N, 8.30 (3 x), 10 (3 x), 11H; II: 6.15, 7, 8.15, 9.30H, 11, 12.15. AERDENHOUT. I: 12N, 6N, 8.15, achtereen volgend, 10.30H; II: 7.30, 9H, 11. OVERVEEN. I: 12N, 6N, 8.30. dan elk half uur; II: 7, 8, 9H, 10.30, 11.30. BLOEMEND AAL. I: 12N, 7.30. 8.15, 9, 10.45H, 12 (2 x); II: 7.30, 9H, 10.45, 12. Hulpkerk. I: 5N, 9 (3 x); II: 7.30. 9. HEEMSTEDE, H. Bavo. I: 12N, 5N, 8. 8.30, 9, 10, 10.30, 11; II: 7.30, 8.30. 9.30H, 11, 12. O.L.V. HEMELVAART. I: 12N. 7.45, 8.15, 8.45, 10, 11, 12; II: 6.45, 7.45, 8.40H, 10, 11, 12. ZAND VOORT. I: 5N, 8.30, 9H. 10.30, 11. Huis in de Duinen: 8.30; II: 7.30, 9H, 11; Huis in de Duinen: 8.30. SPAARNDAM. I: 5N, 8, 9, 10; II: 7.30, 10H. BENNEBROEK. I: 12N, 3N, 8.30 (3 x); II: 6.45, 8, 9.15H, 11. VOGELENZANG. I: 5N, 9, 9.30, 10; II: 7, 8.30, 10H. Om acht uur gisteravond liep een bakker uit de Haarlemmermeer een ge- compliceerde beenbreuk op, toen hij met zijn motorfiets tegen een vrachtauto opbotste. De vrachtauto reed over de Prinsenlaan in Heemstede achteruit in de richting van de Glipperweg. De motorrijder draaide vanaf de Glipper weg de Prinsenlaan in. Na de botsing viel de motorbestuurder. Zijn voertuig werd zwaar beschadigd. Wanneer de Kerstnacht over Haarlem en zijn wijde omge ving getrokken is, liggen stad en streek gevangen in een milde sfeer. Het leven van de win ter blijkt plotseling een ontroeren de keerzijde te hebben, die de men sen diep in het hart grijpt. U en ik weten, dat er die nacht uiterlijk niets verandert. De huizen dromen echt niet in een méér vredige rust dan anders, de klokken dragen geen stemmiger lied uit dan op een gewone zondagochtend. En toch is er iets, dat het leven een andere glans geeft. Wandel in de nacht van Kerstmis door het stokoude Bakenes, waar de eenzame Lieve Vrouwetoren het ingetogen gerucht van voetstappen langs zich heen hoort gaan en waar een paar eeuwen geleden de uitbundige middeleeuw se Kerstpracht binnen haar kerk geweerd werd. Op die tocht lijkt de buurt heel anders, klinkt de klank van het woord zuiverder en krijgt de wandelaar de indruk, dat in een nauwe straat een herder zijn deur in het slot doet en op stap gaat. Diezelfde sfeer ligt in de an dere wijken, misschien wat anders getint, waardoor ge daar geen herder maar een koning ontmoet doch boven dat alles stralen dezelf de sterren. Noem dat allemaal suggestie of het kwalijk gevolg van een roman tische opvoeding. Zolang de Kerst stal thuis zijn plaats behoudt als een kostelijke illustratie van wondere verhalen, zullen u en ik zich geluk kig voelen en een van de kostbaar ste tradities van onze jeugd voort zetten. Merkwaardig overigens, hoe de personen rond het Kerstgebeu ren gepersonifieerd blijven in de beeldjes van je jeugd. De oude her der, die vroeger thuis furore maak te, blijft altijd in de herinnering. Zijn door de jaren verveloos ge worden kleed, zijn beschadigde neus en zijn door de kaarsjes ge schroeide haren hebben hem de aureool van een gewijde eerbied waardigheid gegeven, waartegen de herder, die nu keurig uit hout gesneden en vlekkeloos als pas ge vallen sneeuw bij ons thuis staat te pronken, niet op kan. Met de herders uit het Bakenes of waar vandaan ook tijgen u en ik ter Nachtmis, en luisteren naar de vertrouwd geworden Kerstliederen, waarvan ik het verhalend liedje van de herdertjes, die alsmaar bij nach- te lagen, het liefst zing. Er zijn in de loop der jaren heel wat nieuwe liedjes gemaakt en getoonzet, die braafjes doorsudderen op het ver jaarde thema van sluimerende oogkens, koude handjes en blauwe voetjes. Ze kunnen mij maar wei nig ontroeren. Overigens geen kwaad woord over onze koren. Is het Kerstfeest voor iedereen een dag van vreugde en rust, de kerkzangers zijn degenen, die werkelijk met koude voeten en sluimerende ogen te kampen heb ben. Sinds in vele kerken twee nacht missen op het program staan, bo vendien nog een hoogmis en als het even kan een vespers of een lof, zijn de kerkzangers continu-arbei- ders geworden, die in hun gezin van de kerstsfeer vervreemden. Misschien willen de andere Her ders daar eens hun gedachten over laten gaan. In sommige parochies heeft men reeds de twee nachtfnis- sen tot één teruggebracht, in andere is de hoogmis vervallen, en in weer andere heeft men de hulp van een „profaan" koor ingeroepen om de verzorging van een der plechtighe den over te nemen. De korenbond als „vakorganisatie" heeft hier be langrijk werk. Want wij moeten toch voorkomen, terwille van die lieve Kerstvrede, dat de herders te gen de Herders in opstand komen, met als gevolg van hogerhand een herderlijke brief, die de schaapjes zo niet op het droge brengt dan toch ze van de bokken scheidt. et seizoen loopt intussen ten ein de. Maar de langste dag is voorbij. De dagen gaan weer lengen en achter de eerste dag van het jaar, dat komen gaat, lonkt al het voorjaar. Rond Haarlem roeren de bollen zich in de grond en wach ten als het ware op het sein om het winterse kleed van het land weg te schuiven. De folders zijn of gaan de deur uit om de vreemdeling naar het oude Kennemergewest te trek ken. Als zij de stad en streek in een meer innige schoonheid zouden wil len ontmoeten, zouden zij nu, in de ze dagen, moeten komen. Zij zullen echter wegblijven, en onze rust is verzekerd. Kerstmis is een huise lijk feest. Laten wij eerlijk zijn, bij alle gastvrijheid, die wij willen be trachten, blijven wij de komende da gen graag onder ons. Liever geen vreemde herders in de bijt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1958 | | pagina 3