Modernisering en verbetering
van de gevangenissen vergt
een uitgave van 36 miljoen
Verkiezingsmanifest van
de KVP over christelijke
sociale politiek
Hoe word ik goed verkouden?"
D'
W'
Mgr. P. MOORS Medezeggenschap
R
O'
D.A.F.-personenauto in maart
bij de dealers
Dieren te Amersfoort in training
Merendeel van bestaande gestichten
voldoet niet aan de normen
Paus ontvangt
industriëlen
Staatssecretaris wijst de Alkmaarse
dempingsplannen af
Minst draagkrachtigen moeten het
eerst in de stijgende welvaart delen
NEDERLANDER
IN TURKIJE
VERMIST
nieuwe bisschop
van Roermond
Koolmonoxyde-
vergiftiging
De negerjongetjes
Amerikaans protest
tegen voorlichting
Jachtvliegtuigen of
geleide projectielen
Tezamen met vier
andere personen
Personeelsuitbreiding
met 1.500 d 2.000 man
ZATERDAG 31 JANUARI 1959
PAGINA 5
Willem Faassen
jubileert
DODELIJK ONGEVAL
IN BADHOEVEDORP
noofdP*?-
verkoudheid
Van inenting tegen verkoudheid is niet veel
heil te verwachten, omdat 'n doorstane verkoud-
he\ïdsinfectie geen onvatbaarheid nalaat
Kinderverzorgster in
Amsterdam omgekomen
Uitvoering van de nieuwe beginselenwet voor het gevangeniswezen zal
voorzieningen aan bouwwerken vergen tot een bedrag van 36 miljoen gul
den, te verdelen over een vrij groot aantal jaren. Er is een structuurplan
opgesteld, dat het volgende inhoudt: bouw van drie nieuwe regionale ge
vangeniscentra, instelling van een aparte inrichting voor strafrechtelijk
meerderjarige jeugdige delinquenten, een inrichting voor zeer negatief in
gestelde gedetineerden, een inrichting voor gedetineerden die een psycho
therapeutische behandeling behoeven, een nieuw gesticht voor de meer
dan normaal te beveiligen gedetineerden en een centrale inrichting voor
Vrouwelijke gedetineerden.
Tot deze conclusie komt het rapport
van de „commissie voor de bouwkundi
ge voorzieningen van het gevangenis-
Wezen", dat vrijdag is gepubliceerd.
De commissie meent dat de gevan-
fenis te Vught na verandering en nieuw-
ouw kan worden ingericht als aparte
inrichting voor strafrechtelijk meerder
jarige jeugdige delinquenten. De in
richting voor zeer negatief ingestelde
gedetineerden zou, na de concentratie
van de jeugdigen te Vught, in Zutphen
kunnen worden ondergebracht. Een in
richting voor gedetineerden die een
Psycho-therapeutische behandeling be
hoeven zou kunnen worden onderge
bracht in de gevangenis te Groningen,
nadat die is verbouwd. Een gesticht
voor de meer dan normaal te beveili
gen gedetineerden, dat een capaciteit
van tussen de 150 en 200 man moet
«ebben, zou nieuw moeten worden ge
bouwd.
In totaal rekent de commissie op het
Onderbrengen van 2500 gedetineerden.
In concreto komen de plannen van
de commissie hierop neer: het aanwij
zen van de huidige gevangenissen te
s Gravenhage (I), Rotterdam en Roer
mond tot huizen van bewaring, het
handhaven als gevangenis van de ge
stichten te Groningen, Zutphen en
Vught en het bouwen van een gesticht,
het buiten gebruik stellen van de res
terende gevangenissen en het bouwen
van drie regionale centra.
Wat de regionale centra aangaat
meent de commissie dat elk van deze
centra in opzet zal beschikken over 500
gedetineerden, van wie 100 in open ge
stichten kunnen verblijven. In deze cen
tra zouden zij moeten worden onder
gebracht die niet moeten worden gere
kend tot „bijzondere categorieën",
dat zijn 65 procent van het totaal aan
tal gedetineerden. De „bijzondere cate
gorieën" zouden moeten worden onder
gebracht in de reeds genoemde specia
le inrichtingen.
Binnen de centra zal interne diffe
rentiatie moeten worden toegepast. Aan
gaande het probleem van deze differen
tiatie merkt de commissie op:
Een effectieve penitentiaire behande
ling vraagt dat er naast externe
differentiatie binnen de onderschei
den gestichten ook een verdere interne
differentiatie is. Een doeltreffende be
ïnvloeding is namelijk slechts moge
lijk, indien de gestichtsbevolking in be
trekkelijk kleine groepen van onge
veer 20 a 30 gedetineerden is ver
deeld. Deze groepen dienen zoveel mo
gelijk als leefeenheden te worden be
schouwd. Gedurende activiteiten als
arbeid, onderwijs, kerkgang, enz. ko
men de gedetineerden van verschillen-
ae groepen samen, doch daarbuiten die-
ren, ZU, zoveel mogelijk in hun eigen
leefeenheid te verblijven.
De commissie heeft in haar rapport
ook aandacht besteed aan de tegenwoor-
dige situatie. Zij concludeert, dat het
merendeel van de bestaande gestichten
niet aan de normen voldoet terwijl ook
een aanpassing aan de normen in vele
gevallen praktisch onmogelijk dan wel
financieel ongewenst moet worden ge
acht. Dit betekent echter niet, dat in
principe generlei incidentele verbete
ring van de huidige situatie zou moe
ten worden toegejuicht. Onderzoek heeft
aangetoond, dat aanpassing van een
aantal tegenwoordige gestichten een
aanzienlijk hogere investering eist dan
bij nieuwbouw het geval zou zijn. Dit
geldt voor de koepelgevangenissen te
Arnhem, Breda en Haarlem, en de ka
zernegevangenissen te Bergveen, Esser-
heem, Hoorn, Leeuwarden en Norger-
haven. De kampgevangenis Banken-
bosch te Norg dient gezien haar infe
rieure bouwkundige staat te worden af
geschreven. Daarentegen biedt de
kampgevangenis te Vught mogelijkhe
den tot ook in financieel opzicht aan
vaardbare aanpassing.
Van de groep der vleugelgevangenis
sen biedt Zutphen mogelijkheid tot een
ook in financieel opzicht aanvaardbare
aanpassing. Inzake de gevangenis te
Groningen zijn ingrijpende voorstellen
gedaan om deze inrichting op korte
termijn aan te passen tot een gesloten
afdeling voor de detentie en behande
ling van psychisch gestoorde gevange
nen.
De overige gestichten van deze ca
tegorie zijn redelijkerwijz'e, mede ge
zien de daaraan verbonden kosten, niet
aanpasbaar. Wel zijn er enkele, met
name 's Gravenhage, Roermond en
Rotterdam, die in een zodanige positie
verkeren dat zij, zonder ingrijpende wij
zigingen, in het ter plaatse bestaande
nijpende gebrek aan verantwoorde
plaatsruimte voor preventief gede
tineerden (en zeer kort gestraften) kun
nen voorzien.
Het Amerikaanse comité ter bestrij
ding van rassendiscriminatie, dat geves
tigd is in New York, heeft over de af
faire van de negerjongetjes die blanke
meisjes zouden hebben gezoend, het
volgende telegram (vertaald) gezonden
aan John Snure jr., hoofdbeambte van
de voorlichtingsdienst van de Ameri
kaanse ambassade in Nederland.
„Comité ter bestrijding van rassen
discriminatie protesteert ten sterkste
tegen beweringen, die door de Ameri
kaanse en Nederlandse pers worden
toegeschreven aan de ambassade en
aan uzelf omtrent de „Carolina kissing
case". Negerjongens bevinden zich in
opvoedingsgesticht met volstrekt enige
reden rassendiscriminatie en niet om
dat ze misdadig zijn, zoals u het Ne
derlandse volk voorspiegelt. De zaak
gunstig voorsteilen en vervalsingen om
trent dit geval mogen misschien de
autoriteiten van de staat Carolina hei-
Pen, maar ze beogen niet het Ameri
kaanse volk als geheel, noch het Neder
landse volk te helpen, en evenmin de
waarheid te dienen."
Tevens werd een protestbrief van de
zelfde strekking gericht aan minister
Dulles.
Zondag 1 februari zal de toneelspeler
Willem Faassen 12% jaar aan het ge
nschap van Johan Kaart verbonden
zijn. De heer Faassen, die thans 62 jaar
'S' zal op die dag tijdens de voorstelling
^an het gezelschap-Kaart in de Kleine
*^°rnedie te Amsterdam worden gehul
digd.
illlllllliliiillllilllllllllllllllllllllllllliiimiiillllllNiiiiHiiimiiii
„Wij zijn ervan overtuigd, dat de
zorgen van allen, die met een onderne
ming te maken hebben nog altijd zeer
groot zijn, omdat zij zich gesteld voe
len voor gewetensvragen en voor pro
blemen van christelijke naastenliefde",
aldus verklaarde paus Joannes XXIII
gistermorgen tot katholieke industri
ëlen die in Rome een internationale
vergadering houden. Zij waren in ge
zelschap van kardinaal Siri naar het
Vaticaan getogen om de H.Vader te be
groeten.
De paus beantwoordde de begroe
ting, die de kardinaal had uitgespro
ken en verwees voornamelijk naar de
richtlijnen, welke Pius XII reeds in
1952, 1955 en 1957 in toespraken tot
deze organisatie had gegeven. De
paus zei vervolgens, dat één vooroor
deel hardnekkig en fataal blijft voort
bestaan. Het is n.l. de opvatting, wel
ke in de productie een onverander
lijke tegenstelling ziet als tussen vol
komen tegenstrijdige belangen, na
melijk de werkgevers, de hogere lei
ding en de arbeiders.
Deze tegenstelling is maar schijn,
zeide de paus. Want ook op economisch
terrein bestaat er wel degelijk een ge
meenschappelijk handelen en een ge
meenschappelijk belang. Werkgever,
leider en arbeider behoren geen onver
zoenlijke tegenstanders van elkaar te
zijn. In werkelijkheid zijn zij medewer
kers aan een gemeenschappelijk werk,
dat voor alles behoefte heeft aan een
verstaan van elkander en aan een ge
meenschappelijke inspanning, in plaats
van ieder zoveel mogelijk zijn eigen
voordeel te zoeken ten koste van de
andere. Dat is een toepassing van de
rechtvaardigheid en een toepassing van
de christelijke leer. De paus verwees
vervolgens naar de Encycliek Quadra-
gesimo Anno van Pius XI en bevestig
de, dat de sociale samenwerking haar
licht ontleent aan het evangelie van
Christus.
In het dierenpark te Amersfoort worden al weer voorzieningen getroffen voor de komende zomer. Zo is de Duitse domp
teur Bubby Althoff bezig met het instuderen van een nieuw nummer: het gezamenlijk optreden van twee leeuwen en
tivee panters. Het dresseren geschiedt in een grote kooi in de openlucht.
De minister voor defensie heelt in
antwoord op hem schriftelijk gestelde
vragen van het Tweede Kamerlid
Schouwenaar (P.v.d.A.) over de ver
vanging van jachtvliegtuigen door gelei
de projectielen als zijn mening gege
ven, dat voor zover gesproken kan wor
den van verschillende systemen van
luchtverdediging, het afwegen van de
voor- en nadelen slechts kan geschie
den in het raam van de taak van deze
verdediging als onderdeel van de taak
van de N.A.T.O.-strijdkrachten in Euro
pa. Inderdaad is hij van mening, dat
bij het bepalen van taak en aard der
luchtverdediging zeer zwaar gewicht
moet worden toegekend aan de bevei
liging van leven en goed der burgerij.
De 69-jarige heer H. Vos uit Badhoe
vedorp stak vrijdagmiddag in zijn woon
plaats te voet de Schipholweg over.
Hij werd aangereden door een Maarse
en Kroon-autobus, waarvan de chauf
feur hem door de mist vermoedelijk
niet tijdig gezien heeft. Het slachtoffer
overleed spoedig na de aanrijding ter
plaatse.
In een brief heeft de staatssecretaris van O., K. en W., mr. R. G. A. Höp-
pener, B. en W. van Alkmaar laten weten, dat hij de mening deelt van de
rijkscommissie voor monumentenzorg, die oplossingen voor de sanering van
Alkmaars binnenstad mogelijk acht, waardoor het karakter van de stad niet
zal worden aangetast. De staatssecretaris deelt het college uitdrukkelijk
mede, dat hij aan de uitvoering van het dempingsplan niet kan medewerken
door het verlenen van sloopvergunningen voor de in de voorlopige lijst van
Nederlandse monumenten vermelde percelen en bruggen.
De staatssecretaris wijst er in de brief op, dat aan het plan van prof.
Wieger-Bruin geen verantwoorde prognose van de toekomstige verkeers-
eisen voorafging, evenmin als een onderzoek naar de functie van winkels en
bedrijven. De geprojecteerde doorbraak dwars door de stad noemt hij geen
verbetering, te meer daar de fraaiste grachten van Alkmaar bij uitvoering
van dit doorbraakplan zouden moeten worden gedempt.
(Van onze parlementaire redacteur)
Het verkiezingsmanifest van de
K.V.P. heeft van de nood een deugd
gemaakt. Het is ditmaal niet moge
lijk in verband met de versnelde
gang van zaken bij de vervroegde
verkiezingen een volledig „werkpro
gram" te maken. Op grond van het
program van 1956 is echter een ma
nifest uitgegeven, dat de voornaam
ste punten van het beleid samenvat.
Dit zal in februari worden verspreid.
Iedereen kan dan nagaan wat de
„christelijke sociale politiek" precies
betekent, waarvoor de K.V.P. zich
sterk maakt in het belang van heel
het volk. Het manifest vat dit samen
in een verhalende tekst. Ook dit is
iets nieuws. Tot dusver werd in het
programma een opsomming van pun
ten gegeven.
De inleiding spreekt over de eerste
christenplicht: voor anderen zorgen en
stelt daarnaast de zorg om de mens zijn
eigen verantwoordelijkheid te laten. De
minst draagkrachtigen moeten het eerst
in de stijgende welvaart delen. De mo
gelijkheden daartoe ziet de KVP door
een vrijere loonpolitiek. De werknemers
kunnen een groter deel krijgen van gun
stiger bedrijfsuitkomsten door loons
verhoging, maar ook door mede-eigen
dom van de produktiemiddelen en ten
slotte door geleidelijke verkorting van
de arbeidstijd. Dit laatste wordt in het
program niet als concrete wens ge
steld, maar wel als een van de moge
lijkheden.
Over de belastingen wordt opgemerkt
dat zij de werkgelegenheid niet in de
weg mogen staan. Dat geschiedt als de
drang om zich in te spannen erdoor
Advertentie
(Van onze medische medewerker)
aanleiding tot de
ze en de vorige
kroniek was een
omkaderd gemengd be
richtje dat onlangs in
onze krant mijn aan
dacht trok: „Hoe word
ik goed verkouden?" De
vraag kwam bij mij op
of de gewone kranten
lezer wel de zin zou be
grijpen van de daar ter
sprake gebrachte, al ja
ren durende, kostbare onderzoekingen
in Engeland.
Het gaat om een medisch team
(met het verder verplegend, labora
torium- en huishoudelijk personeel
dat daarbij nodig is), dat al sinds 1946
jaarlijks honderden vrijwilligers in
fecteert respectievelijk poogt te in
fecteren met een verkoudheidsvirus.
In totaal heeft men nu al met 6.000
vrijwilligers (die allen vrije kost en
inwoning plus zakgeld kregen) geëx
perimenteerd. Helaas nog met weinig
positief resultaat. Wel is men tot een
aantal negatieve bevindingen geko
men die in zoverre van belang zijn,
dat zij de onderzoekers althans enigs
zins het gevoel geven niet helemaal
voor niets te werken. Met name zijn
een aantal waandenkbeelden inzake
de besmetting en de behandeling uit
de wereld geholpen. De verkoudheids-
ziekten laten zich niet gemakkelijk
vangen, zodat er nog veel onopgelost
blijft.
Maar waarom besteedt men toch
zoveel geld aan een zo betrekkelijk
onschuldige aandoening, zult u vra
gen. Voor een uitvoerig beredeneerd
antwoord zouden wij deze vraag moe
ten voorleggen aan een statistisch ge
ïnteresseerd econoom, die u zonder
veel moeite zou kunnen voorrekenen,
dat de verkoudheidsziekten jaarlijks
vele miljoenen kosten aan arbeids
verzuim of verminderde werkpresta
tie, tengevolge van de aandoening al
leen en van de complicaties die erbij
kunnen voorkomen: ontsteking van de
neusbijholten, middenoorontsteking,
bronchitis (ontsteking van de lucht
pijpvertakkingen) enz. Het werkver
zuim brengt veel extra kosten met
zich mee. Voor de werkgever die een
invaller moet aanstellen, die het als
iregel minder efficiënt zal doen dan
degene wiens taak het is; vervolgens
voor de patiënt zelf, die misschien
inkomsten derft en ook verder gauw
onkosten maakt en tenslotte voor de
instelling die het ziektegeld moet uit
keren. Dan komen daarbij in geval
van ernstige complicatie nog de kos
ten van geneeskundige hulp, genees-
verkoudheid zou in een vroeg stadium
tenminste de beste behandeling zijn
een of twee dagen -onder de wol ter
verhoging van de algemene weer
stand.
Hier raken wij een eenvoudig en
toch ook gecompliceerd en interes
sant probleempje. Wie zal immers
voor een verkoudheid in bed blijven?
Als wij het evenwel nuchter bekijken
valt er veel voor te zeggen. Blijft de
flink verkoudene doorwerken, dan
middelen en eventueel ziekenhuisop
neming:. Denkt u alleen maar eens
aan het verwijderen van keel- en neus-
amandclen. Al met al kunt u zich
waarschijnlijk nu wel voorstellen, ook
al heb ik geen cijfers genoemd, dat
het in de vele miljoenen moet lopen
en (ïat de uitgaven voor een derge
lijk onderzoek verantwoord zijn.
ij keren nu nog even terug
naar de resultaten van de
Engelse onderzoekers. Zij heb
ben nog geen afdoende geneesmiddel
gevond en tegen het hardnekkige vi
rus. Mt?t des' te meer bewondering
moeten wij de volharding beschouwen
waarmee zij hun moeizame onderzoe
kingen voortzetten.
Wat de behandeling betreft wordl
de gewono man veel wijs gemaakt.
Allerlei mothoden en middeltjes wor
den aanbevolen en aangezien het in
de geneeskunde altijd opgaat: hoe
meer middeltjes hoe minder succes,
kunnen wij ste bij voorbaat als van
weinig waarde terzijde schuiven. Als
één ervan inc.'erdaad het middel zou
zijn, zou het burners al lang de we
reld veroverd h ebben.
Wel kunnen wij enkele algemene
maatregelen toepassen. Bij een flinke
presteert hij gedurende een of meer
dagen aanmerkelijk minder, ter
wijl de kans op eventuele complica
ties dit verlies nog groter maken.
Iemand met belangstelling voor dit
soort moeizame statistische proble
matiek zou eens een onderzoek op
touw moeten zetten en nagaan in hoe
verre consequent doorgevoerde bed-
rust bij een flinke verkoudheid op
weegt tegen de bovengenoemde eco
nomische nadelen van het doorwer
ken. Een prachtig onderwerp van een
economisch proefschrift! In elk geval
kan de verkouden mens enkele dagen
heel vroeg naar bed gaan, hetgeen
blijkens de ervaring al een gunstige
uitwerking heeft. Er zijn echter niet
veel mensen die dat ervoor over
hebben. Zuidvruchten, met name ci
troenen, kunnen geen kwaad, even
min een aspirientje om de onaange
name gevoelens wat te onderdrukken.
Tussen haakjes: U slikt aspirine toch
nooit heel door en drinkt er altijd
ruim water bij
Van vaccineren (inenten) behoeven
wij niet veel te verwachten, omdat de
verkoudheid vrijwel geen immuniteit
(onvatbaarheid) nalaat.
St.
wordt afgeremd en persoonlijk sparen
onmogelijk wordt gemaakt. Opgemerkt
wordt, dat ongehuwden het eerst voor
verlichting in aanmerking komen.
De internationale paragraaf spreekt
zich uit voor een goed gecontroleerde
beperking van de bewapening en het
ernstig streven naar de mogelijkheid van
verkorting van diensttijd.
De belofte die Nederland heeft ge
daan aan het volk van Nieuw-Guinea
wil de KVP in goede trouw nakomen
met alle verplichtingen die daaruit voor
de ontwikkeling van land en volk voort
vloeien. De Nederlandse verantwoorde
lijkheid voor de beveiliging van N. Gui
nea dient te worden vervlochten met
de verantwoordelijkheid van Amerika
en Australië.
De partij spreekt zich uit voor Euro
pese verkiezingen, een streven dat men
ook in de tekst van het EEG-verdrag
kan vinden. Zij wil in ons land de kies
gerechtigde leeftijd tot 21 jaar verlagen.
Meer jongeren kunnen dan als kiezer
hun invloed doen gelden.
Opvallend is het verlangen om de jon
geren meer in het politieke werk te be
trekken.
Met het oog op een duurzame werk
gelegenheid worden maatregelen voor
gesteld om de achtergebleven gebie
den tegemoet te komen door mogelijk
heden tot meer industrievestiging. Ook
verouderde verschillen in loonpeil (de
beruchte gemeenteklassificatie) wil men
afschaffen.
In dit verband wordt de aandacht
gevraagd voor onderwijs, dat iedereen
die capaciteiten heeft kans geeft deze
te ontwikkelen. Het streven in de wo
ningbouw is erop gericht in de komen
de vier jaar een eind te maken aan
de woningnood. De lijn van het topjaar
1958 met 89.000 nieuwe woningen moet
worden doorgetrokken, met passende
mogelijkheden van huisvesting voor gro
te gezinnen, bejaarden en alleenstaan
den.
De passage over het huurbeleid
spreekt voorzichtig van handhaven van
huursubsidies (niet „de" huursubsidies)
waar deze nog niet kunnen worden ge
mist. Maar het beleid is gericht op vrije
woningkeuze, op evenwicht tussen vraag
en aanbod dus. Ook verlaging van de
bouwkosten zal worden nagestreefd.
Het program vraag de aandacht
voor het maatschappelijk werk, voor
de jeugd en de sport en noemt in dit
verband een wettelijk geregelde sport-
toto. Uitdrukkelijk wordt erbij gezegd:
„echter niet van de staat".
De sociale paragraaf vermeldt een
weduwen- en wezenverzorging, een
algemene kinderbijslagverzekering en
een herziening van de invaliditeitswet.
Krachtige bevordering van de p.b.o.,
ook in de industrie, wordt als voor
waarde gesteld voor de bezieling
van de maatschappij met de christe
lijke geest.
De bezitsvorming wordt het noodza
kelijk middel genoemd om de mens
vrijer en zelfstandiger te maken. In een
nieuwe maatschappij moeten wezen
lijk andere bezitsverhoudingen groeien.
Het belang van deze bezitsvorming voor
de investeringen wordt nog eens uit
drukkelijk genoemd. „De arbeiders moe
ten het recht en de verantwoordelijk
heid krijgen hun aandeel daarin te le
veren".
De wensen in dit manifest neergelegd
corresponderen met de affiches die voor
de verkiezingen zullen worden ver
spreid.
De Koninklijke Nederlandsche Maat
schappij voor Havenwerken n.v. heeft
uit Turkije bericht ontvangen dat sinds
twee dagen de landmeetkundige A.
F oone uit IJmuiden, employé van de
maatschappij wordt vermist. Hij was in
een sloep met vier Turkse werknemers
de Golf van Edremit, ten noorden van
Smyrna, ingevaren om peilingen te
verrichten. De vijf mannen zijn nog niet
teruggekeerd. Het vermoeden bestaat
echter dat zij ergens aan de kust of in
een inham van de baai terecht zijn ge
komen.
De maatschappij maakt m opdracht
van de Turkse regering ontwerpen
voor 37 havens. Verder legt de maat
schappij in Turkjje twee vliegvelden
aan en worden in de haven van Smyr
na baggerwerkzaamheden uitgevoerd.
(Vervolg van pagina 1)
Mgr. Moors is evenals mgr. Hanssen een
geboren noord-Limburger. Deze omstan
digheid is op de karaktervorming van
mgr. Moors niet zonder invloed geweest.
De voornaamste eigenschap van alle
noord-Limburgers: arbeidszaamheid, be
zit ook de nieuwe bisschop in grote ma
te. Vooralde bewoners van zijn geboorte
plaats Weert mgr. Moors werd in het
tot deze gemeente behorende dorpje
Tungelroy op 25 aug. 1906 geboren
weten daar meer van. Het grootste deel
van zijn leven bracht de nieuwe bis
schop immers in Weert .door en wel
als bewoner van het bisschoppelijk col
lege aldaar.
Allereerst omdat de oudste zoon van
het hoofd der school te Tungelroy aan
genoemd college zijn gymnasiale stu
dies deed en vervolgens omdat mgr.
Moors later na zijn filosofische studies
te Rolduc en zijn vierjarig verblijf op
het Groot-Seminarie te Roermond, be
noemd werd tot leraar aan het Weertse
college. Dit gebeurde in 1930, hetzelfde
jaar, waarin hij door de toenmalige bis
schop van Roermond wijlen mgr. L.
Schrijnen tot priester werd gewijd.
Tijdens de eerste jaren van zijn
leraarschap presteerde mgr. Moors
het om naast het geven van lessen,
ook nog zelf lessen te gaan nemen,
n.l. in het vak handelswetenschappen.
In 1935 sloot hij deze studie succesvol
af en behaalde de M.O. akte handels
wetenschappen. Dit vak heeft leraar
Moors gedurende zijn verdere Weert
se periode steeds met plezier gedo
ceerd. De vorming van de leerlingen
boeide hem in hoge mate. Waar het
de jongens betrof, was hem nooit iets
te veel.
Hij aanvaardde derhalve later met
genoegen buiten zijn leraarsfunctie ook
nog de geenszins gemakkelijke functie
van prefect. Dit gebeurde tot
niet geringe vreugde van de jeugdige
collegebewoners. Nog meer verheugd
waren zij, toen prefect Moors in 1942
benoemd werd tot directeur van het
bisschoppelijk college te Weert- In deze
functie heeft hij zeer verdienstelijk werk
voor het Weertse college verricht. Am
per vier jaar als directeur werkzaam
slaagde hij er in om zowel voor de
H.B.S., alsook voor het gymnasium de
staatserkenning te verwerven.
Deze erkenning kwam de betekenis van
genoemd onderwijsinstituut zeer ten
goede. Het aantal leerlingen nam aan
merkelijk toe en steeg tot ruim zeven
honderd. Terwille van het aankweken
van een groot verantwoordelijkheids
besef bij zijn leerlingen, voerde directeur
Moors een onderwijs- en vormings
systeem in, dat de persoonlijke vrijheid
van de jeugdige collegebewoners zo
veel mogelijk respecteerde. Van een
kostschoolsfeer was in de school van
deze voortreffelijke paedagoog geen
sprake. Voor zijn jongens was niets te
goed. Met een bijna feilloze zekerheid
koos hij steeds de beste leraren; met de
ouders van de leerlingen onderhield hij
een geregeld contact; bij beroepskeuze
vraagstukken was hij voor ontelbaar
velen de meest deskundige; het college-
onderwijs was voor hem nooit doel,
maar middel tot een zo ruim mogelijke
maatschappelijke vorming van HBS'ers
en gymnasiasten. Zelf bijzonder veel
zijdig geïnteresseerd en ontwikkeld, was
hij er steeds op uit bij leraren en
leerlingen belangstelling te wekken
voor charitatief, cultureel en maat
schappelijk werk.
Ook de sport vergat hij niet. Aan
gezien directeur Moors diverse tak
ken van sport beoefende (o.a. tennis,
zwemmen en voetbal), en derhalve
uit ervaring wist, hoe nuttig licha
melijke opvoeding is, stond hij erop,
dat zijn college zo spoedig mogelijk
zou beschikken over een goed geoutil
leerd recreatieoord, omvattend een
fraai zwembad, prachtige tennisbanen
en ruime sportvelden. Al deze pro
jecten werden door hem gerealiseerd.
Bij deze plannen bleef het niet. Di
recteur Moors ging nog verder en werk
te tenslotte een groots opgezet plan uit
voor de bouw van een modern nieuw
college. Deze bouwplannen heeft hij
niet meer kunnen verwezenlijken, daar
de bisschoppelijke overheid deze model
directeur op 25 juli 1957 riep om de
leiding van het Klein-Seminarie Rolduc
op zich te nemen.
De bewoners van het Bisschoppelijk
College te Weert waren niet erg enthou
siast over deze benoeming. Het viel hen
erg zwaar om „hun" directeur te zien
vertrekken.
Rolduc was intussen bijzonder inge
nomen met zijn nieuwe president, van
wie de Weertenaren unaniem durfden
getuigen, dat voor deze functie niemand
meer geschikt was dan juist directeur
Moors. De verwachtingen van de pries
terstudenten waren begrijpelijkerwijs
hooggespannen. En ofschoon mgr. Moors
«log maar een jaar aan het hoofd van
het Klein-Seminarie staat, zijn alle Rol-
duciëns van oordeel, dat president Moors
aan deze verwachtingen ten volle heeft
beantwoord.
De benoeming van president Moors tot
bisschop vervult de klein-seminaristen
met gemengde gevoelens. Aan de ene
kant zien zij deze bekwame bestuurder
niet graag vertrekken, maar aan de an
dere kant zijn zij er niet weinig trots op,
dat hun president thans geroepen wordt
het bisdom oRermond te gaan be
sturen. Tijdens zijn kortstondig verblijf
op Rolduc hebben de Rolduciëns mgr.
Moors leren kennen als een bescheiden,
tactvol, behulpzaam, beminnelijk, spor
tief en arbeidzaam mens. Allemaal
eigenschappen, die naar hun mening het
Roermondse diocees een voortreffelijk
opperherder garanderen.
Met alle katholieken van Limburg
zijn de Rolducse seminaristen blij, dat
dé bisschopszetel van Roermond, die
al zes maanden vacant is, zal woruen
bezet door mgr. Petrus Moors, de jong
ste van de residerende bisschoppen
van Nederland.
Grote vreugde heeft de benoeming van
mgr. Moors verwekt in Weert en met
name in het geboortedorp van de nieuwe
(Vervolg van pagina 1)
merkingen hoort, wordt het ineens
weer duidelijk, dat eigenlijk dwingende
wetten niet de ideale oplossing zijn
voor het maatschapnijbeeld dat wij
beogen, n.l. een vreedzaam met elkaar
samenwerken van mensen, tussen wie
overigens allerlei verschillen blijven
bestaan. Gezagsverschil, verschillen in
bezit, verschillen in stand.
eeds lang vóór het verschijnen
van Quadragesimo Anno stond
het vraagstuk van de sociale ge
lijkberechtiging op het studieprogram
van katholieke sociologen en\ politici.
In 1920 vulde Henr-i Hermans bijna een
gehele jaargang van Het Roer, maand
schrift van de federatie van diocesane
werkliedenbonden en volksbond, met
beschouwingen over „het gewichtig
vraagstuk van de bedrijfsorganisatie.'
Dat was dus in een tijd, waarin in het
socialistische kamp de klassestrijdge-
dachte hoogtij vierde. De revolutiepo
ging van Troelstra was nauwelijks ach
ter de rug. Wat de katholieke vakbe
weging wilde werd weggehoond en dat
de katholieke staatspartij studies wijd
de aan datzelfde probleem, zou slechts
het verlangen naar blijvende overheer
sing door het kapitaal over de arbeid
bewijzen!
In de rustige zekerheid, dat men op
de goede weg was, werd, zowel in het ka
tholiek-sociale als in het katholiek-poli
tieke kamp doorgewerkt. Toen in 1931
Quadragesimo Anno verscheen, waarin
vervat een pleidooi voor een onderlinge
samenwerking van kapitaal en arbeid
in bedrijfschappen, vond zij in Neder
land een bereide bodem. Uit die dagen
dateert de eerste wettelijke poging om
deze zaak te bevorderen. De bedrijfs-
radenwet van de katholieke minister
Verschuur was een onvolkomen en
simpel begin, maar een begin. Na de
oorlog is deze zaak verder met kracht
ter hand genomen. De socialistische
minister ir. H. Vos diende aanvanke
lijk een voorontwerp van wet in, dat
echter zodanige sporen van socialisti
sche herkomst droeg, dat het gehele
voorontwerp moest worden teruggeno
men. Hier was duidelijk een poging,
om een ideaal, door de katholieke kijk
op de sociale wijsbegeerte tot bruikba
re praktijk gemaakt, in socialistische
zin om te werken. Het was aan de ka
tholieke minister van economische za
ken prof. dr. J. v. d. Brink <*egeven
de wet op de publiekrechtelijke be
drijfsorganisatie aanvaardbaar te ma
ken voor het grootste deel van het Ne
derlandse volk.
p de weg naar de medezeggen
schap zijn we er inmiddels nog
lang niet. Uit het voorgaande zal
wel duidelijk zijn geworden, dat voor
al op dit stuk een grote ontwikkeling
van de ideeën moet plaatsvinden. Het
duurt heel wat tijd eer een aanvanke
lijk tegenstander een overtuigd voor
stander is geworden.
De revolutionaire socialisten van 1918
pleiten thans ook voor verdere door
werking van de P.B.O.
Heel wat werkgevers, die hun aan
vankelijke machtspositie zagen ver
minderen en daarom tegenstander wa
ren, werken vruchtbaar mee in het
toporgaan van de publiekrechtelijke
bedrijfsorganisatie, de Sociaal Econo
mische Raad en zijn voortdurend at
tent om collega's, die er nog niet veel
van moeten hebben, van hun ongelijk
te overtuigen.
Tot driemaal is in de direct politieke
sfeer een bewindsman aangewezen
met als speciale opdracht, deze bijdra
ge tot maatschappelijke reconstructie
te bevorderen. Achtereenvolgens de
ministers Albrechts en A. C. de Bruyn
en thans de staatssecretaris drs.
Schmelzer. Zoals bij de werkgevers, bij
de kapitaalverstrekkers, de mentaliteit
in deze richting moest beïnvloed wor
den, zo is het ook bij de werknemers.
Er zijn zovele zaken, waarover we in
het midden der twintigste ■«eeuw praten,
waarvan moet worden gezegd, dat het
voor het eerst in de wereldgeschiede
nis is. Bezit voor de proletariër, mede
zeggenschap voor de aanvankelijk niet
meetellende handarbeider. Is het won
der, dat t.a.v. beide punten ook in
werknemerskringen een mentaliteits
omgroei moet plaatsvinden? Is het
wonder, dat wij nog klachten horen,
dat de aanlopen tot de uitgebreidere
medezeggenschap nog niet geheel sla
gen? Dat de ondernemingsraden met
name nog al te dikwijls mensen in hun
midden zien verschijnen met onvol
doende inzicht in bedrijfsverhoudingen,
met onvoldoende verantwoordelijk
heidsgevoel, met onvoldoende algeme
ne kennis van zaken?
Maar wat we scherp moeten zien is
de grote invloed, die van de christelijk-
sociale politiek uitgaat tot verbetering
van de menselijke verhoudingen, welke
voeren moet tot een maatschappij
beeld dat beantwoord, althans meer
in overeenstemming is met wat Pius
XI noemde: De vervolmaking van de
maatschappelijke orde volgens de Wet
des Evangelies.
iiiiimiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimii
Vrijdagmiddag werd op de vierde
verdieping van een woonhuis aan het
Sarphatiepark te Amsterdam bij een
brandende petroleumvergasser het
stoffelijk overschot aangetroffen van
de 26-jarige kinderverzorgster J. F.
van Essen. Zij bleek aan de gevolgen
van een koolmonoxyde-vergiftiging te
zijn overleden.
bisschop Tungelroy. -vaar nog steeds een
broer van mgr. woonachtig is. Zijn
ouders zijn reeds geruimte tijd geleden
gestorven, evenals een broer, die als mis
sionaris werkzaam was op Nieuw-Gui
nea. Het gezin Moors telde vijf kinderen,
allemaal zoons. Drie werden er priester.
Van dit drietal zijn mgr. Moors en pater
Moors M.S.C., missionaris in Indonesië,
nog in leven. De twee andere zoons zijn
resp. in Tungelroy en Horst woonachtig.
(Van een verslaggever)
De voorbereidingen voor de produktie
van de DAF-personenauto zijn thans zo
ver gevorderd, dat mag worden ver
wacht, dat eind februari met een lang
zame aanloop van de produktie wordt
begonnen. In maart zuilen enige hon
derden wagens worden gemaakt, die al
len bestemd zijn voor de honderddertig
dealers in Nederland. Zij krijgen die
wagens voor de showroom en voor de-
monstratieritten.
In het tweede kwartaal zullen onge
veer 2500 personenwagens van de band
lopen. Men houdt er namelijk rekening
mee, dat in de beginperiode de gebrui
kelijke storingen bij de produktie en bij
de toelevering van materialen zullen
optreden.
Na juli wordt de produktie steeds ho
ger opgevoerd: 25-50-75-100 wagens per
dag. Wellicht eerder, maar in elk ge
val begin 1960 zal de topcapaciteit
200 wagens per 8-urige werkdag
worden bereikt.
Als gevolg van d produktie van de
personenwagens zal de DAF tot een
aanzienlijke personeelsuitbreiding
moeten overgaan. Momenteel telt
men 2800 man personeel. Verwacht
wordt dat dit aantal zal toenemen met
1500 a 2000 mensen.
Met koortsachtige ijver sluiten mo
menteel de monteurs der fabrieken, die
de voor de produktie benodigde machi
nes en apparaten leveren, de bewer
kingseenheden aan. Zij vergen een be
drag van 30 miljoen gulden aan Inves
teringen.