van Uitstelling Mantel te de Heilige Trier Unieke gebeurtenis in oud stadje aan de Moezel Galatoneel in Utrecht De P.B.O. en de Euromarkt Katholieke en liberale visie sterk uiteen lopen Prof. v. d. Grinten roept een oud-liberaal spook op" PER ROLTRAP NAAR DE ROMANTIEK Ruim 15.000 gulden voor Witte Huuske" 't DAGPUZZLE „Vliegende naar zijn W Pater" Verheven basis" vertrokken Koningin Juliana aanwezig -Lustrum-coiffure Revisie Index op komst? VAN 19 JULI TOT 20 SEPTEMBER Voor de tweede keer in deze eeuw „De wonderbaarlijke schoenlappersvrouw99 Mej. M. Kwant Verdiend succes voor spoormannen Stap van H. Officie Onthulling Marini's Ruiter te paard Gebakken stembiljet DONDERDAG 23 APRIL 1959 PAGINA 9 Met zorg bereid! WeséAFi normaal -coffeïnevrij - espresso Pater Curillus Karolevskij overleden De bisschop van het zeer oude Duitse stadje Trier, dr. Mat thias Wehr, heeft in 1957 het be langrijke besluit genomen de naad loos geweven mantel die Jezus Christus op Zijn Kruisweg heeft ge dragen en die in de Domkerk van Trier wordt bewaard, dit jaar van 19 juli tot en met 20 september in het openbaar uit te stellen. De Tu nica Domini, deze heilige schat en kostbare relikwie, wordt niet vaak in het openbaar getoond. In de vo rige eeuw slechts drie maal, name lijk in de jaren 1810, 1844 en 1891; in onze eeuw voor het eerst in 1933. Het besluit dat de Duitse bisschop oudejaarsavond 1957 bekend maak te is derhalve nogal belangwekkend. Uit de beste koffiebonen! normaal - coffeïnevrij - espresso De toerist eindelijk beland waar hij al lang thuishoort: op de lopende band «- Advertentie Pater Cyrillus Karolevsky, een van de grootse hedendaagse oriëntalisten, is zondag na een langdurige ziekte te Rome overleden. Pater Karolevsky, die in 1878 te Caen in Frankrijk werd ge boren, was adviseur van de Congrega tie voor de Oosterse Kerken en assistent van de Vaticaanse bibliotheek. Verder werkte hij aan de redactie van het Oosterse Canonieke recht. (iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiniiiiiiiiiiiiii niiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinmiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii Volgens Trierse overlevering zou keizerin Helena, de moeder van Con stanten de Grote, de heilige mantel te zamen met andere relikwieën aan de toenmalige bisschop van Trier, Agriti- us, ten geschenke hebben gegeven. Kei zer Constantijn, die in het Romeinse rijk de weg voor het Christendom heeft gebaand, resideerde, alvorens naar By zantium, het latere naar hem genoem de Constantinopel, te gaan, enige tijd in Trier. Zijn moeder ,de keizerin He lena, verbleef eveneens aan het hof te Trier, bij de grote zoon, die haar ln bijzondere mate vereerde. De keize rin is in 312 tot het christelijke geloof bekeerd. Toen zij op de leeftijd van bijna tachtig jaar, in 326, de wens te kennen gaf het Heilige Land te bezoe ken, vervulde haar trouwe zoon alle voorwaarden van deze, vooral in die voor-middeleeuwse tijden, moeilijke reis. Helena bereikte, rijkelijk van geldmiddelen voorzien, het land waar Jezus Christus heeft geleefd. Zij tracht te er alles te verzamelen dat op een of andere wijze betrekking had gehad op het leven van de Verlosser op aar de. Aan deze taak, die de keizerin moeder zich had gesteld, schrijft de kerkelijke overlevering de herkomst van de heiligdommen te Trier toe. Keizerin Helena zou de relikwieën die ®ij vergaarde, verdeeld hebben over de toentertijd belangrijkste kerken. Rome verkreeg het grootste gedeelte van het Heilig Kruis. Uiteraard werd Constan tinopel eveneens rijkelijk bedacht, maar ook Trier, als de hoofdstad van Gallië, Brittannië en Spanje. Behalve het gewaad van Christus nam Agritius ook een der heilige nagels, een stuk van het kruis en andere relikwieën van Keizerin Helena in ontvangst. De heilige mantel ls eeuwen na de dood van bisschop Agritius niet aan de gelovigen getoond. Oorlogsgeweld, pestilenties, plunderingen in de vijfde eeuw ten tijde van de volksverhuizing, en de inval van de Noormannen in de negende eeuw hadden het Domkapitel telkens genoodzaakt de heiligdommen op verborgen plaatsen in te metselen. In de tiende eeuw wist de kerkelijke overheid van Trier tenslotte niet meer waar de heilige schatten waren verbor gen. Haar in 1196, toen aartsbisschop Johannes I, nieuwe altaren in de ka thedraal van Trier liet bouwen en oude deed verbouwen, werden de relikwieën weer gevonden. Tijdens een Rijksdag in 1512 ver zocht keizer Maximiliaan aan de aarts bisschop Von Greiffenklau het hoogal taar van de kathedraal te openen en hem de heilige mantel te tonen. De schrijn waarin de mantel ligt bevond zich geheel onder in het altaar. Op aandringen van de keizer heeft de aartsbisschop toen drieëntwintig dagen het gewaad in het openbaar uitgesteld. Meer dan honderdduizend pelgrims kwamen ervoor naar Trier. Na de be devaart van 1512 zijn de schatten in de volgende drie eeuwen slechts onge veer acht maal in het openbaar uitge steld. De bedevaartstijd van 19 juli tot 20 september in Trier zal een feest van het geloof en van de liefde tot de Heer worden. Bisschop Wehr heeft het woord van zijn voorgangers overgenomen toen hij de doelstelling van de bedevaart van dit jaar toelichtte met de zin: „Moge deze uitstelling, evenals de voorafgaande, ons sterken in het ge loof, en in onze liefde tot Christus, en het christelijk leven ontplooien". De bisschop van Trier, dr. Matthias Wehr. Echt passend bij de vreugde om het twaalfde lustrum had de Utrecht se Vrouwelijke Studenten Vereniging voor haar galavoorstelling gister avond in de Stadsschouwburg, die werd bijgewoond door H.M. de Konin gin, De wonderbaarlijke schoenlap persvrouw van Garcia Lorca geko zen, een probleemloos stuk dat veel op een sprookje lijkt. En toch handelt het om een zielscon flict, van een schoenlappersvrouwtje, jong en schoon, dat zich verveelt bij haar veel oudere man. Het wordt ech- Op de landdag van economen, welke gisteren in Den Haag gehouden werd, is van een schijnbaar diepgaand ver schil van opvatting gebleken tussen de inleider, prof. dr. W. C. L. van der Grinten en prof. dr. H. J. Witteveen, over de toekomst welke onze PBO wacht als de Euromarkt eenmaal op gang is gekomen. Prof. van der Grin ten betoogde in zijn inleiding, dat de totstandkoming van de Euromarkt geen motief kan vormen om de pu bliekrechtelijke bedrijfsorganisatie in Nederland op te doeken. De motieven welke in Nederland tot de oprichting van deze bedryfsorganisatie geleid hebben blijven ook in de Euromarkt van kracht en wellicht kan zelfs wor den gesteld, dat bepaalde motieven aan waarde hebben gewonnen. Juist bij de geleideiyke totstandkoming van de Euromarkt kan de bedrijfsorganisatie haar waarde bewijzen. De inleider verdedigde zijn stelling onder meer met de opmerking, dat de Euromarkt niet bedoelt de nationa le economieën op te lossen in één groot geheel. De Euromarkt laat deze nationale economieën bestaan, zij laat de nationale overheden verantwoorde- delijk voor het nationaal economisch welzijn. Doordat de economieën echter meer door elkander beïnvloed worden zullen er problemen ontstaan, welke juist door overleg en samenspraak in de bedrijfsorganen beter tot een oplos sing kunnen worden gebracht. Zelfs wordt de regelende bevoegdheid van de bedrijfslichamen door de regels van het EEG-verdrag niet aangetast. De inleider besteedde in dit ver band aandacht aan artikel 85 van het EEG-verdrag: het kartelver bod. Hij achtte dit artikel geenszins een belemmering voor de regelende bevoegdheden van onze bedrijfsorga nen op het gebied van de mededin ging. Tot nu toe is, zo zei hjj, de be voegdheid van de bedrijfslichamen op het terrein van de mededinging uiterst bescheiden. Bij het stellen van regels beperkt men zich voornamelijk tot de verkoopvoorwaarden, terwijl men verder aan de prijsvorming als zoda nig niet raakt. Afgezien van deze overweging geldt overigens, dat arti kel 85 gericht is op privaatrechtelijke bindingen, terwijl bedrijfsschapsveror- deningen gezien moeten worden als publiekrechtelijke bindingen. Zou men deze overeenkomsten dus willen aan tasten, dan kan dat alleen gebeuren op grond van artikel 101 van het ver drag, dat waakt tegen de vervalsing van de mededinging door wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen der lid-staten. Maar ook hier zijn de mo gelijkheden van de Europese autori teiten om in te grijpen nogal beperkt. Een bedrijfsschap krijgt van de over heid geen toestemming om de concur rentie in de gemeenschap te vervalsen. Het stellen van minimumprijzen zal over het algemeen niet worden toege- Advertentie (Van onze correspondent in Bonn) Per roltrap naar de roman tiek! Dat is het aller nieuwste wat de vin dingrijke Westduitse vreem- delingen-„industrie" haar mil joenen klanten te bieden heeft. De roltrap moet 240 meter lang worden en zal worden gebouwd in een van de mooiste streken van West- Puitsland, nl. bij Heidelberg. Hij zal in de toekomst de toerist in 1958 kwamen er 280.000 naar Heidelberg in de gelegenheid stellen om per roltrap de Kör.igstuhl te bestijgen. De roltrap zal 1,2 miljoen mark kosten. De Königstuhl is, behalve te voet wat een hele klim is te bereiken per auto en per tandradbaan. Na het ongeluk dat vorig jaar september nabij Königswin- ter heeft plaats gehad met de tandradbaan naar de „Drachenfels" de zaak komt dezer dagen voor een rechtbank in Bonn zijn deze berg-spoorbanen een beetje in ongenade geraakt. (De „Drachenfels"-baan heeft met Pasen haar bedrijf ook heropend, doch is intussen geheel geëlektricifeerd). Dat is echter niet de reden waar om de stad Heidelberg een 240 meter lange roltrap met een helling van 79 meter wil bouwen: het tandradbaantje kan de toeristenstroom niet meer verwerken. De toeris- ten-„industrie" moet worden gerationaliseerd, teneinde er nog meer geld uit te kunnen slaan. Nog veel meer toeris ten zouden het wereldbe roemde en veel-bezongen „Heidelberger Schlosz" op de Königstuhl kunnen bezich tigen, als men ze er maar sneller en efficiënter heen zou kunnen brengen. Dan zal het ook maar een paar jaren kosten om de bouw van de roltrap te amortiseren en er daarna zoete toeristen-winst- les van te trekken. Het ge- vaar bestaat dan overigens, n'ft het „Heidelberger Schlosz maar de roltrap de grootste bezienswaardigheid van de oude universiteitsstad er denigrerend over en gaat zal worden, die in de tweede liever per auto de berg op, wereldoorlog gelukkig vrij- wat weinig zin heeft, omdat wel werd gespaard. er nabij het „Heidelberger De tandradbaan werd 69 Schlosz" toch onvoldoende jaren geleden aangelegd en parkeerruimte is en men was toen een wonder van d' autorit veel meer van techniek. Nu praat men ergernis dan genoegen be- Op de voorgrond een deel van Heidelberg met daarachter het Heidelberger slot op de Königstuhl. In het Neckar-dal heeft de zomer zijn intrede al gedaan. leeft. De weg-helling be draagt hier en daar 43 pro cent, wat voor het zuchtende tandradbaantje betrekkelijk een peuleschilletje, voor de moderne weg-gigant evenwel een moord-karwei is. De bouw van de roltrap is vooral een concessie aan de Amerikanen, die onder de toeristen in Heidelberg verreweg op de eerste plaats staan. Geen wonder: Heidel- berg de Amerikanen heb ben in de buurt een „Sied- lung" aangelegd, die zij „Idyllburg" noemden is het hoofdkwartier der Ame rikaanse troepen in West- Duitsland. De Amerikanen hebben altijd een grote virtuositeit gehad in het uitkiezen van nun hoofdkwartieren. Wies- baden, Kaiserslautern en München zijn allemaal ste den met een prachtige om geving. Een Amerikaan is niet écht in West-Duitsland geweest hetzij als mili tair dan wel als burger als hij niet een bezoek heeft gebracht aan Heidelberg en de Königstuhl heeft beklom men om van het „Heidelber ger Schlosz" naar beneden in het Neckardal te kijken of om op de wijnvaten te kloppen en er dan zijn spijt over uit te drukken, dat er geen whiskey in zit. Met al zijn voorliefde voor oud-Duitse romantiek is een tandrad-baan hem te „aftands". Het treintje kan hoogstens 300 tot 350 toeris ten per uur naar boven en naar beneden tremmen. Dat duurt de Amerikanen, „doing Germany", allemaal veel te lang. En het zou ons niet verbazen, wanneer de suggestie tot aanleg van een roltrap van een Amerikaan afkomstig is. Via de roltrap kunnen nl. per uur 5 tot 6.000 toeristen de berg be stijgen. Nu belandt de toe rist dus eindelijk waar hij eigenlijk al lang thuishoort: op de lopende band, op de gemotoriseerde ladder naar de zevende hemel der oud- Duitse romantiek. staan dan in gevallen van desastreuze concurrentie, waarbij dit ook volgens het verdrag moet worden goedgekeurd. Het is dus niet goed denkbaar, dat de verordening van een bedrijfslichaam door deze bepaling getroffen zou wor den. Zoals gezegd was prof. Witteveen van een geheel andere mening. Hij stelde, dat er op het terrein van de regelende bevoegheden op econo misch gebied wel degeiyk sprake is van strijdigheid met de concepties van het EEG-verdrag. De Euromarkt mag dan de nationale overheden los van elkaar laten bestaan, de na tionale economieën Iaat zij echter niet onberoerd. Er moet een Europese economie ontstaan en hoe zou zo iets nu mogelijk zijn zonder het ordenend beginsel van de concurrentie? Juist om die concurrentie te regelen is artikel 85 van het verdrag ont staan. De concurrentie moet zich in de economieën der lid-staten voel baar maken. Er zullen verschuivin gen in de produktie ontstaan doordat men eikaars prijzen onderbiedt. Hoe zou men daarbij de vaststelling van minimumpryzen zoals de PBO die toestaat kunnen gebruiken? Daarmee zouden wy ons onttrekken aan het verdrag en onze onderhandelaars zouden uiteindelijk nog veel slimmer gebleken zijn dan de Fransen, die we zoveel verwijten gemaakt hebben. Mogelijk, zo zei de spreker, heeft prof. van der Grinten het juridisch ge lijk aan zjjn zjjrte en valt een PBO-ver- ordening inderdaad niet onder de bepa ling van art. 85. Maar dan vallen we toch in ieder geval wel onder het alge menere artikel 5, dat zegt dat de sta ten zich moeten onthouden van alle maatregelen, welke de verwezenlijking van de doelstellingen van het verdrag in gevaar kunnen brengen. De conclusie van prof. Witteveen was dan ook, dat de Euromarkt wel degelijk conse quenties heeft voor de verordeningen van de bedrjjfsschappen op economisch terrein. Het is, zei hij, wel bekend, dat ik daar niet om zal treuren, aangezien ik de PBO ook zonder Euromarkt al gevaarlijk genoeg vind. Prof. van der Grinten repliceerde, dat we ook binnen de Euromarkt in ieder geval de kans moeten houden om ons te verzetten tegen een ont bindende concurrentie. We hoeven niet iedere concurrentie binnen onze grenzen te tolereren. Schynbaar, sneerde hp, was het volgens prof. Witteveen de grootste wijsheid om weer terug te gaan naar de concur rentieverhoudingen van de 19e eeuw mét haar oud-liberale opvattingen. Prof. Witteveen verweet hem echter dat hij met het oproepen van dit oud- liberale spook bezig was om een wer kelijke discussie te vermijden. Een dergelijke oud-liberale concurrentie moet er in de Euromarkt niet komen. Waar het om gaat is, dat de Europe se autoriteiten in staat moeten zijn om maatregelen, die te zeer in een redelijke concurrentie ingrijpen kun nen uitsluiten, of dat nu privaatrech telijke of publiekrechtelijke maatrege len zijn. Door tijdnood bleef de discussie in dit weinig bevredigende stadium steken. ter zo luchtig en speels ontleed met zo een verrukkkelijke oplossing dat wq ons daarover kwalijk zorgen kunnen maken. De Spaanse auteur heeft het toneel tot een feest willen maken wat waarlijk tegenwoordig niet te veel voor komt. Zjjn schoenlappersvrouwtje bruist van levenslust maar vindt voor haar temperament geen weerklank, bij haar man, die zich door zijn klanten laat bedotten. Als een furie kan zy tekeer gaan wanneer beider levensritme kort sluiting veroorzaakt en zeer explosief is zjj als het geroddel van de buur vrouwen haar ter ore komt. Wat regis seur Johan Greter aardig heeft gety peerd met enkele kreten en dansen. De dorpelingen spotten met het duifje dat de mannen zo begeren. Als de schoenlapper zijn mooie vrouw verlaat, komen de aanbidders nog driester op zetten, maar eerst nu ontdekt zij hoe zij fel wezen van hem houdt. Eerlijk naïef is de ontknoping van het kluch- tipe drama als de schoenlapper 'tot zijn leest terugkeert en die van zijn vrouwtje omknelt, na als kunstenma ker tot haar te zijn doorgedrongen met een schone doorzichtige ballade. J. C. C. Rupp heeft deze transformatie wer kelijk voortreffeiyk gespeeld, en Trudi Vliegenthart toverde ons een alleraar digste schoenlappersvrouw voor, in het begin wat hard van toon, maar van lieverlede met meer poëtische aan drift. Een afzonderlijke vermelding ver dient nog de creatie door Niek van Wijk van de minzieke burgemeester. Een sfeervolle vertoning zeker ook door de decors berekend op simultaan toneel met naast het huisje van de schoen lapper later een kroeg een sim pele suggestie van heel het dorp. Jam mer dat de dictie in het algemeen te wensen overliet. Na afloop waren er de gebruikeiyke huldigingen. I. A. In een winkel aan de Nobel- straat te Utrecht, waar vroeger muziekinstrumenten blonken, schitteren nu kappen, waaron der lieve gezichten van dames studenten en ook wel reünisten schuil gaan. Het is het tijdelijke domein van de schoonheidsspecialiste en kapster Mary Kwant, die, toen zij hoorde over de lustrum viering van de Utrechtse Vrou welijke Studentenvereniging, onmiddellijk het bestuur haar diensten aanbood. Wetend, dat de toeloop van de dames, die voor de verschillende festiviteiten graag een zo mooi mogelijke coiffure willen hebben en liefst op het laatste ogenblik daarvoor Figaro bezoeken, groot zou zijn, verklaarde zij zich be reid in het clubgebouw te gaan zetelen. Eenmaal het haar „ge watergolfd" wilde zij op de vier achtereenvolgende dagen het kapsel nog wel even opkammen en bovendien de make-up ver zorgen. „Och", vertelde Mary, terwijl zij even de tijd voor een praat je nam „ik wilde het met de meisjes-studenten, die niet over zo'n grote geldbuidel beschik ken, plooien." „Een reuze idee", oordeelde mej. König, de praeses van de lustrum-commissie „maar we hebben in ons huis op de Drift geen vierkante meter over." Vlak in de buurt was echter een pand leeg, waarvan de eigenares, die er een muziekhandel dreef, bereid was het voor enkele dagen te verhuren. Toen zij inmiddels het perceel aan de gemeente had verkocht, mocht mej. Kwant er toch blijven zitten. Haar collega's in Utrecht vonden het initiatief van mej. Kwant alles behalve „een reuze idee" en de eerste de beste morgen, dat zij in het pand aan de Nobelstraat haar bedrijf uitoefende, maakte de politie op verzoek van de secretaris van de afd. Utrecht van de Ned. Kappersbond proces verbaal op, omdat Mary niet in het bezit is van de vereiste vestigings vergunning. Zij heeft zo'n vergunning voor haar zaak in Zuilen, waar zij een vervangster en enige noodhulpen heeft geplaatst om met haar eigen staf de dames-studenten te bedienen, maar in de Nobelstraat is zij in overtreding. Terwille van de studenten, wier feestvreugde zij niet wilde verstoren, te meer, omdat vele dames al bij Mary „besproken" hadden, ging zij niet tot sluiting over. „Iedere dag, dat ik open ben, zal ik waarschijnlijk meer boete betalen," vertelde Mary. „Ik denk er echter niet over de meisjes-studenten in de steek te laten. Vanmiddag kwam een van de dames me vijf gulden brengen als tegemoetkoming in de proceskosten en ze hebben me al een advocaat beloofd om straks bij de kantonrechter voor me te pleiten." Een dame die zelf acht jaar het kappersvak heeft uitgeoefend, en die in de krant las dat Mary Kwant verbaliseerd was, kwam spontaan haar hulp aanbieden. „Maak meteen even de make-up. Er moet een masker op," zo beveelt de schoonheidsspecialiste intussen aan een van haar assistenten. Een studente komt betalen en overhandigt een bankbiljet. „Wat hebben jullie allemaal groot geld,," verzucht Mary. „Dat komt, omdat het feest nog goed moet beginnen," is het antwoord van de cliënte. Het lustrum is nog „jong". Daar houdt ook Mary het bij. Het lustrum is een feest van jong zijn en daar hoort een fraai kapsel en een charmante make-up bij. Daar zal zelfs de kantonrechter het wel mee eens zijn! Koningin Juliana bij de galavoorstelling van „De wonderbaarlijke Schoenlappers vrouw". V.l.n.r.: J. Rupp (de schoenlapper), mej. T. Vliegenthart (de vrouw), mej. S. Konig (praeses lustrumcommissie). De door enkele Nijmeegse spoorweg ambtenaren ontketende actie ten bate van ,,'t Witte Huuske" is een groot suc ces geworden. Hoewel de giften nog uit alle delen van het land biyven binnen komen tot zelfs uit Australië en Ca nada toe is al een bedrag van ruim vijftienduizend gulden bijeengebracht. Ruimschoots voldoende voor de bouw van een zonnehuisje voor de beide ge brekkige kinderen Rothuis in Opheus- den, die plotseling zulke dikke maatjes zijn geworden met het treinpersoneel, dat dageiyks aan hun woning voorbq- suist. Het zonnehuis is op papier reeds ge reed. Het grootste gedeelte bestaat uit glas. zodat de kinderen vrijelijk naar alle kanten kunnen uitkijken. Aan de af werking binnen en buiten zal de grootste aandacht worden besteed en een sierlij ke beplanting en een ruim terras ge ven het geheel een prettig en vroiyk aanzicht. Men hoopt in de eerste week van mei met de bouw te kunnen begin nen, zodat het huisje nog juist voor de verjaardag van het jongste meis je, op 27 juni, kan worden overge dragen. De totale bouwkosten plus de inrichtingskosten bedragen, dank zij de medewerking van vele leveran ciers, ongeveer zesduizend gulden. Het overige geld zal worden besteed voor de verpleging van beide kinde ren en voor het onderhoud van hun pas verworven bezit. Het hartverwarmend medeleven met de beide kinderen uit alle delen van het land duurt nog steeds voort. Vorige week nog kwam dat tot uitdrukking, toen de postbode uit Opheusden op de verjaardag van het oudste meisje maar liefst 483 brieven en briefkaarten be zorgde. De Romeinse uitgeverij der Paters Paulisten zal dezer dagen een boek uit geven, dat formeel nog op de Index staat: Les Misérables van Victor Hugo. De uitgeverij heeft daartoe de toestem ming van het H. Officie gekregen. Dit is de eerste maal dat zulk een toestem ming expressis verbis asm een katho lieke uitgeverij gegeven wordt. Te Rome wordt verwacht, dat binnenkort begon nen wordt met een herziening van de Index en met het schrappen van een aantal publicaties, die in vroeger eeuwen verboden waren. HONINGRAAT Rond de getallen woorden van zes letters invullen, welke in de richting van de wijzers van de klok draaien. Waar zij beginnen is niet gegeven. 1. smakelijk: 2. insect; 3. vogel; 4. af gescheurde lap: 5. deel van het alfabet; 6. oord. Oplossing 22 april: 1. tarra; 2. radio; 3. overal; 4. alcalde; 5. Deventer- 6. terra. ,,'t Witte Huuske" op papier al gereed. Zaterdag 2 mei a.s. te elf uur 's mor gens zal op het terrein tussen de Hen gelolaan en de Winkelstede in de nieuwe Haagse wijk Bouwlust het vijf meter hoge bronzen beeldhouwwerk „Ruiter te paard" van de Italiaanse beeldhou wer Marino Marini worden geplaatst. Hierbij zullen aanwezig zijn vertegen woordigers van de gemeente 's-Graven- hage en de heer Marini en zijn echt genote. De beeldhouwer heeft, nadat hy de kunstopdracht van de gemeente Den Haag had gekregen, in samenwer king met Haagse stedebouwkundigen zelf de plaats van het nieuwe beeld uitgezocht. Op het paard is in gebogen houding een ruiter gezeten. De heer H. Hoen heeft woens dagavond in de Maastrichtse gemeenteraad onder hilari teit onthuld, dat bij de onlangs ge houden Tweede-Kamerverkiezin gen in een der Maastrichtse stem bureaus in een stembus een portie patates frites met een hoeveelheid kwalijk riekende piccalüly was aangetroffen. Deze ongewone stembusinhoud achtte de spreker echter geen aanduiding (met pro pagandistische strekking) voor een politieke partij. Een en ander moet in de bus zijn gestopt voordat deze bij het stembureau was afgeleverd. oensdagavond is met een KLM-vliegtuig de 28-jarige pater Agnellus Verheyen OFM naar de missie op Neder lands Nieuw-Guinea ver trokken. Tien dagen gele den is de vliegende pa ter", na een verblijf van veertien maanden in de Verenigde Staten voor een vliegeropleiding in Ne derland teruggekeerd. Thans gaat hij zich voe gen bij de 29-jarige pa- ter-piloot Edmar Vergou wen O.F.M. die voor zijn vliegeropleiding geruime tijd in Australië (Too- woomba) heeft vertoefd Bijna drie jaar geleden startte Pater Verheyen met zijn opleiding voor het brevet in Hilversum. het Lewis College, de missie-verkeersmiddelen- actie in Nederland (MIVA) en de heer Cos- tello, een Amerikaans za- leden, volgens een rap port van pater Vergou wen, een spoedbericht in Hollandia was gekomen uit een kleine kampong eerste Cessna 180 reeds in Nieuw Guinea wordt gevlogen door pater-pi- loot Vergouwen. Hij hoop te, dat nog in de loop van dit jaar de tweede Cess na in Nieuw-Guinea zou aankomen ter versterking van de „vloot", een uit breiding, welke dringend Een jaar later behaalde noodzakelijk wordt ge- kenman uit Chicago, die dichtbij (Jbrub, waar een zijn Cessna 180 ter be- Papoea-jongetje van drie schikking stelde, is pater jaar in een varkenskuil Verheyen, die uit Rotter- was gevallen. Dit is een dam afkomstig is, voor soort vangkuil, die door de brevetten geslaagd. de papoea's in de loop- paden van wilde varkens [J ater Verheyen vertel- wordt gegraven. Zij zet- de voor zijn vertrek ten er vlijmscherpe speer- op Schiphol, dat de punten in en bedekken hij zijn theoretisch B 3 brevet verkeersvliegen, waarna hij in februari vorig jaar naar de Ver enigde Staten reisde om op het Lewis College te Lockport (Illinois) het theoretisch en praktisch acht in verband met het vele werk var. de missie en de uitgestrektheid van het land. Pater Vergou wen en hij zullen onmid dellijk met het vliegende missiewerk beginnen. Reeds zijn zes landings examen van het Ameri- strips gereed gekomen kaanse B 3 brevet te doen o.a. die te Waris, Ubrub alsmede het diploma voor en Arso mecanicien te behalen. Pater Veraeyen vertel- Dank zü de steun van de, dat enkele dagen ge- de kuil met takken en bladeren. Het jongetje was er vrij ernstig aan toe. Een speerpunt was dwars door zijn kuit ge gaan en een andere door zijn kaak. Zo gauw het weer goed genoeg was is pater Vergouwen met de Cessna opgestegen. Bij aankomst op de strip van Ubrub bleek, dat in de kaak van het jongetje nog steeds een afgebroken stuk hout zat en zijn kuit vertoonde grote open wonden, alles ontstoken en geïnfecteerd. Pater Vergouwen vloog de jon gen naar het ziekenhuis van Hollandin-binnen. De toestand van de jeugdige papoea is thans uitste kend.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1959 | | pagina 9