Borduren zenuwslillend
Tafellakens van Chinese mannen
Meer van Genezarethhet tederst
—blauw dat men ooit gezien heeft
Aangrijpend is het na 2000jaar op deze
plek Christuswoorden te horen
1
Twente is zeer geporteerd
voor de derde T.H.
Unieke vorm van H.O.
uniek gebied
Ook ik wil graag leven
„Behandel me gewoon, a.u.b."
H
D
Ontwikkeling van
onderwijsresearch
FRANSE VROUWEN:
PELGRIMSREIS DOOR HET HEILIG LAND (SLOT)
Het Joodse
zeemeerminnetje
in
-DAGBOEK VAN EEN SPASTISCH MEISJE
Prinses Beatrix
naar Friesland
V-
Komend najaar weer
een conferentie
Op 28 en 29 augustus
VRIJDAG 10 JULI 1959
PAGINA 11
ls een ranke zeemeermin zwemt
het Joodse meisje, diep wegge
doken in het heldere water van het
meer van Genezareth, het lange,
donkere haar dat achter haar aan
golft met een sierlijk gebaar naar
achteren schuddend telkens als ze
boven water komt en haar olijfkleu
rig gezichtje even wendt naar de
toeristen die in de felle zon aan de
lage kade van Tiberias zitten. Ze
speel-zwemt tussen een troepje rap
pe bruine jongetjes, die in het water
geworpen munten opduiken.
(Van een Twentse medewerkc
In de Twentse buurtschap Driene,
die gedeeltelijk tot de gemeente
Hengelo en gedeeltelijk tot de ge
meente Enschede behoort, ligt onder
Enschede het fraaie landgoed Drie-
nerloo. Het is bijna 100 hectaren
groot en er zijn nog 40 hectaren aan
grenzende gemeentegronden voor
uitbreiding beschikbaar als de rege
ring Twentes hartewens inwilligt en
hier de derde Technische Hogeschool
doet verrijzen.
m
-
(Van onze onderwfisredacteur)
Uit een zo pas verschenen publikatie
van de ..Katholieke Centrale voor Stu
die en Research ten behoeve van Op
voeding en Onderwijs" bljjkt, dat er
thans in Nederland 42 instituten, bu
reaus en organisaties zijn, die zich
daadwerkelijk en min of meer regelma
tig bezig houden met wetenschappelijke
studie en onderzoek op het gebied van
het onderwijs. De meeste van deze in
stellingen zijn ontstaan na de oorlog.
Het vorig jaar is voor het eerst een
conferentie gehouden over onderwijsre
search, op welke conferentie duidelijk
de behoefte bleek aan meer onderling
contact tussen de researchinstellingen.
De jongste publikatie van de Katholie
ke Centrale wil er toe bijdragen dit con
tact te verbeteren. Men heeft een over
zicht samengesteld, waarin de over
heidsinstellingen, de universitaire insti
tuten, de gemeentelijke instellingen en
de particuliere organisaties en bureaus
zijn opgenomen met de werkzaamhe
den, die zij verrichten. Het overzicht
vermeldt enige honderden onderzoeken
en publikaties.
Het ligt in de bedoeling, in het komend
najaar een tweede conferentie te hou
den over de onderwijsresearch in Neder
land.
In het boekje van de Katholieke Cen
trale schrijft prof. dr. J. Th. Snijders,
dat de research niet van vandaag op
morgen en in beginsel nooit de onder
wijsvernieuwing en het onderwijsbeleid
aan onwrikbare fundamenten kan hel
pen. Wel kan de research bijdragen le
veren aan de beantwoording van con
crete vragen en aldus voedingsstoffen
leveren^ voor de ontwikkeling van de
onderwijs-leer, die aan de onderwijzer,
leraar en bestuurder in de toekomst
meer houvast zal kunnen geven.
Deze foto van vissers op het meer van Genezareth vindt men in het bijzonder mooie platenboek van het Heilig Land,
„Paldstina", van Focko Lüpse, uitg. Eckart-Verlag, Witten und Berlin.
Engeland De 26-jarige Robin Dou
glas-Home, die vorige zomer dong naar
de hand van prinses Margaretha van
•fjWeden is gisteren te Londen in het
nuwelqk getreden met een 18-jarig foto
model en mannequin.
Het is cnikheet. Met de bus is onze
«roep pelgrims van Capharnaüm langs
de oever van het onbeschrijfelijk mooie
meer van Genezareth naar Tiberias
gereden. En daar zijn we op dat ogen
blik alleen maar heel dorstige toeristen,
die schaduw zoeken onder de gekleurde
Parasols van de kleine drankgelegen
heid aan het water en hun dorst pro
beren te lessen in het land van de
Jaffa's met gekoeld sinaasappelsap.
Het water is koel en doorzichtig. Te
gen de onderwaterkade zitten kleine
grijze slakjes vastgeplakt. Daar zou ik
er een paar van willen hebben als le
vensecht souvenir aan dit meer van
Genezareth, waar men als heilig-land-
Pelgrim altijd het gevoel zal hebben er
te kort te zijn omdat men er zoveel
aangrijpende woorden van Christus en
Zoveel aangrijpende dingen die er ge
beurd zjjn, wil laten herleven. „Hoe
beet zo'n slakje in het Hebreeuws?"
vraag ik, in het water wijzend aan
'emand die er uitziet of hij hier hoort.
oGaruziem". Ik wenk het joodse zee
meerminnetje en maak mijn wens dui
delijk. Ze plukt diep onder water, wat
kleine schelpdiertjes af en geeft me
ben natte handvol. Maar ze schudt
baar hoofd als ik haar uit dank iets
iris te drinken bied. De joodse kibboets
kinderen zijn in goede stijl opgevoed.
Twee dagen zijn we in Israël op
deze pelgrimsreis in het heilig land,
die begon in het Jordanische gedeel
te, waar de oud testamentische sfeer
grotendeels bewaard is gebleven en
die eindigt in Israël, waar mèt de
werkijver, de ontginning en de wil
tot opbouw, de industrialisatie en de
westerse haast zijn doorgedrongen.
De joodse gids, die ons de laatste
dag van de reis in de ochtend naar
Capharnaüm heeft gebracht heeft
bad ukkelijk haast. Het kan mis
schien niet anders. Maar het doet
Pijn om maar zo kort in Ga-
mea te zijn, waar Jezus zoveel heeft
gelopen in de wijdheid van het glooi
ende berglandschap met altijd het
bedauwde blauw van het bergsilhouet
*n de verte. Waar Hij zoveel stap-
Pen heeft gezet over de droge bodem,
met tussen de witte rotsigheid de
stekelige begroeiing van sierlijke la-
|e distelplanten, even blauw als het
azuur van de lucht. Het deed pijn om
in Capharnaüm maar zo kort de tijd
m hebben om de meest aangrijpende
woorden te laten herleven, die Jezus
volgens Johannes, in het zesde hoofd
ruk, hier gesproken heeft.
Er?et was bbstig en stil aan de ruime
Vertne oever van Capharnaüm in de
ba kwikkende schaduw van de over-
je ,gende eucalyptusbomen. Een boot-
bi»,de verte wiegde op het zonnige
dooi watervlak en het handjevol,
peii"eerbied bevangen en zwijgende
va™, deed aan de onberoerdheid
Sch»„ landschap niets af. „Een grote
van hC y?l£de Hemklinkt de stem
ttyeTÏe.bijbellezer in ons midden, die na
Me)fbuizend jaar op precies dezelfde
bo woorden weer laat horen die
toen tot de duizenden heeft ge
sproken. En wederom luisteren er toe-
gewijden naar Hem met een hart nau
welijks groot genoeg voor het bevat
ten van dat verbijsterende geheim:
„Mijn "vlees is waarlijk spijs en mijn
bloed is waarlijk drank".
Het tintelende water klotst zachtjes
tegen de oeverstenen. Ineens spat het,
met die geheimzinnige plotselinge golf
slag, die dit mooiste en meest gehei
ligde van alle meren eigen is. Er zijn
op dit laag gelegen meer ook nooit te
berekenen plotselinge valwinden, die
elke toeristische pleziervaart god
dank verhinderen. Dan ligt het weer
als een rimpelloos vlak van het aller
tederste blauw dat men ooit gezien
imiimiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiim
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
heeft in een aandoeniqke zuiverheid en
de rust en de grondeloosheid van het
water. Je begrijpt Petrus, die dacht
er overheen te kunnen lopen. Je zou
het ook willen doen. En vooral zou je
hier willen blijven, aan het water waar
Jezus gepreekt heeft, in een natuur van
zo hartveroverende lieflijke schoonheid,
dat geen plek op aarde waardiger zou
zijn geweest om er de leer van de pure
liefde te verkondigen.
In zachte contouren van wolkige
struiken waaruit fonteinen van gele
bloemen springen, dikke dotten olean
ders in volle bloei en slingerende paar
se bougainville, is de oever begroeid
langs de smalle weg die slingert van
Capharnaüm naar Tiberias. Rechte don
kere cypressen wijzen met hun punt
recht naar de hemel. Uit het dichte
riet vliegen vlinderkleine vogeltjes op,
die met snelle beweginkjes over het
water scheren. Je belooft jezelf er nog
eens terug 'te keren. Het meer van
Genezareth ondergaan hebben betekent
dat het je vastgegrepen heeft. En hoe
vast het je houdt zul je later merken
als je weer thuis bent en in je eigen
kerk de evangelieverhalen die zich hier
hebben afgespeeld leest en hoort voor
lezen.
Hoe begrjjp je nu ook, dat er altijd
een menigte was, die Hem volgde, die
geen haast had met dat benijdens
waardige Oosterse begrip voor de
grenzeloosheid van de tijd. En een to
taal andere instelling tegenover de ge
bondenheid aan tijdruimte en leefruim
te. In het Oosterse klimaat leeft men
buiten, met de zon en de natuur mee
en de herdersvolken, het trekken altijd
gewend, schematiseren hun bestaan
niet zoals wij. En iets te eten en te drin
ken vindt men ook wel. Waarom zou
den tweeduizend jaar geleden niet net
als nu altijd in drukke straten, dus op
plaatsen waar veel volk bijeen is, de
waterviugge jongetjes met slimme
handelsgeest als verkoper zijn rondge
gaan met vruchten oi sap van vruch
ten in een leren zak of broden Zo ziet
men ze nu nog altijd. Zo lopen ze door
Jerusalem met ringbroden, die ze aan
een stok meedragen voor losse ver
koop. „Hier is een jongen met vijf
gerstebrodenschreef de evange
list. Ze zjjn er nog altijd.
De jongens van Nazareth
In het lieflijke Gaiilea, waar Christus
-oveel gepreekt heeft, zou men lange
tijd willen zijn. Het is misschien vreemd,
maar in de rustige schoonheid van dat
berglandschap vindt men Hem méér
uit de evangiliën dan in het stadje
Nazareth, in Nazareth, al ligt het in
Israël, is de bevolking niet joods, maar
grotendeels Arabisch. Christenen en
moslims. Wij kwamen er pas tegen de
avond n voor een kort verblijf en
logeerden in een van de weinige logeer
gelegenheden, een pelgrimshuis dat om
ringd door een grote tuin, in alle rust
hoog op een heuvel boven het witte
stadje lag. In de ondergaande zon
geurden de rozen en de kamperfoelie,
de lucht was goud tegen de strelende
lijn van de heuvelkam. En terwijl het
dagelijks ritueel, van het afladen der
koffers van de groep van veertig pel
grims, zich voltrok, want dat moet
nu eenmaal ook gebeuren voelde je
je ineens diep gegrepen hier te mogen
zjjn en nog meer door het alleronbe-
grijpeljjkste, dat de Zoon van God op
dit stille vergeten plekje tussen de
heuvels dertig jaar in verborgenheid
heeft geleefd. Hoe Nazareth zelf ook
veranderd mag zijn, toen wij 's avonds
onder een sterrenhemel wandelden, zo
fonkelend als wij nog nimmer hadden
gezien, en vanuit de warme donkere
grond het getjilp van een krekel hoor
den, dachten wij, lat is tenminsten og
precies als in Jezus' tijd.
En de volgende ochtend vroeg, aan
de bron beneden in de stad, kon men
zich voorstellen, hoe ook Jezus als
jongen hier water heeft gehaald of,
met blote voeten op een ezel gezeten,
het dier liet drinken, zoals wij een jon
gen van de streek het zagen doen. Hij
zal zeker ook gekeken hebben naar het
drinken van de rumoerige beweeglijke
kudden donkere geiten en schapen, die
aan de dierenbron, naast de mensen
bron, hun dorst komen lessen. Aandoen
lijk zjjn alle kleine donkere jongens in
Nazareth, want op deze plek denk je
dan meteen aan de kleine Christus.
Vertederend was het heel jonge misdie-
naartje dat bij het dienen van de Mis
heel devoot de ampullen kuste voor hij
ze aanreikte en herhaaldelijk de zoom
kuste van het kazuifel. Dat was 's och
tends vroeg bij de heilige Mis in de
grot, waarvan men aanneemt, dat die
de heilige familie tot woning heeft ge
diend. Er zijn in dit warme, droge rot
sige land nog altijd rotswoningen,
waar dan een soort voorhuisje aan vast
gebouwd is. „De schilders vroeger had
den er eens naar toe moeten gaan",
zei een simpele ziel ons, toen we haar
als ooggetuigen vertelden hoe men ter
plaatse de vroegere werkelijkheid re
construeert.
En ongetwijfeld is het een van de
gebenedijde dingen van deze tijd, die
het reizen zo populariseert, dat men
tegenwoordig betrekkelijk gemakkelijk
onder goede geleide want dat is on
ontbeerlijk naar het heilig land kan
reizen. Ondanks de trieste verdeeldheid
van de laatste tien jaar tussen de sta
ten Jordanië'en Israël, waarin Palesti
na uiteen is gevallen. Een zeer merk
bare verdeeldheid die voor de pelgrim
echter overspannen wordt door dat éne
begrip het „Heilig Land". Wie heeft
ook weer eens gezegd, dat het heilig
land het achtste sacrament is?
A. Bgl.
(Van onze medevierkster in Parijs)
f Y andwerkjes! Eeuwen lang hebben de vrouwen
H zich geduldig over handwerkjes gebogen. En al
naar de mode op dat moment was kwamen
kunstwerken of afgrijselijkheden uit haar vlijtige
handen.
Wat er ook veranderen mochthet handwerken bleef
bestaan; tot in het begin van deze eeuw hoorde een
meisje steeds een handwerk onder handen te hebben.
Zeker in Frankrijk. Toen de arme schapen hier nog
over hemden en onaerlijfjes voor haar uitzet gebogen
zaten en die van de eerste tot de laatste steek met de
hand naaiden en dan nog borduurden ook, werden in
Nederland alleen nog maar af en toe enkele theekleed
jes, kussens en theemutsen door de vrouwelijke jeugd
geborduurd Antimaccassers en dergelijke dingen waren
gelukkig de mode uit.
Breien deed niemand, de breiwoede verspreidde zich
eerst over Europa tijdens de eerste wereldoorlog en
tastte jong en oud aan. Maar langzamerhand komt er
nu een einde aan de b reimanie. Behalve baby goed wordt
er sinds de breimachines algemeen werden, heel wat
minder met de hand gebreid. Dit komt misschien ook
omdat ingewikkelde patronen uit de mode zijn en de
vrouwen de voorkeur aan jersey geven nu de keuze in
kleren daarvan zo uitgebreid is geworden.
„Les Arlequins", een ontwerp van Picasso, geweven door de
voormalige beeldhouwster madame Dürrbach, tentoongesteld
met het Chinese borduurwerk.
Voorafgaande artikelen over de pel
grimsreis naar het Heilig Land in ons
blad van 12, 19, 27 juni
Maar de vrouwen die in Frankrijk
het bezig zijn met een handwerk :e-
nuwstillend vinden, zijn er nog legio en
dat verklaart wel iets van het toene
mend succes van het bordurei. Boven
dien voor wie wat snobistisch is aan
gelegd: borduren heet chic en breien
geldt nu als burgerlijk. Meer is er soms
niet nodig om iets te doen inslaan!
Ook' bestaat in Frankrijk nog altijd
een. grote liefde voor alles wat met de
hand vervaardigd is. Maar tijd om grote
kleden te borduren of te weven hebben
de meeste vrouwen niet meer, ook niet
onder de zeer goed gesitueerden, /an
daar dat toen de haute couture dit sei
zoen met machinaal geborduurde stof
fen kwam, dit algemeen, ai was het
dan ook met een zucht, geaccepteerd
werd.
Maar tegenwoordig worden met de
hand geborduurde tafellakens, kleden
en zakdoeken in de handel gebracht te
gen prijzen die hoewel hoog, niet te
vergelijken zijn met wat men feitelijk
voor dergelijk kunstnaaldwerk zou
moeten betalen, zo men er nog bor
duursters voor zou vinden. Samy Bigio
heeft ze in het verre oosten gezocht,
wel wetende dat er in Europa geen
vrouwen meer zijn die voor een honger
loon vijf jaar lang over één kleed ge
bogen willen zitten.
Bigio zocht zijn borduurders, want in
het oosten zijn het mannen en geen
vrouwen dit dit vak uitoefenen, onder
de naar Hong Kong en de Philippijnen
uitgeweken Chinezen.
De betaling geschiedt op eigenaardige
wijze. Ze krijgen huisvesting en voedsel
en waarschijnlijk een kleine som gelds
en daartegenover staat dan hun werk.
Men zou dat eigenlijk „au pair" kunnen
noemen!
De heer Bigio liet in Frankrijk ont
werpen maken en stuurde hun die. Het
resultaat toont hij de verbaasde Parij-
zenaars waarvan alleen de ouderen zich
konden herinneren dat hun moeders en
grootmoeders zich vroeger over zulke
enorme tafellakens bogen die ze met
eindeloos geduld borduurden.
De techniek waarnaar Bigio laat wer
ken is zeer verschillend. Bijzonder mooi
is de „point d'ombre", op irgandi. Dit
is een borduurwerk dat aan de ver
keerde kant wordt gedaan - als scha
duwwerk dus - en alleen maar door
het organdi doorschijnt en een ongeloof
lijk mooi effect maakt.
Een soort „geborduurde schilderijen"
zoals de heer Bigio zegt, zijn de voor
stellingen op wit satijn geborduurd en
altijd op de Aziatische folklore geïn
spireerd. Deze zullen in een modern
Europees interieur wat vreemd aan
doen. Het naaldwerk is echter schitte
rend en de kleuren zijn met smaak ge
kozen. Alles bij elkaar een expositie
die in alle opzichten een bezoek waard
is Het klinkt misschien wat vreemd
maar van dit klassieke borduurwerk
gaat rust uit.
Dat kan lang niet altijd gezegd wor
den van de wandtapijten die Madame
Dürrbach maakt, hoeveel moois ook on
der haar werk te vinden is.
Madam Dürrbach was oorspronkelijk
beeldhouwster en trouwde met een
beeldhouwer. „Dat lijkt zo prachtig",
zegt ze, „man en vrouw die hetzelfde
werk hebben"; inderdaad kan dit zo
zijn als dit zich bijvoorbeeld bepaalt
tot het verkopen van ulevellen. Maar
als er een uitgesproken opinie aan te
pas komt kan het aanleiding geven tot
botsingen. Daar Madame Dürrbach al
tijd -eel voor wandtapijten had gevoeld
besloot ze om te zwaaien naar het
weven. Het is nog geen tien jaar ge
leder: dat ze dat besluit nam en nu
reeds is haar atelier bekend. Schilders
als Delaunay, Gleizes n Picasso, om er
maar enkelen te noemen, maken teke
ningen voor haar naar welke ze de
wandtapijten weeft. Haar techniek w >rdt
algemeen geroemd en ze weet de ge
dachte van de schilder meesterlijk weer
te geven.
Zo gaat van „Rythmes" van Delaunay
iets opbeurends uit, hetzelfde kan ge
zegd worden van werken van Léger en
van haar man, maar wie zal Les Arle
quins van Picasso aan zijn muur willen
hangen? Vooral daar het een monumen
taal tapijt is waar de kleuren fel en
hard van zijn. Alleen in een reusachtig
grote zaal kan een dergelijk tapijt niet
op de zenuwen werken!
Maar dat is slechts het oordeel »an
een nuchtere bezoekster. Het vrouwtje
zelf staart er in devote aandacht naar
en zegt alsof dat alles insluit: ,,'t Is een
Picasso".
DINY K.-W.
et is opvallend hoeveel
boeken er de laatste
tijd geschreven zijn over
ernstige, soms ongeneeslijke
ziekten, vaak door de patiën
ten zelf of ook door hun
ouders of naaste verwanten.
Dit is, hoe pijnlijk het onder
werp ook zij, een uitermate
verblijdend verschijnsel. Deze
boeken getuigen van een niet
zelden ronduit heldhaftige
levensmoed, van een bewon
derenswaardige offervaardig
heid en van een verantwoor
delijkheidsbesef, dat eerbied
afdwingt. Er is een tijd ge
weest. dat talloze gezinnen
door de droeve aanwezig
heid van een geestelijk of li
chamelijk onvolwaardig kind
in een onvoorstelbaar leed en
isolement zijn geraakt. Mach
teloosheid, valse schaamte,
onkunde, gebrek aan begrip
van omgeving en buitenwe
reld hebben menige zieke,
maar evenzeer zijn naaste
verwanten het leven tot een
voortdurende kwelling ge
maakt.
Tezamen met de vooruit
gang van de medische we
tenschap hebben de verwor
venheden van de psycholo
gie, de sociologie en de pe
dagogie tenslotte een klimaat
geschapen, waarin het moe
dige initiatief van enkele
dappere mensen, die weiger
den zich werkloos bij hun
beproeving neer te leggen
deze ban van leed en lijden
kon doorbreken In alle ge
vallen gaat het rechtstreeks
om de strijd voor een mens
waardig bestaan, ook wan
neer de eigenlijke storing oi
ziekte (nog) niet geheel te
genezen is. Vooral bij licha
melijk onvolwaardigen staat
het streven naar erkenning
van hun geestelijke volwaar
digheid op de voorgrond.
Wat dit voor het geluk van
de zieke niet alleen, maar
ook voor zijn omgeving be
tekent, behoeft wel geen
verder betoog. Het duide
lijkst komt dit, naar ons ge
voel, tot uiting in het waar
lijk ontroerende boek „Ka
ren" door Marie Killilea (J.
H. Gottmer, Haarlem) Met
langzaamaan verworven grote
kennis van zaken beschrijft
deze moeder op voortreffe
lijke wijze hoe haar gezin
met eindeloze toewijding en
geduld de spastische Karen
geholpen heeft aan een.
naar omstandigheden, bevre
digende levenshouding. Wij
zouden dit prachtige boek de
bijbel willen noemen voor
alle ouders, die het zware
kruis van een spastisch kind
te dragen hebben En dui
zendmaal gelukkig het kind.
dat zijn lijden in een derge
lijk gezin te verwerken krijgt.
Als tegenhanger van dit
boek mag zeker gelden „Ook
ik wil graag leven", het dag
boek van Rikke Steenbeeck
uitgegeven bij La Rivière
Voorhoeve te Zwolle Rikke
is een Noors meisje van 21
jaar, dat vanaf haar geboorte
aan cerebrale paralyze lijdt
Dat betekent in haar geval
dat zij absoluut hulpeloos is
Zij kan niet lopen, niet staan
niet normaal zitten Haar
hoofd maakt voortdurend
schokkende bewegingen, zij
heeft geen of zeer weinig
controle over armen en han
den. Spreken kan zij niet.
Kortom een geval, dat voor
alsnog geen hoop wettigt.
Maar geestelijk is zij volko
men normaal. Het is ontstel
lend zich in te denken met
welke problemen de omge
ving van zo'n kind gecon
fronteerd wordt. Vooral het
niet kunnen spreken maakt
de toch al zo afschuwelijke
moeilijkheden vele malen
groter.
it kind heeft een boek
geschreven, een dag
boek, waaraan zij op
veertienjarige 'eeftijd begon.
Toen zij negentien was,
maakte zij het af. Hoe dat
kan? Nadat zij lezen had ge
leerd, kreeg zij een grote
plaat met het alfabet voor
zich op tafel Daarop wees
zij letter voor letter aan, die
dan door anderen werden op
geschreven, zonder dat dezen
er iets aan toevoegden of
veranderden. Men heeft de
hoogste bewondering voor de
enorme geestkracht, waar
door dit boek tot stand is ge
komen. Voor de patiënte zelf
bevat het geen oplossing, of
het moest zijn de ondanks
alles levende hoop op enige
verbetering door een uiterst
moeizame, physieke opvoe
ding. Rikke vertelt daarvan
het een en ander. Maar dat
is niet het voornaamste. De
nadruk ligt in haar boek op
een onophoudelijk, hartstoch
telijk beroep op haar mede
mensen om „voor vol aange
zien" en „als een gewoon
mens behandeld te worden".
Vooral geen over-protectie
en hinderlijk medelijden
„Als cerebrale paresen door
sentimentaliteit konden wor
den genezen", zegt zij. „was
ik allang gezond.' En verder:
„Wie gezond zijn en graag
hulp willen bieden aan ons,
die aan een of andere vorm
van invaliditeit lijden, kun
nen dat het beste doen, door
ons als ieder mens te behan
delen, doodgewoon als elk
ander mens."
Ook in „Karen" wordt hier
op herhaaldelijk met klem
gewezen. Maar bovendien
gaat er van beide boeken een
krachtige aansporing uit tot
de ouders van spastische kin
deren om samen te werken
Men kan veel van elkander
leren door uitwisseling van
ervaringen, men kan bijdra
gen tot het bespoedigen van
het oprichten van revalida
tiecentra, de gezamenlijk ge
openbaarde nood dwingt de
deskundigen tot intenser be
studering van deze afschuwe
lijke ziekte en tot ontwikke
ling van de juiste therapie
Maar bovenal zal het onder
ling contact de getroffenen
de ogen openen voor de grote
en troostrijke waarheid, dat
zelfs leed en lijden als dit
een ware zegen kan zijn Een
gezin met een spastisch kind
kan, naar de eehte menselij
ke waarden gemeten, uit
groeien tot een paradijs op
aarde, omdat het beste, wat
in de mens schuilt, door de
eerlijke toewijding aan de
patiënt, tot rijpe, groot-
menselijke ontwikkeling kan
worden gebracht. Daarvan is
„Karen" een ontroerend en
benijdenswaardig voorbeeld
Tussen de regels door ziet
men hetzelfde bevestigd in
Rikke's gezin. Beide boeken
mogen door velen gelezen
worden. v< \y.
Als - bij wijze van spreken - morgen
het regeringsbesluit valt dat Drienerloo
inderdaad als vestigingsplaats voor de
derde T.H. is uitverkoren, kan over
morgen de eerste spade in de grond
worden gezet, want het terrein is di-
rekt beschikbaar. De situatie is er zo,
dat hier een „cité universitaire" kan
verrijzen met behoud van het natuur
schoon, maar ook met alle voorde
len van de nabijheid van de grotestads-
accommodatie van Hengelo en Ensche
de. Drienerloo zal onmiddellijk aan het
stadsgebied van Enschede aansluiten
en de bouw van deze universiteits
stad" zal het behoud van een ruime
groenzone tussen beide genoemde ste
den niet ir het minst in gevaar bren
gen. Er zijn frequente busdiensten op
beide centra en ook op alle andere
Twentse plaatsen. De ligging van Drie
nerloo kan centraal genoemd worden
voor Twente, en voor een deel van oost-
Gelderland, dat de laatste jaren meer
en meer tot het verzorgingsgebied van
Enschede is gaan behoren.
Dit prachtige Drienerloo, met een ruw
geschatte waarde van vier ton, is door
het gemeentebestuur van Enschede ter
beschikking gesteld als vestigingsplaats
van de derde T.H. hier te lande, en al
le overige Twentse gemeenten hebben
spontaan en unaniem hun instemming
betuigd.
Twentse acties
Hoezeer de Twentenaren zelf besef
fen, welke belangen er op het spel
staan blijkt uit het feit dat uit de
Twentse industrie binnen enkele dagen
reeds een bedrag van 1% miljoen gul
den bijeengebracht werd als een start
kapitaal voor de ondersteuning van de
ontwikkeling van deze hogeschool en
alle bijbehorende voorzieningen. Dat be
tekent ook dat men zich in industriële
kringen terdege realiseert welk een
remming de verdere ontwikkeling van
Twente en oost-Gelderland zal onder
vinden - en vooral bij de positie, welke
dit industriegebied in de komende Eu-
romarkt zal kunnen innemen, speelt
dat een rol van betekenis - als de ves
tiging van de derde T.H niet in dit
gewest zou plaatsvinden. Dit heeft men
met de gefourneerde 114 miljoen wil
len onderstrepen.
Maar er is méér. Er werd - ondei voor
zitterschap van het tweede kamerlid
Engelbertink (K.V.P.) - opgericht een
„Actie-comité T.H. Twente". De initia
tiefnemers achten het noodzakelijk aan
de buitenwereld duidelijk te tonen dat
de bevolking van deze gewesten in al
haar geledingen volledig staat achter
de plannen, in Twente de derde techni
sche hogeschool te vestigen.In het ac
tie-comité hebben zitting genomen een
aantal burgemeesters en wethouders
uit deze gemeenten, vakbondsbestuur
ders, fabrikanten enz. Zp vertegenwoor
digen de belangen van een leefgebied
van meer dan 600.000 Nederlanders,een
leefgebied waar de middelbare en ver
dergaande onderwijsvoorzieningen een
zeer grote vlucht hebben genomen.maar
waar op het gebied van het hoger on
derwijs een absoluut vacuum bestaat,
slechts vergelijkbaar met de positie
van west-Zeeland.
De allesbeheersende vraag, waar
op de laatste tijd in deze contreien
alle aandacht is geconcentreerd is
deze: is het verantwoord het tech-
nisch-wetenschappelijk potentieël van
oost-Nederland - nader gepreciseerd:
van Twente en de Gelderse Achter
hoek dat alleen op verantwoorde
wijze tot ontplooiing kan komen met
een T.H. in Twente zelf, voor een
groot deel nog langer voor ons land
verloren te laten gaan? Deze vraag,
waarin het antwoord al ligt opgeslo
ten, is de beste rechtvaardiging voor
de op gang gekomen activiteiten in
Twente, zo deze dan al nog gerecht
vaardigd behoefden te worden.
Hoewel niemand in Twente meent,
dat een T.H. oost-Nederland buiten
Twente ook maar enigszins vergelijkba
re' ontwikkelingskansen zou hebben,
realiseert men zich maar al te goed
dat elders gevoerde acties een verwar
rende werking kunnen hebben. Van be
lang zijn hierbij vooral de in Deventer
en Zwoile gevoerde activiteiten.
Het is in dit kader veelzeggend te
vermelden, dat de commissaris der
koningin in Overijssel, lid van de
Raad voor het Technisch Hoger On
derwijs, voorstelde, Zwolle en Deven
ter niet als alternatieve vestigings
plaatsen van een T.H. te stellen,doch
zich achter de Twentse aanspraken
te scharen; hiertoe vond hij echter
geen meerderheid bij G.S.
Prinses Beatrix is voornemens 28 en
29 augustus een bezoek aan Friesland
te brengen. Het programma zal o.m.
bevatten een bezoek aan het sanato-
rium „Beatrixoord" te Appelscha, voor
afgegaan door een steenlegging te Ha
ren bp Groningen op de bouwplaats
van het aldaar nieuw te bouwen sana
torium met dezelfde naam.
Vervolgens zal zij een kort bezoek
brengen aan de Cornelia-stichting „Lyn-
denstein" te Beetsterzwaag, een ver
pleeginrichting en revalidatiecentrum
voor kinderen, sinds 1956 bovendien er
kend als buiten-kliniek voor poliopa-
tiënt.jes. Des middags woont zij ook nog
een deel van een concours-hippique te
Joure, georganiseerd ter gelegenheid
van het tachtigjarig bestaan van de
Koninklijke vereniging „Het Friesch
Paarden stamboek", bij. De prinses zal
die avond logeren in de ambtswoni' g
van de commissaris der koningin te
Leeuwarden.
De volgende dag zal de prinses met
„De groene Draeck" haar eigen schip,
een zeiltocht over de Friese meren ma
ken en een bezoek brengen aan de
zeilwedstryden welke worden gehouden
omdat de zeilvereniging „Langweer"
een eeuw bestaat.