BE JONGERENCURSUSSEN Vijftienjarige meisjes leren het gewoonste en het belangrijkste STOFFEN Herfstcollectie van Max Heymans Katholieke Franse dichteres tot in Zweden vertaald met twee gezichten Teruggetrokken leven in het stadje Auxerre MAÏZENA DU RYEA Voor wie het „nu" doorslaggevend is Gezellig eten mèt „Juf' Gobelinachtige weefsels De „Notes intimes" van Marie Noël imp li - Geruchten over huwelijk Yves St. Laurent ■Mi Trrat gebeurt er nu concreet op zo'n Jongerencursus? De vorm- VV/ geving van het programma hangt tot op zekere hoogte af van de beschikbare ruimten. Sommige Jongerencursussen beschikken al over een eigen gebouw of althans eigen lokaliteiten, waar alleen deze meisjes komen en die dan ook door hen ervaren worden als iets van henzelf, waar ze mee verantwoordelijk voor zijn. Daar kan gemakkelijk een echte leefsfeer geschapen worden, waar binnen de aktiviteiten op natuurlijke wijze een zinvolle plaats krijgen. Er zijn echter ook een aantal Jongerencursussen die nog gastvrijheid genieten op de plaatselijke huishoudschool, wat naast een aantal Voordelen ook belemmeringen met zich meebrengt. Het is immers mogelijk dat men hier, bij alle goede wil en vaak zeer tegemoet komend begrip van directrice en leerkrachten, tot de gewenste eigen vormgeving komt. Sieruetertjes en roos van leer BABY ZEPHYR ZATERDAG 12 SEPTEMBER 1959 PAGINA 13 deze maand starten overal Gewoon en geze llig met elkaar. De centrale figuur in de leiding van Jer> Jongerencursus is de leidster. Zij °rdt terzijde gestaan door een aantal ^kkrachten, de docenten, die bepaalde .Oerdelen van het programma verzor- gn. Dat is niet alleen nodig omdat de Jjdster nu eenmaal niet op alle terrei- -ti even goed thuis is en niet alles zelf tv.il doen, maar ook omdat het voor de elsjes uiterst belangrijk is, dat ze met «liliiiiiliiiiniiiiiiii,,,,, De vorige week vertelde mej. C. Her- berichs over de moeilijke overgang die vijftienjarigen doormaken als ze zo van school in het werk-milieu bin nenstappen. In onderstaand vei volg schrijft ze, hoe het op de Jongeren- cursus, die hen daarbij helpen wil, toegaat. verschillende mensen in aanraking ko men, die ieder op hun eigen wijze de volwassenheid representeren. Grote Jongerencursussen werken met een kleine full-time staf. Waar het aantal meisjes nog te gering is, moet men wel mensen aantrekken die slechts een ge deelte van hun tijd aan deze taak ge ven, behalve de leidster dan. De erva ring heeft intussen wel duidelijk uitge- wezen, dat een eigen gebouw en een full-time staf de meest gunstige voor waarden zijn om goed te kunnen wer ken. Want gewerkt wordt er, al staat niet de prestatie maar de ontplooiing iiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiuiii 111ii ii mum milium ii in T\ e nazomer weet van geen ophou- JJ den. Iedereen die een tuin heeft blijft zoveel mogelijk buiten le- ?en, tussen de bomen nog dik in het nlad al begint dat hier en daar naar herfstige tinten te verschieten, L-n tussen het zachte herfstgesnater van de v0§,e]s in het loof hoort men on- eikeis eljjk een plof of een tik. De ziin er m?i-van de bomen vallen. Er gezonde eiklinen dit jaar. Dikke, rijpe zwaar van. g' °e takken hangen er vele vruchten hu"der de last van de bomen diep en Dau^n ook de appel- n alle wilde en ge kweekte struiken barsten de bessen en ook de bramen naar buiten, in een overdaad die, zoals men zegt, een strenge winter voorspelt. Mogelijk. De mode rekent er al op met de behaaglijke „doublé face" mantels van woilen stof die naar twee kan ten is geweven. In de Parijse collec ties zijn ze er bij tientallen en aan gezien de materialen waar de ontwer pers mee werken, lang tevoren ge maakt worden, zijn die double face stoffen nu ook al in de winkels te krijgen Bij de stoffenshow van de Bijenkorf „liep" een mantel van lang harre plu zenwol, warm als een wo - len deken, in de kleuren van des pau- westaart: aan de ene ^nt blauw en aan de ander® kant blauw. Als men die pn 7e stoffen in de hand neemt wegen ze niets. Ze zijn mollig als het dOTzige herfstmos en toch bijna doorzichtig. de Bijenkorf-collectie ziet men ruit"831 veel Paars, een blauwpaarse en rn„et froen en geel, paarse rozen en waarom Sins' Allesbehalve triest het donkSe «U- men ook nlet ]U1St sprekende kleurènT" opf!euren met alen met levendigl" inee^ard matfri" gobelinachtig aan en doen soms wat men noemt aprèw^ voor televisie-pantalons. Nu zijn wii ner? e" liik fp wpinip' vprtrmiuM >-Persoon- *taundWart 6 mode voor de aan- Boed hunter. De vrouwen die het dez Staat zVn door verheugd over. Aan losse JaP°n van crêpe-materiaal met Pier ZWierende Panden ziet men, dat re Balinain die ontwerpt voor „Jolie iVi Q cLnyyo o" j de rokken niet mal kort maakt. lijk te weinig vertrouwd met dat h£= coopje in huis om te weten of behabfi op papier, de kijksters zich hèus voor dat ze zich installeren voor het anna raat, in zo'n makkelijk zittend kle dingstuk hullen. Wel zien wij soms als wij 's avonds door verlichte ramen kijken, jongens in hun oyama zitten voor het bewegende kijkkastje. Er zijn bij die jacquard stoffen varië teiten die men damast bouclé noemt en die voor honderd procent uit rayon (oorsprong boutvezel) bestaan Rayon houdt het goed vol tegen de kunstve zels en wordt er ook mee vermengd. Onder andere voor geklede stoffen, waarin men graag gouddraad verwerkt. „Kunstig" is ook de silicone-zij, van Engelse origine, glanzend als satijn, maar onaantastbaar voor alles wat er op gemorst wordt zoals van een eende rug ook de druppels water afrollen. Dat is wel iets voor onze snelle tijd. Want als men de dingen snel doet morst men makkelijk en voor vlekken uitha len neemt men de tijd niet. Een on kreukbaar materiaal is wol met dra- Ion, voor de leek nauwelijks te onder scheiden van het strelende zachte en soepele wol met pure zij mengsel. We zagen het hier in roestige tinten en het deed sterk aan mousseline denken Pu re zij hebben we voor de naaste' toe komst horen noemen als een serieuze concurrent van de katoen. Maar dat is wel meer gezegd en katoen laat zich niet zo maar in een hoek duwen. Wie nog een recht toe, recht aan jurk heeft hangen, die verveelt, kan het listige idee op de show gezien, overnemen, namelijk een losse over- rok, van voren open en korter dan de zoom. Een soort schort dus van hetzelfde materiaal. Wat helemaal is aangepast aan de nieuwe tuniek mode. Het is alleen maar de vraag of men dezelfde stof nog heeft of kan krÜgen' A.BGL van het meisje zelf in het middelpunt. Het programma omvat altijd vier erote gehelen: handvaardigheid op allerlei gebied; lichamelijke opvoe ding- expressie en creatief werk; levensvorming". Ook wanneer de zelfde aktiviteiten beoefend worden als in de Mater Amabilisschool is de aanpak toch anders. De oudere meis jes zijn veel meer op de toekomst ge richt en willen graag echt goed leren koken of naaien bijvoorbeeld, of iets weten over kinderopvoeding. Voor de vijftienjarigen is alleen nog maar het nu belangrijk, dat wat hun eigen le ven van nu raakt. Ze willen ook wel koken, dolgraag zelfs, maar niet om het later goed te kunnen: hoogstens om zondag thuis hun kunst te demon streren, of in ieder geval om straks gezellig met zijn allen, met „Juf" er bij, lekker te eten. En dat gebeurt dan ook. Bij naaien en handenarbeid wordt ook rekening gehouden met hun voorlopig nog sterk ik-gerichte belangstelling: ze mogen beginnen met eenvoudige kledingstukken of sieraden voor zichzelf te maken. Op deze manier wordt het voor hen zin vol. Zo krijgen ze ook geen echte les sen in huishoudelijk werk. waar l'art our l'art beoefend wordt, maar in leine groepjes komen ze vanzelf sprekend aan de beurt voor tafeldek ken, opruimen, afwassen, bloemen schikken, en, in het eigen huis, soms ook voor ramen zemen en dergelijke werkzaamheden. In veel Jongeren cursussen is het de gewoonte dat tel kens twee meisjes van een groep die uit ongeveer vijftien meisjes be staat gastvrouw zijn. Dat bete kent: in de pauze voor koffie of thee zorgen, telefoon aannemen, deur opendoen en eventuele gasten ont vangen. Zo krijgen ze, spelenderwijs, zou men haast zeggen, handigheid en zelfvertrouwen. Onvermoede talenten De lichamelijke opvoeding wordt meestal gegeven in diverse vormen van sport en spel of als ritmiek. Bewe gen op muziek is iets wat meisjes ge woonlijk erg graag doen. Iedereen kent dat verschijnsel wel. dat ze hü dans muziek gewoon niet stil kunnen blijven zitten. Dat aan expressie en creatief werk een grote plaats ingeruimd wordt is tegenover ouders en bedrijfsmensen 'wel eens moeilijk te verdedigen. Men be schouwt het soms een beetje ais kinder achtig gedoe en nutteloos tijdverdrijf „Als ze nou leerden naaien, daar heb ben ze nog wat aan," heet het dan Maar als men ziet hoe deze kinderen die zo vaak als ongeïnteresseerd en fut loos gedoodverfd worden, met volle overgave een geheel of gedeeltelijk zelf bedacht! verhaal spelen of in dans uitbeelden, of met allerlei mate riaal vormend bezig zijn, dan twijfelt men niet meer aan de waarde van de ze aktiviteiten, ook zonder dat men er Dsvchologische of pedagogische over wegingen bij haalt. Belangrijk is alleen ook hier weer dat deze bezigheden niet van buitenaf opgelegd worden - dan stuit men gegarandeerd op heftige weer- stand van de meisjes zelf maar dat ze een zinvolle plaats in het geheel hebben. Zoveel mogelijk laat then hen werken naar een heel concreet doel toe, waar alle programma-onderdelen op kunnen aansluiten. Zo kan er bijvoor beeld een ouderavond voorbereid wor den. Een goed contact met de ouders is immers van fundamenteel belang en ril" P«15 dat de grootste aandacht van mr, t beeft. Voor zo'n feestelijke avond rtaP u baktaties klaargemaakt wor- aet lokaal moet er gezellig uitzien, et;" spel of een dans vertoond yf° den- Misschien komen er mooi ver- sieide programma's aan te pas en moe- „,?r co®tuums voor het spel genaaid worden. De leiding moet men hierbij zo veel aan de meisjes overlaten als ze aankunnen, niet meer maar vooral ook niet minder. Wanneer ze al doende zien dat ze echt iets presteren groeit hun zelfver trouwen en daarmee de bereidheid om verantwoordelijkheid op zich te nemen Ze leren ook samen werken in een groep, want de taken moeten in ge meenschappelijk overleg verdeeld wor den. Het is verbluffend te zien wat een talenten creatief, huishoudelijk, orga nisatorisch er aan het licht komen wanneer ze in een sfeer, waarin ze zich zelf kunnen zijn, mogen werken aan iets dat hun belangstelling heeft en dat hun de moeite waard lijkt om er zich voor in te spannen. Alleen zó leren ze op deze leeftijd echte toewijding. Over alles praten Dit alles geeft het meisje natuurlijk vorming voor het leven, maar toch staat er nog uitdrukkelijk „levensvor ming" op het programma. Dit bete kent, dat er van tijd tot tijd groepsge sprekken zijn onder leiding van een do cente, de aalmoezenier of vaak ook de leidster. Er zijn zoveel dingen, waar meisjes van deze leeftijd wel eens over willen praten: vriendschap, omgang met jongens, de verhouding tot hun ouders, de Kerk, zaKgeldbesteding, kle ren, make-up, hun werk en nog veel meer. Steeds wordt er aangeknoopt bij dingen die onder hen leven of bij recen te gebeurtenissen, om van daar uit ver der te komen. Het eist van de gespreks- leid(st)er de nodige wijsheid om ener zijds het niet te laten bij een gezellig babbeltje zonder meer ze kwebbe len zo graag, die jongedames! maar anderzijds ook niet te vervallen in het doen van moraliserende uitspraken die over de hoofden heengaan of waar ze nog helemaal niet aan toe zijn. Ze heb ben vroeger op school al zovéél moe ten aanhoren waarvan niets bleef han gen omdat het „absolutely irrelevant" voor hen was, zoals ik eens een Engels man kernachtig hoorde zeggen. Ze ne men toch alleen maar werkelijk iets mee van de dingen die hen raken, die ze echt in hun leven kunnen plaatsen. Daarom ook dat de onuitgesproken houding van de staf, niet alleen binnen de uren op de Jongerencursus zelf, maar evenzeer tijdens een uitstapje, fietstocht, weekend of vakantiekamp zo veel invloed heeft. In de loop van september beginnen overal de Jongerencursussen weer. Een aantal meisjes zal er dan voor het eerst heengaan, een aantal ande ren mag van hun werkgever een twee de jaar volgen. Ideaal zou wel zijn wanneer ze dat allemaal mochten. Want gewoonlijk is het zo, dat zowel leiding als meisjes op het eind van het eerste jaar heel sterk het gevoel hebben: hè, nu gaat het allemaal net zo fijn, nu moesten we kunnen door gaan Vooral na een samen beleefd vakantiekamp is dat het geval. Een jaar is ook zo kort, zeker wanneer de meisjes maar een halve en geen hele dag per week kunnen komen. Waar met een tweede jaar gewerkt wordt blijkt dan ook dat er een duidelijke groei te constateren valt. De tweede jaars kunnen beslist veel meer ver antwoordelijkheid aan, ze zijn niet meer zo uitsluitend ik-gericht en staan open voor de ander. Men verwachte echter niet, lat ze na die twee jaar als kant-en-klare en dan liefst nog volmaakte volwassenen afge leverd worden! (Dat zijn ze óók nog niet, wanneer ze na de Jongerencursus bovendien nog de Mater Amabilisschool afgemaakt hebben....). Wel zijn ze een eindje op weg geholpen. Er is een groei proces op gang gekomen, een wereld opengegaan. Het gevaar is hopen we afgewend, dat ze al te vroegtij dig in een klein kringetje verzanden, zonder ook maar geproefd te hebben hoe mooi het leven kan zjjn en welke rijke mogelijkheden ze zelf bezitten. En dat is het essentiële. Belangrijker dan dat al die Jansjes en Christientjes later dankbaar terugdenken wat ze ongetwijfeld doen aan de mevrouw die ritmiek gaf en de meneer van de handenarbeid en vooral natuurlijk aan „hun" juf, de leidster. En, wie weet, óók aan de werkgever die uiteindelijk door z.i.jn medewerking dit alles mogelijk maakte. CéLESTE HERBERICHS, PSYCH. DRA. Max Heymans, onze eerste couturier, kleedt verschillende vaderlandse actrices. Uit zijn zeer mooie herfst collectie, door hem ontworpen en uitgevoerd door Chatelaine Couture, Den Haag, laten wij twee mo dellen zien. Een zwarte gedrapeerde cocktailjapon van het zeer soepel vallende kunstmateriaal banlon. Het is een jersey weefsel. Zwart is er ook in Parijs weer volop voor het cocktailuur. De verfijnde sport- mantel in „doublé face" is aan de getoonde zijde beige, aan de binnenzijde grijs en ook andersom te dra gen. De steekversiering langs de zakken acheveert ook de zoomzijde van de mantel. (Van onze medewerker in Parijs) Marie Noël is vijf en zeventig geworden. Frankrijks groot ste hedendaagse dichteres heeft haar ganse leven teruggetrok ken in het provinciestadje Auxer re doorgebracht. Daar is ze gebo ren en vermoedelijk zal ze daar ook sterven, nagenoeg onbekend. Bijna al haar stadgenoten kennen haar alleen als Mademoiselle Marie Rou- get, een oude, wat ziekelijke juf frouw, die met goede werken haar tijd vult. In Auxerre weten slechts weinigen dat zij die de litteratuur liefhebben, onverschillig van welke nationali teit of ze ook zijn, haar kennen onder haar pseudoniem Marie Noël. Haar gedichten toch zijn zowel ver taald in Amerika als in Spanje. Nu zelfs in Zweden, wat toch een uitge sproken protestants land is. En Marie Noël is een katholieke dichteres, die in haar geloof de kracht gevonden heeft om haar blijmoedigheid te bewa ren, ondanks alle ziekte en narigheid die haar deel waren. Ze bezingt de 'r£if De schoenenmode houdt hardnek kig vast aan de dunne hakken en de spitse leest en aan gladde leersoorten. Er zijn zeer gevarieerde tinten zoals beige in alle nuances van klei, gabardine, cognac, gazelle, groen, blauw en natuurlijk zwart. Zwart is 's winters altijd in de mode. Het zijn niet meer alleen de hoge hakken, die dun zijn. In de praktijk is namelijk gebleken, dat er veel vraag is naar een hakhoogte van drie tot vijf en een halve centimeter. Daarin is nu ruime keus zowel voor de ele gante als voor de sportieve schoen. Sportieve schoenen hebben nu ook een dunne hak. En de heel hoge naaldhak jes gaan er heus een beetje uit. Dat is te zeggen boven de zeveneneenhal- ve centimeter. Al deze verschillende soorten paradeerden voorbij tijdens de schoenenshow die deze week in Am sterdam voor de pers werd gehouden, dit jaar precies voor de tiende maal. Tien jaar geleden was de schoen nog een gebruiksartikel, nu behoort de schoen tot de seizoensartikelen, en is evenals het overige van de kleding van de vrouw een modieuze eendags vlieg geworden. De neus van de nieuwe schoen voor deze winter, die men de mandoline- leest noemt, is wat afgeknot en halver wege de voet is de schoen als het ware iets toegeknepen. Bijzonder mooi zijn de in aniline en semi-aniline geverfde leer soorten waardoor een prachtige gloed ontstaat die aan metaal doet denken. Een nieuwe kleur is aig- In het geklede genre treft men als garnering een roos van geplooid leer of een plissé dwars over de voet, een onderbreking die niet opdringerig is. In het serni sportieve genre veel siervetertjes. Voor de heren een spitse molière van bijvoorbeeld gebronsd bruin leer met een nerf, of een stoere mannelijke schoen die meer naar het Engelse type toegaat met perforatie en gestikte kartelrand. G. S. de W. Advertentie maakt Uw groenten zo lekker. kleine vreugden van het leven en het Jezuskind alsof ze Hem in de stal van Bethlehem ziet liggen met heel eenvoudige woorden zoals de middel eeuwse dichters dat deden. Als het aan haar had gelegen zou ze stellig nooit een enkele bundel uitgege ven hebben, maar door een samenloop van omstandigheden ontmoette ze steeds mensen die zich inspanden om haar bij een uitgever te introduceren. Toen ze eens ernstig ziek was kreeg haar dokter een manuscript van haar in handen.Toen ze hersteld was raad de hij haar aan er mee naar een uit gever te gaan, maar die zei dadelijk dat de gedichten niet verkoopbaar wa ren. Bedeesd antwoordde ze hem dat ze zo graag een souvenir achter wou laten omdat ze dacht dat ze spoedig zou sterven. Op voorwaarde dat dit waar was, wou de uitgever de gedich ten dan wel uitgeven. Maar Marie stierf niet en stuurde een exemplaar naar een bekende criticus, die het met een in de prullemand deponeerde. Daar viste een van zijn vrienden het uit op, las het en was er enthousiast over. Hij gaf het te lezen aan de se cretaris van Aristide Briand, die net met deze minister naar Londen ver trok voor een conferentie. In de trein las hij de diplomaten er uit voor, een van hen maakte er Maurice Barrès op attent. En zo kreeg Marie Noël haar eerste prijs... Zo stilletjes aan breidde zich haar lezerskring uit. Geen van haar bundels zijn ..gelan ceerd" zoals dit tegenwoordig ge beurt en geen public relation officer heeft ooit een slogan voor haar be dacht. Maar dat neemt niet weg dat ze al jarenlang een plaats in de littera tuur inneemt, die niemand haar be twist. Madame de Noailles, de dichte res die tjjdens haar leven bewierookt en gevleid werd als geen ander, werd eens toegesproken als de „prin ses van de poëzie" waarop ze ogen blikkelijk zei: „dat ben ik niet, dat is Marie Noël". En toch kon er geen gro ter verschil bestaan dan tussen deze beide vrouwen waarvan de een alles van het leven eiste en de ander niets. Nu ze vijf en zeventig is gewor den hebben veel litteraire vrienden er bij haar op aang°drongen om het een en ander uit haar „notes inti mes" te publiceren. Haar ganse le ven toch heeft Marie Noël, zonder er ooit aan te denken ze te publice ren, haar gedachten opgeschreven, evenals verhaaltjes die ze voor zich zelf bedacht. Nog voor ze uitgeko men zün wordt daar al druk over ge sproken. Het is een merkwaardig verschün- sel dat in een tüd waarin men op de grote trom moet slaan om de aandacht te trekken, reeds zoveel belangstelling bestaat voor de „notes intimes" van een bescheiden oude vrouw wier ganse leven geheel beheerst is door haar vroom inner- lijk. DINY K.-W. Advertentie de allerbeste voor baby Volgens de Daily Sketch is de Parijse mode-ontwerper Yves St. Laurent, de ontwerper van het modehuis Dior, voor nemens binnenkort in het huwelijk te treden met Anne Marie Poupard, een knappe, jonge ontwerpster van het modehuis Dior. Anne Marie heeft haar zolderkamertje verruild voor de woning van St. Laurent en om boze tongen geen kans te geven heeft St. Laurent zijn in trek genomen bij vrienden. Mevr. Cathleen Mann, een van de be kendste vrouwelüke portretschilders, is woensdag dood in haar woning in Londen aangetroffen Mevr. Mann heeft o.a. in 1944 in Frankrük de portretten van vele geallieerde bevelhebbers ge schilderd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1959 | | pagina 13