„HERRIJZEND NEDERLAND ALS ETHERPIRAAT Drie weken na Eindhovens bevrijding eerste uitzending om Olie en kolen strijden op het terrein van kolen in de aanval de hegemonie de brandstoffen HET WATER IN ONS tr L LICHAAM Olie-kolen: 1-0 Kinderboeken week 1959 Ook mijningenieurs stoken met olie T.V. in Indië log", welke al enige' tijd tussen de twee voornaam- pe „koude oorlog", welke al enige' tijd tussen de twee voornaam ste verwarmingsbrandstoffen: kolen en olie, gevoerd wordt, is in een nieuw stadium gekomen. De kolen zijn namelijk sinds kort van wat we zouden willen noemen het afwachtende defensief tot het meer ondernemende offensief overgegaan. Een geenszins geweldda dig offensief overigens, omdat de kolenaanval zuiver propagandis tisch van aard is. De al aardig ingeburgerde slagzinnen ter bevordering van het olieverbruik hebben plotseling concurrentie gekregen van tegen- leuzen als: „Gezellige mensen stoken kolen" of „Ook het stoken Van vaste brandstoffen is modern". Dit verschijnsel, hoe vreedzaam dan ook is erg opmerkelijk, omdat de kolen het sinds de tweede Wereldoorlog vrijwel zonder propaganda hebben gesteld. Liturgische weekkalender Opdrachl O.D. Prijs voor Karei Appel Het lichaam van een volwassene van 75 kilo bevat ongeveer 50 liter water ZATERDAG 19 SEPTEMBER 1959 PAGINA 9 Van de x K 1 r n te Beek vertrekken de laatste jaren minder cokestreinen dan voorheen. De onverKuupua,e cokesfabnek Emma U ie De vijfde Nederlandse Kinderboe kenweek (28 oktober-4 november), ge organiseerd door de commissie voor de collectieve propaganda van het Ne derlandse boek, wordt woensdagmid dag 28 oktober geopend met een kin dervoorstelling in theater Carré te Amsterdam. Deze middag wordt het beste „kinderboek 1958" bekend ge maakt. Voorts zal het Scapino-ballet de Amsterdamse première geven van „De Wonderfluit", het ballet waarmee vorig jaar de elf-jarige Henk Dragstra (Leeuwarden) de door Scapino uitge schreven prijsvraag won. Alle kinderen tot veertien jaar kun nen meedoen aan een prijsvraag voor een affiche voor de Kinderboekenweek 1960, waarvoor 76 prijzen beschikbaar zijn. Het geschenk van de Kinderboe kenweek (bij aankoop van tenminste 2.50) bestaat uit een knip- en plak- plaat van een mallemolen. De boekhan del verspreidt een blad met nieuws over de Kinderboekenweek, „De Grab belton". Verder zal de commissie C.P.N.B. aan ruim honderd jeugd leeszalen eenvoudig tentoonstellingsma teriaal ter beschikking stellen, dat op bevattelijke wijze de produktie van een boek laat zien. Plaatselijk worden manifestaties georganiseerd. In Am sterdam en Rotterdam zal een wed strijd onder de schooljeugd worden ge houden in het inrichten van boeken- etaiages en in de Maasstad zal de jeugd zelf een persconferentie beleg gen. In Utrecht wordt in de handels beurs van 2 t.m. 4 november weder om een Kinderboekenweekmarkt ge houden. cokes hoopt zich op in en buiten de voorraadbunkers. „Hier herrijzend Nederland, de vrije zender op vaderlandse bodem". Op de derde oktober 1944, nauwelijks drie we ken na de bevrijding van Eindhoven door geallieerde parachutisten, klonk deze aankondiging door de ether. Heel weinigen in de nog niet bevrijde gedeelten van Nederland zullen deze eenzame stem hebben gehoord. Maar ook in de bevrijde gedeelten was het aantal luisteraars nog zeer gering. Er was een groot gebrek aan radio-ontvan gers en de beschikbare elektriciteit was streng gerantsoeneerd. Niettemin ging het bericht over de „nieuwe om roep" als een lopend vuurtje door de bevrijde steden en dorpen van de zui delijke provincies. Een vreemde gril van het lot heeft gewild, dat degenen, die deze zender hadden vervaardigd, door de Duitse be zetter op dit idee waren gebracht. In de eerste meidagen van 1940, toen de capitulatie nog geen feit was, drongen zjj namelijk het natuurkundig laborato rium van Philips in Eindhoven binnen ïn verlangden van het dienstdoende personeel, dat binnen een uur een zen der zou worden gebouwd, die ze, naar ze verklaarden, nodig hadden „voor de Koude oorlog in de verwarming De koienproducenten dachten in de na-oorlogse jaren eenvoudig niet aan propaganda. Waarom zouden ze het trouwens wel gedaan moeten hebben? Hun produkten werden grif en tegen bh?ve PrÜzen verkocht. Met het uit- aan de k°lenpropaganda, waar aan op dat moment niet de minste behoefte bestond, daalde ook de be langstelling voor het verbeteren van de kolenstooktechniek. De olie daarentegen, toen de aanval lende partij, besteedde juist wel veel aandacht en aan de propaganda èn aan de stooktechniek. De resultaten zijn niet uitgebleven. De oliestook heeft op vele plaatsen de kolenstook lllllllllllllllltlllllillllllllllllllIIIIIIIIIMuitin ittliiiiiiiimniiiimmmiiHiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiimiii Verdrongen en wat erger is, althans voor de kolen, de idee heeft in brede SaS**en van de bevolking post gevat, is dan*1 olieverwarming economischer vatting, °tvel!lolenverwarlninS- Een op- kolen weinig «van, de zijde van de zolang de vaste8g'r,kanting ondervond, met afzetmoeilijkheden jp' /f'n n°g J"?t den. Dit verklaart weilictamPen had- de opmars van de olie aTs' b™aa™"} voor verwarmmgsdoeleinden niet wern gestuit. Een opmars, welke even Koed m de Mijnstreek als elders in ons land succesvol verliep, zo zelis dat mijnin genieurs er niet het nunste bezwaar In zagen om thuis van kolen- op olie- atook over te stappen. Inmiddels is deze situatie, onder invloed van de moeilijkheden op de kolenmarkt, grondig gewijzigd. L>e koienproducenten, voor wie de one, naast langlopende contracten van Amerikaanse kolen en abnormaal zachte winters, een van „de hoofd schuldigen" van de huidige kolen- crisis is, blijven thans niet langer meer onberoerd onder het verder op rukken van de olie en met name slaan zij met lede ogen elke ver meerdering van het aantal oliestook- lnstaliaties in de Mijnstreek gade. Om te voorkomen, dat een al te fTote olie-opmars schade zal gaan toebrengen aan dat gedeelte van de markt, dat de kolen voor zich willen 2ehouden, hebben ook de koienpro ducenten hun toevlucht genomen tot det striidmiddel dat nrnnaparrla Rent altijd naar het oordeel van de kolen stookdeskundigen, de vroegere bezwa ren ten aanzien van het optreden van stof en vuil een groöt euvel bij de oude met de hand gestookte ketels worden ondervangen, evenals ten aan zien van het afvoeren van de slak. Wat de investeringen betreft voor de bouw van kolenopslagruimten, zpn deze zegslieden van mening, dat hiervoor geen extra kosten nodig zijn, wanneer bij de bouw van woningen en grote panden maar tijdig rekening wordt ge houden met het aanbrengen van ko- lenstookinsta 11a ties. In de praktijk wordt meestal pas aan de verwarming gedacht op het moment, waarop de nieuwbouw ge reed is. Maar hoogst zelden wordt, volgens de verwarmingsdeskundigen van de mijnen, door de bouwers een serieuze vergelijking gemaakt tus sen de kostenbegrotingen van resp. olie- en kolenstook. Wanneer dit wel ,eu,ren' dan verwachten zij dut de kolen het in vele ge- van de olk zouden winnen stellig, vallen strijdmiddel dat propaganda heet. Tijdschrift voor de kolen In het kader van deze propaganda mogen wij ook het pas door de staats- DlSPpJ? m Limburg uitgegeven nieuwe n'n„ ii L^len' d,at geheel gewijd is moderne kolenverwarming. De artikelen, welke m dit voortaan om de drie maanden verschijnende blad ziin opgenomen vormen één groot pleidooi voor de kolenstookverwarming. De ge gevens zijn grotendeels gebaseerd op de bevindingen van kolenstookdeskun- 'igen, die er in geslaagd zijn, uit- i.°nderlijke kolenverwarmingsinstalla- te 'bouwen. Mogen we de betrok- W-,!1 deskundigen geloven, dan is de Zoahstookteehniek in de laatste jaren mn5.hig vooruitgegaan, dat de op stou^Ük stookbare ketels gebaseerde Va hg, als zou het seizoenrendement dal1 °heketels een stuk groter zijn dan riiu van kolenketels, rustig naar het rjJk der fabelen verwezen kan worden, froeven in Duitsland en Zwitserland l^homen, hebben volgens hen aange- j„hhd, dat het rendement van de mo- Sar ?n" j"1 cokesketels beslist niet Hechter is dan bp de olieketels. „Geen last van een crisis" Vele mensen, zo menen de pleitbe zorgers voor kolenverwarmingen base ren hun voorkeur voor olie vaak uit sluitend en alleen op het wankele fun dament van „willen meegaan met de mode." Een „modegril", zo laten zij hierop waarschuwend volgen, welke menig oliestoker nog we] eens duur te staan zou kunnen komen tijdens een eventuele oliecrisis. Een nieuw pro kolen-argument is hiermee aan de ko- ïen-oliedïscussie toegevoegd, want .al- dus betogen zij verder, van oliecrisis- sen heeft een kolenstoker geen last, ziin brandstofvoorziening veilig in lil? ,s' danl< zij de kolenvoorraden Z1JD e»gen land. van'de3 mot?ent is onJangs ook tel! St -Jozefziekeovf11- geweest, waarom het ledeneen LH,eerlen k0rt^ heeft aangeschaft waarop de verwarming installatie, de mijnen niet weiSg ^T1 van dat de zeven volautomatisch i°m" de kolenketels een maximaal stook-' comfort waarborgen. Voor de hedie ning van deze verwarmjngsinstallaties is ai evenmin als bp de oliestookke- tels een stoker m overall vereist. „Een arbeider in smoking kan deze centra le verwarming bedienen. ..Kolen vragen meer geld" Zonder iets te willen afdoen aan de prestaties van de kolen ver warmingsdeskundigen met betrek- king tot de sterk gemoderniseerde en verbeterde kolenketels, zpn de voorstanders van oliestook toen ae mening toegedaan, dat hun verwar mingsprocédé over het algemeen economischer is dan dat van hun „tegenstanders". Kolenstookinstaiia- zpn met toevoerregelaars en stofaf-1 zuigers, zijn duurder, zo redeneren zp op hun beurt, dan oliestookinstal- laties. Voorts wijzen zp op de voor delen van olie, welke nooit geheel door kolen kunnen worden ge ëvenaard, t.w. stofvrije brandstof, kleine opslagruimte, geen slak, ge makkelijke bevoorrading, grote op- stooksnelheid, geringer aantal schoonmaakbeurten van de ketels, hogere graad van automatisering,' De minder bij de verwarmingstech niek van beide brandstoffen geïnteres seerden brengen bij de huidige dis cussie rond de verhouding kolen-olie altijd een ander mm of meer „anti olie-argument" ter sprake namelijk het gevaar voor minder werkgelegen heid in het mijnbedrijf. Het ligt voor de, hand, dat dit argument vooral ge hanteerd wordt door de verantwoorde lijke leiders in de mijnindustrie. De huidige moeilijkheden op de kolen- markt, zo betogen zij voor en na, ac centueren de ongelijkheid in concurren- tie-voorwaarden, die voor de energie bronnen: kolen en olie. gelden. Nodig achten zij daarom de instellin van een zodanige energiepolitiek, dat de mpnen daarbij een bepaalde plaats gaan van aen' waarop een gezonde afbouw Xpipt® aanwezige kolenvoorraden mo- mantno ,Het uitblijven van regermgs- Stf1, in de vorm van subsidie I? Laic tl h?t belasten van de olie, „«cgtiioianucia xwivuuwv..i &ns in andere E.G.K.S.-lan- ties, zeker wanneer die toegerust den gebeurt ten tijde van laagcon- Kolen zijn „modern" Bovendien zpn zij van mening, dat net stoken van vaste brandstoffen mo dern blpft, mits gebruik wordt ge waakt van hedendaagse installaties, gestookt met de juiste soort kolen. P °r middel van automatische rege laars en afzuiginstallaties kunnen, nog Voor u alleen maar koten, voor de brandstoffenhandelaar antracietnoten 11. Via de haven te Stem, de belang rijkste overslagplaats van de Staats mijnen, worden miljoenen tonnen kolen per jaar naar alle delen van ons land en het buitenland verzon den. De laatste jaren is de scheeps- tonnage aanzienlijk gedaald, aange zien grote voorraden onverkoopbare kolen op de havencomplexen wor den opgeslagen. junctuur, en daarnaast de grote rege ringsbemoeiing ten tijde vap hoogcon junctuur, wordt in de kringen van de Limburgse mijnindustrie, gevoeld als een „hinken op twee gedachten", het geen niet erg bevorderlijk wordt ge acht voor de gewenste stabiliteit voor het mijnbedrijf. Deze uitlatingen impliceren overi gens niet, dat de olie reeds „slacht offers" in de mijnindustrie zou hebben gemaakt. Optimistisch en humoristisch als de Limburgse mijnwerkers zijn, zien zij de toekomst nog altijd hoopvol tegemoet, zeker wanneer het idee van een groot bouwondernemer in de Mijn streek: „geen woningen meer met du re schoorstenen en installaties, maar allemaal voorzien van elektrische draadverwarming", in vervulling g t. COR BERTRAND De president van Indië heeft deze week de eerste televisiezender van In dië in gebruik gesteld. De apparatuur is geleverd door de Unesco, de Verenigde Staten en Philips. Voorlopig zullen slechts experimentele uitzendingen wor den verzorgd. Over enige tijd zal twee maal per week gedurende twee uur wor den uitgezonden. In clubs, bibliotheken, onderwijsinstellingen en ziekenhuizen zullen dan ontvangtoestellen worden geplaatst* ZONDAG 20 Sept., 18e zondag na Pink steren; eigen mis; 2 geb. H.H. Eustachius en gez.; credo; pref van de H. Dne- eenheid; groen. MAANDAG: H. Mattheus apostel en evangelist; eigen mis; credo; pref. van de apostelen; rood. DINSDAG: H. Thomas van Villanova, bisschop-belij der; mis Statuit; 2 geb. H.H. Mauritius en gez.; wit. Roermond: H.H. Mauritius en gez., martelaren; eigen mis; 2 geb. H. Tho mas; rood. WOENSDAG; H. Linus, paus martelaar; mis Si diiigis; 2 geb. H Thecla; rood. DONDERDAG: O. L. Vr. ter Slaven: eigen mis; credo; pret. van O. L. Vr.; wit VRIJDAG: Mis van zondag; groen. Roer mond: H. Maternus, bisschop-belijder: eigen mis; wit. ZATERDAG: Mis van L Vr. op zaterdag; 2 geb. H.H. Cyprlanus en Justina; pref. van O. L. Vr.; wit. ZONDAG 27 sept.; 19e zondag na Pinksteren; eigen mis; 2 geb. H.H. Cosmas en Damianus; credo; pref. van de H. Drieëerfheid; groen. Bij de strijd tussen de twee voor naamste verwarmingsbrandstoffen: olie en kolen, heeft de olie een dui delijk winstpunt behaald. In de rubriek „Voor de Huisvrouw" laat het nauw aan de kolen verwante personeelsblad van de Oranje Nas- saumijnen te Heerlen (september nummer) in de begroting voor de uitzet van trouwlustigen immers royaal de mogelijkheid open voor het aanschaffen van eenOLIE- haard. verbinding met de oprukkende Duitse troepen". Met behulp van de aanwezige appa ratuur was het inderdaad mogelijk ge weest, aan het bevel te voldoen. Maar de Duitsers kregen, natuurlijk, hun zen der niét. Voor het personeel van Philips was het Duitse verzoek intussen aanleiding om eens ernstig te gaan nadenken over de bouw van een grotere zender, waar mee men Hilversum te zijner tijd zou kunnen vervangen, want iedereen was ervan overtuigd, dat de bezetters bij een eventuele aftocht de installaties in het Gooi zouden opblazen. Onder Duits toezicht Pas in 1941 begon het terloops geop perde plan concretere vorjnen aan te nemen. De uitvoering ervan viel echter niet mee, want door het natuurkundig laboratorium dwaalde een Duitse ma joor rond, luisterend naar de naam El- lerich, die voortdurend speurde naar alles, wat illegaal zou kunnen worden gedaan met de beschikbare kleine zen dertjes. Zelfs voor het gewone werk waren speciale vergunningen nodig en nog heden ten dage kan aan de be langstellende bezoeker de label worden getoond, waarbij majoor Ellerich toe stemming gaf om te werken met een zender, die in werkelijkheid een onder deel was van de apparatuur, waarmee later de dagelijkse programma's van Herrijzend Nederland de ether ingin gen. Omstreeks het midden van 1942 kwa men vertegenwoordigers van de onder grondse O(rde) D(ienst) bij de vervaar digers, die de zender al bijna klaar had den, met de vraag of in het laboratori um een ....zender zou kunnen worden gebouwd. De vragenstellers werden in gelicht en tegelijkertijd deden zij een toezegging, dat zij zouden zorgen voor antennemateriaal en energie. Het leeu wenaandeel in de bouw heeft de heer C. A. Gehrels gehad, die een jaar na be ëindiging van de werkzaamheden overigens om heel ander illegaal werk werd gearresteerd en naar een con centratiekamp overgebracht, waar hij kort voor de bevrijding van Nederland overleed. Dolle Dinsdag Op Dolle Dinsdag, de onvergetelijke 6e september 1944, wilden enkele mede werkers van het natuurkundig labora torium de antenne al bevestigen. Dit onberaden plan is niet doorgegaan. Ge lukkig, want enkele dagen later keer den de aanvankelijk gevluchte Duitsers terug en op 16 september arriveerde een aantal SS-ers onder leiding van technisch onderlegde officieren om het laboratorium te plunderen. Alles van waarde werd klaargemaakt om per vrachtauto of per trein oostwaarts te worden vervoerd. Deze opzet kon ech ter gedeeltelijk worden verijdeld en ook de zenderruimte werd niet ontdekt, om dat de toegang via de centrale werk plaats kunstig met kartonnen dozen was gecamoufleerd, waardoor de Duit sers in de waan werden gebracht, dat de „technische wereld" daar ophield. De zender bleef verborgen en de groot scheepse landing van geallieerde para chutisten verhinderde verdere roof. Op 18 september 1944 was de stad Eindho ven van vijanden gezuiverd. Als efherpiraat Precies elf dagen later draaide de zender proef op een golflengte van 420 meter vlak naast de zender Hilversum II op 415 meter. Daar de beide Hilver- sumse zenders nog in de lucht waren, bleef er niets anders over dan als een etherpiraat te vrijbuiteren en een wille keurige golflengte te kiezen, hoewel men daar officieel geen recht toe had. Op maandag 2 oktober werd de zen der voor de laatste maal beproefd. De aankondiging luidde: „Hier is Herrij zend Nederland, de zender op vrije va derlandse grond op golflengte 420 me ter, met een proefuitzending voor alle Nederlanders in bevrijd of nog bezet gebied". Voor hen, die zo maar een Neder- i landse zender „uit de lucht hoorden j vallen", is dit een even vreemde als onvergetelijke gewaarwording geweest. Op dinsdag 3 oktober 1944 werd offici eel met de uitzendingen begonnen. Vol maakt waren de uitzendingen nog aller minst. Na een paar uren in de lucht te zijn geweest, raakte een omvormer de fect. Een paar dagen later woei de an tenne van het dak. Door de microfoon werd nog al eens gefluister opgevangen, dat eigenlijk niet voor de buitenwereld was bestemd en de Weerga vekwali telt van de platenprogramma's liet te wensen over. Maar uit de binnenkomende be richten bleek, dat er naar de zender werd geluisterd. De oproep aan Radio- Oranje met het verzoek om luisterrap porten te zenden, bleef echter onbeant woord. De zender was blijkbaar niet op 800 kilometer afstand te horen. Maar de smalende opmerkingen uit Hilver sum over het Eindhovense zendertje leverden het bewijs, dat er in het nog bezette gebied werd geluisterd. Midden oktober bracht een nieuwe en hogere antenne uitkomst. Zelfs Londen meld de toen een goede en duidelijke ont vangst. Energie-probleem In bevrijd Eindhoven ontbrak het nog aan veel, bijvoorbeeld aan elektriciteit. Het duurde dan ook niet lang, of de stroomvoorzieningsautoriteiten kwa men met het verzoek het programma in de avonduren tijdelijk te onderbreken, omdat via een groot aantal ontvangtoe stellen, die een hoog verbruik hadden, druk naar de zender werd geluisterd. De belasting van het net nam daardoor zodanig toe, dat ernstige storingen en zelfs het uitvallen van de zender waren te vrezen. Tot een onderbreking is het echter niet gekomen. Wèl werd de luis teraars herhaaldelijk verzocht, tijdens de uitzendingen het licht uit te doen. Niettemin bleef het net veel te hoog be last met als gevolg, dat een luisterver- bod voor de tijd na vijf uur 's-middags werd uitgevaardigd. Overtreding hier van kwam menige Eindhovenaar bij controle op afsnijding van zijn stroom te staan. Nieuw onlvengertje Door Philips werd toen een ontvan- gertje ontwikkeld, dat slechts 6 watt ge bruikte. Aanvankelijk waren de berich ten over de ontvangst goed, maar al spoedig kwamen klachten binnen, die leidden tot het besluit om op 435 meter te gaan uitzenden. Deze wisseling van golflengte is Herrijzend Nederland bij na noodlottig geworden. Op de zondag avond vlak vóór Kerstmis belde de „Chief Signals Officer" uit het hoofd kwartier van de 21e legergroep in Brus sel op en eiste onmiddellijke terugkeer naar de vroegere golflengte van 420 me ter. Aangezien deze golflengte onbruik baar was, bleef er niets anders over dan de uitzendingen stop te zetten. Drie kwartier nadat dit was gebeurd, belde de „Chief Signals Officer" op nieuw uit Brussel en gaf toestemming om de uitzendingen te hervatten, mits de zender twee meter zou „opschuiven" naar 437 meter en mits onmiddellijk een officiële aanvraag om goedkeuring bij de autoriteiten zou worden ingezon den. En zo ging na niet meer dan 50 minuten onderbreking Herrijzend Ne derland de ether weer in. De Britse beeldhouwster Barbara Hepworth heeft de hoofdprijs (ter waarde van ca 28.000 gulden) voor alle categorieën gekregen op de vijfde biën nale van plastische kunst, die het mu seum voor moderne kunst te Sao Paulo (Brazilië) heeft georganiseerd. De internationale iury van achtien man kende voorts o.a. een prijs toe aan Karei Appel. Advertentie atiek tsieheid bi kou vat een ha»dige lastac HUI POTHEEK (m ogist. MEEN1CS POEDERS helpen! Er zijn Meenk's Poeder^^p hoofdpijn, kies pijn. hoest, gri".«arrhee, influenza, rheumatiek, koortsj^eid bij gevatte kou, periodieke pijnen mz. enz. Verkrijgbaar in etuis met 6 Reders maar ook in een handige plastic HUISAPOTHEEK (met 6 verschillende etuis a 6 poeders), zonder prijsverhoging. Vraag uw drogist. MgEtf'LapE^ JaetoenJ -Er zijn KeetjeJ^Bc^wpifqglies- P*B- MIC |n|l>^\^nt»>za, rheumatiek, koonsigneidbij gevatt^cou, JSrkfjgbaar in etfis %&E^I4bEef&i«abrSook in oor. knnrl.r.a nl-r.i. Ui UC DATUCCV even zonder water is niet mogelijk. Lagere dieren bestaan bijna J geheel uit water en leven in de zee of binnenwate ren. Het bekendste voor beeld is de amoebe, een eencellig minuscuul „dier st tje", dat in het water leeft. daardoor geheel is omge- ven en er zijn voedsel yj uit opneemt. Het is een klompje protoplasms, een gelatineuze substantie van zeer inge wikkelde samenstelling met een kern. Hogere organismen zijn opgebouwd uit meerdere cellen, waarbij een differen tiatie in vorm en functie van de cellen is opgetreden. Het menselijk lichaam bestaat uit vele miljoenen cellen die groepsgewij ze zeer verschillend zijn van vorm en geheel onderscheiden taken hebben. Maar ook het menselijk lichaam be staat nog voor bijna driekwart uit wa ter. Het lichaam van een volwassene van 70 kg bevat rond 50 liter water. Het watergehalte van de weefsels loopt uiteen van 80% (hersenen) tot 20 a 30% (botten) Het protoplasma van elke cel heeft onder normale omstandighe den een voor die celsoort min of meer constante samenstelling respectievelijk wate'gehalte, dat samenhangt met de functie van die cel. Het is niet moei lijk in te zien dat de beencellen voor de uitoefening van hun taak minder water nodig hebben dan darmwand- cellen, welke zijn ingeschakeld bij de spijsvertering en een veel intensievere stofwisseling hebben. In een darm- wandcel zal het watergehalte ook ster ker variëren dan in een beencel, af hankelijk van r'e activiteit van die ce) op een bepaald ogenblik. De celwand is doorlaatbaar voor water en enkele daarin opgeloste itoffen, waardoor een uitwisseling van voedingsstoffen, af- scheidingsprodukten en afvalstoffen, kortom de stofwisselingsprodukten. kan plaats vinden. "leeds in de vorige eeuw is men tol het inzicht gekomen dat veruit de meeste lichaamscellen, evenais de een cellige amoebe doof water zijn omge ven: milieu-interieur, zoals Claude Bernard, een Frans onderzoeker in die tijd, het uitdrukte. Vanzelfsprekend is dit geen zuiver water, want allerlei stoffen zijn in dit water opgelost of vormen er verbindingen mee. Het bloed stroomt :n de bloedvaten naar alle lichaamsdelen. Het bloedvat stelsel vertakt zich als een boom. De fijnste bloedvaatjes, de microscopisch kleine haarvaatjes, hebben een dunne wand, waardoor vocht kan passeren naar de weefselspleten (het milieu interieur) Op zijn weg naar de lichaamscellen moet het water dus ver schillende membranen passeren (de darmwandcel en de wand van het haarvat) om uit de darm in het bloed Üm u een indruk te geven van de intensiteit van de waterhuishou ding in ons lichaam nog enkele cijfers. Gemiddeld gebruikt een mens ongeveer 2% liter water per dag: 1V4 liter drank en 1 liter in het „vaste" voedsel. Voorts komt in het lichaam ruim Vi liter water -'rij als verbran- dingsprodukt. Zoals u wel weet komt bij elke verbranding water vrij In de kachel verdwijnt het vocht met de rook door de schoorsteen. Bij een (olie)- kachel zonder afvoer zal al het vocht in het vertrek komen (per liter olie te geraken. Dan wordt het water, een deel van de bloedvloeistof geworden, meegevoerd om op een of andere plaats weer een haarvatwand te passeren en aldus de bloedbaan te verlaten. Via de weefselspleten komt het dan in con tact met alle lichaamscellen die uit het vocht kunnen halen wat van hun ga ding is. Vanuit de - -eefselspleten kan het vocht weer terug naar de bloed baan, maar een deel wordt opgevangen in fijne kanaaltjes die het weefselvocht via een apart vaatstelsel tenslotte weer in de bloedbaan brengt. Ondertussen is er een voortdurende uitwisseling van stofwisselingsprodukten van en naar de organen die een functie heb ben bij het verwerken van de aange voerde toffen; de lever is hiervan een van de voornaamste. Dank zij de selectiviteit van de ver schillende celmembranen zijn de on derscheiden lichaamscellen in staat om alleen die stoffen uit te zoeken, welke voor de betreffende cel van betekenis zijn en wordt de zo sterk uiteenlopen de samenstelling van de cellen ver klaard. Men onderscheidt wel 3 vochtsyste- men in het lichaam: het plasma(3% liter, in de bloedbaan), het vocht in de weefselspleten (liy2 liter, lijkt op plasma) en het vocht in de cellen (35 liter, zeer verschillend van samenstel ling). In totaal dus 50 liter. een liter water!). Die 2% liter water raken wij weer kwijt als urine (1V4 liter) en de rest via de iongen, de huid en met de ontlasting. In het lichaam gaat het om veel gro tere getallen. Van de reeds genoemde voortdurende vochtuitwisseling tussen de verschillende weefsels is die in de nieren zeer indrukwekkend. Per dag (24 uur) wordt door de nieren 170 liter bloed gefiltreerd; hiervan wordt 1% liter als urine uitgescheiden en dus 168 tó liter vocht teruggeresorbeerd naar de bloedbaan. Door de klieren van het maagdarm kanaal wordt per dag een kleine 10 liter spijsverteringssappen afgeschei den (speeksel, darmsap, gal enz.). Sa men met het water uit het voedsel wordt deze niet geringe hoeveelheid weer bijna volledig teruggeresorbeerd. Met de ontlasting verlaat normaliter niet veel meer dan 100 ml water het lichaam; een te verwaarlozen hoeveel heid, die evenwel sterk kan toenemen bij darmontstekingen: diarree. De zieke moet fan extra veel drinken om het abnormaal grote vochtverlies te com penseren. Ook de gezonde mens doet er trouwens verstandig aan royaal te drinken. Bij sommige mensen leeft nog de merkwaardige opvatting dat veel drinken niet gezond zou zijn.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1959 | | pagina 9