sociale aspecten van
begroting onder de loep
'?!f Rijkheid
icef
Xrrimentaar
f
■5,
■H
e#
FONTEIN IN UTRECHT
Gysbert Japicx-prozaprijs door
winnaar Folkertsma
geweigerd
JDe blauwe enêel
Film
voor
een
positief denkend
publiek
Wt
eerst"
de anderen
"p'
Verschillende brandstoffen
in nieuwe scheepsmotor
Sociaal
ra
■i
gewenst
W&!
Duitse autodieven
aangehouden
Zivarte mart-
wat nu?
Friese boekenweek
Nieuwe versie van Edward
Dmytryk stelt teleur
dims
K
ïïlis £"S1 s?
fm
Van groot nut voor de koopvaardij
|J
.i£sl
ie i
Marguerite
ZATERDAG 10 OKTOBER 1959
PAGINA 7
lïr^fv
eM
*nfl| 5°r
i,N
id ef
de'e
'V
kN
iN
0e"
rd'ts,
'e}e PV
lg tdVi
f
f 3^"\
"i, AeA v«n"«S
Benf>
[elijfS
;t0'seai
w
U°M
id *0:4
K eb.
'ast<r r%rR
s kiie «i k i^kkjp1 6 van de begroting, be-
rd: >®rZek8 hebbend op de sociale
:ld°ry Vjl pdeiipvfmgen is, in de Memorie
IbXth'btpii Jbg een model geworden
I V Bei ke vaagheid. _Er was het
("aerC-Jv!^»^5ebP8egeven kan met meer
Breda wil f 10 min.
lenen tegen 4Va a 99
Kolenproduktie in KSG
in eerste 9 maanden
gedaald met 6
55
W\
"Hm
door
".^uucidik BOURCET
[v,,VV
fei&SA it sfe®?'"" ..Frohsdorf gdi"'
S®V)
i m
N vX tonele £Vn e" erfgenamen, de
Eremedaille voor
Thornton Wilder
PI een aantal weken gele-
start Yaststellen dat w! de
W 0nbe"vrp'n" d®, nieuwe regering
9' „et is ??y?ePd zouden willen noe-
aanleiding daar nog eens
P m te gaan, maar nu met
n^UillfotiY'5 aanwj-reserve dan aanvanke-
,»!ing. vinden we in de be-
»iï>. tm^.^an^Spciale Zaken en van
beze'
?n
ijken-
""W aijs-u n bocia
«öCZaken
1960, meer in het
1114. WO) "1CC1 ill Hel
mPnl® ?ard in de daarbij ver-
mories van toelichting
-n o
«0 daarbij voor de algeme-
e nuttig en eerlijk, vooraf
P[ i.Vvah tr^ te zeggen over de po-
„Jri1 kabinet in het eerste jaar
k®°heirt ïe -®r 's nd- een sterk
tw Stotiv, en de eerste en de laat-
Jaar v, van een regering. In het
J1 elo!)en we veelal te doen
ie Worrt® bewindslieden die veronder-
i#biedu®a wel deskundig te zijn op
hV ziin daarvoor zij verantwoor-
,„M v.' tnaar die toch de concrete
S kunJ. Un beleid nog niet nauw-
«r 'Xdii n omschreven. Bij een nor-
't J5ar zo r van een kabinet, dus van
,van 6p men eigenlijk kunnen spre.
jtlaar 'rï P'oeg-. zaai-, rijpings- en
i« °P taie vergelijking gaat (uiter-
F h N nnt van Punten mank, maar
VJ?°fdl;i„ voornamelijk bedoeld voor
I'S1) bel»?,®n..van bet beleid' en de
Hatu.fbenike wettelijke maatrege-
bt1 1 n et zn mag deze vergelijking
Fzb'f Vlijen a^?ruden °PSevat als zouden
Mer»»y orlat-b-v- de sociale en staat"
l/iisbe^J ke£! saties- dle bun wensen
vu",,:;i tlt,_«enbaar gemaakti nu maar rus.
le gaan zitten afwachten of
ucu upgcvai ciis iuuucü
aat b.v. de sociale en staat-
Kpn?an'saties, die hun wenser
■or hét J 'enen ?aar gemaakt, nu maar rus
ettert
r 'n iV,.1
de
«en h<Le
Tn ef
legriP v;,
bftiP.bien 1(?,de jnar iets te voorschijn
tioi.kiiiff Neen, wij bedoelen tot uit
en eer/® brengen^dat ook in de po-
v. i'.. - r>-. Zekere mate van e-eduld on
,rA Vh, kronrt!kere mate van geduld op
'C?6Is moet worden opgebracht.
zUn wij derhalve bereid deze
hiteXJELjti^Over mogelijk tegemoet te tre-
i uit j,,l lyej 'We in verschillende me-
tsen; |iiif\Xona toebchting (nog) niet heb-
aientStu ^bden wat redelijker wijze zou
chet- p V rden verwacht.
v orb |NtN j,
a sfei tevenwel bet vraag- en ant-
X t.'Ossen Kamer en Regering,
^ÏVi 'nriPnclromnrc VtocJr»nnf»n nn
prot
v
Ein
'iiK'bit'ki «"'bnenskamers, begonnen en
"Sis 1 drj,cnt(
'.ati J ^r, ';eh j1'en we het juist nu het mo-
ind^i'ïi1' al'cr Jtantal opmerkingen te plaat-
tTtel'1 'I V Va'k,0n-!,8rijPt dat wij met dit vraag-
bi' tl ïi'X (jp dsPel bedoelen het verzame-
r i, tot- °Pmerkingen van de Kamer-
6en „Voorlopig Verslag" en
.dan door de minister uit te
emorie van Antwoord". In
vaö
I t Yrie van antwoord heeft de mi-
l l nJ OhJ kans om eventueel aanvan-
I rl at''bugbiddijkheden weg te nemen
te vullen,
dat ten aan-
10f w^nde stukken- aan
1 (i'd St ah (j dus van oordeel d,
e "JP
ing
n g
inaa'
beleidslijn, zeker het eerste
i w geen perfectionistische eisen
'Sop- en gesteld, wij zouden voor-
barlale Zaken", en dan nog meer
fV.teten-§rafen die onze bijzondere
j ng hebben, willen aanteke-
concreet te verwerkelijken
«gat vaagheid en het onzeker
l4 jn n* *-oncre_.
i OÜ(J f1,8 te ver gaan. Als een boer
Sn^kh5aar maakt, weet hij tenmins-
hfc^Sïh?. h» bet klaar maakt. In
yfficF 'i» -r,yp Y'ge geval hadden wij eigen-
5f SS?' een soort beginselverkla-
i\ '-Hri i minister waarin hij zou la-
lïn,. Mi»™ hno uk tp k als
land,
denkt.
X^r^boe hjj over zijn taak
flp b(woordelijke in het 1
_t ®Oci{
la b®fj! 'in6®,1!1 eigen klank en kleur js
be»b>?ur,
heffi"/.;
verhoudingen,
de memorie van toelichting
p,?b. tenzij men de afwezigheid
..„'(Ikheid „eigen" zou noemen.
nog niet
„eigen
Willen we zeker
W jXty. het bovenstaande te verdui-
b ®I>eri! len we ons tot een paar pun-
,Jf V bu "ttf
va V.- KN,p,
ade^ t'
.„-.f^hhd van prof. Romme voor
k'lukBpp de ministerpresident ertoe
LX) va», verklaren dat naar het
aü;r k'vfel» het kabinet, de algemene
"jon \vp S er moet komen. Waarom
'r pffi bp X „deze mededeling niet in de
;e 1 ?lt j Toelichting gevonden?
•F r)„ dan meteen geweten heb-
hi5 f pi?"bt'letu bberale deelnemers aan
on <e''biha»te uereid zijn offers van eigen
'vC v0«brengen wanneer het gaat
SSm i^®n van sociaal beleid. De
o. ief/C 'Kb J> in, van sociaal oeieici. ue
e?-1,. mers waren aanvankelijk
vooral voor de kleine zelf-
^!ii altur belangrijke, wet. Nu wij
Vb .bnplthans hun ministers dit ver-
SS-CT. K^bXom gevraagd de menjprie
der /i 'f?! Pm,bilk waarop de Kamer
htipj?®,tijd wacht, uit te bren-
aa. hippbken ons geen grote hin-
vtipyp?1" aanwezig. We moeten
®b dat de P.v.d.A. voor
deze, door hun partijgenoot Suurhoff
ingediende wet zal zijn. Maar dit had
men toch ook vóór de algemene be
schouwingen kunnen weten? Waarom
zich beperkt tot termen als „contro
versiële inzichten" die „diepgaande
studie" noodzakelijk maken. enz. zon
der daarbij iets als „maar in ieder ge
val moet die wet er komen".
Hetzelfde, maar dan zonder een toe
voeging van de minister-president,
geldt de Invaliditeitswet, c.q. de Ar
beidsongeschiktheidswet. Veel om
schrijvingen, maar zonder een concre
te uitspraak over de vraag of deze
minister, of dit kabinet van oordeel is
dat in deze parlementaire periode
die wetten er moeten komen. We ge
loven best dat ze de noodzaak van die
wetten erkennen, maar we zouden ook
graag wel wat tempo zien.
Een ander punt geldt de kwestie
van de egale spreiding |van de werk
gelegenheid over het gehele land. Dit
betreft dus het departement van Eco
nomische Zaken. Ook hier heeft prof.
Romme reeds op ingehaakt bij de al
gemene beschouwingen. Bij Economi
sche Zaken wekt men zo de indruk
alsof werkgelegenheidspolitiek (voor
dit belangrijke onderdeel althans) een
zaak is van cirkels trekken en cijfers
erin plaatsen. Hoe had men anders
kunnen komen tot een onaantastbaar
getal van 44 z.g. ontwikkelingskernen?
Hier moet zeker meer soepelheid ko
men. We kennen nu al enkele voor
beelden van plaats- of streekbenade-
ling indien dit getal gehandhaafd blijft.
Ook hier dus is meer duidelijkheid ge
wenst.
Ons laatste voorbeeld voor vandaag
is de kwestie van de beroepskeuze
voorlichting. Intern woedt er op „So
ciale Zaken" een soort revolutie rond
een aantal instructies, per circulaire
aan de beroepskeuze-adviseurs, ver
strekt. Twee Kamerleden hebben al
aan de minister vragen gesteld en
zeer onbevredigende antwoorden ont
vangen. Waarom is de minister nu
niet zo verstandig geweest om die om
streden punten, met name de geheim
houdingsplicht, van de beroepskeuze
adviseur, het gevaar van' vermenging
van voorlichting en arbeidsbemiddeling
en de vraag of er al of niet een aparte
rijksdienst voor de beroepskeuzevoor
lichting moet komen, zelf aan de or
de te stellen. Hij kan op zjjn vingers
natellen dat dit toch gaat gebeuren.
Het Nederlandse volk heeft er recht
op te weten of en in welke mate dit ka
binet rekening houdt met de werk- en
streefprogramma's der politieke par
tijen die er in Nederland zijn.
Men had dit zeker bij een eerste
eigen presentatie van het kabinetsbe
leid duidelijker tot uitdrukking moeten
brengen. Maar het is nog niet te laat.
De Memories van Antwoord kunnen
nog veel goed maken. Laat men dat
dan tenminste serieus trachten.
WÊr''
Twee Duitsers uit Keulen, K. M. en
G. S., hebben tegenover de Duitse po
litie bekend zich te hebben schuldig ge
maakt aan diefstal van een dertigtal
auto's, waarvan er zes naar Nederland
zijn vervoerd. Beide jongemannen
waren door de Nederlandse politie als
ongewenste vreemdelingen over de
grens gezet en daar door de Duitse poli
tie aangehouden en gearresteerd.
Op 28 september kreeg de Bussumse
politie bericht van de districtspolitie
van de rijksrecherche te Nijmegen, dat
er in Duitsland een aantal auto's was
gestolen en dat het niet onwaarschijn
lijk was, dat enkele van deze wagens
in Bussum terecht zouden komen. Deze
voorspelling is bewaarheid. Diezelfde
avond werd er door de Bussumse poli
tie een uitgebreid onderzoek ingesteld
en inderdaad arriveerden die avond
twee mannen uit Keulen in een auto
merk Chevrolet, die een Duits kenteken
droeg. Beide mannen werden door de
Bussumse politie aan een uitgebreid
verhoor onderworpen, doch dit leverde,
hoewel geen duidelijke verklaring werd
gegeven van de herkomst van de auto,
weinig op. De Duitsers werden toen
als ongewenste vreemdelingen over de
grens gezet.
De volgende dag bleek uit een nader
ingesteld onderzoek, dat de Chevrolet in
Duitsland was gestolen, doch aan een
inwoner van Maastricht toebehoorde.
Deze had inmiddels reeds een uitkering
van de verzekeringsinstantie ontvan
gen. De Duitsers hebben nu tegenover
de Duitse politie, door wie zjj werden
aangehouden, bekend, dat zij in totaal
een dertigtal auto's hebben ontvreemd,
waarvan er zeker zes naar Nederland
zijn vervoerd. De Bussumse politie heeft
behalve op de Chevrolet inmiddels ook
beslag gelegd op twee auto's van het
merk Porsche, eveneens van deze uit
gebreide autodiefstal afkomstig.
Het tiende artikel in onze grote
serie over Afrika: Zwarte man - wat
nu? vindt men elders in dit nummer.
Erik Verg schrijft in deze reportage
over Guinee, welk land zich onlangs
van Frankrijk heeft los gemaakt.
e laatste jaren gaat men in diverse steden ernst maken met de verfraaiing
J van het stadsbeeld door het plaatsen van beeldhouwwerken. Hierboven ziet
men een specimen daarvan: de fontein op het Lucas Bolwerk te Utrecht met
beelden van Joop Hekman. De plaats lijkt niet gelukkig, zo vlak bij het voort
razende verkeer, en de gebeeldhouwde baadsters zijn geen excellente voorbeelden
van oorspronkelijkheid en eigentijdsheid. Maar er spreekt iets uit van de onbe
vangenheid die vooral eigen schijnt aan zuidelijker landen, en in ieder geval is
het een speels en opwekkend element in de droefgeestige debatten over dempen
en breken, die vooral in Utrecht tot verscherpte actualiteit zijn gekomen.
In het stadhuis van Bolsward heeft de
staan. Op deze herdenkingsbijeenkomst
vrijdagmiddag de zeventiende Friese
boekenweek officieel geopend. Hij deed
dit in een bijeenkomst, waarin ook het
25-jarig bestaan werd herdacht van de j ideële kant door de commerciële ver-
stichting Het Friese Boek, door wier drongen. Er is een tijd geweest, dat het
20.000 Friese boeken per jaar verkocht
worden. Het schrijven van Friese boe
ken is geen lucratief bedrijf, aldus spre
ker.
Bij het Friese boek is nochtans de
propaganda de belangstelling van de
Friese literatuur sterk is gestegen en
tevens de Friese boekenweek is ont
staan. Op deze herdenkingsbijeenkomst
heeft dr. Anne Wadman een boeiende
rede gehouden over het Friese boek en
zijn betekenis. Hij constateerde dat het
ten opzichte van andere taalgebieden
uniek is, dat in Friesland de ontwikke
ling van de romankunst is achtergeble
ven bij die van de poëzie.
Aan de bijeenkomst in Bolswards stad
huis ontbrak dit jaar de uitreiking van
de Gysbert Japicxprijs voor proza. De
prijs is kortgeleden toegekend aan E. B.
Folkertsma voor zijn essaytisch werk
gepubliceerd in de jaren 1955-1958 en
voor zijn literair oeuvre in het alge
meen. De heer Folkertsma meende ech
ter geen vrijmoedigheid te kunnen vin
den, de prijs te aanvaarden. Het is ge
bleken, zo zei gedeputeerde Okma gis
teren, dat vorige prijswinnaars zich nu
in verlegenheid gebracht, zien omdat zij
de prijs wel aannamen, terwijl zij de
kwaliteit van hun werk minder achten
dan die van het werk van Folkertsma.
Mr. Okma zei nu nadrukkelijk, dat de
heer Folkertsma het peil en de beteke
nis van zijn werk niet hoog genoeg vond
om de prijs te kunnen aannemen, doch
dat de norm, die de heer Folkertsma
aanlegt, niet overeenstemt met het doel,
waarvoor de prijs ingesteld is. Voor be
kroning komt datgene in aanmerking,
dat als beste van in een bepaald tijdvak
verschenen werk wordt beschouwd.
Mr. Okma noemde het Friese boek
van grote betekenis voor de consolida
tie van de Friese taal. Dr. Anne Wad
man deelde mede, dat er omstreeks
kopen van een Fries boek een soort ri
tueel was dat werd verricht in het be
lang van een volwaardige cultuurtaal
en van de Friese beweging. Toen de
keus van Friese boeken ruimer werd,
werd het kopen er van meer 'n zaak van
berekening en overleg, aldus spreker,
die de oprichting van de stichting Het
Friese Boek een bewjjs noemde van het
feit, dat het zakelijk denken terrein
won. De Friese literatuur bestrijkt nu
een veel breder vlak dan een kwart
eeuw geleden. De jaarlijkse prijs van
de Friese academie voor het best ver
zorgde boek over Friesland werd, zo
bleek tijdens de bijeenkomst in het
Bolswardse raadhuis, toegekend aan
uitgeversmaatschappij Elsevier te Am
sterdam voor de Friese encyclopedie.
Ter gelegenheid van de opening van de
boekenweek wordt in het raadhuis te
Bolsward een tentoonstelling over de
historie van het Friese boek gehouden,
georganiseerd door o.m. het Fries li
terair museum in oprichting.
De gemeente Breda is voornemens,
behoudens goedkeuring van Gedeputeer
de Staten, over te gaan tot uitgifte van
een obligatielening, groot I0.000.00G,
tegen een rente van 4%%, koers 99, met
een looptijd van dertig jaar. De inschrij
ving op deze lening zal worden open
gesteld bij Labouchère en Co. te Am
sterdam. De opbrengst van de lening
dient voor de financiering van kapitaals
uitgaven.
De Hoge Autoriteit meldt, dat vol
gens de voorlopige gegevens, de kolen
produktie in de K.S.G. in september
jl. 19.408.000 ton heeft bedragen tegen
17.751.000 ton in augustus 1959 en
20.397.000 ton in september 1958. In de
eerste 9 maanden van dit jaar bedroeg
de produktie 174.139.000 ton tegen
185.278.000 ton in de eerste 9 maanden
van 1958, dus dit jaar ruim 6 pet. min
der dan vorig jaar.
De Commissie Overleg Bezigheids
therapie zal op zaterdag 24 oktober in
het Tropeninstituut te Amsterdam een
studiedag houden met als onderwerp:
Doelstelling en begrenzing van bezig
heidstherapie ten opzichte van arbeids-
therapie.
het waagt een nieuwe versie
vervaardigen van een film,
die in de loop der jaren een le
gende is geworden, zoals de Ameri
kaanse regisseur Edward Dmytryk het
thans heelt gedaan met „De Blauwe
Engel" naar de roman Van Heinrich
Mann, kan niet anders verwachten dan
dat de criticus, die het oorspronkelijke
werk heeft gezien, vergelijkingen gaat
trekken. Dat die vergelijkingen ten na
dele van de nieuwe versie uitvallen is
betreurenswaardig, maar niet verwon
derlijk. Het is zelfs onvermijdelijk, want
zowel Dmytryk als zijn scenarioschrij
ver Nigel Balchin hebben een compro
mis proberen te vinden tussen het werk
van Heinrich Mann en de eisen, die een
9 IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIK
jin*
e>
^^Hc^in,ni8e brief van de graaf van Cham-
S,V&d in „L'Union" van 30 oktober,
N XiNq achtingen de bodem m. Henri V"
vf f jX. 8 in _te regeren op voorwaarde, dat de
J iNih. e hersteld zou worden. En anders
li Utoe ,:®h de
ory X vfae„ke5beid had, dat het Frankrijk van
led-
ÓN B vi»a naa, aai
JitN X i°orzjp8 hooit meer zou aanvaay.d<;n, kon
J n' dat het „anders niet het
'A ^?arrjjPelyk. hoe een man,
1 1 i.fXih'fo lel®, restauratie had uitgezien
i11 >„\%iN ai.hg i» even on had. zijn
veertig
en er
zijn eigen
„itt»yl ^Nli-hlk8 in ai®11 °P voorbereid had, ■- .t.,
Wi kon boren op het ogenblik
Kil ln handen had. Hier moet iets
i wNtINs ht few°ne logica ontsnapt, en een
VlNv®1 Ok Sezin» waarschijnlijk dan 00
SN ^n ^bor^eld op „het geheim van
S' verklaring In een
,„-ayn van Chambord, die het
iNNhrN t„ houd»», eld van „Frohsaon e-*
"mNm. Una00') en?' Ahderen ontzeggen hem e
fNf S ms- F ®vv'i.)k v,ernnen dit uitsluitend toe aa
Ch» een ucf'timisten sponnen hun ve
*h 5hibord el® roman, volgens welke d
,Nh nw? 1 een buitenechtelijke ver-
en h?a®r' de hertogin van Berry,
"ij dus in werkelijkheid geen
enkele wettige aanspraak op de kroon kon doen
gelden.
Zou de waarheid niet eenvoudiger zijn en tevens
op een hoger plan liggen? De graaf van Chambord
behoorde waarschijnlijk tot de categorie van hteoreti-
ci, die met een onplooibare houding aan een onge
repte mystiek de voorkeur geven boven een vermink
te werkelijkheid. De twist om de witte vlag, die ons
nu bijna kinderachtig lijkt, had een heel andere
strekking dan de spitsvondigheid van een verouderd
formalisme. Het was de rechtstreekse uitdrukking
van de strijd tussen twee onverzoenlijke idealen en
plaatste de constitutioneel gezinde en modem
denkende prinsen van Orleans tegenover de oude
kampioen van het goddelijk recht der vorsten en
van hun absolute macht. Door de driekleur te er
kennen zou de graaf van Chambord terzelfdertijd
de Revolutie van 1789 erkend hebben, niet als een
betreurenswaardig voorwal zonder meer, maar als
een voldongen feit, dat voor altijd deel uitmaakte
van de Franse geschiedenis en waarvan de gevolgen
ook na de restauratie van kracht zouden blijven. Hij
zag geen heil in een gematigd koningschap dat de
beginselen van de Revolutie onaangetast liet. Vol
gens hem bestond het enige redmiddel, dat Frank
rijk nieuw leven in kon blazen, in de absolute monar
chie van vóór de Revolutie.
Men kan over deze inzichten, die ongetwijfeld gren
zen aan de utopie, lang en breed redetwisten. Maar
één ding staat vast: het feit. dat de graaf van Cham
bord liever de troon weigerde dan zijn ideaal op te
geven, pleit zowel voor zijn adeldom als voor zijn
grootheid.
Ongelukkigerwijs had Frankrijk in dat tijdvak
minder een gekroonde idealist nodig dan een rea
list, een krachtfiguur die bij machte was het weer op
te heffen en te leiden.
Niets kan een beeld geven van de ontzetting en
vervolgens van de woede, die het ultimatum van
de graaf van Chambord teweegbracht. Frankrijk
had. na de jongste rampen, in alle lagen van de
maatschappij zijn hoop te hoog gesteld. De terugval
was te hard en te diep.
Als men de haat gaat ontleden, vindt men er niet
zelden de bedorven resten van een oude, bedrogen
uitgekomen liefde. Niets is gevaarlijker dan eer
De variété-directeur Kiepert probeert Lola te overtuigen van de noodzaak om
professor Ratt te laten optreden in de stad, waar hij vroeger leraar was. Theo
dore Bikel, May Britt en Curt Jurgens in „De Blauwe Engel", een nieuwe film
versie van de roman van Heinrich Mann.
modem Amerikaans publiek stelt
aan zijn ontspanning.
geestdrift op het toppunt van haar onstuimigheid
teleur te stellen. De graaf van Chambord, in wie
men de vader des vaderlands zag, ontpopte zich
als de man die honderd jaar nationaal leven be
handelde als een weefsel van geweld en schande, als
een bevuilde vaatdoek die men maar beter af kon
danken. De witte vlag die hij Frankrijk op wilde
dringen, was voor de massa enkel het zinnebeeld
van een al te prachtlievend verleden, van willekeur
en herenrecht, terwijl de driekleur een vers in het
geheugen liggende en nog volkomen levende geschie
denis vertegenwoordigde, vlees en bloed van het
volk. De driekleur herinnerde aan het epos van
het Keizerrijk, aan Algerië en de Krim, aan Patay,
Loigny en Reichshoffen, aan het hopeloze heldendom
van de Frans-Duitse oorlog, dat nauwelijks twee
winters oud was. Overwonnen volken zijn soms de
meest chauvinistische en geestdriftige. De graaf
van Chambord had de domheid begaan het nationaal
gevoel onherstelbaar te kwetsen met een pijnlijke
zinspeling op de Franse nederlaag:
■De witte vlag", schreef hij, „heeft tenminste de
verdienste niet als trofee in de Duitse arsenalen te
hangen."
Dat was te veel! Uit alle kringen van de Franse
samenleving steeg een kreet van verontwaardiging
op. De pretendent had het voorgoed verbruid.
Een golf van sympathie en verwachting ging
uit naar de prinsen van Orleans. Zij verloochenden
in ieder geval de eigentijdse geschiedenis niet, om
de eenvoudige reden, dat zij haar zelf hadden beleefd.
Maar zij konden niets uitrichten.
Moreel waren zij door hun woord gebonden Zij
hadden zich nu eenmaal loyaal verzoend en het lot
van de oudste tak der koningsgezinde partij tot het
hunne gemaakt. Met een bloedend hart zagen zij zich
op nonactiviteit gesteld. Hoezeer zij de dwalingen
van de graaf van Chambord ook veroordeelden, zij
konden er niets tegen doen.
„De weigering", schreef de hertog van Nemours,
,,zal misschien op een onweerstaanbare revolutio-
'iaiire stroom van tegenkanting stuiten. Het is van
belang, dat men zich in zo'n verstrekkende aange
legenheid niets te verwijten heeft."
(Wordt vervolgd)
Alvorens nader in te gaan op „The
Blue Angel" van Dmytryk, lijkt het
niet overbodig, ons nog eens „Der blaue
Engel" van Josef von Sternberg in de
herinnering terug te roepen. Dertig
jaar geleden werd deze film vrijwel al
gemeen geprezen als een meesterwerk.
Ofschoon degenen, die toen wat meer
reserve aan dè dag legden, achteraf ge
lijk hebben gekregen, is thans de nei
ging om het werk van Von Sternberg
te onderschatten, wel erg groot. Beoor
deeld naar moderne maatstaven zijn de
cors, belichting, fotografie, geluid en
grime inderdaad vrij primitief. De mid
delen, waarmee Emil Jannings de
schoolmeester van middelbare leeftijd
voor de cameralens zette: het typische
loopje, het gemanipuleer met de bril,
de indrukwekkende manier, waarop hij
zijn neus snoot in een schone, zorgvuldig
gevouwen zakdoek Curt Jurgens
brengt het er overigens in de nieuwe
versie „een zier beter af maken
thans een overdreven, gekunstelde in
druk. Niettemin blijft het een feit, dat
„Der blaue Engel" in vergelijking met
vrijwel elke Amerikaanse film uit die
tijd oorspronkelijk was en vooral van
een geestelijke rijpheid, die de nieuwe
versie ten enenmale mist. De krankzin
nige verliefdheid van de bekrompen,
enggeestige professor Rath voor Lola,
het kroegzangeresje van zeer aanvecht
bare reputatie, werd aannemelijk ge
maakt. De volledige ontluistering van
zijn persoonlijkheid, die daarvan het ge
volg is, wekte innig medeleven en diepe
ontroering. Het slot van de film leverde
daarentegen een melodramatische anti
climax op. De diep vernederde en ont
goochelde professor wankelde door de
sneeuw naar het lokaal, waar hij weleer
les had gegeven, en blies achter zijn
oude lessenaar om precies middernacht
de laatste adem uit.
Edward Dmytryk en scenario
schrijver Nigel Balchin hebben dit
slot gewijzigd. Een wijziging, die
zelfs in dit geval nog geen verbete
ring bleek. Met het oog op hun Ame
rikaanse, bij voorkeur „positief den
kende" publiek hebben ze namelijk
aan dit tragische verhaal een roos
kleurig einde gebreid. De professor,
plotseling van zijn noodlottige ver
liefdheid genezen door Lola zelf, die
zich zeer demonstratief in de armen
van een jongere en knappere min
naar werpt, wordt na een korte, maar
hevige zenuwcrisis aan de arm van
zijn vroegere directeur en oude vriend
een nieuwe, hoopvoller toekomst bin
nengeleid.
Een tweede kardinale fout is, dat de
makers van deze nieuwe film het ver
haal laten spelen in de huidige tijd,
waarin de sfeer en personen van Hein
rich Manns boek al evenmin passen als
het fameuze „Falling in love again"
(„Ich bin vom Kopf bis Fuss auf Liebe
eingestellt") in een moderne nachtclub
of een juke box. Nog erger is, dat men
Lola ieder, die „Der blaue Engel"
heeft gezien, zal deze figuur voor altijd
identificeren met Marlène Dietrich
een hart heeft gegeven. De koude, har
de, meedogenloze vampier Dietrich is
vervangen door May Britt, onder haar
vervaarlijke uiterlijk een doodgoed kind,
dat innig begaan is met het rampzalige
lot van haar minnaar.
Edward Dmytryk, die na zijn moe
dige „Crossfire", waarin hij in
1947 reeds! het rassenprobleem en
speciaal het antisemitisme durfde aan
snijden, geen film van werkelijk formaat
meer heeft afgeleverd, is er niet in ge
slaagd, het beeld als dramatische fac
tor te gebruiken, zodat de essentie van
zijn film uitsluitend moet worden ge
zocht in de dialoog en het spel. Wat dit
laatste betreft .schieten Curt Jürgens
en May Britt, zoals reeds aangestipt,
schromelijk tekort. In tegenstelling tot
May Britt viel er aan Marlène Die
trich veel meer te bewonderen dan al
leen maar een paar fraai gevormde be
nen. Maar zij had dan ook een regis
seur als Josef von Sternberg om haar
met zijn camera's te observeren. Al
leen Theodore Bikel als de variété-di
recteur Kiepert zou geen slecht figuur
hebben geslagen in de eerste versie.
Overigens is er niet alleen een ver
schil in diepte, maar ook in breedte en
in kleur tussen de film van Von Stern
berg en die van Dmytryk. Laatstge
noemde heeft zijn film opgenomen in
Cinemascope en in kleuren, niet uit de
artistieke noodzaak, maar kennelijk
omdat zijn opdrachtgevers dit van hem
verlangden. Zelden hebben we deze nieu
we verworvenheden van het filmme
dium dan ook met zo weinig overtuiging
en dramatische kracht toegepast gezien.
Dit verschil in dimensies, in sfeer en
in tijd, nog afgezien van het bezwaar
om typisch-Duitse figuren „Engels" te
horen spreken, heeft van een aangrij
pende tragedie een pathetisch melo
drama gemaakt, waaraan noch film
kunst, noch ware tragiek te pas komen,
maar dat intussen om bepaalde details
ongeschikt moet worden geacht voor
jeugdige personen.
(Flora-thèater, Amsterdam).
De Amerikaanse auteur Thornton
Wilder heeft de Oostenrijkse eremedaille
voor buitengewone verdiensten op het
terrein van wetenschap en kunst ont
vangen, als onderscheiding voor zijn
studie van de Oostenrijkse literatuur en
zijn pogingen om in de V.S. meer be
kendheid te geven aan het werk van
Oostenrijkse auteurs.
Binnenkort zal in de Nederlandse
koopvaardijvloot een nieuw voortstu-
wingswerktuig zijn intrede doen.
De Amsterdamse Droogdok Maat
schappij bezit tezamen met Werkspoor
reeds geruime tijd de licentie voor Ne
derland van de Franse firma S.E.P.E.-
S.I.G.M.A. voor de bouw van een der
gelijk voortstuwingswerktuig.
Hoewel dit werktuig voor Nederland
een primeur is, varen er sinds 1950
reeds dertig schepen van andere natio
naliteiten op deze voortstuwingsturbi
ne.
In 1960 zullen twee Nederlandse fruit-
koelgchepen en een walvisjager, met dit
type machine uitgerust, voor het eerst
in zee gaan.
De werking van dit voortstuwings
middel kan men zich als volgt voor
stellen: Een of meer gasgeneratoren,
die volgens het vrije zuigerprinci
pe werken, produceren gas van be
paalde temperatuur en druk. Een ex
pansieturbine zet de energie, welke op
gehoopt is in het geleverde gas, om in
mechanische arbeid.
Deze arbeid tenslotte wordt al of niet
via tandwielen overgebracht op de
schroefas van een schip of op de dy
namo of pomp bjj landinstallaties.
Deze nieuwe installatie is veel gerin
ger van gewicht en biedt een grote
vrijheid van opstelling, waardoor zij in
kleine ruimten kan worden onderge
bracht. Bovendien is zij in staat vrij
wel alle vloeibare brandstoffen te ver
werken. Deze drie eigenschappen laten
zich direct uitdrukken in meer laadge-
wicht, meer laadruimte en lagere
brandstofkosten. Daarnaast worden te
vens de uitgaven van onderhoud tot een
minimum beperkt. Een ander voordeel
wordt verduidelijkt met het volgende
voorbeeld. Laatst kwam een schip met
deze voortstuwingsinstallatie in een ge
bied terecht in het noordelijk deel van
de Atlantische Oceaan waar het bijzon
der ruw weer was. Het schip werd
heen en weer geslingerd op de golven.
Plotseling raakte een van de vrije-zul-
ger-generator-turbines defect doordat
er een moer brak. Men schakelde deze
generator uit en voer op kracht van de
andere verder. Ondertussen haastte
men zich de defect geraakte generator
te herstellen. Na enkele uren van bij
zonder inspannende arbeid gelukte dit
en kon men de generator weer inscha
kelen. Wanneer een schip uitgerust met
een dieselmotor onder dezelfde weers
omstandigheden deze averij had opge
lopen had het voor anker moeten gaan
en radiografisch hulp in moeten roe
pen van een sleepboot.
Behalve de genoemde voordelen heeft
de toepassing van deze machines ook
een voordelige invloed op de vorm en
de afmetingen van een schip. In ver
houding met de bestaande voortstu
wingsmiddelen is deze installatie goed
koper, zowel in aanschaf als ln brand
stofverbruik.
Behalve dat deze installaties op grote
schaal ter zee als te land (elektrische
centrales) zullen worden aangewend,
neemt men in Frankrijk en Amerika
ook reeds proeven op vrachtauto's.