Een zuivere jonge dichteres
n
Van boeken
en schrijvers
Onder
grondse
spoor
weg
Het spook in de molen
Belgisch Limburg
lerocn in
mzevoets»
Schaap of geit
.MIJN IK IN HET REINE"
Verrassend debuut
»"?boa.;e,s
Meester-stukje
s. IS:
raam
mm
H
m
li
ZATERDAG 24 OKTOBER 1959
PAGINA 15
Dit Is één manier om In slaap te komen.
v.a.f 74.50
taai
Een suggestie
van schrijvers
(Slot)
Advertentie
Maar eenvoudiger en veel aangenamer is: ga slapen op een EPEDA 'matras.
Wagemans A van Tuinen NV,
fabrikante van Artifort meubelen en Epeda matrassen
is tijd voor de reis naar
Vlaanderen, maar deze regels
V6g1 moeten eerst af. Er zullen daar
mannen bijeen zijn die men
^rkundigen" pleegt te noemen
d® stamverwante broeders uit het
tfo n' nu bezig z^n met een
feri en r°yaal feest voor de zestig-
lic*®e Marnix Gij sen, zullen er wel-
<}e ook zusters aan toevoegen. Als
kof»6 rsgels de lezer onder de ogen
v6rkV *s een "oude" dichter, altijd
]a dbjvend in het kustland van Hol-
I5 d (niet het rundertelend kust-
jje maar dat van de „bezielde dor-
m de duinen) en uit die streek
niet meer weg te krijgen, met
s6l (V und Not" onderweg naar Brus-
tj6Het letterkundige feest, waarvan
g0ll Sinjorenstad nu al drie dagen
da?' ..vin<H 'e Brussel morgen, zon-
k0^'. zÜn bekroning in het paleis van
iF^ing Boudewijn, die aan de be-
f^'de dichter een grote prijs zal uit-
te?'"angs zat ik met de dichter te pra-
en te drinken in de bekende streek,
ka"et bekende pad, en in de bekende
8ró?®r- Hij wist toen nog niet van die
ep v® Prijs; ik ook niet. Het was herfst
°ok heg°n te schemeren, daar was
te„ -.de vale blik der ramen, en recht
t>a« °Ver ben 136 boge sP'egel." Even
er in de kamer stilte en ook
Optekende deur zag ik, die dichtwoei
0r)s> at er wind kwam. Toen vie] mijn
op een klein boekje, rood en wit,
de vele die er stonden in de kas-
div_of lagen op tafels, stoeien, bank en
a4bi 'ag naast ZÖ" wijnglas en ik
Vn het op mijn knie De titel was
ihuid en hand", de schrijfster
s®ha de Vreede, de uitgeversmaat-
Advertentie
HOTEL ZEILER. In een le klas
hotel logeren t 9.—. Voll. pens.
Event, dieet-keuken zonder prijsverh
*endnrt1s t 22.50 Eig W J Rowel
Opneming t* deze rubriek 4« niet
noodzakelijk een bewij* van in-
etemmino
o u w van woensdag jl. reageert in
»he hoofdartikel op de aoor prof. Rom-
8ek'n de jongste partijraadsvergadering
tot ydeti rede, waarin hij o.a. opwekte
Oe^hezinning over de vraag of een
%®e*schappelijlc verkiezingsprogram
Jijen katholieke en protestantse par
ana hogelijk en wenselijk zou zijn. Het
ts het met prof. Romme eens, dat
hi,jgken op Europees en op nationaal
ton2?v niet gelijk liggen en werkt deze
^uttering dan nader uit.
is samenwerking op Europees niveau
to samenwerking, die voldoet aan
6e Phmisbare vooronderstellingen. In
rste plaats is er een voldoende mate
kjsSe ®enheid in politieke opvattingen
'rtii de samenwerkende Christelijke
t>*hen en in de tweede plaats is de
t "Werking historisch aanvaardbaar.
P<"t d jonge politiek jonge Euro-
Ppiitip, zes heeft nl. nog weinig of geen
J'Jti ,*e historie. Dat heeft zijn voor en
k\jq l - '"OLuiie. L/ai uetjii, z-Jjii vuui cxx
Pojjtj feen. Het nadeel is dat het geen
Pïfiwj ^6 trafJitipe hooft on Haf hot l^oloiH
Gr i CA1 gcvucixgnci-xcxi
,!®V
Ptind^- PatioPale sfeer liggen, hier
tlehten 6 tradities heeft en dat het beleid
is !?ev°lge veelszins een improvisa-
l's0hr - Voordeel is dat allerlei histo-
- e'r JegePstelTingen en gevoeligheden
$o,
ï0odzaat W0I"den gevoeld, terwij] d
r* r°ba tot samengaan, wil men in
®h, een Christelijke politiek ko-
öit h'®r sterk spreekt,
jjieilif) ^tekent allerminst dat de tegen-
bi6 '1 een ,ussen Rome en de Reformatie,
de r aan. Pd als Nederland altijd tast-
hi. BoUtieuzig ziJn en die daar ook in
\?aU _.een r°l spelen, op Europees
heia bUrlru n- worden verloochend,
a. o vr._ jk niet, maar door de henei
doé van niet, maar door de beperkt-
sn?r het e taaK op Europees niveau en
lant
aral
ste]
aan de orde. Op
Vg®cifieu °P bet ogenblik althans
ge? die taf,oclaal-economisch karakter
eia ,naRetVn kwamen die tegenstellin-
CkaKeenn„°eg niet aan de orde. Op so-
Panifi?lscb gebied vinden de Prot.
8e^ar vanen en de K.V.P. in Nederland
aiéÜakkeiiii, °Pdsher en ook thans zeer
Wfudieen n„,Y.aP A.R.-zijde is dat bij het
be„ ®P om,eb debat van voor enkele
ieurip -.ChrifyYdrukkelijk gesteld. Het
AV°()r riat 'Jtik sociale politiek" stelt
*WTalt>ers» sJnds de dagen van Talma
'h s'Kathnv op de huidige dag voor
hièn6®1" ovnn e en Pr°t- Chr. partijen
s°haiin ^egende nate een hun ge-
PPelyke zaak is.
Advenentte
>ic|r. 2ai de nftf jaarb°ekje „.Singel
?chiie°n Eram^eYersmaatschaPPij Que"
yjfo. wa?r™ a00np!aat'if- doe" ver-
KhÜPvleVePde wL stemmen van ze-
0r^en Vifin an e dichters zijn
Kh,Van den trIan Vriesland. Her-
h%Ynie Donkr r an Engelman,
^4niann en c^hel v™man, Alfred
u® AmJ,r'ka Sunfy" vastgelegd. Voor
g®h. Jl 'eii 'worde- en de Nederland-
V^hlef,®1 is de hedoenS0Urs aang®trok-
hn|a aan te lev^ g e,en -.sonoor
lh^rifiong:rtike Van stemmen
^Se taaiL't- Illvers uit het Ne-
ê^Üv^ fakkedr °Aa'tJ' c Bloem,
h'"Te l?" Duinket-Yo AnttoPn Coolen,
ttUn ^P en aY- Jan Greshoff,
made\verktn„ balomnns heb-
o reeds toegezegd.
schappij Holland,
gevestigd te Am
sterdam. De titel
pagina vermeldde,
dat het boekje no.
54 van „De Wind
roos" was, een serie
die wordt uitgege
ven onder redactie
van Ad. den Besten.
Ik las een poosje
in het bundeltje en
zei toen, van mijn
gelijk overtuigd, dat
ik de gedichten in
dit boekje mooi
vond.
„Dat vind ik nou
ook," antwoordde
de één week later
met een grote prijs
te bekronen dichter.
Wij spraken toen
verder over het
„waarom" van ons
gelijk, maar dit was
niet zo belangrijk,
het leek op berede
neerde litteraire cri-
tiek.
De dichteres
Mischa de Vreede
bleek óók juist be
kroond te 7.ijn, maar
met een kleine prijs.
Het was een stuk
Amsterdamse poë
zieprijs, toegekend
voor één gedicht door een jury, die ik be
grijpelijkerwijze onmogelijk onbevoegd
kon achten, a] zat ik er zelf niet in. Nu
weet ik. dat de toekenning van die prijs
zeer is toe te juichen, ook nog op an
dere gronden dan poëtische.
Mischa de Vreede is een jonge dich
teres, spontaan, kwetsbaar, maar zij weet
wat zij doet. Dat blijkt ai uit het schut
blad, waar met kleine cursieve letter
tjes dit citaat van John Donne op staat:
X am two fooies, I know,
For loving, and for saying so
In whining Poetry
Begint men te lezen, dan doen de ver
rassende beelden en de manier waarop
de regels Op de pagina staan, evenals
het ontbreken van hoofdletters en lees
tekens, een ogenblik vermoeden dat men
met zogenaamde experimentele poëzie
heeft te maken. Maar ook niet meer dan
een ogenblik. Het ontbreken van hoofd
letters en leestekens kent men immers al
van de jaren Twintig en leest men
„door", dan ziet men spoedig, dat deze
debutante niet onbekend moet zijn met
een ons vertrouwde prosodie of dat zij
van nature daarop is ingesteld. En men
weet opnieuw, met Karei van de
Woestijne. dat polsslag en ademhaling
voor dichters uitermate belangrijk zijn,
belangrijker zelfs dan wat men „een
groot hart" pleegt te noemen of een
„edele" gezindheid. Blijft men zichzelf
trouw, dan ontstaat de adeldom wellicht
vanzelf als de som van bloedsomloop,
geschikte hersenlobben, gevoelige huid,
vaardige hand en dat onnoemelijk mys
terie, dat we nu ziel zullen noemen.
Dan ontstaan er ervaringen, die (vol
gens Rilke) „Blut im Gebarde" die
nen te worden. Bij de vroege Grieken,
laten we zeggen ten tijde van Homeros,
kon het dan geschieden dat muziek en
woordgebruik samen vielen, tegelijker
tijd ontstonden. De meesten zijn dat ia-
ter verleerd, maar het beginprincipe
van die „zang" is er nog: harpspeler,
zanger, snaarbetriller, poëet.
Waarmee ik maar zeggen wil, dat
het mij toeschijnt, dat Mischa de
Vreede van het goede ras is, dat zij
de poëziegevoelige direct aanspreekt
en dat haar debuut de verwachting
wekt, dat zij iets moois zal blijven
geven, als haar ervaringen rijker wor
den. Zii is echt en onbekommerd, zij
aiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiTmiiin
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiniiiiiiiimii
is droefgeestig en gelaten, zij bezit bo
vendien humor. Kortom, een verras
send lyrisch dichteres, wier bundel
tje opvalt ais dat van een zangvogel
in een veel te grote volière met ge
kwetter en gezaag. Er zijn nl al te
veei dichters en dichteressen tegen
woordig, al te zeer wordt er gebruik
gemaakt van het brein en van een
hang naar oorspronkelijkheid die niet
duren kan en geen blijvende resulta
ten kan afwerpen.
Een jong leven, in Indië begonnen,
belast met veel te veel verdriet voor
een klein kind, maar voor zich heen
geleefd met dapperheid, heeft nu prille,
mooie verzen opgeleverd, gezegd met
zuivere stem. Om een zeer versleten
beeld te gebruiken: het heeft gebloeid
op de ruïnen. De thema's zijn de oude
en bekende: liefde, ontgoocheling, me
lancholie, het kind, de dood en de
schoonheid van het lichaam, van het
land, de zee en de stad. En voorlopig
schijnt dit voldoende. Op haar best is
z\i in het „Groot Slaaplied" dat ik voor
de lezer uitschrijf:
kom catelijne
mijn lieve kleine
mijn ik in het reine
kom bij me
gaan wü terug
naar het ongeboren zijn
wees niet bang voor de slaap
ik blijf bij je
wees niet bang voor de nacht
want ik ben je nacht
wees niet bang voor net water
ik maakte het water
het water is goed
en het draagt je
het wordt weer als vroeger
ik voed je met mijn bloed
is?'
MISCHA DE VREEDE
ik kleed je met mijn huid
binnen mijn heupen
bouw ik je huis
vanzelfsprekend
heb ik je lief als mezelf
zijn wij naakt voor elkaar
en kennen eikaars binnenkant
mijn naaste naaste
ik wil je sparen
zacht neem ik je mee
vaar met mij
in mijn binnenzee
door de nauwe ingang
van het leven
terug in de wijde
dqeC......
Dit slanke en verzadigde gedicht be
hoeft verder geen commentaar, dunkt
mij. Het is een geheel moderne en ge
heel antieke verbeelding van zwanger
schap en moederliefde. Het is van de
natuur en van de mens, het is eenvou
dig en onopgesmukt mooi. het is zui
ver van woord en rhythme. Het spreekt
over een mysterie dat altijd mysterie
zal blijven, al „vordert" de weten
schap. Vida triste. En men denkt aan
Slauerhoff
r.^.TOw^.v.TC^.:.:A^p:.x.x-;-;-r*wrTO<-KW:vX-:-s;ffi-:^>>Xvr-:vx;:vX;s;rv:v:vrvK;r;^?5??':;WOT'JK":'
lllllllllllllllllllllllllllllllf:;
iiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiii:::
iliiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiim
llllllllllllllllllillllllllllll
I
SivXjj&WxjxJvX-Xv^SBiflSipPfT??:;^
•XW«X«Xm>!v1w".vaw!'
De ondergrondse
spoorweg as$§
(Metro) te Parijs.
Willi—I
nen trappen daal je dan af (soms ook
met liften) en je komt dan op een on
dergronds station (perron) terecht. Wat
in- en uitstappen betreft, mag je niet
te lang wachten of aarzelen: vlug in- Als Meester Goemans jarig is
en uitstappen is geboden. De treinen van tiere liere lom
staan enkele seconden stil, deuren gaan dan draaien alle kinderen
automatisch open en dicht en voort snelt hun houten banken om.
een ondergrondse naar een volgend sta- He meester zet een feestneus op,
tion. Het is steeds verbazend druk in en 00fc een hoge hoed,
de ondergrondse treinen. Ruim ander- een rooie hoed met belletjes.
half miljoen reizigers worden per jaar Het staat hem reuzegoed.
vervoerd.
illlllllllllllllllilllllllllllllllliliiliiililiimilllllllllllllllMlllllllll dHere tierelier. V°°T klM'
En alle kind'ren trappelen
zodat de sparappels over het pad sto- - juichen van plezier.
ve"-„ „Stop" roept de meester. „Opgepast,
Alles klepperde en knarste en piepte de voeten van de grond.
en waren Ingelot en haar man of Epi- En wie ik tik die moet hem Zijn
nar toevallig wakker geweest, dan zou- we gaan de wereld rond."
den ze gezien hebben hoe een donkere
gedaante met een lantaarntje om de Van huplala, daar gaan ze al.
oude molen sloop en door het lagè Z" stuiven door de klas
achterdeurtje naar binnen kroop. En Meester zit hen achterna,
Vader liet het achterdeurtje altijd alsof hij dertien was.
open voor Mischa de poes. Toen sloop Ze rennen over de banken heen
20 oktober was het zestig jaar geleden worden enige kilometers afgelegd, dus de gestalte naar het gezellige woon- ere over het kozijn.
lte van de Parijse je komt in een ogenblik tijds in een keukentje en voerde daar wat ui'
dat het eerste gedeelte
Métro in gebruik werd genomen. Thans
zijn er 14 lijnen, die 186 kilometer lang
zijn en circa 350 stations tellen. De „Mé
tro" is de naam van de Parijse onder
grondse spoorwegen, om het boven
grondse verkeer te verlichten. De on
geheel ander stadsgedeelte terecht. En
dat is heel wat gemakkelijker dan een
lange tramrit te maken, die op vele
plaatsen vaste halten heeft en daardoor
oponthoud geeft.
Bij de Métro zijn weinig
dergrondse is een technisch meester- halten; de ingangen van de Parijse
werk, want de tunnels liggen soms Métro zijn doorgaans maar eenvoudig;
diep onder de grond. Treinkruisingen een groot bord geeft de plaats aan waar
zijn er niet en als twee ondergrondse men naar een station kan afdalen. Des
sporen elkaar toch moeten kruisen, dan avonds zijn die verlicht, maar al zou had zich erg verlaat bij kennissen van
gaan ze over elkaar heen, dat wil zeg- je zo'n bord niet zien, er stijgt altijd ZÜ" ouders en hij had door het raam „Ha" roept de meester. „Kostelijk!
gen: de tunnels zijn over elkaar heen een eigenaardige muffe lucht naar bo- gekeken omdat hij licht zag. dat is een goed idee!
gebouwd. Het is natuurlijk zo gedaan ven, waaraan je onmiddellijk de in- Op zo'n laat uur in de nacht. We spelen dadelijk poppekast.
om ongelukken te voorkomen. Kilome- gang van de Métro herkent. Langs ste-
uit. Daar speelt de meester kiekeboe,
Wie zal zeggen wat? vanachter het gordijn.
Alleen de uil zag het en de donkere
nacht zag het. De bomen zagen het. De bellen rink'len aan zijn hoed.
Ze zwegen stil en donker en zwaar ere hoor.daar piept de deur.
van de regen. En de nacht verbergt „Ha" roepen alle kinderen,
elk geheim. Daar is de inspecteur!"
Maar toch had nog iemand het ge- De inspecteur zegt: „Goedendag.
zien. jfc ben wel wat verrast.
Nils Holgersen. En zie ik daar Jan Klaassen soms,
Hij was van de markt gekomen en daar in die poppekast?"
ters lang zijn de tunnels en misschien
weet je wel dat de rivier de Seine
dwars door Parijs loopt; dat is een bre
de stroom en toch lopen de tunnels on
der de Seine door (net zoals bijvoorbeeld
de tunnel te Rotterdam). Daar de on
dergrondse treinen niet over wissels hoe
ven te lopen kunnen ze een grote snel
heid ontwikkelen. In enkele minuten
iiiiiiimiiiiiiiiiitiiiiiHiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
In de kathedraal van Nantes (Frank
rijk) bevindt zich het grootste gebrand
schilderde raam van Europa, een mees
terwerk van de moderne glazenier
Francois Chapuis. Het raam, dat on
langs werd aangebracht en dat een
hoogte heeft van 26 meter en een op
pervlakte van 102 m2, bestaat uit 30.000
stukjes glas in tien verschillende kleu
ren, waarbij echter het rood en het geel
overheersen. Ruim een jaar is aan dit
raam gewerkt, dat nu de plaats heeft
ingenomen van de resten van een ge
brandschilderd venster, dat in het jaar
1800 bij de ontploffing van het kruithuis
van Nantes werd verwoest.
Toen hij de volgende dagen niets Doet u misschien ook mee?
hoorde van ziekte of diefstal in de mo- We vieren mijn verjaringsfeest.
len begon hij wat hij gezien had te We zijn zo leuk op gang.
overdenken. Kom, doet u toch gezellig mee.
„Misschien spookt het er" had zijn Of.... blijft u niet zo lang?"
zusje Iparin geopperd.
En zo was tot verbazing van Ingelot „Ik blijf hoor" zegt de inspecteur.
en Thorwaldson het praatje in de we- „Zo're feestje vind ik fijn.
reld gekomen dat het spookte in de Als u nu voor Jan Klaassen speelt,
oude molen. dan speel ik voor Katrijn."
En Torsten Mogensen en Sven Hol- Hij klautert op de vensterbank,
berg, twee grijsaards, vertelden 's avonds ere slaat een sjaaltje om.
bij het open vuur van Boje Bojeson's Dan piept hij met een hoog geluid.
herberg, dat jaren geleden op een nacht, Je lacht je werk'lijk krom.
het was diep in de nacht geweest en
de hei had de eeuwige ijssteppe wel "et gaat zo enig en zo leuk.
geleken met nevels en misten erboven, Maar plots'ling gaat de bel.
het volgende gebeurde. He meester deelt nog vlug wat snoep.
In die nacht reed een vreemde rul- He rest komt 's middags wel.
ter in woeste galop over de hei en de He inspecteur moet ook naar huis.
heuvels naar de eenzame molen. Bij roept nog: „Veel plezier!
„Die was er toen nog niet", verbe- Ik wens U nog een mooie dag.
Een ingang voor de metro te Parijs.
iiliMiiiiiilllitliillllllllllllilliliiliiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
terde de oude Mogensen, die het beter
kon weten, want hij was de oudste en
nam het verhaal toen over.
„Op de plaats waar de vreemde rui
ter van zijn paard steeg, hoorden ze in
het dorp doffe slagen en toen de dorpe
lingen 's morgens kwamen kijken was
er in één nacht een langwerpige grote
houten schuur van boomstammen ver
rezen waar de vorige dag nog niets
stond.
Had een gewoon mens dat in één
nacht klaar kunnen spelen?
Er was niemand in die schuur. Rook
Rook kringelde uit de schoorsteen en
een lange breedgeschouderde vreem
deling met een lange rode baard ging
af en aan. Hij was in jachtkostuum
met kaplaarzen en bemoeide zich met
niemand. Ook later niet.
Daarom bleef hij voor de dorpelingen
„De vreemdeling".
De schuur werd naderhand omge
bouwd en ernaast kwam de molen.
't Is dik in orde hier!"
VERA WITTE
(Wordt vervolgd).
Gedoemd om droevig te leven
Wordt ieder die te veel liefheeft;
Nog nooit hield mijn hart het tegen,
De liefde die groot verdriet geeft.
Limburg is de kleinste der negen Bel
gische provincies, gelegen in de noord-
Moeder Ingelot Thorwaldso kookte Maar wat hindert dat.
haar potje op een zelfgemaakt vuurtje In de molen was het knus en huise-
op het bospad. ijjk en Thorwaldson en Ingelot en hun iiiiiiiiiiiiHHiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiniiiiuiii
Ipe woonde in de oude molen „de zoon Epinar hadden een heerlijk leven.
Viersprong". En om de oude molen Als 's nachts de ijskoude winden om
was de eindeloze woeste hei met bos- de molen huilden en als in de woeste
sen en heuvels begroeid met lavende) herfst de slagregens het dak geselden
en Thijm en klokjes en wat al niet en met eentonig gekletter was het binnen
nog verder waren de moerassen met warm en gezellig en ze hadden
marjolein. 's nachts alleen mooie dromen.
's Winters was het er vinnig koud.
"Yir'?ahnMaar die nacht was er iets bijzon- oosthoek van het land*. 'Niettemin is ook
Viersprong had genoemd omdat de ders. deze Drovincie riik aan verscheidenheid
vier koude winden elkaar hier ontmoet- De woeste wind suisde om de molen d„ zij de Ubez0eLr(ster) tal van
en door de bossen en joeg over de hei, bezienswaardigheden. Aardrijkskundig
iiiiiiiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiillliiiiiluiiiiliiiiiiliiiiiiliiliillllillllHlliiililllliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiilliliiiiiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii iiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiii beschouwd treft men in Limburg hoofd
zakelijk de vlakke Kempen en de gol
vende Haspengouw aan, beide geschei
den door de Demervallei en oostelijk
begrensd door de Maasvallei. In het
zuid-oosten van de provincie bevindt
zich dan nog het Jekerdai, een verruk
kelijke vallei, begrensd door een zeer
heuvelachtig gebied. De Kempen zijn 'n
vrij effen vlakte, waar in de zomer de
titiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiii
na iedere koninklijke maaltijd werd ge
zongen, luidde;
„Bordjeleeg en buikjevol, ,x
Pannekoek en oliebol,
Griesmeelpudding en meloen,
Vader gaat een dutje doen.
Sla, tomaten en augurken,
Moeder ligt al lang te snurken,
Zeekreeft, zalm en zaligheid.
Leve Zijne Majesteit!"
De maaltijd werd voortgezet. Er werd je moet er even aan wennen om alles Iedereen zal hem eer bewijzen, als ware
vis opgediend, nog steeds in hetzelfde achter elkaar op te eten en allemaal hij de koning zelf, en ieder die te kort
apart."
Hazevoet begon hardop te lachen.
„Het is bij ons erg ongemanierd," zei
hij, „om alles door elkaar te eten. Het
soepbord waarmee ze de maaltijd be
gonnen waren. En na de vis werd er
aardappelenpuree opgediend. En toen
de puree op was, kwam de mosterd-
saus. En na de mosterdsaus kwam er staat'zo slordig."
hasjee van boterfantenvlees en daarna
gekookte aardappelen. En toen de aard
appelen op waren kwam de jus. En
toen kwam de pudding, en na de pud
schiet wordt veroordeeld tot een jaar
dwangarbeid in de schoensmeermijnen"
Bi) het horen van de laatste woor-
illllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllll
purperen heide bloeit, in het zuiden
der Kempen bevinden zich België's
nieuwste en rijkste kolenmijnen, met
als voornaamste centrum Genk; het is
een streek, waar oud en nibuw op har
monische wijze tot een nieuw geheel
ziln gegroeid en waar, temidden van
prachtige nieuwe woonwijken, juwelen
van moderne kerkelijke architectuur
zijn gebouwd. In tegenstelling tot de
Kempen is Haspengouw een vrucht
baar en heuvelachtig landbouwgebied,
dat mag terugblikken op een rijke ge
schiedenis en oude beschaving. Het is
een heerlijke streek, wanneer er de
kerselaren bloeien of de goudgele tar
we er staat te rijpen. Het is ook het
land van de talrijke mooie kastelen,
van de oude steden Tongeren, Borgloon
en Sint Truiden, en van de oude ro-
„O," zei Jeroen, die niet goed wist
wat hij daarop moest zeggen.
Nu tikte Hazevoet met zijn lepel tegen
ding de bessensap. En na de bessensap de gouden wijnkroes naast zijn bord
kwamen de aardbeien. En toen de aard- en verzocht om stilte.
beien op waren, kwam de slagroom. Hij stond op en sprak: „Het Is voor
Zie zo," zei Hazevoet toen het mooie
den werden alle aanwezigen bleek van lied uit was, „nu gaan wij met z«n maanse torenden berken De LimhuFp"
schrik en Markies Meevaller van het tweeën een wandeling maken door de se hoofdstad Hasselt is^'in het middfn
ministerie van Medelijden begon zacht- paleistuinen."
TT' - Y°°rt: D® Dra8M en Jeroen aan hen voorbt! Ifeiün «tfeifrarigeren
van de Sleutel is vrij om te gaan waar naar de hal van het paleis. En door de en sint T?u!den kunststeden Tongeren
hvj wil, en elk huis en elk paleis en kas- deUr met opschrift: „Paleistuin" gingen iruiaen.
4-/-»»-»X 4 n n M V* n /n va lim, ^V*T I mm mm e—rM
En toen de slagroom op was, kwamen het eerst in onze roemrijke geschiede- teeI staan voor hem open. En Nimrod, Hazevoet en zijn gast naar buiten,
de lakeien en vulden de gouden kroezen nis dat een Drager van de Zilveren onze °PPfrJachtlPeaster- zal zorgen dat „Wij hebben nog juist een half uur
- - - onze gast een jacht mee kan maken de tijd," zei Hazevoet. „Dan gaan de
OD de Eenhoorn. zon en rie ct.erren nit t*n ic hf»t nar>ht
tot aan de rand met geurige wijn
Koning Hazevoet dronk Jeroen en zijn
Sleutel een bezoek brengt aan het rijk
van zijn dienaar, de koning aller kabou-
hovelingen toe, en vroeg vervolgens aan ters. Wij zijn allemaal verschrikkelijk
Tprnpt) Hoof! ho4 io frno/l rrocr>-i o o Irf *7KIi-i Uaw. 4o 7JOD on r».11 n
Jeroen: „Heeft het je goed gesmaakt?
„Jawel," antwoordde Jeroen, „maar
blij hem hier te zien en zullen alles
doen om het hem naar de zin te maken.
op ae mennoorn." Zon en de sterren uit en is het nacht.
Koning Hazevoet ging zitten en ieder- J\0 J_us.s,en
een klapte luid In de handen en Mar- Qe rontelnen ae luln
mumminimin
kies Meevaller hield op met huilen en
veegde zijn tranen af aan de rand van
het tafelkleed.
in. Het water kla
terde neer in de marmeren bekkens,
en de avondwind ruiste in de bomen.
„Ik zal je mijn grote kooi met pom
pernikkels laten zien," zei koning Ha
zevoet, die een zijpad insloeg.
Weldra kwamen ze bij een grote jjze-
Ondertussen gingen de lakeien op-
In 1957 slaagde dr. Petsch, directeur nieuw rond met grote terrines en vul- -
van de dierentuin in Halle, een tuin die den de borden nogmaals met warm wa. fen 1 waaruit een verschrikkelijk
zich juist zeer op het houden en fok- i„.a
Aanvankelijk heeft men deze dieren
nu voor schapen gehouden. Ze hebben
inderdaad geen sik, we] horstmanen,
die even onder de keel beginnen en tus
sen de voorbenen door tot op de borst
reiken. De doorsnede van de hoorns
ligt tussen die van de schapen en de
geiten in. De stuitklier van de geiten
waardoor de beruchte „bokkelucht"
wordt geproduceerd, missen ze. Men
was van hun schaapachtigheid zo over
tuigd, dat men in een aantal oudere
leerboeken over de huisdieren en hur
afstamming zelfs de stelling kan aan
treffen, dat de Manenschapen de stam
ouders van de voornaamste Afrikaan
se schapenrassen zijn.
De laatste jaren rees enige twijfel
op dit gebied. Een paar nauwkeurige waarbij beide partijen het bewijs leve-
onderzoekers, die zich niet lieten inti- ren, dat Alpinisme hun meest gelief-
mideren door de wijsheid van leerboe- koosde sport is. Die dolle spelletjes anderen en droogde zijn handen af aan
ken met gevestigde reputatie, gingen a) eindigen even plotseling als ze begin het tafelkleed. Nu tikte baron Knoflook
die kenmerken nog eens nauwkeurig nen. Dat de apen wat leven in de brou- op een teken van koning Hazevoet met
na en kwamen tot de conclusie, dat de we rij brengen is we] goed, want in de zftn lepe) tegen zijn gouden wijnkroes kïikt'zfe "iV hoven "aan rieTtemrel^epn
T pHflle tnpVl TYiaor rroit 4an poViaon liro ormnA iron r\ O 7aülf 71in rlo TnAnl 11 an allnn aaU I.amK. I T
- ter- Jeroen, die meer dan genoeg had alsof ®r„, (uid door
ken van bergdieren toelegt, er in een gegeten, dacht ontsteld dat ze weer he- kl"aeren werd geblazen op blikken trom-
bastaard te fokken van een Tedalbok en lemaal van voren af aan gingen be- Petten. In de kooi stond een twaalftal
een gewone huisgeit Hiermede was het ginnen. Hij bracht met tegenzin een gfotvogels met lange gele poten. Ze
bewijs wel geleverd, want tot nu toe lepel water aan zijn mond stonden op een poot en hielden de ande-
is er, ondanks alle pogingen in die re: in de kn'0 gebogen, omhoog, net als
richting ondernomen, nog nooit Alle aanwezigen begonnen hard te ooievaars. Hun lijf leek op een kleine,
iemand in geslaagd geiten en schapen lachen en koning Hazevoet riep lachends'aPPe vliezige blaas, zo groot als een
.Dat is om je handen in te wassen." knikker, en ze hadden een lange dunne
snavel die eindigde in een gele hoorn.
Jeroen slaakte een zucht van opluch- Ze bliezen hun lijf telkens op tot het zo
De enige moeilijkheid waar we nu mee ting en. het voorbeeld volgend van de groot werd als een voetbal en lieten
zitten is, dat de naam Manenschaap" anderen, waste hij zjjn handen in zijn vervolgens hun adem Juid-trompettend
ingeburgerd, dat die eenvoudig bord. Hij keek om zich heen om te ontsnappen door hun snavelhoorns,
-ir is weg te krijgen! zien hoe de anderen hun handen af- „Dat zijn pompernikkels," zei Haze-
Blijdorp verheugt zich in een bijzon- droogden en hij zag tot zijn verbazing voet. „Ze worden ook wel doedeleen-
■r fraaie kudde Tedals, die de grootste dat zij ze afdroogden met de rand den genoemd. Ze zijn bjjna uitgestor-
van het tafelkleed. ven. Dit zijn de laatste en wjj zijn er
vanzelfsprekend erg zuinig op."
„Ga gerust je gang," zei Hazevoet Ze gingen verder en kwamen bil
Zo hoort het hier. ^Morgen krijgen wii een klein perk, waarin een zonderlinge
--I bloem stond, in volle bloei. Naast de
bloem stond een lakei met een zijden
zakdoek in zijn hand. Hazevoet nam eer
biedig zijn kroon af en maakte een
diepe buiging.
„Wat is dat voor een bloem?" vroeg
Jeroen belangstellend.
„Dat is de koninklijke neusbloem.'
zei Hazevoet ontroerd. „Als je goed
te kruisen. Het bastaardlam is voor
spoedig opgegroeid en doet in uiterlijk
het meeste denken aan een steenbok.
zo is
niet meer is weg te krijgen!
BI"
der B
kunstrots van de tuin als verblijf toe
gewezen hebben gekregen. Sinds een
jaar delen ze die met een groepje
chacmst-bavianen, een combinatie die
nog maar weinig moeilijkheden heeft weer een schoon tafellaken van de be
opgeleverd. Van tijd tot tijd ontstaat er waarder van de Koninklijke Linnenka-
enige opschudding en dan worden mer, baron Bombazijn. Het staat alle
adembenemende jaagpart^en gehouden, maal in de grondwet."
Jeroen volgde het voorbeeld van de
Tedals toch meer geit dan schaap wa
ren. De levenswijze wees immers ook
in die richting. Alle wilde schapenras
sen zijn meer steppedier dan bergdier.
hoewel enkele rassen, zoals de Argali's.
dieren van het hoogland zijn. Ook en
kele vormen van de Mouflon zijn berg-
/-( invtdn AT «in— -!1 A i... J
grond van de zaak zijn de ledals lie- en allen, ook koning Hazevoet, verre tros mooie erotp rode neuzen
ver lui dan moe en tenslotte moet ook zen als één man van hun stoelen. Ook
een geit aan de slanke lijn denken.
Jeroen stond op. Er viel een doods*
Kijk
een ervan gaat juist snuiten
Op hetzelfde ogenblik zag Jeroen dat
In de vrije natuur komen bavianen stilte. Kanselier Knoflook hief zijn uitge de a haastif d zijden zakdoek
en ledals zelden naast elkaar voor. spreide armen omhoog en telde hardop: aL een va^de neuzen hield Er klonk
Het zpn wel beide Afrikanen, maar „Een, twee. drie, vier!" En daar be een geUiid Msof iemand z in neus snom
hun woongebieden raken eikaar nau- gonnen alie aanwezigen ingetogen en iemand zun neus snoot
echte"bergdieren''^6 geiten zijn steeds welijks, behalve dan in het gebied van vierstemmig te zingen. En het lied, (Wordt vervolgd).
Kordofan
waarvan Jeroen later ontdekte dat het
DAAN ZONDERLAND
De fraaie en stoere toren van de O. L.
Vrouw-basiliek te Tongeren (België).