EEN VEELHEID VAN ZAKEN
Verlangens en verwachtingen
Concilie
van
het Alg
emeen
Vragen
betreffen deelgebieden
geheel
van een
c
V'
Huisvrouw niet ontevreden
I
Z)
V orser.
D
linguist en bouwer
Welkom
daal
christendom
T.V.-reclame mag niet onmogelijk
gemaakt worden
Ministers willen meer invloed bij
internationaal samenspel
RECLAMECQNGRES IN GRONINGEN
Inbreker stal raak
Meeste dienstplichtigen
kunnen nietzwemmen
parfum
lumière
ONDERWIJSMINISTERS BIJEEN
Aan robots heeft het Westen niet genoeg
Broeder Lambertus
Minister Visser in
Norfolk
ZATERDAG 14 NOVEMBER 1959
PAGINA 5
14 1
Öe nieiHve oriëntatie der theolo
gie heeft er toe geleid, dat men
'5 aa Senwo°rdig allerwege doende
ïw11 de hand van de prachtige
c^air> over het Mystieke Li-
h®id<5 Van Christus de saamhorig-
Vefij^dachte uit te 'diepen en te
Jii^t y/'den. In feite is deze helemaal
Is- kI»euw. Het historische en socia-
W rakter van het christendom is
het AS| °m het zo eens te zeggen,
liJjj'tamieii, waarop de hele godde-
Openbaring is geborduurd. De
hem Kerkvaders hebben deze waar-
Di, als om strijd op voortreffelijke
q® en met alle nadruk uitgewerkt.
k'3a °r allerlei oorzaken echter,
lijjj„rvan de telkens weer noodzake
lijk controverse en apologetische
;ij. 'hnaernis zeker niet de minste
v raakte de voor het juiste begrip
V- et christendom zo essentiële ge
tij nschapsgedachte steeds meer op
!0 Achtergrond. Vooral sinds de Re-
bebben de theologen in
b0 zin noodgedwongen in
V 'dzaak polemisch en apologetisch
'iiw ?edaan. Zó zeer zelfs, dat, toen
hoik een gezondere richting kon
belagen worden, men met recht
kunnen zeggen: Het is een
si,,ot ongeluk zijn kathechismus
Vhts geleerd te hebben als ver
fmiddel
an het dan verwondering wek-
dat de geloofsprediking, beroofd
C haar eigenlijke voedingsbodem,
kn sterk-individualistisch tintje
,,,.eg en de universele zending, het
k Oomvattendevan het christen-
dflange tijd niet de vereiste aan-
f ht kreeg? Dit alles is des te meer
^betreuren, daar het aldus gekort-
f Jde katholicisme te weinig tegen-
f nt kon bieden tegen de propagan-
lp,'van destructieve ideeën op maat-
if ppelijk terrein. Niet zonder reden
Ph. de Régis dan ook schrijven:
fsschien zon de dwaling van Marx
k Lenin niet ontstaan zijn en niet
jf zulk een verwoestende uitwer-
A? zijn verspreid, als men de ge-
tjf nschapsgedachte steeds de
- aats had gegeven, die haar in de
de bovenna-
t,:tl,Urlijke zowel als in
flijke orde toekomt",
h: e bedoeling van deze woorden is
bf op vrij simplistische wijze het
dfeldgebeuren te verklaren. Zelfs
b meest volmaakte prediking van het
vangelie biedt geen afdoende en ze
ik1, geen automatische garantie te-
f.n het kwaad. De auteur wil er al-
fR op wijzen, dat, wanneer de theo
rie de gemeenschapsgedachte van
-t katholicisme, zoals deze in de
van Christus en Zijn Kerk na-
fkkelijk als uitgangspunt wordt ge-
d, tot gemeengoed van alle gelo-
(Scn had weten te maken, het ver
gelijke surrogaat van Marx c.s.
L?arschijnlijk veel minder kans zou
«bben gehad. Of in dat geval de we-
Jd dan zoveel bewoonbaarder zou
hP geworden is een vraag, die wij
vJL graag bevestigend zouden dur-
C beantwoorden, omdat in Gods
fissbestel zowel het kwaad als het
h opgenomen zijn öm een myste-
'olle en wezenlijke rol te spelen.
4 elk geval is het in hoge mate
Verheugend, dat men zich tegen
woordig bevrijd mag voelen uit
apologetische sfeer Van het ver-
r,. ?.n.. al!e.. aandacht concentreert
de innerlijke rijkdom van het ge-
«Of, op een verdieping van inzicht
rn leven. Op deze wijze heeft zich nu
eeds voor ve'en een onvermoede
?°Hzon geopend, die bewonderens
waardige en vruchtbare geestdrift
1 ekt. Opvallend, maar tevens zeer
°Sisch is, dat men tegenwoordig lie-
ïf niet meer over de Rooms-Katho-
pke Kerk spreekt, maar haar bij
tfrkeur aanduidt als het Mystiek
fhaam van Christus of de Gemeen-
KnaP der Heiligen, wat zij volgens
tfs Pius XII ook letterlijk is. Hier-
tuee Wordt met één slag een veel bre-
tLr uitzicht geopend op de eenheid en
t, °nderlinge saamhorigheid van het
fasdom en zelfs van heel de schep-
A- Vooral echter treedt de Verlos-
Ijiri Jesus Christus, daardoor duide-
ü(,pt' op de voorgrond als de Her-
iv ePper der schepping, in en door en
Wie al het bestaande van het be-
k af op weg is naar zijn voltooiing.
Ipt is het "essentiële punt in het
IJ® leven der schepping, van we-
L9 en mensheid, de engelen incluis:
ItP-en Christus om bereikt geen en-
Wezen zijn- bestemming. En dit
bft men niet zó te verstaan, dat
V schepsel van Christus, als van
f buitenstaander, daartoe de nodi-
genade zou ontvangen, maar zó,
V' in de letterlijke zin van het
tA?'td, het schepsel wezenlijk en to-
tl» opgenomen wordt door Christus.
If rom is het zo juist wat een theo-
stichting van Christus, zij is ook
Lichaam, waarvan Hij hoofd en
lJ«h is Het christendom is niet al-
C1 de volmaakte godsdienst, de
Sifsie in een opeenvolging van reli-
inorele" en mystieke impulsen
het is de omvorming van alle
de mensheid in een hogere gods.
ast, clie deze strevingen te boven
f door ze te vervullen.
echte, volledige mens-zijn is
A in het katholicisme te verwe-
Vj.b.iken, omdat dit alleen „allesom-
t< end" is. Alles m heel descheppmg
tip, p eenheid en samenwerking ge-
,,Wfj zijn ledematen van éen ge-
lipi.bt en zoeken ons gezamenlijk in
gpf arn en ziel met God te vereni-
lip. De volheid der Godheid woont in
^ij flees, opdat God alles in allen
$c-ktn 'n Christus alles worde onder
pacht».
V ,'u'dt van het begin af het we-
t>laa de kern van het goddelijk heils-
'binber past geen isolement even-
ta's individualisme. Evenmin als
biepjpkort aan aandacht voor ons ge-
p1r]tlfp°bappeli,jk einddoel. Het her-
%f,n van déze overtuiging is de
f aarde voor het hervinden van
vS°ede
weg.
Advertentie
verkoudheid, hoesten en niezen
?n een paar Pottertjes in de mond
dat, Ver',chting. Duizenden vinden er
IjJ® ''iks baat bij. Potter's Lin ia is ge-
oij rokers, zangers en sprekers.
Kec«P.')n
In handig
platte doosjes a SS cent
*IMII H.V. NILVIRtUM
oncreet geformuleerde verlangens
en verwachtingen, zoals zij bij de
leden van de Katholieke Kerk le
ven om alleen maar van hen te
spreken zou men kunnen vangen on
der de algemene term: vragen, de vra
gen, waarmede de geloofsgemeenschap
in feite geconfronteerd wordt. Er is een
grootaantal, en zij lopen ver uiteen;
het is niet gemakkelijk hen inhoudelijk
onder één noemer te brengen, zonder in
algemeenheden te vervallen. De uiteen
zetting van Mr. Baas in De Tijd van
13 oktober 1959, waarin vragen werden
verzameld ,die vanuit het kerkvolk re
levant worden geacht, toont dat aan;
zij wijzen in allerlei richtingen. Haast
vanzelfsprekend zou men 'n poging wil
len wagen door eerst te onderscheiden
tussen ,,binnen"kerkelijke en „buiten"-
kerkelijke vragen. Tot de eerstgenoem
de kunnen dan de vragen worden gere
kend over de ,,binnen"kerkelijke ver
kondiging, over de catechese en de sa
cramentsbeleving en -bediening, struc-
tuurvragen ook over de parochie in het
bisdom en over de bisdommen in een
kerkprovincie, enz.
Tegenover ,.binnen"kerkelijk staat
„buiten"kerkelijk. „Buiten"kerkelijke
vragen zouden weer moeten worden in
gedeeld, want men kan dat buiten
op twee wijzen verstaan. In de eerste
plaats als andere kerken, andere levens
beschouwingen, andere godsdiensten.
Tot deze categorie behoren de vragen
vanuit de gescheurde christenheid. Aan
het woord oecumenisch" wordt in on
ze kring veelal de betekenis toegekend
van: de ontmoeting met de afgeschei
den kerken. Hetzelfde woord oecu
menisch krijgt een andere betekenis,
wanneer eronder verstaan wordt „de
plechtige samenkomst van alle bisschop
pen der aarde, die in eenheid en ver
binding met de bisschop van Rome ge
zamenlijk beraadslagen over vragen,
die de gehele christenheid aangaan."1)
Over het verband tussen deze twee be
tekenissen zal verderop nog gesproken
worden.
Tot dezelfde categorie behoren ook de
vragen, die aan de gelovigen en de
kerk gesteld worden door het verschij
nen van het ongelovig humanisme in
institutionele vorm.
En tenslotte betekent de éénwording
van de volkeren op aarde, zoals zij als
ethische opdracht vanuit de sociaal-eco-
nomisch-technische noodzaak ver
schijnt, een historisch nieuwe ontmoe
ting van christendom en wereldgods
diensten: Islam, Boeddhisme, Hinduïs-
me e.a. Deze categorie van „bulten"-
kerkelijke vragen zouden wij de „inter
kerkelijke" kunnen noemen, mits dit
veel wijder wordt verstaan dan de
naam zegt.
Daarnaast is er een ander „buiten
ons aardse binnenhistorische samen
zijn, de cultuur of culturen, de ruimte
van het profane. De snelverlopende en
diep omwoelende cultuurovergang, die
wij beleven, legt aan de geloofsgemeen
schap een reeks vragen voor bijv.
over kerk en staat, kerk en maatschap
pij, verdraagzaamheid, oorlog, de wel
vaartstaat, overbevolking, e.a. Dit ge
heel van vragen, deze categorie zou on
der de algemene aanduiding „kerk en
wereld" kunnen worden gevangen,
waarbij „wereld" wordt verstaan in de
zojuist omschreven betekenis.
Zo komen wij tot „binnen" en „bui-
ten"kerkelijke vragen, de laatste te ver
delen in „interkerkelijke" en die over
„kerk en wereld". En tot zover hebben
wij ons onthouden van een waardeschat
ting. Ons denken is begonnen bij de
kerk, de geloofsgemeenschap, en het
heeft stapsgewijze drie complexen vra
gen ontdekt; het heeft langs deze weg
de onverzichtelijke veelheid uiteen ge
legd en weer samengevat tot een orde
lijk geheel. Meer niet.
Ieders persoonlijke vragen
erlangens en verwachtingen van de
gelovigen waarmede nu alleen
de leden van de Katholieke Kerk
bedoeld zijn worden niet geboren als
een beargumenteerde keuze uit een
vooraf opgesteld overzicht. Zij stammen
veeleer uit persoonlijke belevingen en
ervaringen van de gelovige mens, staan
de met zijn persoonlijke eigenheid tus
sen anderen: medegelovigen, andersge
lovigen, ongelovigen. En dat is maar
goed ook. Wij kunnen toch slechts wer
kelijke gelovigen zijn, wanneer wij per
soonlijk, vanuit onze eigenheid en op
eigen wijze geloven. Dat wordt eigen
wijs, wanneer wij het samenzijn als ge
lovigen, wanneer wij het wézenlijk-soci
ale van het gelovige-zijn uit het oog ver
liezen, veronachtzamen of misschien af
wijzen.
Zo zal de ene gelovige zijn verlangens
en verwachtingen vooral richten naar
binnenkerkelijke vragen, naar antwoord
op de vragen omtrent prediking en sa
cramentsbediening, naar nieuwe vor
men en structuren van ziel-zorg, die
zorgers en verzorgden in de ruimte van
de kerk samenbrengen en samenhouden.
Velen zullen deze voorkeur bij priesters
verwachten, maar dan kan cr tegeluK
op gewezen worden, dat in de Katho
lieke Actie de aandacht van priesters
èn kerkvolk ook hierheen gericht staat.
De vragen van andere gelovigen gaan
eerst uit naar heling van de wonde
der gescheurde christenheid of naar de
ontmoeting vanuit het geloof met de on
gelovigen, die hun bestaan manifesteren
in de gebieden waar vanouds het chris
tendom zich vestigde en wortel schoot.
(Van onze speciale verslaggever)
GRONINGEN,
14 nov. De com
merciële televisie
stond op de twee
de dag van het con
gres van het ge
nootschap voor de
reclame in het
middelpunt van de
belangstelling. Drs.
P. Th. van Leeu
wen directeur van
een van de grote advertentie-bureaus,
gaf als zyn mening te kennen dat in
een maatschappij, gebaseerd op vrije
concurrentie, nieuwe reclamemedia
niet onmogeljjk gemaakt mogen wor
den. Naarmate de reclamemedia gro
ter in aantal en gebruiksmogelijkheden
zijn en naarmate de concurrentie die
ook tussen de reclamemedia onderling
bestaat sterker is, wordt de binnen
komst van nieuwe produkten op de
markt vergemakkelijkt en de concur
rentie verlevendigd. Concurrentie,
voegde hij daaraan toe, die onze ver
heid zo gaarne wil. Dit is een gezichts
punt, zo stelde hij, dat bij de besluit
vorming over de commerciële t.v.
door de voorstanders van een zo sterk
mogelijke behartiging van het consu
mentenbelang terdege moet worden
overwogen.
Daarvoor hadden de congresgangers
zich aan de hand van films en licht
beelden kunnen overtuigen van de mo
gelijkheden maar ook van de vele
moeilijkheden die aan het hanteren
van de t.v. als reclamemedium ver
bonden zjjn. Daarbij werden grote be
dragen genoemd. Een Westduits post
orderbedrijf dat een bijna verloren
aandeel in de markt door t.v.-reclame
wist te herwinnen hanteert een jaar
lijks t.v.-reclamebudget van twee en een
half miljoen. Het werd daarmee de
grootste t.v.-adverteerder in Duits
land. Hiervoor kan men 325 uitzendin
gen van circa 40 seconden per jaar ver
zorgen. Bij een prijs van f 30.000.- per
minuut komt men op ongeveer f 6 per
1000 kijkers. In Duitsland zijn op het
ogenblik 3 miljoen televisietoestellen
geregistreerd en bij deze becijfering
werd er van uit gegaan dat 65 pet.
van het aantal toestellen werd be-
Dat de belangstelling voor t.v.-recla
me in Duitsland zeer groot is blijkt
wel daaruit dat men ruim een jaar van
te voren plaats moet bespreken. Ook
in Engeland is de belangstelling groot.
De gezamenlijke t.v.-budgetten belopen
daar meer dan een half miljard gul-
Reclame is niet langer uitsluitend af
hankelijk van de feeling voor de markt
en van psychologische kijk op het pu
bliek, aldus drs. W. J. Claus. Recla
me wordt op het ogenblik bepaald aan
de hand van marktonderzoekingen en
analysen en steunt op motievenonder-
zoek.
Samenvattend stelde hjj dat de be
tekenis van de reclame steeds toe
neemt en dat ineer en meer geld voor
dit doel bestemd wordt. Hij meende
dat de reclame in Nederland op een
redelijk hoog peil staat, waarbij fat
soensnormen en ethiek tot geldmg ko
men. Met deze mening blijken de Ne
derlandse huisvrouwen het wel eens
te zijn.
Het Nederlands Instituut voor Opnie-
onderzoek heeft een aantal Nederland
se huisvrouwen gevraagd naar haar
mening over reclame en reclame-des
kundigen. De waardering van de Ne
derlandse huisvrouwen blijkt positief.
Het resultaat van het onderzoek stem
de in grote mate overeen met de uit
spraak waartoe prof. P. S. Bonman op
de eerste dag van het congres gekomen
was. De Nederlandse huisvrouw staat
positief tegenover reclame. Men is
over het algemeen waarderend, maar
niet enthousiast. Zou men op basis van
het schoolrapport-cijfer-systeem tot
een waardering moeten komen dan
zou het 7 tot 8 worden. Ruim voldoen
de tot goed dus.
Meer dan zestig procent van de on
dervraagde huisvrouwen acht reclame
nuttig. Huisvrouwen die een negatieve
houding t.o.v. reclame innemen bleken
een uitzondering te zijn. Er is echter
wel kritiek, die echter meer op de uit
voering van de reclame is gericht.
Slechts heel weinigen achten reclame
overbodig.
's-GRAVENHAGE, 13 nov. Steeds
meer buit komt er bij de politie op
tafel, afkomstig van inbraken van de
Rotterdammer B.. die eind oktober in
Voorburg is aangehouden. Reeds direct
bij de eerste huiszoeking is er zeer veel
goud en juwelen in zijn huis gevonden,
in het bezit van zijn vrouw en bij de
buren. Inmiddels is de man aan de
Haagse politie overgegeven om hem daar
aan de tand te voelen over Haagse in
braken. Het vermoeden bestaat, dat hij
er in deze stad zeer vele zou hebben
gepleegd. Inmiddels is gisteren in Rot
terdam nogmaals huiszoeking gehouden
bij een heler, waar achter de betimme
ring van een kamer weer een hele voor
raad te voorschijn kwam. In «verband
hiermee is de politie nog steeds druk
bezig met het uitzoeken van deze zaak.
(Van onze Haagse redactie)
DEN HAAG, 14 nov. De lichame
lijke opvoeding in Nederland heeft tot
gevolg dat bij opkomst gemiddeld
6570% van de dienstplichtigen niet
kan zwemmen. Deze mededeling wordt
door minister Visser gedaan in zijn me
morie van antwoord aan de Tweede
Kamer. Bij de pontonniers ligt dit per
centage eerst tussen 3035% en bij
vertrek met klein verlof is het ca. 25%.
Zelfs de commando-opleidingen be
ginnen met een gemiddeld percentage
niet-zwemmers van 25%. 20% leert het
zwemmen tijdens de opleiding.
Men vindt hen, schijnt mij, onder pries
ters en leken, hoewel als een groeiende
minderheid.
Weer andere gelovigen stellen de vra
gen voorop, die de wereld als betrok
ken in een cultuurcrisis aan de geloofs
gemeenschap stelt. Vragen over huwe
lijksbeleving en gezinsvorming, over ar
beid en techniek, over de welvaartsstaat
en de nog steeds groeiende afstand tus
sen rijke en arme volken, enz. En deze
oriëntatie zal men het eerst bij de kerk
volk aantreffen, juist omdat zij de kerk
zijn, in zover deze zich met het samen
zijn in de wereld en met de opbouw
van een bewoonbare wereld bemoeit.
Zo staan wij allen, gelovigen, met on
ze eigen vragen, vanuit onze eigen vi
sie voor zover wjj zélf gelovig zijn
samen met anderen, met hün verlan
gens en met hün verwachtingen, uit
te zien naar het algemeen concilie.
Geen slellingnemende vragen
De eigen visie op wat het algemeen
concilie vooral of vooreerst zou
moeten behandelen is niet alleen
onontkoombaar, maar zij is een goed in
zover zij getuigt van een eigen, persoon-
liik geloofsleven. Doorgaans impliceert
zij ook een eigen visie op de kerk
in het ene geval als de hiërarchische
verzameling van gelovigen in haar in
wendig leven; m het andere als ge
wond en gescheurd door het bestaan
van andere „christelijke kerkén"; in het
derde eeval als zich openbarend in de
faak vin het christenvolk in de wereld.
En het is goed, dat deze verschillende
voorkeuren en deze verschillende visies
elkaar in de geloofsgemeenschap ont
moeten Want de kerk is dat allemaal
pn aldus bewaren wu elkander voor een
zijdigheden. voor betweterij en eigen-
wiiaVipiH Een overzicht door een inde-
ling kan daarbij zijn diensten verlenen.
Wanneer echter de openheid uit onze
voorkeur verdwijnt wanneer wij ver
ianeen en verwachting opdrijven tot een
vaste stellingname, dan overschrijden wij
een grens, dan wordt elk gesprek on
mogelijk dan weten wu het eigenlijk
zélf alléén Dat kan het geval zijn, wan
nier wij bijv. zeggen: laat men alléén
de binnenkerkelijke vrag^An 'andeIA1'
want die anderen voeren ons nog verder
van huis Of: laat men de eenheid van
de christenheid behandelen, want de
ctriiri vaat heden ten dage tussen ge-
foof erf Ongeloofen wannende chris
tenen het niet eens Z10n' is a
verloren. Of: laat men de vragen die
vanuit de wereld op de kerk
afkomen, behandelen, blijft
de bestaansreden van de ker W;anneei
zij daarop nü geen aBAA
Dan ontkennen wij de fac/A.fAI
tegelijk de verzamelde IS l"
de cultus aan de Heer; te^k op zoek
naar eenheid in Christus met allen af-
gescheurden, buitenstaanders, anders
gelovigen; en tegelijk va"'haar zelf
standigheid in voortdurend g p k met
de wereld, met de cultuur £e-
sehiedkundige veelvormigheid en voort
durende verandering. ,t„
Het is onze opdracht om aitfld te
trachten vanuit onze Eersa teeelifk lm
held in de kerk te zijn en tegelijk om
onze persoonlijke visie en tel
kens opnieuw te laten corrigeren van-
uit het gelovig samen-zijn in oe Kerk
Sk g"«™oir onze
in de samenleving, h°ewely
verband uiteraard een maar
niet totaal andere, uitleg jb
Ik denk, dat deze opdracht n hijzon-
dere betekenis is voor hen. d groe
pen zijn om de kerk te hestur n. Want
juist zjj zijn bevoegd om t beslissen
en in omstandigheden daartoe ook ver
plicht. Het spreekt vanzeif datzflhun
eigen persoonlijke visie «8 kunne!
meebrengen; hoe zou het and es Kunnen
m aa r ^t e g e lijke'n v o o r'tdu re n d crÖ
vragen of z^j voldoende de r«Mom^van
en in de kerk tot gelding laten komen,
of zij vanuit hun persoonlijke eigen-
heid niet eerder beperken dan openen,
of zij werkelijk werktuigen zijn van de
)i. :n a» hele kerk left.
H. Geest, die in de hele
Twea implicai'es
n het tot dusver gesio'de i^n twee
implicaties vervat, die, naar mil
schijnt, verdienen naar voren te
Tl6" gsLhaifdeze dat het niet beslis.
sen! fs uit welk van de drie genoemde
deelgebieden men de vragen kiest voor
het algemeen concilie, wan 41 zijn
deelgebieden van een gehff''
wezenlijk onderling verbonden zodiat e
een de ander oproept, althans bij een
fundamentele behandeling.
Wanneer wii bijv. met vragen rond de
verkondiging of rond re secramentsbel6-
ving en-bediening bezig riin, kunnen
wij dan afzien van de wonde in ons
eigen lichaam de sche.VrJ"^
tenen en kunnen wij ons dan ont
trekken aan het feit. dat andere chris
tenen geloven in dezelfde Heer e aan
de vragen over Woord en Sacrament
die zij ons voorleggen?.Dat laatste met
allereerst om ons anders-ge oven er-
tegen af te zetten, maar eerder uit de
verwachting van geloofsverrijking, van
het oplichten van momenten in het ge
loven, die bij ons onvoldoende tot hun
16Wanneei'8 wij de vragen rond de ver
kondiging en sacramentsbeleving en be
diening confronteren met de wereld,
waarin wij leven, vinden wu een analo
ge verbondenheid. Stammen de vragen
rond de verkondiging met juist hiervan
daan, dat zij zo dikwijls vreemde taal'
bljjkt te zijn, onverstaanbaar en niet uit
lokkend tot een gesprek? Dat betekent
toch, dat zij geen aansluiting vmdt bij
de taal, die wij nü spreken, de taal,
waarin wij ons nu aan elkaar openbaren
en met elkaar omgaan, de taal, waarin
onze hedendagse bestaanswijze zichzelf
uitdrukt.
Zo staan ook de vragen over het sa
crament niet los van de wereld, Waarin
wij leven. Onze tijd is alsbeschaving s-
wy leven. Onze tpd is als beschavings
periode duidelijk georiënteerd op het ra-
tioneel-pragmatische bewerken en tot
stand brengen. Wanneer het sacrament
een teken is. dat tot Stand brengt, uit
werkt, ligt het dan niet voor de hand.
dat wij de betekenis en zin ervan af
meten aan het constateerbare effect?
En alle aansporingen tot veelvuldigheid
krngen in deze situatie een averechts
gevolg. Hoe staat het in onze wereld
met de beleving van een „symbolisch
gebeuren?" Dat ïykt mij eén onont
koombare vraag wanneer de binnen-
kerkeiyke bezinning op sacramentsbele
ving en bediening aan de orde wordt
gesteld.
Men zou aan dit voorbeeld andere
kunnen toevoegen, en men zou ook van
uit andere deelgebieden kunnen begin
nen. Het is met deze vragen tesamen
als met een weefsel: wie aan één
draad trekt, brengt het geheel in bewe
ging.
Het ïykt niet beslissend welke vra
gen men kiest; het lükt wèl beslissend
vanuit welke grondhouding men kiest èn
behandelt. Beslissend ïykt of men be
reid is vanuit de mysterievolle geloofs
zekerheid de gehele vragende actualiteit
op zich toe te laten komen. Beslis
send ïykt of men zich niet tevoren al
beeft vastgelegd, óf om vooral te be
houden óf om vooral nieuw te verwer
ven.
Dat het niet om déze keuze gaat, kan
ons een nadere beschouwing van de
aanvankelijk gekozen indeling laten zien.
De tweevoudige „buiten" kerkelijkheid
beantwoordt aan de 2 grootste calami
teiten die het christendom in de laat
ste eeuwen zijn overkomen. De eerste
is de scheuring in de christenen; de
tweede !s de tegenstelling tussen ge
loof en „socialisme": het tekortschie
ten van de christenen, toen de cultu-
reel-maatschappelijke veranderingen de
ombouw eisten van gemeenschapsbesef
en maatschappüstructuur. Men kan niet
wensen te behouden wat daarvan nog
aanwezig is. Menselijk gezien hindert
deze tweevoudige scheuring de kerk in
het vervullen van de twee centrale op
drachten nü: de ontmoeting van Chris
tendom en de wereldgodsdiensten ener-
zyds en de actieve aanwezigheid van de
christenen bij de geboorte van één cul
turele wereld op aarde.
De tweede implicatie is deze, dat de
afgescheiden broeders in Christus, de
anders gelovigen en de ongelovigen
enerzüds en het kerkvolk, dat vooral de
kerk-naar-dè-wereld-toe is, anderzijds
aanwezig komen op het concilie, welke
vragen men er ook behandelt.
De vraag is niet óf zij er zyn. de
vraag is hóe zij er zullen zyn. Wanneer
men dan antwoordt met erop te wij
zen, dat zy in de bisschoppen vertegen
woordigd zijn, dan zou ik zeggen: voor
wat de beslissingen betreft: ja, inder
daad, want beslissingsbevoegdheid heb
ben alleen de bisschoppen. Maar voor
wat de voorbereiding der beslissingen
betreft, biyft de vraag nog open. Want
beslissen als gebeuren impliceert in de
realiteit de voorbereiding ervan.
Wanneer ik naar een sector in de sa
menleving zoek, waar nieuwe vormen
van gezagsoefening aanwijsbaar zpn
uiteraard met inbegrip van de men
selijke gebrokenheid dan ken ik geen
beter voorbeeld dan het bedrijfsleven.
Is het ondenkbaar dat anderen daar
van leren? Beslissingsvoorbereiding
door de ter zake kundigen samen met
degenen, die met het aan de orde ge
stelde vraagstuk dagelijks in contact
zyn, wordt langzamerhand normaal.
Laat kerkvolk en afgescheiden broe
ders om deze alleen te noemen
geen recht hebben om mee te beslissen;
dat is zonder meer aanvaardbaar. Maar
komen zy als direct betrokkenen tot
hun recht, wanneer zij niet worden uit-
Advertentie
(Van onze onderwijsredacteur)
DEN HAAG, 14 nov. De conferen
tie van de ministers van Onderwijs Ier
landen van de Westeuropese Unie, die
deze week op initiatief van mr. Cal» te
Den Haag is gehouden, heeft zich met
name beziggehouden met de plaats van
de cultuur te midden van de internatio
nale maatschappelijke ontwikkeling, die
sterk wordt bepaald door technische,
economische, militaire en politieke fac
toren.
Reeds in zijn openingsrede had de Ne-
genodigd om mee te spreken ter voor
bereiding van een goede beslissing? Ik
voor mij ben van mening, dat deze
vraag ontkennend moet worden beant
woord. Voor de voorbereiding van be
slissingen zijn vele vormen denkbaar.
Dat de middeleeuwse vorm haar geldig
heid heeft behoudën, kan ik niet inzien.
Ook op dit punt bestaan er verlangens
en verwachtingen van het komende al
gemene concilie en naar mün mening
terecht.
PROF. DR. IR. F. PH. A. TELLEGEN
1) cf De Bazuin 3 okt. '59, pag. 4
„Wat is een oecumenisch concilie"
Mgr dr L. Jaeger.
Advertentie
Flonkerend licht... GOUDA kaarsen!
I e jongste uitgave van de
Winkler Prins is kort over
Johannes en Paulus, die
onder Julianus de Afvallige in
hun eigen huis de marteldood
ondergingen. Over hen is niets
met zekerheid bekend, vertelt
het summiere gegeven van de
encyclopaedie. Er staat niet bij,
dat broeder Lambertus in 1913
hun graven ontdekte, toen hij de
leiding had van de opgravingen
onder de kerk in Rome, die de
naam van beide heiligen draagt.
Een vondst waarvan de waarde
inmiddels in wetenschappelijke
kringen is erkend.
Broeder Lambertus werd In
1881 als Herman Budde geboren
in het dorp Wijchen, onder de
rook van Nijmegen. In 1898
bracht hij zijn noriciaat door bij
de paters Passionisten in het
Belgische Ere en 14 november
1899 legde hij zijn kloostergelofte
af. Dat is dus vandaag precies
zestig jaar geleden en in die tijd
is de naam van broeder Lam
bertus in heel wat werelddelen
bekend geraakt.
Reeds in 1906, amper 25 jaar
oud, werd hij naar Rome geroe
pen om behulpzaam te zijn bij
het rondleiden van bezoekers aan
de kerk van Johannes St.-Paulus.
dankte broeder Lambertus aan
'•V
Dat men hem van zover liet komen
zijn talenknobbel vloeiend Nederlands,
Duits, Engels, Frans, Zweeds, Spaans, Italiaans, Latijn, een behoorlijke
mondvol Grieks en nog wat rudimenten van andere talen. In 1887 waren de
opgravingen al begonnen en broeder Lambertus zat er dus bovenop. Ook
als hij niet als rondleider optrad, maar bezig was als portier, tweede kok
of ziekenbroeder, hielden de opgravingen hem bezig. Zijn kans kwam toen
de leiding van de opgravingen enkele jaren aan zijn zorgen werd toever
trouwd. Hij ging systematisch te werk en begon de (hervatte) opgravingen
onder de marmeren steen in de kerkvloer, die er aan herinnert dat Johan
nes en Paulus hier de marteldood stierven. Met een minimum aan materiaal
en werkkrachten, maar met een maximum aan inspanning en gezond
overleg, groef broeder Lambertus tot zeven meter onder de kerkvloer en
daar vond hij recht onder de marmeren plaat de beide graven in de
rotsachtige bodem uitgehakt. Ook de andere graven, waarover in de over
levering wordt gesproken, kwamen kort nadien aan het daglichtIn
1919 bracht hij op een. ander punt onder de kerk een belangwekkende
schildering uit de bodem tevoorschijn. In 1921 bood hij zichzelf aan om met
de eerste Passionisten mee naar China te gaan. Via een reis om de halve
wereld Amerika, Indonesië, Japan bereikte hij zijn plaats van bestem
ming: Hunan. Hij was de enige broeder Pussionist, die er ooit gewerkt
heeft. Met het gemak waarmee hij in Rome historische opgravingen leidde
onder primitieve omstandigheden, ontwierp en bouwde hij in China kerken
en kloosters. Tot in 1927.
Op eerste Paasdag van dat jaar kreeg broeder Lambertus de moeilijke
opdracht om drie zusters in veiligheid te brengen, die gevlucht waren voor
de opdringende communisten. Een van de zusters bezweek aan de ontbe
ringen. De andere twee leverde broeder Lambertus veilig af. Hij zelf ging
door naar Sjanghai, waar hij opdracht kreeg zich in te schepen voor Rome.
In 1929 zag hij de rook van Nijmegen opnieuw. Nu vanuit het Mookse
heuvelland, waar het klooster Mater Dolorosa van de paters Passionisten
staat. Dat is sedertdien zijn honk gebleven, at heeft hij van Mook uit nog
menige reis naar Rome ondernomen om zijn kennis ten dienste te stellen.
Het laatst in 1954. In zijn 78ste levensjaar is broeder Lambertus nog immer
een vitale figuur in de Mookse communiteit. Zijn gehoor mag hem wat in
de steek laten, zijn geest is nog immer scherp en zijn activiteit ongebroken
Men kan hem bezig zien in de refter of de ziekenzaal, maar het grootste
deel van zijn dagelijkse activiteiten staat in dienst van de wetenschap. Hij
correspondeert met geleerden, treedt nog op als correspondent van het
Amerikaanse blad Sign en doet veel vertaalwerk.
Morgen, Zondag, zal het feit, dat hij zestig jaar geleden geprofest werd.
kerkelijk plechtig worden gevierd. Twee broers kunnen er getuige van
zijn. Dinsdag wordt het feest in de beslotenheid van de communiteit gevierd,
waarbij vooral de jongere broeders in een revue zullen laten uitkomen
hoe zeer zij hun vitale en avontuurlijke broeder Lambertus bewonderen
en waarderen.
erlandse minister van O.K. en W. erop
gewezen, dat de raad van ministers van
de Euromarkt en Euratom zich dit jaar
heeft beziggehouden met de stichting
van een Europese universiteit, terwij"
bij die discusses slechts één minister
van Onderwijs aanwezig was. Na af
loop van de conferentie van de minis
ters van Onderwijs van Frankrijk, Groot-
Brittannië, Duitsland, Italië, België, Lu
xemburg en Nederland is nu een com
muniqué uitgegeven, waarin wordt ge
constateerd, dat verschillende interna
tionale instellingen en organisaties, die
niet specifiek een taak hebben op het
gebied van de opvoedng, zich toch op
dit terrein bewegen en dat voor een
goed verloop van hun activiteiten sa
menwerking met de onderwüsministers
noodzakelijk is. Men wil deze kwestie
nader onder ogen zien in de verschil
lende regeringen.
Ter toelichting verklaarden de minis
ters vrijdag te Den Haag, dat zp zich
niet uitspreken tegen supranationale ré
gelingen op het gebied van het onder
wijs, doch dat zij menen, dat het aan hen
en niet aan anderen is te beslissen over
de mate van samenwerking. De onder-
wpsministers menen, dat zy in deze
zaak meer invloed moeten uitoefenen.
De ministers willen, dat er bij de Raad
van Europa een adviesraad komt voor
universitaire aangelegenheden.
De conferentie heeft de technische
eisen van onze tijd onder ogen gezien,
doch zü legt er de nadruk op, dat de
Westerse wereld geen behoefte heeft
aan robots, doch aan volledige men
sen, dit wil zeggen dat ook de gees
teswetenschappen hun plaats in de
ontwikkeling moeten krijgen.
In het overleg zijn voorts o.m. ter
sprake gekomen de geiykstelling van
diploma's en titels, de coördinatie van
het onderwijs, de talenstudie en de uit
wisseling van studenten. In 1944 hebben
de onderwijsministers van de Westeuro
pese landen een onferentie gehouden
te Londen. Sindsdien is er tussen de mi
nisters van Onderwijs geen rechtstreeks
gezamenlijk overleg geweest. Men wil
voortaan regelmatig bijeenkomen. De
volgende conferentie zal gehouden wor
den te Rome.
NORFOLK, 14 nov. De Nederland
se minister van Defensie, ir. S. H. Vis
ser, heeft gisteren het hootdkwartier
van de opperbevelhebber van de
N.A.T.O.-strijdkrachten in het gebied
van de Atlantische Oceaan admiraal Je
rauld Wright, te Norfolk in Virginië be
zocht.
Nu de goede Sint dus
weer met stoomboot en
schimmel Amsterdam is
binnengedrongen, acht ik
de tijd rijp om plechtig
mee te delen, dat ik er van
het jaar niet aan doe. Dat
wil zeggen, ik neem aan
dat Zwarte Piet de goede
smaak heeft een riant cadeau voor
mijn zoon door de schoorsteen te la
ten glijden (ik heb oliestook), maar
voor de rest: „Ik accepteer dit jaar
géén pepernoten, géén speculaas, geen
marsepein, géén suikergoed, geen
scherts-gebitten van zeep en geen
dassen van echte natuurzijde. Ook
staak ik mün wild geraas niet, noch
kunt U mij verplichten tot het schrij
ven van gedichten. En mijn verlang
lijstje is niet te overzien; daar kan
dus niemand aan beginnen. Onder
hand ben ik er heus wel aan toe een
reis naar Madrid te begeren op het
moment dat die hinderlijk goede en
oude man Nederlandse bodem be
treedt. Ais U dus wat van plan was
zou ik U willen toeroepen: Sint eer
gij begint. Ik houd er nu eenmaal
niet van „mauvaise mine au bon jeu"
te maken.
Goed, dat hebben wij dus duidehjk
vastgesteld. Voor de rest sta ik open
voor alle frisse, nieuwe ideeën. Plak
die valse baard nu eens aan Zwarte
Piet voor mijn part of verf Sinter
klaas zwart. Laat de bomen nu eens
door de manen schijnen of betrek
die eeuwige stoomboot van het jaar
voor de aardigheid uit Lapland. Snüdt
op pakjesavond desnoods een kerst
krans aan of eet ereis een Paasei.
Kortom, ik juich ieder ondermijnend
initiatief van harte toe.
Wat? U denkt er ook zo over en
U wilt voor 5 december een afspraak
met mij maken? Neen, dat kan niet.
Op 5 december 's avonds neem ik
thuis mét vrouw en kind plaats ach
ter een kop dampende chocolade
melk. En wij zullen allemaal even
recht zitten.