1
George Szell en Del Pueyo
concerteren grandioos
IN DE POCKET van SINTERKLAAS
GEEN LEZER ZO VREEMD OF
ER PAST WEL EEN BOEKJE BIJ
Nieuwe uitgaven in weinig woorden
Kunstmatig meer in Zuid-Frankrijk
W:
Brahms' Eerste Pianoconcert
Concertgebouw
m
Groot werk
Romantische
van
aard
De graat in Khro
V'
H
Dichter in de werkelijkheid
'n b tsaanvaarding
SfiB, ~°S s»
Ongevallen bij Esso-
raffinaderij
Historisch monument
in Hardenberg
J. Bemlef
VRIJDAG 27 NOVEMBER 1959
PAGINA 15
«li
ft
buitenlandse
KRONIEK
kla-?. ?Uurë
Stadsmuur wordt gedeel
telijk gerestaureerd
f»/'1" verluidt is dit het grootste kunstmatige meer van Europa. Het is gelegen in het zuiden van Frankrijk nabij Serre-
°°n. Als men goed kijkt ziet men in het midden de brug die eertijds de -rivier Durance overspande. Het zal niet lang
duren of ook deze brug zal onder het water zijn verdwenen.
26 nov. Het zal wel
<Jonderdacavo„aetwist worden, dat het
^tgebongworkest°nCert van het Con"
Georg-e SzeJ1 st onder leiding van
pauze door Szeii .sernaakt werd na de
KteU!o<io del Puevn same"werking met
n«i,? noconcert ilnet Brahm's Eer-
da/ 't'sc'h nnd onderwerp. Een
neohtans WprP, dit concert,
2'ns Hogelijk ?.°ver maar enigs-
P,aan werd ï1 Z1|n problemen ont-
«lassicistischo „f ,ee" .grandioos stuk
k'erd gebr ti ht sPee.lrnuj,:'ek tot klinken
ten met a Natuurlek, de affinitei-
*Ulleo et?ove? s symfonische stijl
j Hen speciaal m het eerste deel altijd
o de aandacht treden. Dit ligt in het ka
rakter van het stuk.
De compositorische en instrumen
tale problemen, die daaruit te voor-
s®hün komen, zullen altijd als zoda
nig te onderkennen blijven. De heroï
sche inzet, het hoofdthema en de wor
stelende verwerking van dat materi
aal staan in geen verhouding tot de
mooie, maar enigszins weke, ingeto-
tu,n Brahmsiaanse lyriek van het
weede thema; de vleugel gebruikt
Vnli een substituut-orkest tegen het
he vT werk van het echte orkest, laat
j^baaldelijk geen klank meer horen,
Ooi- nog slechts doodgeslagen geluid!
'bdr tweede deel heeft zwaar te
jö~en gehad door een aantal onopge-
®te psychische jpre-occupaties van
hêj(j ^e-ugdig® Brahms,
inzonder
ook weer van Beethovens laatste
wanostijl. In feite zoekt hij dat hoog-
gp^tracte, eigenzinnige, in zich zelf
^Keerde voortspinnen op motivisch
wteriaal, zoals Beethoven het deed,
kiii? bij geheel ,,der Welt abhanden"
*°men was.
biet, kerkelijkheid kan hü niet losko-
'8iei. an erotische gevoelens, die hij re-
?tr'ti(v idealiseert, wat ook zijn eerlijke
risnu bederft en tegelijk daarmee zijn
8«re e melodie, die hij vanwege de ho-
ftrjft. gevoelens aanlengt tot een „long
Her A aan zeer „long drink" van sui-
Men kan er van alles tegen
laaft»' tegen dit concert, alleen op het
geh h deel va1t weinig anders te zeg-
certdan dat het een geniaal stuk con-
ste "te muziek is en een der boeiend-
hnVp90hdo's van de hele literatuur. En
rin,»"dien: al viel er bij deze uitvoe-
bie|fv&n alles te zeggen op het stuk, er
«rah eiëenlijk heel weinig over om het
"bis kwalijk te nemen. Het is toch
0Hrtpgroot stuk muziek, mits het blijft
r de handen van meesters.
apeeu ardo del Pueyo is er zo een, die
VDlffi-ttet de problemen omdat hi] er
Stellig boven staat. Waar anderen wor-
?ühp";' legt hij de noten neer met een
baa r'eur gemak, feilloos en onverstoor-
Haanj lri onveranderlijk tempo door
dor.? 111 et een enorm geconcentreerde
hee£Jr®cht, een werkelijk gepassio-
tnm^. mPerament, maar een tempe-
"fanriïdat uitsluitend van bmnen
Ri'ef. t en hem die echt viriele kracht
dig zeer beheerst en toch fel, uitbun-
°.ok vaak verstolen teder, zodat
dis pUz'ek in de zaal komt te staan
his. p»1!, allesoverheersende gebeurte-
>«chf grootste deugd van deze voor-
't vJ* Was daarbij haar diepe eenvoud,
hiep "°cht men nu een voorbeeld noe-
|t'ij, /ah hedendaags herscheppend be-
Jie, rijvede dank zij de ideale assisten-
®hden 1 en bet orkest daarbij ver-
HifZf'l Is een merkwaardige figuur,
ep af een belangrijk orkesttechnicus
xi„iais muzikant een artist van klas-
Maar als hü een puur
dan wordt zijn temperament een ver
koelende verkwikking voor de muziek.
Dan is hij een zeer fel bewogen, echt
levend muzikant, die de muziek ter
dege uit de noten haalt, doch haar
voor zichzelf laat spreken, wetende
dat zij al geëmotioneerd genoeg is. In
zulke gevallen is zün strakke stijl wel
dadig en wordt zün sterke rationele
beheersing de bron van een geïnspi
reerde helderheid. Een aangezien hü
precies gerealiseerd krügt, wat hü
wil, is het eindresultaat grandioos.
Men merkt dit altijd op, wanneer
Szell grote romantische muziek speelt.
Dan toont hij pas het ware formaat,
dat hü bezit. Misschien blüft er dan nog
wel de diepste kern van rationaliteit
over, waardoor men net belet wordt he
lemaal door de knieën te gaan. Hü is
dan evenwel toch brillant en een heel
eind meeslepend. Hü was het echter
weer niet met Wagenaar's Ouverture
„De Getemde Feeks", die hij overigens
wel uit het hoofd kende, maar die on
der zün directie van droogte in haar ge
wrichten knarste, terwül de „Feeks"
in waarheid van haar vader Wagenaar
en haar grootvader Richard Strauss
een enorme goesting in weelderige smü-
digheid heeft meegekregen.
Wat Mozart's Jupiter-Symfonie be
treft, zü zal onder geen omstandigheid
een bevredigende verklanking hebben
gekregen, omdat daarvan in de con
certzaal eigenlük geen goede realise
ring te geven valt. Dit geldt inzonder
heid voor de Finale met haar zeer snel
le vaart en haar uiterst gecompliceer
de klankbeeld. De monumentale aard
van de symfonie vraagt een betrekke
lijk ruime bezetting, een grote zaal ver
sterkt die eis nog. Maakt men deze be
zetting ietwat beperkt, dan klinkt de
muziek te dun in de ruimte. Speelt men
haar, zoals Szell op verdedigbare prak
tische overwegingen deed, op grond
slag van zes contrabassen, dan is de
klank te dicht en gaat zeker in de Fi
nale de polyphone contrapuntiek vrü-
wel geheel op in een harmonisch klank
beeld, waarin de eerste violen vrüwel
alles domineren en heel de rest akkoor-
disch wordt gehoord. De stijl van het
stuk bestaat nu eenmaal uit een voor de
tüd van ontstaan heel .typische ver
menging van harmonisch en polyphoon
muziekgevoel. De grammofoon brengt
een enkele keer wel eens iets dat op de
oplossing begint te lüken, maar de mi
crofoon kan technisch ook meer dan
het mensehjke oor in een zaal. Noch
tans kwam het mü voor, dat Szell het
stuk meer naar de harmoniek trok dan,
bij scherpere uitwerking van de stem
voering, onvermüdelük was geweest.
LEO HANEKROOT
ciio 11 o I ecu [ZMvt*
Svona^Tstuk speelt, gelük op deze
tvii u'Mozart's Jupiter-Symfonie, dan
hpanci aiet gaan bloeien. Men mist
ip „;-es m de klank en gevoeligheden
acari® Melodie. Het wordt een tikje
tact r>wCl1' Komt Szell echter in con-
Vap rn 6 e?n groot aangelegd werk
ornantische en pathetische aard,
?>*aa?<wGEN' 27 nov. - Bü de
waar in van bet ambt van hoog-
rt abPen rechts- en staatsweten-
v!?11 aan «n ,de niet-westerse gebie-
^nzcn" ede ^gesproken, getiteld:
hË^f'sch ri1nutraakvlakken van bet
®den", cht in achtergebleven ge-
andaag is het een jaar geleden,
dat de Russische premier,
Khroesjtsjev, zün sensationele
Berlünse „ultimatum" stelde aan de
Westerse Grote Drie. West-Berlün zou
een „vrüe, gedemilitariseerde stad'
moeten worden, en de Westerse geal
lieerden zouden tot 27 mei 1959 de tijd
hebben om op dit Sovjet-plan in te
gaan. Binnen enkele maanden nadat
Khroesjtsjev zijn plan lanceerde, had
hij het reeds zelf geamendeerd, en ge
leidelijk ontdeed hij het van bet oor-
spronkelüke ultimatieve karakter. De
dag van 27 mei, die in het begin van
dit jaar nog met spanning tegemoet
werd gezien, omdat men rekening
hield met een nieuwe Russische blok
kade, is tenslotte voorbijgegaan zon
der dat er met West-Berlün ook maar
iets gebeurde. Maar toch heeft
khroesjtsjevs dreigement van een
jaar geleden be
langrijke conse
quenties gehad.
Wellicht heeft
de Russische
premier zün
Berlijnse troef
indertijd vooral
uitgespeeld, om
het Westen tot een topconferentie te
dwingen. Moskou wilde een ontmoe
ting van de regeringsleiders van
Oost en West. In plaats van een top
conferentie is er een conferentie ge
houden van de ministers van buiten
landse zaken van de Grote Vier. In
de afgelopen zomer hebben de minis
ters in Genève in totaal 9% week ge
confereerd, zonder dat de oplossing
van de Berlijnse kwestie ook maar
een stap dichterbü is gekomen. Her
ter, Lloyd en Couve de Murville heb-
ivan Gromyko geëist, dat hij de
Westerse rechten in West-Berlijn prin
cipieel zou erkennen, maar zij hebben
die erkenning niet losgekregen. Door
het Westen is in Genève gesteld, dat
de Berlqnse kwestie slechts opgelost
kan worden door een hereniging van
Duitsland. Maar het herenigingspro
ces zou gepaard moeten gaan met wer
kelijk vrije verkiezingen in het hele
land, en Moskou voelt daar niets voor.
Moskou wil de communistische over
heersing van Oost-Duitsland onder
geen voorwaarde prüsgeven.
Maar al heeft Khroesjtsjev de top
conferentie van de Grote Vier
nog niet gekregen, hij heeft wel
iets anders bereikt dat hem mis
schien nog wel zo veel waard was.
In plaats van een formele conferentie
van de Vier is er een informele ont
moeting van de Twee geweest,
khroesjtsjev weet, dat in het Wester
se kamp uiteindelük Amerika de do
minerende mogendheid is, en wellicht
was hem meer gelegen aan een ge
sprek met Eisenhower, dan aan be
sprekingen met alle drie de Westerse
regeringsleiders tegelük, ook al wilde
Amerika's president niet met de Rus
sische premier onderhandelen, omdat
Washington geen bindende afspraken
met Moskou wil maken zonder min
stens Londen en Parüs in het gesprek
te betrekken. In september heeft
Khroesjtsjev te Camp David zün lang
verbeide besprekingen gevoerd met
Eisenhower, waarmede ongetwüfeld
een van de hartewensen van de Rus
sische premier werd vervuld. Hü zal
bovendien binnenkort ook een Wes
ters aanbod krügen voor een formele
topconferentie van de Grote Vier.
Waarschünlijk zullen de Westerse Gro
te Drie aan Rusland volgende maand
na de Parüse NATO-conferentie, voor
stellen om in april of mei van het ko
mend jaar een ontmoeting van de re
geringsleiders van Amerika, Engeland,
Frankrük en de Sovjet-Unie te orga
niseren. De vraag is nu, of Khroesj
tsjev op deze suggestie in zal gaan.
Sinds kort is men er in het Westerse
kamp nl. aan gaan twijfelen, of de
Sovjet-premier nog wel zo happig is
op een topconferentie van de Vier,
nu hü zijn ontmoeting van de Twee
heeft gehad. Hoewel Khroesjtsjev
voortdurend de schijn tracht te wek
ken dat hq een buitengewoon open
hartig staatsman is die niets te ver
bergen heeft en wiens buitenlandse po
litiek volkomen helder en rechtlü'nig
is, moet men in werkeüjkheid nog al-
tüd met grote verrassingen rekening
houden. In feite is ook Khroesjtsjev,
evenals eens Stalin, een ondoorgronde
lijk en onberekenbaar man, al is er
sinds Stalins dood in het Kremlin nog
zoveel veranderd.
et is vooral de Britse premier ge
weest die in de loop van dit jaar
voortdurend heeft aangedrongen
op het spoedig büeenkomen van de
regeringsleiders van de Grote Vier.
De Britten zouden op de komende top
conferentie vooral de Berlünse kwes
tie besproken willen zien. Maar de
Westduitse bondskanselier, Adenauer,
die zelf niet aan de topconferentie zal
kunnen deelnemen, maar die in hoge
mate belanghebbend is, zou het ac
cent liefst niet op Berlün gelegd wil
len zien. Volgens hem zou het Ber
lünse probleem alleen besproken kun
nen worden in samenhang met alle
andere grote geschillen tussen Oost
en West. Hij wil niet het risico lopen,
dat de Westerse mogendheden ook
maar de geringste concessie doen in
de Berlünse kwestie.
De vroegere Amerikaanse minister
van buitenlandse zaken, Acheson,
gaat nog een stap verder. Hü vindt,
dat het Westen met de Sovjet-Unie
eenvoudig niet over de status van
Berlqn moet gaan onderhandelen.
Acheson gelooft, dat het Sovjet-stand
punt ten aanzien van deze kwestie
sinds 27 november van het vorig jaar
in wezen niet is veranderd, ondanks
alle verklaringen die Khroesjtsjev ge
durende de laatste twaalf maanden
heeft afgelegd. Maar het tegenwoordi
ge hoofd van het State Department
Herter, is het helemaal niet met Ache
son eens. Volgens Herter heeft
Khroesjtsjev zün opvattingen over
Berlün wel degeüjk essentieel gewij
zigd, en kan het geen kwaad als er
straks op het hoogste niveau over de
Berlünse kwestie wordt onderhandeld
Het ziet er niet naar uit, dat de
Westberlüners spoedig iets van de
Sovjet-Unie te vrezen hebben
Khroesjtsjev zal de zaak waarschijn
lijk voorlopig laten rusten. Maar hü
wil de Berlünse kwestie niet voor on
afzienbare tjjd in de üskast houden.
Hü heeft indertijd gezegd, dat hü de
aanwezigheid van de Westerse troe
pen in West-Berlün voelt als een
graat in zün keel. Op het ogenblik
schijnt hü niet zoveel last te hebben
van die graat, maar hü zal het ding
toch vroeg of laat kwüt willen.
1 U kind hoor je in je omgeving, thuis of bij vrien-
/t den en kennissen, uitdrukkingen, waarvan de zin
-*• niet tot je doordringt. Je kunt ze niet thuisbren
gen omdat ze nog geen deel zijn van de kindervocabu
laire en behoren tot „de taal der kaartlegsters" waarvan
Nijhoff dichtte: 't zijn woorden.vol van diepe vreug
de als men ze zegt. Omdat men ze, zo jong nog, niet
vermag te doorgronden.
Ik moest op weg naar school altijd langs een café. Op
de grote spiegelruit stonden in sierlijke krulletters de
magische woorden: Billard disponibel, die ik nooit ver
gat te lezen en uit te spreken - zoals ze geschreven ston
den, Billard dispóóniebèl. Het was een akelige desillusie
toen ik op een gegeven dag hoorde, dat die prachtige
woorden gewoon aankondigden dat men daar het bil
jartspel kon beoefenen.
Zo had ik een tante, die iets heel bijzonders bezat.
Mijn moeder zei van haar, strijk en zet, dat zij veel
„conversatie" bezat. Toen het mij duidelijk was gewor
den dat myn tante op een visite altijd wel wat te ver
tellen had, een talent dat mijn moeder haar kennelijk
zeer benijdde en geenszins de bezitster was van iets
zeer uitzonderlijks, was dat wederom een teleurstelling.
Tegenwoordig echter is het bezitten van conversatie,
Nu dan: neem aan dat u met Sinter
klaas en Kerstmis uitsluitend boeken
zoudt willen goven dat kan! aan
de kring van familie en vrienden die op
het bandje door elkaar heen praten,
geeft u dan maar dadelük aan de moe
der van het grote gezin ter aanmoedi
ging van een en ander „Gü zult het Kin-
deke vinden een reeks Nederlandse en
Vlaamse kerstverhalen die zo goed als
onbekend ZIJn (Bel Pocket. De Bron,
Amstelveen). Voor de bezige vader, die
er niet meer toe komt iets te lezen in
een andere taal dan zijn eigene en tóch
verhalen wil van buiten de landsgren
zen kunt u kiezen uit grote auteurs:
Hemingways „io have and have not"
is een echt mannenboek, zoals de juf
frouw uit de bibliotheek zegt, en is on
der de titel: „P®uPers en Prinsen" (Ad.
Donker, Rotterdam) als Donker-pocket
verschenen. Het verhaal speelt onder
varensgezellen en minzieke vrouwen bil
de wateren rond Key West, Florida en
is zeker goed voor een rustige zondag.
Dwingt uw dochtertje om balletdanse
res te worden. geef het kind dan een
Kern-pocket (Kern, Amsterdam) „Wü
gaan naar ballet vanavond" met 40 bal
letfoto's, geschreven door_ c. Nicolaï,
die een uitstekende inleiding geeft tot
die moeilüke kunst en geenszins onder
stoelen of banken steekt wat er alle
maal voor k°mt kq.ken om in dat vak
iets te bereiken. z.qn eigen tweeling van
twaalf heeft e^Y°°^J.Hfzorgd dat het
het beoefenen van de kunst te converseren, weer wèl
iets bijzonders. Niemand immers luistert in een gesprek
van meer dan twee personen naar de ander. De proef
op de som is heden ten dage de wire-recorder. Een van
de grappigste binnenshuisspelletjes is het ding aan te
zetten als de gasten binnenkomen, en dan na verloop
van tijd het bandje ten aanhoren van de laatsten af te
draaien. Het Babelse gepraat, en dan nog wel in een en
dezelfde taal, is bij het weder aanhoren niet meer te
verdragen.
Eenzelfde geestelijke wanorde heerst er in het brein
van de lectuurrecensent in deze weken voor de feest
dagen. De hoorn des overvloeds van Pocketboeken die
over zijn schrijftafel wordt uitgegoten, zorgt er voor
dat de man, voor éénmaal, in plaats van deze werken en
werkjes van band tot band door te lezen, er nolens
volens in gaat snuffelen, hetgeen dezelfde gewaarwor
ding geeft als het aanhoren van het genoemde bandje
van de recorder. Het minste wat hij doen kan, is de-
geen die er met de portemonnaie op uit trekt om door
het kopen van een Pocket zijn gebrek aan fantasie
en tijd! voor zijn familie en vrienden te bemantelen,
te laten profiteren van zijn beroepsongemak door het
resultaat van zijn doorbladeren mee te delen.
verplicht heeft. Vier eeuwen culturele
en sociale geschiedenis van Europa wor
den met zevenmülslaarzen doorlopen op
een prettig leesbare manier. Juist de
anecdotiek maakt een zwaar onder
werp ook voor de gewone lezer verteer
baar.
Zit u er mee te kijken wat te kiezen
voor die ietwat precieuze oude dame in
al die shawls, die door uw grootmoeder
in de familie is gekomen en nooit ont
breekt op welk feestje dan ook? „Het
portret van Dorian Gray" heeft ze ze
ker in geen veertig jaar meer gelezen.
Als Donker Pocket met een charmante
prent van Aart van Ewük is het door
Max Schuchart opnieuw vertaald. Het
is al in de tweede druk, dus een bewqs
dat de spitsheid van Oscar Wilde, die
eens met een levensgrote zonnebloem
in zün hand op Piccadilly Circus fla
neerde, nog altijd aanslaat. En die
boekje voor alle0„1f«Pde!1 begrqpelqk
is. Het Prisma Balletboek van Hans
Verwer geeft o.a. de verhalen van de
bekende balletten. Dat is dan voor het
nichtje dat al baüe^s heeft, want het
is een heel ernstig boekje. Ongetwijfeld
veel plezieriger is „Dans en Ballet"
door Hans Snoek e.a., een geïllustreer
de Salamander (Querido, Amsterdam).
De vriendin van moeder, die geen
radiolezing van Prof. van bternpvoort
heeft overgeslagen, kutMa °ngetwü-
feld plazieren met „De Mens en ik",
waarin die radio-inleidmgen gebun
deld werden (Prisma), maar haar
vriendin leest liever de rsijoel zelf.
Die kunt u verrassen rnet een Else-
vier-pocket „Hoe lees ik de Bjjbel?'^
waaraan grote katholieke autoritei-
ten als H. Renckens, S.J. en A F.
Wyers, de bekende radiospreker heb
ben meegewerkt, terwyl het boekje
een heel bijzonder sympathieke inlei
ding mocht krijgen van de protestant
se theoloog Prof. dr. Sevenster, die
er zün grote vreugde over u'J^Preekt
dat de Katholiek zo la"g^®a haad
gaat beseffen dat hoe meer .ij over de
Bijbel weten, hoe beterI het wezen
van de Verlosser zullen Ier n b^®Srü-
pen en liefhebben. Maar voor dit boek
moet je de tüd nemen.
Voor haastige reizigers als de vrolijke
neef, die dol is op A le\s
büzonders: „Nur tote Zeugen schwei-
gen", van de bekende Prank Arnau.
Het is eigenlijk geen sP®urdersroman,
maar een Kriminalberichtzoals <je
schrüver het noemt en ln
spannende vorm de maatr g n die be
paalde Zuid-Amerikaanse dictatoren of
wat daarvoor doorgaat n.®1" "i"1 de
mocratische revolutiepoging ^be
dwingen. Het is weer eens wat anders
en zal hem zeker de vel®.«
korten. Van Zuid-Amerika gesproken,
voor zün leesgrage dan
maar de Prisma yan Zuid-Amentoan-
se verha.len, ingeleid d°orWe -elde^ nf
van schriivers waarvan we zeiaen of
nooit gehoord hebben Maya Hoogveld
heeft ze vertaald en het ee ste verhaal
van de Argentijn G^K®Z jJ ™et®en
raak: Het Koloniale Huis is een z.g.
suspense-story van de beste ^asse- Wil
hü nosr meer eriezelen en leest hg En-
gels d!n heeft Alfred Hitchcock een
tweede reeks van dertien verhalen
dame zal het heus niet lenen aan «er
jonge kinderen.
Trouwens, voor de avontuurlijke jon
geman verscheen er in dezelfde reeks
„Typhoon" van Joseph Conrad, een
groot schrüver die in Nederland al-
tqd verwaarloosd is. Dat de Vlaamse
pockets er ook mogen zün kunt u con
cluderen uit de keuze van het werk
van Lode Zielens, de talentvolle ver
teller die in 1944 om het leven kwam.
„De wereld gaat stralend open"
hit boekje (Heideland, Hasselt). De
ze verhalen zün fel-levend, realistisch
en spontaan. Heel anders dan de
schetsen en novellen van zeventien
hedendaagse Russische schrü'vers,
van wie we zo goed als niets afweten
en die toch de moeite waard zün.
„Rusland erzahlt" werd gekozen door
Johannes von Guenther (Fischer
Bücherei) en Gorki, die de rij opent,
is vrüwel de enige van wie werk tot
ons is doorgedrongen. Ja, misschien
kent u ook de vertellingen van Alexej
Tolstoi, niet te verwarren met de gro
te Leo, maar las u ooit een satire van
het geestelüke broederpaar Ilja Ilf en
Jewgenq Petrouw? Das kn Scheme
Bein is anders de moeite waard en
een teken dat de bureaucratie m de
Sovjet Unie overdadig bloeit, terwül
de schets „Die Aristokratin" een
paar bladzqden vertegenwoordigt die
waarachtig doen denken aan onze on-
volprezen Carmiggelt.
O ja, om het niet te vergeten: moet
u ook iets sturen aan uw vrienden in
Engeland of Amerika? Zendt u ze dan,
om ze een idee te geven van een van
onze «chrüvers de Antlllaanse Cahiers,
Jaargang 3, Nr. 2 „Mijn zuster de ne
gerin" en „Dagboekbladen uit Genève"
van Cola Debrot werden daarin in het
Engels vertaald door zün Amerikaanse
vrouw, de eens zo bekende danseres
Estelle Reed. Maar dat is geen pocket.
Maar één gewoon boek op zo'n grote
zak van rond de gulden mag wel... I
3. W. HOFSTRA.
DEN HAAG, 27 nov. In afwachting
van het resultaat van een justitioneel
onderzoek wil staatssecretaris Rool-
vink nog geen mededelingen doen over
schuldvraag en oorzaak van de dodelij
ke ongevallen bij de in aanbouw zijnde
Esso-raffinadery in het Botlekgebied.
Er zyn op dit werk bij verschillende on
gelukken zes arbeiders gedood en twee
gewond. Volgens de staatssecretaris is
aan alle veiligheidsvoorschriften vol
daan en wordt ook voortdurend over
leg gepleegd met de arbeidsinspectie.
De medische outillage voldoet aan de
eisen.
AMSTERDAM, 26 nov. De onder
handelingen tusser de ministers van On-
derwüs, Kunsten en Wetenschappen en
van Verkeer en Waterstaat, over de mo
gelijkheid van behoud van de meer dan
zeven eeuwen oude stadsmuur van Har
denberg, zijn nu beëindigd. Het resul
taat is, dat het rijk aan de gemeente
Hardenberg een verder gedeelte van
het terrein, dat aanvankelük ook voor
uitbreiding van het postkantoor be
stemd was, aan de gemeente Harden
berg zal afstaan.
Met het materiaal van het reeds ge
vonden muurgedeelte dat uit elkaar
zal worden genomen zal dan het zich
verderop bevindende gedeelte door de
rüksdienst voor monumentenzorg wor
den gerestaureerd. Hardenberg zal dus
in de toekomst kunnen bogen op een
uniek historisch monument.
Sint Nicolaas met de overvloed van
pocketbooks.
uithaalde met zün vrienden en er op
een griezelige manier de dupe van
wordt als hü op een avond de oude be
waker van de morgue laat schrikken
door levend en wel in één van die koel
kasten te gaan liggen, waar de niet-ge-
identificeerde lyken in worden opgebor
gen. Dood-eng, zegt zün jonge nichtje,
dat veel liever de Meulenhoff-Pocket
leest van Sigrid Uudset „Lente", het
mooie verhaal over de verwende, be-
koorlqke Rose Wegner en haar man de
jonge dokterszoon Torkild Christiansen.
Maar als zij stiekem toch wel van grie
zelen houdt, dan zit er in de zak van
Sinterklaas misschien wel de Salaman
der (Querido) met de titel: Nachtelüke
Cavalcade, twaalf ongewone vertellin
gen wan bekende auteurs als Saki, Eve
lyn Waugh, Maurice Level en Villiers
de l'Isle Adam, die in het oorspronke
lijk misschien wat veel inspanning
eisen. Een uitstekende keuze heeft W.
Wielek-Berg gedaan luit de moderne
Duitse verhalen (Prisma), waaronder
het door Nel Bakker uitstekend vertaal
de hartverscheurende verhaal van het
Jodenjongetje dat gedoopt wilde wor
den en die bü Christus werd ingelüfd
door zün vriendinnetje daar de pastoor
hem het H. Doopsel zeker zou gewei
gerd hebben omdat hü nog zo klein was.
Hebt u op Sinterklaasavond ook die
dame bij het feest, die zo verschrikke
lijk veel gelezen heeft? Geeft u haar
dan het prachtige keuze-bundeltje uit
het werk van Elisabeth Langgasser
(Fischer Bücherei), die hard op weg is
om een kassiek te worden door haar
geniale letterkundige talenten. Tien te
gen één dat de mevrouw het nog niet
kent, want er lezen nog maar heel wei
nig mensen moderne Duitse boeken. Al
leen al de titelvertelling „Mithras" is
de moeite waard. Het proza doet bü al
le eigentü'dsheid denken aan auteurs
als Fontane en Adalbert Stifter.
Uw oom schildert in zqn vrije tüd?
Dan is voor hem „Schilderkunst en li
teratuur in de 19e eeuw" van Gerard
Brom bestemd (Aula-Reeks, Spectrum).
Hierin worden Romantiek, Realisme,
Impressionisme en Symbolisme bespro
ken op de uiterst grondige manier van
de encyclopaedische geleerde, maar bü
alle wetenschappelüke diepgang is het
boek het lezen overwaard.
Hebt u een familielid die er van houdt
over de oorlog en Hitier na te kaarten,
te pas en te onpas? Doet u hem dan de
herinneringen van Fabian von
Schlabrendorff cadeau, die van het be
gin van het Nazisme af niet heeft opge
houden tegen de dictator en zqn gruwe-
iqke trawanten te strijden. „Offiziere
gegen Hitier" heet het werkje uit de
Fischer Bücherei. Het is wat dor ge
schreven, maar het maakt misschien
juist daardoor nog meer indruk.
Hebt u soms een zoon die geen volks
concert overslaat? Voor hem kwam
er bü Gottmer te Haarlem een uitste
kende reeks ^Componistenbiografieën uit,
die door gezaghebbende kritici als Her
man Rutters, Norbert Loeser, Monniken
dam en Geraedts werden geschreven.
Zqn broer is dol op science-fiction,
zegt U? Laat hem dan eens kennisma
ken met degeen die op dat gebied een
van de eersten was: H. G. Wells, van
wie u hem „De oorlog der werelden"
kunt geven (Mimosareeks, Leiter Ny-
pels, Maastricht). U verdenkt er uw
hooggeleerde vriend van dat hü in een
verloren ogenblik nog eens weer naar
P. G. Wodehouse grüpt? Doe hem het
genoegen en vermaak hem met de auto
biografie van deze vrolijke schrüver.
„Wodehouse over Wodehouse", Prisma,
zal hem zeker doen grinneken, want al
leen het voorwoord al, waarin hü damg
de spot drüft met voetnoten en andere
hebbelükheden waarmee geleerden hun
studies versieren, zal hem en u
doen glimlachen. En we hebben zoveel
behoefte aan iets vrolüks.
Maar geeft u de denkende vriend dan
als antidote de Prisma „Van Renaissan
ce tot Wereldoorlog" waarmee prof.
dr. P. J. Bouman zovelen al aan zich
De dertienjarige Derek Smith toont prinses Margaret bij haar bezoek aan een
arbeiderswijk in Kent een door hem zelf vervaardigd model van een Comet-
straalvliegtuig.
J. Bemlef. aan wie. zoals
men weet, dinsdag jl. de Reina
Prinsen Geerligsprijs is uitge
reikt is voor zijn verzenbundel
„Kokkels" en zijn verhalenbun
del „Stenen spoelen", is er nogal
verbaasd over dat deze, zijn
onderscheiding zoveel opschud
ding veroorzaakt. Tot op heden
een onbekende jongeman, geeft
hij in deze dagen ineens het ene
interview na het andere weg.
„Als straks mijn tweede verzen
bundel verschijnt," zegt hij, „let
geen kip er meer op." En zo'n
uitspraak getuigt in ieder geval
van een breed gevoel voor be
trekkelijkheid. Wat dus ook in
houdt, dat hij dc ietwat tumul
tueuze situatie-van-nu met een
ironische gelijkmoedigheid on
dergaat.
J. Bemlef is een pseudoniem
voor H. J. Marsman. Hetgeen
uiteraard allerlei associaties op
roept. Naar de feiten gerekend
ten onrechte. H. J. Marsman is
géén familie van Hennie Mars
man. Niet in de zin van de Bur
gerlijke Stand en evenmin in die
van een poëtische verwant
schap. H. J. Marsman draagt de
poëzie van Hennie Marsman een
vrij vergaande onverschilligheid
toe. Zij heeft hem „nooit iets
gedaan."
J. Bemlef nu, werd in 1937 geboren in het Noordhollandse St. Pancras.
Hij bezocht de H.B.S. in Amsterdam, waar de heer R. Nieuwenhuys
leraar Nederlands, die destijds zelf een prijs verwierf met een essay over
Multatuli hem om te beginnen enige „goede smaak" bijbracht. Hij zei
met name wat hij wél en wat hij niet moest lezen. En dat vindt Bemlef
nu, achteraf bezien, nog belangrijk, want, zo zegt hij, „anders lees je als
jonge jongen maar raak." In die tijd ook schreef hij zijn eerste verzen,
die qua stijl zowat tegen Hugo Claus en Lodeizen aangeleund moeten
hebben. Naderhand ontdekte Bemlef de grote Nederlandse poëzie om er
overigens bij te ontdekken dat er veel „spanningloos gepraat en napraten"
bij was en dat er „niks in gebeurde".
En „napraten" wilde en wil hij voor zichzelf bepaald niet, zelfs niet
het napraten van Lodeizen, Lucebert, Dylan Thomas, Carmiggelt, Nescio,
Leo Vroman of Hanlo, die hij overigens zeer bewondert. Hij heeft zijn
eigen visie; een visie, die hierin bestaat, dat „werkelijkheid en literatuur
volkomen in elkaar overlopen." En hij voegt daaraan toe: „De litteraire
tijdschriften van vandaag bieden vrijwel alléén maar litteratuur, zonder
te beseffen dat er nog zoiets bestaat als werkelijkheid." Behalve uiter
aard „Barbarber", een gestencild tijdschrift dat Bemlef samen met G.
Brands en K. Schippers redigeert en dat, tot op heden althans, nog slechts
in één Amsterdamse boekhandel te koop is. Barbarberbiedt ook, ge
woon uit dagbladen overgenomen krantenberichten. „Werkelijker" kan het
al niet. Niettemin zijn het „krantenberichten met poëzie".
J. Bemlef heeft overigens niets tegen lyrici, mits zij maar „strak en
glashelder" schrijven en mits zij maar niet „zes bijvoeglijke naamwoor
den voor één ding gebruiken." Het schrijven, de poëzie zegt Bemlef, is
„een soort shocktherapie, op zijn minst een verschuiving van de werke
lijkheid." De lezer zal goede poëzie of goed proza tot zich nemen, de
sensatie ondergaan van iemand die de „trap afloopt en die de laatste tree
mist, eenvoudig omdat zij er niet is."
Enkele uitspraken van J. Bemlef: „Op het moment dat een mens zich
zelf bewust wordt, wordt hij zich bewust van zijn eenzaamheid." En:
„Ik heb de pest aan de filosofen, zij zijn niet creatief." En verder: „De
dichter is een filosoof, die het niet weten mdg en die het niet weten wil."
Maar het rapport van de jury, die zijn werk bekroonde, vermeldt dat
het een „welhaast wijsgerig element" bevat.
Tenslotte een gedicht van J. Bemlef, dat verscheen in het zevende
nummer van „Barbarber":
De haan smolt van woede
en liep uit in de duivenglimlach
van de duisternis
een satijnen vloek dreef in de vijver
langzaam naar mij toe
waarmee ik maar zeggen wilde
dat ik vanaf mijn balkon
de zon heb zien ondergaan.