TANDBEDERF in NEDERLAND is nog steeds schrikbarend Hevige caries profiteert van onze snoeplust ISRAEL als reactie op de mislukte assimilatie Wegbereiders voor de moderne Joodse staat SCHOOL-T.V. IN ENGFXANP Na vijftig jaar ..Ivoren Kruis Van lagere schooljeugd heeft procent gaaf gebit vier NA DE VERWOESTING VAN DE TEMPEL IV (SLOT) •fci Gunstige resultaten leiden tot verdubbeling van de uitzendingen In kerkje te Oene Muurschilderin gen aangetroffen -A: :0% Consumentenbonden houden congres AT 'nAeJdes^r WOENSDAG 2 MAART 1960 fAGlNA -r-" V* cfn (Van een onzer verslaggevers) Analfabeet. Met deze krasse kwa lificatie pleegt de Amsterdamse tandarts H. Brouwer het Nederland se volk te tekenen, wanneer hij spreekt of schrjjft over onze mond- hygiënische gewoonten. En inder daad, hij schijnt het gelijk aan zjjn kant te hebben, de cijfers wijzen het immers uit. In 1916 leed zeventig procent van de kinderen op een Haagse lagere school aan tandbe derf, in 1939 werd in Den Bosch een percentage van 80 geconstateerd, en nu, anno 1960, moeten we vast stellen, dat minder dan 4 procent van de lagere schooljeugd nog kan bogen op een gaaf gebit. Deze laat ste droevige verhouding treffen we ook aan bij de ouderen, en niet alleen in Nederland, maar in heel dat deel van de wereld, dat in nauw contact leeft met de zegeningen van de wes terse cultuur. Maar, hoewel wfl ons, mondhygië- nisch gezien, meestal als onwetenden gedragen en ons in dit opzicht weinig van analfabeten onderscheiden ove rigens, miljoenen analfabeten lopen rond met benijdenswaardig mooie gebit ten is onze gebrekkige mondverzor- ging niet een gevolg van onkunde. We weten bijvoorbeeld heus wel, dat snoep lust een voortdurende bedreiging in houdt van onze tanden en kiezen. Dat we deze waarheden veronachtzamen, is betreurenswaardig en vormt mede de reden van bestaan van ,,Het Ivoren Kruis", de vereniging voor mond- en tandhygiëne, die 1 maart vijftig jaar werkzaam is -n in die halve eeuw onaf gebroken propaganda heeft gevoerd om de kwaliteit van het Nederlandse gebit te verbeteren. Tot dusver met weinig resultaat, is men geneigd te zeggen bij het over zien van de situatie, want ondanks het TANDARTS EN BEUL .synoniem?. sterk toegenomen verbruik van tand pasta, de beschikking over steeds be tere borstels en een algemenere kennis van de middelen om tandbederf tegen te gaan, woedt de veronachtzaamde, onvermijdelijk geachte epidemie, die caries of tandwolf genoemd wordt, lus tig voort, en er is vrijwel geen gebit, dat aan deze ziekte ontkomt. Met een zeker fatalisme ondergaan de wester se volkeren deze plaag als inherent (Van onze correspondent) APELDOORN, 2 maart In het oude kerkje te Oene op de Veluwe - een ker spel in de gemeente Epe - waar momen teel onder supervisie van Monumenten zorg restauratiewerkzaamheden wor den uitgevoerd zjjn fraaie muurschilde ringen aangetroffen. Zo heeft men even terzijde van de preekstoel in het middeleeuwse Gods huis een schildering aan een pilaar ge vonden, die de H. Maagd Maria en het kindje Jezus en waarschijnlijk de oude moeder Anna voorstelt. De schildering is niet compleet. Zo ziet men van het Jezuskind, dat op de schoot van Maria moet zitten, alleen maar het hoofdje. Er zijn nog meer afbeeldingen te voor schijn gekomen. Sommige bleken, na dat de witte kalklaag voorzichtig was weggebikt, nog vrij gaaf te zijn. Dat is met name het geval met de bloemmo tieven aan de gewelven. Van engeltjes vond men fragmenten. De schilderingen zijn alle in dezelfde kleuren aangebracht: rood-bruin, geel en zwart. DEN HAAG, 2 maart Vertegen woordigers van consumentenorganisa ties uit dertien verschillende landen zullen naar Nederland komen om van 30 maart t.m. 1 april het eerste inter nationale congres over vergelijkend warenonderzoek bij te wonen. Dit congres dat in Scheveningen wordt gehouden, is georganiseerd door de Nederlandse Consumentenbond en zijn zusterverenigingen uit Engeland en Amerika. De deelnemers zijn afkom stig uit de Verenigde Staten, Engeland, IJsland, Denemarken, Noorwegen, Zweden, Duitsland, Frankrijk, België, Israël, Australië, Nieuw-Zeeland en Nederland. Op voorstel van de initiatiefneem sters zal een internationaal bureau wor den opgericht dat als informatiecen trum zal dier.en voor de deelnemende organisaties en coördinerend zal optre den bij het vergelijkende warenonder zoek. De afgevaardigden zullen een lijst opstellen van goederen welke gezamen lijk zullen worden onderzocht. Prof. Colston Warner, Verenigde Staten, zal als president van het congres optreden. aan de beschaving waarin zij leven, als een degeneratieverschjjnsel, waar tegen geen preventiemaatregelen zijn opgewassen. En dus maken zij onbe kommerd gebruik van de producten die de huidige cultuur hen biedt poet sen misschien min of meer regelmatig hun gebit, constateren desondanks keer op keer pijnlijke gaatjes en begeven zich dan lijdzaam naar de tandarts. Bij de meeste mensen is het verval in hun natuurlijke tanden en kiezen al zover voortgeschreden, dat zij omtrent hun veertigste jaar moeten overgaan tot het aanschaffen van een vals ge bit, waarmee zij zich de weelde van het snoepen weer onbeperkt kunnen veroorloven. De grote massa wenst zich nu eenmaal weinig te ontzeggen om het gebit gaaf te houden, en dit is, hetgeen de bovengenoemde tandarts bedoelt met analfabetisme. Want tegen de giftige stoffen, die in menigten op onze mondholte worden toegelaten, en waarvan suiker en kool hydraten de gevaarlijkste zijn, kan op geen andere wijze effectief worden op getreden dan door ons in het verbruik hiervan te matigen. Tandpastasoorten kunnen weinig uitrichten, met hoe be langrijke bestanddelen ze ook heten te zijn uitgerust. In het ongunstigste ge val zijn ze niet schadelijk en in het gunstigste kunnen ze een reinigende werking uitoefenen, die evenwel ook met zout of zeep Is te bereiken. Ze dienen voornamelijk om een frisse mond te verkrijgen en kunnen niet in staat ge acht worden om eenmaal begonnen tandbederf definitief te stuiten. Daar bij komt nog, dat aan het nuttig ef fect van tandpasta belangrijk afbreuk wordt gedaan door de deplorabele staat waarin het overgrote deel der borstels blijkt te verkeren. Een vooraanstaand bedrijf op dit gebied heeft daarnaar eens een onderzoek laten instellen en kwam toen tot de bevinding, dat 67 procent van de in Nederland gebruikte borstels om diverse redenen niet meer aan het doel beantwoordde. De meeste daarvan waren eenvoudig versleten en de rest was te vuil om ook maar enig rendement te kunnen opleveren. Ver der kwam bij de enquête nog aan het licht, dat ongeveer 10 procent der on dervraagden in het geheel geen borstel bezat, en dat in circa veertig gevallen de borstel door meer dan één persoon wordt gebruikt. Zolang zelfs het nor male onderhoud der gebitten nog zo veel te wensen overlaat, valt aan een wending ten goede natuurlijk in het ge heel niet te denken. Voeg daarbij de nog altijd toenemende snoeplust, waar- if--' Kies kies. kunnen leveren. Gebrek aan man kracht is er wel eens oorzaak van, dat de zorg niet zo volledig kan zijn als wel gewenst is, en soms moet men volstaan met een inventarisatie der mankementen om de kinderen daar na aan een „vaste" tandarts over te laten. Een bijkomstig voordeel van de schooldiensten is, dat de kin deren meer „dental minded" wor den, later minder angst hebben om zich onder behandeling te laten stel len en spelenderwijs vertrouwd ra ken met de manier om het gebit re gelmatig te onderhouden. Het nut van deze diensten is in elk geval overtuigend aangetoond, en men kan gegronde hoop koesteren, dat althans de generatie, die aan de zorg van de schooltandarts is toevertrouwd, de toe komstige statistieken over de gebits toestand van de gemiddelde Nederlan der gunstig zal beïnvloeden. Kleuterzorg Maar al is met de Inschakeling van de sehooltandverzorging het ide aal van goede mondhygiëmsche toe standen weer wat dichter benaderd, het wordt toch als een gemis ge voeld, dat de kleuter aan regelma tige controle ontsnapt. De opvatting als zou het melkgebit niet zo belang- aan volgens een ruwe schatting Neder land jaarlijks een bedrag van 500 mil joen gulden uitgeeft, tienmaal meer dan aan mondverzorging, en het is dui delijk, dat het ideaal van „kieskeurig heid" nog lang niet is bereikt. Ingrijpen te laai Staan we hier nog even ver van af als vijftig jaar geleden? Het ant woord moet, in weerwil van de hui dige toestand op tandhygiënisch ge bied, ontkennend luiden, mede dank zij de activiteiten van „Het Ivoren Kruis". Op het vijfde internationale tandheelkundige congres, dat in 1909 in Berlijn werd gehouden, kwamen de aanwezigen tot de conclusie, dat de tandartsen de ziekten eigenlijk pas aangrepen, als het kwaad reeds te ver was gevorderd. Het publiek zelf trad niet preventief op; wist ook niet, hoe dit te doen, en de inciden tele ingrepen der tandheelkundigen konden het bederf niet weren. Enke le Rotterdamse tandartsen, onder wie dr. Karl Witthaus en dr. Backer Dirks besloten toen een propagan- da-apparaat in het leven te roepen teneinde de bevolking te wijzen op de middelen om het gebit zo lang mogelijk gaaf te houden. Het kreeg de vorm van een vereniging, waar van iedereen lid kon worden, de ver eniging „Het Ivoren Kruis". Naast tandartsen traden in de loop der ja ren ook bedrijven, instellingen en par ticulieren toe. Van stonde af aan Maar de algemene voorlichting was toch nog niet voldoende. Ingewortelde gewoonten bleken moeilijk uit te roeien en een doeltreffende mondhygiëne vond slechts moeizaam ingang. Men begreep dan ook spoedig, dat nog een stap nood zakelijk was teneinde het kwaad dich ter bij de wortel aan te kunnen pakken: de sehooltandverzorging. Bij de meeste kinderen breekt op zesjarige leeftijd de eerste blijvende kies door, juist dus wanneer ze in de eerste klas van de lagere school zjjn aanbeland. Aange zien de tandheelkundige zorg zich voor al uitstrekt tot het blijvende gebit, dient, zo is het principe van de school diensten, hierop van stonde af aan toe gezien te worden. Het streven om reeds zesjarige kindereen in de zorg te be trekken. werd krachtig door „Het Ivo ren Kruis" gesteund met als resultaat, dat in 1922 Dordrecht en Bloemendaal met een schooltanddienst startten. In en na de tweede wereldoorlog groeide het aantal snel, en thans telt Neder land ongeveer '50 diensten voor school- tandverzoiging, waaraan 600 tandart sen meewerken. Daarmee kan onge veer 65 procent van de lagere school jeugd worden bestreken. In de meeste gevallen dragen de ziekenfondsen de kosten der behandeling of verwijzing. Dental minder De Nederlandse Vereniging vöor Sociale tandheelkunde heeft momen teel de beschikking over vijftig „den tal cars". Dental minded modern ingerient en geheel beantwoordend aan het doel om a jeugd van 6 tot 12 a 14 jaar met een hersteld, maar gaaf gebit aan het einde van de lagere school af te rijk zijn, is nameljik door de feiten wel achterhaald. Weliswaar zal dit gebit na verloop van tijd door het blijvende vervangen worden, maar het valt te begrijpen, dat dit proces beïnvloed wordt door de omstandig heden waarin de melktanden en -kie zen verkeren. En dus tracht „Het Ivoren Kruis" ook de klenter in de tandheelkun dige zorg te betrekken, een taak, die uiteraard veel moeilijker te vervullen is. Mevrouw M. Muntendam-Isebree Moens heeft aan het kleuter-consulta tiebureau van het Groene Kruis in Wassenaar in dit opzicht belangrijk werk verricht, niet slechts door de tand heelkundige hulp die zij verstrekt, maar ook door het verzamelen van statis tisch materiaal. Op diverse kleuter scholen werd een onderzoek ingesteld naar de melkgebitten van kinderen in de leeftijd van 2 tot 7 jaar. In 1948 bleek 28 procent der kleuters een ge heel gaaf stel tanden en kiezen te heb ben, in 1957 nog slechts 17 procent. Dus in nog geen tien jaar een achter uitgang van 40 procent in het aantal gave gebitten. Bij 6 procent der onder zochte kinderen werd reeds tandbederf geconstateerd op anderhalf en twee jarige leeftijd. De methode in Wasse naar wees uit, dat systematische be handeling van kleuters het optreden van caries wel niet geheel kan voor komen, maar toch aanmerkelijk gun stiger voorwaarden schept voor het be houd van het blijvende gebit. Natuur lijk blijft Ook de verzorging op de lage re school noodzakelijk. De tandheel kunde is nog altijd bezig de weg terug af te leggen. Onder het te laat erkende motto: voorkomen is beter dan gene zen, dient ook de aanstaande moeder te worden begrepen, omdat bij haar de bron kan liggen van later optredend tandbederf. Wanneer ook zij doordron gen is van de noodzaak om haar kind reeds anderhalf jaar na de geboorte aan de hoede van een tandarts toe te vertrouwen, is wellicht over enkele generaties het weinig fraaie epitheton „analfabeet" niet langer op ons volk van toepassing. In de kleine ruimte van de dental car (men ziet door de ramen de boerenhoeve op de achtergrond) is toch alles t'°0 handen wat voor een doeltreffende cariesbestrijding noodzakelijk is. Wat wandversiering, een vliegtuigje en een w™ pion geven de rijdende behandelkamer nog wat gezelligheid bovendien. AMSTERDAM, februari. Terwijl in de tweede helft van de achttiende eeuw in Oost-Europa het mystisch-piëtistische Chas- sidisme bloeide, kwam in het westen de joodse verlichting op. Toen Les sing in 1749 zijn drama „Die Juden" publiceerde, bedoelde hij daarin te betogen, dat ook een jood een edel karakter 'kan hebben. De figuur, die hem voor ogen stond, was Moses Mendelssohn (1729-1781), grootvader van Felix, de componist. Deze Moses Mendelssohn was een van de voor naamste figuren uit de joodse ver lichting, een geestesstroming die in Nederland en Engeland was begon nen. Onder invloed van Leibnitz leg de Mendelssohn verband tussen de rede en de religie. „Ik erken geen eeuwige waarheden", schreef hij in zijn „Jerusalem", „behalve die, welke niet alleen kunnen worden verstaan, maar ook geverifieerd en vastgesteld door de menselijke rede." Zijn stre ven om het joodse geloof doorzichtig, voor het verstand van iedere niet- christen doorgrondelijk te maken, kwam voort uit de praktische over weging, dat hij zijn volk wilde vrij- In het Israëlische deel van Jerusalem ligt van het politieke Zionisme begraven, Theodor Herzl. waren voor verdere vervolging en discriminatie. Maar tevens plaveide het de weg voor de assimilatie-bewe ging, die haar eerste hoogtepunt in 1799 vond, toen David Friedlander de Lutherse autoriteiten in Berlijn vroeg hem en zijn geestverwanten in hun kerk op te nemen mits zij niet behoefden te geloven in de godde lijke natuur van Christus en niet be hoefden deel te nemen aan typisch- christelijke riten, een voorwaarde lijke bekering dus, die uiteraard niet werd aanvaard. In het geboortejaar van Heine, 1799, sloeg men in Bonn de houten poort van het ghetto in. „Om te moorden, te roven en te ver krachten?", vraagt prof. Presser in zijn inleiding tot een bloemlezing uit Heine's poëzie. „Integendeel: welis waar grijpt men de vrouwelijke be woners beet, maar men omarmt en kust ze (voor zover ze jong en mooi waren) en voert ze met anderen mee in een feestoptocht: een anti-pogrom, signaal tot de emancipatie, het einde van de middeleeuwse verdwazing, de opheffing van de Joodse apartheid!" De Franse Revolutie probeert zelfs de naam jood in vergetelheid te does raken; voortaan wil men nog slechts Fransen, Duitsers en Engelsen kennen .„van het Mozaïsche geloof". Nog safer dan assimilatie was het natuurlijk het jodendom bewust op te geven, aan het religieuze en ethnische groepsgevoel te verzaken en niet al leen de burgerrechten, maar ook een nieuw nationaal bewustzijn machtig te worden. Het was de tijd, waarvan Hei ne zei: „Der Taufzettel ist das Entree- billet zur europaischen Kultur". De assimilatie moest wel mislukken, kan men nu achteraf zeggen, niet uit gemis aan loyauteit, maar wegens ge brek aan substantiële legitimiteit. Een erfenis van duizenden jaren joodse existentie kon niet door één enkele so ciaal-culturele wilsdaad: naamsveran dering, doop, titel, rang en verdienste ongedaan worden gemaakt. Maar het bewijs van deze onontkoombare mis lukking moest nog geleverd worden. In Oost-Europa koesterde men op dit punt veel minder illusies. Na de uiterst bloedige progroms van 1881 zoals zo vaak een ventiel voor administratieve onbekwaamheid schreef Leo Pins- ker, een arts uit Odessa, zjjn „Auto emancipatie". Hjj beschreef het anti-semitismè als een ongeneeslijke sociaal-pathologische kwaal, die hij de naam „Judeophobie" gaf en die naar zijn mening voort kwam uit de dakloosheid van de jood, die „voor de levenden een dode is, voor de inheemse een vreemdeling, voor de gevestigden een vagebond, voor de welgestelden een bedelaar, voor de armen een miljonair en uit buiter, voor burgers een man zonder land en voor alle klassen een gehate concurrent." De oplossing, die Pinsker aangaf, was, dat de joden wederom een natie moesten worden, een volk met een eigen land. Het merkwaardige was, dat dit land volgens hem niet per se Palestina, het „Beloofde Land", be hoefde te zijn. Een groot deel van de Oosteuropese joodse vluchtelingen trok ook naar Noord-Amerika, het Duitse rijk en de Donaumonarchie. Maar de ironie van de geschiedenis wilde, dat Pinsker later zeLf in Odessa het comi té „Choveve-Zion" (Minnaar van Sion) leidde, dat vooral bi) de intellectuele joodse jeugd grote geestdrift wekte voor de vestiging van landbouwdorpen in Palestina. Rishon Letsion (1882), Nes-Tsiyona (1884) en Rehovot (1890) getuigen thans nog in Israël van het primaat der Oosteuropese Zionisten. Langzamerhand was echter ook in West-Europa de grote ommekeer gekomen. De Weense cosmopo- liet en (tot op dat ogenblik) onbezwe ken assimilant Theodor Herzl werd vol- tinds 1949 op „Mount Herzl" de stichter komen van zijn stuk gebracht door het proces-Dreyfus, dat hij als correspon dent van het Weense liberale blad „Neue Freie Presse" bijwoonde. In Frankrijk, het vermeende centrum van de humanitaire vooruitgang, zag hij, hoe het anti-semitisme amok maakte. Hij schreef in 1896 zijn „Judenstaat Versuch einer modernen Lösung der Judenfrage". Net als Pinsker richtte hij voor „het nationaal joods tehuis" niet zonder meer de blik op Palestina, al sprak hij wel over het „Beloofde Land" en over de opstand van de Makkabeeën. Door de leiders van de assimilatie-gedachte is Herzl onbarm hartig aangevallen en belachelijk ge maakt, maar vooral in de ghetto's van Oost-Europa vonden hij en zijn boek grote instemming. „Wenn Ihr wollt, ist es kein Marchen", zo hield hij zijn vol gelingen voor en op de Zionistische congressen te Bazel (het eerste werd in 1897 gehouden) was hij veelal het centrum van ware uitbarstingen van geestdrift. Herzl heeft In heel Europa geanti chambreerd. In ontelbare kanselarijen heeft hij getracht belangstelling te wek ken voor een „publiek-rechtelijk bevei ligd tehuis". Via de Duitse keizer, Wil helm II, trachtte hij de Turkse sul tan te bereiken. Maar bij de eerste avances van Wilhelm week de sultan terug en Bülow achtte, gezien de broos heid van het Osmaanse rijk, het uit oefenen van verdere druk niet raad zaam. Twee korte audiënties van Herzl bij de Duitse keizer haalden weinig uit en ook zijn latere contacten met de Ho ge Porte leidden niet tot concrete re sultaten. De Britse minister van kolo niale zaken, Joseph Chamberlain, vond hij tenslotte bereid tot onderhandelin gen. Maar die bood Cyprus aan en het Sinaï-Schiereiland, een voorstel dat uit eindelijk ook tot niets leidde. Een ander denkbeeld, Oeganda, heeft op het zesde Zionistische congres geleid tot een tragische breuk in de Zionis tische beweging. Het denkbeeld om het nationale joodse tehuis te vestigen in Oeganda, door Max Nordau sussend „Nachtasyl" genoemd, werd met een meerderheid van twintig stemmen aan vaard. Maar de „territorialisten" en de Russische „Zionisten" gingen uiteen. Herzl heeft alles gedaan om de breuk nog te herstellen, maar zijn energie raakte ten einde. In Wilna werd hij nog omjubeld als „koning Herzl". En- Twee joodse wezen uit Polen, die tn kibbutz Negba een liefderijk tehuis h ben gevonden. kele maanden later stierf hij te Ed lach (3 juli 1904). Niet de iiterair-criticus Herzl, de chemicus Chaim Weizrn,a heeft uiteindelijk het handt voor de toekomstige staat Israel k i nen bemachtigen. Lord Balfour h het hem in november 1917 gegev s toen de Zieke Man aan de Bospo alle consideratie had verbeurd. Nog steeds kwam iedere nieuwe p flux van Zionisten (Alya gena^ &e voornamelijk uit Oost-Europa. w>' vijfde Alya na h t aan de macht men van Hitler in 1933, kwam uit fV' traal-Europa en deze „Nood-Zionisw p telden dan nog maar 215.000 man, wijl Hitier zes miljoen joden heeft ten ombrengen. Het opkomende en weer wuKel\10 perspectief van een Joods-ArabiS'O symbiose in Palestina, het toenern®., embarras van de Britten als mand®/), rissen en tenslotte de Tweede Wer® oorlog hebben allemaal op hun 3'».^ wijze het klimaat geschapen, wa»*., het huzarenstuk ran David Ben-G® rion de uitroeping van de staat L, raël op 14 mei 1948 (5 Ijar 5708) K gelukken. De hereniging van Asjkenazim A Sefaradim, die daarop is gevolgd, hf j haar ontroerende aspecten. Maar helJ vooral een indrukwekkend voorbe m van ihistorische symmetrie: wat j gescheiden is geweest, komt nu W A samen. „Na tweeduizend jaar w'ji vO": hen meteen een stimulans om w i rechtstreeks aan te knopen bij die .jj van twee millennia geleden. A. gt Chaim Weizmann, de eerste prestn van het moderne Israël het eens uitgedrukt: „We mogen dan de k1" ren zijn van antiquairs, we zijn kleinkinderen van profeten?' LONDEN, maart In Engeland, waar 29 miljoenen gezinnen een te levisietoestel bezitten, neemt de be langstelling voor de mogelijkheden om het nieuwe medium ook in dienst van het onderwijs te stellen, snel toe. In september 1957 werd een begin gemaakt met tv-uitzendingen voor de scholen. De resultaten waren zo gun stig, dat men besloot het produktie- programma voor 1961 te verdubbelen en zo mogelijk al in september van dit jaar een begin te maken met de programma-uitbreiding. De „School Broadcasting Council for the United Kingdom", die belast is met het toezicht op de programma's, is samengesteld uit vertegenwoordi gers van onderwijsinstellingen, plaatse lijke en landelijke autoriteiten op het gebied van het onderwijs, leraren, uni versitaire verenigingen, het ministerie van onderwijs en de BÉC. Deze „Coun cil" bepaalt de te volgen politiek en de BBC stelt haar ervaring, apparatuur en personeel beschikbaar voor de ver wezenlijking der programma's. In de loop van 1957 zond de BBC ex perimentele programma's uit ten be hoeve van zes scholen in het graaf schap Middlesex. Later werden deze programma's op verzoek van de „Coun cil" uitgebreid en in september van het zelfde jaar werd in samenwerking met de plaatselijke onderwijsautoriteiten en met steun van het ministerie van on derwijs een begin gemaakt met gere gelde uitzendingen voor de scholen. Aanvankelijk werden vier program ma's per week en één herhaling uitge zonden. Later werd dit aantal uitge breid tot vijf programma's en twee her halingen. De meeste programma's duren twin- tig tot vijf-en-twintig minuten. M®^ zijn het series over bepaalde ond® „o*. pen, zodat de leraren ze in hun ter kunnen opnemen en tijdig 11 verzamelen, dat betrekking heeft te behandelen stof. ,pie\. Toen de school tele visie-uitzeD'^!®' begonnen, hadden ongeveer 300 een tv-ontvanger. In februari van b0ven den jaar was dit aantal al tot de 850 gestegen. Noch de ontwerpers van de ma's, noch de leraren weten ®J| vo®, precies, hoe de televisie het bes ge onderwijsdoeleinden kan word® noëX bruikt. Daartoe ontbreekt nog Of het ervaring. Maar wel is iedere sch°° over eens, dat het nut van d televisie boven alle twijfel is„rogtntf Tot dusver heeft men serie-I^ wi£ ma's gewijd aan de natuurkun^ sCbr kunde en aardrijkskunde, Eng beroeK ne kunsten, actualiteiten en B0ay keuze. De serie „How J® bten»^ Works" werd door een hoofd 8 van het ministerie van °"?enSchaPPe(} beste tv-programma op we ooit h lijk gebied genoemd, dat v gVoonr het samenstellen van dag programma's wordt een D, beste .«t<r op de medewerking van cornmeP?Lii' ducentea, tekstschrijvers, co >actu^{ ren en cameralieden. i» n«8 xf teitenprogramma's wAirterwei'P®JJ1 voornaamste nieuws, onder handeld als de verI?° enz. ThriftT rassen, jeugdcnminali ajg C rassen, jeugdcrimin»"^*- ais radio- en tv-commenta ore^ Vlr£ pher Chataway e' B—ra®U werken vaak aan deze mee evenals gekend schilders, componisten op allerlei gebied. Richarf gra

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1960 | | pagina 6