m
Scheiding in Europa neemt steeds
meer definitieve vorm aan
Twee Europa spretenderen
Met enige wate zijn
De E.E.G.-politiek voor niet-
eetbare tuinbouwproduktie
1
„Job" van Henri Ghéon door
Uithoomse „Spelewaghe'
DSO heeft titel tweede klas
te
grijp
na
forse
zege
J. G. A. Orbaan nam afscheid
als secretaris
Bestuur produktschap Siergewassen
bespreekt memorandum Europese
sier telersorganisatie A.I.P.H.
9ret*'i
Werktijd
verkorting bij
de Hoogovens
Uit STAD
en STREEK
TYBB lijdt met vier invalsters
nederlaag tegen HBC
„MIJN EUROPA EN GEEN ANDER"
Benoemd tot Officier in de
orde van Oranje-Nassau
HANDBAL HAARLEM EN OMSTREKEN
PRODUCTSCHAP SIERGEWASSEN
WOENSDAG 30 MAART 1960
PAGINA 11
Tulpestengelaaltje
Arbeidsongevallen
Hoogovens
Faillissementen
P.V.S.
Vestigingsbeleid voor
de groothandel
P.VS.-be stuur achter
minderheid S.E.R.
bent
aan
LAitI
5?
KROONORDE VOOR
T. KRALT
DEN HAAG, 30 maart Het be
stuur van het Produktschap voor Sier
gewassen heeft gisteren een bespreking
gewijd aan een memorandum van de
Europese Siertelersorganisatie A.I.P.H.
over de gemeenschappelijke E.E.G.-po
litiek voor de niet-eetbare tuinbouwpro-
dukten. In dit memorandum wordt een
aantal middelen genoemd tot produkti-
viteitsverhoging, tot verhoging van de
weerstandskracht van de sector, tot
aanpassing van de aanvoer op de ver
schillende markten aan de afzetmoge-
lijheden, tot schepping van gemeen
schappelijke concurrentievoorwaarden
en tot verhoging van het verbruik. Ook
werden de structuurpolitiek en de han
delspolitiek t.a.v. derde landen in be
schouwing genomen.
Over de vorm van de gemeenschap
pelijke marktordening zegt het memo
randum, dat de te nemen maatrege
len va ntoepassing zullen moeten zijn op
«11e telers van en handelaren in
niet-eetbare tuinbouwprodukten in
de gemeenschappelijke markt; dat
de maatregelen een bindend karakter
moeten hebben en dat hun toepassing
gedecentraliseerd zal moeten geschie
den, op een wijze die het beste past bij
de structuur van de afzonderlijke lidsta
ten. De A.I.P.H. heeft nog geen voor
stellen gedaan voor de concretisering
van de door haar genoemde maatre
gelen.
Tijdens de discussie over dit memo
randum bestreed de voorzitter, dr. A.
J. Verhage, bedenkingen die gemaakt
Werden tegen eventuele vorming van
publiekrechtelijke bedrijfsorganisaties
In de E.E.G.-partnerlanden. Gevaar
voor protectionistische maatregelen, zo
als een der bestuursleden vreesde, kon
hij hier niet zien. Het wel eens naar vo
ren gebrachte argument dat publiek
rechtelijke bedrijfsorganisaties in be
paalde E.E.G.-landen niet mogelijk zou
den zijn, kon hij niet accepteren. Het is
echter op dit moment nog moeilijk,
voor een bepaalde vorm van gemeen
schappelijke marktordening te kiezen
Dr. Verhage zei verder te vrezen, dat
bepaalde E.E.G.-partnerlanden willen
proberen, kleine economisch niet ver
antwoorde gezinsbedrijven in stand te
houden. Er is hier z.i. een gevaar voor
«en ongezond protectionisme.
Het bestuur van het Produktschap be
sloot verder, een financieringsfonds
voor de bestrijding van het tulpestengei.
aaltje in het leven te roepen, waarvoor
BEVERWIJK, 30 maart Dinsdag
raakte de aankomend bankwerker van
de Mekog, F. Nieuwveen uit Alkmaar,
bij het sluiten van een deur van de wa
tergasfabriek met zijn linkerduim be-
Hierdoor werd de dop van deze
Krm ai?ekneld. Hij moest in het Rode
,,.s Ziekenhuis te Beverwijk worden
opgenomen.
Daar moest eveneens worden opgeno-
fPeh de arbeider van de fa. Schram,
tJ. felle uit IJmuiden. Deze was bij de
bouw van het dienstgebouw van Hoog
oven IV met een andere arbeider van
deze firma bezig een steiger te verstel
len Een stalen steigerpijp kreeg hij
daarbij op het hoofd. Daar hü hierna
last had van hoofdpijn en misselijkheid
moest hij in het ziekenhuis worden opge
nomen.
HAARLEM, 30 maart De Arron
dissementsrechtbank te Haarlem heeft
op dinsdag 29 maart 1960 in staat van
faillissement verklaard:
C. F. Odenthal, van beroep kantoor
bediende, wonende te Zaandam aan de
Straat Davis 39. Rechter-Commissaris
mr. N. Reeling Brouwer. Curator: Mr.
C. J. Doorenbos, advocaat en procu
reur te Wormerveer aan de Zaanweg
66.
Wegens gebrek aan actief werd op
dinsdag 29 maart 1960 opgeheven het
faillissement van: Johannes Petrus de
Nobel, koopman, wonende te Haarlem
aan de Timorstraat nummer 5. Uitge
sproken d.d. 27 juni 1951. Rechter-
Commissaris: Mr. H. G. Rambonnet.
Curator: Mr. J. D. A. Viskil, advocaat
en procureur te Haarlem aan de Tem-
Perliersstraat 19.
Wegens het verbindend worden van
enige uitdelingslijst is op 26 maart
i960 geëindigd het aillissement van: G.
Beerthuis, aannemer van betonwer-
n^r> wonende te Haarlem, Marnixstr.
pr; doCh verblijvende te 's-Gravenhage
fWeiofstraat 80. Uitgesproken bij von-
v&n 10 oktober 1950. Rechter-Com-
tr.Saj'isMr. H. J. Ferwerda. Cura-
Mr. j. Roggeveen, advocaat en
piocureur te Haarlem, Nieuwe Gracht
Wegens het verbindend worden van
em®e uitdelingslijst is op 29 maart
1960 geëindigd het faillissement van G.
Johannes Hendricus Breman, makelaar,
wonende te Zandvoort aan het Nassau-
plein 13, Uitgesproken bij vonnis van
4 december 1957. Rechter-Commissaris:
Mr. N. Smits. Curator: Mr. B. J. Lam
fers, advocaat en procureur te Haar
lem aan de Ged. Oude Gracht 92.
Wegens het verbindend worden van
de enige uitdelingslijst is op 29 maart
I960 geëindigd het faillissement van:
de N.V. Organisch Chemische Industrie
..Ossendrecht" gevestigd te Haarlem.
Uitgesproken bij vonnis d.d. 15 oktober
1957. Rechter-Commissaris: Mr. H. J.
Ferwerda. Curatoren Mr. B. J. Lam-
bers, advocaat en procureur te Haar
lem aan de Ged Oude Gracht 92 en
?erAmsteFrdImWitmer' 01ympiaplein 17
Bij beschikking van de Arrondisse-
maart i960 te Haarlem van 26
maart i960 is m het faillissement van:
rS?h Burcau en handels
onderneming Gebr. Van Hees, te Haar
lem en haar vennoten: a. W. M. van
gees jr- te Haarlein en A. W. A. van
Hees, te Haarlem beiden Rijksstraat
weg 235. m de plaats van mr. J. H.
fkering tot curator benoemd mr H.
jonker, advocaat en procureur te Haar
lem, Nieuwe Gracht 51. Het faillisse
ment werd uitgesporken bi] vonnis van
19 mei 1953
Bij beschikking van de Arrondisse
mentsrechtbank te Haarlem van 26
maart 1960 is in het faillissement van:
Uomelis Henricus Franciscus Marie
Scholte, wonenede te Haarlem aan de
Ged. Oude Gracht 117 en aldaar zaak-
doende onder de naam C S Camping
Sport. Uitgespfoken bij vonnis van
22 maart 1960, in de plaats van mr.
Spreij, tot curator benoemd mr. G.
Vermeulen, advocaat en procureur
te Haarlem aan het Lorentzplein 20.
Bij beschikking van de Arrondisse
mentsrechtbank te Haarlem van 26
maart I960 is in het faillissement van:
J. H. Willemse, plaatconstructiewerker,
wonende te Beverwijk aan de Munni-
Kenweg 71, uitgesproken bij vonnis d d.
41 januari 1958, in de plaats van mr. H.
colenbrander, tot curator benoemd mr.
A. M. Leesberg, advocaat en pro-
jmreur te Beverwijk aan de Vondel-
aan de belanghebbenden heffingen zul
len worden opgelegd.
Een uit vertegenwoordigers van het
Produktschap en van andere organisa
ties bestaande commissie heeft aanbe
volen aan de kweker, wiens voorraad
bollen of plantgoed wegens aantasting
door het tulpestengelaaltje geheel of ge
deeltelijk moet worden vernietigd, hon
derd procent van de marktwaarde van
het vernietigde te vergoeden. Het be
stuur van het Produktschap ging met
dit advies akkoord.
Er is op het ogenblik nog geen be
strijdingsmiddel tegen dit aaltje bekend.
DEN HAAG, 30 maart Op de Open
bare bestuursvergadering van het Pro
duktschap voor Siergewassen (PVS),
welke dinsdagmorgen werd gehouden,
kwam onder meer ter psrake een nota
van het dagelijks bestuur betreffende
het advies van de Sociaal-Economische
Raad (SER) inzake het vestigingsbe
leid voor de groothandel. Verschillen
de bestuursleden spraken hun grote
waardering voor deze nota uit. Men
noemde het onvoorstelbaar, na twintig
jaar van vestigingsregeling, thans de
bezem te gaan hanteren. De erkennings
reglementen hebben orde in de voor
oorlogse chaos gebracht en nuttig ge
werkt.
Mr. F. M. B. Nederveen (Bond v.
Bloemb. H.) zei o.m. dat het SER-ad-
vies grote ongerustheid heeft verwekt.
De bloembollenexport heeft het grootste
belang bij een goede regeling, die ech
ter soepel moet worden toegepast. Met
klem drong deze spreker er op aan, al
le pogingen aan te wenden om te dien
aanzien de steun te verkrijgen van de
ministers van Landbouw en van Econo
mische Zaken. Alle sprekers plaatsten
zich achter het minderheidsstandpunt
van de SER en aan de hand van de nota
zal met de grootst mogelijke spoed, al
dus voorzitter dr. A. J. Verhage, het
standpunt van het PVS te bevoegder
plaatse worden kenbaar gemaakt.
Ook de bestuursnota inzake aantasting
van tulpen door het Tulpen-stengelaaltje
werd na bespreking door de leden aan
vaard. Dit was ook het geval met een
memorandum over de voorstellen van
de sub-commissie „Gemeenschappelij
ke Markt" van de Association Interna
tionale des Producteurs de „Horticul
ture (AIPH) met betrekking tot de ge
meenschappelijke politiek voor sierteelt-
produkten.
Voorts werden een aantal verordenin
gen en besluiten vastgesteld. Tijdens de
ze bestuursvergadering heeft de per 1
april aftredende secretaris, de heer J.
G. A. Orbaan, afscheid genomen van
de leden.
(Advertentie)
BEVERWIJK, 30 maart Met in
gang van 1 april zal aan Hoogovens
een kortere werkperiode gaan beginnen.
De werktijd zal in drie perioden geleide
lijk worden teruggebracht van 48 tot 45
uur per week. De eerste periode van 47
uur per week begint, wanneer althans
tijdig goedkeuring van de vakraad is
verkregen, op 1 april 1960 en duurt tot
1 januari 1961. De dagdienst krijgt in
de eerste periode één vrije zaterdag in
de vier weken. De drieploegendienst
krijgt eenmaal per negen weken een vrij
zaterdagmiddag of -nacht of eenmaal
per 48 kalenderdagen een vrije dienst.
De tweeploegendienst krijgt eenmaal
per acht weken een vrije zaterdagmid
dag of eenmaal per 51 werkdagen een
vrije dienst. De werktijd in de vierploe-
gendienst blijft gemiddeld 42 uur per
week en de vierploegendienst krijgt in
de eerste periode een extra toeslaguur
uitbetaald. Het uurloon blijft voorlopig
ongewijzigd. De vrije diensten worden
als gewone snipperdagen betaald. De
beambten die 48 uur per week werken,
volgen het schema dat voor de arbei
ders geldt. De beambten die 42 uur per
week werken zullen door werktijdver-
schuiving in de eerste periode een vrije
zaterdag per maand krijgen. Er is een
commissie ingesteld die adviezen zal
geven over maatregelen die de produk-
tiviteit kunnen bevorderen. Aldus in het
kort de mededelingen over de werk
tijdverkorting waarover uitvoerig is ge
sproken met de ondernemingsraad en
de contactcommissie voor de directie
van Hoogovens.
SPREEKUUR Wethouder Korver van
Heemstede zal vrijdag geen spreekuur
houden.
BRANDWEERWEDSTRIJD De
brandweerploeg van Van Gend L&oos
uit Haarlem is een van de deelnemen
de korpsen die op zaterdagavond in
Zwolle elkaar in een wedstrijd zullen
bekampen.
Een scène tussen Pilatus en „mevrouw Pilatus" uit het gelijknamige dat de
Uithoomse toneelvereniging vorig jaar met succes voor het voetlicht heeft
gebracht.
(Van een onzer verslaggevers)
AMSTERDAM, 29 maart De to
neelvereniging „De Spelewaghe, voor
heen Sint Lucas" te Uithoorn heeft in
de passietijd van het vorige jaar op
voeringen gegeven van „Mevrouw Pi
latus". In vele opzichten is dit optre
den bijzonder goed geslaagd.
Sfeer en stemming in de vereniging
zijn er door verlevendigd, het publiek
heeft kennis kunnen maken met een
prijzenswaardig streven naar beter to
neel door liefhebbers, het amateurto
neel als instituut is verrijkt met een
groep, die nu eens geen genoegen
wenst te nemen met de spelen, die een
goedkoop succes waarborgen.
Sfeer en stemming in een ver
enigingAls in zovele gevallen zul
len er om het behoud of het verwer
ven van deze twee zaken ook in Uit
hoorn gevechten geleverd zijn of wor
den. Voor de buitenstaander, het pu
bliek, is zulks niet belangrijk. Het eni
ge wat hem vermag te boeien is:
„Zal ik goed toneel zien?" Goed to
neel, zo zal het publiek zich dienen te
realiseren, kan eerst ontstaan wanneer
een amateurtoneelvereniging begint
met een goed stuk te kiezen. Dit laat
ste nu blijkt de Uithoomse vereniging
uitstekend te doen. Was vorig jaar
„Mevrouw Pilatus" daarvan het be
wijs, dit jaar wil men met „Job" van
Henri Ghéon in de goede richting voort
gaan.
Als er sprake is van menselijke fi
guren in de bijbel dan is dat zeer zeker
de man Job, die ook in deze tijd nog
volop leeft en ons aanspreekt. Zo heb
ben regisseur Jean Roverius en de lei
der der vereniging de heer G. Kooke
er over gedacht. Zij hopen samen met
de overige speelsters en spelers van
„Job" een opvoering te geven, die hun
ideeën over goed amateurtoneel nog
eens duidelijk manifesteert. Na „Me
vrouw Pilatus" kan men met vertrou
wen verwachten, dat zij hierin zullen
slagen. Het Uithoomse publiek mag
zich gelukkig prijzen een groep jonge
ren en ouderen in zijn midden te heb
ben, die iets tracht te bieden wat men
in grotere plaatsen vaak tevergeefs zal
zoeken. Moge de waardering hiervoor
in een grote opkomst vorm krijgen.
De opvoeringen worden gegeven za
terdag 2, zondag 3 ci zondag 10 april
in „Ons parochiehuis" 's avonds acht
uur. Voor kaarten kan men zich wen
den tot de heer G. Kooke, Adm. de
Ruyterlaan 104, tel. 974 Uithoorn.
(Van onze handbalmedewerker)
AMSTERDAM, 29 maart Na een ste
vige overwinning-met-dubbele-cijfers op
TYBB 2 heeft DSO in de tweede klas A
bij de dames van de handbalcompetitie,
district Haarlem en omstreken, nog
slechts twee punten nodig om zich af
delingskampioen te noemen. Voor het
overige kreeg TYBB in de le klas een
nederlaag te incasseren tegen HBC en
bleef IJmond 2 koploper IEV hardnek
kig op de voet volgen Ir een zege over
Concordia 3 (2 B). Het wachten is nu
dus op de clubs, die beslag zullen leggen
op de titels van de tweede klassen A en
B (dames).
TYBB speelde in de eerste klas dames
met vier invalsters een vrij onfortuin
lijke wedstrijd tegen HBC. Bij rust stond
de Heemstede-Berkenrode-Combinatie
met 0-1 achter. In de tweede helft maak
te zij eerst gelijk en nam vervolgens
een voorsprong (2-1). Weliswaar kwam
TYBB terug (2-2), maar de thuisclub
besliste de strijd tenslotte in haar voor
deel: 3-2. Met twee voltreffers van mej.
Bakker won Rapiditas van Concordia 2
(1-2). De stand:
IJmond 13 24
Cone. (Hi.) 13 17
Full Speed 13 16
TYBB 14 15
HOC 13 12
Rapiditas 13 13
HBC 13 8
Concordia 2 14 1
Door het terugtrekken van De Blin-
kert 3 uit de tweede klas A is er, zoals
ons officieel werd duidelijk gemaakt,
het een en ander veranderd. Ontmoe
tingen tegen deze ploeg zijn geannu
leerd, terwijl is vastgesteld dat hier in
totaal negen wedstrijden moeten wor
den gespeeld. Afgelopen weekeinde
kwamen er twee aan de orde: DSO
verstevigde zijn leidende positie met
een onbetwiste zege over TYBB 2
(0-11) en Zandvoortmeeuwen toonde
zich óók beduidend schotvaardiger
door IJmond 3 met 7-0 terug te wijzen;
een gunstig resultaat voor de koplo
per.
DSO
IJmond 3
11
Z'meeuwen*
TYBB 2
2 verliespunten.
In de tweede klas B bleef De Blinkert
2 zoals mocht worden verwacht
de meerdere over Full Speed 2 (4-1) en
Concordia 3 delfde het onderspit tegen
IJmond 2: 2-3. De stand geeft nu het
volgende beeld te zien:
IEV 13 20 Blinkert 2 13 14
IJmond 2 12 18 Concordia 3 12 4
ADO 2 10 14 F. Speed 2* 10 -2
2 verliespunten.
Doordat Tonegido in de eerste klas
heren het volle pond (2-6) moest afstaan
aan AVA, liggen de kaarten hier als volgt
op tafel:
Concordia 2 10
Rapiditas 2 11
Tonegido 10
IJmond 2 10
20
13
9
8
AHV 10
AVA* 9
Z'meeuw 2 10
2 verliespunten.
Ook in de eerste klas heren stond
slechts één wedstrijd op het programma,
te weten die tussen Rapiditas 3 en
IJmond 4. Eerstgenoemde hield een ge
slaagd schuttersfeest (15-5). De stand:
Concordia 3 12
IJmond 3 10
Rapiditas 3 11
Blinkert 2 11
22
16
16
10
TYBB 9
IJmond 4 12
THB 11
Nu in de R.A.I. weer de huishoudbeurs
wordt gehouden, richten zich dagelijks
de schreden van talrijke huisvrouwen
naar de Ferdinand Bolstraat te Amster
dam. De nieuwste snufjes genieten de
meeste belangstelling, maar zoals de
foto bewijst mag toch ook de kinder
wagen zich in een blijvende belangstel
ling verheugen. Niets wordt over het
hoofd gezien. Er wordt zelfs gekeken
hoe de bodem gemonteerd is en of de
rem werkt. De huishoudbeurs wordt
gehouden tot en met 6 april.
(Van een medewerker in Straatsburg)
De onlangs door de EEG-commissie gelanceerde voorstellen voor een
versnelling van de tariefverlaging leveren een nieuw bewjjs voor
het welslagen van de Gemeenschappelijke Markt en, in het algemeen,
van het integratie-streven van de Zes. De hooggespannen verwachtin
gen, die veel overtuigde Europeanen destijds ten aanzien van de „relance
européenne" hebben gekoesterd, schijnen dus geenszins overdreven te
zijn geweest. Kennelijk hebben wjj hier te doen met een van die zeld
zame gevallen waarin tussen idealistische bedoelingen en opvolgende
concrete werkelijkheid een perfecte harmonie bestaat.
Retrospectief bezien kan men zeggen, dat de „relance européenne"
heeft plaats gevonden op een hoogst geschikt moment. Zjj slaagde erin
de impasse te doorbreken, waarin de zaak van de Europese eenheid in
dat kritieke jaar 1955 beland was. Een der resultaten is, dat de zes
landen van „Klein Europa" vandaag hard op weg zijn uit te groeien tot
een geduchte economische machtsfactor.
Slechts weinig Europeanen, die het
hart op de rechte plaats hebben, zullen
zich niet verheugen over dit succes.
Men kan dit in zekere zin beschouwen
als een beloning voor de moed en de
ondernemingsgeest, die de Zes aan de
dag hebben gelegd. Maar de zaak
heeft ook een schaduwzijde. De „re
lance européenne" is ons destijds aan
gediend als, primair, een nieuwe con
crete stap in de richting van Europa's
algehele eenheid. Vandaag echter vin
den wij ons geconfronteerd met het iet
wat paradoxale feit, dat juist het suc
ces van de integratie van de Zes een
nieuwe dreiging en wellicht de
meest ernstige, die wij tot dusver ge
kend hebben voor de eenheid van
Europa heeft geschapen.
Want vandaag, anno 1960, hebben
wü te doen niet meer met het ondub
belzinnige ideaal van één groot, ver
enigd Europa, zoals dat in 1949 de on
dertekenaars van het Statuut van de
Raad van Europa voor ogen zweef
de, maar met een aantal verschillen
de Europa's, die, om het zacht uit te
drukken, met elkaar concurreren, of
die, om het sterk uit te drukken, als
vijandelijke bloes tegenover elkaar
staan. Er is vandaag het Europa van
Brussel of Luxemburg, dat zich trots
aandient als „het enige ware" en
dat zich zelf behaaglijk koestert in de
illusie een model voor alle anderen
te zijn. Er is daarnaast het Europa
van Stockholm, dat als een directe
reactie tegen het Europa van Brus
sel in het leven geroepen is.
Op 20 november van het vorige jaar
werd te Stockholm het verdrag tot in
stelling van de z.g. „kleine Europese
vrijhandelszone" geparafeerd door de
ministers der zeven deelnemende lan
den: Groot Brittannië, Zweden, Noor
wegen, Denemarken, Oostenrijk, Por-
T?,al. Zwitserland Een tweede
„Klem Europa" dus. Het arme Europa
van het eerste uur, dat van de vijftien
leden van de Raad van Europa en dat
zich geografisch uitstrekt van Reykja
vik tot Ankara en van Dublin tot We-
^en> dit „Groot Europa" schijnt ge
doemd een triest anachronisme te wor
den.
Om de waarheid te zeggen is het
feit, dat de succesvolle integratie van
de Zes steeds duidelijker verschijnt als
hinderpaal voor de eenheid van Euro
pa in een ruimer verband, minder pa
radoxaal dan het op het eerste gezicht
schijnt. Zodra men de grenzen tussen
een aantal landen opheft, ontstaat
op hetzelfde moment, noodzakelijker
wijze, een nieuwe grens. Deze nieuwe
grens moge ruimer zijn dan de oude
nationale grenzen, maar zij heeft van
nature de neiging om, anderzijds, ho
ger te zijn, onverbiddelijker dan de
oude nationale grenzen. Zij onder
scheidt, veel duidelijker dan voorheen,
tussen intieme vrienden of naaste fa
milie en de buitenwereld. Geconfron
teerd met de buitenwereld wordt de in
terne solidariteit groter. De nieuwe
eenheid krijgt bijna automatisch neigin
gen tot een zeker exclusivisme. Zij wil
zich doen gelden en zij prefereert het
te pacteren met vreemdelingen, liever
dan een compromis te sluiten in de
eigen omgeving waar de profeet im
mer wei eens het gevaar loopt op kri
tiek te stuiten
Algemene overwegingen van deze
aard, hoe banaal overigens ook, mo
gen ons ervoor hoeden de huidige Euro
pese problematiek vanuit een al te
emotionele gezichtshoek te benaderen.
In historisch perspectief bezien is im
mers een goed deel van de huidige po
litieke verdeeldheid verklaarbaar zon
der dat men daarbij zijn toevlucht be
hoeft te nemen tot zo precaire begrip
pen als „verantwoordelijkheid" of
„schuld". Maar wat hiervan zij, het
feit is er niet minder betreurenswaar
dig om, dat Europa vandaag daadwer
kelijk gesplitst is in twee kampen. De
kans op een werkelijke politieke een
heid, een vereniging van alle vrije lan
den van West Europa schijnt verder
dan ooit van ons verwijderd te zijn.
Het is wel zeker, dat de jongste voor
stellen van de EEG-Commissie de
scheiding in Europa nog verder zullen
accentueren. Sommigen, zoals bijv. een
aantal stemmen in de Oostenrijkse
pers, zien in de voorgestelde bespoedi
ging van de Gemeenschappelijke Markt
zelfs een rechtstreekse oorlogsverkla
ring aan de Zeven van Stockholm. Dat
lijkt ons nu wel een tamelijk energieke
bewering. Maar één ding is nochtans
zeker: de economische kloof tussen de
beide concurrerende Europa's begint
steeds groter politieke dimensies aan
te nemen.
Zelfs prof. Hallstein, de koele en
glasharde manager van de E.E.G.,
heeft zich tenslotte gedwongen gezien
dit feit te erkennen. Onder de druk
van de argumenten der ministers van
de Zeven gaf hij tijdens de laatste
zitting van de Raadgevende Verga
dering van de Raad van Europa toe,
dat de politieke consequenties van
de huidige verdeeldheid wellicht ern
stiger zijn dan de economische. Daar
over waren de specialisten en on
getwijfeld in de grond van zijn hart
óók prof. Hallstein het al lang
eens. Maar het betreurenswaardige
feit is, dat het grote Europese pu
bliek, verward in de jungle van eco
nomische en technische problemen
die zich tussen Brussel en Stockholm
voordoen, er nauwelijks in schijnt te
slagen dit fundamentele probleem te
ontdekken Wij weigeren althans te
geloven, dat er een andere verkla
ring is voor het feit, dat de opinie
zo weinig gereageerd heeft op de po-
Europese desintegratie, die
feitelijk is ingezet.
Wellicht is er één uitzondering: Ne-
derland._ Van de zes landen van de
E.E.G. is ons land wel de grote tegen
stander van een exclusivistische Ge
meenschappelijke Markt. Tijdens een
lunchbijeenkomst van de Internationale
Kamer van Koophandel te Schevenin-
gen heeft minister Luns dezer dagen
weer eens herinnerd aan enkele funda
mentele Nederlandse desidevata ten aan
zien van de Europese politiek. Volgens
DEN HAAG, 80 maart Tijdens de
openbare bestuursvergadering van het
Produktschap voor Siergewassen (PVS)
welke dinsdagmiddag werd gehouden
heeft het bestuur afscheid genomen van
de heer J. G. A. Orbaan, sedert 1934
secretaris achtereenvolgens van de Ne
derlandse Sierteeltcentrale, het Bedrijf
schap voor Sierteelt en het Produkt
schap voor Siergewassen.
In een hartelijke toespraak deelde de
directeur-generaal voor de Voedselvoor
ziening, ir. Franke, die minister Ma-
rijnen verving, mede dat de heer Or
baan benoemd was tot Officier in de
Orde van Oranje Nassau. Tot opvolger
van de heer Orbaan als secretaris van
het Produktschap werd met algemene
stemmen benoemd mr. N. Luitse.
Nadat het bestuur het formele be
sluit had genomen de heer Orbaan op
de meest eervolle wijze ontslag te ver
lenen, nam de voorzitter, dr. A. J. Ver
hage als eerste het woord. Na een korte
schets van de loopbaan van de schei
dende functionaris te hebben gegeven,
gaf hjj een overzicht van diens activitei
ten in de publiekrechtelijke sfeer. Als
statisticus heeft de heer Orbaan de ver
werking van de statistische gegevens
op zodanige wijze bevorderd, dat ze
krachtige basis werden voor onderhan
delingen. De heer Orbaan, aldus, dr. Ver
hage, heeft met kracht meegewerkt
aan de totstandkoming van de Associ
ation Internationale des Producteurs
de l'Horticulture (A.I.P.H.); van de sta
tistische commissie daarvan is hij voor
zitter. Ook in de economische commissie
had de heer Orbaan zitting. Spreker roem
de de teamgeest van de heer Orbaan,
welke zo belangrijk is voor goede men
selijke verhoudingen. Dr. Verhage over
handigde mevrouw Orbaan, die aan de
bestuurstafel naast haar echtgenoot had
plaats genomen, een boeket rozen.
Mede namens minister mr. V. G. Ma-
rijnen bracht de directeur-generaal
voor de voedselvoorziening, ir. Franke,
dank aan de heer Orbaan voor de kun
dige, zakelijke en vooral prettige wijze
waarop deze de belangen van de sier
teelt altijd heeft behartigd. Hij deelde
mede, dat de heer Orbaan benoemd was
tot officier in de Orde van Oranje
Nassau.
Tevens overhandigde ir. Franke de heer
Orbaan een persoonlijk schrijven van
de minister.
Nadien spraken nog de twee onder
voorzitters van het P.V.S., de heer
Th. J. de Vroomen namens de werk
gevers en als vertegenwoordiger van
het bloembollenbedrijfsleven en de heer
L. A. Elferink, die het woord voerde
namens de leden-werknemers. De heer
Orbaan dankte tenslotte voor de hem
verleende onderscheiding en de goede
wensen. Des namiddags vond in Café
„Centraal" een zeer druk bezochte re
ceptie plaats, waar vele prominenten uit
handels- en andere kringen gelegenheid
vonden persoonlijk afscheid van de heer
Orbaan te nemen.
RIJNSBURG, 30 maart Koning
Boudewijn van België heeft de heer T.
Kralt, een zeer bekende figuur in de
kringen van het bloemenveilingwezen,
de Nederlandse bloemisterij en het
bloembollenbedrijfsleven, benoemd tot
Ridder in de Kroonorde van België. De
Belgische ambassadeur heeft de heer
Kralt van deze benoeming mededeling
gedaan.
een verslag in De Tijd-De Maasbode
van 10 maart verklaarde de heer Luns,
dat de huidige economische scheiding
tussen de Zes en de Zeven moet uitlo
pen op een politieke scheiding.
„Nederland voelt om die reden
slechts voor politieke consultatie in de
Zes voor zover deze niet tot scheiding
van Europa leidt," aldus volgens
dit verslag de minister.
Nu kan men beweren, dat Neder
land, met zijn wereldwijde belangen en
zijn tradionele vrijhandelsprincipes, uit
zakelijke motieven geporteerd is voor
een zo ruim mogeljjke Europese sa
menwerking. Maar het lijkt ons beslist
niet overdreven daaraan toe te voegen,
dat Nederland bovendien uit authentie
ke overtuiging het politieke ideaal van
een Groot Europa trouw blijft.
Destijds, op 20 januari, hebben wij
in deze kolommen over ditzelfde essen
tiële vraagstuk geschreven. Op de prin
cipiële aspecten van ons Groot Euro
pese pleidooi is verschillend gerea
geerd. Prof. mr. C. W. de Vries, in een
hoofdartikel in Het Vaderland van 27
januari, verklaart zich volmondig ak
koord. Doch dr. Vondeling, in een uit
zending voor de VARA van 3 februari,
lanceert een felle aanval. Als wij de
oud-minister goed begrijpen, dan is de
kern van zijn betoog, dat de andere
Europese landen maar moeten toetre
den tot de E.E.G. Ogenschijnlijk een
probaat recept! Maar de adjunct-se
cretaris-generaal van de Raad van
Europa, de heer Dunstan Curtis, heeft
in een redevoering, die hier al eerder
geciteerd werd, duidelijk gemaakt, dat
dit geliefkoosde argument van de Zes
toch minder hout snijdt dan het op het
eerste gezicht schijnt. Met name mis
kent dit argument welbewust de speci
ale positie en de speciale belangen van
een aantal der betrokken landen. Men
zou zich bovendien de vraag kunnen
stellen of de Zes, als het erop aan
kwam, werkelijk erg ingenomen zouden
zjjn met toetreding van een land als
bijv. Groot-Britannië.
Met het verstrijken van de tijd
en andermaal zij verwezen naar de
rede van de heer Curtis wordt het
voor andere landen trouwens steeds
moeilijker tot de E.E.G. toe te tre
den. Enorm machtige belangen wor
den binnen de E.E.G. opgebouwd in
een tempo, dat evenredig is aan de
grote snelheid, waarmede de voor
naamste industrieën van de Zes wor
den geïntegreerd. Men kan niet ver
wachten, dat de huidige deelnemers
bijzonder enthousiast zullen zijn als
men hun zou vragen om voor ande
ren een plaats in te ruimen.
Of moet men geloven, dat de kern
van dr. Vondelings betoog bestaat uit
het verwijt, dat de voorstanders van
Groot Europa in feite „in de kaart spe
len van hen, die weinig of niets van
overheidsbevoegdheden in het econo
mische leven moeten hebben of van
hen. die democratie en democratische
controle maar slap gebazel vinden"...?
Het valt ons moeilijk te aanvaarden,
dat het probleem tot een ideologische
tegenstelling zou zijn te herleiden.
Destijds heeft men het anti-clericale ar
gument ingeroepen als pleidooi voor
een hechte integratie in een groter
Europa van het Europa van de Zes,
,,1'Europe du Vatican". Vandaag zjjn
de voorvechters voor een Groot Europa
blijkbaar geworden tot een anti-socia
listische reactie!
Het probleem lijkt ons beslist minder
gecompliceerd. Men behoeft waarlijk
niet zijn toevlucht te nemen tot diep
zinnige ideologische interpretaties om
het begrijpelijk te maken. Want het
probleem is te reduceren tot deze sim
pele stelling: Europa anno 1960 is be
zig te vervallen in de absurde situatie,
dat de unificateurs het in naam van
het ene Europa hartgrondig met el
kaar oneens zijn. Twee verschillende
Europa's pretenderen „het enige
ware" te zijn. Niet zonder reden kon
de „Canard Enchainé" destijds met bij
tende ironie aan een van zijn artikelen
de behartigenswaardige titel meegeven:
„Mon Europe et pas d'autre"
„Mijn Europa en geen ander."
Er is geen twijfel over of de Raad
van Europa, die sinds 1949 het ideaal
van een Groot Europa heeft be
lichaamd, zou vandaag tot een nieuwe,
grote toekomst geroepen moeten wor
den. Maar de Raad van Europa is, op
zich, niet meer dan een kader, een
bruikbaar instrument, dat slechts tot
zijn volle waarde komt voor zover de
regeringen zich ervan wensen te bedie
nen.