lïien jaar geleden brak de
Koreaanse oorlog uit
Doeltreffend
tegenspel
m
m
Het trommeltje van de kabouter
m
Amstel
drinkt.
j
MIJNHEER SUUP en ZIJN TRAM
f
SCHOENENMUSEUM
T
Verlieslijsten maken bitterheid van de
V.S. jegens Peking begrijpelijk
h'
Vatikaanse
Bibliotheek
I
VUURPROEF VOOR DE V.N.
X y»7w o
door Kees Fens
ÖLoorlog
lilllllillliillllllllilll
11
HII
11
illlllllllllllllt
510 JAAR OUD
wKÊÈÊÊm
ZATERDAG 18 JUNI 1960
PAGINA 13
^ko-korIa
KOREA de ontwikkeling van maand tot maand 1950 - 1951
(Van een redacteur)
Amsterdam vandaag is
het tien jaar geleden, dat
de Koreaanse oorlog uit
hak. 's Morgens om 4 uur plaat-
Mijke tijd overschreden de strijd
machten van het communistische
'Oorden, het Koreaanse Volksle-
de 38ste breedtegraad en zij
Sakten zich op geheel Zuid-
te veroveren. De commu-
cStische overval volgde op een
Oordkoreaans ultimatum, waar-
J1 Werd geëist dat op 15 augustus
./kier een nieuwe voorlopige rege-
p9g verkiezingen voor geheel
j?°i'ea zouden worden gehouden.
,ver de oorzaken van de Kore-
J9se oorlog zou heel veel te zeg-
?eh zijn. Het ligt voor de hand
A Amerikaanse ontwapenings-
j'oiitiek te noemen uit de jaren
.^49-1950, waarvoor president
jj'Vman en zijn minister van
®fensie Louis Johnson verant-
°ordelijk zijn. De uitspraak van
toenmalige minister van bui-
blandse zaken Dean Acheson,
j^t de Verenigde Staten in Zuid-
^°rea geen onmisbare schakel
Sen voor hun defensieketen in
v t Verre Oosten, is een school-
v orbeeld van hoe het scheppen
aJ1 een militair vacuum de
essie aantrekt.
AMSTEL
GEBRUIK
GORDIJNSPIRAAL
Ifcil
S -
JwiIfso
2$ febr.
25 aug.
25 okt.
25 nov
25 dec
KOREA
>'4ans/;cton^pt betrekking tot de Ko-
oorlog over de schuldvraag
UkkeljL 1 begrijpelijk, dat er ogen-
(lvprd/ JK aan communistisch China
h~fe^acht. Per slot van rekening
ckinezen geweest, die de
t®\vakki^n„later stadium hebben aan-
li ^Ocr in iqJ<Pgaande gehouden.
pS UI 1949 was tijdens het congres
eking van het communistische We-
fi'ovakverbond gebleken, dat de Chi-
leiders in de veronderstelling ver-
%Iden> dat in verscheidene Aziatische
Nehn de communisten snel aan de
Jlti» t konden komen door de toepas-
Wf van guerillatactieken volgens Chi-
model.
toch verdient d.e rol van de
N«,Unie «Wonderlijke aandacht. De
«et daoreaanse legers beschikten van
Jjfc begin van de strijd af over een
Wip ^Üke hoeveelheid Russisch ma-
V 'J en zij enoten ook de volle steun
net Russische propaganda-appa
ll terwijl de Chinezen aanvankelijk
k '"'druk maakten enigszins verrast
Un door het gebeuren.
i?h|lSs.chien is de houding van de Sov-
ïSst voor een deel bepaald door de
WWMigheld, dat zij in september
tl0ff.naar eerste atoomwapen tot ont-
Jria ')ng had gebracht. Het nucleaire
Je^btsevenwicht in de wereld scheen
Ijf Wld te worden en de kans bestond,
Sto oorlog in de toekomst het ka-
\fi- zou aannemen van een beperkt
Hp ft met conventionele middelen,
Uoh, 1 a la Korea. Verder is het wel-
fi>Spl_hiet zonder belang, dat enkele
'Ra
«tm^en vóór het uitbreken van
''a- de toenmalige secretaris-generaal
jh \Tde Verenigde Naties, Trygve Lie,
Si °skou was geweest om er te spre-
'W0ver de toelating van communis-
1 China tot de volkerenorganisatie.
H et verloop van de strijd zelf is
7" -l uogal wisselvallig geweest. Met
f Ak -dun Russische T 34-tanks en
jachtvliegtuigen dreven de
Sas ukoreanen al dadelijk diepe wig-
At de Zuidkoreaanse verdediging,
f 26 juni seinde de Commissie der
'ailjbigde Naties voor Korea aan de
{Wëheidsraad, dat het „een kwestie
50f_ dagen" was, voordat het gehele
schaanse schiereiland
ne handen zou zijn.
in communis-
De Amerikanen reageerden onmid
dellijk. Niet alleen beseften zij. dat
Zuid-Korea, achteraf bekeken, toch
wel van belang was voor de verdedi
ging van Japan. Zij beschouwden, zo
als president Truman later in zijn
mémoires schreef, „de Koreaanse si
tuatie als een symbool voor de kracht
en de vastbeslotenheid van het Wes
ten". De Amerikaanse regering werd
bij haar optreden bovendien nog aan
gemoedigd door de houding van de
Veiligheidsraad, die zich daartoe in
staat gesteld door de afwezigheid van
de Russische vertegenwoordiger
met een opmerkelijke kloekheid uit
sprak tegen de Noordkoreaanse
agressie.
President Truman gaf op 26 juni op
dracht aan de Amerikaanse zee- en
luchtstrijdkrachten de Zuidkoreaanse
republiek bij te staan en toen op 30
juni het Zuidkoreaanse leger tekenen
van desintegratie begon te vertonen,
wierp hij ook Amerikaanse grondstrijd
krachten in het vuur.
Het is een hachelijke onderneming
geweest. In de eerste maand leek het
herhaaldelijk, alsof de Amerikanen in
zee gedreven zouden worden. Maar zij
hielden stand en tijdens de gevechten,
die in augustus en september bleven
woeden, werden er zoveel versterkin
gen aangevoerd, dat generaal MacAr-
thur in september kon overgaan tot een
spectaculair tegenoffensief. Eind sen-
tember bereikten zijn troepen weer de
38ste breedtegraad en een maand la
ter drongen zij door tot de Chinese
grens. Dat was het ogenblik, waarop
de Chinese Volksrepubliek met massa's
„vrijwilligers" tussenbeide kwam en
het westen uit een biikans gewonnen
positie werd gedrongen.
Zuiver militair gesproken eindigde de
Koreaanse oorlog onbeslist: de uitslag
„remise" werd op 27 iuli 1953 na schier
eindeloze onderhandelingen te Farmoen-
jon vastgelegd. Maar de nolitieke ge
volgen zijn zeer aanzienlijk geweest.
In de eerste plaats is de Amerikaanse
interventie op 8 juli 1950 door de Vere
nigde Naties goedgekeurd en gesteund.
Generaal MacArthur werd op die dag
Opperbevelhebber der Verenigde Naties
en vele landen hebben sindsdien met
grotendeels symbolische contingenten
bijgedragen aan de eerste gecombineer
de strijdmacht van de volkerenorgani
satie De V.N. doorstonden 'n de meest
letterlijke zin de vuurproef.
De tweede consequentie is. dat com
munistisch China vooreerst geen aan
spraak kon maken op het lidmaatschap
van de V.N. en dat het, inplaats van
diplomatieke armslag te verwerven, zo
als het vóór juni 1950 had gewild, voor
het beëindigen van de Koreaanse oor
log bleef aangewezen op Russische be
middeling. Was dat wellicht Moskou's
bedoeling ook geweest?
Het derde belangrijke gevolg Is ge
weest, dat de Verenigde Staten, die met
bitterheid denken aan de 142.000 doden,
gewonden en vermisten, die hun deze
oorlog heeft gekost, zich hebben vast
gebeten in een „narti pris" tegen Pe
king dat op zichzelf te begriinen en
te respecteren is. Aan hun politiek in
Oost-Azië is daardoor echter het ele
ment van soepelheid en beweeglijkheid
komen te ontvallen. Tien jaar lang
heeft de Aziatische politiek van Ame
rika in het teken gestaan van het bond
genootschap tegen communistisch Chi
na, een antithetische houding dus. De
nieuwe Amerikaanse president zal on-
getwiifeld de woorden onderschrijven,
die Eisenhower bil ziin jongste bezoek
aan Zuid-Korea sorak en waarin hii
plechtig verklaarde, dal de V.S. een
hernieuwde inval in het vrije Korea niet
zullen gedogen. Maar het 'is de vraag,
of hii de antithese tussen Peking, en
Washington in al haar scherpte zal
kunnen handhaven.
WASHINGTON, 25 juni (Rtr) Ge
neraal Omar Bradley, voormalig voor
zitter van de Amerikaanse commissie
van stafchefs, heeft vrijdag in een ra
dio-uitzending ter gelegenheid van de
tiende verjaardag van het begin van de
strijd in Korea verklaard, dat het opper
bevel van de Verenigde Staten had be
sloten geen kernbommen te gebruiken
V
titanenstrijd EngelandItalië,
- Turijn tijdens de wereldkam-
jpSchappen werd gespeeld, was het
5? I» paar Reese-Shapiro bijzonder
JtJheef. Herhaaldelijk waren zij in
s ejc precies die oplossing te vinden,
hun het beste resultaat ver-
i VQ de.
As ^''treffelijk tegenspel van deze spe-
'j^'everde Engeland in het onder
is spel 3 matchpunten op.
H 10 3 2
O A 9 3
O 10 3
V 7.
VB
9 H 8 5
O A V 7 4
976
A 8 7 6 4
9V2
OB5
w H 8 5 2
A" aan g.ever. NZ kwetsbaar. Het spel
Vi1 beia„ ?e„ tafeis werd gespeeld, had
>ust *d tafels hetzelfde biedverloop:
.d i - noord pas - oost 1 ruiten -
3 0Dne °Ppen west 2 harten - noord
diten n 00st pas zuid pas west
h ïoe„ a'ten passen.
ItfcTldet v,e Italiaanse paar Chiaradia-
>i,ij ®?ntract moest tegenspelen,
'd uit met ruiten 5; oost trok
twee malen troef en verloor 2 slagen ih
schoppen plus 2 slagen in harten, zodat
Engeland 9 slagen maakte voor een
score van 110 (60 50).
Reese-Shapiro vonden het dodende
tegenspel. Zuid speelde schoppenaas
voor en noord, Reese, signaleerde op
ouderwetse manier met de schoppen 10
aanmoedigend. Zuid speelde dus schop
pen na en noord kwam met de heer aan
slag.
In slag 3 legde noord harten 3 op
tafel wat moest oost bijspelen? Weer
zo'n beslissing, die natuurlijk met open
kaarten kinderlijk eenvoudig is, maar
in de praktijk zat oost er maar lelijk
tegenaan te kijken; hij wist natuurlijk
niet, of noord onder de aas, dan wel
onder de vrouw uitspeelde.
Na lang denken legde oost een kleine
harten, zuid maakte hartenvrouw en
trok toen harten 2 na. Noord won har
tenaas en in de vijfde slag liet Reese
zijn partner een hartentje introeven.
Het spel was dus één down en En
geland kreeg er nog eens 50 punten
voor, zodat het in totaal 160 punten won
3 matchpunten.
Het tegenspel is natuurlijk géén bij
zonder ingewikkelde, zélfs geen gran
dioze combinatie het is alleen maar
eenvoudig en doeltreffend, precies dat
gene waarmede men de meeste bridge-
wedstrijden kan winnen.
MIMIR
omdat men er niet zeker van -was of de
„tamelijk beperkte" Amerikaanse voor-
raacP kernbommen voldoende zou zijn om
China te verslaan, terwijl een commu
nistische kernbom op Poesan en een op
Seoel de defensie van Zuid-Korea ont
wricht zouden kunnen hebben.
'A
(Advertentie)
l»»"l
De Beursstemming stijgt, want iedereen heeft zijn aandeel in de
koersstijging. Het Amstel Bier gaat omhoog in de glazen en vele
handen vormen het kwaliteitsgebaar. Voor het gouden Amstel
Gold 6 ló %.KoeI, kostelijk Amstel Bier.
KWAUIEIISBIER: AMSIEL PILS AMSTEL GOLD AMSTEL OUD BRUIN
Knabbel was een echt snoep-kabou-
tertje. Je kon hem aantreffen op
alle feesten, bruiloften en partij
en. omdat hij wist dat er daar taartjes
gegeten werden. Je kon hem niet te
genkomen, of hij liep wat lekkers te
knabbelen. Al zijn kabouterzakgeld ver
snoepte hij in plaats van het te spraen
voor een nieuwe muts of voor een boek
waaruit je veel kon leren.
Knabbel woonde met een heleboel
broertjes in een groot bos. Overdag
hielden ze zich altijd schuil, want in
dat bos kwamen ook wel eens mensen.
Met mensen moeten we ons niet inla
ten, zeiden de kabouters dikwijls onder
elkaar. We kunnen ze helpen als het
nodig is, daar is niets op tegen. Maar
je moet je nooit laten zien, want de
mensen zijn nou eenmaal verschrikke
lijk nieuwsgierig als het over kabou
tertjes gaat. Ze zouden van alles en
nog wat over ons willen weten. En met
onze vrijheid zou het helemaal gedaan
zijn.
Zolang het licht was, bleven ze dus
diep onder de grond. Ze hoorden soms
mensen door het bos lopen. Ze hoor
den kinderen, die spelletjes deden. En
ze fluisterden dan: maar goed dat we
weggekropen zijn. Hier kunnen ze ons
nooit vinden.
Maar Knabbel zei niets. Soms stak
hij eventjes zijn neus boven de grond
en snoof. Knabbel, die snoeperd, wist
dat mensen, die naar het bos gaan,
dikwijls veel lekkers meenemen. Zuur
tjes, koekjes, toffees en toverballen,
om maar eens wat te noemen. Soms
een heel mandje vol.
Op een dag kon Knabbel het niet
langer uithouden, maar glipte stilletjes
uit zijn holletje, terwijl er toch mensen
vlak in de buurt waren. Knabbel had
onder een boom een trommeltje met
koek zien staan. En Knabbel had zo'n
zin. Hij trippelde naar het trommeltje,
kroop er stiekem- in en begon te smul
len.
Veel te gauw was het voor de men
sen tijd om naar huis te gaan. Ze klap
ten het trommeltje dicht en pakten hun
spulletjes bij elkaar. En daar zat Knab
bel dus: gevangen in een trommeltje.
Hij moest mee met de mensen en dat
kwam alleen door dat vreselijke ge-
snoep.
De mensen waren natuurlijk dadelijk
een en al opwinding, toen Knabbel de
kabouter in hun koektrommeltje bleek
te zitten. De kinderen juichten, de gro
te mensen telefoneerden naar de krant,
riepen de buren, de politie en het hoofd
van de school erbij. Allemaal kwamen
ze naar Knabbel kijken. Ze zetten hem
in een koperen vogelkooitje, met wat
meubeltjes uit de póppenkamer. Een
tafel, een stoeltje, een bedje en een
linnenkast. Het waren mooie meubel
tjes, dat was waar. Maar Knabbel
vond er niets aan. Hij dacht aan het
bos, waar hij had kunnen huppelen en
springen, zoveel als hij wou. En nu zat
hij gevangen in een koperen kooi. En
daar was niets te beleven.
Er zitten dus inderdaad kaboutertjes
in het bos, zei het hoofd van de school
na een poosje. Toen gingen alle men
sen haastig naar het bos. En ze zoch
ten onder alle struiken, paddestoelen
en varentjes. Zelfs toen het donker
werd bleven ze zoeken, want ze hadden
hun lantarentjes meegenomen.
De kaboutertjes begrepen, dat Knab
bel in handen van mensen gevallen was.
Ze kropen rillend nog wat dieper onder
de grond. En bleven daar stilletjes zit
ten treuren om hun verloren broertje.
Dat deden ze zo een week aan één
stuk door, want de mensen gaven de
moed niet op, voor ze zeven dagen en
zeven nachten hadden gezocht.
Dan zal dit wel de allerlaatste ka
bouter geweest zijn. zei het hoofd van
de school tenslotte en hij wees naar
Knabbel. Laten we hem naar het mu
seum brengen.
Maar de mevrouw, die Knabbel in
het trommeltje gevonden had, schudde
haar hoofd. Ze zag hoe verdrietig
Knabbel eruit zag. Hij had hele inge
vallen wangen gekregen. Hij wilde
haast niets eten. Zelfs de lekkere
snoepjes niet, die de kinderen in het
kooitje stopten. Het is net als met een
musje, zei ze. Als je dat van zijn vrij
heid beroofd, gaat het ook dood.
Maar we kunnen deze laatste kabou
ter toch maar niet los laten, zeiden de
mannen van de politie. Die moeten we
bewaren.
Er komt niets .van in, zei de me
vrouw dapper. Het is tenslotte mijn ka
bouter, want hij zat in mijn trommel
tje.
En die avond, toen ieder eindelijk
weer eens gewoon naar zijn eigen bed
ging, zette ze stilletjes het deurtje van
de koperen kooi open en de achterdeur
van het huis op een kier. Je begrijpt
dat Knabbel de volgende dag verdwe
nen was. Hij was als een haasje zo vlug
naar het bos teruggegaan.
Kom maar weer boven de grond jon
gens! riep hij vrolijk en beschaamd te
gelijk. De mensen zijn allemaal naar
bed. We moeten nodig eens praten.
De kabouters waren blij dat ze einde
lijk weer eens een frisse neus konden
halen. Ze wreven zich het zand uit de
ogen en gingen gezellig om een hout
vuur zitten. Knabbel vertelde wat er
gebeurd was en dat was een angstig
verhaal.
Als die mevrouw me niet had vrij
gelaten, was ik vast nog eens in een
museum terechtgekomen, zei hij ten
slotte. O, o, en dat allemaal, omdat
ik zo van snoepen houd.
Hou je dan nog altijd van snoepen?
vroegen de andere kabouters.
Om eerlijk te zijn „ja", zei de ka
bouter. Maar ik zal er nooit en nooit
meer zoiets doms voor uithalen. Maak
je maar niet ongerust.
Toen haalden ze allemaal iets lek
kers voor de dag om de terugkomst
van Knabbel te vieren. Maar ze ver
gaten ook die lieve mevrouw van het
trommeltje niet. want die had Knabbel
toch maar gered. Ze plukten allemaal
een mandje vol bosbessen en brachten
het diezelfde nacht nog naar haar huis..
„Hartelijk dank u krijgt ze voort
aan iedere week praat er met nie
mand over hoogachtend, de kabou
ters" stond er op het briefje, dat ze
er bij legden. De mevrouw begreep het
dadelijk en ze was wei zo verstandig
om er nooit met iemand over te pra
ten. Maar het trommeltje, waar de ka
bouter in gezeten heeft, staat nog altijd
op het dressoir.
De laatste kabouter, zeggen het hoofd
van de schooi en de mannen van de
politie. Maar de mevrouw zegt niets.
Ze laat enkel dat trommeltje maar
zien en vraagt dan: wil je soms een
boterham met bosbessenjam?
LEA SMULDERS
De Vatikaanse bibliotheek is niet al
leen een van de grootste, maar meer
nog een van de belangrijkste van de
wereld. De bibliotheek bestaat 510 jaar
en wij willen een en ander over deze
boekenverzameling vertellen, welke uit
ongeveer 600.000 boeken en bijna 70.000
handschriften (geschreven boeken, per
kamenten en andere kostbare medede-
Advertentie
nvd. octrooi 74341
S-x
met de originele onderdelen
Op straat was het nu veel drukker gewor
den. Drommen mensen liepen allemaal in de
zelfde richting; zij sloegen een eind verder
allemaal dezelfde straat in. Dat was een heel
donkere straat. Vroeger was dat een deftige
straat geweest, nu waren de meeste huizen
pakhuis geworden.
Van die straat kende Mijnheer Suup, om
zo te zeggen, iedere steen. Want aan het ein
de van de straat stond een klein, groen houten
huisje. Voor dat huisje vertrok de tram, de
tram van Mijnheer Suup, wel twintig keer
per dag naar de zee. Mijnheer Suup kende in
de straat daar iedereen, en iedereen kende
er Mijnheer Suup.
De straat was nu versierd met vlaggen en
spandoeken. Veel mensen in de straat hadden
gehuild, toen de tram wegging. Maar ze waren
toch ook heel blij en dankbaar voor al het
plezier dat ze van de tram hadden gehad.
Vooral in de zomermaanden, als op zondag
morgen allemaal kinderen in de zon stonden fe
lachen en te springen en te zingen van plezier,
omdat ze straks met de tram helemaal naar
de zee gingen.
De straat stond nu vol mensen. Al die men
sen hadden iets met de tram te maken. Som
migen waren meer dan dertig jaar iedere dag
met de tram naar hun werk gegaan en weer
terug. Zij kenden alle conducteurs, alle wagen
voerders, alle trams. Maar vooral kenden zij
allemaal mijnheer Suup, omdat die al zo heel
lang bij de tram was.
Toen de burgemeester, mijnheer Suup en
de kinderen de straat inreden, begon door een
grote luidspreker muziek te spelen. Want een
harmonie, zoals in het badplaatsje, had men
niet. Hoera, hoera, hoera, riepen alle men
sen, maar zij juichten niet zo hard als de kin
deren aan de zee. Zij waren een beetje treu
rig, omdat de tijd van de goede tram voorbij
was. En afscheid nemen, doet grote mensen
altijd een beetje pijn.
lak voor het groene huisje stopte de tram.
Juffrouw Sterappel, de mijnheer met
T het snorretje en de kinderen stapten uit.
Mijnheer Suup en de burgemeester bleven zit
ten op hun grote stoelen. De burgemeester
zwaaide lachend naar de drommen mensen.
Mijnheer Suup, die ook een beetje treurig was
geworden, salueerde deftig met zijn hand aan
de pet met de pluim. Plotseling sloegen de
wanden van de mooie tram naar buiten open,
en daar zaten mijnheer Suup en de burge
meester meteen op een prachtig podium.
De muziek uit de luidspreker, die wel een
beetje vals klonk, zweeg nu. Het werd erg stil.
Daar kwam plots een kleine man uit de massa
naar voren. Hij trok met zijn mond en keek
een beetje schuw rond. De kleine man was
oom Joop. Oom Joop was een hele goede vriend
van mijnheer Suup. Oom Joop had een winkel
waar je koffie kon drinken, heel goedkoop goed
koffie drinken. Zijn winkel lag vlak naast het
kleine groene huisje en mijnheer Suup en alle
conducteurs en wagenvoerders dronken er
soms wel vier of vijf keer per dag koppen
koffie. Dan praatten zij met oom Joop, die ze
allemaal kende en van iedere conducteur alles
wist. Oom Joop kende mijnheer Suup het langst.
Want mijnheer Suup kwam al in de winkel,
toen de vader van oom Joop nog de koffie in
schonk.
Oom Joop klom in de tram en ging recht
voor de burgemeester en mijnheer Suup staan.
Hij boog (toen moest mijnheer Suup toch wei
even lachen, want hij en Oom Joop zeiden ge
woon „Joop" en „Gerrit" tegen eikaar). Toen
begon hij van een briefje af te lezen: „Mijn
heer de burgemeester, beste Gerrit, zal ik
maar zeggen. Vandaag is het de laatste dag,
dat Gij, mijnheer Suup in ons midden zijt. Veer
tig jaar lang zijt gij vele malen per dag vanuit
onze donkere straat naar de lichte zee vertrok
ken. Gij waart altijd blij, altijd opgewekt. Wij
zullen U, mijnheer Suup, nooit kunnen verge
ten. Mijn vrouw zei hedenmorgen: Met het
heengaan van de tram en mijnheer Suup is
onze straat gestorven. En mijn vrouw had ge
lijk. Wij allen hier, mijnheer Suup, zijn treu
rig. Wij horen Uw tram niet meer fluiten,
nooit meer zullen wij kinderen horen juichen,
nooit meer zult gij koffie bij mij komen drin
ken. Namens alle bewoners van de straat wi)
ik U iets aanbieden".
De zoon van Oom Joop kwam naar voren
met een groot pak en gaf dat aan zijn vader.
Oom Joop pakte zelf het pak uit. Hij werd
een beetje opgewonden, want hij kon het
touwtje niet loskrijgen. Toen sneed de mijn
heer met het snorretje het touw met een zil
veren mesje door. Uit het pak kwam eerst
een grote oorkonde. Oom Joop gaf die aan
mijnheer Suup en zei toen: ,,U, mijnheer Suup
hier sprak Oom Joop heel hard bent^ uit
geroepen tot erebewoner van onze straat".
oen gingen ineens alle ramen van de hui-
Raus Pius XI was op geregelde tijden
zelf werkzaam in de Vatikaanse
bibliotheek.
lingen) bestaat. De geschiedenis van de
Vaticaanse bibliotheek voert men gaar
ne terug tot de H. Petrus of de H. Pau-
lus. In de middeleeuwen wa
ren er al belangrijke verzamelingen,
die echter grotendeels weer verloren
gingen. Maar de handschriftenverzame
ling groeide voortdurend en na de uit
vinding van de boekdrukkunst voegden
zich de gedrukte boeken bij de hand
schriften.
In haar tegenwoordige vorm werd de
bibliotheek gesticht door Paus Nicolaas
V met een bezit van drie duizend hand
schriften. Boeken en handschriften
groeiden in de loop van de eeuwen door
aankoop en schenkingen aan.
Wat handschriften aangaat is het de
rijkste verzameling van de wereld.
Paus Pius XI, die zelf verscheidene ja
ren aan de Vatikaanse bibliotheek is
werkzaam geweest, wenste ook voor de
gedrukte boeken een moderne en volle
dige bibliotheek te hebben, die de verge
lijking met de grootste moderne boeke
rijen van de wereld kon doorstaan. Dit
heeft Paus Pius XI dan ook bereikt.
De boekenrekken, in drie etages, zijn
geheel uit staal vervaardigd. De „plan
ken" bestaan uit smal-stalen latwerk,
zodat ook van onderen de lucht vrije toe
gang heeft. Deze lucht komt, terwijl de
vensters steeds gesloten blijven, uitslui
tend binnen door de verversingsmachi
ne, die geheel automatisch op bepaalde
uren van de dag in werking treedt. Au
tomatisch worden de temperatuur en de
graad van vochtigheid geregeld. Ook
de verlichting wordt automatisch gecon
troleerd; vergeet een beambte een
lamp uit te draaien, dan dooft deze na
drie minuten vanzelf.
De Vatikaanse bibliotheek is wereld
beroemd. Vele geleerden uit alle delen
van de wereld komen er studeren.
zen open, iedereen kwam naar buiten
hangen. Er werd confetti naar beneden
gestrooid, uit de luidsprekers klonk een plech
tig stuk muziek en alle mensen in de straat
begonnen luid te juichen.
Dat duurde wel vijf minuten. Het werd weer
stil. Oom Joop keek weer op zijn papiertje,
haalde diep adem en zei toen snei: „En ver
der, mijnheer Suup, geef ik namens alle be
woners van de straat hierbij een schilderij. Óp
dat schilderij staat onze straat en onze tram.
Moogt gij, mijnheer Suup, nog vele jaren van
de aanblik genieten. Ik heb gezegd".
(Wordt vervolgd)
Franse dames rijglaars
De in het Pfaltzer Wald gelegen stad
Pitmasens is in de hele wereld bekend
om haar honderden schoenenfabrieken
en haar vakschool voor schoenmakers.
Zij bezit echter ook een interessant
schoenenmuseum, waarin ongeveer
600 paar schoenen zijn samengebracht
en wel schoenen uit de hele wereld en
van alle tijden. Men vindt hier, bij voor
beeld, laarzen van een ruiter uit de
dertigjarige Oorlog, die elk dertien pond
zwaar zijn, en met zilver geborduurde
schoenen van een Indisch vorst. Er zijn
schoenen uit brokaat, zijde, linnen, stro,
rubber; orthopedische schoenen, Ja
panse shintoeschoenen, die alleen door
priesters mogen worden gedragen, en
rijk versierde schoenen van een duitse
keizer. Schoenen van eskimo's en van in
dianen; schoenen van hofdames uit de
XVIIde eeuw dit alles is te Pirma-
sens te zien. Maar natuurlijk ontbre
ken ook de produkten van de schoenen
industrie uit deze stad niet.
Snavelschoen
uit de 15e-eeu U).