lïien jaar geleden brak de Koreaanse oorlog uit Doeltreffend tegenspel m m Het trommeltje van de kabouter m Amstel drinkt. j MIJNHEER SUUP en ZIJN TRAM f SCHOENENMUSEUM T Verlieslijsten maken bitterheid van de V.S. jegens Peking begrijpelijk h' Vatikaanse Bibliotheek I VUURPROEF VOOR DE V.N. X y»7w o door Kees Fens ÖLoorlog lilllllillliillllllllilll 11 HII 11 illlllllllllllllt 510 JAAR OUD wKÊÈÊÊm ZATERDAG 18 JUNI 1960 PAGINA 13 ^ko-korIa KOREA de ontwikkeling van maand tot maand 1950 - 1951 (Van een redacteur) Amsterdam vandaag is het tien jaar geleden, dat de Koreaanse oorlog uit hak. 's Morgens om 4 uur plaat- Mijke tijd overschreden de strijd machten van het communistische 'Oorden, het Koreaanse Volksle- de 38ste breedtegraad en zij Sakten zich op geheel Zuid- te veroveren. De commu- cStische overval volgde op een Oordkoreaans ultimatum, waar- J1 Werd geëist dat op 15 augustus ./kier een nieuwe voorlopige rege- p9g verkiezingen voor geheel j?°i'ea zouden worden gehouden. ,ver de oorzaken van de Kore- J9se oorlog zou heel veel te zeg- ?eh zijn. Het ligt voor de hand A Amerikaanse ontwapenings- j'oiitiek te noemen uit de jaren .^49-1950, waarvoor president jj'Vman en zijn minister van ®fensie Louis Johnson verant- °ordelijk zijn. De uitspraak van toenmalige minister van bui- blandse zaken Dean Acheson, j^t de Verenigde Staten in Zuid- ^°rea geen onmisbare schakel Sen voor hun defensieketen in v t Verre Oosten, is een school- v orbeeld van hoe het scheppen aJ1 een militair vacuum de essie aantrekt. AMSTEL GEBRUIK GORDIJNSPIRAAL Ifcil S - JwiIfso 2$ febr. 25 aug. 25 okt. 25 nov 25 dec KOREA >'4ans/;cton^pt betrekking tot de Ko- oorlog over de schuldvraag UkkeljL 1 begrijpelijk, dat er ogen- (lvprd/ JK aan communistisch China h~fe^acht. Per slot van rekening ckinezen geweest, die de t®\vakki^n„later stadium hebben aan- li ^Ocr in iqJ<Pgaande gehouden. pS UI 1949 was tijdens het congres eking van het communistische We- fi'ovakverbond gebleken, dat de Chi- leiders in de veronderstelling ver- %Iden> dat in verscheidene Aziatische Nehn de communisten snel aan de Jlti» t konden komen door de toepas- Wf van guerillatactieken volgens Chi- model. toch verdient d.e rol van de N«,Unie «Wonderlijke aandacht. De «et daoreaanse legers beschikten van Jjfc begin van de strijd af over een Wip ^Üke hoeveelheid Russisch ma- V 'J en zij enoten ook de volle steun net Russische propaganda-appa ll terwijl de Chinezen aanvankelijk k '"'druk maakten enigszins verrast Un door het gebeuren. i?h|lSs.chien is de houding van de Sov- ïSst voor een deel bepaald door de WWMigheld, dat zij in september tl0ff.naar eerste atoomwapen tot ont- Jria ')ng had gebracht. Het nucleaire Je^btsevenwicht in de wereld scheen Ijf Wld te worden en de kans bestond, Sto oorlog in de toekomst het ka- \fi- zou aannemen van een beperkt Hp ft met conventionele middelen, Uoh, 1 a la Korea. Verder is het wel- fi>Spl_hiet zonder belang, dat enkele 'Ra «tm^en vóór het uitbreken van ''a- de toenmalige secretaris-generaal jh \Tde Verenigde Naties, Trygve Lie, Si °skou was geweest om er te spre- 'W0ver de toelating van communis- 1 China tot de volkerenorganisatie. H et verloop van de strijd zelf is 7" -l uogal wisselvallig geweest. Met f Ak -dun Russische T 34-tanks en jachtvliegtuigen dreven de Sas ukoreanen al dadelijk diepe wig- At de Zuidkoreaanse verdediging, f 26 juni seinde de Commissie der 'ailjbigde Naties voor Korea aan de {Wëheidsraad, dat het „een kwestie 50f_ dagen" was, voordat het gehele schaanse schiereiland ne handen zou zijn. in communis- De Amerikanen reageerden onmid dellijk. Niet alleen beseften zij. dat Zuid-Korea, achteraf bekeken, toch wel van belang was voor de verdedi ging van Japan. Zij beschouwden, zo als president Truman later in zijn mémoires schreef, „de Koreaanse si tuatie als een symbool voor de kracht en de vastbeslotenheid van het Wes ten". De Amerikaanse regering werd bij haar optreden bovendien nog aan gemoedigd door de houding van de Veiligheidsraad, die zich daartoe in staat gesteld door de afwezigheid van de Russische vertegenwoordiger met een opmerkelijke kloekheid uit sprak tegen de Noordkoreaanse agressie. President Truman gaf op 26 juni op dracht aan de Amerikaanse zee- en luchtstrijdkrachten de Zuidkoreaanse republiek bij te staan en toen op 30 juni het Zuidkoreaanse leger tekenen van desintegratie begon te vertonen, wierp hij ook Amerikaanse grondstrijd krachten in het vuur. Het is een hachelijke onderneming geweest. In de eerste maand leek het herhaaldelijk, alsof de Amerikanen in zee gedreven zouden worden. Maar zij hielden stand en tijdens de gevechten, die in augustus en september bleven woeden, werden er zoveel versterkin gen aangevoerd, dat generaal MacAr- thur in september kon overgaan tot een spectaculair tegenoffensief. Eind sen- tember bereikten zijn troepen weer de 38ste breedtegraad en een maand la ter drongen zij door tot de Chinese grens. Dat was het ogenblik, waarop de Chinese Volksrepubliek met massa's „vrijwilligers" tussenbeide kwam en het westen uit een biikans gewonnen positie werd gedrongen. Zuiver militair gesproken eindigde de Koreaanse oorlog onbeslist: de uitslag „remise" werd op 27 iuli 1953 na schier eindeloze onderhandelingen te Farmoen- jon vastgelegd. Maar de nolitieke ge volgen zijn zeer aanzienlijk geweest. In de eerste plaats is de Amerikaanse interventie op 8 juli 1950 door de Vere nigde Naties goedgekeurd en gesteund. Generaal MacArthur werd op die dag Opperbevelhebber der Verenigde Naties en vele landen hebben sindsdien met grotendeels symbolische contingenten bijgedragen aan de eerste gecombineer de strijdmacht van de volkerenorgani satie De V.N. doorstonden 'n de meest letterlijke zin de vuurproef. De tweede consequentie is. dat com munistisch China vooreerst geen aan spraak kon maken op het lidmaatschap van de V.N. en dat het, inplaats van diplomatieke armslag te verwerven, zo als het vóór juni 1950 had gewild, voor het beëindigen van de Koreaanse oor log bleef aangewezen op Russische be middeling. Was dat wellicht Moskou's bedoeling ook geweest? Het derde belangrijke gevolg Is ge weest, dat de Verenigde Staten, die met bitterheid denken aan de 142.000 doden, gewonden en vermisten, die hun deze oorlog heeft gekost, zich hebben vast gebeten in een „narti pris" tegen Pe king dat op zichzelf te begriinen en te respecteren is. Aan hun politiek in Oost-Azië is daardoor echter het ele ment van soepelheid en beweeglijkheid komen te ontvallen. Tien jaar lang heeft de Aziatische politiek van Ame rika in het teken gestaan van het bond genootschap tegen communistisch Chi na, een antithetische houding dus. De nieuwe Amerikaanse president zal on- getwiifeld de woorden onderschrijven, die Eisenhower bil ziin jongste bezoek aan Zuid-Korea sorak en waarin hii plechtig verklaarde, dal de V.S. een hernieuwde inval in het vrije Korea niet zullen gedogen. Maar het 'is de vraag, of hii de antithese tussen Peking, en Washington in al haar scherpte zal kunnen handhaven. WASHINGTON, 25 juni (Rtr) Ge neraal Omar Bradley, voormalig voor zitter van de Amerikaanse commissie van stafchefs, heeft vrijdag in een ra dio-uitzending ter gelegenheid van de tiende verjaardag van het begin van de strijd in Korea verklaard, dat het opper bevel van de Verenigde Staten had be sloten geen kernbommen te gebruiken V titanenstrijd EngelandItalië, - Turijn tijdens de wereldkam- jpSchappen werd gespeeld, was het 5? I» paar Reese-Shapiro bijzonder JtJheef. Herhaaldelijk waren zij in s ejc precies die oplossing te vinden, hun het beste resultaat ver- i VQ de. As ^''treffelijk tegenspel van deze spe- 'j^'everde Engeland in het onder is spel 3 matchpunten op. H 10 3 2 O A 9 3 O 10 3 V 7. VB 9 H 8 5 O A V 7 4 976 A 8 7 6 4 9V2 OB5 w H 8 5 2 A" aan g.ever. NZ kwetsbaar. Het spel Vi1 beia„ ?e„ tafeis werd gespeeld, had >ust *d tafels hetzelfde biedverloop: .d i - noord pas - oost 1 ruiten - 3 0Dne °Ppen west 2 harten - noord diten n 00st pas zuid pas west h ïoe„ a'ten passen. ItfcTldet v,e Italiaanse paar Chiaradia- >i,ij ®?ntract moest tegenspelen, 'd uit met ruiten 5; oost trok twee malen troef en verloor 2 slagen ih schoppen plus 2 slagen in harten, zodat Engeland 9 slagen maakte voor een score van 110 (60 50). Reese-Shapiro vonden het dodende tegenspel. Zuid speelde schoppenaas voor en noord, Reese, signaleerde op ouderwetse manier met de schoppen 10 aanmoedigend. Zuid speelde dus schop pen na en noord kwam met de heer aan slag. In slag 3 legde noord harten 3 op tafel wat moest oost bijspelen? Weer zo'n beslissing, die natuurlijk met open kaarten kinderlijk eenvoudig is, maar in de praktijk zat oost er maar lelijk tegenaan te kijken; hij wist natuurlijk niet, of noord onder de aas, dan wel onder de vrouw uitspeelde. Na lang denken legde oost een kleine harten, zuid maakte hartenvrouw en trok toen harten 2 na. Noord won har tenaas en in de vijfde slag liet Reese zijn partner een hartentje introeven. Het spel was dus één down en En geland kreeg er nog eens 50 punten voor, zodat het in totaal 160 punten won 3 matchpunten. Het tegenspel is natuurlijk géén bij zonder ingewikkelde, zélfs geen gran dioze combinatie het is alleen maar eenvoudig en doeltreffend, precies dat gene waarmede men de meeste bridge- wedstrijden kan winnen. MIMIR omdat men er niet zeker van -was of de „tamelijk beperkte" Amerikaanse voor- raacP kernbommen voldoende zou zijn om China te verslaan, terwijl een commu nistische kernbom op Poesan en een op Seoel de defensie van Zuid-Korea ont wricht zouden kunnen hebben. 'A (Advertentie) l»»"l De Beursstemming stijgt, want iedereen heeft zijn aandeel in de koersstijging. Het Amstel Bier gaat omhoog in de glazen en vele handen vormen het kwaliteitsgebaar. Voor het gouden Amstel Gold 6 ló %.KoeI, kostelijk Amstel Bier. KWAUIEIISBIER: AMSIEL PILS AMSTEL GOLD AMSTEL OUD BRUIN Knabbel was een echt snoep-kabou- tertje. Je kon hem aantreffen op alle feesten, bruiloften en partij en. omdat hij wist dat er daar taartjes gegeten werden. Je kon hem niet te genkomen, of hij liep wat lekkers te knabbelen. Al zijn kabouterzakgeld ver snoepte hij in plaats van het te spraen voor een nieuwe muts of voor een boek waaruit je veel kon leren. Knabbel woonde met een heleboel broertjes in een groot bos. Overdag hielden ze zich altijd schuil, want in dat bos kwamen ook wel eens mensen. Met mensen moeten we ons niet inla ten, zeiden de kabouters dikwijls onder elkaar. We kunnen ze helpen als het nodig is, daar is niets op tegen. Maar je moet je nooit laten zien, want de mensen zijn nou eenmaal verschrikke lijk nieuwsgierig als het over kabou tertjes gaat. Ze zouden van alles en nog wat over ons willen weten. En met onze vrijheid zou het helemaal gedaan zijn. Zolang het licht was, bleven ze dus diep onder de grond. Ze hoorden soms mensen door het bos lopen. Ze hoor den kinderen, die spelletjes deden. En ze fluisterden dan: maar goed dat we weggekropen zijn. Hier kunnen ze ons nooit vinden. Maar Knabbel zei niets. Soms stak hij eventjes zijn neus boven de grond en snoof. Knabbel, die snoeperd, wist dat mensen, die naar het bos gaan, dikwijls veel lekkers meenemen. Zuur tjes, koekjes, toffees en toverballen, om maar eens wat te noemen. Soms een heel mandje vol. Op een dag kon Knabbel het niet langer uithouden, maar glipte stilletjes uit zijn holletje, terwijl er toch mensen vlak in de buurt waren. Knabbel had onder een boom een trommeltje met koek zien staan. En Knabbel had zo'n zin. Hij trippelde naar het trommeltje, kroop er stiekem- in en begon te smul len. Veel te gauw was het voor de men sen tijd om naar huis te gaan. Ze klap ten het trommeltje dicht en pakten hun spulletjes bij elkaar. En daar zat Knab bel dus: gevangen in een trommeltje. Hij moest mee met de mensen en dat kwam alleen door dat vreselijke ge- snoep. De mensen waren natuurlijk dadelijk een en al opwinding, toen Knabbel de kabouter in hun koektrommeltje bleek te zitten. De kinderen juichten, de gro te mensen telefoneerden naar de krant, riepen de buren, de politie en het hoofd van de school erbij. Allemaal kwamen ze naar Knabbel kijken. Ze zetten hem in een koperen vogelkooitje, met wat meubeltjes uit de póppenkamer. Een tafel, een stoeltje, een bedje en een linnenkast. Het waren mooie meubel tjes, dat was waar. Maar Knabbel vond er niets aan. Hij dacht aan het bos, waar hij had kunnen huppelen en springen, zoveel als hij wou. En nu zat hij gevangen in een koperen kooi. En daar was niets te beleven. Er zitten dus inderdaad kaboutertjes in het bos, zei het hoofd van de school na een poosje. Toen gingen alle men sen haastig naar het bos. En ze zoch ten onder alle struiken, paddestoelen en varentjes. Zelfs toen het donker werd bleven ze zoeken, want ze hadden hun lantarentjes meegenomen. De kaboutertjes begrepen, dat Knab bel in handen van mensen gevallen was. Ze kropen rillend nog wat dieper onder de grond. En bleven daar stilletjes zit ten treuren om hun verloren broertje. Dat deden ze zo een week aan één stuk door, want de mensen gaven de moed niet op, voor ze zeven dagen en zeven nachten hadden gezocht. Dan zal dit wel de allerlaatste ka bouter geweest zijn. zei het hoofd van de school tenslotte en hij wees naar Knabbel. Laten we hem naar het mu seum brengen. Maar de mevrouw, die Knabbel in het trommeltje gevonden had, schudde haar hoofd. Ze zag hoe verdrietig Knabbel eruit zag. Hij had hele inge vallen wangen gekregen. Hij wilde haast niets eten. Zelfs de lekkere snoepjes niet, die de kinderen in het kooitje stopten. Het is net als met een musje, zei ze. Als je dat van zijn vrij heid beroofd, gaat het ook dood. Maar we kunnen deze laatste kabou ter toch maar niet los laten, zeiden de mannen van de politie. Die moeten we bewaren. Er komt niets .van in, zei de me vrouw dapper. Het is tenslotte mijn ka bouter, want hij zat in mijn trommel tje. En die avond, toen ieder eindelijk weer eens gewoon naar zijn eigen bed ging, zette ze stilletjes het deurtje van de koperen kooi open en de achterdeur van het huis op een kier. Je begrijpt dat Knabbel de volgende dag verdwe nen was. Hij was als een haasje zo vlug naar het bos teruggegaan. Kom maar weer boven de grond jon gens! riep hij vrolijk en beschaamd te gelijk. De mensen zijn allemaal naar bed. We moeten nodig eens praten. De kabouters waren blij dat ze einde lijk weer eens een frisse neus konden halen. Ze wreven zich het zand uit de ogen en gingen gezellig om een hout vuur zitten. Knabbel vertelde wat er gebeurd was en dat was een angstig verhaal. Als die mevrouw me niet had vrij gelaten, was ik vast nog eens in een museum terechtgekomen, zei hij ten slotte. O, o, en dat allemaal, omdat ik zo van snoepen houd. Hou je dan nog altijd van snoepen? vroegen de andere kabouters. Om eerlijk te zijn „ja", zei de ka bouter. Maar ik zal er nooit en nooit meer zoiets doms voor uithalen. Maak je maar niet ongerust. Toen haalden ze allemaal iets lek kers voor de dag om de terugkomst van Knabbel te vieren. Maar ze ver gaten ook die lieve mevrouw van het trommeltje niet. want die had Knabbel toch maar gered. Ze plukten allemaal een mandje vol bosbessen en brachten het diezelfde nacht nog naar haar huis.. „Hartelijk dank u krijgt ze voort aan iedere week praat er met nie mand over hoogachtend, de kabou ters" stond er op het briefje, dat ze er bij legden. De mevrouw begreep het dadelijk en ze was wei zo verstandig om er nooit met iemand over te pra ten. Maar het trommeltje, waar de ka bouter in gezeten heeft, staat nog altijd op het dressoir. De laatste kabouter, zeggen het hoofd van de schooi en de mannen van de politie. Maar de mevrouw zegt niets. Ze laat enkel dat trommeltje maar zien en vraagt dan: wil je soms een boterham met bosbessenjam? LEA SMULDERS De Vatikaanse bibliotheek is niet al leen een van de grootste, maar meer nog een van de belangrijkste van de wereld. De bibliotheek bestaat 510 jaar en wij willen een en ander over deze boekenverzameling vertellen, welke uit ongeveer 600.000 boeken en bijna 70.000 handschriften (geschreven boeken, per kamenten en andere kostbare medede- Advertentie nvd. octrooi 74341 S-x met de originele onderdelen Op straat was het nu veel drukker gewor den. Drommen mensen liepen allemaal in de zelfde richting; zij sloegen een eind verder allemaal dezelfde straat in. Dat was een heel donkere straat. Vroeger was dat een deftige straat geweest, nu waren de meeste huizen pakhuis geworden. Van die straat kende Mijnheer Suup, om zo te zeggen, iedere steen. Want aan het ein de van de straat stond een klein, groen houten huisje. Voor dat huisje vertrok de tram, de tram van Mijnheer Suup, wel twintig keer per dag naar de zee. Mijnheer Suup kende in de straat daar iedereen, en iedereen kende er Mijnheer Suup. De straat was nu versierd met vlaggen en spandoeken. Veel mensen in de straat hadden gehuild, toen de tram wegging. Maar ze waren toch ook heel blij en dankbaar voor al het plezier dat ze van de tram hadden gehad. Vooral in de zomermaanden, als op zondag morgen allemaal kinderen in de zon stonden fe lachen en te springen en te zingen van plezier, omdat ze straks met de tram helemaal naar de zee gingen. De straat stond nu vol mensen. Al die men sen hadden iets met de tram te maken. Som migen waren meer dan dertig jaar iedere dag met de tram naar hun werk gegaan en weer terug. Zij kenden alle conducteurs, alle wagen voerders, alle trams. Maar vooral kenden zij allemaal mijnheer Suup, omdat die al zo heel lang bij de tram was. Toen de burgemeester, mijnheer Suup en de kinderen de straat inreden, begon door een grote luidspreker muziek te spelen. Want een harmonie, zoals in het badplaatsje, had men niet. Hoera, hoera, hoera, riepen alle men sen, maar zij juichten niet zo hard als de kin deren aan de zee. Zij waren een beetje treu rig, omdat de tijd van de goede tram voorbij was. En afscheid nemen, doet grote mensen altijd een beetje pijn. lak voor het groene huisje stopte de tram. Juffrouw Sterappel, de mijnheer met T het snorretje en de kinderen stapten uit. Mijnheer Suup en de burgemeester bleven zit ten op hun grote stoelen. De burgemeester zwaaide lachend naar de drommen mensen. Mijnheer Suup, die ook een beetje treurig was geworden, salueerde deftig met zijn hand aan de pet met de pluim. Plotseling sloegen de wanden van de mooie tram naar buiten open, en daar zaten mijnheer Suup en de burge meester meteen op een prachtig podium. De muziek uit de luidspreker, die wel een beetje vals klonk, zweeg nu. Het werd erg stil. Daar kwam plots een kleine man uit de massa naar voren. Hij trok met zijn mond en keek een beetje schuw rond. De kleine man was oom Joop. Oom Joop was een hele goede vriend van mijnheer Suup. Oom Joop had een winkel waar je koffie kon drinken, heel goedkoop goed koffie drinken. Zijn winkel lag vlak naast het kleine groene huisje en mijnheer Suup en alle conducteurs en wagenvoerders dronken er soms wel vier of vijf keer per dag koppen koffie. Dan praatten zij met oom Joop, die ze allemaal kende en van iedere conducteur alles wist. Oom Joop kende mijnheer Suup het langst. Want mijnheer Suup kwam al in de winkel, toen de vader van oom Joop nog de koffie in schonk. Oom Joop klom in de tram en ging recht voor de burgemeester en mijnheer Suup staan. Hij boog (toen moest mijnheer Suup toch wei even lachen, want hij en Oom Joop zeiden ge woon „Joop" en „Gerrit" tegen eikaar). Toen begon hij van een briefje af te lezen: „Mijn heer de burgemeester, beste Gerrit, zal ik maar zeggen. Vandaag is het de laatste dag, dat Gij, mijnheer Suup in ons midden zijt. Veer tig jaar lang zijt gij vele malen per dag vanuit onze donkere straat naar de lichte zee vertrok ken. Gij waart altijd blij, altijd opgewekt. Wij zullen U, mijnheer Suup, nooit kunnen verge ten. Mijn vrouw zei hedenmorgen: Met het heengaan van de tram en mijnheer Suup is onze straat gestorven. En mijn vrouw had ge lijk. Wij allen hier, mijnheer Suup, zijn treu rig. Wij horen Uw tram niet meer fluiten, nooit meer zullen wij kinderen horen juichen, nooit meer zult gij koffie bij mij komen drin ken. Namens alle bewoners van de straat wi) ik U iets aanbieden". De zoon van Oom Joop kwam naar voren met een groot pak en gaf dat aan zijn vader. Oom Joop pakte zelf het pak uit. Hij werd een beetje opgewonden, want hij kon het touwtje niet loskrijgen. Toen sneed de mijn heer met het snorretje het touw met een zil veren mesje door. Uit het pak kwam eerst een grote oorkonde. Oom Joop gaf die aan mijnheer Suup en zei toen: ,,U, mijnheer Suup hier sprak Oom Joop heel hard bent^ uit geroepen tot erebewoner van onze straat". oen gingen ineens alle ramen van de hui- Raus Pius XI was op geregelde tijden zelf werkzaam in de Vatikaanse bibliotheek. lingen) bestaat. De geschiedenis van de Vaticaanse bibliotheek voert men gaar ne terug tot de H. Petrus of de H. Pau- lus. In de middeleeuwen wa ren er al belangrijke verzamelingen, die echter grotendeels weer verloren gingen. Maar de handschriftenverzame ling groeide voortdurend en na de uit vinding van de boekdrukkunst voegden zich de gedrukte boeken bij de hand schriften. In haar tegenwoordige vorm werd de bibliotheek gesticht door Paus Nicolaas V met een bezit van drie duizend hand schriften. Boeken en handschriften groeiden in de loop van de eeuwen door aankoop en schenkingen aan. Wat handschriften aangaat is het de rijkste verzameling van de wereld. Paus Pius XI, die zelf verscheidene ja ren aan de Vatikaanse bibliotheek is werkzaam geweest, wenste ook voor de gedrukte boeken een moderne en volle dige bibliotheek te hebben, die de verge lijking met de grootste moderne boeke rijen van de wereld kon doorstaan. Dit heeft Paus Pius XI dan ook bereikt. De boekenrekken, in drie etages, zijn geheel uit staal vervaardigd. De „plan ken" bestaan uit smal-stalen latwerk, zodat ook van onderen de lucht vrije toe gang heeft. Deze lucht komt, terwijl de vensters steeds gesloten blijven, uitslui tend binnen door de verversingsmachi ne, die geheel automatisch op bepaalde uren van de dag in werking treedt. Au tomatisch worden de temperatuur en de graad van vochtigheid geregeld. Ook de verlichting wordt automatisch gecon troleerd; vergeet een beambte een lamp uit te draaien, dan dooft deze na drie minuten vanzelf. De Vatikaanse bibliotheek is wereld beroemd. Vele geleerden uit alle delen van de wereld komen er studeren. zen open, iedereen kwam naar buiten hangen. Er werd confetti naar beneden gestrooid, uit de luidsprekers klonk een plech tig stuk muziek en alle mensen in de straat begonnen luid te juichen. Dat duurde wel vijf minuten. Het werd weer stil. Oom Joop keek weer op zijn papiertje, haalde diep adem en zei toen snei: „En ver der, mijnheer Suup, geef ik namens alle be woners van de straat hierbij een schilderij. Óp dat schilderij staat onze straat en onze tram. Moogt gij, mijnheer Suup, nog vele jaren van de aanblik genieten. Ik heb gezegd". (Wordt vervolgd) Franse dames rijglaars De in het Pfaltzer Wald gelegen stad Pitmasens is in de hele wereld bekend om haar honderden schoenenfabrieken en haar vakschool voor schoenmakers. Zij bezit echter ook een interessant schoenenmuseum, waarin ongeveer 600 paar schoenen zijn samengebracht en wel schoenen uit de hele wereld en van alle tijden. Men vindt hier, bij voor beeld, laarzen van een ruiter uit de dertigjarige Oorlog, die elk dertien pond zwaar zijn, en met zilver geborduurde schoenen van een Indisch vorst. Er zijn schoenen uit brokaat, zijde, linnen, stro, rubber; orthopedische schoenen, Ja panse shintoeschoenen, die alleen door priesters mogen worden gedragen, en rijk versierde schoenen van een duitse keizer. Schoenen van eskimo's en van in dianen; schoenen van hofdames uit de XVIIde eeuw dit alles is te Pirma- sens te zien. Maar natuurlijk ontbre ken ook de produkten van de schoenen industrie uit deze stad niet. Snavelschoen uit de 15e-eeu U).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1960 | | pagina 13