Zeven oud-Veritijnen in Tanganyika Ziekenhuis in Bukumbi nadert moeizaam zijn voltooiing IN T.V.-PROG RAM MA'S TE VEEL GEPRAAT PROZA i UIT HAAGSE STUKKEN H H v Pruikerigeingewikkelde kanselarijtaal m ZATERDAG 2 JULI 1960 PAGINA 9 Vorige week schreven wij in dit blad, dat men de Nederlandse televisie niet eens kan aanwrijven, dat zij over het geheel genomen zo slecht is, maar dat zij wel een gebrek aan durf vertoont. Er gebeurt zo weinig. Er worden bijzonder weinig programma's ver toond, waar „men" over praat. Niemand wordt ook maar in de ge ringste mate of in welk opzicht dan ook geschokt. Daar is zelden te zelden een programma, dat er uit springt. Het merkwaardige daarbij is dat die vrij grijze eenvormigheid zich uitstrekt over de verrichtingen van vijf televisie-omroepen, waarvan men zou kunnen verwachten dat zij elkander onderling beconcurreren. Is er ergens sprake van een onderlinge wedijver, die stimulerend zou kunnen werken op het niveau van de programma's? Wij hebben daar nimmer iets van gemerkt. Het tegendeel is het geval. De „concurrentie" be perkt zich tot een af en toe optredende, kissebisserig touwtrekken om personeelsbezetting, maar op het stuk van programmering kan men eerder een neiging tot bijna slaafse naaperij constateren. De V.A.R.A. een quiz? Dan de A.V.R.O. ook een quiz en de K.R.O. en zelfs de N.C.R.V. Komt de V.A.R.A. met een soort „aangeklede" actualiteiten-rubriek „Totebel" sinds vorige week heet zij dan „Espresso" de A.V.R.O. zal zijn „Flits" hebben. Zulks afgezien overigens van het feit, dat wij geen kwaad woord van beide rubrie ken willen zeggen. De A.V.R.O. heeft zijn „Luipaard op schoot", de N.C.R.V. zal ons het leven der dieren via „Disneyland" schilderen. „Anders dan anderen" lokte „Alles gaat naar wens" uit. En deze voorbeelden zou men nog kunnen aanvullen met andere, bijvoor beeld met die van de parallel-lopende kunstrubrieken. Bossche rechtbank EEN JAAR VOOR ONTAARDE ZOON Zrtds Izdoeiïd' HOLLAN-D- FLST/VAL O VOLLE Prof. dr. Feuchtinger overleden GROEP BRABANTSE ARTSEN PIONIERT IN AFRIKA Als op 6 juli de a.s. president van Tanganyika, Julius K. Nyerere, Het 3e paviljoen van het katho lieke ziekenhuis in Bukumbi komt openen, zal het al volledig bezet zijn met patiënten. Toen in maart 1959 het tweede paviljoen gereed kwam, ■Was het ook al direct bezet en met het eerste in november 1958 was het precies hetzelfde. Van het begin af is ieder stukje van het ziekenhuis dat klaar kwam onmiddellijk benut en niets wijst erop, dat bij de voltooiing van het bouwplan in 1962 de Capaciteit toereikend zal zijn. Integen- ®e': naarmate de faam van bet hos pitaal groeit, stromen steeds meer pa chten toe en geen mens weet, Hoe pel er uiteindelijk zijn. De trieste jvaarheid is, dat nagenoeg heel de bevolking van het Bukumbi district aan een of meer ziekten lijdt en in dit district wonen minstens 250.000 Mensen. Voor hen zijn er twee artsen: de gebroeders Ruud en Pieter Mol Fet Brabantse Ett en. Zij hebben Kich na hun studie in Utrecht twee jaar gespecialiseerd in chirurgie en verloskunde om daarna in het Muan- za-district, even ten zuiden van het Victoriameer, een pioniersarbeid te beginnen die even onmogelijk als nutteloos schijnt. De moeizaam opgebouwde accommo datie waarover zjj momenteel beschik ken, kon in geen enkel opzicht verge leken worden met onze ziekenhuis- outillage. Er wordt geopereerd bij een petroleumlamp, want er is geen elek triciteit. Daarbij staat men in een wolk venijnige insecten, want de begroting van 2.000 per bed liet geen ruimte om alle openingen met gaas af te scher men. Steriliseren gebeurt op een pri mus. Men is blij, dat de hitte onder de golfplaten daken enigszins wordt te gengehouden door een boardplafond. Het invoeren van isolatiemateriaal was n.l. niet te betalen. Alleen strikt medi sche apparatuur en geneesmiddelen zijn vrijgesteld van de uiterst hoge in voerrechten. Maar wat in onze ogen nog uiter mate primitief is, betekent voor Bu kumbi iets spectaculairs. Het groei ende ziekenhuiscomplex is in dit ar me land een bezienswaardigheid en de pionierende ziekenhuisstaf zal ge weldig blij zijn, als het volgens de plannen kan worden afgebouwd en verder met behulp van een over heidssubsidie in stand gehouden. Naar Afrikaanse begrippen is van ge brekkigheid geen sprake. Echt pri mitief vond men het alleen in de be gintijd, toen men zich moest behel pen in schoollokaaltjes Het bijna hopeloze van het werk in Bukumbi is niet zozeer gelegen in ge brek aan ruimte en middelen, maar In het feit, dat de patiënten, die men van een zekere dood heeft weten te redden, een haast even zekere dood te gemoet gaan. De verraderlijke micro- organismen, die zelfs de blanken on danks alle preventieve maatregelen herhaaldelijk bedreigen, vinden in de inlandse bevolking met haar totale ge brek aan hygiene een gemakkelijke rooi. Bovendien ^Uenje_ mensen na trict, werkt de Bossenaar Majo en helemaal aan de Oostkust, ten zuiden van Dar es Salaam, zit A. van Maa- nen, die een klein ziekennuis in Ki- tubi leidt. In Sumve werkte ook zuster Erna Schaars, een pionierster met ervaring, ook wat bouwen betreft. Zij had tevo ren in West-Afrika in Fomena aan de Goudkust, heel alleen een ziekenhuisje van 40 bedden met verloskundige kli niek en een polikliniek van 80 man per dag gerund. Het vochtige klimaat had haar genoodzaakt om naar de drogere hitte van het Mwanse district te ver huizen. Zij werd begin 1957 ingedeeld bij de werkploeg Bukumbi. Samen met dokter Mol maakte ze de bouwplannen, die in Nederland werden bijgeschaafd door een (echte) architect. Een Duitse bouwbroeder kreeg de leiding van het uitvoerende werk, waarvoor men men sen charterde op de weg. Ze werden moeizaam geïnstrueerd in het bakken van stenen en in het metselen en zo groeide geleidelijk de bouwploeg van 40 man, die nu aan het project te werk is gesteld. Inmiddels begon men in een schoollokaaltje van de Witte Zusters met de verpleging. In augustus 1957 kwam het dak op het huis van de artsenwoning. Ruud Arts Ruud Mol en zijn echtgenote. Een zaal in het ziek.enh.uia slechte mmmJ toestanden. Eph ander bijna hopeloos probleem Een anaei u van de bevolking. is de Te?tai.„ patiënten uit een ge- Men s°Taar duizend kilometer bied dat een h-- een ander zie- duizend kilometer - „ïak bii een ander zie- verder ligt, vlak u dat ieman(J kenhuis. Dan blykt - zjekenhuis ge- van de famihe m n patiën_ storven is. H.e„rh®anldbehandeling weg, ten midden m een eg helpt. Als omdat het niet snel g loivens uit ze wèl blijven bed. Ruim behandeling weg, omdat het niet T^men^e telkens uit h„t pionierswerk ■runm drie jaar is ne idee in Bukumbi nu aan de gornstig van om daar te beginnen is atK .n 1953 mgr. J. Blomjous, die n ft toen met Ruud Mol besproken tocht de laatste werkend-liftend plgats Raar Tanganyika maaKie. dg gr0. lag midden in de rimboe, ma^ zQU er te verkeersweg naar het w er nu vlak langs komen. Die grotendeels, het ziekenhuis staat er Ruud en Pieter Mol zijn t^antse de zeVen zonen van de o chr. Wit-Gele-Kruis-promotor do^er Mol. Alle zeven hebben ze ee"kozen. artseny en drie studeren dere richting van Vier zijn er arts „nvta resp. voor tandarts, dieren;ber psycholoog. Ruud vertrokin Bu_ 1956 naar Sumve, dat 70 km van kumbi ligt en waar al ®en„_^idjng ziekenhuis met verpleegstersoplei gevestigd was. Daar heeft de vr Welijke arts L. Schroder de lading, nu al negen jaar lang. Zij is een va de zeven oud-Veritijnen die nuTTt' Tanganyika werkzaam zijn: in UKa" reme, midden in het Victoriameer, werkt Dries Oomen op een soortge lijke manier en in Mwanza is F. Sal- den gevestigd als eerste Europese huisarts. Meer naar het westen: in Sengerema, gelegen in het Geitadis- Mol, zijn vrouw Annemieke Dubois en hun kind, dat een maand na hun aan komst in Afrika geboren was, trokken er onmiddellijk in, samen met zuster Schaars. Mevrouw Mol fysische the rapeute zette zich even goed in als haar man en het drietal werd voorts geassisteerd door twee witte zusters van de missiepost bij het schooltje. Het eerste paviljoen, dat in november 1958 klaar kwam, was berekend op 40 bed den, maar er konden er 60 staan. Die lagen prompt vol. Af en toe, als er een inspectie kwam van het gouvernement, moest een aantal bedden tijdelijk wor den opgeruimd, omdat anders de voor geschreven ruimte tussen de bedden niet aanwezig was, maar dat waren kleinigheden tussendoor waar niemand veel drukte over maakte Groter zorgen bracht de financie ring mee. Bukumbi kreeg n.l. geen cent subsidie en ook vandaag is van de zijde van het gouvernement nog geen enkele geldelijke steun ver leend. Men hoopt die nu wel spoedig te krijgen, zodat men wat de „exploi tatie"..betreft voor de toekomst geen rnoeilhkheden meer hoeft te vrezen. U->e andere katholieke ziekenhuizen in het Mwansedistrict - Sumve, Sen- gerema en Ukereme hebben al al- emaa] subsidie). De bouw zelf kost eenter nu nog vier vijf ton. Geluk- RifknT.iv i?en .thuisfront: de stichting SUJrobi-hospïtaai, die al 180.000 terii vim ^bracht. De tweede lo- hoJt von Te st'chting is echter niet verlof P gelopen, zodat men kine uit to TTeten vragen, de trek- Veritiinen n- Intussen zijn de om hun nJiT thans gemobiliseerd te bieden 7il n helpende hand ie Dienen. Zy zullen, zoals we reeds hebben zeUeTom aTAAaTNtehën"Tp"*t'°uw M i z-uais w AG V de homende maan- activiteiten op te brengen 000 loten aan de man De ziel van de stichting is zuster naa^Nederfand'HJs moeteT terugkeren Ze heeft ook al een aTtsen-huSe onh ketend, die in vijf jaar 40.000 zal od leveren. Het echtpaar Mol-Dubois heeft dit voorjaar assistentie gekregen van Pieter Mol, die eveneenl met vrouw (en kind) naar Bukumbi is gegaan Ruud heeft intussen al drie kinderen pe oudste, Caspar, is 3»/. jaar. Hii spreekt vier talen: Nederlands, Engels Ki-Swahili (de landstaal) en Ki-Suku- jna (de plaatselijke volkstaal), zodat hij soms a's ,- 9 °Ptreedt voor zijn ouders ----- Met zgn zwarte leeftijdsge- noten kan hu uitstekend overweg. De beide artsen en hun echtgenoten wor den ter z«de gestaan door de Rotter damse verpleegster-vroedvrouw zuster A. van Doorn en door 'tien inlandse verpleegsters, van wie er twee gediplo meerd vroedvrouw-verpleegster zijn. Die inlandse krachten zijn van enorme betekenis: zij leggen de basis voor de preventieve gezondheidszorg, die ze hun landgenoten heel geleidelijk kun nen gaan bijbrengen. Zodra het zieken huis is afgebouwd, zal de opleiding van de Afrikaanse gezondheidszusters punt één worden. Want het werk kan pas blijvend vruchten dragen, als tegelijk de hygiënische toestanden verbeteren. Dit Afrikaanse ,,Wit-Gele-Kruis-werk" zal bovendien gepaard moeten gaan met hervormingen in de landbouw (nu nog roofbouw) en de voedselgewoonten, aarvoor is de landbouwschool van be- ang, die de N.C.B. gaat bouwen in dwanza. Het zal de eerste landbouw school van Tanganyika zijn. Dokter Ruud Mol en zijn gezin ko men op 11 juli naar Nederland, maar niet voor goed: na een half jaar zul len ze weer naar Bukumbi terugke ren. Voorlopig zal men de Europese pioniers nog niet kunnen missen. Tanganyika heeft pas één middelba re school voor jongens en één voor meisjes, maar nog geen universiteit. Het zal nog vele jaren duren, voor de eigen mensen het werk kunnen over nemen. VIC LANGENHOFF. DEN BOSCH, 1 juli De Bossche rechtbank heeft de Eindhovenaar, die 16 juni terechtstond wegens een po ging om zijn vader m.et rattenkruit te vergiftigen, veroordeeld tot een jaar ge vangenisstraf met aftrek van voorar rest. De officier van justitie had tegen hem een jaar gevangenisstraf geeist zonder aftrek van voorarrest. Het zou dus overdreven zijn te bewe ren dat elk van de t.v.-omroepen „een eigen gezicht" vertoonde en wy laten hierbij nu uiteraard de levensbeschou welijkheid terzjjde. Het gaat ons dus alleen om de programmering in artis- tiek-technische zin. En wy moeten daar bij toch wel enig gebrek aan eigen ini tiatief constateren. Wij zeiden het reeds: er vielen in het afgelopen seizoen weinig schokkende dingen te beleven. En nu is het verre van ons om een pleidooi te houden voor het sensationele om de sensatie. Wij hebben daaraan in de televisie bepaald geen behoefte. Maar het andere uiter ste is, dat in feite geen van de omroe pen blijk geeft van een vastomlijnd idee te hebben, waarop men een pro gramma kan baseren. Men bespeelt, dunkt ons, met een al te opvallende zorg de massa; men wil nu ook letter lijk en altijd iedereen behagen, en pre cies daarom weet niemand precies waar hij nu aan toe is. Daar wordt verder, dunkt ons, bij onze televisie nog altijd al te veel gepraat. Nog altijd komt het voor dat men praktisch een hele avond vult met op zichzelf staande vraagge- sprekjes en vervolgens met een of andere documentaire, waarin dan ook nog eens braaf wordt geïntervieuwd. En hoe belangwekkend de onderwer pen elk voor zich dan ook mogen zijn, een dusdanig samengesteld program ma is toch niet goed houdbaar. Het is dunkt ons noodzakelijk dat ieder programma een duidelijke „hoofd schotel" heeft. Men stelt per slot van rekening ook geen menu samen, dat uitsluitend uit hors d'oeuvres of „toetjes" bestaat. Sommige woens dagavonden van de K.R.O. en vrijdag avonden van de N.C.R.V. zijn typi sche voorbeelden van wat wij met het bovenstaande op het oog hebben. Programma's die „schokken". Het is ook hier veelal de toon die de muziek maakt. Wii herinneren in dit verband bijvoorbeeld aan de documentaire over de tweede wereldoorlog, die de VARA enige tijd geleden uitzond. Dat was werkelijk een school-voorbeeld van een kennelijk met grote zorgvuldigheid door drs. L. de Jong voorbereide en even voortreffelijk gebrachte uitzen ding, met een bijzonder puntige com mentaar. Een programma, waar inder daad iets van bleef hangen en waar in brede kring over werd gepraat. En het andere uiterste als zodanig zouden wij de uitzending van „Een kwartje per seconde" willen noemen, die de AVRO ons zondagsavonds pleegt voor te scho telen en die geheel is ingesteld op de aanstootgevende onschuld van een be nauwende pandverbeurderspret. Een programma dat ten ondergaat aan de onbedaarlijke spraakzaamheid van een conferencier, die met alle geweld de al te grage lachers op zijn hand wil hebben. Wy hebben reeds betoogd, dat een t.v.-programma vooral zal leven by de gratie van de aktualiteit. En dat be tekent in de praktyk, dunkt ons, dan ook, dat de Nederlandse televisie Eurovisieprogramma's over moet ne men, waar het maar even kan. Het mag, menen wy, echt niet meer voor komen, dat zo'n Eurovisie-programma wordt geweigerd omdat men een eigen, minder aantrekkeiyke uitzending niet wil uitstellen. Een soepele en ruimte open latende programma-samenstelling is daarvoor uiteraard gewenst. Wat men de verschillende televisie omroepen zou kunnen toewensen is, geloven wij, meer fantasie, meer onder linge onafhankelijkheid in „denken" en in de samenstelling van de program ma's met behoud uiteraard van een zo groot mogelijke samenwerking in technische zin. En om het „denken" enigszins geconcentreerder te doen zijn zou het wellicht aanbeveling verdie nen dat elk der omroepen beschikte over een kleine, vaste kern van buiten die omroepen staande adviseurs, die de programma's geregeld zouden kunnen becritiseren. Als wy wel zijn ingelicht is de K.R.O. daartoe inmiddels reeds overgegaan. Wij willen de zaken niet te zwartgat lig zien. En wy hebben waarachtig wel oog voor het goede dat ook door de Nederlandse televisie in de afgelopen jaren is gepresteerd. Maar wat ten kos te van alles moet worden voorkomen is, dat men aan gene zü'de van het scherm vervalt in een indifferente sleur, die tot gevolg zou hebben, dat de massa aan deze zpde in een collec tieve slaap zou worden gewiegd. Dat gevaar is reëel aanwezig. Maar de kansen om het te keren zijn er ook. H. Hn. ■IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIillllMllllllllllllliiUlllflIIIII Caspar Mol en zijn Afrikaanse vriendjes. n verband met de vanwege het tekort aan bevoegde leraren moeilijke situatie bij het voorbereidend hoger en middelbaar onder was heeft de ondergetekende een bespreking gehad met de zogenaamde commissie v.h. m.o." Aldus een mededeling van staatssecre taris Stubenrouch by de beantwoording van vragen, hem gesteld door enige Kamerleden. De staatssecretaris schreef dit of althans, het werd geschreven en hp gaf er zyn fiat aan twee maanden na zijn ambtsaanvaar ding op O.K. en W. Men kan rustig aannemen, dat drs. Stubenrouch op de dag van het be wuste onderhoud tegen zyn secretaresse ge woon heeft gezegd, dat hij met de commissie v.h.m.o. over het lerarentekort ging praten. Zich kort daarop tot enige Kamerleden wen dend trok Zijne Excellentie echter yiings zyn nieuwe Haagse pak aan en verklaarde plech tig: „In verband met de vanwege... Het is een typerend voorbeeld van de wpze, waarop het officiële Den Haag zich uitdrukt. 'De bewindslieden komen en gaan, in de poli tiek mag dan het een en ander veranderen, maar ongewpzigd blpft de kanselarpstyi, de pruikerige en ingewikkelde taal van „de. stuk ken". Het nieuwe kabinet begon er al mee in de Troonrede: „Indien de in overleg met het bedrijfsleven terzake vastgestelde regelen nauwgezet in acht worden genomen... en: „Gezien ook de doorwerking in het volgende jaar van de met ingang van dit jaar getrof fen maatregelen op het gebied van de inves teringsaftrek en de vervroegde afschrijving zal een verdere vermindering van de feitelijk be staande belastingdruk niet kunnen plaatsvin den en zullen mitsdien de laatstelpk voor 1959 verlengde belastingmaatregelen ook voor het komende jaar moeten worden gehandhaafd." Uit beide Kamers van de Staten-Generaal (die overigens de hand ook in eigen boezem mo gen steken... klonk kritiek op de taal in dit staatsstuk, maar de meeste ministers en staats secretarissen slaagden er niet of nauwelpks in hun taalkundig leven en dat van hun onderho rigen te beteren. Ziehier enkele staaltjes van ons staatsproza: Minister Van Rooy: „Ter beantwoording van de vraag van enkele ieden, welk standpunt de ondergetekende inneemt ten aanzien van de met het oog op de stijging van de kosten van levensonderhoud naar hun mening zo noodza- kelyke verhoging van de uitkeringen krach tens de Algemene Ouderdomswet en van die op grond van de andere sociale voorzieningen, mo ge allereerst verwezen worden naar hetgeen hierboven van het adres van vele leden werd opgemerkt Minister Toxopeus: „Het voor de samenstel ling van de memorie van antwoord inzake het wetsontwerp betreffende de nieuwe regeling van de financiële verhouding tussen bet Rijk en de Gemeenten nodige overleg met andere departementshoofden is nog niet afgesloten. Minister de ous: „Een confrontatie, zoals bedoeld in de vraagstelling, tussen het in 1957 en 1958 gerealiseerde produktiepeil en het waarschijnlijke produktiepeil bij voortzetting van de in de voorgaande jaren waargenomen trendlpn voor de werkgelegenheid en arbeids productiviteit is uiteraard niet exact 1» geven Minister Korthals: „Daarenboven zal het mo gelijk zyn gedeelten van de op het hoofdstuk Onvoorziene Uitgaven gereserveerde fondsen naar het onderwerpelijke begrotingshoofdstuk over te brengen, indien aan de hand van ad viezen van een daartoe door ondergetekende's ambtgenoot van Economische Zaken in het le ven geroepen interdepartementale commissie zal worden besloten de uitvoering van bepaal de voor de verbetering van de infrastructuur van de probleemgebieden van belang zijnde waterstaatswerken te vervroegen c.q. verder te versnellen." et is gecompliceerd, het is vermoeiend om te lezen. De gegeven voorbeelden il lustreren in hoofdzaak de ingewikkelde manier, waarop men zich in de kamer- en aan verwante stukken uitdrukt. De zinnen zijn in elkaar gebouwd; verschillende uitspraken wor den dooreen gestrengeld; er ontstaat een op eenstapeling van voorzetsels en verwijzingen. (UtMMdv Binnenlandse Zaken)„Nochtans komt de on dergetekende de door de aan het woord zyn- de leden genoemde termijn als te lang voor' (ministerie van Economische Zaken.) Het is waarschijnlijk ook deze voorzichtigheid, die tot het veelvuldig gebruik van de Rjdende vorm leidt. De ambtenaar, die voor een minister een stuk opstelt, zegt niet gauw, dat hp iets zal doen, wel: het streven van ondergetekende is er op gericht, dat er binnen afzienbare tyd iets gedaan zal worden. Waar een gewoon sterve ling zou schryven „de commissie belegt een byeenkomst", daar komt O.K. en W. met de mededeling: „Door de commissie wordt een bij eenkomst belegd". Tenslotte zyn er dan nog de vaktermen en de vreemde woorden, die de leesbaarheid van vele stukken niet ten goede komen. Ministerie van Maatschappelyk Werk: „De samenwer kingsorganen vormen het organisatorische ka der, waarbinnen de samenwerking en de inte gratie van onderscheidene werksoorten kunnen groeien en waarbinnen een gemeenschappeiy- ke bezinning op de arbeid, een voorbereiding ,van nieuwe vormgevingen en van effectievere uitvoering met vrucht kunnen plaats vinden." Emigratieverslag: „Mede dank zy de büzonder waardevolle, ondersteunende zowel als kataly serende activiteit van de Intergouvernemente le Commissie voor Europese Migratie ontvin gen de Castro-kolonies de toezegging van het Development Loan Fund, dat hun de aange vraagde lening zou worden verstrekt." Minis terie van Economische Zaken: „De conjunctu rele ontspanning, die in het afgelopen jaar in de algemene economische situatie is opgetre den, heeft ook haar invloed doen gelden op de sectoren, die binnen de werkingssfeer vallen van de Gemeenschappeiyke Markt der E.G.K.S. Terwyi het in voorgaande jaren voor al het voorziemngsaspect was, dat om een voortdurende waakzaamheid vroeg, kwam thans met name de afzetproblematiek in het centrum van de belangstelling te staan." En tenslotte nog eens het ministerie van Econo mische Zaken: „de pseudo bilaterale oligopo- listische long-run prys"... Daar blijft het echter piet by. Er is ook het gebruik van archaïsmen, waardoor men een taal krygt, die niet meer behoort tot 'iet leven van alledag. Dit euvel doet zich wel wat min der vaak voor dan vroeger, maar het is toch nog altijd aanwezig: „Ten vervolge op de de- zerzydse brief" (minister Korthals) „erken telijkheid "oor het werk van oud-minister Staf en oud-staatssecretaris Moorman gedurende derzelver ambtsperiode"; „wyders zouden de ze leden gaarne vernemen"; „huns erachtens" (Eerste Kamer) „Gaat hem van deze be hoefte blijken" (minister Visser) enz. Verder zyn de Haagse stukken veelal ge schreven met een terughoudendheid en voor zichtigheid, die het doorgronden van wat men nu eigeniyk wil zeggen vaak onnodig moeilijk maken: „Bij uitzondering zal het opheffen van de zelfstandigheid ener randgemeente niet kun nen worden voorkomen" (ministerie van iermep zijn de voornaamste kenmerken van het Haagse proza wel aangegeven. De kwaal van de kanselarystyi is zo oud als de kanselaryen en de kritiek er op is nau- weiyks jonger. Het is zaak telkens weer op dit onderwerp terug te komen, maar het leek me goed dit keer nu eens niet alleen de kritiek te geven, doch ook de andere party aan het woord te laten en wel in de persoon van de heren jhr. mr J. W. Röell. griffier, en J Sipkes. hoofdadministrateur ter griffie van de Eerste Kamer (in de verslagen van deze kamer treft men de meeste archaïsmen aan); dr. L. A H. Albering, lid van de K.V.P.-fractie in de Tweede Kamer (de heer Albering is neerlan dicus en hy loopt al jarenlang mee in het Kamer-"bedryf")J. A. Links, hoofd van de directie algemene economische politiek en dr. C. J. Oort, hoofd van de afdeling parlementaire en financiële zaken op het ministerie van Eco nomische Zaken (een van de ministeries, waar men wei het meest met moeilijke en vreemde termen t? maken heeft) Men zie voor het commentaar van deze Haagse prozaschrijvers de volgende publikatie over dit onderwerp. TON ELIAS. tjSJf i*ii (NADRUK VERBODEN) UTRECHT, 1 juli De bekende Duit se verkeersdeskundige, prof. dr. ir. M. E. Feuchtinger, is woensdagmiddag na een ziekte van zes weken in het zie kenhuis te Heidelberg overleden. Prof. Feuchtinger is 9 september 1909 in Kiel geboren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1960 | | pagina 9