Zeven oud-Veritijnen in Tanganyika
Ziekenhuis in Bukumbi nadert
moeizaam zijn voltooiing
IN T.V.-PROG RAM MA'S
TE VEEL GEPRAAT
PROZA
i
UIT HAAGSE STUKKEN
H
H
v
Pruikerigeingewikkelde kanselarijtaal
m
ZATERDAG 2 JULI 1960
PAGINA 9
Vorige week schreven wij in dit blad, dat men de Nederlandse
televisie niet eens kan aanwrijven, dat zij over het geheel genomen
zo slecht is, maar dat zij wel een gebrek aan durf vertoont. Er
gebeurt zo weinig. Er worden bijzonder weinig programma's ver
toond, waar „men" over praat. Niemand wordt ook maar in de ge
ringste mate of in welk opzicht dan ook geschokt. Daar is zelden
te zelden een programma, dat er uit springt. Het merkwaardige
daarbij is dat die vrij grijze eenvormigheid zich uitstrekt over de
verrichtingen van vijf televisie-omroepen, waarvan men zou kunnen
verwachten dat zij elkander onderling beconcurreren. Is er ergens
sprake van een onderlinge wedijver, die stimulerend zou kunnen
werken op het niveau van de programma's? Wij hebben daar nimmer
iets van gemerkt. Het tegendeel is het geval. De „concurrentie" be
perkt zich tot een af en toe optredende, kissebisserig touwtrekken
om personeelsbezetting, maar op het stuk van programmering kan
men eerder een neiging tot bijna slaafse naaperij constateren. De
V.A.R.A. een quiz? Dan de A.V.R.O. ook een quiz en de K.R.O. en
zelfs de N.C.R.V. Komt de V.A.R.A. met een soort „aangeklede"
actualiteiten-rubriek „Totebel" sinds vorige week heet zij dan
„Espresso" de A.V.R.O. zal zijn „Flits" hebben. Zulks afgezien
overigens van het feit, dat wij geen kwaad woord van beide rubrie
ken willen zeggen. De A.V.R.O. heeft zijn „Luipaard op schoot", de
N.C.R.V. zal ons het leven der dieren via „Disneyland" schilderen.
„Anders dan anderen" lokte „Alles gaat naar wens" uit. En deze
voorbeelden zou men nog kunnen aanvullen met andere, bijvoor
beeld met die van de parallel-lopende kunstrubrieken.
Bossche rechtbank
EEN JAAR VOOR
ONTAARDE ZOON
Zrtds Izdoeiïd'
HOLLAN-D-
FLST/VAL
O
VOLLE
Prof. dr. Feuchtinger
overleden
GROEP BRABANTSE ARTSEN
PIONIERT IN AFRIKA
Als op 6 juli de a.s. president van
Tanganyika, Julius K. Nyerere,
Het 3e paviljoen van het katho
lieke ziekenhuis in Bukumbi komt
openen, zal het al volledig bezet zijn
met patiënten. Toen in maart 1959
het tweede paviljoen gereed kwam,
■Was het ook al direct bezet en met het
eerste in november 1958 was het
precies hetzelfde. Van het begin af is
ieder stukje van het ziekenhuis dat
klaar kwam onmiddellijk benut en
niets wijst erop, dat bij de voltooiing
van het bouwplan in 1962 de
Capaciteit toereikend zal zijn. Integen-
®e': naarmate de faam van bet hos
pitaal groeit, stromen steeds meer pa
chten toe en geen mens weet, Hoe
pel er uiteindelijk zijn. De trieste
jvaarheid is, dat nagenoeg heel de
bevolking van het Bukumbi district
aan een of meer ziekten lijdt en in
dit district wonen minstens 250.000
Mensen. Voor hen zijn er twee artsen:
de gebroeders Ruud en Pieter Mol
Fet Brabantse Ett en. Zij hebben
Kich na hun studie in Utrecht twee
jaar gespecialiseerd in chirurgie en
verloskunde om daarna in het Muan-
za-district, even ten zuiden van het
Victoriameer, een pioniersarbeid te
beginnen die even onmogelijk als
nutteloos schijnt.
De moeizaam opgebouwde accommo
datie waarover zjj momenteel beschik
ken, kon in geen enkel opzicht verge
leken worden met onze ziekenhuis-
outillage. Er wordt geopereerd bij een
petroleumlamp, want er is geen elek
triciteit. Daarbij staat men in een wolk
venijnige insecten, want de begroting
van 2.000 per bed liet geen ruimte om
alle openingen met gaas af te scher
men. Steriliseren gebeurt op een pri
mus. Men is blij, dat de hitte onder
de golfplaten daken enigszins wordt te
gengehouden door een boardplafond.
Het invoeren van isolatiemateriaal was
n.l. niet te betalen. Alleen strikt medi
sche apparatuur en geneesmiddelen
zijn vrijgesteld van de uiterst hoge in
voerrechten.
Maar wat in onze ogen nog uiter
mate primitief is, betekent voor Bu
kumbi iets spectaculairs. Het groei
ende ziekenhuiscomplex is in dit ar
me land een bezienswaardigheid en
de pionierende ziekenhuisstaf zal ge
weldig blij zijn, als het volgens de
plannen kan worden afgebouwd en
verder met behulp van een over
heidssubsidie in stand gehouden.
Naar Afrikaanse begrippen is van ge
brekkigheid geen sprake. Echt pri
mitief vond men het alleen in de be
gintijd, toen men zich moest behel
pen in schoollokaaltjes
Het bijna hopeloze van het werk in
Bukumbi is niet zozeer gelegen in ge
brek aan ruimte en middelen, maar
In het feit, dat de patiënten, die men
van een zekere dood heeft weten te
redden, een haast even zekere dood te
gemoet gaan. De verraderlijke micro-
organismen, die zelfs de blanken on
danks alle preventieve maatregelen
herhaaldelijk bedreigen, vinden in de
inlandse bevolking met haar totale ge
brek aan hygiene een gemakkelijke
rooi. Bovendien ^Uenje_ mensen na
trict, werkt de Bossenaar Majo en
helemaal aan de Oostkust, ten zuiden
van Dar es Salaam, zit A. van Maa-
nen, die een klein ziekennuis in Ki-
tubi leidt.
In Sumve werkte ook zuster Erna
Schaars, een pionierster met ervaring,
ook wat bouwen betreft. Zij had tevo
ren in West-Afrika in Fomena aan de
Goudkust, heel alleen een ziekenhuisje
van 40 bedden met verloskundige kli
niek en een polikliniek van 80 man per
dag gerund. Het vochtige klimaat had
haar genoodzaakt om naar de drogere
hitte van het Mwanse district te ver
huizen. Zij werd begin 1957 ingedeeld
bij de werkploeg Bukumbi. Samen met
dokter Mol maakte ze de bouwplannen,
die in Nederland werden bijgeschaafd
door een (echte) architect. Een Duitse
bouwbroeder kreeg de leiding van het
uitvoerende werk, waarvoor men men
sen charterde op de weg. Ze werden
moeizaam geïnstrueerd in het bakken
van stenen en in het metselen en zo
groeide geleidelijk de bouwploeg van
40 man, die nu aan het project te werk
is gesteld. Inmiddels begon men in een
schoollokaaltje van de Witte Zusters
met de verpleging.
In augustus 1957 kwam het dak op
het huis van de artsenwoning. Ruud
Arts Ruud Mol en zijn echtgenote.
Een zaal in het ziek.enh.uia
slechte mmmJ
toestanden.
Eph ander bijna hopeloos probleem
Een anaei u van de bevolking.
is de Te?tai.„ patiënten uit een ge-
Men s°Taar duizend kilometer
bied dat een h-- een ander zie-
duizend kilometer
- „ïak bii een ander zie-
verder ligt, vlak u dat ieman(J
kenhuis. Dan blykt - zjekenhuis ge-
van de famihe m n patiën_
storven is. H.e„rh®anldbehandeling weg,
ten midden m een eg helpt. Als
omdat het niet snel g loivens uit
ze wèl blijven
bed.
Ruim
behandeling weg,
omdat het niet T^men^e telkens uit
h„t pionierswerk
■runm drie jaar is ne idee
in Bukumbi nu aan de gornstig van
om daar te beginnen is atK .n 1953
mgr. J. Blomjous, die n ft toen
met Ruud Mol besproken tocht
de laatste werkend-liftend plgats
Raar Tanganyika maaKie. dg gr0.
lag midden in de rimboe, ma^ zQU er
te verkeersweg naar het w er nu
vlak langs komen. Die grotendeels,
het ziekenhuis staat er
Ruud en Pieter Mol zijn t^antse
de zeVen zonen van de o chr.
Wit-Gele-Kruis-promotor do^er
Mol. Alle zeven hebben ze ee"kozen.
artseny
en drie studeren
dere richting van
Vier zijn er arts „nvta
resp. voor tandarts, dieren;ber
psycholoog. Ruud vertrokin Bu_
1956 naar Sumve, dat 70 km van
kumbi ligt en waar al ®en„_^idjng
ziekenhuis met verpleegstersoplei
gevestigd was. Daar heeft de vr
Welijke arts L. Schroder de lading,
nu al negen jaar lang. Zij is een va
de zeven oud-Veritijnen die nuTTt'
Tanganyika werkzaam zijn: in UKa"
reme, midden in het Victoriameer,
werkt Dries Oomen op een soortge
lijke manier en in Mwanza is F. Sal-
den gevestigd als eerste Europese
huisarts. Meer naar het westen: in
Sengerema, gelegen in het Geitadis-
Mol, zijn vrouw Annemieke Dubois en
hun kind, dat een maand na hun aan
komst in Afrika geboren was, trokken
er onmiddellijk in, samen met zuster
Schaars. Mevrouw Mol fysische the
rapeute zette zich even goed in als
haar man en het drietal werd voorts
geassisteerd door twee witte zusters
van de missiepost bij het schooltje. Het
eerste paviljoen, dat in november 1958
klaar kwam, was berekend op 40 bed
den, maar er konden er 60 staan. Die
lagen prompt vol. Af en toe, als er een
inspectie kwam van het gouvernement,
moest een aantal bedden tijdelijk wor
den opgeruimd, omdat anders de voor
geschreven ruimte tussen de bedden
niet aanwezig was, maar dat waren
kleinigheden tussendoor waar niemand
veel drukte over maakte
Groter zorgen bracht de financie
ring mee. Bukumbi kreeg n.l. geen
cent subsidie en ook vandaag is van
de zijde van het gouvernement nog
geen enkele geldelijke steun ver
leend. Men hoopt die nu wel spoedig
te krijgen, zodat men wat de „exploi
tatie"..betreft voor de toekomst geen
rnoeilhkheden meer hoeft te vrezen.
U->e andere katholieke ziekenhuizen
in het Mwansedistrict - Sumve, Sen-
gerema en Ukereme hebben al al-
emaa] subsidie). De bouw zelf kost
eenter nu nog vier vijf ton. Geluk-
RifknT.iv i?en .thuisfront: de stichting
SUJrobi-hospïtaai, die al 180.000
terii vim ^bracht. De tweede lo-
hoJt von Te st'chting is echter niet
verlof P gelopen, zodat men
kine uit to TTeten vragen, de trek-
Veritiinen n- Intussen zijn de
om hun nJiT thans gemobiliseerd
te bieden 7il n helpende hand
ie Dienen. Zy zullen, zoals we reeds
hebben
zeUeTom aTAAaTNtehën"Tp"*t'°uw
M i z-uais w
AG V de homende maan-
activiteiten op
te brengen 000 loten aan de man
De ziel van de stichting is zuster
naa^Nederfand'HJs moeteT terugkeren
Ze heeft ook al een aTtsen-huSe onh
ketend, die in vijf jaar 40.000 zal od
leveren. Het echtpaar Mol-Dubois heeft
dit voorjaar assistentie gekregen van
Pieter Mol, die eveneenl met vrouw
(en kind) naar Bukumbi is gegaan
Ruud heeft intussen al drie kinderen
pe oudste, Caspar, is 3»/. jaar. Hii
spreekt vier talen: Nederlands, Engels
Ki-Swahili (de landstaal) en Ki-Suku-
jna (de plaatselijke volkstaal), zodat hij
soms a's ,- 9 °Ptreedt voor zijn
ouders ----- Met zgn zwarte leeftijdsge-
noten kan hu uitstekend overweg. De
beide artsen en hun echtgenoten wor
den ter z«de gestaan door de Rotter
damse verpleegster-vroedvrouw zuster
A. van Doorn en door 'tien inlandse
verpleegsters, van wie er twee gediplo
meerd vroedvrouw-verpleegster zijn.
Die inlandse krachten zijn van enorme
betekenis: zij leggen de basis voor de
preventieve gezondheidszorg, die ze
hun landgenoten heel geleidelijk kun
nen gaan bijbrengen. Zodra het zieken
huis is afgebouwd, zal de opleiding van
de Afrikaanse gezondheidszusters punt
één worden. Want het werk kan pas
blijvend vruchten dragen, als tegelijk
de hygiënische toestanden verbeteren.
Dit Afrikaanse ,,Wit-Gele-Kruis-werk"
zal bovendien gepaard moeten gaan
met hervormingen in de landbouw (nu
nog roofbouw) en de voedselgewoonten,
aarvoor is de landbouwschool van be-
ang, die de N.C.B. gaat bouwen in
dwanza. Het zal de eerste landbouw
school van Tanganyika zijn.
Dokter Ruud Mol en zijn gezin ko
men op 11 juli naar Nederland, maar
niet voor goed: na een half jaar zul
len ze weer naar Bukumbi terugke
ren. Voorlopig zal men de Europese
pioniers nog niet kunnen missen.
Tanganyika heeft pas één middelba
re school voor jongens en één voor
meisjes, maar nog geen universiteit.
Het zal nog vele jaren duren, voor de
eigen mensen het werk kunnen over
nemen.
VIC LANGENHOFF.
DEN BOSCH, 1 juli De Bossche
rechtbank heeft de Eindhovenaar, die
16 juni terechtstond wegens een po
ging om zijn vader m.et rattenkruit te
vergiftigen, veroordeeld tot een jaar ge
vangenisstraf met aftrek van voorar
rest. De officier van justitie had tegen
hem een jaar gevangenisstraf geeist
zonder aftrek van voorarrest.
Het zou dus overdreven zijn te bewe
ren dat elk van de t.v.-omroepen „een
eigen gezicht" vertoonde en wy laten
hierbij nu uiteraard de levensbeschou
welijkheid terzjjde. Het gaat ons dus
alleen om de programmering in artis-
tiek-technische zin. En wy moeten daar
bij toch wel enig gebrek aan eigen ini
tiatief constateren.
Wij zeiden het reeds: er vielen in het
afgelopen seizoen weinig schokkende
dingen te beleven. En nu is het verre
van ons om een pleidooi te houden voor
het sensationele om de sensatie. Wij
hebben daaraan in de televisie bepaald
geen behoefte. Maar het andere uiter
ste is, dat in feite geen van de omroe
pen blijk geeft van een vastomlijnd
idee te hebben, waarop men een pro
gramma kan baseren. Men bespeelt,
dunkt ons, met een al te opvallende
zorg de massa; men wil nu ook letter
lijk en altijd iedereen behagen, en pre
cies daarom weet niemand precies
waar hij nu aan toe is.
Daar wordt verder, dunkt ons, bij
onze televisie nog altijd al te veel
gepraat. Nog altijd komt het voor dat
men praktisch een hele avond vult
met op zichzelf staande vraagge-
sprekjes en vervolgens met een of
andere documentaire, waarin dan ook
nog eens braaf wordt geïntervieuwd.
En hoe belangwekkend de onderwer
pen elk voor zich dan ook mogen zijn,
een dusdanig samengesteld program
ma is toch niet goed houdbaar. Het
is dunkt ons noodzakelijk dat ieder
programma een duidelijke „hoofd
schotel" heeft. Men stelt per slot van
rekening ook geen menu samen, dat
uitsluitend uit hors d'oeuvres of
„toetjes" bestaat. Sommige woens
dagavonden van de K.R.O. en vrijdag
avonden van de N.C.R.V. zijn typi
sche voorbeelden van wat wij met
het bovenstaande op het oog hebben.
Programma's die „schokken". Het is
ook hier veelal de toon die de muziek
maakt. Wii herinneren in dit verband
bijvoorbeeld aan de documentaire over
de tweede wereldoorlog, die de VARA
enige tijd geleden uitzond. Dat was
werkelijk een school-voorbeeld van een
kennelijk met grote zorgvuldigheid
door drs. L. de Jong voorbereide en
even voortreffelijk gebrachte uitzen
ding, met een bijzonder puntige com
mentaar. Een programma, waar inder
daad iets van bleef hangen en waar
in brede kring over werd gepraat. En
het andere uiterste als zodanig zouden
wij de uitzending van „Een kwartje per
seconde" willen noemen, die de AVRO
ons zondagsavonds pleegt voor te scho
telen en die geheel is ingesteld op de
aanstootgevende onschuld van een be
nauwende pandverbeurderspret. Een
programma dat ten ondergaat aan de
onbedaarlijke spraakzaamheid van een
conferencier, die met alle geweld de
al te grage lachers op zijn hand wil
hebben.
Wy hebben reeds betoogd, dat een
t.v.-programma vooral zal leven by de
gratie van de aktualiteit. En dat be
tekent in de praktyk, dunkt ons, dan
ook, dat de Nederlandse televisie
Eurovisieprogramma's over moet ne
men, waar het maar even kan. Het
mag, menen wy, echt niet meer voor
komen, dat zo'n Eurovisie-programma
wordt geweigerd omdat men een eigen,
minder aantrekkeiyke uitzending niet
wil uitstellen. Een soepele en ruimte
open latende programma-samenstelling
is daarvoor uiteraard gewenst.
Wat men de verschillende televisie
omroepen zou kunnen toewensen is,
geloven wij, meer fantasie, meer onder
linge onafhankelijkheid in „denken" en
in de samenstelling van de program
ma's met behoud uiteraard van een
zo groot mogelijke samenwerking in
technische zin. En om het „denken"
enigszins geconcentreerder te doen zijn
zou het wellicht aanbeveling verdie
nen dat elk der omroepen beschikte
over een kleine, vaste kern van buiten
die omroepen staande adviseurs, die
de programma's geregeld zouden kunnen
becritiseren. Als wy wel zijn ingelicht
is de K.R.O. daartoe inmiddels reeds
overgegaan.
Wij willen de zaken niet te zwartgat
lig zien. En wy hebben waarachtig
wel oog voor het goede dat ook door de
Nederlandse televisie in de afgelopen
jaren is gepresteerd. Maar wat ten kos
te van alles moet worden voorkomen
is, dat men aan gene zü'de van het
scherm vervalt in een indifferente
sleur, die tot gevolg zou hebben, dat
de massa aan deze zpde in een collec
tieve slaap zou worden gewiegd. Dat
gevaar is reëel aanwezig. Maar de
kansen om het te keren zijn er ook.
H. Hn.
■IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIillllMllllllllllllliiUlllflIIIII
Caspar Mol en zijn Afrikaanse vriendjes.
n verband met de vanwege het tekort aan
bevoegde leraren moeilijke situatie bij het
voorbereidend hoger en middelbaar onder
was heeft de ondergetekende een bespreking
gehad met de zogenaamde commissie v.h.
m.o." Aldus een mededeling van staatssecre
taris Stubenrouch by de beantwoording van
vragen, hem gesteld door enige Kamerleden.
De staatssecretaris schreef dit of althans,
het werd geschreven en hp gaf er zyn fiat
aan twee maanden na zijn ambtsaanvaar
ding op O.K. en W. Men kan rustig aannemen,
dat drs. Stubenrouch op de dag van het be
wuste onderhoud tegen zyn secretaresse ge
woon heeft gezegd, dat hij met de commissie
v.h.m.o. over het lerarentekort ging praten.
Zich kort daarop tot enige Kamerleden wen
dend trok Zijne Excellentie echter yiings zyn
nieuwe Haagse pak aan en verklaarde plech
tig: „In verband met de vanwege...
Het is een typerend voorbeeld van de wpze,
waarop het officiële Den Haag zich uitdrukt.
'De bewindslieden komen en gaan, in de poli
tiek mag dan het een en ander veranderen,
maar ongewpzigd blpft de kanselarpstyi, de
pruikerige en ingewikkelde taal van „de. stuk
ken". Het nieuwe kabinet begon er al mee in
de Troonrede: „Indien de in overleg met het
bedrijfsleven terzake vastgestelde regelen
nauwgezet in acht worden genomen... en:
„Gezien ook de doorwerking in het volgende
jaar van de met ingang van dit jaar getrof
fen maatregelen op het gebied van de inves
teringsaftrek en de vervroegde afschrijving zal
een verdere vermindering van de feitelijk be
staande belastingdruk niet kunnen plaatsvin
den en zullen mitsdien de laatstelpk voor 1959
verlengde belastingmaatregelen ook voor het
komende jaar moeten worden gehandhaafd."
Uit beide Kamers van de Staten-Generaal (die
overigens de hand ook in eigen boezem mo
gen steken... klonk kritiek op de taal in dit
staatsstuk, maar de meeste ministers en staats
secretarissen slaagden er niet of nauwelpks in
hun taalkundig leven en dat van hun onderho
rigen te beteren. Ziehier enkele staaltjes van
ons staatsproza:
Minister Van Rooy: „Ter beantwoording van
de vraag van enkele ieden, welk standpunt de
ondergetekende inneemt ten aanzien van de
met het oog op de stijging van de kosten van
levensonderhoud naar hun mening zo noodza-
kelyke verhoging van de uitkeringen krach
tens de Algemene Ouderdomswet en van die op
grond van de andere sociale voorzieningen, mo
ge allereerst verwezen worden naar hetgeen
hierboven van het adres van vele leden werd
opgemerkt
Minister Toxopeus: „Het voor de samenstel
ling van de memorie van antwoord inzake het
wetsontwerp betreffende de nieuwe regeling
van de financiële verhouding tussen bet Rijk
en de Gemeenten nodige overleg met andere
departementshoofden is nog niet afgesloten.
Minister de ous: „Een confrontatie, zoals
bedoeld in de vraagstelling, tussen het in 1957
en 1958 gerealiseerde produktiepeil en het
waarschijnlijke produktiepeil bij voortzetting
van de in de voorgaande jaren waargenomen
trendlpn voor de werkgelegenheid en arbeids
productiviteit is uiteraard niet exact 1» geven
Minister Korthals: „Daarenboven zal het mo
gelijk zyn gedeelten van de op het hoofdstuk
Onvoorziene Uitgaven gereserveerde fondsen
naar het onderwerpelijke begrotingshoofdstuk
over te brengen, indien aan de hand van ad
viezen van een daartoe door ondergetekende's
ambtgenoot van Economische Zaken in het le
ven geroepen interdepartementale commissie
zal worden besloten de uitvoering van bepaal
de voor de verbetering van de infrastructuur
van de probleemgebieden van belang zijnde
waterstaatswerken te vervroegen c.q. verder
te versnellen."
et is gecompliceerd, het is vermoeiend
om te lezen. De gegeven voorbeelden il
lustreren in hoofdzaak de ingewikkelde
manier, waarop men zich in de kamer- en aan
verwante stukken uitdrukt. De zinnen zijn in
elkaar gebouwd; verschillende uitspraken wor
den dooreen gestrengeld; er ontstaat een op
eenstapeling van voorzetsels en verwijzingen.
(UtMMdv
Binnenlandse Zaken)„Nochtans komt de on
dergetekende de door de aan het woord zyn-
de leden genoemde termijn als te lang voor'
(ministerie van Economische Zaken.) Het is
waarschijnlijk ook deze voorzichtigheid, die
tot het veelvuldig gebruik van de Rjdende vorm
leidt. De ambtenaar, die voor een minister een
stuk opstelt, zegt niet gauw, dat hp iets zal
doen, wel: het streven van ondergetekende is
er op gericht, dat er binnen afzienbare tyd iets
gedaan zal worden. Waar een gewoon sterve
ling zou schryven „de commissie belegt een
byeenkomst", daar komt O.K. en W. met de
mededeling: „Door de commissie wordt een bij
eenkomst belegd".
Tenslotte zyn er dan nog de vaktermen en
de vreemde woorden, die de leesbaarheid van
vele stukken niet ten goede komen. Ministerie
van Maatschappelyk Werk: „De samenwer
kingsorganen vormen het organisatorische ka
der, waarbinnen de samenwerking en de inte
gratie van onderscheidene werksoorten kunnen
groeien en waarbinnen een gemeenschappeiy-
ke bezinning op de arbeid, een voorbereiding
,van nieuwe vormgevingen en van effectievere
uitvoering met vrucht kunnen plaats vinden."
Emigratieverslag: „Mede dank zy de büzonder
waardevolle, ondersteunende zowel als kataly
serende activiteit van de Intergouvernemente
le Commissie voor Europese Migratie ontvin
gen de Castro-kolonies de toezegging van het
Development Loan Fund, dat hun de aange
vraagde lening zou worden verstrekt." Minis
terie van Economische Zaken: „De conjunctu
rele ontspanning, die in het afgelopen jaar in
de algemene economische situatie is opgetre
den, heeft ook haar invloed doen gelden op de
sectoren, die binnen de werkingssfeer vallen
van de Gemeenschappeiyke Markt der
E.G.K.S. Terwyi het in voorgaande jaren voor
al het voorziemngsaspect was, dat om een
voortdurende waakzaamheid vroeg, kwam
thans met name de afzetproblematiek in het
centrum van de belangstelling te staan." En
tenslotte nog eens het ministerie van Econo
mische Zaken: „de pseudo bilaterale oligopo-
listische long-run prys"...
Daar blijft het echter piet by. Er is ook het
gebruik van archaïsmen, waardoor men een
taal krygt, die niet meer behoort tot 'iet leven
van alledag. Dit euvel doet zich wel wat min
der vaak voor dan vroeger, maar het is toch
nog altijd aanwezig: „Ten vervolge op de de-
zerzydse brief" (minister Korthals) „erken
telijkheid "oor het werk van oud-minister Staf
en oud-staatssecretaris Moorman gedurende
derzelver ambtsperiode"; „wyders zouden de
ze leden gaarne vernemen"; „huns erachtens"
(Eerste Kamer) „Gaat hem van deze be
hoefte blijken" (minister Visser) enz.
Verder zyn de Haagse stukken veelal ge
schreven met een terughoudendheid en voor
zichtigheid, die het doorgronden van wat men
nu eigeniyk wil zeggen vaak onnodig moeilijk
maken: „Bij uitzondering zal het opheffen van
de zelfstandigheid ener randgemeente niet kun
nen worden voorkomen" (ministerie van
iermep zijn de voornaamste kenmerken
van het Haagse proza wel aangegeven.
De kwaal van de kanselarystyi is zo oud
als de kanselaryen en de kritiek er op is nau-
weiyks jonger. Het is zaak telkens weer op dit
onderwerp terug te komen, maar het leek me
goed dit keer nu eens niet alleen de kritiek te
geven, doch ook de andere party aan het woord
te laten en wel in de persoon van de heren
jhr. mr J. W. Röell. griffier, en J Sipkes.
hoofdadministrateur ter griffie van de Eerste
Kamer (in de verslagen van deze kamer treft
men de meeste archaïsmen aan); dr. L. A
H. Albering, lid van de K.V.P.-fractie in de
Tweede Kamer (de heer Albering is neerlan
dicus en hy loopt al jarenlang mee in het
Kamer-"bedryf")J. A. Links, hoofd van de
directie algemene economische politiek en dr.
C. J. Oort, hoofd van de afdeling parlementaire
en financiële zaken op het ministerie van Eco
nomische Zaken (een van de ministeries, waar
men wei het meest met moeilijke en vreemde
termen t? maken heeft) Men zie voor het
commentaar van deze Haagse prozaschrijvers
de volgende publikatie over dit onderwerp.
TON ELIAS.
tjSJf i*ii
(NADRUK VERBODEN)
UTRECHT, 1 juli De bekende Duit
se verkeersdeskundige, prof. dr. ir. M.
E. Feuchtinger, is woensdagmiddag
na een ziekte van zes weken in het zie
kenhuis te Heidelberg overleden. Prof.
Feuchtinger is 9 september 1909 in Kiel
geboren.