en strand zijn uitsluitend
bestemd
voor
VOGELS
-.
...■'•wr*
m
EILAND wandelt
zeven meter naar
Onze laatste
ruimte
per jaar
Friesland
Geschilderde
herinneringen
uit Indonesië
O'
11
m
a
ALS EEN PRACHTIG BONT PALET IN DE WADDENZEE
Ruggegraat
versterkt
V er dronken
stadje
REMBRANDT in
Onlangs ontdekt
zelfportret van
het Rijksmuseum
n»
Volksmuziekschool
op Curagao
TWEE BEELDEN
VOOR GRONINGEN
Kamikaze
1:1
MABURODAM
r
ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1960
PAGINA 10
X 'ïA *-V gg>.
G
-
-
ÉtfflÈË
:A 4
SÉ
-f 'Uï
Uziet Griend vandaag niet op zijn mooist", zeiden de kenners
van het Waddeneiland, toen we de haven van Harlingen
achter ons hadden. Het was voor de vogels al rijkelijk laat
in het seizoen. Bovendien had de laatste zomerstorm, eind juni, een
hoge vloed veroorzaakt, die tal van nesten had weggeslagen, en
waren grote aantallen jongen door de kille regenvlagen omgekomen.
De Griendkenners en -minnaars wilden onze verwachtingen kennelijk
matigen. Zonder twijfel speelde hun daarbij de gedachte door het
hoofd, dat je van een ontgoochelde journalist moeilijk een enthou
siast verhaal kunt verwachten. Maar er waren gelukkig ook licht
punten. De koffie aan boord was uitstekend en de stijve bries, die
na het noodweer van de nacht was blijven doorstaan, blies bolle
zeilen in de gigantische stapelwolken, die in machtige eskaders
naar het oosten trokken. De wolken maakten de eindeloze water
vlakte tot een boeiend landschap; ze accentueerden tegelijk de
enorme ruimte, die bij een strakke hemel veel meer begrensd lijkt.
memm.
*V
llfi§!t|P||
r r>
Liturgische weekkalender
GRIEND
i.tL:.?<r
v\
v-
•.N-*-***- N 4 y"
>Xy«;
4 4
é'_'v T ;>v? -
*MtMk.4
sen prükten weelderige toefen kamille
en over de kwelder lag een paarse
gloed van lamsoor.
Van het wachtershutje uit zagen we
de kleurenmengeling pas goed
Griend was een bont palet in het
grijsblauwe vlak van de zee. Aan dat
grijs grensde het blonde zand, daar
naast blikkerde het wit van het schel-
penstrand en daarachter wisselden
het grijsgroen van biestarwegras en het
zilvergrijs van zeealsem elkaar af met
malsgroene strandmelde, vosbruin
schorrenkruid en het violet van de
bloeiende kwelder. De zon gaf de
kleuren een diepe gloed en de bol
lende wolken vormden een barokke
omlijsting. En bij dat alles krijsten
de vogels alsof het hartje broedtijd
was. Griend niet op zijn mooist? De
kenners moesten beamen, dat het
moeilijk nog mooier kon.
Met veel tegenzin hebben we de te
rugtocht aanvaard, een wandeling
over het glinsterend wad. Heel in de
verte pendelden boten vol vakantie
jongens naar de echte Waddeneilan
den. Griend bleef bulten hun bereik
het laatste stukje ongerept strand,
met alleen de vogels als badgasten.
De laatste ruimte in ons overvolle
vaderland.
VIC LANGENHOFF.
H 'S?<
P.S. We moesten er vooral bij ver
melden, dat Griend niet openstaat voor
excursies
WILLEMSTAD, 4 aug. (ANP) De
plannen voor een muziekschool op Cu
rasao zijn nu zover uitgewerkt, dat
met zekerheid kan worden gezegd, dat
in september deze school kan worden
geopend. Het heeft lang geduurd voor
dat het zover is gekomen. De heer H.
te Starke, die in Indonesië op het ge
bied van het muziekonderwijs zijn spo
ren verdiende, zal de directie van de
school voeren, hetgeen mogelijk is ge
maakt door de Sticusa.
Het is de bedoeling, dat er muziek
les zal worden gegeven op tal van in
strumenten. Daartoe is aan verscheide
ne leraren en leraressen medewerking
verzocht. Onder hen zijn ook enkele
amateurs doch geen beroepsleraren of
beroepsmusici. - Het streven is om aan
mensen, die niet in staat zijn, door
middel van privé-Iessen een instrument
grondig te leren bespelen, op de nieu
we school daartoe de kans te geven.
Dit betekent niet dat de school typisch
een volksmuziekschool wordt doch wel,
dat het streven er op gericht zal zijn,
het nut van goed muziekonderricht zo
algemeen mogelijk te propageren en er
zo veel mogelijk mensen, vooral jonge
mensen, van te laten profiteren. Zo
veel mogelijkwant ondanks alle
dappere plannen moet men beginnen
met een zeer beperkt budget.
GRONINGEN, 5 aug. De oud-Gro
ninger beeldhouwer, de heer T. E. Jelt-
sema te 's-Gravenhage heeft aan de ge
meente Groningen twee door hem ver
vaardigde beelden ten geschenke aange
boden. Het zijn een bronzen figuur,
voorstellende een zittande jongeling en
een marmeren bacchante-figuur. B. en
W. zijn van mening dat deze beelden
een waardevolle aanwinst betekenen
van het gemeentelijk kunstbezit en ze
stellen de raad voor de beelden als
schenking te aanvaarden.
„Daar ginds ligt Griend," wezen on
ze gastheren, toen we midden op zee
waren overgestapt In een wankel sloep
je met buitenboordmotor. Zelfs met de
kijker was aan de horizon niet méér
te zien dan twee torentjes het ene
twee keer zo hoog als het andere
en verder een smalle streep land met
links en rechts wit-oplichtende uitein
den. Het bootje sputterde moedig te
gen de golven op en van tijd tot tijd
gutste het zeewater royaal over ons
heen. Met het land nog nauwelijks in
zicht en ons moederschip op de verre
achtergrond leek het een hachelijk
avontuur, maar de peilstok wees tot
onze geruststelling uit, dat de zee niet
veel dieper was dan een meter: we
zaten al boven de Grienderwaard, een
geweldige zandplaat, die bij eb volko
men droogvalt en het was afgaand
ti). Weldra botste de boot dan ook te
gen de bodem en werd ons verzocht,
overboord te stappen. Terwijl vóór ons
een geweldige bui kwam aandrijven,
waadden we nog kilometers van het
eiland door de verrukkelijke lauwe
Waddenzee: een handvol stippen in een
onafzienbare watervlakte.
De golven reikten ons tot de knie-
en by een befaamd ornitholoog, die
van lieverlee de vormen van een
steltloper heeft aangenomen, bleef
het er zelfs vér onder. De bui dreef
zijdelings af en het water begon snel
te zakken: ineens zagen we de bo
dem van de plaat en was het waden
afgezakt tot pootje-baden. Het eiland
nam nu vaster vormen aan en met
de kijker konden we massa's vogels
zien, die dicht opeengepakt op het
strand stonden. De eerste troepen
fourageerden al op het droogvallend
wad, een rijk voorziene tafel voor
miljoenen vogels uit half Europa en
de Noordpoolstreken. Het waren bon
te strandlopers, vroege trekkers of
overzomeraars. Straks zullen ze ge
volgd worden door legioenen door
trekkers en wintergasten. Bij eb voe
den ze zich met de wormpjes die ze
aanboren in het slik, om zich bij het
opkomen van het water terug te trek
ken op de eilanden. Griend is daar
om een kostbaar rustpunt, zeker nu
de officiële Waddeneilanden steeds
drukker worden. Ook als broedge
bied is Griend van grote betekenis.
Er nestelen duizenden grote sterns
en visdiefjes, met daartussen de zeld
zame Noordse sterns.
Verder broeden er scholeksters en
strandplevleren en ook bergeenden en
eidereenden hebben er domicilie geko
zen. Maar zelfs zonder vogels zou
Griend bijzonder interessant zijn. Het
is een „wandelend" eiland, waarmee
de natuur haar boeiend spel speelt.
Een spel van afbraak en opbouw, met
wind en water in de hoofdrollen en di
verse planten in belangrijke bijrollen.
Het zijn dan ook niet alleen de vogel-
kundigen die in Griend een kostelijk
studie-object hebben gevonden.
Na ruim een half uur stonden we
dan op de westpunt van het
eiland. Het staartje van de bui
spoelde ons het zilt van de lippen en
een donderslag rommelde over de slik-
platen. Boven ons hoofd krijsten de
sterns; hun slanke vleugels bliksemden
tegen de Ioodzwarte wolken. Het
eiland, ruim 20 ha groot, is gemakke
lijk te overzien. De punt waarop wij
„landden" vormt de westelijke uitloper
van een halve maan, die met de rug.
naar de Noordzee ligt. Midden op de
rug, die gemiddeld maar een meter
hoog is, staan de scheepvaarttoren en
het houten-huisje-op-palen, waarin tij
dens de broedtijd de vogelwachters wo
nen. Tussen de punten ligt een met
kreken doorsneden kwelder, die vrü
grillig begrensd wordt door het wad.
We stonden op een boge, witte schel-
penbank, enkele meters van de rand
van het eiland. Een van de vogelwach
ters wees ons op een stok, die precies
aan de rand stond. Vorig jaar had ze
nog hoog op de schelpenbank gestaan.
Het eiland verplaatst zich gemiddeld
zeven meter per jaar in de richting
van de Friese kust. Het wandelt over
de Grienderwaard. Maar de afbraak ls
groter dan de groei en toen enkele ja
ren geleden in het midden een door
braak tot stand kwam, heeft het er
even naar uitgezien, dat het „voor z;jn
tijd" r dat wil zeggen: vóór het ver
strijken van de eeuwen die nog moe
ten verlopen, eer het van de Griender
waard het diepe water instapt zou
worden verzwolgen. Rijkswaterstaat
heeft toen een zandzuiger laten aan
rukken, die de ruggegraat de nodige
versterking heeft gegeven. Deze in
greep was begroot op 85.000 gulden.
maar het werk viel tegen en het wer
den er 400.000. „Gelukkig dat ze dat
tevoren niet geweten hebben, anders
was het misschien niet gebeurd." De
kosten zijn gedragen door de ministe
ries van Verkeer en Waterstaat en
O. K. en W. en door de Vereniging
tot Behoud van Natuurmonumenten.
Het eerste departement had er belang
bij in verband met het scheepvaartba
ken, dat anders een dure stellage in
zee zou vragen.
Natuurmonumenten heeft het
eiland sedert 1912 in beheer. Sinds
dien worden er in het broedseizoen
vogelwachters gestationeerd. Die be
waking was wel nodig, want het vo
geleiland was erg in trek bij vissers
en andere bootbezitters, die er naar
hartelust eieren gingen rapen. Dat
gebeurde zelfs in georganiseerd ver
band: oude verhalen gewagen van
grote tjalken met 100 passagiers, een
muziekkorps, acht kruiken jenever
en 120 flesjes bier. Dergelijke toch
ten behoren nu definitief tot het ver
leden, maar desondanks is de vogel
rijkdom sterk achteruitgegaan. Men
schrijft dit toe aan de talrijke hoge
vloeden die sedert de bouw van de
Afsluitdijk de broedsels belagen. Na
zulke vloeden zijn in naburige kolo
nies vaak plotselinge late vestigingen
geconstateerd, zodat mag worden
aangenomen, dat de Griendse vogels
daarheen waren uitgeweken. Maar
nog altijd zijn er duizenden overge
bleven en ook dit jaar hebben ze
weer veel jongen grootgebracht.
De grote sterns hebben van de vloed
geen last gehad: zij hadden hun leg-
sels op de hoge gedeelten. Wel heeft
de regen hier veel slachtoffers ge
maakt; her en der lagen dode jongen.
Maar ook liepen er nog springlevend
rond en op het strand zaten grote troe
pen die al waren uitgevlogen. De vis
diefjes hadden de zwaarste klap gekre
gen, maar zij waren op diverse plaat
sen opnieuw begonnen: we vonden tien
tallen nesten, en dat in de tweede juli-
helft. In verband met deze late broed
sels zal de bewaking, die anders eind
juli beëindigd wordt, dit keer tot ln
augustus worden voortgezet. Daarna
wordt Griend weer een onbewoond
eiland.
Niets wijst erop, dat het vroeger per
manent bewoond is geweest, en dat er
zelfs een havenplaats heeft gelegen. De
resten daarvan moet men op het hui
dige eiland ook niet zoeken: die liggen
nu ten noorden van Griend in zee. Het
SMS»!®»
Vogels als badgasten ln de laatste ruimti
van Nederland.
stadje, aan het Vlie moet in de Mid
deleeuwen een tolhuis en een scheeps
werfje hebben gehad en de Norbertij
nen hebben er een kloosterschool ge
sticht, die in 1238 is opgeheven. De
plaats was door wallen en grachten
omringd. Ze lag aan een uitgestrekt
laagland, dat geleidelijk door de zee is
aangetast. De fatale slag kwam in
1287, toen een stormvloed nagenoeg al
le huizen deed Instorten. Een eeuw la
ter was het eiland nog 165 ha groot en
ln 1623 stonden er nog twee huizen. D«
Griendse kaas was toen nog een be
kend artikel. De laatste bewoning
wordt vermeld in 1725, toen er in de
zomer nog een boer zat om er hooi
te winnen.
Van hooien ls nu geen sprake meer
maar de plantengroei is er beslist nlei
minder op geworden. Hij was eind juli
op haar hoogtepunt. Tussen de gras-
ffli N. s-.r'kt.*
Jonge grote stern.
Een bijzonder actuele „Maraboe"-
pocket (uitg. Meulenhoff en Co te Am
sterdam) verscheen onder de Japanse
titel „Kamikaze" wat „de goddelijke
storm" betekent. Schrijver ervan ls de
jachtvlieger-korporaal Yasuo Kuwaha-
ra, die uit eigen ervaring het soldaten
leven in het land van de rijzende zon
kent. Hi) beschrijft de allerlaatste pe
riode van wereldoorlog II, vlak voordat
de atoombommen op Hiroshima en Na
gasaki er een eind aan maakten.
Door de lange duur van de strijd was
het nationaal Shintoïsme danig aan
het afzwakken en kwam in het bijzon
der „de goddelijke storm" in diskrediet.
Aan dit instituut do zelfmoordvrij-
willigers bij de luchtmacht is dan
ook de uitgave gewijd. De Japanse be
volking, de uitputting nabij, begon aan
haar ereplicht tegenover de keizer te
twijfelen. Tegen de Amerikaanse over
macht bleek trouwens niet meer te
vechten. Weet men bovendien, dat de
schrijver zich tot de „sukebie" (vrij
denkers) rekende, dan wordt de merk
bare tegenzin tegen de dodelijke duik
vluchten, die men in het boekje er
vaart, wel verklaarbaar. De wijzigin
gen in de gedachtenwereld hadden
zelfs het Japanse eilandenrijk niet on
aangetast gelaten. Piloot I-Cuwahara
was er net aan toe zich voor zhn va
derland te offeren, toen bij in Hiroshi
ma het slotdrama van de oorlog mee
maakte. Dit laatste in al zijn fel
heid en troosteloze ellende beschreven
kwam hij te boven. Haz.
Uit Schots particulier bezit kwam
vorig jaar bij Sothcby in Lon
den een vroeg zelfportret van
Rembrandt in veiling, dat een kleine
sensatie verwekte. Het bestaan van
dit werk wa» namelijk aan de kunst
historici volkomen onbekend. Eigenaar
werd een in Engeland wonende Neder
lander, die het schilderij aan het Rijks
museum in bruikleen heeft afgestaan.
Een zorgvuldig onderzoek heeft aan
getoond, dat de authenticiteit van het
werk boven twijfel is verheven. Het
vertoont duidelijke gelijkenis met het
geëtste zelfportret, dat Rembrandt als
jongeman van ongeveer 22 jaar heeft
gemaakt.
Door dit hopelijk langdurige bruik
leen is het aantal zelfportretten van
Rembrandt in de verzameling van
het Rijksmuseum tot vier gestegen.
Het nieuwe bruikleen vormt een wel
kome aanwinst voor de bescheiden col
lectie vroege werken van Rembrandt,
waartoe ook de merkwaardige „To
bias", een bruikleen uit de collectie
Thysse-Bornemisza, gerekend mag wor
den. Hoewel het Rijksmuseum thans
twintig Rembrandts kan tonen, wiar-
van echter een belangrijk deel uit bruik
lenen bestaat, is het ideaal, een repre
sentatief overzicht van het gehele oeu
vre van de meester in al zijn perloden,
nog lang niet bereikt. En by het be
scheiden aankoopbudget waarover ons
nationaal museum de beschikking
krijgt, is het onwaarschijnlijk, dat dit
tekort binnen afzienbare tijd kan wor
den overwonnen.
Een jonge scholekster op het strand, bij net scheepvaartbaken.
Oh
p een recente expositie in de
kunstzaal Koch in Den Haag
heeft de Indische schilder Frits
Ohl werken getoond, waarvan een
flink deel de weg naar het privé-bezit
heeft gevonden. Een opmerkelijk ver
koop-succes met schilderijen, die in
hoofdzaak het Indonesische landschap,
oogst-, straat- en markttaferelen èn In
donesische vaartuigen tot onderwerp
hebben.
Heeft Ohl met zijn overvloedig ge
bruik van verf - met tempermes op
hardboard aangebracht - in een warre
ling van kleuren, zijn gretige kopers
overrompeld? Zodanig verrast mis
schien, dat zij pas bi) nadere beschou
wing schildertechnische feilen onder
kennen? Wij kunnen dit niet veronder
stellen. Eerstens kon men de getoonde
schilderijen niet voor een „zacht prijs
je" meenemen en voorts hebben di
verse recente exposities in de residen
tie, ook van Indische schilderijen, ruim
schoots gelegenheid geboden tot kri
tisch vergelijken.
Welke kwaliteiten of juister mis-
schien: welke elementen in Frits Ohl's
werk zjjn het, die de bezoekers van de
tentoonstelling bij Koch brachten tot
onderstreping van hun waardering door
kopen? Deze vraag heeft ons bezig ge
houden sinds wij, verheugd over deze
indrukken en herkennen van veel
schoons uit het verre land, de tentoon
stelling verlieten. Steeds meer heeft
zich sindsdien dat ene facet aan ons
opgedrongen, dat ook aanwezig is in
verscheidene literaire publikaties, die
in de laatste tijd in Nederland zijn ver
schenen. wy denken aan de gevoelens
die vibreren achter de vertellingen
van Maria Dermout en andere auteurs,
wier boeken handelen over die verre
wereld.
Frits Ohl ls een hunner, voor wie de
ideële verbondenheid met het land van
herkomst door de herinnering intenser
is geworden. De belevingen in zyn
jeugdjaren, het waargenomene en het
bewonderde zjjn voor hem samenge
smolten tot een bron van inspiratie.
Geen droefgeestig helmwee, maar een
blfj terugschouwen treft in Ohl's schil
derijen als kenmerkend element. En
waar hjj zich hervindt in een zonnige,
kleurige wereld, vertelt hfj in zfjn schil
derijen over een vertrouwde omgeving,
van hoge bergpaden, machtige berg-
massieven, de t-ykdom van sawahs waar
in een bont gedoe landskinderen de pa-
dl snijden. Hy verhaalt in felle kleuren
van het vinnige (en wrede) gevecht
der hanen, van de rommeligheid in de
vissershavens en de zeilprauwen, waar
achter de horizon is versluierd in het
ijle grijs van de tropische ochtend.
By het beschouwen van deze schilde-
ryen kan men zich moellpk onttrekken
aan de bekoring, die uitgaat van dat
pittoreske land waarvan Ohl zonder
minutieuze details, maar in sterke type
ringen vertelt. Ook voor hen, die het
land niet kennen, is het duiaeiyk, dat
de beelden in de gedachten van de
schilder zyn gegrift. Dat Ohl bp zyn
repatriëring niet zo talryke schetsen
meebracht en dat hy eerst hier te lande
op ruimere schaal tot schilderen in olie
verf is overgegaan, onthult o.i., dat
wel zeer sterke Impulsen hem daartoe
aanzetten. Dit wettigt de verwachting,
dat Ohl's werk schildertechnisch nog
zal groeien. Anderzyds verklaart het, dat
hy aan de typering, die hy spontaan
b.v. in de mensenfiguren legt, de voor
keur geeft boven volstrekte nauwkeu
righeid in anatomische weergave.
Meer in het algemeen zien wij in het
werk van Ohl een symptoom. Met na
me het symptoom, dat de uit Indone
sië gerepatrieerde kunstenaars niet
slechts in de literatuur maar ook vla
andere kunstvormen bezig zyn hun by-
drage aan te bieden en hun plaats, zy
het bescheiden, in te nemen in het Ne
derlandse culturele leven. d. Hs.
Advertentie
Kom naar het onvergetelijke
miniatuurstadje!
Den Haag Scheveningen
(NADRUK VERBODEN
ZONDAG 7 AUGUSTUS: 9e zondag na
Pinksteren; eigen mis; 2e gebed H. Caje-
tanus: credo: pret. van de H Drleëenheid;
groen.
MAANDAG: H.H Cynacus Largus en
Smaragdus, martelaren; eigen mis; rood.
DINSDAG. H Joannes Vlanney, belij
der; mis Os justi; 2 geb van vigilie; 3
geb. H, Romanus; wit.
OFWEL; Mis van vigilie; 2 geb. H.
Joannes; 3 geb H. Romanus; paars.
WOENSDAG: H. Laurentius, martelaar;
eigen mis; (Rotterdam: credo); rood
DONDERDAG: Mis van zondag; 2 gebed.
H.H. Tiburtius en Susanna; groen.
VRIJDAG: H. Clara, maagd; mis Dl-
lexlsti; wit.
ZATERDAG; Mis van O L. Vr. op za
terdag; 2 geb. HH. Hippolytus en Cas-
sianus, (Haarlem 2 geb H Wigbertus;
3 geb H.H Hippolytus en Casslanus);
pref. van O L Jr.; wit.
ZONDAG 14 AUGUSTUS: lüe zondag
na Pinksteren; eigen mis; 2 geb. H. Euse-
bius; (Utrecht en Haarlem: 2 geb. H.
Werenfridus); credo; pref. van de H.
Drleëenheid; groen.