lichamelijk gebrekkige kinderen leven niet in passende omgeving REVALIDATIE is nog een jong vak ■u 9H Een afgestemde loonmotie vis! K.L.M.-ELECTRA'S voor veranderingen naar V.S. God Zeer nauwe samenwerking van velen MARTIN! Politiek Verduistert economisch inzicht bij de P.v.d.A. Sociaal commentaar en mens '-"aWlSwMP* v> door o/ko dag één ZATERDAG 8 OKTOBER 1960 PAGINA 5 (Van onze speciale verslag gever) De meest verontrustende verschijnselen worden in deze grote wereld met hard nekkigheid het meest „wegge duwd". De mensen worden niet graag al te nauw geconfronteerd met het lijden van hun mede mensen. Dat verontrust hen en het maakt hen beducht voor de mogelijkheid van het verlies van eigen veilig geluk. Vrijwel nie mand ontkomt, dunkt ons, aan die vrees voor het lijden van an deren. Wij leven, zegt men, in „de eeuw van het kind". Maar hoe- velen weten - of willen zelfs we ten - hoeveel er geleden wordt juist door de kinderen, van wie vij maar voetstoots en „veilig- ïeidshalve" aannemen dat zij in ieder geval door een koesterende zorg worden omgeven? Er wórdt echter geleden door kinderen, mèèr dan statistisch valt uit te Kinderpostzegels Denk aan Uw lijn drukken. Daar wordt natuurlijk „wat gedaan" aan het lijden; óók meer dan statistisch valt uit te drukken. Maar dat mag niemand geruststellen vóórdat hij eerst ongerust is gewéést. Laat het ongeluk van kinderen ons schok ken vóórdat wij ons verheugen in het feit, dat in ons goede va derland een klein leger van door liefde en medeleven bewogen mensen, iedere dag weer aan ge reed staat om met inzet van heel zijn bestaan een poging te doen in dat ongeluk althans enig soe laas te brengen. Het hele gezin DAGRAVIT TOTAAL draflee Wanneer St.-Paulus in zijn eer ste brief aan de Corinthiërs (15.24), over de zekerheid van de verrijzenis sprekend, de gang van zaken tijdens de laatste dagen beschrijft, dan zegt hij, dat het ein- öe komt „als Christus het koning schap aan God en de Vader over draagt, na alle heerschappij en macht en kracht te hebben vernietigd. Want "ij moet Koning zijn, totdat Hij al- 'e vijanden onder Zijn voeten heeft SelegdZodra dus alles aan Hem onderworpen is, zal ook de Zcon ^'chzelf onderwerpen aan Degene, Gie alles aan Hem onderwierp, op dat God zij: alles in allen". In deze Geinige woorden is het doel van het êehele, goddelijke scheppingsplan Vervat. Dit zal, omdat het Gods plan ls. eenmaal volledig verwerkelijkt tvorden. Het geeft derhalve in alle objectiviteit, de werkelijkheid van onze situatie op aarde en van onze toekomst weer, geheel onafhankelijk Van het feit, of wij deze werkelijk heid al dan niet gelovig acdepteren norm voor onze totale levenshou ding. Natuurlijk is de waarheid van "t.-Paulus'woorden, als Openbarings- Segeven, geen object van menselijke Jvetenschap, maar uitsluitend een kwestie van geloof. Daaruit echter |°t on-of anti-redelijkheid te beslui- tcn, gaat niet op. Het is niet onzë bedoeling hier over de redelijkheid Van de geloofsdaad te spreken; wij Willen er alleen maar aan herinne- ren, dat het bij de overgave-in-geloof aan Gods Openbaring steéds gaat 0rn alles of niets. Heeft men eenmaal dit eigen vrije keuze de noodzaak van die overgave bevestigd, dan gaat het Vanzelfsprekend niet aan de eigen bienselijke voorkeur te laten bepa- Jen welke Openbaringsgegevens hien wel en welke men niet wenst te aanvaarden. Dat zou inderdaad hoogst bnredelijk zijnToch is een dergelij ke houding tegenwoordig niet zeld- «idrn. Men kan echter, dunkt ons, bioeilijk loochenen, dat veel geloofs- w'ifel en -onverschilligheid voortko men uit een duidelijk tekort aan ge- bofskennis. Dat hiermee niet bedoeld i*an zijn een louter-kennen van een eer, maar veeleer een innerlijk ge- ®repen-zi.jn daardoor, een uit in- ctlijke overtuiging totaal-erachter- faan, spreekt wel-vanzelf. De vraag naar de zin van we™d d leven heeft de mensheid altijd be- gehouden. Wie de genade van het f '°of heeft ontvangen, neemt uiter- ard die verklaring als de enig-juiste a.ab, welke God zelf in Zijn OPe"ba' t.'bg ons daarover heeft geschonken, "bvendien bevredigt zij ons m®ns' Hhb het meest, omdat ze gehfel op is gebaseerd. God heeft de we- d en de mens geschapen aldus het Zibfte Vaticaans Concilie or" °9® oneindige, Goddelijke goedheid Beb ite delen. Deze uitspraak steunt ^beei op de H Schrift. Daar verne- ?e Wij al direct in het begin, dat se w°relrl omwille van de mens ge- Rt apen is. Maar Mde" mens bij mt- haar uan wi® de gehele mensheid dankt Onnatuurlijke begenadiging Is in r-s de God-mens, Christus. Hij het mirirf°?s eeuwig scheppingsplan dat Ziiv, Pont van de mensheid. Om Voorh i eyon het meest volmaakte de Tr- i: d van totale overgave aan dat ril? I?' ''St het voor de hand, mensheid h°™r °°k de geschapen overgave heeft te zhm. JHi kan dit echter met doen uit eigen kracht, doch ahoen door een innerlijke, bovenna tuurlijke levensverbondenheid met Christus. Dat nu is van alle eeuwigheid de kern van Gods scheppings-en verlossingsplan: de mensheid de één geheel rondom niet alleen eren maar haar te- Chnstus te groepe p;CTen godde- vens, dóór Hem. inZB« lijk leven te doend< •-definitie. het oog op de uitein v gankeiijke Ve situatie van de onvers waarin> •nieuwe hemel en aafa ri0d ,al- Mgens St.-Paulus woorden, Go in allen" zal zijn. de .Op zichzelf is deze hoog bove *>sen van de menselijke natuur on. ?aande bevoorrechting reeds y. ^rijpelijk mysterie, maar dat my sterie wordt! voor ons gevoel nog groter, wanneer wij daarbij d jllke levenshouding van de op aarde, de „geroepenen H'tgezonderd, in aanmerking P.e zekerheid, dat Gods plannen door hiets en niemand te verijdelen zij. bjeut ons menselijk inzicht maar wei- h'g troost. Het mysterie groeit a.n.w. 'het de dag. Er zijn, lijkt ons, drie mogelijkne- dbn om deze kwellende vraag bevre digend te verwerken. Vooreerst een bbWrikbaar vertrouwen in de onein dige liefde van God, Wiens heilswil dhiverseel is. Hij alleen weet precies 'fWat er in de mens is" en Hij is het, ie ons op het hart heeft gedrukt >.hiet te oordelen, opdat wij zelf niet geoordeeld zouden worden"! Op de Neede plaats: ons, de „geroepenen" heeft Hij tot „Zijn medewerkers" ingesteld om de mensheid van Zijn ?'annen op de hoogte te stellen. Dit houdt een zware medeverantwoor delijkheid in voor het lot van onze Medemensen En tenslotte: juist als '.geroepenen" behoren wij de leven- de en overtuigende voorbeelden te ?9b van de mens, zoals God hem fei. Mlijk bedoeld heeft. Want bf- ^hikken over de volledige Murlijke genadeuitrusting, die m de jh'eede schepping, de weg naai de Ideale mensontploonng begaan baar maakt. Pas als de be de lart ate voorwaarden vervuld zijn, hen wij met een gerust Se;vet,," ten ertrouwen, dat Gods liefde alles 8°ede zal keren. atenpr Maar dan zullen wij toch echt d P jhoeton doordringen in de ontzag kende rijkdom van onze bovenna dhrlijke begenadiging. Zolang 1 v e niet beseffen, niet hebben ewonderen, ons niet door een hei - Se huiver bevangen voelen voor a waardigheid, die ons, onverdiend, ge- chonken is, zolang kunnen wij nie erwachten ooit tot de juiste heie" daarvan te komen. Onbekend aakt onbemind! Wereld en mensheid zijn, zo kan ee n zoggen, geschapen om Christus bthaal in zich op te nemen, om a.h.w. k entourage te vormen van Zijn staWerkzaamheid, die daarin be- hu„wereld en mensheid naar God, Da" °°rsprong, terug te voeren, is hu11 volgt, dat Christus de enige hi 'he het onmisbare heilscontact wèruT Schepper en schepping be- dopt i/yhigt. Wat de mens betreft der« i -i dat door, zoals de Kerkva- te T' hitdrukken. „God in de mens bona "1! ?eboren worden". De ver- is van van Christus en de mens aard a-?,011 allerdiepste en innige 1 menselijke woorden tekort 7000 Advertentie per 1/1 fles f. 6.95 per 1/2 Hes j. 3.55 schieten om dat heilig gehem nader te verklaren. St.-rMi" lijk en voortdurend zijn mo „Christus m ons en 1 tus", totdat hij tenslotte m aan de Galaten (2.2U) ue vindt, die voor hem het dmdelijkst onze bevoorrechte situati geeft: „Niet ikzelf leef, maar PT1S tus leeft in mij". Natuurlijk niet een directe identificatie Christus en de mens bedoeld, wel wil de Apostel zeggen, dat Chris- tus'leven in ons zozeer werkzaam is, dat onze goede werken door deze innige vereniging voor God als waar devol aanvaardbaar worden. D.w.z. dat zij onder alle omstandigheden hun verdienstelijkheid danken aan de genade van God. Dit is onze wer kelijke situatie van door de genade getekenden: méér nog dan de na tuurlijke relatie schepsel-Schepper verplicht de herschepping döor de genade ons tot een voortdurend con tact met God door middel van Chris tus. Een zo ernstig mogelijke bezin ning op deze waarheid Ts voor ons allen zonder meer een levenskwes tie. Van 14 november 1960 tot en met 13 januari 1961 zullen op alle post- inrichtingen in Nederland de Kin derzegels 1960 verkrijgbaar zijn. De zegels zijn ontworpen door mevrouw Jeanne BierumaOosting. Zij tonen kinderen in schilderachtige kleder drachten van een vijftal plaatsen in het IJsselmeergebied. Voor het druk ken van de zegels wordt gebruik ge maakt van de kleuren geel rood zwart en blauw. Dinsdag 11 oktober begint de actie Dóór het kind, vóór het kind", die inhoudt dat kinderen van vele on derwijsinstellingen op stap gaan om bestellingente plaatsen voor de verkoop van kinderpostzegels of vprentbriefkaarten Wat kunnen dure pillen baten wanneer U suiker niet wilt laten geniet toch van het zoete leven gebruik volop Sukristo 7. volgens de nieuw ontdekte formule. Doosjes van 150 tabl. a f. 1.15; 500 tabl. a f. 2.95. 1000 tabl. a f. 5.50; na-vuldoosjes 100 tabl. h f. 0.70 -bij apothekers en drogisten. N.V. H. TEN HERKEL. HILVERSUM Lichamelijk gehandicapte jongens doen ook aan gymnastiek. Ieder jaar, u weet het, ontketent het Nederlands Comité Voor Kinder postzegels een actie, die ten doel heeft geld bijeen te zamelen voor de talrijke instituten, die zich bezighouden met de zorg voor het, in welk opzicht dan ook, „achtergebleven" kind; en die term mag u dan in vele gevallen ge rust als een euphemisme beschouwen. Vorig jaar brarht die actie meer dan twee miljoen gulden op. Een mooi be drag; maar slechts een fractie van wat nodig is om de steun, waarop die kin deren recht hebben, te kunnen verle nen. Ieder jaar arrangeert het Comité een tocht voor vertegenwoordigers van de Nederlandse pers langs verschil lende instituten, waar kinderen wor den verpleegd. Die reizen zouden van een eentonige- eenvormigheid zijn, ware het niet dat het lijden van kinderen steeds maar weer van een bijna huiveringwekkende oorspronkelijkheid" blijkt te wezen. Die reizen zijn dus niet zonder doel. Men wordt herinnerd aan de ellende, die men eigenlijk graag zou willen „wegduwen". Minder-validen Neem de Johannasticht.ing, het reva lidatiecentrum voor kinderen gelegen in Heyenoord nabij Arnhem. Deze stich ting stelt zich ten doel. „door medi sche behandeling, opvoeding, onderwas, maatschappelijk werk en vakonderricht te trachten het minder-valide kind te brengen tot het maximum van zijn li chamelijke geestelijke en sociale mo gelijkheden". En dat is dan in nuchte re en „officiële" termen uitgedrukt wat in feite hierop neerkomt: hoe maakt men lichamelijk gebrekkige-n maat- maatschappelijk „mogelijk". Want hen „wegduwen" in de vergetelheid is een schreeuwende en' gruwelijke, onrecht vaardigheid. „Zeer nauwe samenwerking van velen", dat is het motto van degenen die in de Johannastichting met einde loos geduld en met even onbegrens de toewijding werken aan he-t hoogst bereikbare geluk voor lichamelijk ge teisterde kinderen. Het hoogst be reikbare maatschappelijke geluk om te beginnen. Men gaat er ook met nuchtere wetenschappelijkheid te werk. In een medische sector dus, in een onderwijs-sector, in een arbeids- sector en in een maatschappelijke sector. Men miste tot voor kort in de Johannastichting de mogelijkheid tot individuele behandeling van ook de ernstigste gevallen. Die is er nu wel. Goddank. Want hoe had men het an ders zo vef kunnen brengen met dat meiske zonder armen, dat nu onbe- kan tvpen met een voetje.' Alhoewel zij natuurlijk wél behoort fot die kieren, die nooit tot de Maatschappij zullen kunnen terugke- maar die dan toch in ieder ge- reV' hïln nut" kunnen bewijzen in Jen inrichting voor blijvend invali den Het geluk van die jongen met éfn' arm, die nu werkt op het kan toor van een levensverzekeringsmaat- schappij is voor haar weggelegd. De revalidatie is nog een jong vak, zo verklaarde ons dr. klapwijk de ge neesheer-directeur van deJohanna sfichtine Men moet nog onderzoenen of er een oplossing mogelijk is ook voor „Kleuterheil" fatale aandoeningen, want die fatali teit is voor wat de „kinderbescher ming" aangaat het einde van alles. Daar is dus een werkgroep gevormd, die de „progressieve spierdystrophie" in studie heeft en die een spierver- lammingsziekte, van welke de oorzaak onbekend is, in onderzoek heeft. Die werkgroep bestaat uit deskundigen op het gebied van de revaliditeit, de neurologie, het klinisch onderzoek, de erlectromyografie, de orthopedie, de spierchemie, de neuropathology, de chemie voor hormonen- en weefselon- derzoek en voor de biologie. En mis schien maakt die werkgroep straks het nu nog onmogelijke mogelijk. Natuurlijk heeft de Johannastichting ook materieel gezien vele plannen Zij w'. een para-medisch therapie-gebouw een kliniek tevens medisch behandel! gebouw, een sportveld, een vijfde pa viljoen, tevens ee.n werkplaats voor de vakopleiding, een hoofdgebouw en een tehuis voor blijvend minder valide kin deren. Zij heeft dat alles nodig dus heeft zij er recht op. Precies 'zoals lichamelijk getroffen kinderen recht hebben op geluk. Niemand weet hoe veel lichamelijk gehandicapte mensen er in Nederland zijn. Maar zevendui zend lichamelijk gehandicapte jonge volwassenen leven niet in een voor hen passende omgeving. Dat weet men wél. En de conclusie is aan u. Kleuterverblijf Niet alle menselijk lijden ls, van buitenaf gezien, even tragisch. En dat geldt uitreaard ook als het om kinde ren gaat. In Gojrle, nabij Tilburg vindt men de „Stichting Kleuterheil", een kleuterdagverblijf voor kinderen van één tot zeven jaar, die door een tekort aan lichameluke of geestelijke w&erstand een onvoldoend lichamelijk of geestelijk aanpassingsvermogen be zitten en voor wie gedeeltelijke uithuis plaatsing de voorkeur verdient boven totale dag- hh nachtverpleging. De taak van het kleuterdagverblijf blijft beperkt tot de gevallen, waarin met eenvoudige middelen verbetering kan worden be-reikt. Dat houdt in, dat te zware gevallen niet kunnen worden ge accepteerd omdat het. kind zelf bij een opname niet gebaat is en zijn aanwe zigheid een stotende invloed kan heb ben op de andere kinderen en de lei ding voor te hoge eisen stelt. Waar de grens precies hgt is - moeilijk aan te geven Het kleuterdagverblijf is na tuurlijk afgestemd op de plaatselijke omstandigheden, waarvan het deel uit maakt. De kinderen van „Kleuterheil" wor den met een speciale bus naar het dagverblijf gebracht. De bus heeft een vaste route met vaste stopplaat sen waar de kinderen door de moeders 'orden gebracht en 's avonds gehaald, gebracht met spel en oefeningen Na aankomst worden de uren door- in de openlucht en met baden. Dan volgen een warme maaltijd en mid dagrust. Aan hygiënische gewoonte vorming wordt uiteraard grote aan dacht besteed. De. kinderen worden 's avonds, als men het zó zeggen mag „kant >n klaar" thuis gebracht. Een ydillische vorm van kinderver zorging alles tezamen in „Kleuter heil", maar onmisbaar en gericht ook op het heil van de „volwassen" maatschappij in de toekomst. Moeilijk opvoedbaar Problematischer echter is zonder twijfel de kinderverzorging die de moeilijk opvoedbaren tot „onderwerp" heeft. Wat is moeilijk opvoedbaar? Een ieder die ook maar iets met de nor male opvoeding te maken heeft, heeft er althans enig besef van hoe rpk ge schakeerd dat begrip moet wezen. In „Huis ter Schie" te Overschie waar meisjes van twaal tot een en twintig jaar zijn ondergebrarht ze.gt men: „moeilijk opvoedbaar zijn degenen voor wie de kansen in gezin of pleeggezin of in een gewone inrichting niet groot genoeg zijn". Dat is niet erg duidelijk uitgedrukt, maar het geeft voor de met enige fantasie begiftigde althans ruim schoots genoeg te raden. De meisjes hébben „karakterstoor nissen". Het tragische is dat zij die stoornissen niet altijd aan zichzelf heb ben te wijten; nog tragischer wordt het als zu, die stoornissen, duidelijk veroorzaakt zijn door degenen, die de meisjes het naast zouden moeten staan. Maar het verblijdende is dan weer, dat men voor die situatie in „Huis ter Schie" alle begrip heeft. Ook als „moei lijk opvoedbaar" in feite, vrijwel onop- voedbaar blijkt te wezen en ais het gaat om meisjes die vóór zij hier wer den opgenomen, al tevergeefs in tien andere inrichtingen waren onderge bracht. Kinderen lijden en volwassenen lij den. Volwassenen beschikken daarbij over het overigens betrekkelijke voor recht. dat zij op de een of andere wijze kunnen nagaan waarom en in ieder geva! waartoe. Kinderen zijn alleen vervuld van een wanhopig vragen. Zfj moeten verzorgd en ingelicht worden. Zij hebben daar recht op. Dat het gebeurt is ónze plicht. (Advertentie) (Van een medewerker) E enige jaren geleden gaf de K.V.P. een brochure uit onder de titel: Politiek is Vuil. Sint Thomas van Aquino heeft de staatkunde eens ge noemd de heiligste der profane weten schappen. In de praktijk ligt de waar heid ergens tussen deze twee uitersten Wat we evenwel in de afgelopen week in de Tweede Kamer hebben meege maakt, doet de niet al te diep denken den meer neigen naar de overtuiging, dat de (met opzet misleidende) titel van de K.V.P.-brochure juist was. We zijn, sinds de socialisten in decem ber 1958 uit de regering verdwenen, al lang gewend aan het feit, dat oppositie in die hoek wordt vereenzelvigd met grofheid. Men zou nog kunnen zeggen dat sommige mensen daar niet beter weten. En zo lang het optreden van de oppositie zich beperkt tot beledigende opmerkingen aan het adres van indivi duele ministers of politici uit de groe pen die min of meer verdedigend rond de regering staan, schaadt zulks hoog stens het nog aanwezige prestige van de aanvaller. Maar wanneer men zich niets meer aantrekt van de vraag of het innemen van een standpunt ook de be langen van het volk schaadt, dan wordt de zaak veel ernstiger. Reeds enige weken achtereen hebben we er op gewezen, dat in het socialis tische kamp alles opzij gezet wordt, zelfs het partijprogram, om maar te be reiken dat de huidige regering zal ver dwijnen. Met een welhaast orutale open hartigheid hebben bij het totodebat in juli 1.1., minstens twee leden van de partij van de Arbeid dit met evenzo veel woorden uitgesproken: wij zijn principieel tegen de toto maar als het helpen kan om deze regering ten val te brengen dan zullen we zelfs onze be ginselen aan de kant zetten en voor een onbeperkte toto stemmen. Dit was de inhoud van de verklaring destijds van de heren Van der Goes van Naters en Scheps. Het was te voorzien dat bij de al gemene politieke beschouwingen, in de afgelopen week in de Tweede Kamer ge houden, de volop actueel zijnde loon- kwestie centraal gesteld zouden wor den. Het typische feit dat van de zijde van de Partij van de Arbeid daarbij geen deskundige, zoals b.v. de heer Roe mers of de heer Baart als woordvoer der fungeerde, maar dat de fractielei der mr. Burger, dit voor hem zo ge vaarlijke terrein behandelde, was al een aanwijzing dat men de loonkwestie zelf niet primair wenste te stellen, maar de politieke kant ervan. Men kon dit veilig wagen, omdat men wei kon weten dat, ingevolge parlementaire gewoon ten alleen de mmister-president, even min een eerste klas deskundige op loon- gebied zou antwoorden. Alleen de K.V.P. gaf blijk zich op zulk een debat te heb ben voorbereid met de bedoeling iets anders dan alleen de politieke kant van de zaak te stellen. Daar voerde de beste deskundige van de fractie op sociaal- economisch gebied het woord, n.l. drs. P. Bogaers, directeur van het weten schappelijk Advies Bureau van de K.A B. Van de hem nogal ruim toegemeten tijd maakte de heer Burger niet volledig ge bruik. Ongeveer twaalf minuten spreek tijd bleef voor de P.v.d.A. in reserve en iedereen had verwacht dat, toen de heer Bogaers zijn voortreffelijk be toog had gehouden tijdens welk, de N.V.V.-voorzitter drs. D. Roemers ijve rig notities had zitten maken op het laatst het kamerlid Roemers, die twaalf minuten wel zou benutten om de stel lingen van Bogaers aan te vallen. Maar ondanks een uitnodigend gebaar van de Kamervoorzitster wuifde de heer Roemers dat hü van de gelegenheid geen gebruik zou maken. Het was dui delijk genoeg: de econoom Roemers moest de econoom Bogaers wetenschap pelijk gelijk geven. Maar wat moest de po.iticus hiermee? Hij zou dan immers tegenover de mensen, die onder zijn uit eindelijke verantwoordelijkheid de laat- ste maanden voortdurend worden opge- jut en onrustig gemaakt, moeten toege ven, dat het standpunt van de K.V.P. terzake de loonpolitiek, een standpunt dat toevallig of misschien niet toevallig maar in zich overeenstemt met het stand punt van de K.A.B. de confessionele werkgeversorganisaties en de boeren- en middenstandscorporaties, het enige standpunt is dat het beste kan bereiken voor ons gehele land in het algemeen en voor de werknemers in het bijzon der. En natuurlijk is zulk een erkenning ontzaglijk zwaar voor een politicus. Maar hij moet bereid en in staat zijn dit offer te brengen omdat hij ver plicht is het algemeen belang te laten prevaleren boven het partijbelang. We begrijpen best, dat mr. Burger gepoogd heeft de goede daden van de ze regering te kleineren, maar we zul len nooit begrijpen, waarom men met dikke woorden het volk tracht te mis leiden. Inmiddels was de motie van de heer Burger, wat men noemt, een uitge kookt handig geval. Juist de rede nering die de laatste weken in het loonoverleg van de zijde van de me taalindustrie is opgezet, werd als uit gangspunt van de motie genomen n.l. dat eerst overeenstemming, moet be staan tussen contractspartijen over een tussentijdse herziening van een C.A.O.. Men weet dat in de metaalindustrie (dat betekent beslist niet in alle me taalverwerkende ondernemingen) er heel wat ondernemingen zijn die met zeer grove winsten werken. Tengevol ge van het feit dat de meeste dezer niet voor de binnenlandse markt wer ken behoeft men voor prijsgevolgen niet te vrezen, indien van de goede resultaten van deze ondernemingen in de vorm van loonsverhoging wordt ge- profiteerd door de arbeiders. Dat er in de metaalnijverheid ook een aantal on dernemingen zijn, voor een groot deel werkend voor de binnenlandse markt en heus niet met zulke schitterende re sultaten, ja zelfs dat men daar met z.g. rode cijfers werkt, is misschien nog van minder betekenis. Het ergste is dat men de situatie in de metaal industrie geheel los haakt van de lan delijke situatie. Het was noch van de minister-president noch van de heer Bogaers een theoretische veronderstel ling dat, indien de eisen in de metaal industrie worden ingewilligd zoals ze gesteld zijn, dat er in andere takken van de nijverheid onrust zou ontstaan. Integendeel dit was een wetenschap. We hebben de gedecideerde verklarin gen gehoord (uiteraard niet in de Ka mer) van vakbondsleiders uit heel wat verschillende takken van nijverheid. En zij allen verklaren dat het apert onmogelijk zal zijn loonrust te behou den in hun sector wanneer het in de metaal „losgaat". We onderstreepten hierboven dat de looneisen zoals ze gesteld zün niet kun nen worden ingewilligd. Dat betekent uiteraard niet dat de K.V.P. van oor deel is dat grotere winsten dan wer den verwacht ten gevolge van een pro- duktiviteitsstijging, welke laatste even eens verre boven de verwachting is uitgegaan, nu maar bij de onderne mers moeten blijven. Het beste ant woord is waarschijnlijk dezer dagen gegeven door de landelijke katholieke vakcentrale de K.A.B.die in een pam flet met een oplage van een miljoen exemplaren duidelijk heeft aangetoond dat de rechtvaardige deelname van de werknemers in partiële winststijging mogelijk is zonder dat het algemeen welzijn geweld wordt aangedaan. Werkt de P. v. d. A. met troebele politieke molieven, vele liberale werk gevers, hebben zich bij het N.V.V.- standpunt aangesloten, op zeer ouder wetse anti-bezitsvormingsoverwegingen. Het meest tragische in dit geval vin den- we dat de onzuivere relatie tussen sociale beweging en politiek, zoals die duidelijk bij de socialisten bestaat, zich thans ook in het protestants-chris telijke kamp begint af te tekenen. We hadden aan het eind van het Tweede Kamer-debat het trotse gevoel dat de K.V.P. een eerlijke en een op rechte politiek voert en daarvan blijk heeft gegeven op een wjjze, die niet kan worden misverstaan. (Van onze luchtvaartredacteur) SCHIPHOL, 7 okt. In een sfeer van extra feestelijkheid in verband met de 41ste verjaardag van de KLM, heeft de president-directeur, de heer J. A. Aler, op Schiphol, de gouden, zi-veren en bronzen vlieguren-onderscheidingen uitgereikt aan bemanningsleden van de luchtvloot, die respectievelijk 20.000, 15.000 of 10.000 vlieguren op hun naam hebben gebracht. Tijdens dezo plechtig heid bladerde de heer Aler in het log boek van dit jaar, dat hij het predi kaat „fortuinlijk" toekende. De president-directeur zei, dat 't niet in zijn bedoeling lag om te veronderstle- len dat nu iedereen in de maatschappij pij dol tevreden is. „Altijd zullen er la tente personeelswrijvingen blijven. Maar niet alleen hebben we dit jaar geen uit slaande conflicten gehad, in alle eerlijk heid kan ik zeggen, dat de verhoudin gen onder ons personeel gestadig verbe terd zijn." Aan de moeilijke zijde van dit jaar plaatste de heer Aler de ingebruikne ming van de DC-8, het geheel nieuwe type straalverkeersvliegtuig. Deze inge bruikneming moest dan ook gezien wor den als een zeer zware opdracht, waar voor het technische bedrijf van de KLM alle hulde toekwam. Over de Eiectra, het schroefturbine- toestel van de Lockheed, zei de heer Aler, dat het een uitstekende machine is, die zowel bij de vliegers als by de passagiers in de smaak valt. „De Elec- tra's zullen in de loop van het komen de halfjaar ia Amerika enige verande ringen ondergaan. Ik ben er van over tuigd, dat als de moeilijke beginperiode met de Eiectra achter de rug is, dit vliegtuig jarenlang als een uitstekend werkpaard zijn diensten betrouwbaar en economisch verantwoord voor onze luchtvloot zal verrichten." In zijn nablik, waarin hij met een voorzichtig glimlachje wees op een jaar zonder ongelukken, noemde de heer Aler voorts de z.g. Congovluchten en de ex tra inspanningen, die deze van het per soneel hadden gevergd. Over de finan ciële resultaten zei hij, dat in de afge lopen zomer toch niet die inkomsten zijn bereikt, welke de directie had gebridget- teerd. Toch bleef hij optimistisch wat de toekomst betreft en voor de komen de winter zei hij bijvoorbeeld een pro- duktie te zien, die voor het eerst in de geschiedenis van de K.L.M. groter zou worden dan in de afgelopen zomer. Dit vanwege de grotere vervoersmogelijk heden door de indienststeliing van meer toestellen van het type DC-8. De gouden speld kwam in het bezit van de gezagvoerders M. S. Rab, R. P. A. van Rees en G. J. Schipper de boordwerktuigkundigen P. F. Hendriks fP C' Plesman en de telegrafist K. W. F. Groothoff. Dpie gezagvoerders drie boordwerktuigkundigen, acht tele grafisten en vier pursers verwierven de zilveren penning, terwijl de bronzen pen ning in handen kwam van 37 vliegers, 41 boordwerktuigkundigen, 19 telegra fisten en 10 pursers. Vijf stewardessen, de dames J. H. Ph Baudet, W. J. Berger, J. F. M. Huis man, J. J. C. Maas en E. A. Viruly ont vingen de gouden armbandpenning, die verbonden is aan het bereiken van 10.000 vlieguren.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1960 | | pagina 5