r
TUINIER MET MEER PLEZIER
4»
RIJN
I Panopticum j
Dan maar liever lammetjespap
E
DE VLUCHT
MM MIIDV OP STAP V-4 ,V
M'
HET UITKOMEN IS EEN
BELANGRIJKE
.EERSTE KLAP'
JAN GAAT
NAAR SCHOOL
mmm
Herdenking van
de gevallenen
Vele koren staan
op invallen 9
ïti SPSS» ttfe
Het teddy-beertje gaat op be
zoek bij zijn grote beren-familie
St. Gregorius-vereni-
ging in bisdom
Roermond
MAANDAG 21 NOVEMBER 1960
PAGINA
(Door B. J. Caljaard, tuinarchitect B.N.T.)
GRONDSOORTEN
sRQNimËm
HET WATER
:;®X®X©
©X®A®.
Katholiek Thuisfront
Requiemmis in
Utrechtse Kathedraal
Louis Toebosch
2+
3+
-
MARKTBER1CHTEN
-•
WH..V-V,
door JOH. RAM
16
bedachtTaldy'VeTeU^h^orlfr^dë
(Wordt vervolgd).
De goede tuingrond bestaat uit een laagje van
2030 cm humusrijke, donkergekleurde aarde, die
voorkomt boven op de oorspronkelijke grondsoort.
Deze dunne bovenlaag moet bij de bewerking steeds
boven blijven en door bemesting met organische
stoffen en goede afwatering in stand worden gehou
den. Met een bemesting van alleen kunstmest kan
men daarom op den duur niet volstaan. De onder
grond kan bestaan uit:
Klei. Een koude en natte grondsoort, die vaak
moeilijk is te bewerken (taai en vet bij nat weer.
steenhard bij droogte), het gehalte aan minerale
stoffen is hoog, verbetering van de hoedanigheid
door toevoeging van humus: compost, (paarde)-
mest, turfmolm of van kalk.
Zand. Vaak arm aan voedingsstoffen en weinig wa
terhoudend (stuiven bij droogte). Door toevoeging
van compost en mest wordt de voedseltoestand
verbeterd en het water beter vastgehouden. Een
combinatie van klei en zand (zavel) vormt de
beste tuingrond, wanneer voldoende humus aan
wezig is.
Veen. Door goede bewerking en afwatering is op
veengrond een goede teellaag te verkrijgen. Vaak
is deze grond te zuur, wat door kalkbemesting en
ontwatering is te verbeteren. Soms komt er on
der de bovenlaag een harde bank voor, waar het
water op blijft staan; zo'n dichte laag moet wor
den doorbroken.
Een aanwijzing voor de aard van de grond geeft
de onkruidbegroeiing: melkdistel en hoefblad dui
den op kalkrijke, mos en paardestaart op zure,
distels en brandnetels op stikstofrijke grond.
water blijft na het bre-
op dichte laag ken zakt
staan. het water
door
BODEM
20-30cm
tuingrond
DICHTE LAAS IN VEENGROND
STIKSTOFRIJKE
paardestaart
brand
akker
melkdistel
ZURE GROND
KALKRIJKE
GROND
ONKRUIDEN
hoefblad
HET WATER
bloemen
groente
bomer
80 cm
grondwater
AFWATERING
DRAINEERLEIDING
drameerbuis takken.
bossen
puin
sleuren
teelaarde
zand
turfmolm
draineerbuis
klei of teem
DOORTREKKEN VAN
EEN ONDOORLATENOE LAAG',
Bij de aanleg van de tuin moet de stand van het
grondwater worden gecontroleerd, de hoogte kan
men in proefgaten en aangrenzende sloten bepalen.
Voor de groente- en bloementuin is een grondwater
stand van ten minste 6080 cm onder het .maai
veld gewenst, voor een boomgaard minstens 1 meter.
Bij te hoge grondwaterstand kan men in de moes
tuin en het gazon aarden buizen leggen van 610
cm doorsnede en 30 cm lengte, die afwateren naar
een sloot of put. De helling van de reeksen drai-
neerbuizen bedraagt ca 1 cm op 10 meter lengte,
de diepte in de grond varieert van 50 tot 70 cm. De
afstand tussen de reeksen is afhankelijk van de
grondsoort: in kleigrond b.v. 68 meter, in zand
grond 1520 meter. De buizen worden met grof
turfstrooisel afgedekt en de sleuf tot aan de teel
laag met zand aangevuld. Waar de kans bestaat dat
er wortels van bomen of heesters in de buizen groeien
en de buizen verstoppen, graaft men open greppels
voor de afwatering. Deze nemen echter meer ruimte
in en vragen meer onderhoud, daarom maakt men
ook wel drainsleuven, waar men onderin takken
bossen of puin aanbrengt en die verder met zand
worden aangevuld.
Bij een ondoordringbare laag op grotere diepte,
graaft men putten tot aan de doorlatende ondergrond
en vult deze aan met puin en zand. Is het grond
water meestal onbereikbaar voor plantenwortels,
dan moet er voor worden gezorgd, dat een humus-
houdende bovengrond het hemelwater goed vast
houdt. Moet men veel gieten dan moet het water ge
makkelijk bereikbaar zijn. Er wordt een leiding in
de grond gelegd met putten of tapputten op cen
traal gelegen plaatsen.
UTRECHT, 19 nov. Kerkelijke,
militaire en burgerlijke autoriteiten,
vertegenwoordigers van organisaties en
andere belangstellenden hebben zich
vanmorgen iu de kathedraal verenigd
voor de jaarlijkse nationale herdenking
van de gevallenen, belegd door Katho
liek Thuisfront. De hoofd-vlootaalmoe-
zenier kauitein ter zee mgr. J. F. M.
de Sain, droe een plechtige Requiem
mis op met assistentie van rector T.
Doesburg als diaken en de majoor-aal
moezenier van de luchtmacht P. Ver-
beeten O.S.Cr, als subdiaken.
Het kathedrale koor onder leiding
van directeur J. J. H. Voncken pr. zong
de Missa da Requiem van Perosi. De
ceremoniën aan het altaar kregen
een bijzondere omlijsting door J et mi
litair eerbetoon van het kaderbataljon
van de technische dienst uit de Krom
houtkazerne, terwfjl bfj de katafalk,
waarvoor een krans lag van het gar
nizoen, een militaire dodenwacht was
betrokken. De majoor-aalmoezenier A.
V. J. Schellekens O Praem wees er
in zijn predikatie op, dat het waarom
van het lijden en de dood slechts uit
het mysterie van het Geloof is te ver
klaren.
(Van onze correspondent)
ROERMOND, 21 nov. „Koor valt
In" staat er op veel partituren. Maar
deze aanwijzing zou voor talrijke kerk
koren wel eens bittere werkelijkheid
kunnen worden. Door geestelijke ver
onachtzaming en materiële verpaupe
ring staan immers vele koren op inval
len.
In deze geest sprak de componist
Louis Toebosch zondagmiddag tijdens
een bijeenkomst van de Sint-Gregorius-
vereniging in het bisdom Roermond
Mgr. P. J, A. Moors, bisschop van
Roermond, vertoefde deze middag te
midden van de Limburgse kerkzangers
en hij sprak hen op waarderende wijze
toe. Er waren ongeveer vierhonderd
deelnemers aan deze kerkzangdag die
onder voorzitterschap stond van pastoor
V. Kellenaers uit Heerlen en die mu
zikaal werd opgeluisterd door het Sint-
Martinuskoor uit Weert onder leiding
van Jean Claessens.
Een forum onder voorzitterschap van
prof. dr. Jos Smits van Waesberghe
S.J. kreeg talrijke vragen voorgelegd
over onder meer de geringe animo om
lid te worden van het kerkkoor. De
heer Toebosch, lid van het forum, zei
hierover: „De mensen ergeren zich
meer aan het koor dan de zangers
geneigd zijn te geloven. Dat kan zjjn
ergernis over de zang, over de reper
toirekeuze of over de soms weinig eer
biedige sfeer die er in het koorgedeelte
heerst wanneer er niet gezongen hoeft
te worden. Elk koor dient de ogen wijd
open te hebben voor de fouten die het
maakt".
Mgr. Moors zei in zjjn slotwoord dat
het een taak voor de kerkkoren kan
zijn ervoor te zorgen dat bepaalde kerk
diensten, vooral die in de middaguren
worden gehouden en die hun aantrekke
lijkheid vrijwel verloren hebben, weer
meer kerkgangers aantrekken.
ff'
Het oude Hollandse spreekwoord zegt,
dat de eerste klap een daalder waard is
en alhoewel een daalder bepaald niet
meer zoveel waard is als ten tijde dat
dit spreekwoord ontstaan zal zijn, gaat
deze waarheid nog altijd op.
In het bijzonder ook in bridge, want
als wij onder die eerste klap het uitko
men rangschikken, heeft de zegswijze
precies midden in de roos geschoten.
Want één van de allermoeilijkste, vaak
doorslaggevende dingen in bridge is
het uitkomen die éérste kaart die een
speler op tafel moet leggen alvorens de
„dummy" (de tafelkaart) open gaat.
Speelt u bv. eens even mee in een
spel, dat in de meesterklasse paren
competitie van de Nederlandse Bridge
bond voorgekomen is. U hebt de vol
gende kaarten als zuid:
A872C?AV975<>A6 4 3
Het bieden gaat OW (tegenpartij)
kwetsbaar:
\ff
ZUID
IC
2C?
WEST
pas
pas
NOORD
pas
OOST
pas
2+
Nemen we aan dat u dit bod thans
doubleert; uw lengte in troef (schoppen)
uw 3 azen, uw éne klavertje en het
positieve bod van uw partner maken
het zéér onwaarschijnlijk dat OW 2
schoppen zullen maken. En waarmee
zoudt ge uitkomen?
Dat lijkt géén probleem, want vrij
zeker zal iedereen de +3 verkiezen
immers de hoop op introefslagen is de
basis van uw doublet.
Maar we nemen aan dat u wél 2 schop
pen doubleert, doch dat het bieden daar
mee niet afgelopen is. Het gaat aan
sluitend op bovenstaand bieden, als
volgt verder:
ZUID
doublet
pas
pas
WEST
pas
3
pas
NOORD
pas
doublet
OOST
pas
Hebt ge uit goed gelezen en goed
geanalyseerd? Waarmede zoudt ge thans
uitkomen? Zouden uw overwegingen
precies dezelfde blijven als voorheen?
Dat zou niet verstandig zijn, want hier
geldt weer een ander spreekwoord:
„Als het getij verloopt, verzet men de
bakens". Het is nu toch wel duidelijk
geworden, dat ge in een zéér bizar
spel verzeild zijt geraakt, waarin west
vrijwel geen klaveren en toch goede
troefsteun voor oost zal hebben. Zie
hier hoe het spel ligt:
0 H
C B 2
O 10 8 5 3
H V 10 9 7 5
B 9 6 3 N
C H 10 8 6 4 3
O V B 9 w
V 10 5 4
O
O H 7 2
A B 8 6 4 2
A 8 7 2
O A V 9 7 5
O A 6 4
3
De enige goede uitkomst voor de
VEEMARKT UTRECHT, 21 nov. Aan
voer 3471 stuks. Prijzen: melk- en kalf-
koeien 126900, kalfvaarzen 1200860, vare
koeien 860700, pinken 480—360, stieren
740540, graskaiveren 400280. nuchtere
kalveren 6.250—37.50, schapen 140—90, lam
meren 12080. drachtige varkens 325200,
lopers 9060, biggen 5035, bokken of gei
ten 4410, vette koeien per kg gesl. gew.
Ie kw. 3.25—2.95, idem 2e kw. 2.95—2.75,
idem 3e kw. 2.752.60, vette kalveren per
kg lev. gew. Ie kw. 3.40—3.10, idem 2e
kw. 3.10—2.80, idem 3e kw. 2.80—2.50, nuch
tere kalveren per stuk en per kg lev. gew
le en 3e kw. 1.651.40, per kg lev. gew
l.701.62, zouters per kg lev. gew. 1.67—1.55
slachtzeugen p. kg lev. gew. 1.401.38
tonge slachtzeusen p»r l'« lev gew. 1.45
-1.40.
MAXSTERMiJNMAKKT ROTTERDAM, 21
nov. Alle noteringen onveranderd.
zuidspeier (tegen 3 schoppen) is een
kleine troef vooral na het doublet
van noord op 3 schoppen. Het is zeker,
dat de enige kans op veel slagen voor
OW gelegen is op over-en-weer troe
ven en zuid moet daar zo snel mogelijk
een stokje voor steken. Troef uit, noord
aan slag speelt ruiten na, zuid weer aan
slag en speelt troefaas en een derde
troefronde; hierna kunnen OW de mat
jes wel oprollen en gaan 3 down in
elk geval tenminste 2 down. In de
praktijk speelde zuid +3 en oost won
het spel door direkt te spelen en la
ter over en weer te troeven. Zuid had
de zaak nog met 1 down kunnen redden,
door na <>Aas genomen te hebben
troefaas en troef na te spelen, doch
toen hij ook dat verzuimde en oost zijn
gang liet gaan. werden de 9 slagen een
feit.
De eerste klap was hier nog geen
dubbeltje waard geweest!
MIMIR
neeskrachtige bronnen van de kuur-
plaats Wiesbaden.
Even na Mainz schuiven de wijnber
gen van de Rijngouw hun hellingen naar
du rivier en bij Rüdesheim-Bingen be
gint de uniek pittoreske doorbraak door
het Rijnse leisteengebergte. De stroming
is welhaast te snel om daar ten volle
te kunnen genieten van alle beziens- voor een wassenbeeldenmuseum. j'
waardigheden. De burchten op de berg- is 200 jaar geleden dat Marie TussaU*
v°<£PeInfSh'lH°n e32?r aS ^andKtó,/el- 6611 bekende wassenbeeldenmaakster, L
ken, eilandjes verdelen de rivierbedding Bern werd geboren Na een avontuurlij
en steile rotswanden verrijzen uit het £ven richtte zh in 1833 te Londen^
water. De sloten Rheinstein en Stolzen- - ricntte zij in 1833 te Honden
fels, de burchten Gutenfels, de Palts en
de Lorelei zijn hoogtepunten op deze
voortreffelijke vaart. En voordat de ri-
Dit vreemde woord is een benarr®®^
beroemde panopticum op.
Beelden of poppen van was hebb®*
jullie allemaal wel eens gezien in
zich nog de „Zeven Bergen'
natuurlijke coulisse
wijze heeft men in een wassenbeeld®®'
museum poppen bijeen van bekende
Het landschap van de Rijn, die in dit bVroemde De7sonen",Die'' worden"
gedeelte de bijnaam van de „romanti- nltuuïïetroSw a"s maar n^gelfik 's'
sche" verkreeg, verschilt wel geheel en „a"el»otst De kooTen wSdfn n8»f
Ri van hpf HppM vfln vnn hono^anlnAn PP «14
al van het beeld van zijn benedenloop.
De horizon wordt daar strak en vlak
portretten, c" naar de persoon zelf aj!!
dat mogelijk is, geboetseerd. En
van^ntt^e SSSSltaSeffïïS P°PPe" ™rde" dezelfde S00rt
nenhaven, Duisburg. Als een waarach-
gestoken, zoais de echte personen <ji®
tig merkteten van de Duitse S„^ic!m ^Tussaud8 «n"
tuur begroet dan de Keulse Dom de ri- Pan°Ptlcurn van Tussaud te Londen
vierreizlgers, terwijl verder Dusseldorp
met zyn boeiend stadsleven lokt. Daar-
*1° ÏMIn van de Roermon-
Nederlandse grens zijn
d°9r bet vlakke land, waar de oude
ftH'mh-iYfi e" anton de belangrijk
ste mijlpalen zijn voordat men in de
grensstad Emmerik aankomt!
wereldberoemd. De verzameling is
de loop van de jaren steeds uitgebrei"'
Er is ook nog een aparte „gruwelk®'
mer". Daar zq'n allerlei rariteiten o®'
dergebracht en alleen als je sterke ff
nuwen hebt kun je de tentoongesteld*
figuren bekijken
ii uitlui li in in ui nu in minim ui li iiMiliiiiiniMii illinium"^
Schilderachtige burchten langs de Rijn.
De Rijn is Duitslands machtigste vrolijke vakantieplaatsen. Lindau,
stroom en wereldvermaard door zijn Meersburg en Constanz zijn hierbij de
schoonheid. Over hem gaan duizend bekendste.
sagen en liederen. Prachtige burchten, Aan 2yn Westkant wordt het Boden-
trotse kastelen- en schilderachtige bouw- meer verlaten door de Rijn, die verder
vallen verheffen zich op de door ber- in de richting van Bazel stroomt en op
gen omringde oevers; eerbiedwaardige dm traject goeddeels de grens met
Zwitserland uitmaakt. Alleen bn Schaff-
domkerken - piegelen zich in zijn water, hausen, waar de Rijn zijn grote val
in steile hellingen is de wijnstok ge- maakt en indrukwekkende krachtinstal-
worteld en in de kelders van de be- laties werden ingericht, verloopt de
koor,Uk, stadjes. dorpen r»p, g-fflj SÏ'ïnifeS'Vefeïf'ï'o,? o?
de beroemde Rijnwijn. lettendheid bij het varen.
Zijn bronrivieren ontspringen in de By Bazel begim de loop van de Ryn
Zwitserse Alpen en zijn moeilijk bevaar- door het Bovenrijnse, de laagvlakte. De
bare, gevaarlijke, wilde wateren. Het bekendste steden van de Rijnvlakte zijn
Duitse gebied bereikt de Rijn in het g-m- Freiburg, Baden-Baden, Karlsruhe,
6 Spiers en Worms, met hun keizerlijke
Bodenmeer. Zijn Zuidelijke oevers lig- domkerken uit de middeleeuwen; voorts
gen vrijwel geheel op Zwitsers gebied, de industriesteden Mannheim en Lud-
zijn Oostelijke punt in Oostenrijk. Aan wigshafen bij de monding van de Nec-
de Duitse kant wordt het meer ge- kar' Mamz met de vermaarde Dom.
kroond door schilderachtige steden en Vlak bij Mainz zijn dan nog de ge-
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiTiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiii111"
dybeer, die op bet bospad stond. Het
sjokte er dadelijk naar toe en bromde
snuffelend: wat ben jij voor een ding-
Wat doe jij in dit bos?
De teddybeer was wel een beetj*
bang, maar tocl zei hij dapper: ik ben
oor. °P zoek naar mun grofe broers, de be
voor een rj;n Ik ben een teddybeer, maar ik be"
net echt.
J"* V-j
'Hfc f .v
-s.j
- - t -• ff
r -
Bij St. Goar wordt het Rijndal smaller en stuwt de stroom zich onstuim
de Lorelei.
niiiiiiiilllllllllflIIIIIIIMf
tjespap. Ba, wat is dat nu
beer, die bijna echt is!
Op een dag, toen Klaasje met zijn hu*
blokken en zijn kruiwagen speelde, V' n r£?on grote, brukie dier
sloop de teddybeer ongemerkt het tuin- ,a'len' J' 'achte heel hard en .new
hek uit. ïk a naar het bos, dacht hij. „rot"1 ^ieren^amtesjoktZe bromden
Naar mijn grote broers. Daar zal ik |Uemaal nie„wsgiLig en vroegen: wat
pas een echt bereleven gaan leiden. is er gebeurd? Waarom lach je zo?
Klaasje was trots op zijn vriendje,
rviaaaje was nuts uy tUi. i.mujc, Vrolijk stapte hij verder, maar als er II
die Ln zicht brSn veUetie h-d waarvan de mensen zeiden, dat hij net mensen in de buurt kwamen, kroop hij y te"broers van hemzijn. Hahaha!
entwee S doXre kraalogen een echte beer leek' Maal de tedd-V- vlug weg achter een boompje of in een zJnB zijn j m dan here^? vroeg d
Als it hem voorover hield kon liii beer was helemaal niet trots op Klaas- portiek Zo kwam de teddybeer einde- teddybee'r verschrikt Dat wist ik niet.
eeweldie knorren En dan zeiden de Je' ^°'n kieutertje, dacht hij, dat is Jtfk m het *0. bos. Hallo, nep hij da- jyjaar beren namen hem bij zijn poot
ménsen- het fs hét echt' toch niets voor m«! En al die kindel" de'hk' z"n h!er °°k h en brachten hem naai bun hol, waa?
mensen, n achtige spelletjes waar ik aan mee moet Piep-piep, zei Marietje de bosmuis, Z0 bem aan alle kanten bekeken.
doen ook niet. Ik, zo'n grote, sterke ted- jazeker wonen hier beren. Bent u er ,.n
ne jongen, die Klaasje heette. Klaasje dybeer, zou heel wat anders kunnen, soms familie van? Dat zou ik denken. Je bent ine_het beertje wel, zeide^
was dol op zijn beer. Ze sliepen dan Wat een leven! Ik moet slapen onder
ook naast elkaar in bed. Ze zaten een lakentje met eendjes en poppetjes
Dit ding hier, lachte hij, dat zegt - aJ
Nu hoorde die teddybeer bij een klei
ne jongen, die Klaasje heette. Klaasje uyueer, zuu netu wat tuiuets auhhcu. "«iim v' 'T "V*;* «1- .„siV :t
was dol op zijn beer. Ze sliepen dan Wat een leven! Ik moet slapen onder zei de teddybeer, kun je dat dan niet ze tenslötte. Maar als je wilt mag J
ook naast elkaar in bed. Ze zaten een lakentje met eendjes en poppetjes zien? wel J e^en ije n
naast elkaar aan tafel. En dikwijls gin- erop. En wat krijg ik voor eten? Boter- De kleine muis ging op haar achter- op. Wij hou <n niet var oude lapped'
gen ze ook samen een blokje om. hammetjes met hagelslag en lamme- P°°£jes staan en zei: mmrnm.^ ja^^n Toen ging ze languit in het hol lig'
llll!!ll!!!l!nii!lllll!MIIIHMIIIIIII!lllllll|llllllllllllllllinillllllllIIIIIIIIIIIII!llllllllllillllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllM!lllllllllll!lllllllllllllllllllllllllllrini!lll!lllllllllllllllllll!ll
beetje wel. A s u dit pad afloopt, komt gen en hef jongste beertje gaf de ted-
u er vast wel een tegen. dybeer een duwtje met zjjn klauw, zf
De teddybeer stapte vlug door, maar daj hij voorover rolde en op z(jn eigeö
opeens stond_ er een klein konijntje manier begon te knorren riaha. lachte!»
voor hem. Kijk eens aan, zei het, een de beren nog eens. Wat een knor vad
nieuw soort bosdier. Aangenaam met u niks. En toes vielen ze in slaap, want
kennis te maken. Ik behoor tot de be- ze waren erg moe. Daar lag de teddy
renfamilie, zei de teddybeer uit de hoog- beer op de grond met geen lakentje
te. En h(j stapte langs het konijntje vor- over zich heen. En geen warm wolled
der. Dat k-ek nog eventjes om, schud- dekentje. H:' iad het koud en moest 'b
de haar kopje en verdween in haar hol. beetje rillen. En hij moest ook eeb
Maar de ddybeer hield plotseling zvin beetje aan vasje denken, die eed
adem in, want hij had in de verte een zacht stevig knuistje had en geen scher'
D„ u, groot, bruin dier gezien Het liep op zijn pe klauw, zoals het iongste berekind-
- tgon ei, genoeg van te Iets verder wees Paddy weer wat an- ken ze naar ouiten, wam daar was net achterpoten het had lange bruine ha- De volgende morgen gingen de bereb
krygen Al die toespralien van ais maar ders. meest te genieten. Uit een kabouterhuis- ren. En het bromde, o wat bromde het! een voor een brommend uit hun hol-
dettigc hercn. ua^ handjes geven, dat „Kyk, daar hebben ze een kunstijs- je kropen door denkleine deurtjes kinde- Dat grote bruine dier zag oo' de ted- om eten te zoeken. De teddybeer stap'
te dapper mee, maar van bere-eten had
knikken en buigen. baan aangelegd. Ja, hoe bestaat het ren in en uit. Het huisje was "helemaal
Dat was hier in Los Angeles al pre- hier hoog in de bergen. Die baan van houten balken gebouwd; in de drie- iiiiiiiliiiiiiiilllliiiiiiilllliiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiliiilliiiiii"11"11""
cies hetzelfde. i"11
paar snelle wagens het hele gezelschap
naar een hotel, een eind buiten Los An
geles bracht. Pim wist al, dat hier er
gens de fabrieken van de heer Prest-
way lagen. Maar het interesseerde hem
niks meer, helemaal niks meer. Hü was
moe en wilde slapen!
gaat telkens voor een uur of twee open. hoekige voorgevel was een klok aange-
Pim was cenminste dolblij, toen een is het «s stuk gereden en gaat ie bracht. Het typische van die klok was,
lar snelle wagens het hele ee^elcehen dlcht. !eer t>(] te vriezen. Zin om dat er inplaats van de uurcijfers de na-
een uurtje te schaatsen? men van de maanden stonden. Achter
„Ik kan niet schaatsen!" bekende het huisje w. s een glijbaan, die niet
Pim. ,,B(j ons in Peuterenburg is geen vee! verschilde met de glijbanen in de
fjsWel in de winkels!" Hollandse speeltuinen. Ze gingen even
Paddy lachte. Ze begreep hem dade- zalig. Zelfs Paddy gleed mee. Samen
Hjk. stapten ze ook in een wagentje, dat door
„Je hebt zeker meei zin in een ijsje, echte rendieren werd voortgetrokken.
Paddy begreep het. Zy zorgde er dan straks hoor. Als we in dat leuke dorp Prachtige geweien hadden die beesten,
ook voor, dat haar jonge vriend, na nog zijn." Ze maakten een ritje door een lange
wat gegeten te hebben spoedig m zjjn Pim begon werkelijk nieuwsgierig te sneeuwtunnel. Pim genoot! Daar was ie
kpn kruipen. En Pim sliep! Gewei- worden. Wat kon dat voor een dorp zijn, ook nog een echte jongen voor. Er was
werd hij met een zekere dat zo leuk vas. Peuterenburg had niet trouwens zoveel te zien en te genieten,
schrik wakker. Een nieuwe dag! Weer veel leuks. Hij moest echter nog wat ge- Eet fijnste kwam nog het laatste. Rij-
hetzeltde gedoeWeer handjes geven? duld hebben. Maar de wagen reed heer- den op een muilezel, zomaar het bos in.
Fabriek bekijken'. Pim had er helemaal lijk en de omgeving bood machtig veel dat bij Santa Village hoorde,
geen zin in. afwisseling. Maar eindelijk minderde „Zullen we het doen?" stelde Paddy
En toen was daar ineens Paddy, die Paddy vaart, plots eindigde de boomrij- voor.
hem met een lachend gezicht goeie ke weg en ze reden langzaam een grote „Ik heb nog nooit op een paard geze-
morgen kwam zeggen en hem vroeg; ruimte op. Pim las dadelijk op een gro- ten!" zei Pim. Maar even vrolijk sprong
Wat doe je liever boy Met mijn te' witte wegwijzer: Santa Village! hij ook op zo'n muilezel. Met zjjn tweeën
vader en je oom naar de fabriek gaan,
of... met mij de bergen en de bossen in
Ik weet reuze fijne plekjes en..."
Ze hoefde niet uit te spreken, Pim
gaf meteen een schreeuw van vreugde.
„Is dat het?" vroeg Pim. reden ze het bos in. Voor en achter hen
„Ja hoor, we zijn ir Santa Village, waren nog meer liefhebbers. Het werd
Weet je, hoe jullie dat dorp zouden noe- een lange rij. En ze kwamen maar
men? Nee? i'ou, luister dan goed boy; langzaam vooruit.
jullie zouden zeggen: Sinterklaasdorp!" „Ik zou best wat harder willen rijden!'
„Sinterklaé.sdorp?" herhaalde Pim riep Pim. „Net als een echte cowboy!
„Jaja! de bossen in. Bergen beklim- lachend. ,,Is Sinterklaas daar dan?" En dan met de zweep klappen!"
men! Rovertje spelen!" „Dat zui je wel zien. Stap maar uit. Maar Pim moest rustig in zijn rijtje
Ze lachte. boy!" blijven. De rit duurde maar een kwar-
„Maak dat je over een hall uur klaar Zo gauw trim buiten de wagen stond tier. Toen waren er weer andere lief-
bent. Dan wacht ik je met de wagen zag hij op een paar honderd meter af- hebbers aan de beurt. Pim vond het
voor het hotel. Dar ontvluchten we sa- stand een lang, laag gebouw liggen met leuk, om nog een poosje te blijven. Ze
men al dit grotemensengedoe een schuin wit dak en een paar donkere liepen dus nog wat rond, gebruikten nog
Pim had geen half uur nodig om zich driehoekige gevels. Links en rechts ston- wat aan een van de tentjes en keerden
reisvaardig maken. den overal auto's. ten slotte terug naar de muilezelstal.
„Ga je mee vliegtuigen bekijken?' ,,Je ziet het, hier komen meer men- Het was onderhand veel stiller gewor-
vroeg oom caul nog Tachena Maar Pim sen! Mensen met kinderen. Wij doen den. De meeste mensen trokken weer
zei hem vrie idelijk gedag en volgde vandaag ook maar of we nog kinderen op huis aan.
Paddy naar de witte slee, die voor het zijn. Wij gaan Sinterklaas begroeten. „Ik zou best nog eens een ritje op een
hotel stond. En rrrst, daar gingen ze. Kom mee boy." muilezel willen maken!" stelde Pim
Weg van Ie bewoonde wereld, weg van En werkelijk. Bij de ingang van het voor. Nou, het kon nog net, voor de
Sestri - Leva,.te en Paulina! Nu geen gebouw stond een figuur, die met ge- tent gesloten werd.
vliegtuigen meer. Nu de vrije natuur. mak als Sinterklaas begroet kon wor- „Ik blijf Lier op het terras wel even
Over een irachtige autoweg gleed de den. Hij had eenzelfde witte baard, een op je wachten!" besloot Paddy,
wagen geruisloos voort. Kleine plaatsjes prachtig kleec om zijn schouders en „Hup paard!" juichte Pim. Er. daar
lieten ze links en rechts liggen Een en- selfs een sta in zijn hand. reed hij alleen het bos in.
Kole naam kon Pim soms onderschei- „Wij zeggen tegen die meneer: Santé De muilezel zette er meteen een vlug
den San Bernardino, las hij een keer 'laus!" zei Paddy ge gang in. Paddy keek de dappere
Het is hier oc' wei mooi!" vertelde Nu, dat dei- Pim dan ook. Van het ruiter lachend na.
Paddy. „Maar we moeten nog iets ver- welkomswoord verstond ie niet veel. Hij Ze liep nog even rond en ging toen op
der. Ik wil vandaag ook weer eens jong hoorde alleen: Santa Village! Hij zag het terras zLten, vlak bij de muilezel-
zijn. We ga-r, naar de Twin Peaks. Dat wel, dat Paddy enkele dollars aan het stal. Het mrd steeds stiller in Santa
is een heer. berglandschap. En in loket neerlegde en toen met een paar Village
dat landschap ligi een alleraardigst biljetten in haar hand hem wenkte,
dorpje Maa. dat za' je straks wel haar te volgen.
,Het wordt hoog tijd, dat je terug
komt!" riep Paddy, nog voor ze het
fien." „Ziezo!" i ze toen, „die Sinterklaas doffe stap v n de muÜëzef
Hoe meer ze stegen des te prachtige. Kun je nu el vergeten We zijn hier nu
verd bet uitzicht. Tussen bergtoppen in m een sprookjesland terecht gekomen
intdekten ze een meer Rondom dat Laten we vst even hier aan een tafel
meer allem. ai blokhutten Dat is eer. ije gaan en en wat eten."
vakantieoord!" verklaarde Baddy „Hier Pim had eigenlijk geen geduld om te
brengen heel veel mensen hun week- eten. Maar een paar broodjes en een
ends door." vjsje gingen er toch vlot in. Toen trok-
oet jij niet naar school toe Jan?"
Moedertje ik kom er an."
Mooi" zegt Moeder Perkament.
„Heb je alles bij je vent?"
„Nou" zegt Jan op zijn gemak,
kauwgum en een brokje teer,
eikels, dropjes, en wat nou?
O, een stukje vliegertouw.
En mijn spin. gauw doosje toe.
dier met zjjn ruiter zag! Plots echter Ja, ik heb alles bij mij Moe'
schrok ze overeind. Daar was wel de
muilezel! Maar Pim zat er niet meer op!
hD geen verstand. En hij dacht aan d®
boterhammetjes met hagelslag en d®
lammetjespap, waarvoor hij nooit °P
stap had moeten gaan.
Zullen we wat spelen? vroeg het jona
ste berekind, toen het genoeg gegeten
had. Wat ken jij voer spelletjes? woH
de teddybeer voorzichtig weten. Ken 1"
van: schuitje varen? En van hop-hoP
paardje? Ha, lachte het berekind.
vecht liever Hü gaf de teddybeer eef
stomp tegen ijn snuit. Zijn ene zwafn
kraaloog kwam er helemaal sche®;;
door te zitten Meteen kreeg h;j ook n
een klap van de bereklauw op -
broekje. Au! riep de teddybeer. Ma8':
het berekind zei: dat zjjn heel gewo®J|
berespelletjes jij kuni ook nergens ta
gen. Toen keerde hij zich om en l'®f
hard weg. Maar ook do teddybeer fe\
te het op ;n lopen Hij wilde
meer een echte bee' zien. Och, köjj
daar eens, zei het konijntje, dat jblSt
weer uit haar hol kwam Wat is er m®
je gebeurd? Er zit een winkelhaak
je broekje en er loopt allemaal zaag8?-
uit. De teddybeer sloeg verschrikt ffli
pootje naar achteren Hii wist wei
hij van binnen opgevuld was met zaa»
se! en als or dat uitliep, werd hij he'f.
maal slap. Maar het konijntje was ha®
holletje al in om naald en draad te
len. Én met heel fijne steekjes naai<\<
ze zjjn broekje weer keurig dicht. Da®,
u wel, zei de teddybeer een beetje
schaamd Maar nu ga ik gauw weg-
Piep-piep, riep Marietje de bosm®^
toen ze hem even later aan zag kom®'(
Wat zie ik uw oog? Och, liet sta
helemaal scheel, ik zal het eens beG,
maken. Met voorzichtige pootjes dll-ji
de ze het scheve oog weoi recht
knikte de teddybeer vriendelijk t(L;
Hebt u uw familie nog gevonde'
vroeg ze.
tla, zei de teddybeer zacht. Jt
Hik nee, want het was geen
ziet U. Diezelfde avond nog, toen K!® j|i
je alleen en en beetje verdrietig J
zijn bedje lag, glipte de teddybeer
het open raam naar binnen. Hij «"\j'
in bed en kroop onder het zachte
tje met poppetjes en eendje» erop-
Nooit ht ft Klaasje begrepen.
zijn beer, uie opeens weg was, e\é
opeens weer terug is gekomen. De'JJ
heeft er nooit wat van verteld,
als de mensen nog eens ziden: die o'
dybeer is net echt dar was het
hij stilletjes ichte. En als je goed ji'
terde, kon nog wai horen ook 'jjf,
me niet over echte beren, zei de
beer dan in zijn baard Dan eet ik f®
„Mooi" zegt Moeder Perkament
„Veel plezier op school, hoor vent!" liever lammetjespap
VERA WITTE LEA SMULU