Omzet Hoogovens steeg m
23 pet. en de winst met
Vertrouwen in afeetmogelijkheden
voor producten in 1961
1960 met
53 pet.
Revaluatie zal winstmarges
verkleinen
Omzet Breedband met 26%%
en winst met 70% gestegen
Behoefte aan nieuwe middelen
periode 1961 t.m. '67 ca f 1 miljard
Uit afschrijvingen ca f500min
m
Winstmarge HOOGOVENS in
1960 flink gestegen
Hoogovens hebben eind 1964
19.000 (thans 14.500)
mensen nodig
9000 werknemers
LET OP
KUHLING
Raming financieringsbehoefte Hoogovens
TWEED MANTELS
vanaf f 89.50
aan te trekken
Techniek
Drietal hypothesen
Hogere omzet en winst
bij Wessanen
Nutsspaarbank Haarlem
VRIJDAG 7 APRIL 1961
PAGINA
De Koninklijke Nederlandsche Hoogovens en Staalfabrieken be
haalden in het jaar 1960 een omzet aan derden van f 697
miljoen tegen f 566 miljoen in 1959 een stijging van ruim
23%. Het voordelig saldo bedrijfsrekening bedroeg in het afgelopen
jaar f 172,5 miljoen tegen f 123,3 miljoen in 1959, een stijging van
bijna 40%. De winst steeg met niet minder dan ruim 53% tot f 96
miljoen tegen f 62,6 miljoen in 1959. Van de winst wordt in bedrijf
gehouden f 68 (45) miljoen of 70,8% (71,9%), zodat is te verdelen
f 28 (17,6) miljoen, zoals bekend wordt weer 20% dividend uitge
keerd evenwel over het verhoogde gewone kapitaal van f 128.965.000
(77.334.000). Ook in 1960 waren bijna alle produktie- en afzetcijfers
van de bedrijven in IJmuiden aanzienlijk hoger dan het vorig jaar,
aldus de directie in haar jaarverslag. In vrijwel alle bedrijfsonder
delen werd op maximale bezetting gewerkt. Het verheugt de directie
te kunnen constateren, dat de capaciteitsvergrotingen, die in het
verleden hebben plaats gevonden, zo produktief werkzaam konden
zijn. Gemeten aan de ruwijzer- en ruwstaalproduktie was de bedrij
vigheid 18% resp. 17% hoger. De omzet steeg met 23%, de kosten
per ton zijn voornamelijk door de grotere produktie gedaald, met
liet gevolg dat de winst met 53% toenam. De naoorlogse groei ging
dus ook in 1960 onverminderd door.
Revaluatie
Produktie en afzet
Grondstoffen
Financiën
Deelnemingen
ANEGANG 27 a
Telefoon 12610
SPECIAALHUIS REGENKLEDING
Byzanthijnse Mis
in Haarlem
De deelneming van de D.H.H.U. in
de Hüttenwerke Siegerland bedraagt
ca. 52 pet. van het nom. kapitaal van
de laatstgenoemde mij., dat D.M. 46
min. groot is, hiervoor werd ca. D.M.
37 min. betaald. De winst van Sieger
land bedroeg in 1959-60 D.M. 5,5 (4,6)
min. en de ruwijzer- en ruwstaalpro-
duktie resp. 258.000 (204.000) ton
en 411.000 346.000) ton.
Een verdere vergroting van de ca
paciteit tot 1,9 min. ton ruwstaal per
jaar (in 1962 te bereiken) is in uitvoe
ring. In het jaarverslag over 1959
werd reeds vermeld, dat met naar
verhouding geringe investeringen de
staal capaciteit vergroot zal kunnen
worden tot ca. 2,7 min. ton per jaar,
welk cijfer echter volgens de laatste
inzichten gesteld kan worden op ca.
3 min. ton per jaar. Als eerste fase
hiertoe werd eind 1960 besloten de ruw-
staalcapaciteit te vergroten tot 2,45
min. ton per jaar (in 1964 te bereiken).
Zoals b() de aankondiging van deze uit
breidingsplannen destijds -uitvoerig is
uiteengezet, houdt de stap van 1,9
naar 2,45 min. ton een wezenlijke ver
andering van het produktenassortiment
in, nl. het betreden van het gebied der
niet-platte produkten.
De gevolgen van de revaluatie van
de gulden, zijn op het moment waarop
het verslag geschreven werd nog
slechts ten dele te overzien. De direc
tie meent, dat tengevolge van deze
maatregel de winstmarges voor de
Hoogovens, die zowel in de E.G.K.S.
als in de export naar derde landen con
currerend moeten blijven, over het ge
heel genomen kleiner zullen worden.
Of en zo ja welke voordelen voor de
onderneming hier tegenover staan, kan
men nog niet beoordelen.
De produktie van de Hoogovens blijkt
uit de volgende staat:
(in tonnen) 1959 1960
ruwijzer 1.142.464 1.347.253
w.v. voor export 141.081 161.773
stalen blokken 1.376.777 1 609.399
w.v. martinstaai 936.139 974.099
oxystaal 440.638 635.300
gegoten buizen 27.894 29.573
dikke platen 345.199 403.635
gaslevering
gemeenten (min. m3) 220 278
Gedurende het verslagjaar is met
vier hoogovens geproduceerd. De ruw-
ijzerproduktie steeg met 18 pet., het
overgrote deel van de stijging was be
stemd voor verhoging van de staalpro-
duktie.
Zowel op de binnenlandse ruwijzer-
markt als in de export ondervindt men
nog steeds de concurrentie van Engel
se, Zuidafrikaanse en Spaanse produ
centen en van, enkele landen ten oosten
van het ijzeren gordijn. In de loop van
1960 is de hevigheid van deze concur
rentie echter afgenomen waardoor de
afzet van ruwijzer t.o.v. 1959 gemakke
lijker werd. De uitbreiding van de oxy-
staalproduktie in vele landen is hierop
mede van invloed geweest, omdat b(j
dit procédé in vergelijking met het
martinprocédé veel ruwijzer wordt ge
bruikt.
De produktie van de buizengieterij
steeg met 6 pet. De produktie van sta
len blokken nam met 17 pet. toe in
1960. Van de meer ter beschikking ge
komen hoeveelheid staal werd het
grootste deel aan Breedband geleverd.
Het andere deel ging naar de walse-
rij voor dikke platen.
De staalmarkt in het E.G.K.S.-gebied
in 1960 kan over het algemeen als goed
worden bestempeld. De vraag naar
walserijprodukten was groot, terwijl
de prijzen stabiel bleven. Een uitzon
dering hierop vormden de prijzen voor
scheepsplaat, die in verband met de
verminderde vraag daalden. Dienten
gevolge heeft men de lijstprijs voor
scheepsplaat half november j.l. ver
laagd met 35 per ton. Daarentegen
waren de afzetmogelijkheden van ove
rige dikke plaat in de Gemeenschap in
1960 bevredigend. De export van wal
serijprodukten naar de zgn. derde lan
den, met uitzondering van blik, ging
in de loop van 1960 kwantitatief ach-
levering aan Amsterdam steeg de to
tale gaslevering met ca. 27 pet. in 1960.
teruit bij dalende prijzen. Hierbij moet
worden bedacht dat de E.G.K.S.-lan
den in 1959 bijzonder grote hoeveelhe
den in derde landen konden afzetten,
voornl. tengevolge van de staking in de
Amerikaanse staalindustrie. Tegen het
eind van I960 en in de eerste maanden
van 1961 zijn de exportprijzen, in ver
band met de inmiddels sterk toegeno
men opdrachten, weer gestegen, met
uitzondering evenwel van de prijzen
van dunne plaat. De afzet van
scheepsplaat en dikke plaat op de Ne
derlandse markt is in verhouding tot
1959 toegenomen. De daling van het
aandeel van de Nederlandse markt in
de totale afzet van dikke plaat is daar
door vrijwel ongedaan gemaakt. De af
zet van dikke plaat beliep in 1960:
405.000 ton tegen 361.000 ton in 1959,
hiervan werd 79 (72) pet. afgezet in
Nederland, 2 (onv.) pet. in overige
E.G.K.S.-landen en 19(26) pet in de
derde landen.
Mede op grond van de gang van za
ken in de eerste maanden van het lo
pende jaar heeft men vertrouwen in de
afzetmogelijkheden voor de produkten
in 1961.
Vooral tengevolge van vergrote gas-
De prijs van het gas onderging een
niet onbelangrijke daling.
De omzet van Hoogovens, Breedband,
Mekog en Cemij bedroeg in 1960, incl.
onderlinge leveringen, ƒ1.390 (1.126)
min. en excl. onderlinge leveringen, 988
(796) min., en die van Hoogovens en
Breedband excl. onderlinge leveringen
895 (715) min. De produktie van Me
kog bedroeg in 1960 (zuivere stikstof
in kunstmeststoffen) 104 877 (98.643) ton
en van Cemij 731.853 (607.322) ton ce
ment.
In het algemene beeld van de grond-
stoffenmarkten is in 1960 slechts wei
nig verandering gekomen. De ertsbe
hoefte voor 1961 heeft men nagenoeg
geheel gedekt tegen prijzen, die onge
veer gelijk zijn aan die van 1960. Men
verwacht dat ook de vrachten niet veel
zullen afwijken van die van 1960. De
schrotprijzen zijn ondanks de sterke
toeneming van de staalproduktie in de
E.G.K.S. slechts weinig gestegen. Deze
ontwikkeling vindt zijn oorzaak in de
verwerkelijking van de vergroting van
de ruwijzerproduktie in de Gemeen
schap, gepaard aan het feit dat de
uitbreiding van de staalproduktie
voornl. in oxystaal plaatsvindt.
Hierdoor wordt de staalindustrie min
der afhankelijk van schrot, in verband
hiermee is ook de import van schrot
uit landen buiten de E.G.K:S., ondanks
de toegenomen staalproduktie, tot dus
ver relatief laaggebleven.
De investeringen in de fabriek, ge
richt op een ruwijzerproduktie van 1.4
min. ton en een ruwstaalproduktie van
1,6 min. ton per jaar, zijn in 1960 vol
tooid. De uitvoering van het begin 1960
aangekondigde investeringsprogramma
ter verhoging van de ruwijzer- en ruw
staalproduktie tot resp. 1,7 min. en
1,9 min. ton per jaar verloopt naar
wens. In december werd, zoals be
kend besloten verdere uitbreidingen
ter hand te nemen.
Voor Hoogovens en aangesloten on
dernemingen werden in 1960 voor ruim
200 min. aan bestellingen geplaatst,
waarvan meer dan de helft in Neder
land.
Door de emissie van aandelen a 150
pet. is de agioreserve met ca. 23 min.
toegenomen tot ruim 23 min.
183.468). De uit emissie verkregen
middelen heeft men o.m. aangewend
voor verwerving van nom. D.M.
39.342.800 aandelen Dortmund Hörder
Hüttenunion, waarna het totale aan
delenbezit bedraagt DM 118.028.400 of
42,7 pet. van het geplaatste aandelen
kapitaal van de D.H.H.U., voorts heeft
men nom. 2.051.500 aandelen van de
Demka verworven, in beide gevallen
zoals bekend uit emissies. In de Ver.
Utrechtsche Ijzerhandel kocht men
een aandelenpakket van nom. 1 min.
In 1960 bestond voor buitenlandse
rekening grote belangstelling voor de
certificaten van aandelen Hoogovens
en voor de American Depositary Re
ceipts daarvan, begin 1961 waren ca.
7 min. certificaten in depot genomen,
waartegen receipts waren uitgegeven.
Aangezien de uitvoeringsbepalingen
van het tussen Nederland en W.-Duits-
land gesloten verdrag ter voorkoming
van dubbele belasting nog niet zijn be-
publiceerd, heeft men de over de ja
ren 1956-58 terug te vorderen „Kapi-
talertragsteuer" ad 1,2 min. nog niet
ten gunste van de resultaten verant
woord.
Gedurende 1960 heeft men in vaste
activa geïnvesteerd ƒ107,5 (59,2) min.,
de afschrijvingen beliepen 43,5 (38,8)
min. Evenals vorig jaar meent de di
rectie een belangrijk deel van de winst
te moeten reserveren in verband met
de grote uitbreidingsplannen.
Ten behoeve van een betere infor
matie aan aandeelhouders heeft men
de verlies- en winstrekening een an
dere vorm gegeven, deze geeft het vol
gende beeltl (alles in /min.).
Omzet aan derden 697,3 (565,8), hier
op komen in mindering: kosten en
voorzieningen 479,2 (401,9), afschrijvin
gen 43,5 (38,8), heffing E.G.K.S. 2,1
(1,8) waarna resteert voordelig saldo
bedrijfsrekening 172,5 (123,3), hier ko
men by: interest 8,5 (4,4), baten uit
deelnemingen 9,8 (8,2) en vrijgekomen
egalisatiefonds investeringsaftrek
hiJ' l' waarna brutowinst 192,8
(135.8) bedraagt, hierop komen in
mindering voor huisvesting en vakan
tieverblijven personeel nihil (1,2), do
tatie aan pensioenreserve en -fondsen
2,5 vennootschapsbelasting- di-
recht verschuldigd 63,1 (45,7), latente
belastingverplichtingen 17,5 (17,9) en
toevoeging egalisatiefonds investerings
aftrek 9,4 (5,9) in totaal venn. belasting
90 (69,5), statutaire uitkering personeel
4,3 (3.7), waarna een winst resteert
van 95,96 (62,55), waarvan toegevoegd
wordt aan reserve diverse belangen 68
(45), zodat ter verdeling blilft 27,96
(17,55).
De balans geeft het volgende beeld
te zien (alles in /min.): activa: ter
reinen, gebouwen en installaties 478,7
(400,4), eigen woningen incl. woonschip
2,7 (0,9), aandeel in woningen en woon-
rechten ,,Breesaap" 8,2 (8,8), belangen
bij aanverw. ondernemingen 294,7
(151.9), voorraden 118,5 (109,6), debi
teuren 39,8 (33,7), vooruitbet. kosten
1 (1,1), beleggingen korte termijn 232,3
(153), kas etc 14,1 (18,4). Passiva:
gepl. en volgestort aand. kapitaal
128,965 (77,409), agioreserve 23,1 (0,18),
vermogensverschillen herwaardering
373,4 (261,2), reserve div. belangen
300,2 (232,2), pensioenreserve 1,36
egalisatiefonds investeringsaftrek 22,96
(15,46), totaal eigen vermogen 850
(586,5), latente belastingverplichtingen
116,6 (99), voorzieningen 75,5 (69), lang
lopende schulden 38,5 (41,7) kortlopen
de schulden: crediteuren 56,4 (43,1),
venn. belasting 32,5 (20,4), totaal 88,9
(63.5), te bet. dividend 0,01 onv.
div. 0,17 (0,76), te verdelen winst 20,2
(17.6) excl. interim dividend 7,7
DEELNEMINGEN! Voor de bere
kening van de intrinsieke waarde zijn
de daarvoor in aanmerking komende
activa van Breedband, Mekog, Cemij
en Teerbedrijf Uithoorn op basis van
vervangingswaarde geherwaardeerd.
De stijging van de post deelnemingen
is voornamelijk het gevolg van het la
ten vervallen van de in het verleden
toegepaste waarderingsfactor en voorts
van de reeds vermelde aandelenaanko-
pen en de vermeerdering van de in
trinsieke waarde der deelnemingen.
De resultaten van MEKOG waren in
1960 bevredigend. Verwacht wordt dat
het resultaat van 1961 niet bij dat van
1960 zal achterblijven.
De resultaten over 1960 van Cement
fabriek IJmuiden (Cemij) waren be
vredigend. Het cementverbruik in Ne
derland steeg in 1960 t.o.v. '59 met c.a.
9 pet. tot 3,1 min. ton, het aandeel van
de Nederlandse cementindustrie in de
voorziening van de binnenlandse behoefte
bedroeg 57 pet. (56). Voor 1961 wordt
ook een (zij het geringere) stijging
van het cementverbruik verwacht. Het
verbruik van hoogovencement in Ne
derland steeg tot 33 pet. van het totaal
tegenover 30 pet. in 1959 (in 1958: 25
pet.)
TEERBEDRIJF UITHOORN (TEBU)
De resultaten over 1960 van de Che
mische Industrie Uithoorn (Cindu),
waarin Tebu voor 50 pet. deelneemt,
stemmen over het geheel genomen tot
tevredenheid. Het accent wordt meer
en meer verlegd naar de chemische
sector. De Neville Cindu Chemie, waar
in Cindu voor 50 pet. deelneemt, is op
1 april '60 met produktie van kunst
harsen begonnen. De tot nu toe be
haalde resultaten zijn bevredigend.
De resultaten van CARRIÈRES DE
NAMêCHE waren van dien aard in 1959,
dat het dividend werd verhoogd tot 8
pet. (5). Het financiële resultaat over
1960 zal waarschijnlijk weinig afwijken
van dat over 1951.
DORTMUND-HÖRDER HUTTEN.
UNION De ruwstaalproduktie steeg in
het boekjaar 1959-60 tot 2,9 min. ton
een stijging van 28 pet. t.o.v. 1958-59 en
het hoogste niveau in de geschiedenis
der n.v. De omzet steeg met 32 pet.
tot D.M. 1,1 miljard, het bruto-bedrijfs-
resultaat steeg tot D.M. 433 min, of
met 32,8 pet.
Door verbetering en vervanging van
de aanwezige produktie-apparatuur
wordt er voortdurend naar gestreefd
de onderneming te moderniseren en
aan te passen aan de eisen die de
voortschrijdende technische ontwikke
ling stelt.
De samenwerking met Hoesch-Hüt-
tenwerke Siegerland ontwikkelde zich
naar wens en zal door tceneming van
de betrokken hoeveelheden te verwer
ken produktie in de naaste toekomst
nog aan betekenis kunnen winnen.
BREEDBAND: Op de aandelen die
Hoogovens in Breedband bezit zal ge
zien de dividendverhoging tot 20 pet.
(16) in 1960 in totaal 3.276.847
(2.547.585) aan dividend worden ont
vangen.
Terlenka val
Terlenka met ruche
2.98
Dobbystof
Cocos le kw. 70 br
Jabo tapijt 100 br
7.25
Polyester tapijt
Verto verzetbouclé
Paradetapyt, mtr.2
Verder een enorme collectie Bala-
tuin, Linofeit en Linoleum.
HAARLEMS GROOTSTE
SPECIAALZAAK IN
WONINGTEXTIEL
(hoek Warmoesstraat)
IJMUIDEN, 7 april Breedband
zag in 1960 het voordelig saldo bedrijfs-
rekening stijgen tot 117,3 (89,2) min
of met 31»/s pet, als gevolg vah hogere
produktie en van verbetering van de
gemiddelde winstmarges, terwijl de
winst steeg tot ƒ51,4 (30,2) min of
met ruim 70 pet, hiervan wordt toe
gevoegd aan reserve diverse belangen
28,7 (12) min en verdeeld 22,7
(18,2) min; zoals bekend is het divi
dend verhoogd tot 20 pet (16). De om
zet steeg tot 584 min tegen 461 min
in 1959, een stijging van ruim 26>/i pet.
In 1960 bereikte de produktie in aJ
de afdelingen een hoger niveau dan in
1959. Hoogovens was in staat meer
plakken te leveren, terwijl ook de bij-
gekochte hoeveelheid van derden
groter was dan in 1959. De produktie
van de warmbandwalserij overschreed
De directie van Hoogovens gaai in
haar jaarverslag ditmaal dieper in op
de vraag op welke wijze de snelle groei
van de bedrijven gefinancierd zal kun
nen worden. In dit verband wordt eerst
een analyse gegeven van de groei in
de afgelopen 7 jaren en een voorlopige
benadering van de mogelijk te ver
wachten ontwikkeling in de komende
7 jaren.
Daarbij is wat betreft de toekomst
uitgegaan van de volgende werkhypo
thesen. Ten eerste dat de reeds goed-
fekeurde uitbreidingen eind 1964 ge-
eel zullen zijn voltooid en dat vóór
die tijd zal worden besloten tot verde
re uitbreidingen, waardoor Hoogovens
eind 1967 een produktie van ca. 3 min.
ton ruwstaal per jaar zullen kunnen be
reiken. Ten tweede, dat de koopkracht
van de gulden onveranderd blijft en
tenslotte dat de deelnemingen geen wij
ziging zullen ondergaan. De laatstge
noemde veronderstelling wil niet zeg
gen dat men werkelijk verwacht in de
komende jaren geen verdere investe
ringen in deelnemingen te zullen doen.
Het is echter niet mogelijk omtrent
deze post thans een redelijke prognose
te maken. Men heeft dan een globale
schatting gemaakt van de financierings
behoefte in de periode 1961 t.m. 1967,
van een poging om de ontwikkeling van
jaar tot jaar te ramen is afgezien.
Voor de analyse van de groei van
het bedrijf is de vergroting van de ruw
staalproduktie het eenvoudigste kenge
tal. De ruwstaalproduktie van Hoog
ovens steeg in de afgelopen 7 boekja
ren (1 april '54 t.m. 31 dec. '60) van
655.000 tot 1.610.000 ton per jaar d.i.
met 146 pet., een sterkere toeneming
dan in de E.G.K.S., waar de staal
produktie in dezelfde periode toenam
met ca. 84 pet. nl. van ca. 39,7 min.
t 72,8 min. ton Het leeuwedeel van
de toeneming van de staalproduktie
\.as in de afgelopen jaren bestemd voor
de levering van plakken aan Breed
band N.V.
De ontwikkeling van de belangrijkste
produktie-afdelingen blijkt uit het vol
gende staatje:
Ruwijzerprod.
Staalproduktie
w.v. martinstaai
oxystaal
doorzet
blokwalserij (en)
walserijprodukten:
Hoogovens
Breedband
Tussen de groei
(x 1000 ton)
1953/54
1960
1967
(prog
nose)
580
1.350
2.350
655
1.610
3.000
655
975
1.000
635
2.000
705
1.700
3.000
220
405
2
255
945
rol te spelen, met name wegens de toe
nemende risico's die aan de zich steeds
versnellende technologische ontwikke
ling zijn verbonden. Op de tweede
plaats komen de middefe
len-emissies (14
laats
vervroegde afschrijvin,
en de
concurrentie
positie van het bedrijf bestaat onge
twijfeld een sterke wisselwerking. Ter
illustratie van het effect van investe
ringen op sommige kostprijsfactoren
het volgende: het kooksverbruik per ton
geproduceerd ruwijzer is van begin
1954 tot eind 1960 met ca. 30 pet. ge
el aid, voornl. door de nieuwe sinterin
stallatie. Verwacht wordt dat dit zgn.
specifieke kooksverbruik o.m. door een
verdergaande ertsvoorbereiding,
nog zal dalen onder het huidige niveau.
Als ander voorbeeld van het gunstige
effect van de investeringen kan worden
genoemd de ruwstaalproduktie per man
per jaar, die in de jaren 1954 t.m. 1960
met 74 pet. toenam. Ook deze ontwik
keling is nog niet ten einde.
In de afgelopen 7 boekjaren heeft
de Hoogovens 719 min. gefinancierd,
die als volgt besteed zijn: vaste acti
va ƒ443 min. (62 pet. van het totaal),
deelnemingen ƒ70 min. (10 pet.), voor
raden en debiteuren 95 min. (13 pet.)
en liquide middelen 111 min. (15 pet.):
de herkomst der middelen was als
volgt: afschrijvingen ƒ177 min. (25
pet), reserveringen uit de winst en in
vesteringsaftrek 244 min. (34 pet.),
aandelenemissie 100 min (14 pet.), la
tente belastingverplichtingen 83 min.
(12 pet.), voorzieningen ƒ59 min. (8
pet), vreemd vermogen: lang ƒ17 min.
(2 pet.), kort (handelscrediteuren, di
rect verschuldigde belastingen etc.)
ƒ39 min. (5 pet.).
Uit deze cijfers blijkt dat gedurende
de laatste 7 jaren 25 plus 34 is 59 pet.
van de middelen beschikbaar is geko
men uit interne bronnen. Bij een voor
zichtig financieel beleid, gericht op de
continuïteit van de onderneming, dient
de interne financiering een belangrijke
TV" „7L 7 stoffencontracten is aldus geregeld, dat
l\ 1il(lVtClQ.L men eens per week dat gedeelte van de
1VIA/UH utut l/oi IL.IL ink0pen dekt, dat correspondeert met
7 wat men verkocht heeft, zodat direct na
t/1 TT Tl net Vilt 1/1 n t* de revaluatie grondstoffen uit bijv. Ame-
Lfc//V ILU11 LL rika en Zweden dus goedkoper werden.
J hetgeen dus enige compensatie betekent
Hoogovens hebben een bijzonder gun- ^^aül °ngU"Stige g6V°lgen VftB
stig jaar achter de rug. De geld- revaiuaue.
omzet steeg tot 697 (566) min Interessant is het dat de directie dit-
maal in het verslag dieper ingaat op de
vraag hoe de snelle groei van de be
drijven gefinancierd zal kunnen worden.
Men bedenke hierbij wel, dat van be
ffen TW mei luxui low nc-r xnn ner Paalde hypothesen wordt uitgegaan, zo-
batig saldo bedrijfsrekening. met bijna dat als de werkriHkheidWervan afw«lct.
(Advertentie)
of met 23 pet. (in 1959 met 6
pet.), aangezien kosten, voorzieningen
en afschrijvingen, die tezamen 522,7
(440,6) min belopen, minder sterk ste
gen, t.w. met ruim 18'/9 pet., kon het
batig saldo bedrijfsrekening met bijna
40 pet stijgen. Het saldo bedrijfsrekening d® middeJenbehoefte, in de jaren
vip v,fcphriivins6n, bGlctstin^pn nprso- 1961 t.m. 67 zich ka.n wijzigen. wnciGi
reisvoorzieningen en betaafde'interest, dit voorbehoud schat men dan In de ko- kening gegeven, Voorts heeft men op
dat uitkomt op 79,8 (51,8)
DAMES- EN HERENMODES
KRUISWEG .72 HAARLEM
min geeft mende zeven jaar één miljard gulden de balans een belangrijke verbetering ge-
een ötileïne tê zien van 54 net 'en de nodiS te hebben, waarvan de helft uit bracht in de waardering van de deelne-
winst Unci baten uit deelnemmeln en afschrijvingen zal komen, zodat de res- mingen. Voor de berekening van de
ontvangen 'interest) is gesteeen tot f 96 terende 500 min uit andere bronnen zul- intrinsieke waarde zijn de daarvoor in
(62 0) Sta of met 53 pet De bruto- len moeten worden gefinancierd, die niet aanmerking activa van »»n
winstmarge van Hoogovens, het voorde
lig saldo bedrijfsrekening ad 172,5
(123,4) min, uitgedrukt in een percenta
ge van de omzet, blijkt in 1960 dan ook
aanzienlijk te zijn gestegen, nl. tot 24,7
pet tegen 21,8 pet. in 1959.
De directie van Hoogovens spreekt in
het jaarverslag geen verwachting uit
t.a.v. dé resultaten in het lopende boek-
len moeten worden
zijn gekwantificeerd. Evenals in de af
gelopen 7 jaar zullen Hoogovens nog wel
over middelen uit andere bronnen kun
nen beschikken, waarvan aannemend
dat er winst zal worden gemaakt, de in
te houden winst wel een van de belang
rijkste zal zijn, die een goed deel van
de resterende 500 min voor haar reke
ning zal kunnen nemen. Dan zijn er nog
de bronnen als latente belastingverplich-
aanmerking komende activa van een
viertal deelnemingen t.w. Breedband,
Mekog, Cemy en Teerbedrijf Uithoorn
op basis van vervangingswaarde ge
herwaardeerd. Terwijl de in het verleden
toegepaste waarderingsfactor, die men
als een „schönheitsfehler" in de balans
beschouwde, is vervallen. Voorts zal
ook de tussentijdse berichtgeving aan
zienlijk worden verbeterd, doordat men
met ingang van dit jaar al over zal gaan
jaar, wel zegt ze vertrouwen te hebben tingen en voorzieningen, die evenals in tot het verstrekken van kwartaalberich-
ïn de afzetmogeiijKneaen voor de pro- de afgelopen 7 jaar, het hunne zullen ten, het eerste zal men omstreeks eind
dukten m 1961, maar daarmee is nog kunnen bqdragen. Uiteraard onder het april a.s. kunnen verwachten.
Het eigen vermogen van aandeelhou
ders incl. de winst 1960, maar vóór
winstverdeling bedroeg eind 1960 870
(604) min, zijnde 780 (675) pet. van het
geplaatste kapitaal ad 128.965.000
(77.409.000). De winst kwam overeen
mets gezegd over de te hehalen winst- no(jjge voorbehoud, ziet het er dan naar
marges en winsten. Een Sunstige ontwik- dat het beroep dat op de openbare
keling is uiteraard dat de kosten per ton kapitaalmarkt gedaan zal moeten wor-
produkt voornamelu d°°r de grotere den van beperkte omvang zal kunnen
produktie zijn gedaald. Gezien het feit, hiüven Of en zn ia in welke mate en
■tv, 6^VZ0 'telend, grote produktie- wanneer Hoogovens een beroep in eniger-
ovenf magBPmen aannemen dat de gun- lei11vorm °P de openbare kapitaalmarkt met 11,03 (10,36) pet. van het eigen ver
st ee ontwfkkelhie van de kostnriil liïïi ?U nodlg acJhtien' 's echter moeilijk mogen. De winst per aandeel van 1000
nol verder zal kummn doorzetten Men ta z?.«?en' omdut dus, behalve de af- komt uit op 744'/. 809,-). Van de
g.r zich zei S van blwust da £chrIJVlngcn; de overige financierings- winst wordt 70,8 pet. (71,9 pet) in het
relaüef tale kostprijs vocTrdè on- bonnen met worden gekwantificeerd en bedrijf gehouden. Naast het eigen ver-
relatiel lage Kosip js oor ae on mnrts omdat men heeft nfeezien van mogen ad 870 (604) min, staat aan
vreemd vermogen 320 (273) min,
waarvan 164 (132) min schulden op
korte termijn, 39 (42) min. schulden
op lange termijn en 117 (99) min laten
te belastingverplichtingen. Het vlottend
kapitaal bedroeg eind 1960 ƒ443 (351)
min en het vast kapitaal 747 (527) min.
Van de certificaten Hoogovens bevin
den er zich 7 min in Amerika, voorts
zijn er nog 3 min certificaten en daar
naast nog een onbekend bedrag in an
dere landen.
is er
een reiauei ïage Kosiyijjs vuur ae on- voorts omdat men heeft afgezien van
derneming een belangrijke voorwaarde pen ramin^ Cen
is om de groei te kunnen financieren, |fobale schatUng heeft gemaakTvoor de
terwijl omgekeerd de groei vaak een ver- financjerinesbehoefte in de neriode 1961
sterking van de concurrentiekracht tot tm '67 periode ïaoi
gevolg heeft, doordat nieuwe installaties t« december '60 toen werd medege
en toegenomen produktie-omyang de ef- deeld. dat de investeringen voor het uit-
ficiency verhogen, de kostprqs verlagen hrpiriinesnian tot 2.45 min ton ruwstaal
en de kwaliteit verbeteren.
Daartegenover geven de prijzen van
de produkten thans een wat verdeeld
beeld te zien. In 1960 heeft men de prijs
voor scheepsplaat al moeten verlagen,
terwijl, zoals bekend, de revaluatie
Hoogovens (en ook Breedband) gedwon
gen heeft de prijzen voor enkele produk
ten te verlagen. Alhoewel de gevolgen
van de revaluatie voor de vennootschap
nog niet geheel kunnen worden over
zien, is de directie van mening, dat
en uit aande-
ct.). Het systeem van
irijving, in de vorm
van belastinguitstel, blijkt 12 pet. te
hebben bijgedragen. De financiering
met vreemd vermogen was relatief ge
ring (7 pet.). Dat in deze 7 jaren
slechts voor 14 plus 2 Is 16 pet. een
beroep op de kapitaalmarkt behoefde
te worden gedaan is mede een gevolg
van de gunstige financiële resultaten.
In het volgende overzicht is de winst,
na aftrek van belastingen, uitgedrukt in
guldens per nominaal 100 geplaatst
aandelenkapitaal, per ƒ100 eigen ver
mogen en per 100 totaal geïnvesteerd
vermogen.
winst per ƒ100
Boekjaar geplaatst eigen totaal
1953/54
1954/55
1955*)!)
19561)
1957
1958
1959
1960S)
geplaatst
aandelen
kapitaal
ƒ44
35
35
33
38
„53
80
74
vermogen geïn
vesteerd
vermogen
ƒ4,20
5,80
4,30
4,20
5,20
5,30
6,90
9,80
12,60
3,20
„3,10
3,80
3,80
„4,90
6,80
8,90
op jaarbasis
over vergroot kapitaal
De genoemde hypothesen als uit
gangspunt nemend, worden de daarbij
behorende investeringen in vaste acti
va in de jaren 1961 t.m. 1967 geschat
op rond 1 miljard.
Hierbij is tevens rekening gehouden
met de noodzaak van normale vervan
gingen en onderhoud der bedrijfsinstal-
laties, die belangrijke bedragen zullen
vergen. Voorts heeft men een raming
gemaakt van de bedrijfskapitalen, die
met de dan tot 3 miljoen ton ruwstaal
per jaar gestegen produktie netto cor
responderen, alsook van de financiële
consequenties verbonden aan de toene
ming van de behoefte aan woonruimte
voor het personeel. Rekening houdend
met een zekere daling van de liquide
middelen zal het saldo van de muta
ties in deze posten naar schatting te
verwaarlozen zijn.
De totale behoefte aan nieuwe geld
middelen blijft dus in de orde van
grootte van 1 miljard. Door de in
vesteringen zullen de afschrijvingen,
berekend volgens het normale schema,
in deze periode niet onaanzienlijk stij
gen. Aangenomen, dat de afschrijvin
gen verdiend worden, zal dit een bedrag
van ca. 500 min., dat is 50 pet. van
de het in deze jaren in vaste activa
te investeren bedrag, ter beschikking
doen komen; in de afgelopen 7 jaar
bedroeg dit percentage 40. De resterende
ƒ500 min zal uit andere bronnen moe
ten worden gefinancierd, een kwantifi
cering daarvan mag men thans niet ver
wachten, daar deze o.m. een concrete la
ming van winst en winst-besteding in
voorts een prognose van de belasting
wetgeving over een periode van zeven
toekomstige jaren zou inhouden. Toch,
aldus de directie, geeft het voorgaande
wel een beeld van de orde van grootte
van de eventuele financieringsbehoefte,
leze blijft onder de geschetste omstan
digheden tot aanvaardbare proporties
beperkt.
HAARLEM, 6 april In de kapel
van de zusters aan de Zjjlsingel 6 zal
zondag om 10 uur de Goddelijke litur
gie worden gevierd. Alle gelovigen van
de Slavische ritus worden hiervoor uit
genodigd.
in 1960 voor het eerst een niveau van
1 min ton rollen en bedroeg 1.039.294
ton (857.106). De produktie van warm-
gewalste rollen excl. walscontracten
op loonbasis steeg t.o.v. 1959 met ca
22 pet tot 993.426 (815.009) ton. Aan
warmgewalste platen werd geprodu
ceerd 84.415 (63.550) ton, koudgewalste
rollen voor verkoop 99.987 (85.968) ton,
koudgewalste platen (incl. onvertind
blik voor verkoop) 392.871 (357.567)
ton, dompeivertind blik 81.444 75.044)
ton en elektrolytisch vertind blik
79.174 (60.507) ton.
In 1960 ontwikkelde de vraag naar
dunne plaat zich bevredigend. Op de
exportmarkten buiten de E.G.K.S.
leidde verscherpte concurrentie in de
tweede helft van 1960 tot een sterke
daling, die zich tot dusver heeft voort
gezet. Dankzij de orderpositie van
Breedband heeft men in 1960 tegen
deze prijzen nauwelijks leveringen ge
daan. De invloed van de verlaging van
de exportprijzen zal derhalve eerst in
de cijfers over 1961 tot uitdrukking
komen. De produktie kan gemakkelijk
worden afgezet en de afzet was dan
ook aanzienlijk groter dan in 1959,
ondanks enige invloed van de vermin
derde bedrijvigheid in Engeland. De
leveringen van koudgewalst plaat in
Engeland bedroegen in 1960 ca 130.000
ton tegenover 141.000 ton in 1959.
Daar de import in dat land meer dan
verdubbelde, daalde het aandeel van
Breedband daarin van 54 pet tot 23
pet.
Ook de vraag naar vertind blik ont
wikkelde zich in 1960 bevredigend.
Voor de stijging van de produktie vond
men gerede afzetmogelijkheden op de
Nederlandse markt en in de overige
landen van de E.G.K.S. Tegen het
einde van 1960 daalden de export
prijzen, echter belangrijk minder dan
de prijzen van dunne plaat; ook deze
prijsdaling heeft nog geen invloed ge
had op het resultaat 1960.
Mede op grond van de gang van
zaken In de eerste maanden van het
lopende boekjaar heeft de directie ver
trouwen in de afzetmogelijkheden voor
de produkten in 1961.
De vooruitzichten voor de ontwikke
ling van het verbruik van dunne plaat
en blik blijven volgens de directie over
het algemeen gunstig.
De bouw van de tweede koudband-
waiserij vordert gestadig; men ver
wacht deze omstreeks nov. 1961 in
gebruik te kunnen nemen. Dit geldt
ook voor het hardings-, reductiewals-
tuig. Na het gereedkomen van deze
installaties zal niet alleen meer koud
gewalste dunne plaat en blik kunnen
worden gemaakt, doch ook zal kunnen
worden voldaan aan de vraag naar
bredere platen en dunner blik dan
thans kan worden geleverd. De uit
voering van aangekondigde inves
teringsprogramma verloopt naar wens.
Men verwacht dat de belangrijkste
nieuwe installatie uit dit programma
de tweede elektrolytische vertinnerij
in de tweede helft van 1962 met
de produktie zal kunnen beginnen.
De personeelskosten beliepen in 1960
21,5 '16,8) min. De loonkosten zijn
t.o.v. '59 voornamelijk als gevolg van
grotere personeelsbezetting, gestegen.
De personeelssterkte bedroeg per eind
'60: 2.606 (2.361).
De liquide middelen daalden in 1960
van ca 75 min tot ca 53 min, het
geen veroorzaakt werd door investe
ringen in vaste activa en toeneming
van voorraden en debiteuren. In ge
bouwen, installaties en terreinen werd
in het verslagjaar 68,3 (11.2) min ge
ïnvesteerd, de afschrijvingen beliepen
17,8 (17,2) min. Ook in de komende
jaren zal de vermogensbehoefte, in
verband met betaling van reeds goed
gekeurde investeringen een verdere
toeneming van voorraden en debiteu
ren, groot zijn. Men vertrouwt deze
echter uit eigen middelen te kunnen
dekken.
WORMERVEER, 7 april De om
zetten van Wessanen's Koninklijke Fa
brieken vertoonden in het afgelopen
jaar, volgens mededeling van de di
rectie in het jaarverslag, zowel naar de
maatstaf der hoeveelheden als naar
geldswaarde, wederom een stijging.
Het indexcijfer voor de hoeveelheid
verwerkte grondstoffen (basis 1954 is
100) nam van 130 toe tot 136 en dat
van de omzetten in geldswaarde van
141 tot 157.
De voordelige saldi exploitatiereke
ningen en opbrengst deelnemingen kwa
men uit op 10.924.709 (10.562.898),
terwijl koersverschillen beleggingen
96.224 (374.697) opbrachten. Interest
vergde ƒ702.793 (873.643) afschrijving
vaste goederen ƒ3.474.035 (3.206.667),
voorziening voor vennootschapsbelas
ting 2.944.105 (2.939.971). Van het
hierna resterende saldo winst ad
ƒ3.900.000 (3.500.000), wordt ƒ2.342.000
(2.515.562) gereserveerd en zoals be
kend, een onveranderd dividend van
10 pet voorgesteld.
In het afgelopen jaar werd 3,5 min.
geïnvesteerd in vaste goederen, waar
van 1 min. bij dochterondernemingen.
Een belangrijk bedrag was bestemd
voor woningen ten behoeve van het
personeel.
breidingsplan tot 2,45 min ton ruwstaal
(dat eind 1964 gereed zal komen) ruim
f 300 min zouden vergen, is gezegd dat
dit bedrag, mede gelet op de reeds lo
pende investeringen, naar alle waar
schijnlijkheid te groot zou zijn om ge
heel intern te worden gefinancierd. Op
dat ogenblik werd echter nog niet over
wogen voor deze investeringen middelen
op beperkt of onbeperkt lange termijn
aan te trekken. Wanneer dat moment
wel aangebroken zal zijn, is niet bekend.
Een van de directeuren heeft er toen
de winstmarges over het geheel geno- wel op gewezen, dat Hoogovens een groot
men kleiner zullen worden, of en zo ja
welke voordelen hiertegenover staan,
kan men nog niet beoordelen. Wat het
uiteindelijk effect van een en ander op
de resultaten zal zijn is thans nog niet
te zeggen.
Wat betreft de valutadekkingspositie
van Hoogovens op het moment dat de
revaluatie een feit werd, was de situa
tie zodanig, dat uit deze positie eenma
lig een geringe winst voortvloeide. De
valutadekking in verband met de grond-
eigen vermogen hebben tegen een rela
tief gering vreemd vermogen en er is
dus ruimte om vreemd vermogen aan
te trekken. Inmiddels valt in dit ver
band nog op te merken, dat de liquide
middelen per uit. 1960 een flinke stij
ging te zien gaven, n.l. tot 246,3 (171,4)
min.
Het jaarverslag van de Hoogovens is
op verschillende punten verder verbe- min aandelen a 150
terd, zo is een andere, meer inzicht ge- agio had opgelever
Wat betreft de dotatie aan pensioen
reserve ad 1,36 min, waarvan de defi
nitieve bestemming later zal worden
vastgesteld, kan nog worden opgemerkt
dat het gehele vraagstuk van de pen-
sioenering van het personeel thans in
studie is en men acht het prettig voor
wat daarbij uit de bus zal komen, al
vast een startfonds te hebben.
Wanneer de Hoogovens de tijd rijp
achten wat met de agioreserve, die thans
ruim 23 miljoen bedraagt of ca. 18
pet. van het gewone geplaatste kapitaal,
te gaan doen zal de tpd moeten leren.
Men achtte het in ieder geval niet zin
nig om, nadat de emissie van 51,6
et. begin 1960 deze
nu al weer over
Eind 1960 werkten bij Hoogovens en
aangesloten bedrijven 14.500 personen
of ca. 1200 meer dan per uit '59. In
het kader van de aangekondigde uit
breidingen zal dit aantal per uit. 1964
ca. 19.000 dienen te bedragen. Reke
ning houdend met het verloop bete
kent dit dat men naar raming tot eind
'64 ongeveer 9.000 werknemers zal
moeten aantrekken. Deze werving zal
veel inspanning vergen, doch men ver
trouwt hierin te zullen slagen, aldus
het verslag van Hoogovens.
vende vorm aan de verlies- en winstre- te gaan tot een uitkering daaruit.
HAARLEM, 6 april De inleggin
gen bjj de Nutsspaarbank Haarlem be
droegen in de afgelopen maand
4.398.568 en de terugbetalingen
3.834.563 zodat het spaarsaldo
564.005 beliep. Het inleggerstegoed
steeg hiermede tot een totaal bedrag
van 76.021.385.
In de afgelopen maand werden voorts
818 nieuwe spaarders Ingeschreven,
waardoor het aantal spaarders een to
taal bereikte van 99.757. In de maand
maart werden 374 nieuwe spaarbusjes
uitgegeven, zodat per ultimo maart
18.906 spaarbusjes in omloop waren.
Naast de reeds in dienst zijnde 150
Italianen, heeft men besloten nog een
200-tal aan te trekken. De woningcon
tingenten zijn onvoldoende om aan de
gestegen behoefte te voldoen. De snel
le ontwikkeling van de IJmond. aldus
de directie kan alleen op bevredigende
wijze worden gerealiseerd, indien de
gemeenten voor de uitvoering van hun
taak voldoende steun en middelen ont
vangen van de landelijke overheid.
Men denke hierbij niet alleen aan wo
ningen, doch ook aan voorzieningen die
voor een harmonische opbouw van de
gemeenten en de streekverbindingen no
dig zijn.
De personeelskosten bij Hoogovens
hebben in 1960 bedragen 80,9 (66,0)
min. en bij Hoogovens en aanggsloten
bedrijven (Mekog, Cemij en Breed
band) 118, 3 (96,4) min. In deze cij
fers zijn niet begrepen de statutaire
uitkering aan het personeel, buitenge
wone dotaties aan de pensioenfondsen
etc. De loonkosten zijn t.o.v. het vorig
jaar, voornl. als gevolg van de grotere
personeelsbezetting, gestegen.
Medio 1961 zal bij het bedrijvencom
plex de normale werktijd maximaal 45
uren per week bedragen. Teneinde de
hieruit voortvloeiende lasten te com
penseren, zijn bedrijfsorganisatorische
maatregelen genomen. Verder heeft
men op grond van de ter zake ge
maakte afspraken de medewerking van
het personeel ingeroepen om in de
kortere werktijd evenveel te presteren,
met name door gezamenlijk te streven
naar verhoging van de produktiviteit.
De ondernemingsraad heeft daarbl'
zijn volle steun toegezegd.