Expositie van Albert Servaes wekt beroering in Brugge Betogingen en dreigbrieven Vooruilgang Architect A. J KROPHOLLER wordt volgende week 80 jaar I Minister-president van België: Geen Europese geest bij een der E.E.G.-partners55 Bonn in het geweer om de zaak recht te zetten foto's vol plezier Westfriezendag Dromedaris is nu inderdaad studentencentrum EERHERSTEL VOOR DE TYPISCH NEDERLANDSE BOUWMATERIALEN Politieke poppenkast i ©1 ACTIE VAN OUD-VERZETSGROEPEN Benoeming ZOEKER NAAR EIGENTIJDSE VORM VOOR DE KERKELIJKE BOUWKUNST DEZER EEUW A DONDERDAG 20 JULI 1961 PAGINA 7 Wapenstilstand Evolutie Vier themata BONN/BRUSSEL, 20 juli (Rtr., A.N.P.) De minister-president van België, Th. Lefèvre, heeft gisteren voor enige politieke sen satie gezorgd door op het Brus selse vliegveld Meisbroek, na zijn terugkeer uit Bonn, de volgende verklaring over de topconferentie van de zes E.E.G.-landen af te leggen: „De bijeenkomst heeft niet alle gewenste resultaten opgeleverd, omdat één van de partners beslist niet van de Europese geest is bezield". On middellijk werd hem natuurlijk door journalisten gevraagd welk land hij op het oog had, maar de heer Lefèvre weigerde op deze vraag antwoord te geven. 'n BOLS op z'n tijd is goed voor meneer. maargeen alcohol bij snelverkeer! Karakteristiek voor het werk van Servaes is zijn getekende kruisweg, waaruit hier de achtste statie wordt gereproduceerd. (Van een medewerker) BRUGGE, 19 juli De retrospectieve tentoonstelling, gewijd aan het oeuvre van de nu 80-jarige schilder Albert Servaes, die thans in het Brangwymnuse- um te Brugge gehouden wordt, heeft; beroering gewekt in België. Zelden werd een expositie zo streng bewaakt door po litie en talrijke zaalwachters als deze van Servaes. De maatregelen zijn brood nodig wil men relletjes vermijden. De kunstschilder, die als de voortrek ker van het expressionisme in Vlaande ren moet worden beschouwd, vertoeft sinds 1945 in Luzem in Zwitserland. In dien hij naar België zou komen, zou hij onmiddellijk aangehouden worden om een gevangenisstraf van vijf jaar uit te zitten. Na de jongste wereldoorlog werd hij immers wegens collaboratie veroor deeld, maar hjj bevond zich toen reeds bi het buitenland. Hoezeer men ook de houding van Albert Servaes tijdens de Duitse be zetting moet betreuren, men kan toch moeilijk ontkennen dat hij kunsthis torisch gezien een figuur van formaat is. Zijn invloed op bekende Vlaamse expressionistische kunstschilders als Gust De Smet, De Saedeleer en niet in het mUwt op Constant Permeke is dui- 1 delijk. Hij verwierf zich faam ook in het buitenland en talloze van zijn wer ken prijken in musea en particuliere verzamelingen over de gehele wereld, een in Zurich gehouden omvangrijke tentoonstelling van zijn oeuvre wekte veel belangstelling. In Salzburg werd zijn werk bekroond met de gouden me daille van hedendaagse religieuze kunst. Hieruit kan blijken dat men Albert Servaes niet kan negeren in de evolutie van de moderne schilderkunst in Vlaanderen. Dit heeft het Christelijk Vlaams Kun stenaarsverbond ertoe gebracht om een grote retrospectieve expositie te wijden Aan deze kunstenaar. Het initiatief werd in dé Belgische kunstenaarswereld met open armen ontvangen. Het stadsbestuur van Brugge was aanstonds bereid om enkele zalen ter beschikking te stellen in het Groeninge-museum, waar de waardevolle schilderijen van de Vlaam se primitieven bewaard worden, samen met andere prachtige collecties, die bij elkaar een kapitaal van honderden mil joenen francs vertegenwoordigen. Ook het ministerie van nationale opvoeding en kuituur zegde zijn volledige steun toe, zodat alles blijkbaar van een leien dak je zou lopen. Verschillende vaderlandslievende ver enigingen dachten er echter anders over. Zij vonden dat een officiële overzichts tentoonstelling in feite een volledig eer herstel van de „inciviek" Albert Ser- vaes betekende en daarom verzetten ey zich er met man en macht tegen. Te Brugge werden, enkele dagen voor de tentoonstelling haar deuren zou ope nen, allerlei vlugschriften verspreid en aao het Groeninge-museum vatten beto gers post met spandoeken, waarop het afgelasten van de expositie geëist werd. ÏHt Jjracht de organisatoren in een moeilik stadsbestuur vrees de voor relletjes in het Groeninge-mu seum, waarbu de kostbare schilderü- en, die er bewaard worden, schade zou- den kunnen lijden. Er werd onderhandeld met het Chris telijk Vlaams Kunstenaarsverbond, dat echter de tentoonstelling m ieder geval Wilde doorzetten. Voor alle zekerheid wees het stadsbestuur andere zalen toe, n.l. in het Brangwynmuseum. Affiches werden gewijzigd en de actle van de verzetsgroepen, met aaa het .Onafhankelijkheidsfront dat commu nistisch gericht is, luwde enigszins, zodat mèn aannam, dat de voornaamste moei lijkheden achter de rug waren. Niet* was echter minder waa^' nu de vaderlandslievende verenigingen merkten dat het kunstenaarsverbond zijn plan toch zou doorvoeren, wer°™ talloze dreigbrieven gericht aan het stadsbestuur en Burgemeester Vanaam- me kreeg zelfs een telefoontje, waarin gedreigd werd met het in brand steken van net Brangwynmuseum, 1II'"P1J1 de tentoonstelling toch zou plaats heb ben. Het Christelijk Kunstenaarsverbond besloot dan te onderhandelen met de betogers en uiteindelijk kwam men tot een „wapenstilstand". De verzetsgroe pen zouden de tentoonstelling laten doorgaan op voorwaarde dat de naam Albert Servaes van de aanplakbiljet- rde is, werd over de incidenten een vinni ge interpellatie gehouden door de heer Öpdebeek, lid van de Volksunie, dank zij een aceoord verkozen op de lijst van de Christelijke Volkspartij. Hjj betreur de dat het stadsbestuur gezwicht was voor de kleine minderheidsgroep, welke het „Onafhankelijkheidsfront" volgens hem vormt. Hjj vond het eveneens jam mer, dat zovele jaren na de oorlog er nog zoveel haat en wrok aan de dag wordt gelegd. Hij herinnerde aan het voorbeeld, onlangs gesteld door de am bassadeur van Noorwegen, die te Brus sel openlijk hulde bracht aan de wereld vermaarde nobelprijswinnaar Knut Hamsun, alhoewel deze wegens colla boratie in zijn land ter dood werd ver oordeeld. Burgemeester P. Vandamme wees elke verantwoordelijkheid in deze zaak van de hand. Alle beslissingen zijn genomen door het Christelijk Vlaams Kunstenaarsverbond, dat ook zelf de naam van Albert Servaes van de affiches heeft verwijderd. De medewer king van het stadsbestuur heeft enkel bestaan in het ter beschikking stellen van de zalen, aldus de burgemeester. Iedereen, die belang stelt in de evo lutie van de moderne Vlaamse schil derkunst en die een ogenblik het poli tiek verleden van Albert Servaes ter zijde kan laten, zal de expositie in Brugge (tot 31 juli) een kunsthistori sche manifestatie van grote betekenis achten. Het is immers meer dan twin tig jaar geleden dat men in de gele genheid was om het werk van de eer ste Vlaamse expressionist in zijn ge heel te overzien. Ondanks de grote moeilijkheden, Is men er immers in geslaagd een groot aantal werken van Servaes bijeen te brengen, die de evolutie laten zien, welke de schilder heeft doorgemaakt. Een grote handicap vormde het feit dat geen enkel doek, dat aan Servaes zelf toebehoort, geëxposeerd kon worden. Het parket van Brugge had opdracht gekregen elk doek, dat eigendom is van de kunstschilder, in beslag te nemen. De goederen van Servaes werden immers in 1945 ver beurd verklaard ten gunste van de Staat. De schilderen, welke men in het Brangwynmuseum te Brugge te zien krijgt, zijn afkomstig uit officiële mu sea en privé-verzamelingen in binnen- en buitenland. Servaes is in Vlaanderen ongetwij feld de eerste geweest, die in expres sionistische zin heeft geschilderd. Het is van belang dit vast te kunnen stel len, omdat men de jongste tijd hierbij vooral aan die andere grote Vlaamse kunstenaar, Constant Permeke, dacht. Servaes is sinds meer dan 20 jaar im mers een grote afwezige in eigen land. In het oeuvre van Albert Servaes on derscheidt men vier verschillende the- mata. Vooreerst is er de serie „Boerenle ven" waarmede hij zijn naam vestig de. Opvallendis hier het bijzonder warme en levendige koloriet, dat af wisselt met koele, grijze contrasten. In deze prachtige reeks, waarvan men verschillende doeken in het Brangwyn museum te Brugge kan bekijken, heeft Servaes het leed en de miserie willen uitbeelden van het toen nog doodarme Vlaanderen. Hier reeds merkt men de sterk-gods- dienstige strekking, die volledig tot uiting® zou komen in de in 1919 ontstane Tja, dat Bulgaarse com munistische dagblad „Ote- chestven Glas" heeft na tuurlijk wel een beetje ge lijk. Het veelvuldige knie len en opstaan tijdens godsdienstige plechtigheden zal best een bedreiging in houden voor de nationale economische vooruitgang van het land. En nu heeft het blad wel vooral het oog op de „gymnastische oefe ningen" van de moslims, die de des betreffende gelovigen natuurlijk ver zwakken, maar ik zou in dit verband toch willen opmerken, vlak ons, Rooms-Katholieke gelovigen, ook niet uit. Weliswaar doen wij bij voorko mende gelegenheden, geloof ik, niet zó driftig aan gymnastiek als onze Mohammedaanse broeders, maar het werpen van centjes in ci llectesohalen en -zakjes hakt er óók in. Dat kan ik de collega's van „Otechestven Glas" uit eigen ervaring verzekeren. Maar ook buiten de godsdienstige plechtigheden om worden er van een mens nogal eens enige „gymnastische toeren" verwacht. Ik denk nu bijvoor beeld aan het bekende buigen als een knipmes, dat onze Bulgaarse vrinden toch niet vreemd kan zjjn. Hoe dat zij, ik zou mijn collega's van „Otechestven Glas" ernstig wil len vragen: waarom willen jullie eigenlijk steeds maar weer vooruit gaan? Je hebt er geen idee van hoe vermoeiend en tenslotte uitputtend dat is. En refererend aan een inder daad infantiel mopje uit mijn kinder jaren zou ik dan ook willen besluiten met een welgemeend: „Bui, ga er nou óók eens even bij zitten. Of knie' len". (Adverterïie) CLACK 6x9 f 25.- CLICK 6x6 f 19.75 f 25.- ISOLA 6x6 f 38.50 f 49.50 Ook voor kleurenfoto's de beste kijk op foto's! HAARLEM, 20 juli Mgr. dr. J. A. E. van Dodewaard, bisschop van Haar lem, heeft benoemd tot con-rector van de Mariastichting te Haarlem de wel- eerw. heer G. M. den Hollander. Con-rector Deh Hollander blijft gods dienstleraar en moderator aan het Pius X College te Amsterdam. „Kruisweg", die indertijd zoveel beroe ring heeft verwekt. Na een hele reeks werd „De Kruisweg" uiteindelijk zelfs door het Heilig Officie te Rome onge schikt geacht voor de openbare ere dienst; deze verbodsbepaling, werd pas zestien jaar later opgeheven. Het groot ste gedeelte van de kruisweg wordt thans bewaard in een abdij te Tilburg. Een derde thema vormen de land schappen, waarin de kleuren zich op stapelen in dikke, gedurfde lagen, naast zacht-doorschijnende vlakken. Als por trettist tenslotte toont Servaes zich eveneens een groot meester. Doorgaans zyn het niet de door labeur getekende figuren, welke men bij Permeke aan-, treft, maar integendeel bezielde, ver tederde koppen, waarin weer die sterk religieuze neiging tot uiting komt. ten geschrapt werd. Om verdere moei lijkheden te voorkomen is men ten slotte op dit voorstel ingegaan. Verschillende dagen later dan men van plan was werd de expositie open gesteld voor het publiek, nu onder de naam „Enkele Latemse schilders". Er werd ook geen officiële „vernissage" ge houden. Maar goed beschouwd hebben de verzetsgroepen het tegenovergestelde bereikt van wat zü beoogden. Al het rumoer heeft immers de aan dacht gevestigd op Albert Servaes, met het gevolg dat de expositie in het Brangwynmuseum een grote toeloop kent. Tijdens de gemeenteraadszitting, wel ke maandagavond te Brugge gehouden Woensdag 26 juli a.s. wordt archi tect A. J. Kropholler 80 jaar. Sinds Jaren woont hij in het door hemzelf gebouwde landhuis in Wassenaar. Voor de katholieke kerkbouw Is zijn werk van grote betekenis geweest, waar om wij er bij deze gelegenheid nog eens de aandacht voor willen vragen. Als leerling van Dr. H. P. Berlage had Kropholler aanvaard, de typische Nederlandse bouwmaterialen in hun eer te herstellen, om daar een eigen vormen taal aan te geven. Dit hebben uiteraard meerdere architecten van zijn tijd ge daan. Wij hebben slechts te denken aan figuren als De Bazel, Kromhout e.a. Het ging er in die tijd om, zoals Her mann Muthesius het uitdrukte, het hand werk en de kunst tot een organische eenheid tot ontwikkeling te brengen. Want dat was in die jaren nog geens zins iets, dat vanzelf sprak. Door dr. P. J. H. Cuypers was de gedachte ont staan, dat de bouwmaterialen op een natuurlijke, dat Wil zeggen op een naar hun aard overeenkomstige wijze verwerkt moesten worden. Maar om een bouwwerk tot een kunstwerk te ma ken, werd het noodzakelijk geacht, zich tot een keuze uit de historische stijlen te bepalen. Op deze wijze ontstonden het neo-klassicisme, de neo-renaissance en de neo-gotiek. Toen Kropholler zijn eerste kerken bouwde, had hij deze nog algemeen eldende opvatting voor de katholieke erkbouw te doorbreken. Zjjn eerste grote kerk voor 1000 zitplaatsen die hij te Beverwijk bouwde, dateert van 1914. Op het gebied van de profane bouwkunst had er al een vernieuwing in deze zin plaats gehad, waarvan in verschillende landen van Europa de voorbeelden zijn aan te wijzen. Maar op het gebied van de kerkbouw in ons land is architect Kropholler zeker de voornaamste figuur geweest, die de Een van de beste kerken die architect Kropholler gebouwd heejt, is die van de Martelaren van Gorcum in Amsterdam. banden met de historische stijl-vor men gebroken heeft. Rond de twintiger jaren kwam hij in contact met de „Nederlandse Liturgi sche Weken", die meestal in de Abdij de Keizersberg te Leuven gehouden wer den. Daar kwamen liturgisten en kun stenaars samen om onder leiding van de president van het Brugsche Semina rie, Mgr. C. Callewaert, de hernieuwde beleving van de H.Liturgie, aan de historische ontwikkeling getoetst, te bespreken, en ook, om de realisatie daarvan in de praktijk van de nieuwe Kerk- en Kloosterbouw in studie te ne men. Het is in deze samenkomsten van priesters en architecten, dat Kropholler zijn basis gevonden heeft om zijn bouw kunstige inzichten aan de kerkelijke bouwkunst dienstbaar te maken en ver der uit te werken. In vele plaatsen van ons land staan zjjn kerken als een teken van zjjn grote artistieke bekwaamheid. En hoe wel er thans door velen gezocht wordt naar nieuwe ruimtevormen en naar toepassing van de nieuwste materia len en constructies, zal men toch al gemeen moeten erkennen, dat het ar chitect Kropholler is geweest, die de eerste binding tussen liturgie en een eigentijdse kunstvorm voor de kerke lijke bouwkunst in de 20ste eeuw ge legd heeft. De menselijke geest is nu eenmaal beperkt en in een bepaald tijdvak van de geschiedenis wordt hem slechts de mogelijkheid geboden datgene te onder kennen, wat wü gaarne als de tijdgeest aanduiden. Zoals Teilhard de Chardin het heeft uitgedrukt: „De mens kan geen evolutieve toekomst verwachten buiten zijn verband met de andere mensen". Hierin ligt de erkenning, dat w(j slechts voor een beperkt deel aan de totale evolutie het onze kunnen bijdra gen. Zo gesteld, heeft Kropholler zjjn aandeel met volle overgave gerealiseerd Men kan tenslotte nog de vraag stel len, hoe Kropholler staat tegenover de bouwkunst, zoals deze zich na de twee de wereldoorlog ontwikkeld heeft. Naar mijn mening is dat een vraag, die hijzelf alleen te beantwoorden heeft. Wel is het opmerkelijk, dat de vele raad huizen, bankgebouwen enz., door hem tot stand gebracht, een duidelijke beïn vloeding vertonen van zjjn werken t.d.v. de kerkelijke bouwkunst. In deze da gen ontmoet men dikwijls een omge keerde beïnvloeding van de profane bouwkunst op de kerkelijke. Dit is m.i. een kwestie van de geestelijke Ingesteld heid van de kunstenaar t.a.v. de midde len die hem ter beschikking staan. Daarnaast doet zich nog een ander verschijnsel voor: de overweldiging door de haast onbeperkte mogelijkhe den welke dit technisch tijdperk biedt, en wat een stempel op het leven drukt. Dit vraagt om een scherpe aandacht voor het goede evenwicht tussen ideeële en materiële waarden, welke nog «niet steeds gevonden wordt. Maar wij komen hiermede te ver buiten ons eigenlijke onderwerp. De tijd zal hier het antwoord op geven. Er is naar mijn mening voldoende re den aanwezig, om hetgeen door archi tect Kropholler tot stand is gebracht, met grote waardering te erkennen, en hem daarvoor dankbaar te zijn. C.M. VAN MOORSEL PZ. Van de bijna duizend leden, die het Historisch Genootschap „Oud West-Friesland telt, waren er ruim 250 naar Schagen geko men, om er gisteren de 37ste West friezendag mee te maken; velen had den zich m het oud-westfries kostuum gestoken, zoals de heer Jb. Posch, burgemeester van Oterleek en dijk graaf van de Schermer, die wegens zijn verdiensten voor de bekende Schermer Dansgroep, waarvan hij de leider is sinds 1933, het erelidmaat schap van het Genootschap mocht ont vangen. De heer D. Breebaart van Hoogwoud reikte voorts aan de tachtigjarige me vrouw ter Horst-Hoekstra een in kunst leer gebonden exemplaar uit v.n haar onlangs verschenen streekroman' „De Boerderij van Siewert Klomp", waarvan de uitgave mogelijk werd gemaakt door bijdragen van Anjer fonds en de provincie Noord-Holland. De 28ste bundel van het Genoot- schap is hoofdzakelijk gewijd aan het werk van de archeologische groep van het Genootschap met betrekking tot de opgravingen van de dwangburg van Floris V de „Nuwenburg" bij Enigen burg. Besloten werd een stichting in het leven te roepen voor het verwerven van oudheidkundige vondsten uit het gebied boven het Noordzeekanaal. Van 5 tot 12 augustus zal in huize „Kinheim" te Bergen (NH) een studie week worden gehouden, gewijd aan de leefgewoonten van onze Westfriese voorouders en aan de ontwikkeling der Zuiderzeesteden sedert 1500. De heer B. Veurman te Wassenaar kreeg de opdracht een biografie te schrijven van de stichter van het Ge nootschap, dr. W. van Balen Blan ken. De heer H. Langendijk zal zich belasten met de opdracht tot het schrijven van een schoolboek, waarin alle Westfriese uitdrukkingen en zegs wijzen voorkomen, die nog in het al gemeen beschaafd Nederlands februikt worden. De heren L. Voets, J. Schilstra en dr. Scheers zullen een Heemkundeboek samenstellen over oud Westfriesland. Mevr. Zwaan- Ruiter te Wijdenes zal een cursus ge ven in het maken van de oude West friese kappen. Na de vergadering werden de deel nemers door burgemeester W. Wog- num ten raadhuize ontvangen. Des middags woonden zij een concert bij in de Ned. Hervormde kerk en een toneelvoorstelling in Royal, waar een Westfriese eenacter „Met Duizend Ve zels" van S. Sieswerda -werd opge voerd. Evenals andere jaren brengt pop penspeler Pieke Dassen, direc teur van de Poesjenellenkelder in Maastricht, ook di* jaar weer tijdens de zomermaanden een serie poppenkastvoorstellingen voor volwas senen. Elke dinsdag en donderdag kunnen zij 's avonds om half negen in het befaamde keldertje terecht, waar zij onthaald worden op politieke satires, De teksten van de nieuwe politieke poppenkast zijn als voorheen van de letterkundige Frans Brunklaus. De optredende figuren zijn twee Russische ruimtevaarders Boris en 01- ga en de oude creaties ais „teenager Marietje", de directeur, Bubbeldebub I en II, Watson en Holmes. Er valt voor hen heel wat te hekelen o.a. de treinenloop, de goede zeden in de Maas, de pseudo-doctor honoris cau sa, de hoogbouw in oud-Maastricht, het afbetalingssysteem en de cultu rele raad-perikelen. Met toespraken en een glas wijn is de Dromedaris gisteren als internationaal studentencentrum in gebruik genomen. Alvorens medebestuursleden de Amsterdamse studenten L.vda Baerveldt (links op de foto) en drs. D. Grinwald (rechts) uit te nodigen met een sleutel de poort die tot de Dromedaris toegang geeft te penen, gaf de Initiatiefne mer, student Johan Rjjfkogel (mid den) uiting aan zijn grote voldoening dat het zover was. In zijn dankwoord gewaagde hij van de grote financiële steun van circa zevenhonderd mede werkers, die hij helaas niet allen voor deze officiële opening had kunnen uit nodigen. Voorts betrok hij het gemeen tebestuur van Enkhuizen, de curatoren en de heren D. Ybema, directeur van gemeentewerken, alsmede archi tect Th. Wijnalda in zijn hartelijk dankwoord; hun aller hulp was van onschatbare waarde geweest. In de toneelzaal op de tweede ver dieping voerden burgemeester A. Ad miraal van Enkhuizen en prof. dr. J. Kok, rector magnificus van de Amsterdamse universiteit en president curator van het Centrum het woord. De burgemeester van de haringstad hoopte, dat zjjn stad de studenten zou bevallen en dat de studenten Enkhui zen zouden bevallen. Hij gaf uiting aan zijn voldoening, dat, zoals het ge meentebestuur altijd had gewild, de Dromedaris een cultureel centrum was geworden en hij hoopte, dat het een bijdrage mocht leveren aan de culturele verheffing, zowel van de stu denten als van zijn stadgenoten. Prof. Kok prees de medewerking van de vroede vaderen van Enkhuizen, de stad waar zjjn vader was geboren; alle lof had hij voor de auctor intel lectualis van het plan en voor archi tect Ybema. Hjj hoopte, dat de ont- brekend^ duiten er spoedig zouden komen en zegde namens het curato rium alle blijvende steun toe. De heer Rijfkogel reikte aan burgemeester Ad miraal, alsmede aan de heren Ybe ma en Wijnalda het ere-lidmaat- schap van het studentencentrum uit. Vervolgens werd een bezoek ge bracht aan de schilderijen- en foto tentoonstelling op de eerste verdie ping. Het centrum is voor september en oktober wat de weekends betreft, al volgeboekt. In september hoopt men een dependance te openen met vijftig bedden, hetgeen een verdubbeling van de capaciteit betekent. Toen in Bonn bekend werd wat de Belgische premier op Meisbroek had gezegd, belegde de officiële woordvoer der van de Westduitse regering, Felix von Eckardt, onmiddellijk een perscon ferentie, waarin hij de verklaring van Lefèvre prompt ontkrachtte. „De idee dat de overeenstemming tussen de zes regeringsleiders minder volledig is dan uiterlijk schijnt is niet gerechtvaardigd", aldus Von Eckardt. Volgens Von Eckardt hebben premier Lefèvre en ook de Belgische minister van buitenlandse zaken, Spaak, „op ac tieve en samenwerkende wijze" aan de gesprekken deelgenomen. „Op geen en kel ogenblik hebben zij de indruk ge wekt, dat zü slechts schoorvoetend in stemden met de beslissingen", zo voeg de hij hieraan toe. Von Eckardt kan het weten want hjj heeft de conferentie van de eerste tot en met de laatste minuut bijgewoond. In Brussel zag premier Lefèvre zich genoodzaakt, als gevolg van Von Ec- kardts mededelingen, nader op zijn ver klaring terug te komen. Hij zei, dat hij alleen maar had willen laten uitkomen, dat er meningsverschillen blijven be staan over de vorm, die aan de Euro pese gemeenschappen moet worden ge geven. „Ik ben verheugd o- er de resul taten, die zijn bereikt op het gebied van king. Ol daan en daar kan België alleen maar Wij de politieke samenwerking. Op dit ge bied is een belangrijke stap vooruit ge- mee zijn", aldus de premier. Lefèvre zei dat zjjn terughoudendheid betrekking had op de wijze, waarop de andere punten van de agenda werden behandeld. Aan deze besprekingen was niet zoveel voorbereiding voorafgegaan als aan het probleem van de j^litieke samenwerking. Zjj hadder dus niet de zelfde betekenis, aldus Lefèvre, die de indruk wekte dat hij wel een beetje spijt had van zijn op Meisbroek afgelegde verklaring. Felix von Eckardt zei in Bonn ook nog, dat naar zijn idee de politieke samenwerking van de zes E.E.G.-lan den, als gevolg van de topconferentie in Bonn, meer neigde in de richting van een federatie (een politiek gein tegreerd Europa; dan in de richtir van een confederatie (De Gaul1 „Europa der Vaderlanden"). Politieke waarnemers verschillen, in hun interpretatie van de na de confe rentie uitgegeven „Europese verkla ring", nog altijd van mening over de vraag welke richting de regeringen van de zes E.E.G.-landen nu eigenlijk heb ben ingeslagen. De algemene indruk is, dat verschillende interpretaties moge lijk zijn en dat de toekomst zal moeten uitwijzen wat er precies gaat gebeuren. (Advertentie) Algerije Het Franse legerhoofd- kwartier in Algerije heeft gisteren be kend gemaakt, dat op 13 juli twintig Franse soldaten zjjn gesneuveld, toen zij bij El Milia, in het oosten van Algerije, in een hinderlaag vielen. (Reuter)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1961 | | pagina 7