Leerzame vondsten in bodem van Yrou westraat u Nationaal Ballet in Haarlem Moor m Louis de Zwartmaskers en gapers Jan Jacob Slauerhoff wordt Haarlem herdacht in Marinierskapel 11 oktober weer in Haarlem DE GEHEIMEN VAN BAKENES BIJ VIJF EN TWINTIGSTE JAARGETIJDE Rusteloos zwerver woonde negen maanden aan het Spaarne Logboek van Slauerhoff" Twee paters nemen afscheid van het Mendelcollege Gevarieerd programma ten bate van Marine Sanatorium Fonds TEENAGERS Henri Bende ATAX-TAXI I» ZATERDAG 30 SEPTEMBER 1961 PAGlNA ■Pil Haarlems „bakermat" heeft niet gelegen op Bakenes maar op en rond de Grote Markt, zijnde de alleroudste kern van de stad. Deze opvatting, die door de historici reeds lang wordt aangehangen maar in tegenspraak is met de algemene volksovertui ging, wordt bevestigd door de jongste graafwerkzaamheden (ten dienste van de riolering) in de Vrouwestraat, welke uitloopt op de Bakenessergracht. De bekende bodem- en oudheidkundige, de heer B. J. Wieland Los, heeft ons daarover uitvoerig verteld. VRAAGT Europese tijdschriften gemeenschap opgericht Wijziging buslijn 3 VEILIGHEIDSGORDELS N.V. CARROSSERIEFABRIEK CHRISTIAANSE Naar Haarlem Herdenking ivövi-i r Uit vroegere boringen was reeds ge bleken, dat zich in dit oude stadsdeel veel veen bevindt, hetgeen opnieuw werd bevestigd door de onlangs ver richte riolermgswerkzaamheden. Het feit, dat de mens zich vroeger allereerst op een zandgebied vestigde en niet op veen zijn woningen bouwde, werd beves tigd, doordat de oudste scherven en gebruiksvoorwerpen uit de eerste eeuwen van onze jaartelling door bo demonderzoekers in de buurt van de Damstraat werden gevonden en niet in het veengebied rond Bakenes. Ook in de rioolput in de Vrouwestraat werden in het veen geen scherven of gebruiksvoor werpen gevonden. Evenmin waren er aanwijzingen voor onkruidvegetatie. Het is ook wel begrijpelijk, dat de eerste bewoners van Haarlem zich niet op het veen rond Bakenes vestigden, aan gezien zich enkele honderden meters meer naar het westen een groot zand gebied uitstrekte. Tijdens de werkzaamheden in de Vrouwestraat kwam aan het licht, dat het veen op circa 1.70 m. beneden NAP op duinzand rust en voornamelijk be staat uit resten van bieden. Bomen moeten zeer weinig in dit gedeelte van Bakenes hebben gestaan. Op negentig centimeter beneden N.A.P. is het veen toegedekt met zand en klei; ook in deze grondlaag komen geen sporen van bewoning voor. Op ongeveer zestig cen timeter beneden N.A.P. werd de klei humeuzer; in een tijd, dat de grond zich meer uit rottende plantendelen ging vormen, verloren de vroegere veel vuldige overstromingen kennelijk hun invloed en kreeg de begroeiing de over hand. Op deze hoogte werden de eer ste duidelijke sporen van de aanwezig heid van mensen aangetroffen, name lijk zaden van bilzenkruid, een niet in heemse artsenijplant, die soms ook op puin- en mesthopen en dergelijke groeit. Op circa twintig centimeter be neden N.A.P. vond men pas aarde werk en gebruiksvoorwerpen. Men be- (Advertentie) met huidverzorgingsmoeilijkheden vrijblijvend advies aan onze schoonhendsspecialiste PARFUMERIE SCHOONHEIDSSALON ZIJLSTRAAT 73 - TELEF. 10542 HAARLEM, 28 sept. Onder auspi ciën van de voorlichtingsdienst van de Europese gemeenschappen hebben uit gevers van jeugdtijdschriften uit België, Duitsland, Frankrijk, Italië en Neder land de Europressjunior, het Europees Verbond van Uitgevers van Jeugdtijd schriften, opgericht. De zetel van deze organisatie is gevestigd te Brussel. De Europressjunior zal overgaan tot uit gave van een tijdschrift om een goede informatie van de leden-uitgevers te verzekeren en het contact met andere landen te bevorderen. Het secretariaat voor Nederland is Nassaulaan 51, Haarlem. HAARLEM, 30 sept. De route van buslijn 3 van de N.Z.H. zal met in gang van maandag voor ongeveer drie weken gewijzigd zijn in verband met de afsluiting van de overweg aan de Klever laan. Bus 3 rijdt nu vanaf de Ver- spronckweg via de Korte Verspronck- weg-Adriaan Stoopplein, Julianalaan, Willem de Zwijgerlaan, Dompvloeds- laan naar de Bloemendaalseweg. Als halteplaatsen gelden die van lijn 8. De haltes van lijn 3 op de Brederode- straat, Kleverlaan, Iepenlaan, Klever ig j*1,.?,1* aan óe Dr. Bakkerlaan komen tijdelijk te vervallen. vindt zich dan reeds in de bovengrond. Het tegenwoordige wegdek van de Vrouwestraat ligt bij de Bakenesser gracht op vijfendertig centimeter bo ven N.A.P. en loopt op tot honderdzes enveertig centimeter boven N.A.P. bij de Valkestraat. Het is op het ogen blik nog niet erg duidelijk, waar de bovengrond die uit één tot twee meter zand, vermengd met puin, bestaat, van daan is gekomen. Een mogelijkheid is, dat het zand-puin op natuurlijke wijze is opgestoven, maar men houdt er ook rekening mee, dat het door de mensen is aangebracht. Er mag echter worden aangenomen, dat de Vrouwestraat ten tijde van de bouw van de Bakenesser- kerk in de dertiende eeuw reeds be stond; de rooilijn zal men in ieder ge val niet meer hebben veranderd. Maar er is, blijkens het jongste bodemonder zoek, een tijd geweest, dat er in de buurt van de tegenwoordige Vrouwe straat geen straat of weg was; op la ger niveau moet er iets anders geweest zijn, een tuin of iets dergelijks en deze kan deel hebben uitgemaakt van wat later als „oud-Haarlem" werd aange duid. Dr. D. P. Blok uit Amsterdam, een deskundige op het gebied van de naamkunde, is van mening, dat de heemnamen waartoe ook de naam „Haarlem" behoort waarschijnlijk tussen de zesde en negende eeuw zijn ontstaan. Deze tijd van het mo- Kenmerkend voor de sfeer van de Ba- kenesserbuurt is 't Krom. Hoeveel Haar lemmers kennen dit wonderlijke straat je, dat schijnt dood te lopen (zie de foto), maar per verrassing via twee bochten van negentig graden in de Kok straat uitmondt? Het is een stille straat met wat lichte bedrijvigheid van kleine handel en ambacht. Men moet er 's zon dags eens heen gaan; men zal er intenser gemoedsbewegingen ondergaan dan op de nieuwe Pier te Scheveningen. De zo veel duizendste bezoeker krijgt er ech ter niets aangeboden, maar dat is het 'm nu juist. gelijk ontstaan van de naam „Haar lem" is zeer in overeenstemming met wat uit het bodemonderzoek op Bake nes is gebleken. Bakenes is dus wel een oud, maar niet het oudste ge deelte van onze stad. Een probleem dat nog lang niet is opgelost is, of er en zo ja waar op Bakenes in de vroege middeleeuwen een kerkje heeft gestaan. Het is name lijk opvallend, dat er uit de put in de Vrouwestraat geen enkel menselijk bot te voorschijn is gekomen. Men zou toch verwachten, dat de doden in de nabijheid van de kerk werden begraven. Er is dan ook volgens de bodemon derzoekers geen reden om aan te ne men, dat er in de vroege middeleeuwen in de Vrouwestraat een kerkje heeft gestaan. (Advertentie) 1.2.3.4.5. Mobilofoon service dag en nacht HAARLEM, 30 sept. Uit de ballet- strubbelingen is enkele maanden ge leden het Nationaal Ballet te voor schijn gekomen, feitelijk een fusie van het Nederlands en het Amsterdams Ballet. We zijn dus weer van start ge gaan. Gisteravond heeft het Nationaal Ballet, dat reeds enkele voorstellin gen in Spanje heeft gegeven, voor wat Nederland betreft zijn eerste voorstel ling gegeven in de Haarlemse stads schouwburg. Het heeft zich met een nogal ernstig gezicht gepresenteerd. Er kan bij wijze van spreken geen lachje af. Twee van de drie nummers waren zwaar op de hand, het gehele programma werd gekenmerkt door een nerveuze sfeer. Wellicht daardoor kwam de „Suite en blanc" van Serge Lifar op muziek van Lalo niet soepel van de planken. Dit uit 1947 daterende romantische ballet, waar mee het Nederlands Ballet enig succes heeft behaald, is heel licht van toon en vraagt door zijn spel van lijnen en be wegingen een doorzichtige vertoning. Dat lukte niet altijd. Een uitzondering maken wij voor Ronald Snijders, die een fantastische mazurka danste, en voor Sonja van Beers en Peter Appel, die met hun pas-de-deux voor een grote verrassing zorgden. Met het ballet „Francesca da Rimini" van Tchitchinadzé op muziek van Tsjai- kofsky weten wij eerlijk gezegd geen raad. Het verhaal van een meisje, dat bij geboorte uitgehuwelijkt met een mismaakte minnaar zal trouwen, maar verliefd wordt op diens broer, die zij voor haar toekomstige man houdt, neigt naar de romantische draak, als men bedenkt, dat de mismaakte zjjn broer en bruid vermoordt en daarna zelfmoord pleegt. Marianna Hilarides had de on dankbare taak de bruid te dansen, maar veel gelegenheid kreeg zij daartoe niet. Het gehele geval was feitelijk een pan tomime welke bovendien fragmenta risch was opgebouwd. In acteren is zij niet sterk. Daarin werd zij overtroffen door haar partners Peter Appel en Con rad van de Wetering. Tenslotte Balanchine's ballet „Four Temperaments" op muziek van Hinde- mith. Daarin werden de vier mense lijke temperamenten zoals de klassie ke Grieken die meenden ontdekt te heb ben, allegorisch uitgebeeld. Ieder mens zou die vier temperamenten bezitten, maar één overheerst altijd, en hij is dus of melancholisch of sanguinisch of flegmatisch of cholerisch. Het ballet viel dus in vier delen uiteen, ieder met een eigen karakter. Het wil niets verhalen, slechts verbeelden. Be paald boeiend werd de vertolking niet, ook danskunstig niet. Voorzichtig wer- de de danspatronen uitgezet, maar van bezieling viel niet veel te bespeuren. Leonie Kramer en Billy Wilson slaag den er in, boven de middelmaat uit te komen. De voorstelling heeft aangetoond dat het Nationaal Ballet nog enige „aan. looptijd" nodig heeft. Het veelkoppige publiek, waaronder een georganiseerd groot aantal scholieren, was hartelijk met zjjn applaus. Ook voor André Pres- ser, die aan de vleugel begeleidde. W.H. r.vro%v.v.v,v.v.v.v^vAvrzAV.%%v.v.v.v,v.,.v.v.v.v.v.v.v •■•■■■•■■•■■■■■■«■■■■■■■■■■■■■■a. y«V.\V.V-V,V.V.V.V-V.V^V.W.W«V«V.V.\W.V-V.V.V.V.%V.V-V.V-W-V.V»%frWAy»%W^>V#^V.^*K%V.".W." W-V.V.V.V.W.V.V.V.V.V.V.W-W.V.V.'V.V.VV.'V.W.V.W.VV.VAVWWV.WAV.W.W.V.V.WaVÏW.V.W.W.W Voor Louis de Zwart uit de Witte Herenstraat „ze noemen mij beeld houwer, maar ik doe veel meer dan houwen alleen" zijn hout, steen en gips materialen, waarmee hij al sinds zijn jongensjaren vertrouwd is. Wan neer men in aanmerking neemt, dat ook zijn vader reeds het beeldhou wersvak uitoefende en al vroeg zijn zoon inwijdde in de geheimen ervan, is dit alleszins begrijpelijk. „Ja, of ficieel ben ik „beeldhouwer", maar ik doe er zoveel andere dingen bij, die óók mijn hart hebben en voorts mag ik me bijvoorbeeld niet vergelij ken met een Andriessen, die kunst werken schept van artistieker gehal te." Wij zijn dezer dagen bij Louis de Zwart in zijn atelier op bezoek ge weest. Het eerste wat ons in zijn ge zellig rommelige werkruimte opviel, was het grote aantal gipsafdrukken, die, soms onherkenbaar door het ve- Advertentie Levering en montage van Lange Herenstraat 36-38 - Haarlem Telef. 14371 iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin iiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiii Volgende week donderdag 5 ok tober is het vijf-en-twintig jaar geleden, da-t de dichter Jan Jacob Slauerhoff te Hilversum overleed. In Haarlem, waar hij enige tijd heeft gewoond, zal hij officieel worden her dacht en daar ook zal een expositie te zijner herinnering worden gehou den. Nadien zal de expositie in andere plaatsen te zien zijn. Het lijkt een grillige speling van het lot, dat de on-burgerlijke Slauerhoff juist herdacht gaat worden in de stad die hij te burgerlijk en te net vond. Maar waar was de sfeer Slauerhoff niet te burgerlijk? Hij de man, die het land had aan conventies, zelfge noegzaamheid en geëtaleerde wel stand kon met zijn weerbarstige natuur niet aarden in een welgedaan milieu. Legende-vorming is een noodzake lijk kwaad, dat meestal uit zichzelf geboren wordt. Slauerhoff echter heeft, wellicht onbewust, aan de vor ming van legendes meegewerkt. Zij, die hem meest nabij stonden, kunnen nu nog getuigen, hoe zijn verander lijke luimen maar al te gauw tot een verkeerde of verschillende interpre tatie konden voeren. Zó had hij vaste grond onder zijn voeten, of een gela den heimwee dreef hem naar zee. En in den vreemde kon hij weer ver langen naar een rustige werkkring in het lage land aan de zee. Dat verlangen scheen bijvoorbeeld zijn vervulling te krijgen, toen hij zich in Haarlem vestigde. Hij geloofde daar zelf in, maar zijn naaste vrien den wisten, dat ook Haarlem voor hem een doorgangshuis zou zijn. Negen maanden verbleef hij er. Toen trok hij weer weg. Naar zee. Naar het verre Oosten. Haarlem heeft niettemin bepaalde rechten. En het mag daar gelukkig mee zijn. De figuur van Slauerhoff heeft velen geboeid. Ook hen, die hem niet per soonlijk gekend hebben. Want zij heb ben hem ontdekt in zijn verzen, waar in hij het spel van zjjn leven in tref fende spiegeling heeft weergegeven. Jan Jacob Slauerhoff werd 15 septem ber 1898 te Leeuwarden geboren, waar zijn ouders een behangerszaak voerden. In die typische provinciestad, met haar kleinsteedse opvattingen, groeide hij op en doorliep hij de H.B.S. In Am sterdam studeerde hij medicijnen, wel ke studie hij vlot met succes bekroon de. Een opmerkelijke prestatie, omdat hij het studentenleven niet schuwde en daarnaast ook daarbinnen zijn li terair werk deed. Zijn wankele gezond heid belette hem niet, het leven volop te leven, naar zjjn eigen instelling uiteraard, dat wil zeggen: rebellerend tegen burgerdom en vluchtend in een romantiek, die voor sommigen een sar castische verwoording kreeg, voor an deren een verbeelding van het ongeluk kige geluk. Hoe het z'ij, in hem leefde onmisken baar de romanticus. Een hunkering naar het onbestemde, dat nooit bevre diging zou geven, maakte hem voor de buitenwacht meer de man van onvrede en onrust dan de zoeker naar vrede en rust. Als arts meende hjj pas zijn ideaal gevonden te hebben, toen hij in 1924 zich als scheepsarts op de Riouw in scheepte voor de reis van Amsterdam naar Batavia. Als mens meende hjj bo vendien de benepenheid van het Wes ten te ontvluchten. De eindeloosheid van de zee, de soms primitieve ge meenschap op het schip en vooral de nieuwe ervaringen in den vreemde schenen zjjn leven nieuwe vorm te ge ven. Maar altijd bleef in hem de zwer ver zijn rechten opeisen. Een verblijf te land bracht slechts tijdelijke voldoe ning, ofschoon het hem aan vrienden niet ontbrak. De zee gaf ook niet al tijd, wat hij verwachtte. Tegen de herfst van 1924 kwam hij naar Haarlem, waar hij medewerker werd van de tandtechnicus D. Hes sels, die zjjn practijk toen had op de Kleverlaan en 'n poli'Tiniek voerde in de Zijlstraat, In die polikliniek ver leende Slauerhoff assistentie, en hij deed dat secuur en met liefde. Trouwens, daarin stemmen alle getuigenissen overeen: Slauerhoff was een uitstekend arts, die zijn patiënten als een mee levend mens benaderde. Hij woonde in het huis van het toen nog jonge gezin van de beeldhouwer Mari An driessen aan het Donkere Spaarne en daar heeft hij in het hart van de oude binnenstad van de bedrijvigheid langs en op het water met hart en ziel ge noten. De heer Hessels bevestigde ons nog dezer dagen, hoe Slauerhoff door en door een fijn mens was en bovenal een trouw vriend. Dat hij niet lang zou blij ven, vermoedde hij reeds sipoedig en Portret van Slauerhoff in zijn Haarlemse tijd. het verwonderde hem niet, toen zijn medewerker na negen maanden wilde vertrekken. Slauerhoff had een aanbod gekregen van de Java-Japan-Ohina-ljjn en dat accepteerde hij graag. Zjjn zo veelste ideaal scheen in vervulling te gaan. Ohina heeft hem trouwens de meeste vreugde bezorgd. Maar Slauerhoff kwam terug. Hij practizeerde hier en daar, zwierf, tot dat een ziekte hem voorgoed vasthield. Hij verbleef enige tijd bij zijn moeder in de omgeving van Haarlem, en werd later in Hilversum verpleegd, waar hij 5 oktober 1936 overleed. Heel zjjn leven heeft zijn echo gevon den in zijn poëzie en proza. Zjjn verzen, in een brokkelig maar boeiend ritme en met een expressieve beelding ge schreven, zijn geen omkadering van het leven, maar het leven zelf. Men her kent daarin het portret van de geluks zoeker, van de romanticus, de min naar en de vriend. Het portret van on ze meest begaafde dichter tussen de twee oorlogen, van de man ook, die het burgerdom vervloekte en zijn hart gaf aan de arme donders. In de vriendenkring nam Slau zo als zij hem noemden een aparte plaats in. Hij had een eigen geluid en leefde zijn leven. Uit die kring komt de herdenking voort, met Adriaan Roland Holst aan het hoofd, en zijn HAARLEM, 30 sept. Onder de toepasselijke titel „Logboek van Slauerhoff' wordt vanaf 5 oktober in Museum Het Huis van Booy aan de Kleine Houtweg een tentoon stelling gehouden, gewijd aan leven en werk van Slauerhoff. Donderdagavond 5 oktober is er in de Hildebrandzaal bij Brinkmann een herdenking van Slauerhoff, welke door de vooorzitter van het herdenkingscomité, de heer A. Ro land Holst, zal worden geopend. Daarna spreekt Arthur Lehning de herdenkingsrede uit en vervol gens draagt Albert Vogel voor uit de werken van Slauerhoff. In dezelfde zaal wordt ook de ten toonstelling geopend. Dr. J. Huls- ker, voorzitter van het Nederlands Letterkundig Museum en Docu mentatiecentrum, spreekt het offi ciële openingswoord, waarna de genodigden in de gelegenheid zijn de expositie in het Huis van Looy te bezichtigen, welke vanwege het Letterkundig Museum door de heer G. Borgers wordt ingericht. De tentoonstelling in Haarlem zal afhankelijk van de belang stelling vermoedelijk drie weken in Haarlem blijven. Daarna wordt zij in Den Haag gehouden en misschien in Slauerhoff's geboor te plaats Leeuwarden. Mogelijk gaat de tentoonstelling nog naar Antwerpen en Nijmegen. Los van het organiserende comité wordt Slauerhoff 5 oktober herdacht in Hilversum, de gemeente, waar hij gestorven is. bewonderaars zullen bij dit vijf entwintigste jaargetij zich weer zijn verzen herinneren zoals zij die hebben gevonden in zijn bundels Archipel, Clair Obscur, Oost Azië, Eldorado, Se renade, Saturnus, Fleur du Marécage, Yoeng poe tsjoeng, Soleares, en Een eerlijk zeemansgraf. Anders kennen zij hem uit zijn proza: Het lente-eiland, Schuim en Asch, Het verboden Rijk, Het leven op aarde, De opstand van Guadalajara Op zijn naam staat bo vendien nog het drama Jan Pieterszoon Coen. En zij zullen zeker zijn gedicht „Het Einde" herlezen, waarin hij zichzelf ten voeten uit tekende en waarin hij schreef: Vroeger toen 'k woonde diep in 't land, Vrat mij onstilbaar wee, Zoals een gier de lever want Ik wist: geen streek geeft mij bestand, En 'k zocht het ver op zee. Maar nu ik ver gevaren heb En lag op den oceaan alleen Waar zelfs d'Ancunha en St. Heieen Niet boren door de kimmen heen Voel ik het trekken als een eb, Naar 't verre, vaste, bruine land. Nu weet ik nergens vind ik vree, Op aarde niet en niet op zee Pas aan die laatste smalle ree Van hout in zand. Ie hout-stof, aan de wanden hingen; gipsafdrukken van handen, voeten maar ook van gezichten. De meeste gipsafdrukken van gezichten zijn do denmaskers. Vooral wat het maken van dodenmaskers betreft, geniet Louis de Zwart grote bekendheid, niet alleen in Haarlem en omstreken, maar in het hele land. „Vroeger deden mijn vader en ik dit altijd samen, maar toen hij in 1948 overleed, moest ik het alleen doen. Het is een weinig be kend vak, dat maken van dodenmas kers; in Haarlem ben ik de enige en m'n collega's buiten Haarlem zijn te tellen." Behalve dodenmaskers liet hij ons ook afdrukken zien van kinderhanden en de hand van zijn vrouw. Zijn eigen (gipsen)hand heeft Louis de Zwart enkele jaren geleden ver kocht aan een jonge schilder, die een handenstudie maakte en persé zijn hand wilde hebben. Hij bezit nog werktuigen van zijn vader; ook han gen er verschillende door zijn vader gemaakte gipsafdrukken, bijvoorbeeld een reliëf-in-gips voorstellende de Griekse Olympiade en een prachtige gipsen afbeelding van een Assyrisch mythologische figuur. De heer De Zwart is ook bedre ven in het maken van kunstig met snijwerk versierde consoles en tafel poten. Ettelijke met grillige vormen uitgesneden consoles pronken aan de wand. Vele moeten hun bestemming nog krijgen en zijn door de ambachts man zomaar gemaakt. Natuurlijk is de vraag naar dergelijke produkten niet meer zo groot als vroeger. Het moderne meubilair is zo heel an ders geworden zonder versierselen en recht van stijl. Louis de Zwart ver teld, dat hij momenteel nog wel op drachten krijgt om bepaalde onder delen van antieke meubels te repa reren zoals de bekende „klauw- pootjes"; soms valt een onderdeel niet meer te herstellen en fabriceert hij een geheel nieuw, in dezelfde kleur. Een weemoedige dag voor het Mendel College, maandag, 's Avonds gaat de schoolgemeenschap officieel afscheid nemen van de paters R. Uyterwaal en A. Vermeulen. Halver wege het vorig schooljaar besloot het schoolbestuur der Augustijner Scho len, beide paters per 1 september over te plaatsen. Het bestuur had het St.-Laduinalyceum in Schiedam overgenomen en van de andere scho len moesten toen paters-leraren wor den teruggetrokken om „Schiedam" weer op gang te brengen. Er wer den nogal wat functies gewisseld. Pater Uyterwaal, sinds 1954 aan het Mendel College verbonden waar hij Frans doceerde, moest Haarlem ver laten om in Schiedam conrector te worden. Pater Vermeulen sinds 1955 leraar Nederlands aan het Mendel College, vertrok in gelijke functie naar het Thomascollege in Venlo. Het vertrek van de beide paters betekent de afsluiting van een tijd perk voor het Mendel College, omdat beiden voor een goed deel de huidige sfeer van het College bepaalden. Dat schrijft de rector, pater V. Hutjens, in de nieuwe schoolgids. Hij heeft ge lijk. Want de afscheid nemende pa ters waren meer dan alleen maar le raar Frans en leraar Nederlands. Zij waren vóór alles priester en hun werk op het Mendel College was doortrokken van priesterlijke zorg. De conrector in de jongensmond ook wel „de père" geheten is de grote, stuwende kracht geweest ach ter de schoolbibliotheek. Hij verzorg de als ieder ander aan niets an ders wilde denken dan aan vakantie vieren de studie-boekenbeurzen. Pater Vermeulen, de Brabantse bon- homme, was de bezielende stuwer van de debatingclub die met een zui ver begrip van de jeugd, de jonge mensen stijl en beschaving bijbracht. En beiden hebben onnoemelijk veel zielzorgelijk werk verricht onder de schoolbevolking. Tot laat in de avond waren zij vaak nog op huisbezoek. Het Mendel College zal ze missen. Maandagavond zullen beide paters officieel ten afscheid worden toege sproken. Ook door de leerlingen zelf, die het overigens niet bij woorden zullen laten. De actrice Trins Snij ders van het Rotterdams Toneel zal met zang en voordracht dit afscheid opluisteren. Om 9 uur die avond zul len beide paters een open receptie houden in het Mendel College. De ouders van de leerlingen, de oud leerlingen en hun ouders en zoveel anderen die in de loop der jaren met de beide paters te maken hebben ge had, zullen van die gelegenheid ze ker gebruik maken om hen dan ten afscheid de hand te drukken. imiiiiiiiiiiiiiiMimmiiiiiiiiiimiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiim Louis de Zwart is vooral een ex pert op het gebied van gapers. Hij heeft er in de loop der jaren al ver scheidene gemaakt en er staat er zelfs een te pronken in de etalage van zijn atelier. Enige tijd geleden heeft hijer nog een geleverd aan een drogisterij in Alkmaar. Louis de Zwart houdt van zijn werk en van zijn atelier. Hij woont nu al bijna twintig jaar in de Witte Heren straat en al die tijd zien voorbijgan gers hem nijver bezig. Er zuilen waarschijnlijk nog veel consoles, ga pers, gipsafdrukken en klauwpoten onder zijn handen vandaan kómen- alleen al gezien de grote hoeveel heid hout, die zijn atelier bergt. HAARLEM, 30 sept. De Mariniers kapel heeft zich weer present gemeld voor Haarlem. Woensdag 11 oktober treedt de Kapel 's avonds in de gemeen telijke concertzaal voor het voetlicht, voor de veertiende maal, en zij zal on der leiding van de kapitein-directeur H. C. van Lijnschoten een programma ver zorgen, waarvan de baten ten goede komen aan het Marine Sanatorium Fonds. Het is weer de correspondente voor Haarlem en omgeving, mevrouw L. van der JagtBakker, die de nodige voorbereidingen heeft getroffen, om het concert naar traditie zo goed mogelijk te doen slagen. De bewonderaars van de Marinierska pel komen ook dit jaar weer volop aan hun trekken. Het programma vóór de pauze zal uitsluitend bestaan uit stuk ken, welke speciaal voor harmonie-or kest zijn geschreven, zogenaamde oor spronkelijke blaasmuziek. Een dergelijk programma is helaas nog steeds een uit zondering, omdat door de beperking van het repertoire vele dirigenten bij de samenstelling van hun programma hun toevlucht moeten nemen tot overigens verantwoorde bewerkingen. De Mari nierskapel wil laten horen, welke rijke klanknuanceringen en combinatiemoge lijkheden van de vele registers met het harmonie-orkest mogelijk zijn. Een Bob Vos, de componist van het Concer tino voor Es-clarinet.- De kapitein-directeur van de Mariniers kapel H. C. van Lijnschoten. hoogtepunt moet de première zijn van het Concertino voor Es-clarinet en har monie-orkest van de Nederlandse com ponist Bob Vos. Dat werk moet een alleszins geslaagd experiment genoemd worden, dat nage noeg enig in zijn soort is, omdat de Es- clarinet. welke als regel slechts enkel of dubbel bezet is. normaal in een har monie-orkest altijd wordt overheerst door het veel grotere aantal Bes-clari- netten. De componist heeft er daarom naar gestreefd de orkestrale ondergrond, zolang het solo-instrument klinkt, zo sober mogelijk te houden. Solist is de majoor-muzikant G. H. Smit. Vóór de pauze zal nog worden uitge voerd „La Fiesta Mexicana" van Owen Reed, een stuk met vele contrasten, een echt Mexicaans feest Na de patize is het programma bijzonder gevarieerd. Enkele veel gevraagde klassieke num mers worden gespeeld, waarna de Kapel Amerikaanse amusementsmuziek ten ge hore brengt in de fantasie ..From Africa to Harlem". Na enkele succesnummers uit de Taptoe Delft 1961 wordt het pro gramma besloten met de St. Louis Blues March.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1961 | | pagina 3