Welvaartsbeleid eist krachtige hand commentaar W.M. is volledig bij de oplossing betrokken Antwoord aan Joh. Zwanikken m Opening Maatschappelijke werkers krijgen beroepscode Beheersing van lonen en prijzen Bezwaren van de Maatschappij voor de Geneeskunst Geheimhouding van alles wat omtrent cliënt bekend is t, 0rhsrv.i1"gi.s«»a» Arbeidsongeschiktheidsverzekering ,..op de voorgrond bij élke gelegenheid! S'TRUCTUURVRAAGSTUK POTTER SgÉÉgl „LI NI A Tweede Kamer: NAVO te passief tegen het communisme Nassi-comité hekelt beleid spijtoptanten «111 CHUl J^LT.//.JJ5o EEN TON voor het studentensanatorium Kritiek Eerste Kamer op ontwerp woningwet PON OMARENKO UIT CENTRALE COMITé COMM. PARTIJ Telefoneren met Buiten- landse Zakenmoeilijk... ZATERDAG 4 NOVEMBER 1961 PAGINA 7 rood - wit - dry De voorzitter van de Standsor ganisatie voor de Werknemende Middenstand, de heer A. J. A. van der Donck, schrijft ons: TUNGSRAM 1I1Ï8§I1PP& - Postbus 973 Rotterdam (Advertentie) 1/1 fles f. 6.95 1/2 fles f. 3.55 J (Van een medewerker) El enkele weken geleden hebben we op deze plaats aandacht gevraagd J voor de kennelijk van de zijde van het N.V.V. ingezette actie, om de zeer aanstaande loononderhan delingen te dwingen in de richting van volkomen vrijheid. Vorige week is wel êebleken welke redenen er waren, om deze actie in te zetten. Toen heeft im- jv®rs, de regering vertegenwoordigers t an het bedrijfsleven naar Kasteel Oud wassenaar uitgenodigd om samen eens eens te praten. De daarna versche nen persberichten hebben reeds aange toond dat het daarbij waarachtig niet 'ging over de mooie nazomer; het lijkt ons eerder, dat de regering het bedrijfs leven deelgenoot wilde maken van haar bezorgdheid over de welvaartsontwik keling. De vakorganisaties zowel van werkge- Vers als van werknemers pretenderen naar onze mening terecht dat zij voor die ontwikkeling een stuk verant woordelijkheid meedragen. De verant woordelijkheid van de regering is dui delijk: die heeft de voorwaarden te scheppen waarop de vertegenwoordigers van het bedrijfsleven die verantwoorde lijkheid ook metterdaad kunnen dragen. .Op het moment dat we dit schrijven vindt een nieuwe bijeenkomst plaats en wat er uit de bus zal komen kunnen we met geen mogelijkheid voorspellen. Misschien vinden onze lezers er elders in dit blad een bericht over. Dat we er niettemin reeds over schrijven vindt zpn oorzaak in het toenemend aantal brie- ven dat we ontvangen en dat aantoont met welke geladenheid een groot deel van ons volk die ontwikkelingen volgt. Aan onze lezer Th. de Gr., die we hartelijk danken voor zpn zeer uitvoe rige brief, kunnen we mededelen dat zijn epistel is doorgezonden aan het con sumentencontact-orgaan en aan de Ka mercommissie voor sociale zaken. Het zal hem waarschijnlijk meevallen, dat we hem in meerdere opzichten gelijk moeten geven. Hij stelt n.l. dat vele prij zen op illegale wijze werden en worden verhoogd. Dit is inderdaad gecontroleerd mist, ook al blijkt de heer De Gr. lang met in elk opzicht juist geïnformeerd ,;i,„ Vo°ral zijn mening over de oor- ^an de kostenstijging in de ge- zonaneidszorg zyn er jn niet onbelang- r? mate naast. Als hij dit op prijs stelt, zijn we gaanre bereid hier eens een overzicht van te geven. Het is na melijk niet alleen een stijging van ho noraria, van artsen en andere mede werkers aan ziekenfondsen, maar voor al ook de verbetering in de gezondheids zorg, die een opwaartse druk van het kostenpeil veroorzaakt. Misschien heeft hij overigens gelezen, dat de ziekenfonds- Premie voor de verplichte verzekering m plaats van te stijgen, voor het komen de jaar iets zal dalen, uok de oplossing, die de heer De Gr. de hand doet, is te eenvoudig be dacht. Er worden inderdaad enorme „'n®ten gemaakt, maar het maken van grote winsten is hard nodig voor het scheppen van nieuwe werkgelegenheid, van geheel andere orde is de vraag, aan wie het eigendomsrecht van die winsten toekomt. In dat opzicht zijn wij vaarschijnljjk met de heer De Gr. van mening, dat hierin wezenlijke verande- 'hgen moeten komen. Die winsten stro men veel teveel in één richting, n.l. de de kapitaalbezitter en te weinig in nchting van de medewerkers, de Werknemers. rv,,?6u ook eenvoudig gezegd-: schaf overbodige luxe af! Maar dit kan alleen, wanneer men de hnJaïelfke vrijheid wel heel sterk aan an„„n gaat ïeggen. Wie zal de normen n0even, wanneer we wel of wanneer we nog met met luxe te doen hebben? Zoals boven gezegd moet de rege ring zich zoveel mogelijk beper ken tot het scheppen van voor- waarden, waaronder het bedrijfsle ren zijn verantwoordelijkheid kan dra ff v de praktijk betekent dit, dat »fii eleid moet worden gevoerd, dat „iy® verantwoordelijkheid en inzicht getuigt. En wanneer we ons nu eens de vraag stellen, wat de regering zoal heeft gedaan om ongunstige ontwikke lingen te voorkomen, dan is het goed eraan te herinneren, dat de regering de tegemoetkoming bij het doen van in vesteringen behoorlijk heeft ingeperkt. Investeringsaftrek is een maatregel, die de werkgelegenheid sterk kan stimule ren of afremmen. Nu moet men bij investering twee soorten onderscheiden, n.l. de z.g. diep te- en de z.g. breedte-investering. Diep te-investeringen zijn zodanige, die ar beidsbesparend werken. De aanschaf van b.v. automatische machines is er een van. Zeker in een situatie als waarin we thans verkeren, met een overspannen arbeidsmarkt dus, verdienen zulke in vesteringen te worden bevorderd. De breedte-investeringen zijn die, welke de arbeidsgelegenheid zonder meer uitbrei den Bij het afremmen hiervan moet men de grootste voorzichtigheid betrach ten, omdat we toch te rekenen hebben met een jaarlijkse groei van het aantal werknemers met vele tienduizenden. En ook is niet altijd precies de grens aan te geven tussen diepte- en breedte-inves teringen. Voorts moge herinnerd worden aan de maatregelen van de zijde van de rege ring, om dat afbetalingsregeling scher per te stellen, om dat kapitaals-positie m te perken, om een overspanning op de bouwmarkt, voor wat de arbeidskrach ten betreft, tegen te gaan. Men kan niet anders zeggen dan dat de regering zich inderdaad veel inspanningen ge troost, om tot een zo evenwichtig moge lijke situatie te geraken. Ook de jong ste maatregel van minister De Pous wijst weer duidelijk op de vaste wil van de regering, alles te doen wat mogelijk is, om het welvaartsbeleid in Nederland te handhaven en te verbeteren. De besprekingen op het Kasteel Oud-Wassenaar hebben naar onze mening dan ook vooral deze be tekenis, dat zij aan het bedrijfs leven willen duidelijk maken, dat de regering vastbesloten is, om met haar politiek van welzijnsbevordering te sla gen. Dat we er daarbij niet alleen K9- men met loonpolitieke maatregelen is duidelijk. De verantwoordelijkheid, die de regering verwacht van het bedrijfs leven, heet op de allereerste plaats: zelfbeheersing. Voor wat de lonen betreft kan de over heid daarbij nogal van sterke midde len gebruik maken. Zij kan aanwijzin gen gevan aan het College van Rijksbe middelaars, zij kan eenvoudig een loon stop afkondigen, zij kan verplichten, dat de collectieve arbeidsovereenkomsten met een bepaalde periode verlengd moe ten worden, enz. Op het gebied van de §£u?en is de zaak veel moeilijker in vfn.- te houden. Onze lezers hebben ,omen gelijk, wanneer ze zeggen, dat pvlrf,f,-ev.?.nde.1:nerningen de winsten on- al nu». z^a 8estegen. Ook als er dan kenJ prijsverhogingen doorwer ken t dit n Z'g'index-cijfers, dan bete- nen° de'e IC r v?°r de goederenruil bin- veriaaeddeG-;landen zÜn met 30 pet. den betetendeTenarkae^ngVoornhdPet SÏ" tdeenla?dSembeetdrU£tSleVen om ^t but end, góedkoper?n°ntf^npeenVavnanDd«e" staat merkbaar op het sSnimt nf d8fn Prijsverlagingen maar geforceerd moet worden. We hopen, dat dit niet nodig zal zijn al steunt deze hoop niet op waardevolle ervaringen. Alleen wanneer van alle kanten zelfbeheersing wordt getoond dus de binnenkoi t te vragen loonsver hogingen ongeveer gelijke tred zullen houden met produktiviteitsstpgingen- al leen wanneer de prijzen niet zodanig zullen worden vastgesteld, dat de in komsten uit winst wel en de lonen niet zullen worden verhoogd; eerst dan is het mogelijk om een evenwichtig beeld te krijgen, resp. een evenwichtig beleid te voeren. Maar we menen, dat het eerste woord nu is aan de eerst-verantwoorde- lijken: de leiders van het bedrijfsleven. De heer Joh. Zwanikken heeft in dit blad van dinsdag 31 oktober geantwoord op mijn artikel van de daaraan voorafgaande vrij dag. Het ligt niet in mijn bedoeling via dit blad met de heer Zwanikken een debat te gaan voeren waarvan het ein de niet te voorzien is, gesteld al dat de redaktie ons daartoe gelegenheid zou willen bieden. Ik meen trouwens in mijn artikel van 27 oktober voor ieder onbe vooroordeelde lezer duidelijk te heb ben aangetoond, dat mijn openingsrede op de onlangs gehouden W.M.-landdag niet de minste aanleiding gaf om mij van grofheid en oneerlijkheid te betich ten. Daarom hier een laatste woord, waarmede ik voor wat mij betreft de discussie wens te besluiten. 1. Reeds in het begin van zijn arti kel vestigt de heer Zwanikken de in druk, dat het hem en wellicht ook anderen uit zijn kring dwars zit, dat de W.M. met betrekking tot de oplossing van het structuurprobleem bepaalde ini tiatieven heeft genomen. En op een ande re plaats stelt hij de vraag: Wie of wat is de Werknemende Middenstand? Groot moedig wil hij voorbij zien aan enkele door hem toch blijkbaar niet onbelang rijk geachte feiten, maar hij kan niet na laten nadrukkelijk aan de W.M. het recht te ontzeggen, om te pretenderen, dat de W.M. zo ongeveer de centrale repre sentant zou zijn van de mediale groepe ring. Hij weet wel, dat de W.M. zulk een pretentie niet met even zoveel woor den stelt, maar men kan ze toch wel afleiden uit zijn daden. Die daden zijn dan kennelijk bovenbedoelde door de W.M. genomen initiatieven. Ik wil dan hier ten gerieve van de heer Zwanikken wel „met even zoveel woorden" verklaren, dat de W.M. de representant is van de katholieke me diale werkers als maatschappelijke groep, even zo goed als de K.A.B. die ook nog zit te wachten op de aan sluiting van duizenden katholieke arbei ders dit is voor de maatschappelijke groep der handarbeiders. Het feit, dat de W.M. geen vakcentrale is, doet daar aan niets af. Overigens is dat niet zijn schuld. Anderen hebben hem reeds 28 jaar geleden belet dat te worden. De heer Zwanikken zal het moeten billij ken, dat ik om te respecteren redenen daarop in het openbaar niet verder kan ingaan. Ik wil hier voorts nog eens duidelpk stellen, dat de W.M. zich bij de oplos sing van het structuurprobleem volle dig betrokken acht. En dat niet alleen omdat de nieuwe structuur van de vak centrale voldoende waarborgen moet bieden voor de voortzetting en de uit groei van het standsorganisatorische werk, dat tot dusverre ten behoeve van de medialen onder verantwoordelijkheid van de W.M. wordt verricht, maar ook omdat de juiste plaats, taak en bevoegd heid van de mediale werkers, binnen de totaliteit van de vakcentrale, een al gemene groepsbelang is, dat zijn aan dacht moet hebben. 2. De heer Zwanikken heeft er zich ook over geërgerd, dat ik in mijn arti- Advertentie) GRONINGEN, 4 nov. Rijksuniver siteit doet. soc. aardrijksk. J. Roosjen. Bevorderd tot arts H. Eenkema van Dijk Zeist en F. Oostingh. Doet. rechts- gel. A. van Klinken Hoogeveen. MENTHOLPELLETS Tepen hoest en Keelpir Uitwerking frappant" (Van onze Haagse redactie) DEN HAAG, 4 nov. „De NAVO doet te weinig op het gebied van de psychologische oorlogvoering, juist in het licht van de ideologische strijd in de door Rusland gepropageerde vreed zame coëxistentie". In het verslag op de begroting van Buitenlandse Zaken klaagt de Tweede Kamer erover dat het Westen te passief optreedt in de in tensieve economische, politieke en ide ologische strijd die door het wereld communisme met name in Azië wordt gevoerd. Een andere klacht is, dat de raden van ministers van de Europese gemeen schappen te gemakkelijk netelige vraag stukken verschuiven naar de uiterste termijn. „Het gevaar is dan niet denk beeldig dat door tijdnood uiteindelijk overhaaste beslissingen of weinig aan trekkelijke compromissen tot stand ko men. In het conflict met Indonesië over Nieuw-Guinea bestaan aanzienlijke verschillen in interpretatie van de in houd van de begrippen „zelfbeschik king" en „soevereiniteit", aldus enige leden. Kan, zo vragen zij de minister een duidelijk inzicht geven van de be tekenis die deze begrippen naar Ne- lands inzicht hebben? MAASTRICHT, 4 nov. Leden van het dagelijks bestuur van het comité Nationale Actie, Steunt Spijtoptanten Indonesië" (NASSI) hebben gisteren tij dens een persbijeenkomst in het stad huis alhier de gang van zaken bij de Nederlandse regering betreffende beslis singen om toelating van duizenden Indo nesische Nederlanders gehekeld. De 77 woningen, tot nu toe per jaar bestemd voor spijtoptanten, kunnen voorts volgens het comité „onmogelijk aanleiding zijn voor de regering om te stellen, dat in werkelijk ernstige mate de woningnood in Nederland door de opname van spijtoptanten wordt ver hoogd". kei van 27 oktober heb gezegd, dat de W.M. de bisschoppelijke brief volkomen au sérieux heeft genomen. Merkwaar dig, dat hij daarachter aanstonds een „onbetamelijke" insinuatie aan het adres van de K.A.B. vermoedt. Men zou bp- na denken aan het bekende spreek woord. maar neen, laat ik op dat stramien niet verder borduren, anders loop ik het gevaar weer „onbetamelijk" te worden. Ik heb met de aangehaalde woorden al leen maar de houding willen aangeven, die de W.M. ten opzichte van de bis schoppelijke brief heeft aangenomen. Met het woordje „daarom", dat de heer Zwanikken blijkbaar heeft geïrriteerd wordt uitgedrukt, dat de W.M. het niet bij een formele instemming met die brief heeft willen laten, maar een daad werkelijke bijdrage heeft willen leve ren tot de realisering van de bisschop pelijke visie op de toekomstige structuur van het katholieke socialse organisatie wezen. Maar juist dat zint hem helaas niet. 3. Ik heb in mijn openingsrede op de W.M.-landdag merkbaar met opzet na gelaten melding te maken van de K.A.B.- brieven van 9 juni en 14 juli, en daar door een groot tekort aan objectieve voorlichting ten toon gespreid, zegt de heer Zwanikken. Dit is geen insinuatie, maar een rechtstreekse beschuldiging. Of ze „betamelijk" is laat ik in het mid den. Ik heb niets opzettelijk en met 'n voor opgezet doel nagelaten. Ik had bedoel de brieven rustig kunnen vermeiden. Mijn auditorium zou daardoor slechts des temeer er van overtuigd zpn ge raakt, dat tot dusverre uit niets is ge bleken, dat de K.A.B. belangstelling heeft voor het gezamenlijk overleg van de drie groeperingen van uitvoerende, mediale en leidinggevende werkers, dat door de bisschoppen wordt bepleit, ik behoef van deze woorden, die de heer Zwanikken te Laren als grof en oneer lijk kwalificeerde, niets terug te nemen. Ik heb de juistheid daarvan in mijn arti kel van 27 oktober duidelijk aangetoond en ga thans niet in herhaling vervallen. Over dit uitblijven van enig blijk van belangstelling van K.A.B.-zjjde voor het door de bisschoppen bedoelde overleg tussen de drie maatschappelijke groe peringen zal men zich overigens niet verwonderen, als men in het K.A.B.- rapport leest, dat de K.A.B.-commis sie de door de bisschoppen in hun brief bij herhaling gebruikte termen „uitvoe rende, mediale en leidinggevende wer kers" gemeend heeft te moeten vermij den, „omdat zij deze betrekkelijk jonge sosiologische begrippen nog te weinig uitgekristalliseerd acht om ze te kun nen hanteren als voldoende eenduidige en betekenisvolle begrippen voor organisa torische vragen." - 4. De heer Zwanikken houde het mij ten goede, dat ik mij hier niet ga be geven in een beschouwing over het K.A.B.-rapport en het K.A.B.-standpunt. Het einde van de daaruit voortvloeien de discussie zou niet te voorzien zijn. Dit is stof voor het gezamenlijk beraad van de bij het structuurprobleem be trokken partijen. 5. Naar mijn overtuiging zou men ver standig doen nu eens op te houden met om de zaak heen te draaien als de kat om de hete brij. Laat men eerlijk po gen overeenkomstig de suggesties van het Hoogwaardig Episcopaat de drie maatschappelijke groeperingen bpeen te brengen, om met het K.A.B.-rapport en de structuurnota van de W.M. op tafel onbevooroordeeld na te gaan of en op welke wijze de bisschoppelij ke visie op de structuur van het katho lieke sociale organisatiewezen kan wor den gerealiseerd. Dit wordt dan zeker geen overleg „ins Blaue hinein" en daar door kan dan tevens worden gedemon streerd, dat de K.A.B. inderdaad be langstelling heeft voor de éne vakcen trale, die alle katholieke beroeps- en vakorganisaties omvat. 6. De heer Zwanikken kan (nog) niet erkennen, dat zijn kwalificaties „grof en oneerlijk" voor wat betreft het verwijt aan de K.A.B. ten onrechte zijn gebe zigd. Dat spijt mij dan voor de heer Zwanikken. Het zou hem gesierd hebben, als hij dat wel had willen doen. Advertentie Fluorescentiebuizen (Advertentie) «SS dat Ach asm ziel S^ukki. elke °Prrede 'S maakt. teue ligt een interessant boekje „Mijmeringen bij een goed glas" voor U klaar. Vraag het bij Uw slijter/wijnhandelaar of bij de importeur voor de handel: N.V. Bredasche Wijnhandel, Breda. AMSTERDAM, 4 nov. Het hoofd bestuur van de Koninklijke Neder- landsche maatschappij tot bevorde ring der Geneeskunst heeft in een schrijven aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid dat is opgenomen in het thans verschenen nummer van „Medisch Contact" zijn bezwaren kenbaar gemaakt tegen de adviezen van de Sociaal-Economi sche Raad en van de Sociale Verze keringsraad terzake van een arbeids ongeschiktheidsverzekering, met na me tegen de opvatting van deze ra den, dat de uitvoeringsorganen over de bevoegdheden zullen moeten be schikken om in te grijpen in de me dische behandeling. Weliswaar wordt in deze adviezen ge steld, zo zegt het hoofdbestuur dei- Maatschappij, dat de uitvoeringsorga nen slechts in een klein aantal gevallen van die bevoegdheid gebruik zouden ma ken, doch dit verandert niets aan het feit dat SER en SVR deze bevoegdheid ten principale aan de uitvoeringsorga nen zouden willen zien toegekend. Dit zal tot gevolg hebben dat elk advies, ge geven door de behandelende genees kundige. een advies onder voorbehoud zou worden, het voorbehoud van het uit voeringsorgaan. De behandelend ge neesheer zal zich dan welhaast tevo ren moeten verzekeren van het noodza kelijk fiat van het uitvoeringsorgaan, wil zijn overwicht op de patiënt, steeds zo noodzakelijk en zeker in moeilijke gevallen, niet verloren gaan. Het hoofdbestuur acht de zienswijze van SER en SVR op een wetgeving inzake arbeidsongeschiktheid nog te LAREN, 4 nov. Mevrouw J. E. Glastra van Loan-Boon, dochter van de oprichtster van Madurodam, heeft in het Nederlands Studentensanatorium de jaarlijkse bijdrage aan het bestuur, vertegenwoordigd in prof. dr. G. C. He ringa, aangeboden. Deze keer was het ruim 100.000. De tienjarige zoon van de bedrijfslei der van Madurodam, Rudi de Ridder, kwam als piccolo verkleed de aula bin nen, een grote koffer torsende, die hij prof. Heringa aanbood met het verzoek deze te openen. De koffer bleek een cheque te bevatten van 1500 gulden, doch Rudi keerde even later terug met een miniatuur koffer van het formaat dat past bp Madurodam en daar rol den honderd bankbiljetten van duizend gulden uit. DEN HAAG, 4 nov. Hulpverlening aan de cliënt is de primaire verplich ting van de maatschappelijke werker, waarbij de houding tegenover de cliënt moet zijn gebaseerd op eerbied voor diens persoon. Ondermeer vloeit hier uit voort, dat de maatschappelijke wer ker de verplichting heeft tot geheim houding van alles wat hem omtrent de cliënt bekend wordt. Aldus zegt de be roepseode voor de maatschappelijke werker, die 11 november zal worden aangeboden aan de leden van de Neder landse bond van maatschappelijke wer kers en de r.k. vereniging van maat schappelijke werkers „Dr. Ariëns". De code zegt ondermeer, dat de maat schappelijke werker hulp moet bieden, zodat de cliënt zijn situatie juister kan overzien, zijn beslissingen vrjjer kan nemen, maar waar de maatschappelij ke werker aan de cliënt toekomende verantwoordelijkheid overneemt, over schrijdt hij de grenzen van zijn functie. De code geeft voorts aan, waar de praktijk beneden de maat blijft. De noodzakelijke aanvulling hiervan is de mogelijkheid van de toepassing van een tuchtmaatregel, door een commissie van toezicht, indien door het optreden van een maatschappelijk werker de be langen van een cliënt, dan wel het aan zien van het maatschappelijk werk ern stig worden geschaad. De algemene verplichting van de geheimhouding krijgt het karakter van beroepsgeheim ten aanzien van alles wat de maatschappelijke werker omtrent de cliënt bekend wordt. Het beroepsgehiem berust op drie gron den: bescherming van de cliënt tegen misbruik van zpn uit noodzaak ge schonken vertrouwen; de eis van het algemeen belang, dat ieder zich vrije lijk en zonder reserve kan wenden tot die instellingen, die in de samenle ving de opdracht hebben hulp te ver lenen, daartoe moet geheimhouding gewaarborgd zpn; de bestaansvoor waarde voor het maatschappelijk werk als beroep dat algemeen de ze kerheid bestaat, dat verkregen gege vens strikt vertrouwelijk zullen wor den behandeld. bedenkelijker, omdat daarin wordt geadviseerd verdere uitkeringen te weigeren aan eèn patiënt die niet voldoet aan het advies van het uitvoe ringsorgaan als dit afwijkt van de aanwijzingen van de behandelende geneesheer. Hierbij zou de patiënt van subject object worden de me ning van de patiënt is dan niet meer in het geding hetgeen voor ieder mens als potentieel patiënt onaan vaardbaar moet worden geacht. Hier mengt zich, aldus de Maatschappij voor de geneeskunst, een derde in stantie, van dwingende bevoegdheden voorzien, in de beslissingsmogelijk heid en beslissingsvrijheid van de pa tiënt. Het invoeren van arbitrage tast het zelfbeschikkingsrecht van de patiënt aan. Daarom wijst het hoofdbestuur der Maatschappij elke vorm van arbitrage bij blijvend meningsverschil tussen be handelend en controlerend arts over een behandeling van de hand. Advertentie Het zojuist verschenen tweede tussentijds bericht is voor belangstellenden op aanvraag kosteloos verkrijgbaar. (Van onze Haagse redactie) DEN HAAG, 4 nov. De-Eerste Ka mer betreurt dat door de omstandig heden de woningbouwverenigingen thans niet het werk kunnen doen, waar voor zp destijds in het leven zjjn geroe pen. Het regeringsbeleid moet gericht zijn op een zelfdekkende woningexploi tatie door deze verenigingen, gelijkbe rechtigd met de particuliere bouw al dus vele leden in het verslag op het ontwerp woningwet. Zij zouden er de voorkeur aan hebben gegeven „indien de verschillende steunmaatregelen zijnde van tijdelijke, althans abnormale aard in een noodwet zouden blijven sa mengevat en niet in de voor min of meer definitief bedoelde woningwet". Van socialistische zijde dringt men op- speculaa?es°P maatregelen tegen grond- Wijsen, Mijne vrienden, dat wordt maandag a.s. een mooi feest in Utrecht. Dan zal de achtste Internationale Vak beurs voor Meubelen en Woningtextiel 1961 geopend worden. Hoe geopend? Op een „bijzondere wijze". Hoe bijzonder? Zo: „Drs. J. F. H. directeur-generaal voor de middenstand en het toerisme van het ministerie van economische zaken zal na zijn openingswoord zich be geven naar een speciaal vertrek in de Marijkehal waar in een droom van een slaapkamer Miss Meubelbeurs geacht wordt, sinds de laatste Meubelbeurs 1959 in diepe slaap verzonken te zijn. Als de heer Wijsen een gigantisch spinneweb heeft door geknipt, zal een balletgroep de Meu belprinses doen ontwaken, en de schone slaapster naar de Meubelbeurs leiden, waarmee de openingsplechtig heid zal zijn verricht" Aldus lees ik m een persbericht van de persafdemg van de Koninklijke Nederlandse Jaar beurs. Ik heb enige tij'd geleden op deze plaats enkele suggesties mogen doen waar het gaat om wat variatie te bren gen in de sleur van officiële openings plechtigheden, die altijd maar weer uit monden in het doorknippen van het lint of het aanbieden van de sleutel. MUn fantasie reikte toen echter niet ver genoeg om het openingsfesttjn te ontwerpen, zoals het hierboven om schreven is. Met name die slapende Miss Meubelbeurs vind ik een geniale vondst. Daar wordt inderdaad te wei nig geslapen bp officiële plechtigheden. Gek eigenlijk, dat nooit iemand eerder op deze gedachte is gekomen. Maar goed, Miss Meubelbeurs slaapt a.s. maandag bij de opening; zp wordt, na een welverdiende nachtrust van twee jaar, weliswaar even gewekt door een balletgroep om de Meubelbeurs in dï pas ontloken ogen te zien, maar Sc verwacht dat zp meteen daarna weer geacht wordt in te dommelen tot de volgende Meubelbeurs. Want, jongens een grapje is goed maar we moeten er wél een traditie van maken Des wegen is het oök van belang dat drs. J. F. H. Wijsen voor twee jaar geacht wordt wakker te blpven. En daar zal dan ook heus wel op gelet worden. Daar vertrouw ik rotsvast op. Want over twee jaar moet hp wéér „een gigantisch spinneweb" doorknip pen, zal het als minister wezen. Overi gens, dat spinneweb beschouw ik als een kleine Schönheitsfehler. Ik vind het niet elegant tegenover de schone slaapster. Een Miss Meubelbeurs ligt niet achter een spinneweb te sluime ren, maar achter rozen, of lelietjes van dalen, of althans achter cretonnen gor dijnen. En bovendien weet iedere Hol landse huisvrouw dat gigantische spin- newebben te onzent eenvoudig niet voorkomen. Zp zpn niet in het belang van de middenstand, noch in dat van het toerisme. Als men drs. J. F. H. Wijsen nu eens gewoon een open deur had laten in trappen? MOSKOU, 4 nov, (UPI) De voor malige Russische ambassadeur in Ne derland, Panteleimon Ponomarenko, be hoort tot de 64 leden van het Centrale Comité van de Communistische Partij wier namen niet meer voorkomen op de nieuwe lijst van volledige en kandidaat leden. Ponomarenko, die voor zpn benoe ming in Den Haag in 1959, van 1955 tot 1951 ambassadeur in Polen was geweest en van 1957 tot 1959 ambassadeur in In- die, werd in 1952 gekozen tot lid van het presidium van het Centrale Comité. In 1953 echter werd hij gedegradeerd tot kandidaatlid. In 1955 volgde zpn over plaatsing van het presidium naar de buitenlandse dienst. (Van onze Haagse redactie) DEN HAAG, 4 nov. De Tweede kamer heeft minister Luns gevraagd eens zijn eigen departement op te bellen. De bewindsman zal dan kun nen constateren „hoe moeilijk het is telefonische verbinding tot stand te brengen." (Advertentie) SIHI-POMPEN

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1961 | | pagina 7