Toekomst' T.V. wordt steeds internationaler „TV-CITY" ligt in .het verborgene Invloed van „de u jereld op het s stel" Dubbel leven van madame RUSSUM Wat ztj er van vinden STUDIE TE KLEIN FLADDEREN VOYEUR HUIVERIG I KWALITEIT MIDDEL KRANKZINNIG GEEN TIJD Mijnheerik sie alsmaar nonnen, maar ik wil boksen zien T.V. dwingt tot meer verzet dan de radio doet 7 J d IJ" ZATERDAG 4 NOVEMBER 1961 PAGINA 9 Bussum ligt er bij als een langoureuze dame op een gebloemde chaise-longue. Iedereen weet dat de dame een dubbel leven leidt: haar avonturen worden in een miljoen huiskamers gulzig gevolgd. Als je haar echter zo chic en stil op de divan ziet liggen, komt je dat opwindende tweede leven ongelooflijk voor. Van nabij is Bussum nog altijd het foren sendorp, slechts in het verborgene is het ook Nederlands „televisiestad". Dank zij een paar bescheiden bordjes ontdekt men het televisie centrum. Het ligt achter de muren van oude gebouwen die als school, kerk of verenigings gebouw hun eerste bestemming hebben uit gediend; en in een achterom-straatje waar een serie grijs-blauw gelakte NTS-wagens staan; en bij enkele villa's, die men een hitsig bestaan evenmin afziet. Nooit was er zoiets machtigs als televisie, en nooit zetelde een grootmacht in onooglijker paleisvertrekken. Madame Bussum, zou zich er eigenlijk een beetje voor moeten generen. Dat het centrum trilt van een stormachtige drukte kan men ook al niet waarnemen. Wat is er te zien? Enige bezoekers gaan in en uit. In de buurt staan auto's geparkeerd. Een man met film trommels onder de arm steekt de straat over. Tegen de schemering licht achter een enkel venster een lamp op. Een vrachtwagen rijdt aan met decors en requisieten. En, oh wacht eens, er stapt een groep acteurs en actrices uit de studio's. Ze hebben rood bruine indianengezichten en onder hun regen jassen uit steekt de exuberantie van een toneelkostuum. Daarachter komt een lang niet onaardige juffrouw wier voorkomen onmiddellijk geïdentificeerd kan worden als dat van een omroepster. In haar voetspoor volgt een drom onbekende manspersonen van wie sommigen met lichte nonchalance zijn gekleed. Ze begeven zich allen naar een pijpenla-achtig restaurantje: De Brink. En daar blijkt het druk. Daar treedt duidelijk I iets van Nederlands televisiecentrum in het I openbaar: het is etenstijd. Denkend over de plaats, die de tele visie zal innemen in de toekomst, kan ik mij moeilik anders voor stellen dan dat zij veel meer dan geïntegreerd zal zijn in het geheel I'3" het dagelijkse leven om daarin «aar bepaalde, beperkte functie te ver- "llen. Het Jijkt mij ondenkbaar, dat de- Je fantastische vinding haar aantrek- n'ngskracht zo dwingend zal blijven uit- etenen, als zij thans bij velen doet. Men ?al straks de televisie de gehele dag lij1!1 ben aanzetten; al heeft men er de I'd voor, dan lijkt het mij fysiek on- 'nogelijk, de hele dag naar het ding te 'Jken. Een vergelijking met de radio vit "let op. Toen twee jaar geleden na3 ^ij m«n huis een schietbaan werd ingelegd, kon ik niet vermoeden, al ,lgtehige maanden zo ver te zullen zijn, tot S schoten niet of nauwelijks meer v'mij doordrongen. Maar wanneer men z0u mijn ogen voortdurend oefeningen Bf i ®uden, neem ik aan, dat ik er door tv at zou blijven. Men negeert heel hnn 5en,akkelijker, dacht ik, wat men on dan wa* men D°ch wat men de televisie ziet is dan nog een spe- aal vermoeiend beeld, door zijn for maat, doch voornamelijk door de licbt- 0ron erachter. Reeds nu echter, nu het nog slechts een paar uren uitzenden per dag gaat, blijkt het al met al een apparaat te zijn, dat te opdringerig is en waar tegen men, wanneer men er de tyrannie enige tijd van heeft ondergaan, in ver zet komt. Ik heb ontdekt, dat er niets minder dan een regelrechte opstandig heid kan ontstaan tegen de van de tele visie uitgaande kijkdwang. Ik kan mij niet voorstellen, dat slechts de intellec tueel die dwang als hoogst hinderlijk gaat ervaren en er tegenin zal gaan. Men Zal, naar mijn idee, in de toekomst over het algemeen de televisie slechts aan zetten wanneer men denkt, niet buiten haar te kunnen, wat vooral het geval tal zijn, wanneer zij werkelijk functio neel is. Zij is dat natuurlijk met of althans 'Rchts in 'n zoveelste zin, wanneer zij ïeProduceert, wat men ook direct zou phnnen waarnemen. Dan ervaart men vaar als surrogaat. Toneel brengt zrj geurloos en vlak over. Zo ook de opera, taalles, wat naar zijn wezen eigenlijk Cp «en directe waarneming vraagt. Con- 0l.'en ook met name. Ik ben ervan s] J^tuigd, dat de televisie op den duur jhet bezoek aan het concertge- .,e schouwburg, de bioscoop X,® bioscoop, want een film komt tij binlcnn Werkelhk t0t haar reCht zal stimuleren. k n £52?f f de televisie naar we- zen vooral een krant is, maar dan een, «ie bestaat uit beelden. Ik geloof, dat haar grote kracht zal liggen in de re portage en dan en dat iy hiertoe het vermogen heeft geeft haar een voor tong op de krant, (maar daar staan gelukkig voor de krant weer andere winstpunten tegenover) in reportage an op hetzelfde moment plaatsvinden- °e gebeurtenissen. Ik ben een kind in de boosheid der techniek, maar het is zelfs mij duide lijk, dat, wat wij nu kennen als Euro visie, zich zal ontwikkelen tot wereld visie, straks voor een deel overbodig gemaakt doordat het bereik der tele- visiezenders zich zo zal uitbreiden, <Jat men op zijn televisietoestel even veel stations als bereikbaar zal aan- treffen als nu op zijn radiotoestel. Dan zal de actualiteit het natuurlijk Vrijwel altijd winnen; dan zullen wp hjj voorkeur aanzetten, wat niet geen- seeneerd is, maar zich werkelijk af speelt, mdien wij ons daarbij althans enigszins betrokken voelen. En wat het geënseneerde betreft, zal de voorkeur van de Nederlandse massa <ian beslist uitgaan naar het in de Ne derlandse studio's geënsceneerde, omdat daarbij aankondiging of mis schien een gehele uitzending krijgt in de eigen taal? Men kan zich afvragen, of, in de strijd om de organisatie van de tele visie in ons land, waarbij de voorstan ders van de ,,zuilen"-televisie en die van een nationale televisie dikwijls fel tegen over elkaar staan en een gezamenlijk Programma een principe vormt tegen over een algemeen programma of men hierbij de te verwachten techni sche ontwikkeling van het medium wel voldoende in het oog houdt. Zal die technische ontwikkeling een belangrijk deel dier tegenstellingen niet achterha len? Zal wat die technische ontwikke ling in feite 20 njet aan zendtijd dan belangstelling voor de prestaties der zal doen resten, deze niet voo?n»m W", dat het beleidvol is, zich tieW ïïl "u te beperken tot de behar- P.?,?nlnK h.et puur principiële? J5™ het kader van een in hoofd zaak Nederlandse televisie, zijn wij be sliste voorstanders van het zuilen-sys teem Talloze ervaringen hebben ons bewezen, dat, wat zogenaamd nationaal is, in feite neerkomt op een compromis, waarin het meest kenmerkende voor de verschillende stromingen, die in de na tionale bedding zijn samengevloeid ont weekt. Onze verdraagzaamheid toont !?h doorgaans minder in dulden dan in 2pW'ieren. Een nationale televisie, vre- Vpp Mi. zal het meest essentiële, dat de lanrt t o e geestesstromingen in ons Ven bieden hebben, weinig kans ge- vi^„aar hoe zal men, wanneer de tele- kelm P^at 'n de van haar ontwik- h-'bS hgt, zich snel internationaliseert, hen wat Nederland betreft, nog kun- jv 'PPassen in het „zuilen-systeem"? lvjj.1 dergelijke internationale groei zal, pi. mP' tot een samenwerking dwin-1 len" de terreinen, door de „zui- SnJzelfstandig bestreken, wel zeer zal rpinÜTT -iet gaat er dan om, die ter mor -:en v°lle te benutten, waartoe irinof U raard de beste krachten zal Van w aantrekken. Maar in het kader treden g®meenschappeHjl< naar buiten ook Ie'men deze krachten vooral Ion 'e hunnen missen. Want wij zul- alleen een nationaal programma, dat ten wi?aa,r een compromis is, óf moe- tiamT van een positieve verdraag- dersdnn! moeten getuigen, die het an- j denkende tot zijn recht durft te antwr,„,?JrivH' ^en kan daar geen ver- dachf0nrdelÏIkheid voor dragen? Men kan, gen v„ wijverantwoordelijkheid dra- get,,; "W een vrijheid, waartoe de vrije in de tflls 2U eenmaal behoort. Wat ons ge int, situabe van het ogenblik niet mo- tnehwovtu,!'komt een nationale sa- erkmg, die op niet veel anders neerkomt dan een waterig compromis 1 lijkt ons binnen internationalise- j ring van de televisie geen utopie. Het j gaat niet meer om gelding naar binnen, j doch om gelding naar buiten, en verdeelt de eerste, de laatste verenigt. Terwijl ik dit schrijf komt onwille- keurig ae geaachie Dp my op hoe i kan het anders, wanneer men zich waagt aan een toekomstDeschouwingï j „Het zal misschien helemaal zo 11 I vaart niet lopen." Maar de luttele i jaren, welke ae televisie nu deel uit- i maakt van het maatschappelijk leven, i hebben bepaald een onstuimige ont- i wikkeling te zien gegeven. Er is een j andere onstuimige ontwikkeling aan de gang; die van ue wereldpolitieke ver- iiouuingen. De beide ontwikkelingen I hebben de scnijn, aan eikaar tegen- overgesteld te zijn. Waar de ontwik- keling van de televisie gehrict is op j eenneid, schynt uje van ae wereiu- politieke vernoudingen bijna onver- j mijdeiijk te moeten leiden tot een ver- deeiaheid, welke decennia lang on- overbrugDaar zal zijn en die alleen maar niet tot een onmetelijke ramp zat leiden, wanneer zij een toestand j is van machtsevenwicnt. Nu zal dit feit de internationalisering in het Wes- E ten het sterkste bevorderen. (In het Oosten geiooi ik niet, aat er zozeer E sprake kan zijn van bevordering; men dwingt daar meer af, dacht ik.) De E wereldpolitieke verhoudingen moeten van grote invloed zijn op de ontwik- E keling van de televisie en het tempo van de internationalisering ervan ten E zeerste versnellen. Anderzijds kunnen een technische ont- wikkeling van de televisie, welke de gehele wereld binnen haar bereik brengt, en een „efficiënte" toepassing van zulk een medium van de grootste invloed zijn op het politieke proces. Tenslotte is het de volksovertuiging, die de re- geringen dwingt, naar haar wil te han- delen, en niet omgekeerd. Zal bittere noodzaak de internationalisering bevor- deren, idealisme zal dit ook doen. Men kan eigenlijk slechts denken, dat het helemaal niet zo'n vaart zal lopen, bij gebrek aan inzicht in wat zich op 5 het ogenblik in de wereld voltrekt, ge- brek aan fantasie, vooral: gebrek aan - geloof en hoop. Denkend over de plaats, die de tele- Ej visie zal innemen in de toekomst, vind ik het perspectief, waarin ik het ant- woord hierboven heb trachten te plaat- sen, toch wèl de voorkeur verdienen bo-1 ven dat van het Hollands straatje, waar- aan de huisjes grenzen der geloofs- of levensovertuigingen en waar dj scha- duw in binnenvalt van een indringer; de commerciële televisie. Ik had over de i toekomst van de televisie natuurlijk ook wel een beschouwing weg kunnen geven I gewijd aan de kansen, die de indringer maakt tot vestiging in het straatje, en de gevolgen, mocht hij in de vestiging sla- gen. Maar ik dacht zo, dat, wanneer S men het grote probleem zag, men voor het kleine allicht wel een oplossing vond. Mr. JAN DERKS Studio Irene, de bakermat van de Ne derlandse T.V. 9 9 B^of. mr. dr. G. VAN DEN BERGH (emeritus-hoogfcraar, Amsterdam) „In thaU. iaar heb 'k 'Hi"» niet Mremfen £en' televisie oefent in het kranht m b,Jzondere aantrekkings- de moeX^» U'u: a"ders zou ik stellig i van bet indrukken van een °y"wonnen. In verband met de eis „elck was wils" meen ik d,at 3,8 Koed en soms als voortreffelijk kunnen worden be schouwd. Mijn status als emeritus-hoog leraar heeft ertoe geleid dat ik thans meer gelegenheid dan vroeger heb om mJ! te verdiepen in theoretische stu- i dien buiten mijn eigenlijke vakgebied; deze studiën meest van filosofische i aard houden myn aandacht zó ge- vangen, dat ik mij liever in deze stu diën blijf verdiepen dan naar het te levisiescherm tc kijken." A. C. Willink, de kunstschilder, in Amsterdam heeft zelf geen televisietoe- i stel. Af en toe gaaf hij, na zich van de inhoud van het programma te hebben vergewist, we' eens bjj vrienden kijken, I Een goede film (laatst „The third man") of een toneelstuk, waarin goede j acteurs optreden. Vooral dat laatste wil hem wel eens boeien. Maar over het al- j gemeen „geeft de televisie hem weinig reden tot verheugenis". Het plaatje is j te klein en het turen is vermoeiend voor de ogen. Kortom: „Een te grote inspan- j ning in verhouding tot hetgeen je be- leeft." Nogal toevallig is Bussum een tiental jaren ge- leden „TV-City" geworden. In deze forensenplaats had Philips namelijk in het vroegere St. Vitus-vere- nigingsgebouw een studio ingericht, die aan de NTS ter beschikking werd gesteld. Ten opzichte van de „radio-city" Hilversum, waar de omroepen zetel- den die aan Philips' jarenlange experimenten con- crete uitvoering zouden geven, lag het gunstig, op 5 zes, zeven kilometer. In de beginjaren heeft Bus- sum graag naar de televisie gelonkt: het zag er wel iets in „tv-city" te worden en het ging bouwen voor de nieuwe medewerkers. Maar dat geflirt is nu over, want het werd duidelijk dat uiteindelijk Hil- versum zich toch over de hele zaak zou ontfermen. I Kort na het prille begin had men aan de Vitus- studio ai niet genoeg meer en in de onmiddellijke I omgeving werden andere gebouwen in gebruik ge- nomen. Dat is bii elkaar nu Nederlands „tv-city". By Luc van Gent in de regie-kamer. Handtekeningenjagers om Rob de Vries. een van de teevee afgeleide naam die wel aantoont dat men er genoeg van heeft. De sfeer wordt ei soms benauwd, want hoe gaat dat „Waar blijft mijn man toch vanavond; Piet van hiernaast is al lang thuis." „Hij zit toch in de zelfde klasse als jij? Waar doet hij het toch alle maal van? „Hé, waarom laat Wim zich door een dienstauto thuis brengen?? Hoe kan hij trouwens zo vroeg zpn? Zijn dienst loopt toch tot negén uur. Sommigen weten te vertellen dat zij collega's met verrekijkers bij andere collega's op tafel hebben zien kijken. Enfin, men kan het zich indenken als de laatste tijd tal van ghetto-bewoners pogen een bungalow of een huisje te laten bouwen in Korten- hoef en omgeving. Over een paar jaar zit men ech ter daar weer bij elkaar op schoot en praat men daar over televisie. Die van de televisie praten na melijk altijd over televisie, in een eigen jargon waarin je vaak met je „hele toestand" op stap moet om een paar- „fyne spotjes" te maken van een mijnheer die op het scherm „een plaatje" is en er dus „goed uitziet" zodat men een aardige ..item" kan presenteren. Niet zo lang geleden merk- he een technicus spottend op: „Er zjjn regisseurs iij de tv die van het medium alleen weten dat par ket dichter bij het doek is dan de loge". En dat jegint al een heel geliefkoosde opmerking te wor- len als men over regisseurs praat. Nou ja, als nen dan niet over televisie praat, gaat het over sa larissen. Want de salarissen zijn bij de televisie nog deeds een bron van grote ontevredenheid. Op de .aatste nachtelijke protestvergadering klonk de kreet „honger". Het was overigens dezelfdp verga dering waarbij de politie om middernacht op de Groest in Hilversum het verkeer van enige honder den auto's moest regelen. Het waren voor een groot deel kennelijk tweede hands verkregen voertuigen, maar ook daarmee kan men al aardig aan het grote leven deelnemen, het geen velen bij de televisie gewenst achten. Sommi gen menen dat de sfeer bij de televisie een beetje duur-doenerig is. Daar merkt men echter niets van in De Brink, oftewel „het Brinkje". De salarisklas sen vier tot en met dertien komen daar broederlijk samen om te eten. Voor het diner vraagt men om CHARLES EYCK, kunstschilder te Ravensbosch nabij Schimmert, is een fervent tegenstander van televisie. Hij bezit geen tv-toestel en is ook niet van plan er een aan te schaffen. Waarom niet? Charles Eyck zegt er dit van: „omdat ik, als ik naar de televisie zou moeten kijken, wild-west-neigin- gen zou krijgen om die hele ratjetoe met machinegeweren aan fladderen te schieten." Uit principe kijkt Charles Eyck, zo vertrouwde hij ons toe, nooit naar teie- visieuitzendingen, maar soms is hij, ten huize van vrienden of kennissen, min of meer gedwongen om, zoals hij zegt, „naar die stomme kiekkast" te kijken. Zijn weinig vleiende critiek, gebaseerd op deze toevallig geziene tv-uitzendin- gen, luidt aldus: „ik erger me telkens aan die Rot Kitsch met hoofdletters, waarmee iedere avond de publieke smaak tot diep onder het normale peil geduwd wordt, aan de close-ups van ver velende kerels, die aldoor zitten te kletsen, en vooral aan die toneel- kitsch; dit alles is een kwelling voor me, erger dan de hel van Dante. Televisie is een moordaanslag op werkelijk goede toneeluitvoeringen en films. De mensen gaan niet meer naar de schouwburg, althans voor een groot percentage, omdat ze de tele visiekanker te pakken hebben. Zij slikken de negentig procent ongeloof lijke kitsch, omdat ze vaak de hoop koesteren, dat er nog iets goeds op het beeldscherm zou verschijnen. Meestal zitten zij hopeloos met een bedorven avond. Ik heb enige malen naar een quia gekeken; de ergernis om die stomp zinnige vertoningen deed me de gal overlopen Men gelieve het nog wat aan te vullen met de wo ningen voor een honderdtal technische employees, met het gebouw Concordia, waar ook geregeld op namen gemaakt worden en met anderhalf restau rant. Maar de grootmacht Televisie kan het daarmee niet stellen. In Amsterdam repeteren veelal toneel-, ballet- en cabaretgezelschappen. In Amsterdam woont ook een aantal losse televisiemedewerkers als er artistieke prestaties geleverd moeten wor den. In Laren (Singer), Duivendrecht (Cinetone), Hilversum (Expohal, radiostudio's), Den Haag (Van der Heems personee'sgebouw) en Hillegom (Tres long worden geregeld opnamen en of uitzendingen gemaakt. De besturen en administratieve diensten zetelen, zoals bekend, in Hilversum; tegenwoordig staan er ook de decorwerkplaats en de hoofdzendc r en het filmontwikkelingcentrum etc. Het merendeel van het televisiepersoneel woont er, evenals een groot aantal losse medewerkers. Geen wonder dus dat Bussum er nog ais vroeger Lij kan liggen als een deftige dame, die net doet alsof ze geen weet heeft van haar activiteiten waarmee het land 's avonds in zijn huiskamers gevangen wordt gehou den. Nader kennis maken met de televisie kan men wellicht het beste in Hilversum, „over het Spoor", in de Jacob van Campenlaan bijvoorbeeld, die door de bezigheden van zijn bewoners de muzi kaalste laan ter wereld mag heten, de Berlage- laan en de Snelliuslaaq^-' Niet in alle opzichten is het aangenaam wonen in die tv-ghetto's, gelijk ze wel eens genoemd worden. Men kan er niet in de deuropening verschijnen of men wordt aangesproken over „een programma". Men is trouwens in andermans woning net zo thuis als in de studio en als de heren werken zitten hun echtgenotes bij elkaar op de koffie. In het begin werd dat wel aardig gevonden, die clubjes van de dames, maar dat is nu wat geminderd. De hard nekkigste clubjes gaan tegenwoordig getooid met Alleen binnenshuis spanning en activiteit. „de kaart". Dat is een speciale, onveranderlijke i kaart met de goedkope gerechten. Degenen die i avonddienst hebben, ontvangen ter betaling van een maaltijd een bon waarop staat dat men tot een :- bedrag van drie gulder. op kosten van de televisie i mag dineren. Dat overigens goed smakende diner bestaat uit hoofdgerecht met óf soep, óf een toetje, i Da's dus mooi geregeld en dus komt daar iedereen. Aan de wand hangen de foto's van degenen met wie men zit te eten of in de studio samenwerkt. Heeft een programmaleider, producer of regis- I seur het gezelschap te houden van hoog aange- slagen gasten dan inviteert hij ze, na verkregen toestemming van de sectie-chef, in De Rozenboom aan de overkant. De Rozenboom pleegt ook de toevlucht te zijn van degenen die incidenteel voor de televisiecamera's zijn verschenen en van het j gebeuren nu even willen bijkomen. Men herkent I ze. De toneelkapper heeft hen na het afschminKen netjes de haren gekamd. Vooral hangt er in hun i ogen nog die merkwaardige blik, waaraan de vreeswekkende macht van de camera's schuldig i is. Sommigen komen onder de camera's vandaan met een verdubbelde zelfbewustheid die moet pas- j Herman van der Horst, de filmer, vindt dat de televisie wel past in „de algehele vervlakking van de menselijke samenleving". Nochtans is zijn „Vieren maar!" laatst op het beeldscherm ge weest. Hij heeft "dat aangezien. En dat viel op sommige momenten dan nog wel iets mee (close ups), maar zo'n vertoning haalt het natuurlijk niet bij een bioscoop-vertoning. Alleen het tele visie-geluid is goed, maar dat staat in geen verhouding tot de kwaliteit van het beeld. „Ik voel me als televisiekij ker bijna in de weinig benijdenswaar dige positie van de voyeur". Voor de rest? „Toen ik in de binnenlanden van Suriname mijn „Faja Lobbi" maakte was ik maandenlang verstoken van ieder communicatiemiddel; van radio, televisie en zelfs van de krant. Ik heb mij zelden een gelukkiger mens ge voeld". sen bij een thans alom bekend persoon. Anderen Z„?ÏÏfld d?°r het idee dat ze een modder" figuur hebben geslagen voor het ganse vaderland. Wat, zou men eigenlijk nog verder in Bussum van de televisie moeten merken? Schakel- en geluids- regisseurs en assistenten, cameralisten en floormanagers, microfoonbedienaren en operateurs Zelf? scriptgirls zien er doorgaans wiishaar 7lin rf® lrl, ^et forensendorp Bussum aan wijsbaar zyn De wilde dagen van de handtekenin genjagers zijn sinds het vertrek van Tante Hannie voorbij, hoewel een teenager nog wel eens .->en ar tiest wil aanklampen. De mannen die voorheen in uniformen liepen waarop de letters NTS prijkten hebben meer en meer de voorkeur gegeven aan een civiel kostuum. Er schiet soms nog haastig tin auto door de straten waarvan men zou kunnen ra- i Schiohol oflePOeen ?.ieutwsmn}Pie moet afhalen van i bcniphol of een artiqst moet wegbrengen voor een optreden op dezelfdl avond in Brussel matr dl v^ci°U "et,z0 goed «n gewone taxi kunnen zijn Vroeger werd er na een uitzending wei eens eeri feestje gebouwd om zich van de opgeladen spanning te bevrijden maar ook dat is wel ongeveer voorbij En de toneelspelers, late plakkers en toneel)famb hezieke mensen die zij zijn? Ach, die kunnen nu' eenmaal slecht buiten hun eigen stad en ontvluch- ten dus gauw de langoureuze dame. Maar binnenskamers, in het verborgene van tv- city Bussum is er drukte en spanning te over Daar wacht de reuactie van het NTS-journaal nol I pelend tot de gemaakte filmpjes gereed zijn Daar zitten met veelvoudig botsend lawalf de' techmci met de regisseurs en cameralieden dagenlang de k''°™etersla,nge f'lmstroken van documfntaires en reportages te monteren en synchroniseren: een minister-president schreeuwt daar dwars tegen de predikant van een kerkdienst in, de jazzcombo treitert de gestreken walsen die een ijsbaiiet moe- ten ondersteunen. Daar vijzelen complete ploegen m een wirwar van lampen, apparatuur en lijnen aan een toneelvoorstelling om er een televisie- het Jncht^fo1?8,»"- f" de acteurs die daarvan !q? slachtoffer zijn, kennen op dat moment in de hele wereld geen zwaarder beroep En daar wordt voorts het plan geboren om binnen ander-: halve week een film te presenteren over Katan- ga. zes dagen vliegen, anderhalve dag filmen en nog een paar dagen monteren en tekst schrijven. Dat merkt men zo aan de buitenkant niet Wie binnen zou willen kijken, wordt tegen gehouden door i „faoB? r?r i naar het NTS-legitimatiebewijs I vraagt. Dus komt met iedereen erin. Maar ook de ffidonJ- oS een brok ..tv-city". Hij krijgt namelijk I tiidens en na de uitzending een stortvloed van te- lefoontjes, die vaak botte scheldpartijen zim vooral als er storing is. Wat die man meemaakt is ifjna elke avond een luguber boek. E „Mijnheer kan dat niet ophouden?" „Mijnheer (er is een filmpje over het Vaticaan aan de gang) ik zie alsmaar ponnen. Wat moet ik daarmee''' Ik wil boksen zien." „Mijnheer, ik gooi mijn toe' stel op straat als dat niet beter wordt." Mijn- W1^"UK°ph0uden met die film? Ik wii" natV ^ii"MTheer' weet u wel wat voor villi I staat?" Vem 'S' d'e "0U op het scherm I Ik zu'g echt niets uit mijn duim Portiers var, w^anHn Ma^ (Td Vplaatet tegenlver lê I waanzin. Meestal zegt de portier: „Misschien mag hem UW !,0estel uit te draaien." En als j man" ^.rc^.naar ;-de verantwoordelijke beste nu, L-i i is er n'etl maar U kunt het schriive^J *h£ Per hr,ef aan ons opsturen." Van E schrijven komt het echter dan niet meer. i DE HEER J. A. MIDDELHUIS, voor- zitter van de K.A.B., heeft enige jaren geleden voor zijn gezin een tv-toestel aangeschaft. Hij ziet er zelf weinig van j en vindt bovendien dat er te veel en te zwaar gepraat wordt. Voetbal mag hij graag zien en het journaal. Bij pro- bleemstukken is hij gauw verdwenen, De heer Middelhuis is huiverig voor het zelf optreden. „Een rare bedoening, Ik mag graag discussiëren in een ver- gadering. Maar voor de televisie zie je geen mens. Zelfs je zelf niet. Alleen. maar draden, camera's en rompslomp.'' S. DE VRIES Jr. (bekend radioregis- seur) heeft al vier jaren televisie en i laat de keuze of hij naar radio zal luis- teren dan wel naar T.V. zal kijken, af hangen van kwaliteitssteekproeven". Als oud-journalist zijn zijn interessen on beperkt. Rechtstreekse reportage is d« essentie van de televisie. S. de Vries jr is hypergevoelig voor rolkennis en regie. Als een speler gaat „gUjen" wordt hl) zo nerveus dat hij het toestel afzet. Voor TV-Spelen zal men een eigen re pertoire moeten opbouwen, zoals de ra- dio dat ook heeft gedaan. „En verder dwingen de nabije microfoon en came ra tot volkomen ander spel dan in net theater. Er moeten bekwame en beziel de regisseurs komen; geen lieden die hun repertoire van stuntjes vertonen als sollicitatie naar een film-regie. Een voud is nog altijd het moeilijkst" Overigens draagt S. de Vries jr. de jonge T.V. een warm hart toe. Hij is niet vooringenomen, maar wel zeer se lectief. „Je moet nooit iets voor de mas sa maken, maar altijd werken voor het handjevol dat de fijnste nuances kan volgen en waarderen." Mgr. W. BEKKERS heeft wèl T.V. Hij kijkt ais hij thuis is naar het jour- i naai. Verder volgt hij als het enigszins mogelijk is de voetbalwedstrijden en „uiteraard" ook paardeneoncoursen, alsmede „zeer bijzondere gebeurtenis sen op het gebied van kunst en toneel". „Ik moet me wat het kijken naar de T.V. betreft sterk beperken -n kan over de programma's moeilijk een oordeel geven; wei heb ik het gevoel, dat er een^stijgende lijn is", aldus Mgr. Bek- De bisschop vindt de T.V. van enorm nelang voor de voorlichting op allerlei terrein, ook inzake het christelijk den- ken bet kerkelijk leven. „Voor de mentaliteitsvorming en als middel om (le mensen de hogere waarden van het leven bewust te maken lijkt me de T.V enorm belangrijk", aldus mgr. Bekkers „maar een overdadig uitzenden van kerkelijke plechtigheden is beslist niet wenselijk." GUUS OSTER (toneeldirecteur tn Amsterdam); „Al jarenlang ben ik een enthousiast kijker, ja hoor het grot! leven" bij mij in huis. Het hoort natuur lijk tot jnijn vak. Ik kan niet vaak kijken maar dan vertelt mijn vrouw wel wat zo ffe^htSViS'a e televisie vind ik niet zo slecht. Al die mensen die nog nooit aiHi/mo "r hebben ge-daan, zitten a Td meewarig te doen over de tele- Vonl'aln?-ar dat 's tocb krankzinnig. Voor dertig veertig gulden krijg je Gil- tTJ ?ec? allas- een opera var G'.uck, van een handelsreiziger en Men tWat n0g meer over de vloer. '!j'.te weinig erkentelijk voor grote ^ont PalLn ',e ÏP één week Schwarz- k-rliA pdesus, Valente en Aznavour In a ch lets bijzonders, dat dank tuurlfik r5X'S'e ™ogeliik is Er zijn na- tuuriuk ook veel slechte programma's. hT. uv,nd ,lkook wel Rin. vooral als ten 6 's- Dan zit 'k te genie- LUITENANT-GENERAAL G. J. LE FèVRE DE MONTIGNY chef van de Generale Staf, heeft jeen televisietoe stel. Hij heeft onk teen tijd om naar televisie te kijken Een enkele maal heeft hij bij anderen uitzendingen ge zien, maar daarover kan hij geen enkel HENK SUèR. oordeel vellen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1961 | | pagina 9