Toekomst'
T.V. wordt steeds
internationaler
„TV-CITY" ligt in .het verborgene
Invloed van „de u
jereld
op het
s stel"
Dubbel leven van
madame RUSSUM
Wat ztj
er van
vinden
STUDIE
TE KLEIN
FLADDEREN
VOYEUR
HUIVERIG
I KWALITEIT
MIDDEL
KRANKZINNIG
GEEN TIJD
Mijnheerik sie
alsmaar nonnen,
maar ik wil
boksen zien
T.V. dwingt tot
meer verzet dan
de radio doet
7 J d
IJ"
ZATERDAG 4 NOVEMBER 1961
PAGINA 9
Bussum ligt er bij als een langoureuze
dame op een gebloemde chaise-longue.
Iedereen weet dat de dame een dubbel
leven leidt: haar avonturen worden in een
miljoen huiskamers gulzig gevolgd. Als je
haar echter zo chic en stil op de divan ziet
liggen, komt je dat opwindende tweede leven
ongelooflijk voor.
Van nabij is Bussum nog altijd het foren
sendorp, slechts in het verborgene is het ook
Nederlands „televisiestad". Dank zij een paar
bescheiden bordjes ontdekt men het televisie
centrum. Het ligt achter de muren van oude
gebouwen die als school, kerk of verenigings
gebouw hun eerste bestemming hebben uit
gediend; en in een achterom-straatje waar
een serie grijs-blauw gelakte NTS-wagens
staan; en bij enkele villa's, die men een hitsig
bestaan evenmin afziet. Nooit was er zoiets
machtigs als televisie, en nooit zetelde een
grootmacht in onooglijker paleisvertrekken.
Madame Bussum, zou zich er eigenlijk een
beetje voor moeten generen. Dat het centrum
trilt van een stormachtige drukte kan men
ook al niet waarnemen. Wat is er te zien?
Enige bezoekers gaan in en uit. In de buurt
staan auto's geparkeerd. Een man met film
trommels onder de arm steekt de straat
over. Tegen de schemering licht achter een
enkel venster een lamp op. Een vrachtwagen
rijdt aan met decors en requisieten. En, oh
wacht eens, er stapt een groep acteurs en
actrices uit de studio's. Ze hebben rood
bruine indianengezichten en onder hun regen
jassen uit steekt de exuberantie van een
toneelkostuum. Daarachter komt een lang
niet onaardige juffrouw wier voorkomen
onmiddellijk geïdentificeerd kan worden als
dat van een omroepster. In haar voetspoor
volgt een drom onbekende manspersonen van
wie sommigen met lichte nonchalance zijn
gekleed. Ze begeven zich allen naar een
pijpenla-achtig restaurantje: De Brink. En
daar blijkt het druk. Daar treedt duidelijk
I iets van Nederlands televisiecentrum in het
I openbaar: het is etenstijd.
Denkend over de plaats, die de tele
visie zal innemen in de toekomst,
kan ik mij moeilik anders voor
stellen dan dat zij veel meer dan
geïntegreerd zal zijn in het geheel
I'3" het dagelijkse leven om daarin
«aar bepaalde, beperkte functie te ver-
"llen. Het Jijkt mij ondenkbaar, dat de-
Je fantastische vinding haar aantrek-
n'ngskracht zo dwingend zal blijven uit-
etenen, als zij thans bij velen doet. Men
?al straks de televisie de gehele dag
lij1!1 ben aanzetten; al heeft men er de
I'd voor, dan lijkt het mij fysiek on-
'nogelijk, de hele dag naar het ding te
'Jken. Een vergelijking met de radio
vit "let op. Toen twee jaar geleden
na3 ^ij m«n huis een schietbaan werd
ingelegd, kon ik niet vermoeden, al
,lgtehige maanden zo ver te zullen zijn,
tot S schoten niet of nauwelijks meer
v'mij doordrongen. Maar wanneer men
z0u mijn ogen voortdurend oefeningen
Bf i ®uden, neem ik aan, dat ik er door
tv at zou blijven. Men negeert heel
hnn 5en,akkelijker, dacht ik, wat men
on dan wa* men D°ch wat men
de televisie ziet is dan nog een spe-
aal vermoeiend beeld, door zijn for
maat, doch voornamelijk door de licbt-
0ron erachter.
Reeds nu echter, nu het nog slechts
een paar uren uitzenden per dag
gaat, blijkt het al met al een apparaat
te zijn, dat te opdringerig is en waar
tegen men, wanneer men er de tyrannie
enige tijd van heeft ondergaan, in ver
zet komt. Ik heb ontdekt, dat er niets
minder dan een regelrechte opstandig
heid kan ontstaan tegen de van de tele
visie uitgaande kijkdwang. Ik kan mij
niet voorstellen, dat slechts de intellec
tueel die dwang als hoogst hinderlijk
gaat ervaren en er tegenin zal gaan. Men
Zal, naar mijn idee, in de toekomst over
het algemeen de televisie slechts aan
zetten wanneer men denkt, niet buiten
haar te kunnen, wat vooral het geval
tal zijn, wanneer zij werkelijk functio
neel is.
Zij is dat natuurlijk met of althans
'Rchts in 'n zoveelste zin, wanneer zij
ïeProduceert, wat men ook direct zou
phnnen waarnemen. Dan ervaart men
vaar als surrogaat. Toneel brengt zrj
geurloos en vlak over. Zo ook de opera,
taalles, wat naar zijn wezen eigenlijk
Cp «en directe waarneming vraagt. Con-
0l.'en ook met name. Ik ben ervan
s] J^tuigd, dat de televisie op den duur
jhet bezoek aan het concertge-
.,e schouwburg, de bioscoop
X,® bioscoop, want een film komt
tij binlcnn Werkelhk t0t haar reCht
zal stimuleren.
k n £52?f f de televisie naar we-
zen vooral een krant is, maar dan een,
«ie bestaat uit beelden. Ik geloof, dat
haar grote kracht zal liggen in de re
portage en dan en dat iy hiertoe het
vermogen heeft geeft haar een voor
tong op de krant, (maar daar staan
gelukkig voor de krant weer andere
winstpunten tegenover) in reportage
an op hetzelfde moment plaatsvinden-
°e gebeurtenissen.
Ik ben een kind in de boosheid der
techniek, maar het is zelfs mij duide
lijk, dat, wat wij nu kennen als Euro
visie, zich zal ontwikkelen tot wereld
visie, straks voor een deel overbodig
gemaakt doordat het bereik der tele-
visiezenders zich zo zal uitbreiden,
<Jat men op zijn televisietoestel even
veel stations als bereikbaar zal aan-
treffen als nu op zijn radiotoestel.
Dan zal de actualiteit het natuurlijk
Vrijwel altijd winnen; dan zullen wp
hjj voorkeur aanzetten, wat niet geen-
seeneerd is, maar zich werkelijk af
speelt, mdien wij ons daarbij althans
enigszins betrokken voelen. En wat
het geënseneerde betreft, zal de
voorkeur van de Nederlandse massa
<ian beslist uitgaan naar het in de Ne
derlandse studio's geënsceneerde,
omdat daarbij aankondiging of mis
schien een gehele uitzending krijgt in
de eigen taal?
Men kan zich afvragen, of, in de
strijd om de organisatie van de tele
visie in ons land, waarbij de voorstan
ders van de ,,zuilen"-televisie en die van
een nationale televisie dikwijls fel tegen
over elkaar staan en een gezamenlijk
Programma een principe vormt tegen
over een algemeen programma of
men hierbij de te verwachten techni
sche ontwikkeling van het medium wel
voldoende in het oog houdt. Zal die
technische ontwikkeling een belangrijk
deel dier tegenstellingen niet achterha
len? Zal wat die technische ontwikke
ling in feite 20 njet aan zendtijd dan
belangstelling voor de prestaties der
zal doen resten, deze niet
voo?n»m W", dat het beleidvol is, zich
tieW ïïl "u te beperken tot de behar-
P.?,?nlnK h.et puur principiële?
J5™ het kader van een in hoofd
zaak Nederlandse televisie, zijn wij be
sliste voorstanders van het zuilen-sys
teem Talloze ervaringen hebben ons
bewezen, dat, wat zogenaamd nationaal
is, in feite neerkomt op een compromis,
waarin het meest kenmerkende voor de
verschillende stromingen, die in de na
tionale bedding zijn samengevloeid ont
weekt. Onze verdraagzaamheid toont
!?h doorgaans minder in dulden dan in
2pW'ieren. Een nationale televisie, vre-
Vpp Mi. zal het meest essentiële, dat de
lanrt t o e geestesstromingen in ons
Ven bieden hebben, weinig kans ge-
vi^„aar hoe zal men, wanneer de tele-
kelm P^at 'n de van haar ontwik-
h-'bS hgt, zich snel internationaliseert,
hen wat Nederland betreft, nog kun-
jv 'PPassen in het „zuilen-systeem"?
lvjj.1 dergelijke internationale groei zal,
pi. mP' tot een samenwerking dwin-1
len" de terreinen, door de „zui-
SnJzelfstandig bestreken, wel zeer zal
rpinÜTT -iet gaat er dan om, die ter
mor -:en v°lle te benutten, waartoe
irinof U raard de beste krachten zal
Van w aantrekken. Maar in het kader
treden g®meenschappeHjl< naar buiten
ook Ie'men deze krachten vooral
Ion 'e hunnen missen. Want wij zul-
alleen een nationaal programma, dat
ten wi?aa,r een compromis is, óf moe-
tiamT van een positieve verdraag-
dersdnn! moeten getuigen, die het an-
j denkende tot zijn recht durft te
antwr,„,?JrivH' ^en kan daar geen ver-
dachf0nrdelÏIkheid voor dragen? Men kan,
gen v„ wijverantwoordelijkheid dra-
get,,; "W een vrijheid, waartoe de vrije
in de tflls 2U eenmaal behoort. Wat ons
ge int, situabe van het ogenblik niet mo-
tnehwovtu,!'komt een nationale sa-
erkmg, die op niet veel anders
neerkomt dan een waterig compromis 1
lijkt ons binnen internationalise- j
ring van de televisie geen utopie. Het j
gaat niet meer om gelding naar binnen, j
doch om gelding naar buiten, en verdeelt
de eerste, de laatste verenigt.
Terwijl ik dit schrijf komt onwille-
keurig ae geaachie Dp my op hoe i
kan het anders, wanneer men zich
waagt aan een toekomstDeschouwingï j
„Het zal misschien helemaal zo 11 I
vaart niet lopen." Maar de luttele i
jaren, welke ae televisie nu deel uit- i
maakt van het maatschappelijk leven, i
hebben bepaald een onstuimige ont- i
wikkeling te zien gegeven. Er is een j
andere onstuimige ontwikkeling aan de
gang; die van ue wereldpolitieke ver-
iiouuingen. De beide ontwikkelingen I
hebben de scnijn, aan eikaar tegen-
overgesteld te zijn. Waar de ontwik-
keling van de televisie gehrict is op j
eenneid, schynt uje van ae wereiu-
politieke vernoudingen bijna onver- j
mijdeiijk te moeten leiden tot een ver-
deeiaheid, welke decennia lang on-
overbrugDaar zal zijn en die alleen
maar niet tot een onmetelijke ramp
zat leiden, wanneer zij een toestand j
is van machtsevenwicnt. Nu zal dit
feit de internationalisering in het Wes- E
ten het sterkste bevorderen. (In het
Oosten geiooi ik niet, aat er zozeer E
sprake kan zijn van bevordering; men
dwingt daar meer af, dacht ik.) De E
wereldpolitieke verhoudingen moeten
van grote invloed zijn op de ontwik- E
keling van de televisie en het tempo
van de internationalisering ervan ten E
zeerste versnellen.
Anderzijds kunnen een technische ont-
wikkeling van de televisie, welke de
gehele wereld binnen haar bereik brengt,
en een „efficiënte" toepassing van zulk
een medium van de grootste invloed
zijn op het politieke proces. Tenslotte
is het de volksovertuiging, die de re-
geringen dwingt, naar haar wil te han-
delen, en niet omgekeerd. Zal bittere
noodzaak de internationalisering bevor-
deren, idealisme zal dit ook doen.
Men kan eigenlijk slechts denken, dat
het helemaal niet zo'n vaart zal lopen,
bij gebrek aan inzicht in wat zich op 5
het ogenblik in de wereld voltrekt, ge-
brek aan fantasie, vooral: gebrek aan -
geloof en hoop.
Denkend over de plaats, die de tele- Ej
visie zal innemen in de toekomst, vind
ik het perspectief, waarin ik het ant-
woord hierboven heb trachten te plaat-
sen, toch wèl de voorkeur verdienen bo-1
ven dat van het Hollands straatje, waar-
aan de huisjes grenzen der geloofs- of
levensovertuigingen en waar dj scha-
duw in binnenvalt van een indringer;
de commerciële televisie. Ik had over de i
toekomst van de televisie natuurlijk ook
wel een beschouwing weg kunnen geven I
gewijd aan de kansen, die de indringer
maakt tot vestiging in het straatje, en de
gevolgen, mocht hij in de vestiging sla-
gen. Maar ik dacht zo, dat, wanneer S
men het grote probleem zag, men voor
het kleine allicht wel een oplossing
vond.
Mr. JAN DERKS
Studio Irene, de bakermat van de Ne
derlandse T.V.
9 9
B^of. mr. dr. G. VAN DEN BERGH
(emeritus-hoogfcraar, Amsterdam) „In
thaU. iaar heb 'k 'Hi"» niet
Mremfen £en' televisie oefent in het
kranht m b,Jzondere aantrekkings-
de moeX^» U'u: a"ders zou ik stellig
i van bet indrukken van een
°y"wonnen. In verband
met de eis „elck was wils" meen ik
d,at 3,8 Koed en soms
als voortreffelijk kunnen worden be
schouwd. Mijn status als emeritus-hoog
leraar heeft ertoe geleid dat ik thans
meer gelegenheid dan vroeger heb om
mJ! te verdiepen in theoretische stu- i
dien buiten mijn eigenlijke vakgebied;
deze studiën meest van filosofische i
aard houden myn aandacht zó ge-
vangen, dat ik mij liever in deze stu
diën blijf verdiepen dan naar het te
levisiescherm tc kijken."
A. C. Willink, de kunstschilder, in
Amsterdam heeft zelf geen televisietoe- i
stel. Af en toe gaaf hij, na zich van de
inhoud van het programma te hebben
vergewist, we' eens bjj vrienden kijken, I
Een goede film (laatst „The third
man") of een toneelstuk, waarin goede j
acteurs optreden. Vooral dat laatste wil
hem wel eens boeien. Maar over het al- j
gemeen „geeft de televisie hem weinig
reden tot verheugenis". Het plaatje is j
te klein en het turen is vermoeiend voor
de ogen. Kortom: „Een te grote inspan- j
ning in verhouding tot hetgeen je be-
leeft."
Nogal toevallig is Bussum een tiental jaren ge-
leden „TV-City" geworden. In deze forensenplaats
had Philips namelijk in het vroegere St. Vitus-vere-
nigingsgebouw een studio ingericht, die aan de NTS
ter beschikking werd gesteld. Ten opzichte van de
„radio-city" Hilversum, waar de omroepen zetel-
den die aan Philips' jarenlange experimenten con-
crete uitvoering zouden geven, lag het gunstig, op
5 zes, zeven kilometer. In de beginjaren heeft Bus-
sum graag naar de televisie gelonkt: het zag er
wel iets in „tv-city" te worden en het ging bouwen
voor de nieuwe medewerkers. Maar dat geflirt is
nu over, want het werd duidelijk dat uiteindelijk Hil-
versum zich toch over de hele zaak zou ontfermen.
I Kort na het prille begin had men aan de Vitus-
studio ai niet genoeg meer en in de onmiddellijke
I omgeving werden andere gebouwen in gebruik ge-
nomen. Dat is bii elkaar nu Nederlands „tv-city".
By Luc van Gent in de regie-kamer.
Handtekeningenjagers om Rob de Vries.
een van de teevee afgeleide naam die wel aantoont
dat men er genoeg van heeft. De sfeer wordt ei
soms benauwd, want hoe gaat dat
„Waar blijft mijn man toch vanavond; Piet van
hiernaast is al lang thuis." „Hij zit toch in de
zelfde klasse als jij? Waar doet hij het toch alle
maal van? „Hé, waarom laat Wim zich door een
dienstauto thuis brengen?? Hoe kan hij trouwens
zo vroeg zpn? Zijn dienst loopt toch tot negén
uur.
Sommigen weten te vertellen dat zij collega's met
verrekijkers bij andere collega's op tafel hebben
zien kijken. Enfin, men kan het zich indenken als
de laatste tijd tal van ghetto-bewoners pogen een
bungalow of een huisje te laten bouwen in Korten-
hoef en omgeving. Over een paar jaar zit men ech
ter daar weer bij elkaar op schoot en praat men
daar over televisie. Die van de televisie praten na
melijk altijd over televisie, in een eigen jargon
waarin je vaak met je „hele toestand" op stap
moet om een paar- „fyne spotjes" te maken van
een mijnheer die op het scherm „een plaatje" is
en er dus „goed uitziet" zodat men een aardige
..item" kan presenteren. Niet zo lang geleden merk-
he een technicus spottend op: „Er zjjn regisseurs
iij de tv die van het medium alleen weten dat par
ket dichter bij het doek is dan de loge". En dat
jegint al een heel geliefkoosde opmerking te wor-
len als men over regisseurs praat. Nou ja, als
nen dan niet over televisie praat, gaat het over sa
larissen. Want de salarissen zijn bij de televisie nog
deeds een bron van grote ontevredenheid. Op de
.aatste nachtelijke protestvergadering klonk de
kreet „honger". Het was overigens dezelfdp verga
dering waarbij de politie om middernacht op de
Groest in Hilversum het verkeer van enige honder
den auto's moest regelen.
Het waren voor een groot deel kennelijk tweede
hands verkregen voertuigen, maar ook daarmee kan
men al aardig aan het grote leven deelnemen, het
geen velen bij de televisie gewenst achten. Sommi
gen menen dat de sfeer bij de televisie een beetje
duur-doenerig is. Daar merkt men echter niets van
in De Brink, oftewel „het Brinkje". De salarisklas
sen vier tot en met dertien komen daar broederlijk
samen om te eten. Voor het diner vraagt men om
CHARLES EYCK, kunstschilder te
Ravensbosch nabij Schimmert, is een
fervent tegenstander van televisie. Hij
bezit geen tv-toestel en is ook niet van
plan er een aan te schaffen.
Waarom niet? Charles Eyck zegt er
dit van:
„omdat ik, als ik naar de televisie
zou moeten kijken, wild-west-neigin-
gen zou krijgen om die hele ratjetoe
met machinegeweren aan fladderen
te schieten."
Uit principe kijkt Charles Eyck, zo
vertrouwde hij ons toe, nooit naar teie-
visieuitzendingen, maar soms is hij, ten
huize van vrienden of kennissen, min of
meer gedwongen om, zoals hij zegt,
„naar die stomme kiekkast" te kijken.
Zijn weinig vleiende critiek, gebaseerd
op deze toevallig geziene tv-uitzendin-
gen, luidt aldus:
„ik erger me telkens aan die Rot
Kitsch met hoofdletters, waarmee
iedere avond de publieke smaak tot
diep onder het normale peil geduwd
wordt, aan de close-ups van ver
velende kerels, die aldoor zitten te
kletsen, en vooral aan die toneel-
kitsch; dit alles is een kwelling voor
me, erger dan de hel van Dante.
Televisie is een moordaanslag op
werkelijk goede toneeluitvoeringen en
films. De mensen gaan niet meer
naar de schouwburg, althans voor een
groot percentage, omdat ze de tele
visiekanker te pakken hebben. Zij
slikken de negentig procent ongeloof
lijke kitsch, omdat ze vaak de hoop
koesteren, dat er nog iets goeds op
het beeldscherm zou verschijnen.
Meestal zitten zij hopeloos met een
bedorven avond.
Ik heb enige malen naar een quia
gekeken; de ergernis om die stomp
zinnige vertoningen deed me de gal
overlopen
Men gelieve het nog wat aan te vullen met de wo
ningen voor een honderdtal technische employees,
met het gebouw Concordia, waar ook geregeld op
namen gemaakt worden en met anderhalf restau
rant.
Maar de grootmacht Televisie kan het daarmee
niet stellen. In Amsterdam repeteren veelal toneel-,
ballet- en cabaretgezelschappen. In Amsterdam
woont ook een aantal losse televisiemedewerkers
als er artistieke prestaties geleverd moeten wor
den. In Laren (Singer), Duivendrecht (Cinetone),
Hilversum (Expohal, radiostudio's), Den Haag (Van
der Heems personee'sgebouw) en Hillegom (Tres
long worden geregeld opnamen en of uitzendingen
gemaakt. De besturen en administratieve diensten
zetelen, zoals bekend, in Hilversum; tegenwoordig
staan er ook de decorwerkplaats en de hoofdzendc r
en het filmontwikkelingcentrum etc. Het merendeel
van het televisiepersoneel woont er, evenals een
groot aantal losse medewerkers. Geen wonder dus
dat Bussum er nog ais vroeger Lij kan liggen als
een deftige dame, die net doet alsof ze geen weet
heeft van haar activiteiten waarmee het land
's avonds in zijn huiskamers gevangen wordt gehou
den.
Nader kennis maken met de televisie kan men
wellicht het beste in Hilversum, „over het Spoor",
in de Jacob van Campenlaan bijvoorbeeld, die
door de bezigheden van zijn bewoners de muzi
kaalste laan ter wereld mag heten, de Berlage-
laan en de Snelliuslaaq^-'
Niet in alle opzichten is het aangenaam wonen in
die tv-ghetto's, gelijk ze wel eens genoemd worden.
Men kan er niet in de deuropening verschijnen of
men wordt aangesproken over „een programma".
Men is trouwens in andermans woning net zo thuis
als in de studio en als de heren werken zitten hun
echtgenotes bij elkaar op de koffie. In het begin
werd dat wel aardig gevonden, die clubjes van de
dames, maar dat is nu wat geminderd. De hard
nekkigste clubjes gaan tegenwoordig getooid met
Alleen binnenshuis spanning en activiteit.
„de kaart". Dat is een speciale, onveranderlijke i
kaart met de goedkope gerechten. Degenen die i
avonddienst hebben, ontvangen ter betaling van een
maaltijd een bon waarop staat dat men tot een :-
bedrag van drie gulder. op kosten van de televisie i
mag dineren. Dat overigens goed smakende diner
bestaat uit hoofdgerecht met óf soep, óf een toetje, i
Da's dus mooi geregeld en dus komt daar iedereen.
Aan de wand hangen de foto's van degenen met
wie men zit te eten of in de studio samenwerkt.
Heeft een programmaleider, producer of regis- I
seur het gezelschap te houden van hoog aange-
slagen gasten dan inviteert hij ze, na verkregen
toestemming van de sectie-chef, in De Rozenboom
aan de overkant. De Rozenboom pleegt ook de
toevlucht te zijn van degenen die incidenteel voor
de televisiecamera's zijn verschenen en van het j
gebeuren nu even willen bijkomen. Men herkent I
ze. De toneelkapper heeft hen na het afschminKen
netjes de haren gekamd. Vooral hangt er in hun i
ogen nog die merkwaardige blik, waaraan de
vreeswekkende macht van de camera's schuldig i
is. Sommigen komen onder de camera's vandaan
met een verdubbelde zelfbewustheid die moet pas- j
Herman van der Horst, de filmer,
vindt dat de televisie wel past in „de
algehele vervlakking van de menselijke
samenleving". Nochtans is zijn „Vieren
maar!" laatst op het beeldscherm ge
weest. Hij heeft "dat aangezien. En dat
viel op sommige momenten dan nog
wel iets mee (close ups), maar zo'n
vertoning haalt het natuurlijk niet bij
een bioscoop-vertoning. Alleen het tele
visie-geluid is goed, maar dat staat in
geen verhouding tot de kwaliteit van
het beeld. „Ik voel me als televisiekij
ker bijna in de weinig benijdenswaar
dige positie van de voyeur". Voor de
rest? „Toen ik in de binnenlanden van
Suriname mijn „Faja Lobbi" maakte
was ik maandenlang verstoken van
ieder communicatiemiddel; van radio,
televisie en zelfs van de krant. Ik heb
mij zelden een gelukkiger mens ge
voeld".
sen bij een thans alom bekend persoon. Anderen
Z„?ÏÏfld d?°r het idee dat ze een modder"
figuur hebben geslagen voor het ganse vaderland.
Wat, zou men eigenlijk nog verder in Bussum van
de televisie moeten merken? Schakel- en geluids-
regisseurs en assistenten, cameralisten en
floormanagers, microfoonbedienaren en operateurs
Zelf? scriptgirls zien er doorgaans
wiishaar 7lin rf® lrl, ^et forensendorp Bussum aan
wijsbaar zyn De wilde dagen van de handtekenin
genjagers zijn sinds het vertrek van Tante Hannie
voorbij, hoewel een teenager nog wel eens .->en ar
tiest wil aanklampen. De mannen die voorheen in
uniformen liepen waarop de letters NTS prijkten
hebben meer en meer de voorkeur gegeven aan
een civiel kostuum. Er schiet soms nog haastig tin
auto door de straten waarvan men zou kunnen ra- i
Schiohol oflePOeen ?.ieutwsmn}Pie moet afhalen van i
bcniphol of een artiqst moet wegbrengen voor een
optreden op dezelfdl avond in Brussel matr dl
v^ci°U "et,z0 goed «n gewone taxi kunnen zijn
Vroeger werd er na een uitzending wei eens eeri
feestje gebouwd om zich van de opgeladen spanning
te bevrijden maar ook dat is wel ongeveer voorbij
En de toneelspelers, late plakkers en toneel)famb
hezieke mensen die zij zijn? Ach, die kunnen nu'
eenmaal slecht buiten hun eigen stad en ontvluch-
ten dus gauw de langoureuze dame.
Maar binnenskamers, in het verborgene van tv-
city Bussum is er drukte en spanning te over
Daar wacht de reuactie van het NTS-journaal nol I
pelend tot de gemaakte filmpjes gereed zijn Daar
zitten met veelvoudig botsend lawalf de' techmci
met de regisseurs en cameralieden dagenlang de
k''°™etersla,nge f'lmstroken van documfntaires en
reportages te monteren en synchroniseren: een
minister-president schreeuwt daar dwars tegen de
predikant van een kerkdienst in, de jazzcombo
treitert de gestreken walsen die een ijsbaiiet moe-
ten ondersteunen. Daar vijzelen complete ploegen
m een wirwar van lampen, apparatuur en lijnen
aan een toneelvoorstelling om er een televisie-
het Jncht^fo1?8,»"- f" de acteurs die daarvan
!q? slachtoffer zijn, kennen op dat moment in
de hele wereld geen zwaarder beroep En daar
wordt voorts het plan geboren om binnen ander-:
halve week een film te presenteren over Katan-
ga. zes dagen vliegen, anderhalve dag filmen en
nog een paar dagen monteren en tekst schrijven.
Dat merkt men zo aan de buitenkant niet Wie
binnen zou willen kijken, wordt tegen gehouden door i
„faoB? r?r i naar het NTS-legitimatiebewijs I
vraagt. Dus komt met iedereen erin. Maar ook de
ffidonJ- oS een brok ..tv-city". Hij krijgt namelijk I
tiidens en na de uitzending een stortvloed van te-
lefoontjes, die vaak botte scheldpartijen zim
vooral als er storing is. Wat die man meemaakt is
ifjna elke avond een luguber boek. E
„Mijnheer kan dat niet ophouden?" „Mijnheer
(er is een filmpje over het Vaticaan aan de gang)
ik zie alsmaar ponnen. Wat moet ik daarmee'''
Ik wil boksen zien." „Mijnheer, ik gooi mijn toe'
stel op straat als dat niet beter wordt." Mijn-
W1^"UK°ph0uden met die film? Ik wii" natV
^ii"MTheer' weet u wel wat voor villi I
staat?" Vem 'S' d'e "0U op het scherm I
Ik zu'g echt niets uit mijn duim Portiers var,
w^anHn Ma^ (Td Vplaatet tegenlver lê I
waanzin. Meestal zegt de portier: „Misschien mag
hem UW !,0estel uit te draaien." En als j
man" ^.rc^.naar ;-de verantwoordelijke
beste nu, L-i i is er n'etl maar U kunt het
schriive^J *h£ Per hr,ef aan ons opsturen." Van E
schrijven komt het echter dan niet meer.
i DE HEER J. A. MIDDELHUIS, voor-
zitter van de K.A.B., heeft enige jaren
geleden voor zijn gezin een tv-toestel
aangeschaft. Hij ziet er zelf weinig van
j en vindt bovendien dat er te veel en te
zwaar gepraat wordt. Voetbal mag hij
graag zien en het journaal. Bij pro-
bleemstukken is hij gauw verdwenen,
De heer Middelhuis is huiverig voor
het zelf optreden. „Een rare bedoening,
Ik mag graag discussiëren in een ver-
gadering. Maar voor de televisie zie je
geen mens. Zelfs je zelf niet. Alleen.
maar draden, camera's en rompslomp.''
S. DE VRIES Jr. (bekend radioregis-
seur) heeft al vier jaren televisie en
i laat de keuze of hij naar radio zal luis-
teren dan wel naar T.V. zal kijken, af
hangen van kwaliteitssteekproeven".
Als oud-journalist zijn zijn interessen on
beperkt. Rechtstreekse reportage is d«
essentie van de televisie. S. de Vries
jr is hypergevoelig voor rolkennis en
regie. Als een speler gaat „gUjen" wordt
hl) zo nerveus dat hij het toestel afzet.
Voor TV-Spelen zal men een eigen re
pertoire moeten opbouwen, zoals de ra-
dio dat ook heeft gedaan. „En verder
dwingen de nabije microfoon en came
ra tot volkomen ander spel dan in net
theater. Er moeten bekwame en beziel
de regisseurs komen; geen lieden die
hun repertoire van stuntjes vertonen
als sollicitatie naar een film-regie. Een
voud is nog altijd het moeilijkst"
Overigens draagt S. de Vries jr. de
jonge T.V. een warm hart toe. Hij is
niet vooringenomen, maar wel zeer se
lectief. „Je moet nooit iets voor de mas
sa maken, maar altijd werken voor het
handjevol dat de fijnste nuances kan
volgen en waarderen."
Mgr. W. BEKKERS heeft wèl T.V.
Hij kijkt ais hij thuis is naar het jour-
i naai. Verder volgt hij als het enigszins
mogelijk is de voetbalwedstrijden en
„uiteraard" ook paardeneoncoursen,
alsmede „zeer bijzondere gebeurtenis
sen op het gebied van kunst en toneel".
„Ik moet me wat het kijken naar de
T.V. betreft sterk beperken -n kan over
de programma's moeilijk een oordeel
geven; wei heb ik het gevoel, dat er
een^stijgende lijn is", aldus Mgr. Bek-
De bisschop vindt de T.V. van enorm
nelang voor de voorlichting op allerlei
terrein, ook inzake het christelijk den-
ken bet kerkelijk leven. „Voor de
mentaliteitsvorming en als middel om
(le mensen de hogere waarden van het
leven bewust te maken lijkt me de T.V
enorm belangrijk", aldus mgr. Bekkers
„maar een overdadig uitzenden van
kerkelijke plechtigheden is beslist niet
wenselijk."
GUUS OSTER (toneeldirecteur tn
Amsterdam); „Al jarenlang ben ik een
enthousiast kijker, ja hoor het grot!
leven" bij mij in huis. Het hoort natuur
lijk tot jnijn vak. Ik kan niet vaak kijken
maar dan vertelt mijn vrouw wel wat
zo ffe^htSViS'a e televisie vind ik niet
zo slecht. Al die mensen die nog nooit
aiHi/mo "r hebben ge-daan, zitten
a Td meewarig te doen over de tele-
Vonl'aln?-ar dat 's tocb krankzinnig.
Voor dertig veertig gulden krijg je Gil-
tTJ ?ec? allas- een opera var G'.uck,
van een handelsreiziger en
Men tWat n0g meer over de vloer.
'!j'.te weinig erkentelijk voor grote
^ont PalLn ',e ÏP één week Schwarz-
k-rliA pdesus, Valente en Aznavour
In a ch lets bijzonders, dat dank
tuurlfik r5X'S'e ™ogeliik is Er zijn na-
tuuriuk ook veel slechte programma's.
hT. uv,nd ,lkook wel Rin. vooral als
ten 6 's- Dan zit 'k te genie-
LUITENANT-GENERAAL G. J. LE
FèVRE DE MONTIGNY chef van de
Generale Staf, heeft jeen televisietoe
stel. Hij heeft onk teen tijd om naar
televisie te kijken Een enkele maal
heeft hij bij anderen uitzendingen ge
zien, maar daarover kan hij geen enkel
HENK SUèR. oordeel vellen