Quadros' noodlot: streven
naar persoonlijk gezag
Brasilia, nieuwe hoofdstad
van fascinerend land
'ADEMA 21, aristocraat onder de stieren
D
Zes Amsterdamse Kunst
prijzen uitgereikt
PKJfNTA
Over de band
Al negen miljoen aan subsidies
Compromis inzake
Ben Bella c.s.
F
Toverstaf
ZATERDAG 18 NOVEMBER 1961
PAGINA 7
ijn kort verblijf in Brazilië
was zeker een der hoogte-
punten van mijn reis. want
Juist op dat ogenblik stond het
land een der ernstigste politieke
crises te wachten die het sinds
ang had gekend. Ik genoot het
Voorrecht persoonlijk kennis te
Fiaken met de voornaamste ver
tolkers van het drama dat zich
eokele uren later afspeelde. Op 25
Augustus werd ik door Quadros in
•to late namiddag in audiëntie
cntvangen, samen met Col d, onze
ambassadeur in Rio de Janeiro,
cn diezelfde avond maakte Qua-
r°s zijn ontslag bekend als pre
sent van de republiek.
BuITENLANDSE gen zouden openen
kroniek ming van hun
f' /,'y A v s
Brazilië heeft de laatste jaren drie
&ro':e presidenten gehad: eerst
Vargas, die president was van
Pleeoy) t"t 1945. Herkozen in 1950,
Volgt hij zelfmoord in 1954 tenge-
Pa?n Van een zeer 1>efige
cam-
van
door t' die te8en hem werd gevoerd
btian cerda' goeverneur van de staat
SpP) at?ara, die later een zelfde rol zou
Van in de crisis welke tot het ontslag
ty" President Quadros leidde. Vargas
bet eminent staatsman. d'e..vooral
eigJPuheid verwierf dank zij zijn so-
2e e bemoeienissen en die Brazilië een
progressief stelsel van sociale voor-
Zie^en bezorgde,
rvubitschek, die in 1956 president
De Finse president. Kekkonen,
"eelt vorige maand in Washington
Verklaard, dat het voor zijn land ge-
vaarlijk zou zijn de belangen van de
"Ovjet-Unie te negeren. Sinds 1939
z'jn de Finnen twee keer met de Rus-
8en in oorlog geweest, en in beide ge-
vaIIen heeft Finland zwaar moeten
koeten voor zijn gewapend optreden
legen de Sovjet-Unie. Finland, dat
een lange gemeenschappelijke grens
keeft met Rusland, probeert met Mos-
6°e(je voef te blijven zonder
ee?3 ^ov'et-satellietstaat te worden,
lil Ru^lsche premier oefent de
e tijd vvel zeer sterke druk uit
j innen, onder het voorwendsel
dat zowel Finland als de Sovjet-Unie
D( - zouden worden door het
mmhliiirisme van West-Duitsland.
P 30 oktober heeft Khroesjtsjev, in
-en nota aan de Finse .regering, vöor-
gesteld dat de heide
landen besprekin-
voor de bescher-
VJ grenzen. Dit zou
uitgelegd kunnen
j urc'en als een eufemisme voor de eis
"at F' i i i I
1 'nland zich militair nauw zou
h^P'en verbinden met de Sovjet-Unie,
kf-tfCen kef einde zou kunnen bete-
-6|} van de Finse neutraliteit.
n
land °mpt Z'U m'n'ster van Buiten-
kf) C Se Zaken, Karjelainen, naar Mos-
krj- ^eruggestuurd om opheldering te
2e over het Sovjet-standpunt. De
gel ejre'nverkenning heeft tot gevolg
vr 'lc*: dat Kekkonen dinsdag ver
hop F Par'ementsverkiezingen aan
Vfit e" Dit is toen algemeen opge-
die ,S een concessie aan Khroesjtsjev.
ken 2t,n ongerustkeid had uitgespro-
Vg °[Ver ket weinig stabiele karakter
Op f' Finse politiek. Finland heeft
rin ogenblik een minderheidsrege-
s6p^ Van de Boerenpartij, en de Rus-
Zouden een regering op bredere
onen heeft vorige week zater-
asis
Vi>0 d
wensen, liefst met deelneming
\ve||.C'f Cor>iinunisten. Kekkonen heeft
d0or'1 de hoop gekoesterd dat hij
Spfpi. Ze concessie de militaire be-
k0p 'n6en met Rusland, waar Mos
kurinl"1 "evraa?d had, voorlopig zou
hpeF yj d°en uitstellen. Maar gisteren
eisl skou onmiddellijk overleg ge-
c^e Finnen, die nu dus hoe
Bedr °e meer in ket nauw worden
"everr.
lijf '"ens wordt het steeds duide-
getl ^a' de Russische waarschuwin-
°ok a',een tot de Finnen, maar
N' 'r kun ooofden heen. tot de
Mosk 1 Denen zijn gericht,
gep I U ',r°keert Oslo en Kopenha-
j '"titnideren met de verklaring
v°p|t P ^0Viet-FJnie zich bedreigd
Kl,r0f a" ^aar Scandinavische flank,
keicl i'S'ev wi' voorkomen dat de
kun", andinavische NAVO-staten
Verstei|. 'en me^ ®onc^srePukliek
en F) en k'j zou ook de Noorse
stan I C ?!eun aan ket Westerse
WiIIpPU tr 'n Berhjnse kwestie
n ondermijnen.
k^hrop1 U'1" eisen inzake Berlijn heeft
geonp J 'eV fe" recktstreekse aanval
NAVO °Yt Bondsrepubliek en de
"an F- l I'' Z'U waarschuwingen
Cd nland Speelt kij ket over de
werd, was ook een groot staatsman.
Hy stichtte Brasilia, de nieuwe ultra
moderne hoofdstad van het land, en
gaf aan Brazilië de nodige economische
impuls: dit ten koste van een gewel
dige inflatie waarover ik later zal schrij
ven. Hieromtrent zei hij bij herhaling
dat de financiële orthodoxie geheel on
verenigbaar was met een economische
politiek van structurele expansie, die
Brazilië dringend nodig had.
De derde grote president van de Ver
enigde Staten van Brazilië was Quadros
zelf, die op 31 januari 1961 aan het be
wind kwam na een schitterende verkie
zingsoverwinning.
Zodra hij het bewind in handen nam,
streefde Quadros ernaar zijn eigen
'.tempel op de regeringspolitiek te
drukken en dit met de bedoeling
de massa's te beïnvloeden en bewust te
maken van de noodzaak van inspannin
gen en offers. De financiële toestand
was inderdaad allesbehalve schitte
rend, hoewel 's lands economie in vol
le expansie verkeerde.
De inflatie had verontrustende, ja
catastrofale afmetingen aangenomen
en de munt moest dringend gestabili
seerd worden. Zijn inspanningen op dit
gebied werden met succes bekroond.
Quadros voerde een zeer bijzondere
regeringsmethode in, die hierin bestond,
dat aan de hoofden van departementen
duidelijke en nauwkeurige richtlijnen
werden verstrekt in de vorm van „Bil-
hete". Wegens deze nota's kwam Qua
dros in de „gulden sproke" van de po
litiek terecht. Zij werden in de pers
bekendgemaakt om de presidentiële po
litiek te propageren en om aan te to
nen dat he' staatshoofd persoonlijk en
daadwerkelijk het gezag wenste uit te
oefenen. Zij getuigen trouwens van een
verrassende activiteit en van een bui
tengewone arbeidskracht van Quadros,
die bedoelde nota's niet alleen zelf op
stelde maar dikwijls eigenhandig telex-
te. Honderden van deze „Bilhete" wer
den openbaar gemaakt en ze bestrijken
het hele domein van de nationale acti
viteit.
Het uitgesproken plan een persoonlijk
gezag uit te oefenen kon niet anders dan
reacties uitlokken. Dit zou een der oor
zaken van Quadros' val zijn.
Ret meest betwiste aspect van zijn
politiek optreden was in feite zijn
buitenlandse politiek, geken
merkt door een duidelijke toe
nadering tot de landen van het Ooste
lijk blok.
Quadros heeft zich hieromtrent dui
delijk uitgelaten bij zijn eerste bood
schap aan het Congres, ter gelegenheid
van de opening van het parlement:
„Brazilië maakt deel uit van de vrije
wereld", zei hij. De Brazilianen zullen
dit fundamentele feit nooit uit het oog
verliezen. De ideologische opvatting
van Brazilië is Westers en deze zal niet
veranderen, ook al heeft de regering be
sloten een meer actieve en een meer
zelfstandige internationale politiek te
voeren."
Toen hij in functie trad bevestigde hij
reeds ondubbelzinnig zijn wil de betrek
kingen van Brazilië met de landen van
het Oostelijk blok uit te breiden, maar
terzelfdertijd omschreef hij de juiste
draagwijdte en de ware betekenis van
deze betrekkingen. „Geen enkele ideolo
gische tegenstelling", zei hij is onver
enigbaar met een politiek van oprecht
samenleven, van ware coëxistentie."
Ik denk dat er geen twijfel mogelijk
is omtrent de werkelijke doeleinden van
Quadros, die door zijn toenadering tot
het Oosten misschien een verhoogde
druk wilde uitoefenen op de leiders van
de Verenigde Staten, die trouwens spoe
dig Stevenson naar hem toestuurden.
Tijdens de eerste maanden van zijn re
gering gaf hij zich echtei zozeer aan
vriendschapsbetuigingen tegenover de
communistische landen over, dat hij zijn
eigen publieke opinie in feite zeer
„rechts" gezind begon te verontrus
ten en zij zijn persoonlijke en autori
taire beleidsmethoden aan de kaak stel
de.
In dit verband dient opgemerkt dat
hij in een tijdsbestek van zeven
maanden zijn voornemen te kennen
gaf de USSR te erkennen en de toe
lating van communistisch China tot de
UNO te steunen; dat hij een missie naar
communistisch China stuurde, onder de
leiding van vice-president Goulart; dat
hij de vertegenwoordigingen van Ooste
lijke en niet-officieel erkend landen aan
vaardde, met name die van Albanië, Bul
garije, Hongarije en Roemenië; en ten
slotte dat hij in Rio de Janeiro een
Russische ,,goodwill"-zending ontving
die de officiële erkenning der Sovjet
regering moest voorbereiden. Bij het
verlenen van de versierselen van het
Zuiderkruis aan de leden van deze zen
ding zei Arinos, Braziliaans minister
van buitenlandse zaken, dat hij „met
ontroering" de vertegenwoordigers van
de Sovjetunie, „die het Braziliaanse
volk bewonderde en waardeerde", ver
welkomde.
Hij ontving in triomf Gagarin; op de
Panafrikaanse conferentie van Punta
del Este ten slotte, werden de waarne
mers getroffen door de zorg van de
Braziliaanse afvaardiging om door dik
e" dun de Cubaanse afgevaardigde,
„Che Guevara, te steunen en om een
toenadering tussen hem en de andere
Latijns-Amerikaanse ifvaordig'ingen te
bevorderen.
Maar de toekenning door Quadros
van de versierselen van het „Groot
kruis van de Orde van het Zuiden",
het hoogste Braziliaanse ereteken, aan
„Che" Guevara, minister van finan
ciën en industrie van de Cubaanse re
gering, deed de maat overlopen. Gue
vara was voorzitter van de Cubaanse
delegatie op de Panamerikaanse con
ferentie. De ernst van dit geval werd
nog onderstreept door het feit dat Bra
silia niet precies op de reisroute ligt
van Punta del Este naar Havana en
dat het hartelijk onthaal van de Cubaan
se leider aantoonde dat deze plechtig
was uitgenodigd door de Braziliaanse
president.
De buitenlandse politiek van Qua
dros, zoals deze was omschre
ven in de boodschap van de pre
sident, was zeker volledig te ver
dedigen en ze werd op dat ogenblik
trouwens door niemand aangevallen
Maar het dient toegegeven te worden
dat, op het politieke vlak, de verschil
lende vriendschapsbetuigingen aan de
landen van het Oostelijk blok elkaar
sinds zijn ambtsaanvaarding in zulk een
snel tempo opvolgden, dat ze de pu
blieke opinie móésten verontrusten. De
ze was immers anticommunistisch ge
bleven.
In deze omstandigheden sprak Lacer-
da, goeverneur van de staat Guanabara
en fervent tegenstander van de presi
dent, op 24 augustus 's avonds, voor de
televisie, een buitengewoon heftig re
quisitoir uit tegen de regeringspolitiek:
„Ik weet dat de grondwet aan de pre
sident van de republiek de verantwoor
delijkheid voor de buitenlandse politiek
van het land toekent," zei hij. „Maar het
is onaanvaardbaar in een democra
tisch land dat één man zich het recht
toeeigent deze politiek naar zjjn hand te
zetten."
Verder stelde Lacerda vast: „De pre
sident is bereidwilliger tegenover de
communistische dictaturen dan .tegen
over de democratische landen, de
traditionele vrienden van Brazilië. In
werkelijkheid staan we voor een schan
dalige instemming van Brazilië met
idealen die we verafschuwen en die de
meeste Brazilianen tegen de borst sto
ten." Lacerda beschuldigde de president
er verder van een persoonlijke buiten
landse politiek te voeren in strijd met
de wil van het volk en een staatsgreep
voor te bereiden om zijn „dictatuur te
vestigen."
Dezelfde avond, omstreeks 23 u., dien
de Quadros ontslag in en liet hy een
boodschap achter, die veel overeenkomst
vertoont met die -an president Vargas,
vóór deze zelfmoord pleegde. „Ik ben
overwonnen door de reactie", zei Qua
dros in zijn boodschap. „Ik stel de mis
lukking vast van mijn poging om dit
land naar zijn eigenlijke politieke en
economische ontvoogding te leiden, de
enige die zijn werkelijke vooruitgang en
de sociale rechtvaardigheid kan verze
keren waarop dit volk recht heeft."
Het is steeds moeilijk de waarheid
te achterhalen. Sommigen bewe
ren dat de toespraak van Lacer
da een gedeelte van de Brazi
liaanse autoriteiten ernstig verontrust
te. Deze zouden het op zich hebben ge
nomen de president te dwarsbomen, die
zij ervan verdachten dat hij een met
de Braziliaanse belangen strjjdige bui
tenlandse politiek voerde en dat hjj een
dictatuur wilde vestigen.
Dit laatste moet met een korrel zout
worden genomen, want volgens bepaal
de geloofwaardige bronnen zouden de za
ken zich anders hebben voltrokken. Hef
lijkt juister te zijn te zeggen dat de pre
sident verontwaardigd door de aanval
len van Lacerda, bepaalde autoriteiten
had ontboden en met name de mili
tairen die deel uitmaakten van zijn re
gering, om maatregelen te treffen tegen
Lacerda en zijn campagne. Deze maat
regelen waren ofwel de aanhouding van
dc onstuimige goeverneur. ofwel het
toegangsverbod tot de studio's van de
televisie.
De gesprekspartners van de president
gingen hierop niet in, omdat volgens hen
de wettelijke voorwaarden niet vervuld
waren; men moest inderdaad eerst de'
toestemming hebben van het parlement,
en daarna een gelijk evident bevel doen
uitvaardigen door de regering van de
staat Guanabara. tenzij men vooraf er
kende dat de regering in de materiële
of morele onmogelijkheid was zulk een
beslissing te nemen.
Bij de weigering van de autoriteiten
de nodige maatregelen te nemen om
de president van de republiek te be
schermen tegen de ondermijningscam
pagne, zou Quadros tot zijn ontslag heb
ben besloten.
liJ as hij onder de invloed van een
Y%J „break-down", een plotselinge
v f psychische inzinking? Het is
niet uitgesloten. Hoewel hij me bui
tengewoon zelfverzekerd leek te zijn tij
dens de audiëntie, die hij me toestond,
moet men er rekening mee houden, dat
de president overspannen was en dat
h\j de eerste maanden van zijn president
schap een berg werk had verzet.
Maar sommigen, die hem goed kennen
en die zich de verkiezingscampagne her-
AcLvertentie
(2 jaar verzekerd tegen verlies en diefstal
inneren tijdens welke hij op zeker ogen
blik zijn candidatuur voor het president
schap scheen te willen intrekken ten
einde druk uit te oefenen op zjin mede
kandidaten, vragen zich af of Quadros
bij het bekend maken van zijn ontslag
in feite niet hoopte óp een massabewe
ging te zijnen gunste,, die hem terug aan
het bewind zou brengen met uitgebreide
volmachten en nog meer gezag bekleed.
Indien dit het doel van de president is
geweest, werden zijn verwachtingen erg
teleurgesteld, want de openbare opinie
keurde zijn ontslag ten stelligste af.
Het staat echter vast en dienaan
gaande kan ik persoonlijk getuigen
dat de president vier uur vóór zijn ont
slag niet het plan had zich uit de poli
tiek terug te trekken om zich te wpden
aan de „taak van advocaat en profes
sor", zoals hij het in zijn boodschap
uitdrukte!
RAYMOND SCHEYVEN
Het Nederland
se rundvee
heeft in het
buitenland
een goede naam. De
koeien, rood- of
zwartbont, worden
er hogelijk geprezen
om hun indrukwek
kende melkproduk-
tie en beste vetge
halte en de stieren
gelden er zonder
meer als coryfeeën,
heren met allure,
volkomen berekend
voor hun belang
rijke taak, die de
Insiders heel om
zichtig „het verrich
ten van vele goede
werken" noemen.
Het feit, dat dezer
dagen bij het mor
genkrieken vier van
deze mannebroe-
ders, jong nog wel
iswaar maar veelbe
lovend, midden in
het Westfriese land
begonnen aan een
lange reis naar Bra
zilië, mag dan ook
bepaald niet als een
exceptie gelden. Toch
hadden deze dieren
onze bijzondere be
langstelling, zoals
zij daar met de
waardigheid van hun ras. de spierwit
te halsters om de markante koppen en
de flanken keurig afgeboend, de hou
ten opgang van de veevervoerwagen
opstommelden. Het kleed, dat hen
zorgzaam over de rug was gelegd,
droeg het opschrift Woudhoeve, de
naam van de eerbiedwaardige, typisch
Noordhollandse puntdakboerderij in
Oosterblokker,
Daarvoor is Adema 21 van de
Woudhoeve verantwoordelijk, een
droom van een stier, een aristocraat
onder de zijnen, vermeld in het gebe
nedijde vaderlandse Rundvee Stam
boek met het bijna onwaarschijnlijk
hoog aantal punten van A B. 90 en
jarenlang drager van de uitzonderlijke
eretitel: preferent der eerste klasse.
Adema 21 van de Woudhoeve leef
de van 17 februari 1946 tot 16
november 1960, bijna vijftien
jaar dus waarin hij rusteloos
bouwde aan ziin indrukwekkende staat
van dienst. Éen jaar geleden ver
dween deze „gouden bul" uit het le
ven. Het was wel geweest. Het einde
werd ook voor hem de slachterij.
Maar wat gaf dat; zjjn naar- was al
voorgoed gevestigd. De mensen, die
zich hem uiteindelijk in de vorm van
smeuïge runderlapjes goed lieten sma
ken, wisten niet wat zij deden. Je kunt
nu eenmaal geen kampioenen proe
ven... Maar zij die hem kenden, heb
ben op passende wijze zijn nagedach
tenis geëerd met een fraai bronzen
standbeeldje van de Amsterdamse
beeldhouwster Jant Sa wade-Smit, dat
nu twee maanden geleden onthuld werd
in Svjbekarspel, vlak voor het stieren
station van de coöperatieve vereniging
voor kunstmatige inseminatie „De
Vooruitgang." Hier heeft Adema 21
van de Woudhoeve een belangrijk deel
van zijn grootse loopbaan doorge
bracht en hier is het ook dat men in
een speciale diepvrieskluis (bij een
Het standbeeld van de legendarische Adema 21.
temperatuur van 70 tot 80 graden on
der het vriespunt) met grote nauw
keurigheid waakt over het „levens
elixer" van deze mannetjesputter, zo
dat eigenlijk zijn rol als stamvader
nog bij lange na niet is uitgespeeld.
Meer dan achtduizend kinderen, waar
van 18GO zonen en 4200 dochters by
het Nederlands Rundvee Stamboek ge
registreerd, velen als zogenaamde
„definitieven" die ook in de prijzen
vielen, telt reeds het nakomelingen
schap van Adema 21 van de Woud
hoeve. En deze omvang is dus nog
niet definitief bepaald, nu in het ka
der van de vergevorderde K.I.-tech
niek vanuit Sijbekarspel regelmatig
kleine, speciale diepvriespakjes wor
den verstuurd, naar hen die het bes
te van het beste willen brengen bü dat
waarvan zij grote verwachtingen
koesteren.
e 66-jarige Arie Ruyter, die
thans samen met zijn zoon Sjors
regeert over de naam en de
faam van de beroemde Woud
hoeve, heeft zijn leven lang tus
sen de stieren gezeten, er wel meer
dan vijfhonderd gefokt van hele beste
tot goede toe. Adema 21 van de
Woudhoeve was daarvan de aller
grootste; natuurlijk, zo'n dier is ook
een uitzondering en in de herinnering
van Arie Ruyter leeft deze Adema
die hij nooit heeft willen verkopen
voort als een verrukkelijke droom, als
het zeer evenredig gebouwde, recht
en edel gelijnde, adelijke dier, zonder
gebreken en met een paar benen zo
als je ze nooit meer zult zien. Daar
de Friezen, die nog altijd zweren
bij hun Adema 197, de beroemdste
stier die Nederland ooit bezat, het
dier omschreven als „wat te zacht,
iets te vrouwelijk in de achterhand
en niet diep genoeg", was maar ja
loezie. Nee, voor Arie Ruyter blijft
Adema 21 van de Woudhoeve de aller-
AMSTERDAM, 17 nov, De wet
houder voor de kunstzaken, mr. A, de
Roos heeft vanavond tijdens een bui
tengewone vergadering van de Am
sterdamse Kunstraad in de aula van
het stedelijk museum de oorkonden uit
gereikt behorende by de door de ge
meente Amsterdam in 1960 en 1961 toe
gekende zes prijzen op het gebied van
de literatuur, het toneel en de archi
tectuur.
De romanprijs 1960 werd toegekend
aan Simon Vestdijk voor zijn in 1959
verschenen roman „De Ziener". De
drie poëzieprijzen 1960 werden toege
kend aan de dichter Paul Rodenko
voor zijn bundel „Stilte, woedende trom
pet", Chr. J. van Geel voor zijn in het
tijdschrift „Tirade" gepubliceerde ge
dicht „Een Zomerdag" en aan Cees
Nooteboom voor het vers „Ibicenzer
gedicht" uit de bundel „Koude Gedich
ten". De toneelprijs 1960/1961 („De
Albert van Dalsumprijs") kreeg de
actrice Elly van Stekelenburg, voor
haar vertolking van de rol van de we
duwe Lauwereijssen in het toneelstuk
„Lijmen", naar een toneelbewerking
door Manuel van Loggem van de ro
mans „Lijmen" en „Het Been" van
Willem Elssehot. De architectuurprijs
1961 werd verleend aan de architect D.
Slebos voor de architectonische verzor
ging van het wisselwachtershuisje van
het gemeentevervoerbedrijf op het Sta
tionsplein
De nieuwe voorzitter van de Am
sterdamse Kunsraad, mr. B. A. van
Schaik, zei dat de totale uitgaven voor
de kunst ten laste van de hoofdstad in
1948 rond f 1,9 miljoen bedroeg en dat
nu daarvoor op de begroting voor 1962
een gedrag van meer dan f 9 miljoen
voorkomt. Veel daarvan nl, f 7 mil
joen gaat naar grote instellingen en
aldus mr. Van Schaik, „wij zijn daar
bij terecht gekomen bij een probleem
dat de aandacht vraagt. Dit vraagstuk
ontstaat doordat de overheid per defi
nitie conformistisch is, sommige grote
kunstinstellingen de neiging tot con
formisme hebben en de kunst bijna per
definitie non-conformistisch is".
De voorzitter zei dankbaar te zijn
dat voor toneelspelers een behoorlijke
salarisregeling tot stand Is gekomen,
waarin Amsterdam haar aandeel be
taalt. „Ik zou bijzonder graag zien,
dat voor het ballet een salarisregel'.ng
tot stand kwam. Maar achter die wen
sen rijst bij mij de dwingende waar
schuwing dat het kunstbeleid tot deze
vorm van subsidiëring niet beperkt
mag blijven".
23 A J* "-U-.
De trotse fokker
Een breed lachende Elly van Stekelen
burg, die de oorkonde behorende bij de
haar verleende „Albert van Dalsum"-
prijs èn een Biedermeyer-ruikertje vast
in de handen houdt.
PARIJS, 18 nov. (UPI) Het pro
bleem van de in hongerstaking zijnde
Algerijnse rebellenleiders in Frankrijk
schijnt een oplossing te naderen door
een compromis, volgens hetwelk Ben
Bella en de zijnen zullen worden over
gebracht naar een kliniek, die tot „Ma
rokkaans gebied" zal worden verklaard.
Dit compromis-plan werd gisteren be
kendgemaakt op een persconferentie in
Pai'ijs, gehouden door de drie Marok
kaanse ministers die naar de Franse
hoofdstad zjjn gekomen om over de
vrijlating van Ben Bella te onderhande
len.
DELFT, 16 nov. Kand. vliegtuig-
bouwk. ing.G. R. Smit, Hoogeveen;
Ingenieursex. civiel ing.: J. H. A. Ber
denis van Berlekom, Bilthoven, J.
Boelhauwer, Hilversum, J. A. Bonink,
Den Haag, G. W. M. Dijkers, Breda,
P. J. de Geeter Den Haag, M. Ge
leedst, Alblasserdam, J. H. Heijm, Am
sterdam, G. G. Jelles, Overveen, N.
Jonkhof Delft, M. V. Julius, Den Haag,
H. P. Kaag, Haarlem, J. L. de Kievit,
Zwijndrecht, G. J. J. van der Knaap,
Honselersdijk, J. Krabbendam, Haar
lem, H. Lemstra, Leeuwarden, G. Of-
fringa, Delft, J. Schuitema, Nootdorp,
W. Vissen, Driebergen, C. J. Vos, Am
sterdam, W. C. Vos, Rotterdam, A. J.
van der Wilt (Kampen); ingenieursex.
mijning.: J. J. de Boer, Overveen, A.
C. R. Ketelaar, Amsterdam.
ROTTERDAM, 17 nov. Ned EC.
Hogeschool kand. economische weten-
sch.: mej. N. Kroes uit Rotterdam en
de heren C. Dekker, Rotterdam, P. M.
Tooien, Wassenaar, J. F. B. Nuboer,
Rotterdam en B. Althuizius, Heemste
de; doet. economische wetenschappen
de heren: L. M. W. van Oosterom, Rot
terdam, F. A. Lensing, Den Haag en
A. J. H. Otten, Rotterdam.
AMSTERDAM, 16 nov. Bevorderd
tot arts mej. L. H. Verbeek en de he
ren J. N. Janbroers, A. J. Geerlink,
H. Adriaans, O. H. Krull en C. V. M.
Jurgens, Amsterdam.
Geslaagd voor het artsex. Ie ged.
mej. E. M. M. de Vries en de heren
P. J. W. M. Staal, G. Hooiveld, G. J.
J. Mol, L. C. H. Opmeer, Y. A, P. M
Specken, Amsterdam en J A. Roose,
Koog a. d. Zaan.
AMSTERDAM, 16 nov. (V.V.U.)
Franse taal en ietterk.: R. Christiaans,
Middelburg.
UTRECHT, 16 nov. Kand. genees
kunde: R. Drop, Amersfoort, N. Evan-
ger, Utrecht, H. J. L. Hattink, Wijckel,
D. van Hilten, Baarn, J. Hoogerwerf,
Leiden, W. L. M. Meuwissen, Bruns-
sum, C. J. H. Meyerink, Hattem, M.
J. P. Straub, Kloetinge; kand. Engelse
taal en ietterk.: D. Witteveen, Biltho
ven, pnej. A. Braakman, Almelo; kand.
Franse taal en Ietterk.: mej. M. A. M.
Laumans, Eindhoven.
in de stierenstal.
beste en hij betwijfelt of hy ooit zo'n
stier in zijn gelederen zal terugzien.
Wij ontmoetten hem bij de vroege
koffie in zjjn riante bungalow te Oos
terblokker, schuin tegenover de Woud
hoeve, waarin nu zijn zoon Sjors
woont. De rundveefokkerij is zijn lust
en zijn leven en hjj bekent eerlijk,
dat hy zonder dit het boerenleven al
lang vaarwel had gezegd. Een won
derlijke, energieke man, zoals hij even
later zijn stieren ging wegbrengen,
zwaaiend met zijn witte wandelstokje
waarmee hy hen kleine, speelse klap
jes op de flanken toediende. Iedere
morgen vroeg op. „Vijf of zes uur,
het doet me niets. Als het wekkertje
ratelt, schieten myn benen er al uit.
Ik hou van aanpakken. We hebben
hier een druk bedrijf." Arie is een
vlot verteller. Het geheim van ziin
grote prestaties op het gebied van de
rundveefokkery is zoals wij het be
grepen hebben nogal erg eenvoudig:
„Van de beste komen de beste". Een
belangrijk onderdeel is dus de kennis
van de verschillende stambomen. Je
moet dus goed weten wat je doet en
er zeker van zijn, dat de vader en
de moeder van goeden huize komen.
Dan moet je ook je intuïtie een kan»
geven. Een dosis geluk hoort er bij.
Dat hebben wij bij Adema 21 van de
Woudhoeve ook gehad, al zat de kan»
er natuurlijk dik in. De naam Ade
ma zegt in dit verband genoeg, zoal»
nummer 21 geboren werd als een in-
teeltprodukt op zijn beroemde groot
vader Oldambster Adema 1, die in
zijn tijd door het leven ging met de
eervolle opmerking: „Te mooi om
waar te zijn". Ondanks zijn tempera
ment bleef Adema 21 voor my een
makke bul, een stier die koppies gaf
en altijd wist wie van ons tweeën de
baas was. Kijk, als mijn Adema 29
niet een plotselinge inzinking had ge
kregen, had hij de prestaties van nr.
21 wellicht overtroffen. Ik bedoel maar,
dat er allerlei onzekere factoren een
rol blijven spelen." Arie Ruyter
praat erover met het gemak van de
kenner. Hij componeert in bloedlij
nen, nu eens zeer intensief, dan weer
erg subtiel, maar altijd met een won
derlijke precisie. Hij heeft het in zijn
vingers. In veefokkerskringen waar
ook ter wereld is hij de gevierde man,
zit hy aan het hoofd van de tafel. Toen
Italiaanse bewonderaars naar zijn
Adema 21 van de Woudhoeve kwa
men kijken, namen zij voor het betre
den van de stal hun hoed af en pre
velden eerbiedig „signor". Het stem
pel van de Woudhoeve wordt duur be
taald, dat is duidelijk.
We komen op het gebied van zijn
buitenlandse ervaringen. Arie Rnyter
glimlacht bijna verlegen, In zyn die
pe clubfauteuil. Hij is in vele landen
geweest. Van Zweden en Denemar
ken tot Italië en Spanje toe. Van Zuid
tot Noord-Amerika. Met de Maxioaan-
se stierenkenner Antonio Jaguno was
hij dik bevriend. De man is overleden,
maar Arie Ruyter bewaart aan hem
heel dierbare herinneringen. „Ik ben
in 1926 bij hem op bezoek geweest.
We konden samen dagenlang een en
dezelfde stier bekijken. De eerste dag
bestudeerden we de kop, de tweede
dag de poten, de derde dag de rug,
enz., enz., en dan maar praten en
kijken. Soms verschilden we van me
ning, maar dan bleven wij elk op ons
standpunt staan en als dan later
bleek, dat Ik gelijk had vloog hij me
om de hals. Hij wist veel van de
Hollandse stieren af, bezat ook tien
tallen beschrijvingen en foto's van
hen. In zyn eigen privéloge heb ik
ook eenmaal het stierenvechten ge
zien. Het was de eerste en de laatste
keer. Na drie gevechten ben ik eruit
gerend, op van de zenuwen. Ik werd
zo ontzettend nerveus als ze die ban-
derillos in de nekken stootten...."
Het grote avontuur van Arie
Ruyter lykt nog lang niet ten
einde, zoals het componeren in
bloedlijnen voor hem onvermin
derd een felle hartstocht is.
Hij gaat door, ook met kijken en le
ren. Op elke belangrijke markt kan
men hem zien, kaarsrecht en met zijn
onafscheidelijke witte stokje, mis
schien wei de toverstaf van het hele
oeuvre. Zijn ogen gaan er spiedend
rond, op zoek naar formidabele stie
ren en zij kunnen hem niet bedriegen.
Als een stier uitstaande poten bezit,
weet hij dat die de zogenaamde Fran
se stand heeft en dat daaraan onver
brekelijk de losse schouders zijn ver
bonden. Je moet nooit fouten bij el
kaar brengen, is zijn vaste stelregel
en dus heb je zoiets ook meteen te
zien. Dan ben je dus ook verplicht
goed op te letten. Laatst stond er een
vroegere knecht van me op de Hoorn-
se markte met drie gewone melk
koeien. „Hoe vindt u ze, is het wat?"
vroeg hij me. „Ik heb hem er geen
antwoord op kunnen geven. Ik kijk
nooit naar gewone marktkoeien. Ik
kijk naar stieren, het liefst naar
prachtige, niet te vlezige types. Lang
van stuk als het kan, want die hebben
een goede produktie. Eenmaal van
mij, komen ze niet uit mijn aandacht.
Zelfs het voedsel stel ik zelf samen,
bij voorkeur zoveel mogelijk soorten
door elkaar, zoals lynmeel, maïsmeel,
grondnoten en soja". Het gesprek
werd afgebroken, plotseling en abrupt.
Arie Ruyter moest weg met zijn vier
dure stieren. Een „gouden lading" in
de kille ochtendnevel boven West-
Friesland. Wij zijn op onze tenen de
Woudhoeve binnengeslopen. Nu hier
jaarlijks bussen vol belangstellenden
uit binnen- en buitenland stoppen,
go IJ dit ook voor ons als een soort
pelgrimage. De zoon Sjors stond zo
vroeg als het was druk in het Engels
te confereren met een Portugese vee
arts achter de ruggen van een paar
forse beesten. Daarom draaiden wij
wat eenzaam rond in de grote vesti
bule vol bekers en medailles en foto's
van de louter grootmeesters, die ooit
plaats hebben gehad in de lange stal
met zyn penetrante geur en zijn ber
gen voedsel. De jonge mevrouw
Ruyter heeft ons het dikke gas
tenboek in de handen gedrukt. Zij
wees ons enthousiast op de foto van
het koninklijk paar, genomen by hun
bezoek aan de Woudhoeve. Wij voor
ons werden vooral getroffen door dat
ene zinnetje van een jonge kenner uit
het Limburgse Wynandsrade, die op
29 november 1949 in opperste verruk
king neerschreef: „Op doortocht van
mijn huwelijksreis kon ik niet nalaten
ook een bezoek te brengen met mijn
vrouw aan het schone fokbedrjjf van
Ruyter."
Tientallen medailles en bekers.