Reinigingiedere dag in de
sfeer van de schoonmaak
HAARLEM nog niet de
schoonste stad des lands
I
UNS SOUCIS
Henri Bende
Wat is er in een stad als
Haarlem al niet te reinigen
Zilveren Bloei 1
van Haarlem
de
ONDANKS AFVOER VAN ZESTIGDUIZEND
TON (HUIS)VUIL PER JAAR
PAPIERBAKJES
IN HAARLEM
-EEN SUCCES-
mmmmmmmsmm
V oorlichtingsavond
Haarlemse Reddings-
Brigade
VERBREDING DUIN-
LUSTPARKWEG
Verloren zaak
Waarom nou)
M
Ander werk
Dit jaar plaatsing
van nog 30 bakjes
Bloemendaalse bejaarden
houden wintersamen-
komst
f5150.- Fa. E. DE GRAAFF f 5380.-
ZATERDAG 13 JANUARI 1962
PAGINA 3
s Haarlem een vuile stad?" De directeur
van de Gemeentelijke Reiniging, de heer
R. Eikendal, beantwoordt onze vraag zon
der aarzelen. „In vergelijking met vele andere
steden niet", zegt hij, „maar de stad is mij nog
niet schoon genoeg". Aan de hand van de feiten
toont hij aan, dat de Haarlemmers toch slordiger
zijn dan hem lief is, hoewel hij te vriendelijk en
menselijk is om de banvloek over de „vervuilers"
uit te spreken. Hoe gemakkelijk, en meestal onbe
wust, gebeurt het niet, dat iemand een prop
papier op straat gooit? Daar is geen kwade wil bij.
Niettemin is er veel organisatie voor nodig om de
stad schoon te houden en het ideaal van een nette
Hollandse stad waar te maken. Een moeilijk
geval in deze tijd van personeelstekort. Groningen
bijvoorbeeld heeft de naam, een zeer schone stad
te zijn. Maar het heeft als weinig andere steden
het voordeel, voldoende arbeidskrachten te kun
nen aantrekken. In het Westen is dat moeilijk.
Zeker bij de Reiniging, waar niet iedere taak even
aangenaam is. Toch mag de heer Eikendal niet
klagen. Hij doet dat ook niet. Momenteel heeft
hij slechts acht vacatures. En dat voor een dienst,
die niet alleen iedere dag in de sfeer van de
schoonmaak leeft, maar waar ook het gemeente
lijk Centraal Vervoer ondergebracht is en de Ont-
smettingsdienst. Daar zijn dagelijks 120 mensen,
onder wie 21 administratieve krachten, voor in
de weer.
Rijwielpad van Zandvoort
tot Viersprong
IN
Paard en wagen zijn reeds lang afgedankt. De moderne vuilnis
autodie op de geüniformeerde emmers is „ingespeeld"is een
vertrouwd beeld geworden in Haarlems straten.
Geen romantischewel een boeiende plaat van de v uitstorting in de schuiten, die het afval met tonnen
tegelijk de stad uitvaren naar veenderijpiassen on der de rook van Amsterdam. De auto's van de
Gemeentelijke Reiniging rijden af om de buit b innen te halen en aan om zelf ook kwijt te raken,
wat de Haarlemmer zo graag kwijt wil.
KONINGINNEWEG 44-48 - HAARLEM - TELEFOON 13609
iiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii»iiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiMiiiiiiiiiiir
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
Onze fluitende vriend de straat
veger liet voor de fotograaf verstek
gaan, maar een zijner collega's de
monstreerde met hetzelfde genoe
gen, hoe iedere dag de straat schoon
gehouden moet worden. En natuur
lijk het papierbakje geleegd.
HAARLEM, 12 jan. In de korte
ijsperiode van enkele weken geleden zijn
weer veel mensen door verdrinking om
'het leven gekomen. Om het aantal
slachtoffers in de toekomst zoveel mo
gelijk te beperken, stelt de Haarlemse
Reddings Brigade voor zo spoedig mo
gelijk een voorlichtingsavond te orga
niseren met de besturen van wijkcomi-
té's, buurtverenigingen, speeltuinvere
nigingen en personeelsverenigingen. Op
deze avond wil de Reddings Brigade
laten zien, hoe men met eenvoudige
middelen hulp kan verlenen bü ijsonge-
vallen.
(Advertentie)
Parfumerie
Schoonheidssalon
Zijlstraat 73 - Telefoon 10542
BLOEMENDAAL, 13 jan. B. en W.
stellen de gemeenteraad voor van de
provincie Noorholland aan te kopen een
strook grond van ongeveer 20 centiare,
gelegen aan de zuidzijde van de Duin-
lustparkweg, dat deel uitmaakt van het
perceel 48. De kosten bedragen 1.
Het in de laatste jaren toegenomen
verkeer over de Duinlustparkweg, wel
ke in beide richtingen ook door de
N.Z.H. wordt bereden, maakt het ge
wenst de rijbaan over haar gehele leng
te op een breedte van zes meter te
brengen. Daartoe is de aankoop van de
strook grond nodig.
De gemeente zal moeten zorgen voor
een nieuwe terreinafscheiding en enkele
andere voorzieningen moeten treffen,
welke 600 zullen vragen. In totaal zal
de wegverbreding een bedrag vragen
van 2.200.
Voorts delen B. en W. de gemeente
raad mede, dat de aanleg van een
rijwielpad van de grens met de ge
meente Zandvoort tot, de Viersprong
een bedrag van 10.500 zal vorderen.
Het was immers zeer gewenst op
grond van verkeerstechnische rede
nen het rijwielpad door te trekken
van de Viersprong af achter het nieu
we afdelingsbureau van de politie om
en vervolgens aan te sluiten op het
bestaande rijwielpad langs de Zand-
voorterweg. Voorgesteld wordt het ge
noemde crediet te voteren.
De burger is echter het meest betrok
ken bij de Reiniging. Twee keer per
week rijdt bij hem thuis de vuilniswagen
voor en wordt zijn „geüniformeerde"
emmer geleegd. De tijd van alle mo
gelijke variaties in de vuilnisbakken is
voorbij. Auto's en emmers zijn op el
kaar ingespeeld. En zo trekken iedere
dag van de vijfdaagse werkweek twee
auto's, ieder bemand met een chauf
feur en twee inladers, de zes wijken in,
waarin Haarlem verdeeld is. Die zes en
dertig man is voorlopig voldoende. Wan
neer Schalkwijk verder uitgroeit, zal er
zeker nog een vuilnisauto bij moeten
komen.
Nti reeds leveren de Haarlemmers een
indrukwekkend aantal tonnen huisvuil.
Iedere dag rijden de auto's af en an.
Zij storten het vuil in schuiten, die bij
de Centrale aan de Oudeweg gemeerd
liggen. Elke schuit vervoert veertig ton.
Per week gaat er ruim duizend ton huis
vuil de stad uit, dat is dus per jaar
zo'n zestigduizend ton. Sedert de Haar
lemse vuilnisbelt in 1957 gesloten is,
heeft men naar andere verdwijnings-
mogelijkheden moeten zoeken, die over
igens niet teveel mochten kosten. De
storting in het toekomstige Burgemees
ter Reinaldapark is tot groot genoegen
van de omwonenden ten einde. De laat
ste jaren heeft men een „toevluchts
oord" gevonden bij veenderijpiassen
onder de rook van Amsterdam. Ook
daar zal wel een eind aan komen, en
dan zal men naar andere mogelijkheden
moeten uitzien.
Gaat er nog veel verloren in zo'n vuil
nisschuit? De hemel mag het weten.
Wie zal zeggen, wat er thuis ongemerkt
in de vuilnisbak verdwijnt. Soms komt
de verliezer tot de ontdekking, dat zijn
ring met het vuil verdwenen moet zijn.
Meestal is dat dan een verloren zaak.
Soms kan hij boffen, als de auto, waar
mee het vuil vervoerd is, nog niet leeg
gestort is. In de schuit is het zoeken on
begonnen werk. Hoewel... neem die
banketbakker eens. De man had de
prikpen weggegooid, waarop de pof-
briefjes van zijn klanten geprikt waren.
Hjj is tussen de massa vuil gaan zoeken
en had geluk. Of de man, die een doos
met honderd pakjes shag was kwijtge
raakt. Ook hij had succes. Maar een
ring, oorbel of andere kleinigheden: de
kans op terugvinden is minimaal, zo
niet uitgesloten.
Terwijl wij dit zitten schrijven, is
buiten onze kleine vriend de straat
veger bezig. Behalve in dammen en
wandelen, moet hij een expert zijn in
vegen en fluiten. Zijn fluitend vegen
of vegend fluiten onderbreekt hij al
leen maar om zijn misnoegen te uiten
over de rommel. Hij is er een van een
corps van dertig man, dat er iedere
ochtend op uit trekt om de straten te
reinigen.
De Dienst beschikt nu over drie veeg-
maohines, die ieder een inhoud hebben
van vierhonderd liter. Daar kan heel
wat werk rhee verstouwd worden. Het
handwerk vraagt veel meer werk en
energie. De veegfietsen, waarvan nog
druk gebruik gemaakt moet worden,
hebben slechts een capaciteit van zestig
liter. De fietsende veger heeft naar
schatting van de heer Eikendal iedere
dag een tijdverlies van anderhalf uur.
Wanner hjj „vol" is, moet hij eerst gaan
afladen aan de Centrale of aan de pos
ten aan de Lange Lakenstraat of Deli-
straat (de Reiniging van het vroegere
Schoten). Op die posten zijn de vegers
trouwens gestationeerd en vandaar uit
gaan zij de stad in. Hier zal de mech-
nisatie steeds dringender worden. En ko
men nu drie veegcarriers bij.
Praat met een straatveger en vraag
hem, wat hjj het ergste vindt. Tien tegnn
één, dat hij over de honden begint. Een
grote smeertroep, zal hij zeggen. Over
al treft hjj het hondevuil aan. Ongeval
zijn niet uitgebleven, het straatbeeld
kreeg een smerig aanzien, vooral in het
oog van de vreemdelingen. Per gemeen
telijke verordening, waarbij het in het
algemeen verboden is honden los te la
ten lopen, wil men nu aan die vervuil
ing paal en perk stellen. In de goot van
de straat is voldoende plaats, zegt de
straatveger. En ik veeg wel, grinnikt
hij.
Ja, wat is er in een stad als Haarlem
al niet te reinigen? Kijk maar eens naar
het water van grachten en singels. Twee
vletschepen zijn er dagelijks aan het
werk om het drijvende vuil op te schep
pen. Waarom gooien de mensen alles zo
gauw in het water? Dat vragen de man
nen van de Reiniging zich steeds weer
af. Ook de mannen van de baggermolen
die de gemeentelijke wateren uitbagger
en. Om de drie jaar wordt de zaak
sChoongebaggerd. Oude fietsen en ledi
kanten zijn daarbij geen verrassingen.
Waarom is dat nodig4 Waarom die drij
vende matrassen en oude stoelen, ter
wijl iedere Haarlemmer, die met huis
vuil zit (behalve puin), dat zonder veel
moeite en risico kwijt kan? Een seintje
naar de Reiniging en het wordt op
woensdag zelfs gratis opgehaald.
Behalve het baggeren in het groot
twintigduizend kubieke meter bagger
wordt per jaar afgevoerd naar de zand-
putten in Schalkwijk is er nog het
baggeren in het klein. De kolkenzuigers,
twee grote tenderwagens, maken ieder
half jaar de honderden kolken in Haar
lem schoon. Het woord „reiniging" zegt
het al: het is niets anders dan schoon
maak wat de klok slaat. Neem de man
nen, die twee maal per week de toilet-
tonnen moeten schoonmaken. Ze zijn er
nog. Die manner en die tonnen. Spaar -
dam heeft 21 tonnen, Haarlem telt er
toch altijd nog 29, meest in onbewoon
baar verklaarde woningen, die tenge
volge van de woningnood nog bewoond
worden. Een niet zo prettig karwei voor
de schoonmakers, maar het moet gebeu
ren.
-"igrA
Reinigen is overigens niet de enige
taak van de Dienst. Met name heeft het
ook te maken met het Gemeentelijk
Centraal Vervoer. Zij heeft het beheer
over het gehele gemeentelijk voertui
genpark, met uitzondering van de po
litie- en brandweervoertuigen. Dat be
treft ruim honderd auto's. Zowel de aan
schaf als het onderhoud zijn aan het
„Centrale Vervoer" toevertrouwd. Dat
betekent, dat men een aantal vaklieden
in dienst moet hebben, die de zaak vol
komen kunnen klaren. En dat kunnen
zij ook.
Wij denken, dat we er nu wel' zullen
zijn De heer Eikendal heft bezwerend
zijm hand op. De „Ontsmettingsdienst"
nog. De jaren, dat wandluizen een huis
kamer belegerden zijn vrijwel voorbij.
Behalve in een incidenteel geval hoeft
er niet meer opgetreden worden. Maar
ja, er zijn altijd nog houtwormen in een
piano of een wespennest in een schoor
steen. En daar is de Ontsmettingsdienst
goed voor.
Tenslotte liggen die karweitjes ook in
de sfeer van de reiniging. Evenals, in
verder verband, de bestrijding van rat
ten. De Reiniging heeft namelijk een spe
ciale rattenbestrijder in dienst. Bij geen
benadering kan gezegd worden, hoeveel
knagers ieder jaar naar het ratten-
walhalla geholpen worden. Maar uit het
feit, dat er steeds minder aanvragen
komen om hulp, mag men concluderen,
dat de rattenplaag minder wordt of dat
de mensen het zelf aankunnen. De ratten
blijven niettemin een gevaar. Haarlem
heeft nog gescheurde wallekanten en
vooral open riolen genoeg om de ratten
gelegenheid te geven de huizen binnen
te dringen.
Er is daar aan de Oudeweg en van
daaruit in Haarlem meer te doen dan
wij dachten. Een aparte organisatie is
weer de zandstrooierjj, wanneer de
wegen glad zijn. Bij groot alarm worden
particulieren ingeschakeld, die het werk
voor een groot deel opknappen. Er moet
gezorgd worden voor zan en zout, en in
tussen moeten de zeventig zandkisten,
die bjj bruggen en drukker verkeers
punten aangebracht zijn, op peil gehou
den worden.
Nu al geruime tijd kent Haar
lem zijn gele papierbakjes, die
overal verspreid, vooral in het cen
trum van de stad, zijn aangebracht.
Volgens de heer R. Eikendal, direc
teur van de Gemeentelijke Reiniging,
zijn de bakjes een succes geworden.
Er wordt druk gebruik van gemaakt.
Zelfs zijn er aanvragen binnengeko
men, bijvoorbeeld van scholen, om
ook op dit of dat punt een papierbakje
te plaatsen.
In de loop van dit jaar wil de
Reiniging nog dertig van die papier
bakjes aanbrengen. Men wil daarbij
de buitenwijken wat meer betrekken.
Ik kan helaas niet de hele stad vol
zetten, aldus de heer Eikendal. Die
papierbakjes moeten tenslotte ook ge
leegd worden. En wie helpt mij aan
de mensen?
allllillllllllllllllilllillllllllllllllllllllllilllllllllllllllllllllllllltli
Of er nog wénsen zijn? De heer Ei
kendal heeft er verschillende. In deze
wintertijd is het zijn belangrijkste
verzoek, dat de mensen geen hete as
in de vuilnisemmers deponeren. Het
is 'al een paar keer voorgekomen, dat
er een begin van brand was in een
vuilnisauto. En een keer is het ge
beurd, dat men vijf dagen is bezig ge
weest met het blussen van een door
wroetend vuur in een der vuilnis-
schutten. Om nu de Reiniging ook
voor brandweer te laten spelen, kijk,
dat is precies te veel gevraagd.
In december was het vijf en twin
tig jaar geleden, dat de Stichting
Haarlems Bloei werd opgericht. Wij
zijn, ter gelegenheid van het feit.
dat Haarlem een kwart eeuw in
bloei staat, nu eens niet het bureau
aan het Stationsplein binnengestapt.
Dat zou de weg van de minste weer
stand zijn geweest. Een tocht naar
Heemstede was dit keer minstens zo
aantrekkelijk. Daar woont in het stil
le gebied, op de grens van Haarlem,
de heer C. S. Th. van Gink, die per
1 februari 1937 tot directeur van Haar
lems Bloei werd benoemd en die
functie bijna twintig jaar bekleedde,
tot hij in 1954 werd opgevolgd door
de heer W. van Willige.
De heer Van Gink is wat verloren
geraakt in die stilte. In het Haarlem
se althans wordt hij niet zoveel mee-
gesignaleerd. Zijn pluimvee houdt hem
overigens teveel bezig om dagelijkr
na te gaan hoe het met de bloei van
Haarlem reilt en zeilt. Hij heeft er
veel voor gedaan. Toen de gemeen
te Haarlem als een der eersten in
Nederland deelnam aan de bevorde
ring van het vreemdelingenverkeer,
kreeg de Stichting haar beslag. Niet
dat er voordien niets gedaan was. Ja
renlang hadden particulieren reeds
gezwoegd voor bloei van Haarlem,
hetgeen zich manifesteerde in de lang
ademige naam van hun in 1891 opge
richte „Vereniging tot verfraaiing
van Haarlem en omliggende gemeen
ten en tot bevordering van het vreem
delingenverkeer". De vereniging be
gon in een eenvoudige kiosk aan het
Stationsplein en eindigde haar bestaan
in het bureau, waar nu de N.S.-cor
ner gevestigd is. Daar startte ook
de heer Van Gink, in een nogal be
krompen behuizing voor vijf mensen.
Hij denkt er toch met plezier aan
terug. Het vreemdelingenverkeer had
toen nog niet zoveel te betekenen,
maar er waren genoeg andere activi
teiten, waarop Haarlems Bloei zich
kon werpen.
„Alleen dat geld", zucht de heer
Van Gink. „Wij moesten toen werken
met een gemeentelijke subsidie van
2500,— dat pas veel later een rede
lijk niveau kreeg. Daarnaast moes
ten wij het hebben van de giften van
begunstigers. Tenslotte moesten ook
de salarissen betaald worden". De
heer Van Gink glimlacht, en hij
raadt onze gedachten, dat er nu uit
een royalere beurs geput kan wor
den.
Voor dit nieuwe jaar is op de be
groting een bedrag van 79.100 voor
Haarlems Bloei uitgetrokken. Daar
naast nog 15.621 aan kosten voor
het gebouw en 15.000 voor de Voor
jaarsfeesten. Hij heeft in ieder geval
genoeg financiële hoofdbrekens ge
had om verschillende initaitieven uit
te werken. En het doet hem nog ple
zier, dat hij er altijd is uitgekomen.
Een beetje bedelarij kwam er wel bij
te pas, en menige Haarlemmer zal
zich de befaamde loterijen herinne
ren, waarin de hoofdprijs een auto
was.
De oorlogsjaren brachten natuurlijk
stilstand, maar daarna kon de zaak
weer gaan draaien, vooral omdat toen
het vreemdelingenverkeer pas goed
op gang kwam. Het Verkeershuis op
het Stationsplein werd daartoe gere
serveerd, terwijl de „echte" Haar
lemse Bloeiers naar een kamertje
in het Haarlems stadhuis verhuisden,
een nogal schrale ruimte, waar de
gezelligheid overigens gast in huis
was. Men kent de recente geschiede
nis. In 1954 nam de heer Van Gink,
die nog twee jaar directeur bleef van
de Provinciale V.V.V., afscheid, en
onder het nieuwe bewind werden nieu
we initiatieven genomen, waarvan dat
Directie-wisseling bij „Haarlems Bloei" in 1954. De heer Van Gink, bij de ingang
van het vroegere Verkeershuis, begroet de heer Van Willige.
met de Bloemenmeisjes een der meest
succesvolle is geworden. Er is een
ruifh en riant bureau gekomen aan
het Stationsplein, waar de V.V.V. en
Haarlems Bloei elkaar weer gevon
den hebben.
Intussen teert de heer Van Gink
in die Heemsteedse stilte niet op zijn
herinneringen. Hij is nog volop in
actie. Als pluimvee-deskundige
hoe dat met Haarlems Bloei te rij
men? geniet hij een internationale
vermaardheid. Niet minder dan vijf
en twintig boeken heeft hij op zijn
naam staan. Onlangs heeft hij een
vijfdelig standaardwerk voltooid over
hoenders. Nu is hij begonnen aan een
standaardwerk voor Amerika, dat de
krielhoenders tot onderwerp heeft.
Hij heeft nu ook een verzoek uit het
buitenland ontvangen om een werk
te schrijven over de fok- en erfelijk
heidsleer. Er is dus genoeg werk aan
de winkel voor de heer Van Gink,
die met zijn 72 jaren al zijn boeken
zelf illustreert met uitstekende teke
ningen. Het verenigingsleven heeft
hij nog niet helemaal vaarwel ge
zegd. Onder meer is hij voorzitter
van de Wereldvereniging voor we
tenschappelijke pluimveeteelt.
BLOEMENDAAL. 12 jan. De jaar
lijkse winterbinnenbijeenkomst voor de
bejaarden uit de gehele gemeente Bloe-
mendaal zal worden gehouden op woens
dagmiddag 24 januari. Ongeveer twee
honderd zullen aan de feestmiddag deel
nemen. Deze wordt in Zandvoort ge
houden in het Gemeenschapshuis aam
het Schoolplein.
De bejaarden zullen met autobussen
uit de verschillende wijken van de ge
meente Bloemendaal rechtstreeks naar
Zandvoort worden vervoerd. Het comité
onder voorzitterschap van mevrouw mr.
M. N. Peereboom Voller-Sedee. echtge
note van de burgemeester van Bloemen
daal wil het programma een verrassing
laten zijn. Wel kan worden gezegd, dat
er films zullen worden vertoond en dat
de bejaarden zullen worden getracteerd.
Zij die willen bijdragen voor de bij
eenkomsten voor bejaarden, kunnen dit
doen door overschrijving van een bedrag
op postgiro 12048 t.n.v. de Twentsche
Bank, kantoor Bloemendaal. met ver
melding „t.b.v. penningmeesteresse Co
mité Bejaarden Bloemendaal".
(Advertentie)